Opzienbarend Emants is van grafschrift verwijderd Jamaicaanse werklozen bij honderden naar Engeland Alstublieft, elke morgen een schoon Huverhemd Van Acker gokt denkelijk totaal verkeerd SAMSON De verloste uit de krankzinnigheid, die Leven heet" Hersenspecialist Ody In afwachting van vrolijke dagen Zij huizen bijeen op met tientallen kleine kamers Weer verrassende uitslagen in N.-Brab. Schaakbond want alleen Toplin combineert gemak en perfectie! offerde zich op voor patiënt DERDE BLAD DONDERDAG 21 NOVEMBER 1957 5 GROEIEND KLEURLINGENPROBLEEM IN LONDEN Wanneer gaan Belgen ter stembus Super half zware shag in super verpakking! -prw In dubbelwandige plastic zak handig rollen uit grote ruimte geen stuktrekken van de tabak altijd verse en soepele shag w prettig in de zak te dragen Handig rollen Heerlijk roken Ruim 50 |aar accu-kwaliteit! BREDA Ginnekemveg 164 Tel, 01600.34048 Studiekring opent seizoen te IJzendijke De liefdevolle herdenking van de doden, zoals zich deze weer over de gehele wereld op Allerzielendag heeft geopenbaard op katholieke kerkhoven volgens het geloof in de gemeenschap der heiligen, ligt niet-katholieken 'n beetje vreemd. Nochtans wordt zij door velen van dezen op eigen wijze gevierd in de piëteit van het familieverband en de nawerking der menselijke her inneringen. Het „In Memoriam" heeft in gesteenten op niet-chris- telijke graven veelal een andere betekenis dan het „Heer, geef hun de eeuwige rust" uit de liturgie die van de aarde tot de hemel leven den en doden blijft verbinden. Pieuze bezoekers, die op de alge mene begraafplaats te 's-Gravenha- ge bloemen gingen leggen, is het op gevallen, dat het opzienbarende graf schrift op de steen, die 't graf van de ongelovige letterkundige Marcellus Emants aanwees en sommigen al ja ren ergerde, opeens is verdwenen. Bij navraag bleek dat de inscriptie was weggenomen op uitdrukkelijke lastge ving door het naast overgebleven fa milielid van de schrijver. De dochter zou zich hebben verzet tegen het wrange grafschrift, dat haar vader bij testamentaire beschikking zou hebben gewenst. „Beklaag nooit de verloste uit de krankzinnigheid, die leven neet". Maar is deze voorstelling van za ken zoals zij op het ogenblik in Haag se kringen de ronde doet, wel juist? Het is waar, dat de litteraire histo rie de wens van Emants vermeldt om een grafschrift, luidende: „Be klaag nooit de verloste uit de krank zinnigheid, die leven heet". Ook is het waar, dat reeds in 1943 de letterkundige biograaf van de in zijn tijd vermaarde roman- en to neelschrijver vertelde, dat Emants bevel zou hebben gegeven om een dergelijke inscriptie boven zijn graf te beitelen (F. Boerwinkel in zijn proefschrift: „De Levensbeschrijving van Marcellus Emants, Amsterdam 1943). Deze mededeling blijft evenwel aan vechtbaar, daar zij niet testamentair is vastgesteld en maar uit losse aan tekeningen werd geconcludeerd, ge knipt uit een van de vele cahiers, waarin de schrijver de hem inval lende gedachten voor zijn romans en toneelstukken placht te bewaren. Ook aan een desbetreffend blaadje in het Haagse Letterkundig Museum met de notitie: „Ik wens te liggen onder het volgend grafschrift" kan evenmin voldoende waarde worden fehecht, aatigezien het voor het reeds aangegeven doel van 'n latere roman kan hebben gediend. Immers in zijn met eigen hand geschreven testament (1919) komt geen enkele desbetreffende beschikking voor, of schoon hij daarin wel schrijft begra ven te willen worden met zijn vrouw in eenzelfde graf, het bij haar over leving aan haar overlatend, waar dit zal zijn. Het is mogelijk, dat de vier jaar later overleden echtgenote uit zijn voor romans bestemde aantekeningen de bedoeling heeft geïnterpreteerd, die ze op de steen liet beitelen. Haar met de geestesstemming van vader vertrouwde dochter heeft echter een geheel andere uitleg aan de vluchti ge krabbels in de nagelaten cahiers gegeven en op die grond de inscrip tie doen verwijderen. Pessimisme Wie een beetje thuis is in het oeu vre van Emants, weet dat de talent volle schrijver wijsgerig slecht on derlegd was en een slachtoffer van zijn eigentijdse pessimisme. Schopen hauer had hem onder zijn macht ge kregen en hem geleerd „wie man mit dem Hammer filosofiert". Het wijsgerig rationalisme gaf ai vroeg de voorkeur aan de Germaanse goden die later de kanonnen van Hitier zouden trekken uit 't verwarde oer woud van Rosenberg boven de Gene sis van 't bijbels scheppingsverhaal dat Emants met zijn panfluit in het ergernis en opschudding veroorza kend epische gedicht „Lilith" (1879) aanfloot. Bij een redelijker houding jegens de Openbaring zouden zijn veelal on derschatte maar diep in de schoon' (Advertentie) heid dringende talenten ook onder zijn christelijke landgenoten meer bijval hebben verworven. Zonder contact te krijgen met de vaderlandse ge meenschap de nieuwe katholieke gemeenschap moest ook in de letter kunde nog geboren worden ver eenzaamde hij zoals vele kunstenaars van zijn tijd en vandaag, door wier levensbeschouwing een barst loopt in hun verhouding tot God en de maat schappij. Het uitzicht op de sterren- velden van 't eeuwige zijn ging ver loren en er is geen organisch ver band meer met gemeenschap en na tuur. Dr. G. Stuivliflg, zelf een zonder God denkende humanistische, rijk- begaafde ik-mens schreef eens van Emants, dat „zijn romans de wan hopige en uitzichtloze grauwheid van het burgerlijk bestaan tot in houd hebben". Hij legt niet uit, hoe die grauwe wanhopigheid zich sinds de meegesleepte massa achter Marx en Lenin en de politieke na tionaliteiten meester maakte van het voorheen gedoopte Europa, dat zijn roeping verloor. Tot vandaag toe zijn het de christelijk mislukte intellectuelen, die geen raad we ten met de wordende wereld. Het door Emants gedachte grafschrift karakteriseert de gang van zijn eigen leven en de toekomst der kunst van het ongeloof. De van zijn eerste communie af vallige Rilke, die met zijn magisch talent de jongere poëten bezielde, klaagde bitter: „wir haben kein Haus mehr" Dat maakte ook het grimmi ge besef uit van Slauerhoff, die som ber varend over de stormzeeën van het noodlot, verlangde naar zijn graf kuil. De romanschrijver Kafka wist geen weg meer uit het verambtelijk- te levenslabyrinth. De eerlijke maar uitzichtloze Nobel-prijswinnaar Al bert Camus vindt de zelfmoord nog de meest zinvolle ddad van de mens, die hij machteloos beschrijft om ver binding te krijgen met de hemel. Een hemel die tot vandaag door Sartre met spottend sarcasme wordt uitge daagd. Een krant komt plaats en gedach- tendiepte te kort voor deze tragiek van onverloste geesten die een boek zou vereisen. Het krijgt kans ook wel eens geschreven te worden, nu de katholieke gemeenschap de nieuwe werkelijkheid begint in te zien en in te gaan, na de fouten door het ver zuimde christendom en het instor ten in twee wereldoorlogen der laat ste verbindingen van de middeleeu wen. Activiteiten zijn er genoeg, maar het komt erop aan, in hoever haar leiders onderling creatief worden om vatbaarheid te geven aan een min der troosteloze wereld dan de kramp achtige van thans, uitzichtloos voor de hoop. Zo goed in de verbitterde worste ling van wijsgeren en dichters ais in de radeloosheid van de mens, die staat onder de wolken tussen zijn oorlogstuig voortbrengende fabrieken overal ziet men naar een dageraad uit. En na slapeloze nachten in con centratiekampen trekken zich miljoe nen aan de tralies uit hun verlangen op, om uit te zien naar de wording van een nieuwe wereld, die hen ver lost uit het ongeloof van de oude. Niet lang geleden stond in een Londens blad een karikatuur. Aan de ene kant waren een vader en een zoon uitgebeeld, die afscheid namen. Op de koffer van de zoon stond: 1857 naar de koloniën. Daarnaast een afbeel ding van een kleurling met zfjn zoon en op een koffertje: 1957 naar Engeland. Dit is de typering van een probleem, dat Engeland grote zorgen baart: het kleurlingenprobleem. De laatste tijd heeft er in Engeland een ware neger- invasie plaats gehad. In het trieste Liverpool Street Station te Londen kan men er op elk uur van de dag enkele tientallen op het perron of in de wachtkamers zien, die met een treurig gezicht ineengedoken zitten te wach ten op iemand, die zich over hen zal ontfermen. De meesten van hen ko men uit Jamaica. Ze komen in het moederland zoeken, wat hun geboorte land niet kan geven: werk en brood. Want Jamaica is overbevolkt. Toen Cromwell Jamaica in de ze ventiende eeuw in bezit nam, waren er slechts enkele Spanjaarden en eni ge duizenden negerslaven. De bevol- ki telt nu anderhalf miljoen men sen en daar komen er ieder jaar der tigduizend bij. Het land levert bana nen cn suikerriet. JVfen delft er ook bauxiet, maar deze exploitatie is nog slechts in een beginstadium en kan geen oplossing bieden voor het werk- lozenprobleem. Op de drie manne lijke arbeidswaardige Jamaicanen is er één zonder werk. Zoals overal is er ook daar een be paald slag lieden, dat deze erbarme lijke toestand weet uit te buiten. Men maakt de mensen wijs, dat ze in Engeland prettig werk met aantrek kelijke salarissen kunnen krijgen. En wat de reis betreft, nu, daar kan men wel voor zorgen. De lepe lieden betalen de passage op goedkope vrachtschapen en op passagierssche pen van voornamelijk een Italiaanse maatschappij, die tegen een lage pas- sageprijs haar toeristenklasse vol propt. Als onderpand moet de fami lie dan haar grond geven. Binnen het jaar zullen de jongens zoveel ver diend hebben, dat zij het pand kun nen afkopen. Zo trekken er iedere week honder den kleurlingen naar Europa en ko men er al gauw tot de ontdekking dat het goud niet voor het oprapen ligt. Van de aflossing komt niets en de panden moeten worden verkocht. Ondersteuning Het probleem heeft echter voor Engeland nog meer onaangename facetten. Zo is er bijvoorbeeld de wet, die bepaalt, dat iedere werk loze Brit binnen het rijk in Europa en dat zijn ook de Jamaicanen, getuige hun Britse paspoort we kelijks een uitkering ter ondersteu ning ontvangt. Nu ligt dit bedrag wel niet erg hoog, maar de Ja maicanen hebben weinig nodig om van te kunnen leven. Voor Enge land betekent echter vrijwel iedere Jamaicaanse immigrant een last te meer op de toch reeds zo zwaar aangesproken schatkist. Een Londense psychiater vertelde Toplm is het merk van de uitvinder, en El-Mior begreep dat een nier strijken finish specialisten eist en uitetste conuóle. El-Mior geeft elk Toplin- shin aaasi gemak óók perfectie met de perfecti» die Toplin aog steeds tot het béste niet-strijken overhemd maakt. In effen tinten, fijne streepjes en raiten. in pojzen eznat t VISO. - -w- ons het een en ander over de om standigheden, waaronder de Jamai canen in Londen leven. Zij huizen veelal met velen soms zelfs een dertigtal op een kleine kamer, die uiteraard niet groot genoeg is om allen tegelijk te herbergen. Daarom stellen zij een ploegensysteem in om te slapen; elke ploeg acht uur. De legersteden, die door de ene worden verlaten, worden onmiddellijk door de andere ingenomen en zo maar voort, zodat van enige hygiëne vrij wel geen sprake is. Dat een derge lijke toestand de mensen rijp maakt voor de zelfkant van het leven, is duidelijk. Vele vrouwen onder de kleurlingen vinden dan ook op de meest eenvoudige wijze de weg naai de prostitutie en reeds zijn tal van mannelijke Jamaicanen aangehouden in verband met handel in verdoven de middelen vooral Marihuana. Een grote moeilijkheid is, dat En geland de Jamaicanen en ook de kleurlingen van de andere Britse eilanden in het Caraïbische gebied niet kan beletten naar het konink rijk in Europa te reizen. Zij hebben namelijk krachtens nationaliteit recht op toelating. Evenmin kunnen zij om dezelfde reden uit het land worden gezet, wanneer zij zich even tueel misdragen. (Speciale correspondentie) Onder enorme belangstelling werd dezer dagen de beroemde Zwitserse chirurg, Frans Ody ter aarde besteld, een wereldbe kend specialist in herensoperaties. Specialisten uit alle delen der wereld, ook uit Nederland en België, woonden de plechtigheid bij. Maar één man in de lange stoet trok de bijzondere belang stelling, een Zwitserse vader van zeven kinderen, door Ody gered ten koste van 18 maanden eigen leven, zijn laatste patiënt Ody was de beroemde chirurg, die boven op de Mont-Blanc in een woe dende sneeuwstorm met slechts en kele instrumenten de schedel lichtte van de juwelier Eduard Wenger. Wenger leeft nog steeds en is vol komen normaal. Een andere dankba re patiënt is de beroemde gids Ray mond Lambert, die hem uit alle de len ter wereld postkaarten zond met als afzender „de kleine voetjes". Tij dens een expeditie bevroren n.l. de voeten van Lambert. Ody amputeer de de tenen van de gids en schreef speciale oefeningen voor, waardoor Lambert de enige man ter wereld is geworden, die zonder tenen nog touwtje kan springen. De chirurg bereikte echter pas het hoogtepunt van zijn carrière toen hij 18 maan den van zijn eigen leven offerde om een Zwitserse huisvader van een wis se dood te redden. Hij wist al enige tijd lijdende te zijn aan kanker in het bekken. Op een dag, toen Ody met zijn gezin aan het skiën was in de bergen, kreeg hij een hevige pijn in de heup. Kort daarna trok hij zich terug in zijn kli niek ,.la Prairie", waar hij met be hulp van kalmerende middelen in staat bleef leiding te geven aan vele werkzaamheden. Op 18 februari van dit jaar vond hij het nodig om be halve zijn gezinsleden ook zijn vele vrienden de waarheid te vertellen. Hij nodigde allen uit voor een groot feest in zijn villa aan de oevers van het Meer van Genève. Tijdens het diner ging hy staan om een toast uit te brengen en tevens verklaarde hij toen lijdende te zijn aan kanker en nog ongeveer twee jaar te kunnen leven mits hij liggen de zou blijven. Hij voegde er aan toe: „Doe me een plezier en trekt geen begrafenisgezichten. Drinkt uw gla zen leeg, eet en viert feest. Ik heb mijn leven gehad. Er is geen reden om te treuren...." Precies een maand later bracht men een zieke in de kliniek van Ody, de bedoelde Zwitserse huisvader. De assistenten van Ody hadden al een duidelijke hersentumor geconstateerd en de foto's hadden uitgewezen, dat het een uiterst moeilijke operatie zou worden. Men bracht de zieke aan het bed van Ody, die half liggend de pa tiënt opnieuw onderzocht. Daarna liet hij zijn eerste chirurg roepen en zei: „Ik wil deze man zelf opereren. Het is een moeilijk geval". De toegespeokene, die wel wist, dat geen enkele protest zou helpen, zei nog: ,,U weet even goed als ik, wat dit voor u te betekenen heeft, dokter. De operatie gaat minimaal drie uren du ren. Indien u drie uren moet staan zult u geen twee jaar maar hooguit nog zes maanden leven". ,,Kunt u me garanderen", was Ody's antwoord ..dat deze man ge red wordt?" „Neen. Ik kan geen garanties ge ven". „Uitstekend. Laat dan alles gereed maken. Ik zal hem over veertig mi nuten opereren...." Toen de assistent de knop van de deur al in de hand had riep Ody hem terug. Hij stak zijn hand uit en zei verontschuldigend: „U moet me dit niet kwalijk nemen. Ik moet opere ren, want ik ben chirurg. Ik wil deze man redden. Waartoe dient mijn le ven nog als ik geen andere levens kan redden?" Veertig minuten later stond de gro te meester voor de laatste maal aan de operatietafel. Met grote kalmte begon hij de schedel te lichten. Daar na haaide hij het gevaarlijke gezwel weg. Iedere beweging was beheerst en afgemeten. Toch kwam er een kleine complicatie. Nauwgezet werkte hij verder. Er werden slechts enkele woorden gesproken. Na precies 240 minuten was het gebeurd. Frans Ody liep nog op eigen kracht naar de wastafel in het aangrenzende ver trek. Daar viel hij in zwijm en zijn eerste assistent getuigde later: De leden van de Belgische Kamer en Senaat zijn aan de laat ste periode van hun ambtstermijn begonnen; immers, komende zomer moeten de verkiezingen bij onze zuiderburen plaats vin den. In verband met de moeilijkheden van de schatkist achtte de oppositie (de Christelijke Volkspartij) het wel noodzakelijk, dat de parlementsleden eerder bijeen kwamen onlangs is nog op deze noodzakelijkheid gewezen door ex-premier prof. Eyskens doch kennelijk uit politieke overwegingen heeft de socialistische minister-president Van Acker gemeend aan het verzoek geen ge volg te moeten geven. Hij antwoordde, dat een vervroegde bij eenkomst van 't parlement niet gewettigd was en dat 't de katho lieken slechts te doen was om politieke munt uit de situatie te slaan. Met dit antwoord betaalde hij de katholieken met gelijke munt terug, want vier jaar geleden deden de socialisten e en vruchteloos beroep op de toen katholieke regering om Kamer en Senaat vroeger te laten bijeenkomen. Intussen is het zo, dat de oppositie toch wel voldoende kans zal krijgen de schatkistmoeilykheden te berde te brengen en wel via interpellaties. Ook over de toekenning van de re serves aan de Kempische steenkolen mijnen zal de komende maanden wel het nodige te doen zyn in het parle ment. De katholieken hopen daarbij profijt te kunnen trekken van duide lijk aan de dag getreden menings verschillen tussen de regeringspart ners (socialisten en liberalen), voor al met betrekking tot de mijnen. De liberalen zyn het o.a. helemaal niet eens met de socialistische verlan gens over nationalisatie. In normale omstandigheden zouden de menings verschillen zelfs aanleiding kunnen geven tot een breuk tussen de bei de partners, doch nu de „samenwer king" naar een einde loopt, kan men bezwaarlijk nog op een kabinetscri sis rekenen. Hard tegen hard Sedert verscheidene maanden wordt er van katholieke zijde op aan gedrongen de verkiezingsdatum be kend te maken. In België worden om de vier jaar grondwettelijke verkie zingen voor parlement en provincie en om de twee jaar voor de gemeen teraad gehouden. De wet laat de mo gelijkheid open de datum der ver kiezingen enige maanden te vervroe gen. En aan katholieke kant had men er nu al op gerekend, dat in ver band met de Wereldtentoonstelling te Brussel (startend in april '58) de verkiezingen omstreeks maart of begin april zouden plaats vinden. Dit om te voorkomen, dat de talloze bui tenlandse bezoekers aan de Wereld tentoonstelling zouden worden betrok ken in de te verwachten hardnekki ge verkiezingsstrijd tussen katholie ken en socialisten. Verkiezingen brengen nu eenmaal wat onrust in het land, zeker, als de gemoederen vol zijn en het plakken van miljoe nen biljetten en het verven van leu zen op straten en huizen bevordert nu eenmaal nooit de aantrekkelijk heid van stad en land. Wat de socialisten precies in hun hoofd hebben, weet men nog niet. In dien zij het er echter op zouden toe leggen tot de laatste dag te blijven zitten en 't verkiezingsrumoer te la ten losbarsten tijdens de Wereldten toonstelling, dan bewijzen zij België daarmee zeker geen dienst. Missch hopen zij, dat de katholieken het niet aandurven in het bijzijn van vreem de bezoekers de strijd in volle he vigheid te voeren. Indien deze bere kening de achtergrond van het den ken der socialisten vormt, dan gelo ven wij dat zij een ernstige denk fout maken. Zij zullen beslist niet kunnen reke nen opgeschenken van hun katholie ke tegenstrevers; daarvoor zijn de gemoederen te verhit en hebben de socialisten het in het verleden te bont gemaakt. (Advertentie) De uitslagen der zaterdag gespeel de wedstrijden voor de competitie van de Noordbrabantse Schaakbond luiden als volgt: 2e klasse A: DSC, Dongen Kas teel van Dussen 64; Pion I, Roo sendaal Max Euwe II, Breda 3'26^; Wolstad II. Tilburg Scha- vo I, Tilburg 2HTA. 2e klasse B: Max Euwe I. Den Bosch Bata, Best 6—4; Hertog stad I Den Bosch OSV II, Oss 4Vi—SM. „Geen enkele leek en misschien ook nog maar weinig artsen kunnen begrijpen hoe enorm veel pijn de meester heeft moeten lijden tijdens deze vier lange uren. Hij is staande gebleven. Het is de prestatie geweest van zijn leven...." Drie weken later kon de huisvader de kliniek verlaten, volkomen gene zen. Frans Ody lag toen voor goed aan het bed gekluisterd. Kort geleden kwam de dood hem verlossen. De ontmoeting tussen Goudberg en Stofmeel voor het persoonlijk kam pioenschap van Noord-Brabant werd een overwinning voor Stofmeel uit Breda. De competitiewedstrijden gaven weer enige verrassingen. Zo verloor het gedegradeerde Pion I uit Roosen daal, nog wel thuis spelend, tegen het tweede team van Max Euwe uit Breda. Hetzelfde geldt voor Schavo I uit Tilburg, dat op bezoek bij de Wol- stadreserves een eclatante TATA overwinning behaalde. Het schijnt Schavo ernst te zijn dit seizoen. In de tweede klasse B bracht de Hertogstad het thuis tegen OSV II er wel zeer bedroevend af. Met, wel iswaar gering verschil, moest zij toe zien dat de puntjes mee naar Oss gingen. Aanstaande zaterdag staat het com petitierad van de Noordbrabantse Schaakbond stil. Zaterdag en zondag vindt in Eindhoven het jaarlijkse Philips Plaquette-tournooi plaats. Voor de veertiende maal komt een groot aantal schakers uit Brabant en andere delen van ons land naar Eindhoven. Ook uit het buitenland verwacht men flinke deelneming. In de eregroep zal om de plaquette weer fel gestreden worden tussen dr. Lan ge, Etten; dr. Bergsma, Rotterdam; F. v. Roessel. Amsterdam en drs. de Vries, Eindhoven. De tournooileiding ontving reeds meer dan honderd inschrijvingen. (Advertentie) Als enige (mét trioglas-isolatie, (geoctr.) 2 JAAR GARANTIE Varia Service-Stations door't gehele land Alhoewel Carnaval 1958 nog in een ver verschiet is, zijn de voor bereidingswerkzaamheden reeds in volle gang. De foto geeft een kijkje in een „koppenatelier" in Maastricht waar men de oude koppen repa- t. reert en nieuwe ontwerpt .Ponderdag 28 november wordt te IJzendijke in het raadhuis een bij eenkomst gehouden van de Studie kring west-Zeeuwsch-Vlaanderen van het Instituut voor Bestuursweten schappen. Daarin zal de burgemees ter van IJzendijke, jhr. L.E.D.S. von Bonninghausen een inleiding houden over het subsidiebeleid der gemeen ten, waarna de heer L. Wisse van de Provinciale Griffie zal spreken over de administratie van de investerin gen. Voor deze studiemiddag worden de gemeentebesturen van het westen uit genodigd. Deze bijeenkomst die de opening van het seizoen van de Stu diekring betekent, is interessant zo wel voor alle functionarissen die met het beleid te maken hebben als voor degenen wier taak in de administra tie ligt. Tijdens een bijeenkomst van aiie Zeeuwse kringen van het Instituut voor Bestuurswetenschappen, op 10 december te houden, zal mr. Muller griffier van de Staten van Gelder land, een causerie houden over de menselijke verhoudingen in de amb telijks wereld.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1957 | | pagina 9