Claudio Corti vertelt
van de onheilstocht
Grote toekomst voor de
haven van B. op Zoom
Jaarlijkse kanaalkoorts
weer uitgebroken
Inspectie-gebied
Slechts een Nederlander
jPa®Wa?
«««h nrraMUNRKP f
Dicht bij de top door een steen geveld
Ga verder vriendwij
kunnen niet meer
iVan Folkestone!
naar Margate I
De aanvulling
voor Antwerpen
en Rotterdam
Vierkante of
ronde kaas
DERDE BLAD
VRIJDAG 16 AUGUSTUS 1957
Het is erfelijk
Geen zelfmoordpoging
Vreselijke dorst
Het drama
Brief van
K.L.M.-directeur
aan gouverneur
BOEKENPLANK
Vlucht naar de
IJshaaienjagers
Onrust in Oxford
HET NIEUWE GELAAT VAN W EST-BRABANT II
(Advertentie;
Claudio Corti, de 29-jarige Italiaanse bergbeklimmer, die op
de Eiger aan de dood ontsnapt is, ligt in een ziekenhuis te Inter
laken. Zijn hoofd omzwachteld met verbanden. Zijn handen door
de touwen gesneden, bezeerd en verbrand tot op de beenderen;
zijn vingers en voeten bev en. Een correspondent van de Gazet
van Antwerpen heeft hem bezocht.
Ik was de enige journalist, schrijft hij, die met hem mocht
spreken. Corti's liPpen gezwollen en gespleten na twee dagen
niets dan sneeuw gegeten te hebben zetten zich uit tot een
glimlach, toen ik een grote mand fruit in zijn kamer van het hos
pitaal te Interlaken bracht.
„Grazia, grazia", fluisterde hij. Hij
trok zichzelf recht aan een stokje
boven zijn bed en vertelde voor de
eerste maal het verhaal van zijn acht
dagen en nachten in de witte hel van
de Eiger.
„Ik moet bergen beklimmen zoals
andere mannen eten en drinken. Het
is erfelijk in mijn familie; het zit
in ons bloed.
Dat is de reden waarom Longhi en
ik de noordelijke flank van de Eiger
trachtten te beklimmen. Wij wisten
dat hij bijna verticaal was. Wij wis
ten dat hij al dozijnen levens gevraagd
heeft, maar we bezagen dagenlang
een foto van de berg en op een gege
ven ogenblik wisten we, dat we het
werkelijk eens moesten proberen.
De Eiger was als een tiran, die ons
heel de tijd uitdaagde en wij wilden
trachten hem op de hardst mogelijke
wijze mores te leren.
De Zwitsers van Kleine Scheidegg
een hooggelegen Alpendorp nabij de
Eiger, waarschuwden ons, maar Lon
ghi en ik keken naar de spits van de
(Advertentie)
Gebruik ODO-RO-NO ge
durende enkele seconden en
U bent 24 uur per dag-vol
komen veilig tegen over
matig transpireren. Geen
vlekken op Uw kleding,
geen hinderlijke geur. Zelfs
bij de grootste warmte blijft
Ufris,ODO-RO-NO werd
samengesteld door'n doktet!
ODO-RO-NO
Cream in potf0.75 - i .10 - 1.75
Spray handige verstuiver) f 2.-
Eiger en zwoeren: „Wij zullen u ver
slaan".
Zaterdag 3 augustus vertrokken wij
in de beste stemming. Wij hadden nog
nooit de twee jonge Duitsers ont
moet, die later met Longhi op de
noordelijke flank zouden sterven.
Het weer bleef de eerste vier dagen
ken waren gevuld met brood, kaas,
sardines en cognac.
Dit was geen zelfmoordpoging.
Longhi en jk waren bergbeklimmers
met zeer veel ondervinding. Ik begon
bergen te bestijgen toen ik 17 jaar
was en heb de Dolomieten, de Allien
op de Zwitsers-Italiaanse en op de
Franse grens overwonnen. Longhi
had evenveel pijlen op zijn boog.
Het weerb leef de eerste vier dagen
goed. 's Nachts sliepen we op het ijs
doch tijdens de dag klommen we
steeds hoger.
Verleden dinsdag ontmoetten wij
voor de eerste maal de Duitsers
Maier en Nothdurft-Hoelz. Het was
een ontmoeting van bergbeklimmers
en enkel als ge zelf alpinist zijt, kunt
ge begrijpen wat ik bedoel. Ge zijt
onmiddellijk kameraden. Ge vecht te
gen de slechtse zijde van de natuur
en onder zulke omstandigheden kun
je veel voor elkaar doen."
Corti zuchtte. Èr kwamen tranen
in zijn ogen. Hij zag er oud uit, ver
slagen en wanhopig vermoeid. Toch
zette hij zijn verhaal voort.
„Wij maaktên grapjes over wie het
eerst de spits, .zou bereiken.
Wij vernamen dat de Duitsers ook
verwittigd waren betreffende het ge
vaar van deze klimpartij. Nothdurft-
IIoelz vertelde mij, dat zijn blinde va-
der met hem tot aan de voetheuvels
I van de Eiger was gewandeld en
(zodra hij de waarschuwingen dei-
Zwitsers hooide zijn zoon smeekte
niet door te gaan.
Maar de Duitsers waren bergbe
klimmers, juist zoals wij en zij moes
ten doorzetten. Wij klommen voort
met de Italianen aan de leiding. i
Toen werd het weer slecht en ons
geluk keerde.
Het sneeuwde en regende geweldig
en het werd koud. Op de rotsen werd
ijs gevormd terwijl onze vingers
steun zochten. Onze handen waren ge
wond en gevoelloos. Wij moesten
allen onze rugzak achterlaten. We
konden niet voldoende bewegen on
der die last. We stopten de kaas in
onze zakken en wierpen de ballast
toen naar beneden.
Longhi viel woensdagochtend tussen
5.30 en 6.00 uur en dat was het begin
van het einde.
Hij was aan mij vastgesnoerd. Zijn
handen waren bevroren en hij gleed
van het ijs. Hij kon zichzelf niet meer
behelpen. Steeds schoof hij verder
naar beneden 36 meter en daar
bleef hij bengelen aan het uiteinde
van zijn touw.
Wij konden hem zien, doch niet
bereiken. Men kan niet afdalen van
de noordelijke flank. Ge kunt hem
enkel bestijgen.
Het sneeuwde fel en de wind woel
met een verschrikkelijke kracht.
Steeds opnieuw werd Longhi tegen
de rotsmuur geslagen. Heel de dag
overlegden wij en poogden hem naar
boven te trekken, doch onze krachten
waren aan het afnemen.
Juist voor het donker werd riep
Longhi: Claudio, ga hulp voor mij
halen. Wees niet bang, ik zal je vol
gen. Geef mij wat eten en vertrek
dan.
Wij slaagden erin hem het groot
ste deel van ons eten te geven.
Het was toen al niet heel veel
meer en lieten hem dan achter,
vastgeknoopt aan het touw. Ik zei
tot mijzelf: „Wees niet bang, Stefano
ik zal hulp voor je halen".
De Duitsers en ik ploeterden voort.
Wij waren toen op de Spider (een ijs-
formatie op 3.400 m hoogte van de
noordelijke flank) en dwongen onze
lichamen voort te klimmen.
Wegens de koude was elke stap,
elke greep die we moesten doen een
ware marteling. De Duitsers begon
nen te verzwakken. Thans ondergin
gen wij de volledige kracht van wind
en hagel, ijs en sneeuw. De hagel was
zo geweldig, dat hij onze huis door
boorde.
Donderdagmiddag gaven de Duit
sers de strijd op; zij waren volledig
uitgeput. Zij lagen samen neer en
maakten met hun lichamen in de
sneeuw een bivak.
Ik liet hen niet graag achter, maar
zij riepen: „Ga door, baan de weg.
Wij geven het op, vriend, wij zijn uit
geput. Het is met ons gedaan, wij
kunnen niet bewegen. Maak voort,
maak voort! Breng hulp!"
De sneeuwstorm raasde om ons
heen en ik had een voorgevoel dat
de Duitsers zouden sterven. En in
derdaad, ik heb hen nooit meer te
ruggezien.
Ik kon zelfs niet naar hen terug
keren, naar mijn kameraden. Ge kunt
niet van de noordelijke flank afda
len. Ik had geen eten meer om hen
te geven.
Toen de vliegtuigen over vlogen
slaagde ik er in mijn rode pullover
uit te trekken om naar de piloten te
wuiven. Zekere dag wanneer was
het kwam er een helikopter en
wierp voedsel uit. Ik voelde mijzelf
reeds als een dode, toen ik, vastge
klampt aan het ijs, het kostbare eten
langs mij heen zag glijden van de
Eiger-helling.
Ik kon bijna niet meer bewegen.
Gedurende drie dagen had ik niets
meer gegeten, niets, helemaal niets.
Ik wist dat ik geen sneeuw mocht
eten, maar op het einde had ik zo'n
vreselijke dorst dat ik het toch deed.
Ik stopte er mijn mond mee vol, zoals
een gulzige jongen snoepjes eet,
steeds meer en meer, om mijn vre
selijkste dorst te lessen. Het was al
les wat ik had.
Toen het licht was, kon het nogal
gaan. Centimeter na centimeter
schoof ik voort, tot ik op nog slechts
138 meter van de bergtop was. Dat is
alles. Ik zei: „Claudio, gij zult de
Eiger verslaan en uw kameraden
redden".
Doch toen, terwijl ik wuifde naar
een opsporings vlieg tuig, viel er een
steen neer, die door de zware sneeuw
val was losgeraakt, kwam op mijn
hoofd terecht en sloeg mij bewuste
loos. Ik stortte ineen Waar ik was,
138 meter verwijderd van de over
winning en slechts vastgehouden door
een touw dat ik rond een rots had
geknoopt.
Toen ik tot het bewustzijn terug
keerde, zag ik paars van de kou. Mijn
vingers vonden juist genoeg macht
om een zakdoek opgerold rond mijn
gewond hoofd te binden en een klein
stukje pleister op een snede te plak-
en lmaar zb hadden niet langer
kracht meer om de Eiger te verslaan.
ik bad. Ik ben een zeer gelovig
man. Ik bad God, dat hij mij sterkte
zou geven om vol te houden.
Op zondagochtend nadat ik dagen
lang sneeuw gegeten had, werd ik
gered door Alfred Heiepart, de Duit
se bergbeklimmer uit Miinchen
Hoe goed was het hem te kunnen
begroeten. Ik zal nooit vergeten wat
hij en de andere moedige mannen
gedaan hebben om mij te redden.
P f ov-}wcpeningsconferentie
thans een Ameri
cans plan ter bestudering voor
<gl. wederzijdse luchtverkenning.
De verkenning van de z.g. „grote
zone omvat de verkenning van
net gehele gebied van de Verenigde
i>tatert, Canada en de Sovjet-Unie
met het daartussen gelegen noord-
Pool-gebied. Ruwweg geschat 19
°fra vierkante meter westelijk
en 20 miljoen vierkante kilometer
communistisch gebied, de zg.
kleine zone" gaat uit van de be
grenzing van de poolcirkel met in
het oosten Alaska, Aleoeten en de
Koerilen hieraan toegevoegd, in het
westen praktisch geheel West-
Europa en Europees Rusland.
Tot nu toe is nog niet gebleken
dat de Sovjet-Unie veel instem
ming betoont met dit plan. Zolang
echter nog geen definitief ant
woord van Russische zijde is ont
vangen blijft deze kioestie uiter
aard actueel.
De gouverneur van Nederlands Nw.-
Guinea heeft, naar aanleiding van
de vliegramp met de „Neutron" het
volgende schrijven ontvangen van de
president-directer van de KLM, de
heer I. A. Aler.
„Het is mij een behoefte u te schrij
ven na het ernstig ongeval te Biak,
om u te zeggen hoezeer wij meele
ven in het leed dat de Nederlands-
Nieuwguineese gemeenschap heeft ge
troffen. Wij beseffen welk een diepe
indruk een dergelijke ramp moet ma
ken, juist omdat het gaan en komen
van de leden van uw gemeenschap
per KLM voor u allen een levend en
vertrouwd begrip is geworden.
Met grote dankbaarheid hebben wij
ook vernomen welk aandeel terstond
in prauwen toegesnelde leden van de
bevolking in de redding van de over
levenden hebben gehad.
De KLM is er trots op Nederlands-
Nieuw-Guinea de verbinding door de
lucht met Nederland te kunnen aan
bieden en daarmede haar deel in de
taak, welke Nederland in dit deel van
de wereld op zich genomen heeft,
te mogen bijdragen.
Van harte geef ik u de verzekering
dat wij deze taak zullen blijven ver
vullen in een geest van verbonden
heid. welke wij na de slag die ons
getroffen heeft, nog sterker gevoe
len."
Naar onze smaak is dit een van
de beste boeken uit de Kranz-serie:
avontuurlijk, spannend, zonder een
overdreven wit-zwart-tekening held-
schurk, vol menselijkheid en humor.
De mannen van de Compagnie
„Waar ook ter wereld" trokken dit
maal naar Groenland op jacht naar
een belangrijke uitvinding, die in ver
keerde handen dreigt te vallen. De
eerste belevenissen vallen voor in
Kopenhagen en er is een levendige
beschrijving van de bedrijvigheid op
een groot vliegveld. Ook omtrent het
leven en de geaardheid van de Eski
mo's komen we heel wat te weten.
De Compagnie slaagt weer in haar
opdracht, maar er is toch ook een
tragische trek in de afloop. Een
boek, dat niet alleen de opgroeiende
jeugd, doch ook een bredecategorie
van ouderen zal weten te genieten.
(Uitgeverij „Helmond").
Een van de beste romans van Do
rothy Sayers, Gaudy Night, is thans
in de Prisma-serie onder bovenstaan
de titel verschenen. Het is meer dan
een detectiveroman, al heeft Lord Pe
ter Wimsey dan ook een heel raad
selachtig geval tot klaarheid te bren
gen. Het boek geeft een zeer boeien
de beschrijving van de sfeer in het
aloude Oxford en ook de geheimen
van Harriet Vanes hart moeten door
grond worden. De intrige draait hier
om, dat er in een meisjescollege in
Oxford door een onbekende scabreu
ze tekeningen en smaadbriefjes wor
den verspreid, dat er later ook ge
vaarlijke grappen en baldadigheden
worden uitgehaald. De onruststoker
moet in het college zelf huizen. Har
riet Vane, oud alumna van Oxford,
schrijfster van detectiveboeken wordt
erbij gehaald, maar de door haar ver
zamelde gegevens zijn slechts leg-
Stukken in een puzzel, die niet bij
elkaar te passen zijn. Haar vriend
Lord Peter slaagt er tenslotte in licht
te brengen in de duisternis. En ook
het raadsel van Harriet Vanes hart
wordt hem eindelijk ontsluierd. Een
knap boek, een „detective" op hoog
peil.
J Nevenstaande beschouwing
is van de hand van onze
eigen verslaggever, die het S
vorige jaar de kanaalrace i
versloeg en die Maria S
Meesters aan het werk
zag. Onze verslaggever is
I als deze regels onder de
ogen van de lezers komen
J reeds naar Engeland ver-
S trokken om opnieuw het
evenement mee te maken.
Hij belt de belevenissen
der zwemmers en zwem-
i sters nu niet door vanuit
Folkestone, maar vanuit
I Margate, het stadje, waar-
in het hoofdkwartier van I
de race nu is gevestigd. S
In dezelfde zitting van de Brabantse Staten, waarin de Com
missaris der Koningin het plan ontvouwde om de noodzakelijke
waterstaatkundige werken in west-Brabant in drie fasen uit te
voeren, hebben de Staten aan Bergen op Zoom een subsidie van
30 pet in de kosten van aanleg voor een nieuwe haven verstrekt.
Het ging hier om een bedrag van f 1.770.000, bijna twee mil
joen, waarover ondanks de bestedingsbeperking echter nauwelijks
is gepraat. Zo zeer was men overtuigd van het belang van deze
uitgave, Ook het rijk subsidieert dit werk en wel voor 40 pet, zo
dat de gemeente zelf nog 30 pet. van de kosten zal moeten dragen.
Een bedrag van ruim een half mil
joen gulden blijft een belangrijke uit
gave voor het Scheldestadje dat
Bergen op Zoom thans nog is; te
meer omdat de bijkomende kosten
o.a. voor demping en verplaatsing
van de binnenhaven, de gemeente
nog drie tot viermaal zoveel zullen
vragen.
Daarvandaan heeft de Commissa
ris, prof de Quay, Bergen op Zoom
in de Staten ook de steun der pro
vincie toegezegd bij de financiering
van het gemeentelijk kostenaandeel.
Men wil de stad helpen bij het vin
den der noodzakelijke middelen en
daarvoor ook een extra beroep doen
op het rijk, dat uit het gemeente
fonds kan putten.
Deze behandeling van Bergen op
Zoom getuigt evenals de reeds toe
gezegde subsidie van het uitzonder
lijk belang, dat door het provinci
aal bestuur aan de nieuwe haven
wordt gehecht. En dit geschiedt te
recht, want de nieuwe haven van Ber
gen op Zoom is niet alleen maar
van lokale betekenis; zij zal de be
langen v;;a een streek van het ede
Markiezaatsgebied en van geheel
west-Brabant gaan dienen.
Men moet de haven van Bergen
op Zoom zien tegen de achtergrond
van het groeiende Brabant met zyn
toenemende bevolking en z'n voort
gaande industrialisatie, in het pers
pectief van een zich aaneensluiten
de Delta en van Benelux en de
Europese integratie. Dan ziet men,
dat deze haven niet alleen regio
nale, maar ook nationale beteke
nis kan krijgen.
Verbinding
Het Statenlid burgemeestér P. Al
berts heeft gepleit voor een verbin
ding van de haven van Bergen op
Zoom met de Westerschelde. Bergen
op Zoom moet niet alleen in ver
keer staan met het noorden, maar
ook met het zuiden en westen. Langs
een heropend Kreekrak of een ver
bindingskanaal is betrekkelijk een
voudig een aansluiting van de haven
op de Westerschelde en een behoor
lijk contact met open zee tot stand
te brengen.
Men moet bij de plannen rekening
houden met deze ontwikkeling van
groei van het achterland en de ex
pansie van het Delta-gebied stuwen
Bergen op Zoom tot zeehaven. De
in die richting. Hoe sterk dit gebied
in ontwikkeling raakt, bewijzen de
nieuwe Belgische plannen weer voor
uitbreiding en modernisering van de
havens van Antwerpen en Zeebrug-
ge.
Bij een natuurlijke groei van de
Bergse haven behoeven Antwerpen
noch Rotterdam concurrentie te
vrezen. Het Deltagebied sluit zich
meer en meer aaneen. Antwerpen
reikt binnenkort tot de schorren van
Ossendreeht. Tussen de twee we
reldhavens geeft een zich uitbrei
dend Bergen op Zoom een zuidelijke
opvulling.
Een verbinding met de Wes-
terschelde voor Bergen op
Zoom zal deze stroom voor Ne
derland tevens nog belangrijker
maken. Dat is op zich zelf ook
een aansporing te meer voor
Nederland om deze zeearm
goed bevaarbaar te houden, wat
een geruststelling inhoudt voor
België, dat zich zorgen maakt
over Nederlandse veronachtza
ming van de Westerschelde bij
de uitvoering van het DeltaPlan.
De ontwikkeling van Bergen op
Zoom tot zeehaven geeft zeker ook
aanleiding tot de vorming van een
havenschap, waarin meteen de om
ringende gemeenten bij de uitbrei
dingen worden betrokken. In dit ka
der kan de industrialisatie ten zuiden
van de stad in de richting van Woens.
drecht ook worden bevorderd.
Met de nieuwe haven gaat Bergen
op Zoom een nieuwe toekomst tege
moet. Het kan eenmaal met een
aansluiting op de Westerschelde en
een kanaalverbinding met het achter
land de haven bij uitstek van Bra
bant worden. Bergen op Zoom gaat
herrijzen. Het kan nog een opbloei
te zien geven, die aan die van Eind
hoven herinneren zal.
Dit kaartje geeft het beeld van een onderdeel van het plan, dat ir. van
Konijnenburg in de dertiger jaren lanceerde. Het is illustratief voor
denkbeelden, ivelke thans iceer naar voren komen in verband met de
havenplannen van Bergen op Zoom. Een doorsteek van de Kreekrak-
dam wordt nu namelijk weer gepropageerd, om Bergen op Zoom ook
een verbinding te geven met de Westerschelde. Als men dan niettemin
de Oosterschelde na een eventuele afsluiting „zoet" wil houden, zal er
een dam gebouiod moeten worden, daar waar ir. Konijnenburg een
kanaal ontivierp.
(Van onze redacteur)
Sam Rockett noemde het een
obsessie. De man, die enkele ja
ren gelden zelf Het Kanaal over
zwom had niet duidelijker kunnen
zijn. Een zwemmer of een zwem
ster, eenmaal door de kanaal
koorts gegrepen, komt terug na
elke mislukte poging. Zo is het
ook met Maria Meesters. Zij
werd het vorige jaar in een race
losgelaten, die alleen maar nut
tig was voor de meerdere eer en
glorie van organisator-miljonair
Billy Butlin.
Als de omstandigheden redelijk
zijn valt in de nacht van maandag
op dinsdag het startschot voor 'n
race, die qua inspanning verge
leken kan worden met het beklim
men van een Mount Everest of
het tweemaal achter elkaar fiet
sen van een Bordeaux-Parijs.
Moeilijkheden
Sam Rockett. die het vorige
jaar de racers trainde, durfde
geen uitspraak te doen. Uit zijn
gehele logge lichaam kwam geen
enkele verklaring, die in het
voordeel of het nadeel van het
meisje was. Zijn enige commen
taar luidde, dat Maria Meesters
een verduveld aardig stukje kon
zwemmen. Maar Rockett, die een
boek heeft geschreven over de
kanaalraces, voegde er altijd een
stereotiep „maar" aan toe. Hij
bracht daarmee de duizenden
moeilijkheden voldoende tot uit
drukking. Vorig jaar waren de
moeilijkheden voor iedereen te
groot. Van de 22 zwemmers en
zwemsters konden er maar acht
van start. Er was er geen, die de
race tot een goed einde bracht.
Clarence Gonza een potige
Nieuwzeelandse, verdween na 'n
goed uur zwemmen van het to
neel. De knappe Greta Marie
Andersen (eens overladen met
Olympische medailles) had er
kort daarop genoeg van. Maria
Meesters was het derde meisje,
dat in de boot stapte. Zij zwom
meer dan vijf barre uren en
legde negen mijl af. De omstan
digheden waren onmenselijk. Er
woei een harde wind. De golven
sloegen hoog de lucht in.
Maar Billy Butlin's naam cir
culeerde in de wereldpers. Hij
slaagde in zijn commerciële op
zet. Hij wilde dat uiteraard niet
toegeven. Met zijn gulle hand
deelde hij de volgens de papieren
niet-verdiende prijzen uit. Er
sreek ondanks dat een heleboel
kritiek op zijn dure Rolls Royce
neer.
Billy kon die kritiek niet hele
maal laten passeren. Hij timmer
de zijn organisatie iets anders
in elkaar, maar daarover direct.
Te jong
De uitspraken van Sam Rockett
omtrent de kansen van Maria
Meesters waren diplomatiek.
Heel wat duidelijker waren de
verklaringen van dokter John At-
tard uit de Dinglistreet van het
goede dorp Silemna op Malta. Hij
was met zijn pupil Arthur Rizzo
voor de kanaalrace in Folkestone.
Deze expert geloofde helemaal
niet in een kans voor Maria
Meesters. Hij gaf toe, dat zij
goed zwom. Hij achtte het Bergse
meisje echter veel te jong om
deel te nemen, 't Zou voor Ma
ria en haar trainer Ad Vriens al
een hele eer zijn als zij de helft
haalde.
Het is praktisch uitgesloten,
aldus de dokter, dat iemand bij
een eerste poging slaagt. Dokter
John Attard was in 1956 niet de
enige, die met een klinkende volzin
twijfelde aan Maria's kansen.
Ook dokter Griffith Puch (een
man, die niets anders doet dan
het menselijk uithoudingsvermo
gen bestuderen en die met Sir
Edmund Hillary de Mount Eve
rest beklom) geloofde ook niet in
het Nederlandse meisje.
Tegenover deze uitlatingen
stond die van een andere kenner.
Veteraan Ned Barnie, kampioen
op alle mogelijke en onmogelijke
afstanden, geloofde vast, dat Ma
ria de race tot een goed einde
zou brengen.
Het was zeker niet de schuld
van de Bergse typiste, dat zij
niet ver kwam. Zij hield het re
latief gezien zeer lang vol. Zij
maakte met de regelmaat van een
klok 53 slagen per minuut. Dat,
deed zij 330 minuten aan één
stuk. Daar keken én Sam Rockett
én dokter John Attard én dokter
Griffith Puch een beetje van
op. Ook Billy Butlin and his boys.
Zij besloten hun waardering in
klinkende munt om te zetten.
Maria Meesters verdiende circa
tweeduizend gulden.
„Zij komt terug", zei Sam Roc
kett: Het Kanaal is een obsessie.
Ook voor Maria.
Zij wil haar doel bereiken.
Daarom trainde zij de laatste
maanden en weken, keihard. Zij
zwom grote afstanden, vergezeld
door trainer Ad Vriens, die aan
zijn zoveelste kanaalexperiment
gaat beginnen. Ook hij is door
de kanaalkoorts gegrepen. Er
gens in zijn hart schuilt er een
ideaal. Hij wil een van zijn pu
pillen de race zien voltooien.
De omstandigheden lijken
gunstiger. Want Billy Butlin nam
bijzondere maatregelen. Toen het
vorige jaar de club van 22 uit
de haven van Folkestone vertrok
stond er een matige wind, die
echter in hevig veranderde voor
dat Calais was bereikt. De helft
van de deelnemers was zeeziek,
niet in staat om te vertrekken.
Zeeziekte zal op 19 augustus
uitgesloten zijn. De hele bups
wordt op kosten van de organi
satie van Margate (het ontmoe
tingspunt van de racers dit jaat)
naar Calais gevlogen.
Duizenden personen hebben ge
tracht Het Kanaal over te zwem
men. Slechts zeventig slaagden in
hun opzet. Jan van Hemsbergen
was de enige Nederlander, die het
ooit haaide. Hij zwom op 16 augus
tus 1951 de afstand van circa
32 kilometer. Hij deed er 14 uur
en 30 minuten over. Hij voltooide
de race met vijftien anderen. Het
was de meest gunstigste wed
strijd welke ooit was gehouden.
Captain Matthew Webb was de
eerste, die Het Kanaal wist te
bedwingen. Hij vertrok op de 24e
augustus 1875 van de Engelse
kust. De volgende dag kwam hij
in Frankrijk aan. Hij zwom 21 uur
en 45 minuten.
Slechts tien personen slaagden
er in van Engeland naar Frank
rijk te zwemmen. De Engelsman
T. Blower deed het tweemaal.
Florence Chadwick haalde het
driemaal. Zij zwom bovendien
nog een keer van Frankrijk naar
Engeland.
De recordhouder van Engeland-
Frankrijk is de Egyptenaar Abd
el Latif Houf, die op de 2e augus
tus 1953 de afstand aflegde in
13 uur 45 minuten. Florence
Chadwick houdt het damesrecord
met 13 uur 55 minuten.
Meer in de mode is het Frank
rijk - Engeland zwemmen. Ook
hier een Egyptenaar als record
houder. Op 22 augustus 1950 had
Hassan Abd el Rehim niet meer
dan 10 uur en 50 minuten nodig.
Brenda Fisher, ook in de nieuwe
race van de partij, is de dames-
recordhoudster. Zij zwom 12 uur
en 42 minuten.
Een andere Egyptenaar Fahmy
Attallah houdt een ander record.
Hij zwom in 1950 niet minder dan
27 uur en 30 minuten. Hij „dreef"
veel, maar hij haalde de over
steek.
Tragisch is de geschiedenis van
de kanaalzwemmer Ted May, een
Engelsman. Hij wilde zonder
enige hulp Het Kanaal overste
ken. In 1951 deed hij een eerste
poging. Hij werd gered. Maar
het jaar daarop trok hij er op
nieuw stiekum tussenuit. Hij werd
nooit levend weergezien. Voor
deze vader van negen kinderen
was Het Kanaal een te grote
obsessie.
Greta Marie Andersen en Bren
da Fisher mogen tot de favorie
ten worden gerekend van de nieu
we race. Bij de heren is 't de
Portugees Baptisti Pereira (in
1954 winnaar in 12.25). Antonio
Albertondo, een Argentijn vol
toog de race eveneens in 1954
(16.53) Ook hij hoort tot de fa
vorieten.
De vereniging van Westduitse klein
handelaren heeft een brief gepubli
ceerd van de Nederlandse ambassa
de te Bonn. Daarin wordt medege
deeld, dat er nog geen definitieve
beslissing is genomen ten aanzien
van de vorm van de Goudse kazen.
De Duitse kleinhandelaren hebben
aangedrongen op een vierkante vorm
van de kazen, daar deze economi
scher is in het vervoer, b(j de opslag
en bij de verkoop. Zij zijn van me
ning, dat de Nederlanders slechts uit
liefde voor de traditie de ronde vorm
handhaven. Volgens het schrijven
worden de proefnemingen door de
zuivelproducenten voortgezet.