Londense ondergrondse druk beklant SPORT- en SPEL-momenten VROOM DREESMANN Spaanse vrouw ontdekte de schat der Inca's en verdween spoorloos Over een wijngraf, drinkvrouwtjes. kurkwormen en pronkbokalen v r ij dagprijzen DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 2 JANUARI 1958 Uitbreiding Tubes Organisatie Klein aantal ongelukken ondanks enorm druk gebruik Vermiste jongen te Baardwijk in ziekenhuis MYSTERIE BLIJFT VOORLOPIG ONOPGELOST Rijk leventje geleid in Z-Amerika de wijn Ja ja, is goed Diamanten broeder te Huybergen Geheimzinnig Paardesport Groeit Interland-program Nieuwe Zwem-stijl Uniek Schaaktoernooi BREDA - BERGEN OP ZOOM j 35 Een heer van middelbare leeftyd, gekleed In rokkostuum en hoge hoed, wandelde het plaatskaartenbureau van het Bishop's Road Station, te Lon den, binnen en vroeg een enkele reis per Metropolitan Line naar Farring- don Street, een afstand van nog geen zes kilometer. Deze heer verrichtte een historisch feit, want de datum op het kaartje was 10 januari 1863, de datum waarop het eerste passagierskaartje op de allereerste ondergrondse spoorweg werd uitgegeven. Inderdaad, ondergrondse spoorweg! De flegmatieke Engelsman uit de Victoriaanse tyd stond zeer sceptisch tegenover deze nieuwste ontwikke ling van het openbare vervoermiddel. De Britten waren langzamerhand reeds gewend geraakt aan het idee van het grote ijzeren monster, dat door het vredige Engelse landschap denderde, dat de vindingrijkheid der men sen hen snel naar de ondergang zou voeren maar deze laatste uitvin ding ging toch wel iets te ver! Het was op zijn minst gezegd, gevaarlijk. Hoe kon het dak van een tunnel standhouden als er grote stoomlocomo tieven door zouden razen? En hoe zou men kunnen ademen? Maar de mensen uit die tyd zullen wel vreemd hebben opgekeken, toen het dak van de tunnel niet instortte en de passagiers niet door verstikking om het leven kwamen. Velen beschreven de reis tussen de twee stations echter als „een nachtmerrie." De rijtuigen waren vuil en spaarzaam ver licht door kleine gaslampen en vele ongelukkige passagiers werden van top tot een bedekt met het zwarte roet der locomotieven. In die dagen, was de Metropolitan Line, afgezien van een aantal door paarden getrokken bussen, het enige openbare vervoermiddel om snel door de binnenstad te komen' en het bleek al spoedig dat de lijn moest worden uitgebreid. Men trok hem door tot stations in Edgware Road en South Kensington. Tegen het einde van het jaar 1868 werd er tussen Gloucester Road en Westminster een nieuwe lijn geopend. Ofschoon deze lijn, de District Line, in particulier bezit was, vormde hij een verlenging van de Metropolitan Line. Gedurende de daarop volgende jaren breidden beide lijnen zich in oostelijke en westelijke richting uit, dwars door de stad, tot zij in 1884, een cirkel hadden gevormd. De lijn stond van die tijd af bekend als de Circle Line (of Inner Cicle), een naam die hij nu nog heeft. Zeven en twintig jaar na de ope ning van de Metropolitan Line in december 1890 kreeg Londen haar eerste elektrische spoorweg. Deze lijn liep van King William Street, in het centrum van de stad, onder de rivier de Theems door naar Stock- well, in het zuiden. Bij de aanleg van deze lijn maakte men voor de eerste maal gebruik van zgn. „tubes", in plaats van tun nels. Gedurende de daarop volgende zestien jaar werden de drie zgn. „tube"-lijnen geopend: de Central London (van Shepherd's Bush naar de Bank van Engeland), de Picca dilly Line (van Hammersmith- naar Finsbury Park), en de Bakerloo Line (van Baker Street naar Lambeth). Tot 1910 werden deze lijnen door particuliere maatschappijen beheerd, maar in dat jaar gingen deze maat schappijen, op één na, een fusie aan en hieruit ontstond de London Elec tric Railway. De maatschappij, die zich niet aansloot, was de Metropoli tan Line; deze bleef tot 1933 in par ticuliere handen. De London Electric Railway was eerzuchtig en begon spoedig aan het uitwerken van nieuwe plannen voor de ontwikkeling van de ondergrondse spoorlijnen. Alle ondergrondse stati ons werden allereerst voorzien van liften om de passagiers naar en van de perrons te vervoeren. De eerste roltrap werd eerst in 1911 in Earl's Court in gebruik genomen.: In 1933 werd de exploitatie van de spoorlijnen overgenomen door de London Passenger Transport Board, die op haar beurt de verantwoorde lijkheid in 1948 in handen gaf van de London Transport Executive. Maar desondanks vormden de oor spronkelijke plannen van dc London Electric Railway Company: steeds de basis van alle latere ontwikkelingen van de ondergrondse in Londen. Twee wereldoorlogen hebben de ontwikkeling van de plannen ech ter ernstig in de weg gestaan. Maar nu zijn de verscheidene lijnen zo ver uitgebreid dat zij ook de buitenwij ken van Londen bestrijken. In totaal hebben de lijnen een lengte van bijna 500 kilometer en er zijn 277 stations. Ruim 730 miljoen mensen meer dan veertien maal de totale bevol king van Groot-Brittannië maken jaarlijks gebruik van de onder grondse, uit zes tot acht wagens be staande, ondergrondse treinen. Ieder rijtuig biedt zitplaats aan 40 tot 45 mensen en staanplaats aan 160. Op de spitsuren is de dienst zo frequent dat er ongeveer iedere minuut in de binnenstad een trein vertrekt. Een trein stopt bij een station gemiddeld 20 tot 25 seconden. Het is niet prak tisch om extra snelle treinen te la ten rijden, met het oog op de fre quentie van de dienst en de korte af standen tussen de stations; de trei nen trekken echter zeer snel op: De treinen rijden van 4.30 uur 's morgens tot 1 uur 's nachts; men heeft dus slechts drie en een half uur voor het onderhouden van de rails, seinen enz. In deze korte tijds duur wordt iedere meter van de tunnel geïnspecteerd. De in- en uitgangen hebben tijdens de spitsuren altijd problemen opgele verd, maar de meeste stations heb ben nu snelle roltrappen, die in beide richtingen 10.000 passagiers per uur kunnen vervoeren, De langste roltrap bevindt zich in het station Leicester Square, deze deze is 27 meter lang. Andere stations hebben moderne, snelle automatische liften; de diep ste bevindt zich op het station Hamp- stead deze is 60 meter diep. In een organisatie, die de verant woordelijkheid heeft voor zo veel treinen èn passagiers, is het van het grootste belang, dat men alle risico's uitsluit. Dagelijks rijden er niet min der dan 600 treinen over het onder grondse spoorwegnet, maar de voor zorgsmaatregelen welke alle elek trisch werken zijn zodanig, dat slechts 1 op de 420.000 passagiers een ongeluk overkomt. De beweging van iedere trein wordt door vele veilig heidsmaatregelen beschermd, en mocht één van deze ooit weigeren, dan zullen de overige nog in staat zijn een ongeluk te voorkomen. Storingen in het net komen slechts zelden voor. Van alle stations in het hart van Londen, is het station Piccadilly Cir cus, het drukste. Het verwerkt onge veer 600.000 passagiers per week. Dan volgen het station Oxford Circus met een totaal aantal passagiers per week van 550.000, en King's Cross, Transport Executive circa een half Liverpool Street en Victoria met elk 490.000 passagiers per week. Ieder jaar ontvangt de afdeling Ge vonden Voorwerpen van de London miljoen gevonden voorwerpen. Het informatiekantoor van bovengenoem de maatschappij behandelt per jaar 800.000 aanvragen om inlichtingen. „Prachtig" is een te veel gebruikt en misbruikt woord. Maar mfet een gerust hart kan men het voor de Londense ondergrondse gebruiken. De ondergrondse is eens betiteld en niet ten onrechte als het „Acht ste Wereldwonder". Het 12-jarig zoontje van de fa milie van B. te Baardwijk was maandagmiddag om een uur van huis gegaan, maar keerde 's avonds niet naar huis terug. De politie werd in de arm genomen, die de hele nacht van maandag op dinsdag na speuringen verrichtte, maar geen spoor van de vermiste jongen vond. Totdat de vader dinsdagmorgen bij de familie A. hoorde, dat zijn zoon tje de vorige middag vuurtje had gestookt en daarbij zijn gezicht had verbrand. Toen de politie daarop in het ziekenhuis informaties in won, bleek hij daar reeds de vorige middag te zijn opgenomen. volledig De enige mens ter wereld, die iets afwist over de fabelachtige schat der Inca's is op een geheimzinnige wijze verdwenen, zonder enig spoor achter te laten. Het is een vrouw, een jonge Spaanse schone met de naam Jane Cayosso. Samen met haar man, een zeer bescheiden ambtenaar, leidde Jane een vredig bestaan te Cuzco, een klein plaatsje in Peru. De vrouw zou heel zeker haar gewoon leventje van huisvrouw, temidden van het dagelijks ge beuren van het dorpje verder voort hebben gezet, indien zij niet op 'n goede dag de handelaar in antiquiteiten, Hallet Bournet had ontmoet. Zulks ge beurde op een receptie te Lima, die daar werd gegeven om het feest van de onafhankelijkheid te herdenken. Bournet vertelde daar aan de Spaanse over de fabelachtige schat van de Inca's, die moet verborgen zijn in geheim zinnige en onbekende grotten van de Andes. werd onmiddellijk aangehouden, ter dood veroordeeld en terechtgesteld. Jane bleef dus het enige wezen ter wereld dat de schat der Inca's ken de. Veel specialisten toonden nochtans hun argwaan tegenlver de verklaring van de Spaanse vrouw. Maar toen de Spaanse die steeds heel bescheiden had geleefd, begon apartementen van vijfentwintig plaatsen te huren in we reldsteden als Rio de Janeiro en Bue nos Aires, peperdure sieraden te ko pen en de halve wereld af te reizen met haar persoonlijk vliegtuig, ge raakte zij in heel Zuid-Amerika vlug bekend als de „dievegge van de schat der Inca's". Niemand kon haar noch tans iets ten laste leggen. Men ver wonderde er zich maar alleen over dat zij haar echtgenoot scheen vergeten te zijn. Sinds enkele weken is Jane Cayos so thans opnieuw verdwenen. Was zij het slachtoffer van een oplichter of van 'n moord? Is zij haar man gaan opzoeken aan de andere kant van de wereld? Het mysterie blijft voorlopig onopgelost. De politionele diensten hebben het dossier van de mooie Spaanse weer opgenomen. Wellicht bekommert men zich momenteel zelfs meer om de schat der Inca's dan om het lot van de vrouw. De wijnbergen langs de Rijn zijn kaal. Weiden en heuvels zijn door dikke nevels aan het gezicht onttrokken. Ook in Rüdesheim, een van de meest bezochte stadjes langs de Rijn, is het heel stil. De vrolijke wijncafeetjes in de nauwe straten zijn leeg, de orkestjes spelen niet meer en de eindeloze scharen vakantiegangers zijn naar hun haardsteden in alle windstre ken teruggekeerd. Zij hebben allemaal de schoonheid van het landschap bewonderd, de burchten en de oude verweerde torens uit lang vervlogen tijden, zij hebben gedanst en gezon gen, souvenirs gekocht en wijn gedronken. Langs de wanden staan zware, met Maar hoe oud dit landschap is, hoe zeer hier eeuwenoude traditie het leven van heden bepaalt, wordt de bezoeker pas duidelijk tijdens deze tocht van de enkele korte, don kere decemberdagen. Een wijngraf De „Adelaarstoreneen van de grootste wijnbottelarijen in Rüdes heim, heeft de twee eeuwenoude onder de Rijn gelegen keldergewel ven voor de late gast met kaarsen geïllumineerd. In eindeloze rijen flakkeren zij en verlenen tover achtige glans aan de vele grote, met houtsnijwerk uit de vorige eeuw versierde wijnvaten, aan de duizen den flessen. Het is een sprookjes achtig gezicht. Uit de zware, don kere muren van het reusachtige ge welf stroomt een kruidige geur. Achterin de kelder is een rechthoek in de grond, waaromheen eveneens kaarsen staan. Dit is het wijngraf. Hierin worden enige van de beste wijnsoorten uit de beste jaren, be graven, jarenlang bewaard, van tijd tot rijd eens opgegraven en gecon troleerd. Uit de kwaliteit van de wijn worden dan conclusies over le ven en duurzaamheid van wijnsoor ten in het algemeen getrokken. In dit wijngraf liggen wijnen, die meer dan dertig jaar oud zijn. Ook in de muren van het gewelf zijn, onzichtbaar voor vreemdelin gen, vele flessen wijn ingemetseld, voor tijden van nood. Uit dit gewelf worden thans naar zestig landen ter wereld duizenden flessen wijn per jaar gezonden. Bestelboek uit 1821 In het gebouw van een der oude wijnfirma's in Rüdesheim is een groot, licht vertrek, dat tegenwoor dig nog zelden wordt betreden. houtsnijwerk versierde kasten. Een oude, witharige heer opent moei zaam een van deze kasten en sleept dikke boeken naar de grote ronde tafel: bestelboeken van zijn firma uit de jaren 1821 tot 1914. Hierin staan de namen van vele mensen, die eenmaal tot de machtigen van deze aarde behoorden. Van keizers, koningen, vorsten, generaals. Als laatste besteller in januari 1914 leest de bezoeker de naam van groot vorst Nicolaas Nicolajewitsj in Sint Petersburg. Hij kocht 25 flessen Rüdesheimer voor 60 goudmark per fles. Nadenkelijk vult de oude heer twee prachtige glazen met honing- kleurige vjijn „Ons huis", zo ver telt hij, „werd in 1815 door een Pruisische officier, die in Russische dienst was, Dilthey genaamd, opge richt. Het is sindsdien in het bezit van de familie gebleven. De firma werd hofleverancier van Petersburg en Wenen. De oprichter reisde ieder jaar één keer per rijtuig naar Pe tersburg en Moskou, Mijn grootva der is eigenlijk de oorzaak, dat hier in Rüdesheim het „Niederwald-mo- nument" werd gebouwd. Hij heeft daar vaak over verteld. Over de ge hele breedte van de straat was een reusachtig vat gebouwd en in dit vat kreeg de keizer zijn welkomst- dronk. Hij zei toen, dat hij al vaak uit en van het vat had gedronken, maar nog nooit in een vat. Dat was in september 1877, Jongstleden sep tember was dat dus al tachtig jaar geleden." De kurkworm Beneden in de kelder, waarin 81.000 flessen wijn liggen, loopt hij naar een hoek, neemt een fles uit een rek, waarvan de hals helemaal met spinneweb is omwikkeld. ..Dat is de wijn, di-- grootvorst Nicolaje witsj in januari 1914 voor het laatst bestelde", zegt hij. Hij legt de fles terug en zegt: Wij hebben graag spinnen in onze kelders. Zij zijn de beste bescher ming voor de kurken, want zij verjagen de kurkwormen, die de sluiting van de flessen vernielen en de wijn ongenietbaar maken". Hij laat ook nog flessen van le veranties aan het keizerlijk hof uit de jaren 1886, 1393, 1895 zien van al deze oude flessen zijn de kurken gaaf. De spinnen hebben hun werk goed gedaan. In de oude ..Brömserburcht' de oudste burcht van het Rijnland be vindt zich naast andere prehistori sche verzamelingen ook de grootste verzameling van drinkbekers ter wereld. Ook hier is het verleden nog levend. Ten bewijze, dat op dezelfde plaats hier eens de Romeinen al de wijnbouw bedreven, zijn hier Ro meinse wijnstokmessen en Romein se drinkbekers en wijnflessen te zien. De Romeinen kenden al glazen. Het gebruik van glazen en het geheim van glas ging echter ver loren. Omstreeks het jaar elfhon derd kwam het glas onder Ooster se invloed weer in gebruik. Tot de renaissance zijn de drinkbekers uit aardewerk. Daarna werden zij weer uit glas, maar ook uit me taal, uit zuiver goud en zilver, uit koper, nikkel en hoorn ge maakt. Deze collectie bevat een aantal prachtige bekers uit de zestiende en de zeventiende eeuw. Bokalen in de vorm van fabeldieren, en er is zelfs een „drinkvrouwtje" bij, dat men eerst om het middel moet vat- 'cn om er uit te kunnen drinken. Ieder van deze zeldzame glazen en bekers vertelt een geschiedenis uit het verleden. Het prachtige glasser. vies van August de Sterke, de heer lijke Venetiaanse netglazen. de gro te welkomstkroezen uit de zeven tiende eeuw, de oude studentenboka len, de dekselbokalen, de fonkelen de robijn-glazen. Deze verzameling omvat in totaal meer dan dertien honderd voorwerpenAlles in het teken van de wijn. 60 te Maandag 6 januari a.s. is het jaar geleden, dat broeder Gabrièl Huybergen In de wereld G. Geert* werd geprofest. Broeder Gabriel, die tot de Congregatie van de Broe ders van Huybergen behoort, is thans 85 jaar oud. Lange jaren was hij in Huybergen in de bakkerij werkzaam, terwijl hij ook een reeks van jaren aan de kweekschool te Breda verbonden was. In verband met de gezondheidstoe stand van broeder Gabriél zal het feest in kleine kring worden gevierd. De Cayosso's en de handelaars in an tiquiteiten vatten sympathie op voor eikaar en brachten elkaar geregeld bezoeken. Bij elke conversatie werd Jane meer enthousiast voor de oude legendes over de Inca's. Op zekere dag kwam Hallet Bour net heel onverwacht bij zijn nieuwe vrienden aanlopen. Van een Indiaan had hij vernomen dat een eenzame man die leefde in de grotten van de Andes, meer afwist over de schat van de Inca's. Deze eenzame ver meed iedereen, leefde een werkelijk dierenbestaan.Maar hij moest een der rijkste ter wereld zijn. „Deze ge schiedenis is wellicht slechts een le gende, voegde Hallet Bournet er aan toe, maar 't is een feit dat de schuil plaats van deze Indiaan niet ver van de Zonnetempel is gelegen". Een week nadien was Jane Cayos so verdwenen. Haar echtgenoot ver wittigde de politie. Geen spoor. Na verschillende maanden van vruchte loze opsporingen kon de politie ten slotte meedelen, dat toeristen een jonge blanke vrouw hadden ontmoet in de hut van een oude Indiaan, El Desiani. Bijgestaan door een groep poli tiemannen, begaf de echtgenoot zich in de bergen. Het was wel degelijk zijn vrouw die in de omgeving van de Indiaan was gaan leven. Niemand kon haar overtuigen terug te keren tot het normaal leven en ooggetuigen verklaarden zelfs dat het leek alsof de vrouw onder hypnose verkeer de. Drie weken later verdween de man van Jane op zijn beurt. Men zocht hem overal tot zelfs in de hut van de Indiaan. Maar het was vergeef se moeite. Jane en de Indiaan wer den aangehouden,maar omdat er geen bewijzen konden worden gevonden tegen hen. diende men hen opnieuw in vrijheid te stellen. Jane legde toen een sensationele verklaring af. 't Was louter en alleen om de schat dei- Inca's te ontdekken, dat zij de Indi aan was gaan opzoeken. Zij slaagde erin zijn vertrouwen te winnen en hij vertelde haar dat hij zes van zijn ras genoten had vermoord. El Desiani Met uitzondering van de extra-wedstrijd in het voor jaar, waarvoor nog een te genstander wordt gezocht, staan voor het Nederlands voetbalelftal in 1958 vier wedstrijden op het program ma. Tijdens de traditionale wedstrijd HFC—oud-internationals werd Leo Halle geblesseerd. Door teamgeno ten en tegenstanders werd hij met vereende krachten en liefderijk weer op de been gebracht. Naar reeds bekend is, wordt op 13 april de wedstrijd België Nederland (Antwerpen) gespeeld. Daarna volgt op 28 september opnieuw een uitwedstrijd tegen de Belgen. Deze ontmoeting, de eer ste van het nieuwe seizoen, is op verzoek van de Belgen vroeger dan anders vastgesteld. Op 2 no vember komt Zwitserland op be zoek en op 23 november volgt'de wedstrijd Nederland Denemar ken. Het is nog niet bekend waar deze beide wedstrijden In novem ber zullen worden gespeeld. De K.N.V.B. heeft voor een ex tra thuiswedstrijd in het aan staande voorjaar Italië uitgeno digd met 'n keuze tussen 23 maart en 4 mei. De Italiaanse bond heeft de invitatie een wedstrijd in Ne derland te komen spelen in prin cipe aanvaard. Het is echter uit gesloten, dat dit op zondag kan gebeuren. Italië zal vermoedelijk voorstellen de wedstrijd op een woensdag te spelen. De Olympische kampioene 100 meter rugslag, de Engelse zwem ster Judy Grinham, heeft tijdens een demonstratieavond in Londen een nieuwe stijl gezwommen. On der leiding van haar trainer Reg Laxton is Judy de dolfijn-been slag, die in de vlinderslag een ware omwenteling heeft teweeg gebracht, gaan toepassen. Boven dien worden de armen gelijktijdig doorgehaald, zoals dat bij de zo genaamde samengestelde rugslag het geval is. Deze dolfijn-rugslag bleek zeer snel te zijn maar zoals Judy Grinham na haar demonstratie verklaarde ook uitermate ver moeiend. Het Fina-reglement schrijft voor de rugslag geen speciale been- of armbeweging voor, zodat geen bezwaar tegen de door de Olym pische kampioene toegepaste zwemwjjze kan worden aange voerd. Het is een verheugend ver schijnsel, dat de ruitersport In de provincie Zeeland onmiskenbaar aan belangstelling wint geduren de de laatste tijd. Hieraan zal het feit, dat enkele Zeeuwse ruiters vorig jaar op de landelijke kam pioenschappen tot uitstekende prestaties kwamen wel niet vreemd zijn. In 1956 namelijk werd de heer L.B.H. van der Slikke uit Nieuw en Sint Joosland Nederlands kam pioen op het onderdeel dressuur. De „Oranjeruiters" uit Willem stad. welke vereniging lid is van de Zeeuwse Bond, ging toen met het goud strijken bij de achttal len, in welke categorie de Nieuw- landse vereniging „Walcheren" met een vijfde plaats opmerkelijk goed voor de dag kwam. Zeeland telt momenteel zeven verenigingen, die zijn aangesloten bij de Koninklijke Federatie van Landelijke Rijverenigingen, waar van prinses Beatrix bescherm vrouwe is. Lid- zijn van de lande lijke federatie houdt in, dat men mag deelnemen aan de officiële concoursen hippique en aan de landelijke kampioenschappen. Het totaal aantal leden van de Zeeuw se afdeling bedraagt ongeveer ze ventig. Walcheren is vertegen woordigd met „Oranjezon" uit Vrouwenpolder en „Walcheren" uit Nieuw- en Sint Joosland, Zeeuwsch-Vlaanderen bezit in Axel de „Oranje-ruiters" en in Zaamslag de „Julianaruiters", terwijl zoals gezegd ook de „Oranjeruiters" uit Willemstad aangesloten zijn. Schouwen-Dui- veland heeft, evenals Noord-Be veland, één landelijke rijvereni- ging. De training, die men druk be oefent, moe men niet beschouwen als „een beetje te paard zitten", Het paardrijden is zo moeilijk omdat men hierbij te doen heeft met twee levende wezens, die elk een wil hebben. Een paard heeft net zo goed zijn stemmingen als een mens. Ruiter en paard beho ren een twee-eenheid te vormen en beide moeten gymnastisch ont wikkeld worden, hetgeen voor alle takken van ruitersport geldt. Springen en cross-countries leg gen de indruk op moed want na genoeg iedere ruiter en elk paard moet bij het nemen van een hin dernis een gevoel van angst on derdrukken. Vandaar dat de paar desport een zeer goede indruk uitoefent op de karaktervorming. Ruitersport is veel minder duur dan algemeen wordt veronder steld. Want het is een vereiste, dat de (warmbloed) paarden in het bedrijf werkzaam zijn. Zij moeten kunnen trekken. Landbou wers behoeven dus niet speciaal een paard aan te kopen om aan ruitersport te kunnen doen. De contributie van de Zeeuwse rij verenigingen kost niet veel, het geen voor een belangrijk deel te danken is aan de donateurs. Donderdag 9 januari zal in het Beverwijkse Kennemertheater het 20e Hoogoven-schaaktoernooi be ginnen. Nog steeds is niet bekend hoe groot het aantal deelnemers precies zal zijn, maar wel staat reeds vast, dat het Hoogoven toernooi 1958 een uniek evene ment zal worden, niet alleen wat de kwantiteit van de deelnemers betreft, maar ook in kwaliteit Het is thans zeker dat Dr, Euwe in de invitatiegroep 1 zal deelnemen. Prins is verhinderd en zijn plaats in deze groep zal worden ingenomen door van Scheltinga. De Frdanse groot meester Rossolimo kan wegens een operatie niet naar Beverwijk komen. Hij wordt in groep 1 ver vangen door de Zuidslaviër Pirc. Invitatiegroep 1, waarin gestre den zal worden om de grote door de hoogovens beschikbaar ge stelde trofee, bestaat nu dus uit de grootmeester O'Kelly de Gal- way (Belg,), Pilnik (Argentinië), dr. Euwe (Ned.), Stahlberg (Zwe den), Matanovic (Zuid Slavië), houder van de trofee, en Pirc (Zuid Slavië), en de meesters van Scheltinga, Donner, Bouwmees ter (allen Nederland) en Mille (Zuid-Sla vië). ALLEEN GELDIG VRIJDAG 3 JAN. 1958 «h, Schriftelijke bestellingen welke ZATERDAG in ons bezit zijn worden SNEL EN ZORGVULDIG legen deze PRIJZEN uitgevoerd I practisch boodschappentasje van waterdicht sterk linnen met voorzok. Solide ritsslui tingen. Sportief emmermo del, ideaal voor school en kontoor. Leuke ruitdessins. Als speciale 048 wijs «-» stalen divanbed sleemodel, met gegarandeerd staaldraadmatras. Prima uit voering en afwerking. Eenpersoons 9980 30 x 190 cm kindermuts zuiver wol, in 6 verschillende modellen en diverse kleuren. Zeer sportief en heer- 188 lijk warm. Slechts lunetta een overheerlijk koekje CJ® 250 gram 00 gedroogde pruimen prima kwaliteit extra voordelig. 250 gram OC breiwol Keuze uit 4 mooie soorten Zwart sajet Sokkenwol (10 kleuren) Jaegerwol Gekleurde wol (16 kleuren) Per knot 100 gram huishoudpakket bestaande uit; 2 werkdoekjes 40x40 em 1 flanellen stofdoek 40 x 40 cm naar keuze geel of geruit. 100 SAMEN I bedrukte lingeriekatoen wit fond, met zwart nopje, zeer fijne kwaliteit, 80 cm Lreed AQ per meter rubber auto- of deur. dames overhemdblouse flanellen mat 48 x 36 cm. Stevige uitvoe ring. Zwart rubber. IJzer sterk. Nu bijzonder 148 voordelig. Slechts I pracht kwaliteit No-Iron pop lin, V* mouw. Kan zowel open- als hooggesloten ge- drogen worden. R80 Paorlmoer knopen O herenpyama in uni met contrasterende kleur afgezet, of mooie streepdessins, pontalon met elasti.k in de band T90 alle moten

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1958 | | pagina 7