C VROUWENSPIEGEL J303I12M3WU05IV CONFECTIE EN MODE DE MENS ALS MAAT □I' O oo oo i j ocdo BABYYESTJE Variatie in en met groente O L= Ook in Italië een probleem Het huis van de toekomst 1Schep ruimte in uw woning DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 8 JUNI 1957 Asperges met kaassaus Hollandse saus Benut die ruimte oexxx soorten kleding tot uiting komen. Daarom is het van belang, soms een couture modellen ziet en wanneer men daarna „nieuws" wil putten uit de confectie. Confectie is echter een artikel voor een groot publiek, veel confectie is zelfs gemaakt voor een zéér groot publiek, zodat de pro ducent altijd rekening moet houden met wat het merendeel der mensen zal willen dragen. En dat, of men het nu prettig vindt of niet, is mees tal tamelijk rustige kleding, met niet teveel modieuze snufjes eraan. Dit wil natuurlijk niet zeggen, dat de Italianan nu precies hetzelfde ma ken als de Nederlanders en geluk kig is er een internationale uitwis seling, die het mogelijk maakt, dat de verschillende landen profiteren van eikaars specialiteiten en van de verschillen in opvatting die in alle Hierbij beelden wij enkele model- en af, van Italiaanse confection- nairs. SOLARI. Mantel van zware vorm vaste jersey. De nieuwe soepele, ruime lijn wordt geaccentueerd door de grote zak, die aan een stuk met het voorpand is geknipt. MERIDIONALE. Deux pieces van gestreepte jersey met heel kort jasje in een nieuwe lijn met knoopsluiting op de rug. TOSCO. Brengt als nieuw motief voor het voorjaar deze grote bef- kraag van witte jersey op een ja pon van citroengele jersey. MADIL. Een nieuwe formule voor de voorjaarsblouse is in perfectie verwezenlijkt in dit model van dunne wollen jersey in violette de Parme tint. ALMA. Het van buste tot heup ge drapeerde motief geeft een aan trekkelijke levendigheid aan de nieuwste blouse van zwarte wollen \ersey. Als in ons land de nieuwe confectie-collecties klaar zijn en de pers wordt uitgenodigd deze te komen zien, dan verzuchten vele verslaggevers en verslag geefsters, dat op een enkele uit zondering na, zo weinig conf- fectiefabrikanten werkelijk mo dieuze kleding maken. Neen, wordt veelal gezegd, in andere landen is het heel wat beter. In Frankrijk, in Zwitserland, in Duitsland of Italië, daar is pas modieuze confectie te vinden. Legt men echter zijn oor te luisteren bij de pers in die lan den, dan worden practisch de zelfde verzuchtingen geslaakt. Dat wil zeggen: de Italianen vin den, dat de Italiaanse confectie maar een pover figuur slaat op mo dieus gebied en men vreest, dat de concurrentie met de goede buiten landse modellen moeilijk zal zijn. In de grond van de zaak zijn de ze klachten enerzijds niet terecht, omdat de confectie overal ter we reld nu eenmaal datgene maakt, wat zij verkopen kan, anderzijds een gevolg van een overschatting van het buitenlandse produkt, waarvan men slechts het allerbovenste laag je te zien krijgt. Daarenboven heeft men de sterke neiging confectie te vergelijken met couture, een nei ging waaraan men niet licht ont komt, wanneer men regelmatig de Materiaal: 100 gram blauwe wol en een restje wit voor garne ring, naalden no. 2 en no. 2'en 3 knoopjes. Maten: 20 steken zijn 6 cm breed; 18 naalden zijn 4 cm hoog. Rug. Op naalden no. 2 opzetten 76 steken en 3 cm. 1 st. recht verdraaid, 1 st. averecht breien. Daarna overgaan op naalden no. 2' i en tricotsteek (d.i. heen recht, terug aver.) breien. In de le naald echter meerderen tot 84 steken. Is de lengte 9 cm, dan voor de armsgaten 2-2-1 st. af kanten. Is de lengte van het armsgat 10 cm. dan de schouder in 3x8 steken afkanten, daarna de overblijvende 26 st. ineens. Linkervoorpand. Opzetten 43 steken en 3 cm, 1 st. recht ver- dr., 1 st. aver, breien, 9 steken aan de sluitingskant op een vei ligheidsspeld zetten en over de overblijvende steken 4 steken meerderen, totaal 38 steken. Hierop als volgt breien: 2 naalden tricotsteek met blauw, X 2 naalden recht met wit, 4 naalden tricotsteew met blauw, 2 naalden recht met wit. Nu 8 4 naalden tricotsteek met blauw, doch in de le naald hiervan uit elke steek 2 steken breien. Na de 8e naald het aantal steken weer op 38 terug brengen, dus 2 a..n 2 samenbreien, van X af herhalen. Is er vanaf de opzetrand 9 cm gebreid, dan voor het armsgat 2, 2, 1 st. afkanten. Tegelijkertijd ook met het afschuinen van de halsopening beginnen. Hiervoor elke 6e naald 1 steek minderen. Valt er echter een mindering van het armsgat of halsuitsnijding in het streepdeel waar het aantal steken verdubbeld is, dan ook voor de mi"dering dus het dub bele aantal st. minderen. Moeten er dus in dit streepdeel voor het armsgat 2 st. geminderd wor den, dan er dus 4 steken van ma ken. Zijn er 4 strepen met wit gebreid, dan het verdere deel van het vestje in tricotsteek met blauw afbreien. Is de lengte van het armsgat 10 cm. dan de schou der afkanten als bij de rug. Nu de 9 steken van de veiligheidsspeld op een naald zetten en hierop 1 st. recht verdr., 1 st. aver, breien. Breien tot men een lengte heeft verkregen tot het midden achter van de rug. Rechter voorpand. In spiegel beeld breien van het linkerpand. In de sluitingsrand echter 3 knoopsgaten breien. Hiervoor 4 steken breien, 3 steken afkanten, de afgekante steken in de volgen de naald weer bij-opzetten. Het le knoopsgat 1 cm vanaf de op zetrand, de andere knoopsgaten met een tussenruimte van 3' j cm. Mouw. Opzetten van boven af 24 steken en tricotsteek breien. Aan het begin en einde van elke 2e naald 15 maal 2 steken bij- opzetten, totaal 84 steken. Hierna 3 cm breien, dan 2 naalden recht met wit, in de le naald hiervan echter minderen tot 44 steken. Nu 4 naalden tricotsteek met blauw. 2 naalden recht met wit, 4 naal den 1 st. recht verdr., 1 st. aver, op naalden no. 2, vervolgens de steken afkanten zoals deze zijn. dus recht op recht en averecht op averecht. Afwerken. Zij-, schouder- en mouwnaden dichtnaaien. Mouw tjes met enige ruimte inzetten. Op de tricotbaantjes eerst een rij flanelsteken maken met wit, daarna nog een met blauw, doch nu de steken er tussen laten val len. Knoopjes aanzetten. kijkje te gaan nemen bij de Italia nen. Wat brengen hun confectie-ont- werpers nu in de handel? De modellen Deze zomer vinden we allereerst bij de mantels rechte modellen met cilindermouwen, soepel vallende exemplaren met raglan-mouwen en zeer wijde met kimono-mouwen. Bij de tailleurs zijn het veel jasjes van het vareuze type, d.w.z. niet getail leerd, hoewel er een kleine inbuiging te zien is op de plaats van de tail le. Enkele getailleerde exemplaren zijn er echter. De rokken zijn recht of hebben platte plooien. Deux piè- ces zijn er in tamelijk veel varia ties, waarbij de rokken vaak van andere stof zijn dan het lijfje. Bij de japonnen is de chemisier, de overhemd-japon overheersend belang rijk. Bij de japonnen voor de mid zomer vinden wij natuurlijk de gede colleteerde strakke lijfjes met zeer wijde rokken en daarboven een bo lero, die vaak tot een cape'je of ca pe is uitgegroeid. Wat de stofsoorten betreft, is het voor de Nederlanders altijd opval lend, dat een warm, dikwijls zelfs heet land als Italië zo'n overvloe dig gebruik maakt van wollen stoffen. Dit is te verklaren in de eerste plaats, omdat deze materialen zich op zo eminente wijze laten verwer ken en mooi vallen, maar belang rijk is evenzeer, dat wol niet gaat ..plakken" wanneer men warm wordt en veel vocht opneemt. Het laat zich bovendien verven in een orgie van kleuren, die in Italië ook wer kelijk worden gebruikt. Dit is één van de dingen ook al worden helde re kleuren in Nederland steeds meer gebruikt, waar de Nederlandse ont werper zich nog noodgedwongen veel meer beperkingen moet opleggen {dan zijn Italiaanse collega. De kleuren Deze zomer overheerst het geel in Italië, gevolgd door teer blauw. Het rose is uiterst zacht en teer. het rood neigt naar de kreeftentint, terwijl zeer inten se blauwen zijn gebruikt. Schotse ruiten in rose en grijs heb ben een wit fond, terwijl Prince de Galles ruiten voorkomen in geel of zachtblauw op eveneens witte fonds. Natté (vlechtmat-stoffen) variaties zijn zeer veelvuldig, evenals lichte gabardines, Shetlands, piqué met fij ne oppervlakken in vijl en rasp-des- sin, wollen popelines en toiles, wol len satijnen en ook, als nieuwe stof fen crêpes, die voor de soepele mo de zo belangrijk zijn. 2 bossen stoofasperges, 0,5 1 saus van aspergewater, 50 g roomboter, 60 g oude kaas, zout, paneermeel. De asperges in stukken snijden, schillen, gaar koken en goed uit la ten lekken. De saus maken en hier 40 g kaas doorroeren. De helft van de roomboter in een vuurvaste scho tel doen, de helft van de saus er op leggen, daarop de asperges en ten slotte de rest van de saus. De ach tergehouden kaas met paneermeel mengen en de saus er mee bedek ken. De rest van de roomboter smel ten en er over gieten. In de oven snel een bruin korstje gevën. 2 eidooiers, 100 g roomboter, 1 eet lepel azijn, 0.5 theelepel citroen sap, iets zout en peper. De eidooiers met zout, peper en boter ca. 10 min. roeren. Dan de azijn toevoegen en de eiermassa klop pend au bain-marie verwarmen tot ze een dikke schuimige massa vormt. Het citroensap er door roeren en de saus meteen opdienen. Bij de inrichting van onze woning zijn wij nog teveel geneigd precies dezelfde meubels te kopen als onze ouders indertijd. Dit zelfde geldt voor de plaatsing van de meubels Maar evenals het drukke, gemoderniseerde verkeer op straat is het „verkeer" in de woning veranderd. De tafel stond vroeger in het midden van de kamer. Deze plek was zo vanzelfsprekend, dat er met het vervaardigen van het plafond terdege rekening mee wefd gehouden. t In Manchester is een model- I huis geopend, waar de „auto- matisering" als hulp in de huis- J houding haar intrede heeft ge- i daan om het leven van de huisvrouw te verlichten. Dit huis van de toekomst is inge richt door de North Western Electricity Board om de voor spelling te illustreren dat bin nen tien jaar de automatisering haar intrede in het huis zal doen, zoals deze haar intrede reeds heeft gedaan in de fabriek en de werkplaats. In de „Elec- trovilla" is bijvoorbeeld een „advisophone", die boodschap pen opneemt v. bezoekers wan neer de huisvrouw aan het win kelen is. De postbode die een aangetekend pakje bij het ver laten huis wil afgeven, geeft een boodschap aan de advisophone. „Hier de postbode... Wilt u een aangetekend pakje komen af halen....?" Binnen in huis kan men op een televisie-installatie zien wat de kinderett in de verschillende vertrekken of in de tuin doen. Men kan er ook zien wie er aan de voordeur belt. Een „viso- phone" laat zien met wie men telefoneert. Andere elektrische apparaten zijn een elektronische oven waarin het eten wordt ge kookt door hoog frequente micro-golven, een systeem van vloer-verwarming, een automa tische bordenwasser; een droog installatie voor wasgoed e.d. A. deuren moeten ook ongehinderd open kunnen en daarom mag er dus niets vóór de deuren staan. Over-ruimte De andere ruimte is niet met li niaal en duimstok te meten, die is ook voor ieder geval anders. Deze ruimte noemen we de overruimte. Het surplus, zo maar om iets neer te kunnen zetten wat we nog niet eens bezitten, misschien wel nooit zullen krijgen. De ruimte waar we niets mee doen dan tegen aan kijken. Dan er naar kijken. Wat is een uitzicht uit een raam niet belangrijk. Al kijken we er weken niet naar, we wéten dat het er is, we ondergaan toch het ruimte gevoel. Overigens het is beslist niet zo. dat alléén grote ruimten nood zakelijk zijn. Over het algemeen is de ruimte tussen de voorwerpen onderling be palend voor onze levenswijze. Kubiek gemeten nemen onze meubels niet zo veel plaats in. Juist de wijze van plaatsen, de afstand tussen de meu bels maakt een kamer goed bewoon baar of slecht bewoonbaar, fraai van verhouding of lelijk. Bovendien moet men meubels kun nen verplaatsen. Niet omdat we er van uitgaan, dat we ze steeds op de verkeerde plaatsen neerzetten en we dus constant onze vergissingen aan het corrigeren zijn totdat we eindelijk als we 80 jaar geworden zijn de ideale oplossing gevonden hebben, maar al leen omdat onze behoeften zich wijzi gen. We krijgen een andere werkkring dus ander werk. We krijgen er een kind bij, een wordt ouder en gaat stu deren. Nieuwe huishoudelijke appara tuur komt eindelijk binnen ons be- Het ornament zat natuurlijk in het midden, de elektricien legde dus ook zijn verlichting in het midden aan Dit was nu eenmaal de gegeven plek voor de tafel. Twee soorten ruimten De tafel staat nu op die plek, waar hij voor het nuttigen van een maal tijd het meest geschikt wordt geacht. Dit komt omdat nu aan een tafel bijna alleen maar gegeten wordt. De andere functies zijn verdwenen en het midden van de kamer is vrijgekomen. Bij ongunstige opstelling van de meu bels nemen zij niet zelden tweemaal .zoveel ruimte in beslag, als wanneer zij gunstig neergezet zijn. Zodra wij in de woning, in een vertrek dat niet bijzonder groot is, in het midden de tafel of eventueel een ander meubel stuk gaan plaatsen, houdetVAVii langs de wanden weinig ruimte over. Het is veel gunstiger bij de indeling van Wij hebben in ons land groentesoorten ge noeg. Het is dus hele maal niet moeilijk te gemoet te komen aan de eis, dat onze maal tijden gevarieerd moe ten zijn. Wees niet bang in de loop van de week alle beschikbare groen tesoorten in het menu op te nemen en zoek het eens in andere com binaties en bereidings wijzen. Moet moen b.v. spi nazie altijd met eieren eten? Er is eigenlijk geen vleessoort die niet bij deze groente past. trouwens gebakken of gekookte vis smaakt er uitstekend bij; gebak ken kaas niet minder. Wat de bereiding be treft; deze beperkt zich na het koken gewoon lijk tot het hakken of zeer fijn snijden. Maar wist U dat het zeker niet minder smakelijk is de spinazie ongesne den of enkele malen grof gesneden op te dienen? Het is dan wel zaak de groente goed te laten uitlekken en op smaak af te maken met boter, margarine of een saus. Dat kan een melk- of kaassaus zijn of een saus bereid van een bouillon of pakje champignonsoep. In het laatste geval zult U wat extra bloem of maizena moeten ge bruiken. Maak, als U gewend bent aan kleine porties aardappelen, een scho tel van laagsgewijs ge legde plakken gekookte aardappel en gekookte, goed uitgelekte spina zie. Strooi desgewenst fijngesneden ham, ge raspte kaas of stukjes hardgekookt ei tussen de lagen. Overgiet het geheel met wat melk en warm de schotel op het fornuis of in de oven. Stamppot van rauwe ■pinazie is wel bekend, spinaziesla minder. De rauwe spinazie wordt hiervoor fijngesneden en vermengd met een bij voorkeur gebon- en slasaus of een den slasaus of een saus met geprakt ei. Verder kan men er plakken tomaat, blok jes ei, worst of uitge bakken spek doormen gen. Kleurig is ook de combinatie spinazie geraspte wortel. Bij andijvie doen al lerlei vlees- en kaasge rechten het uitstekend; gebakken vis, witte of bruine bonen of ei kan men geven bij een sla of stamppot met rauwe andijvie. Voor een an- dijviesla, die toch altijd wat bitter is, kunt U het best een iets zoete niet te schrale slasaus nemen, b.v. een mayo naise. Kleine kropjes andij vie kunnen in hun ge heel worden gekookt en nadat zij in de lengte gehalveerd en goed uit gelekt zijn, overgoten worden met een meik of kaassaus. Pittiger van smaak zijn deze kropjes, wanneer ze na het koken in ham of bacon gewikkeld en in de koekepan of braad slede nog een paar minuten gebakken wor den. Worteltjes kunnen be halve met peterselie ook met kervel worden gegarneerd. In beide gevallen wordt het groen fijngesneden en niet alleen over de worteltjes gestrooid, maar er ook doorheen geschud. Wie de smaak van worteltjes wat flauw vindt, doet er goed aan ze in weinig water of in bouillon te koken of samen met vlees (kalfspoulet of mals varkensvlees b.v.) Een gerecht van wit te bonen met gekookte worteltjes streelt niet alleen het oog, maar ook de tong. Een rest gare wortel tjes, koude gekookte aardappelen en kropsla vormen de ingrediënten voor een lekker slaatje, dat een feestelijk tintje krijgt door er wat vis uit blik bij te voegen. de vertrekken langs de wanden ver schillende „hoeken" te formeren. Het midden van de kamer blijft dan een vrije ruimte, die bij ieder ho.ekje nog wat speelruimte geeft. Een groot voordeel hiervan is nog, dat de huis genoten elkaar minder storen, wan neer ze eens heel verschillende dingen willen doen. Er zijn twee soorten ruimten nodig: 1. dat wat strikt noodzakelijk is om "bepaalde handelingen te kun nen verrichten, 2. de ruimte die we daarna nog eisen, de bewegingsruimte. Noodzakelijke ruimte Een slaapkamer waar een groot dubbel bed precies in zou passen, een kamer van ongeveer twee bij twee meter dus, is beslist te klein. Niet om te slapen, want het bed staat er in en het kleine gangetje, nodig om naar het bed te gaan, is ook aanwe zig. Maar we noeten het bed kunnen afhalen, het moet dus aan twee zijden te bereiken zijn. We moeten het bed kunnen luchten, we hebben ruimte nodig om ons te kleden. Dan willen we ook nog doodgewoon ruimte heb ben om ons prettig te voelen. De een wil zich lekker uitrekken, de ander wil per se ochtendgymnastiek in de slaapkamer doen enz. We onderschei den dus de werkelijk noodzakelijke ruimte: de ruimte die gemeten kan worden om alles goed te laten func tioneren. Een kast heeft dus niet alleen de ruimte nodig die hij per kubieke inhoud inneemt, maar de B. reik of wordt uitgevonden. Passen en meten is het devies. Natuurlijk wordt een ruimte ook in hoge mate beïnvloed door de hoogte van de vertrekken. Slechts in uitzon deringsgevallen zullen we hier iets aan kunnen veranderen in een be staand huis. We kunnen een té hoog plafond door een lager hangende con structie vervangen. Maar moeilijker wordt het, bijna onmogelijk, té lage verdiepinghoogte te corrigeren. Hoe wel natuurlijlk ook hier met „opti sche" hulpmiddelen kleuren, be hang dessins veel kan worden be reikt. Samenvattende zouden we dus kun nen zeggen: schep ruimte in uw wo ning en benui die ruimte zó, dat u ruimte blijft behouden A. Kamer met conventionele op stelling van meubels. B. Dezelfde kamer met een ver beterde opstelling, waardoor méér ruimte, veel meer moge lijkheden om te „wonen C. Een kamer van een suite met een traditionele eetkamer op stelling. D. Hetzelfde vertrek maar nu met een gezellige zithoek en een aparte eethoek. Een kachel heeft de haard vervangen. De tienda trekt: 16 f 295.- Twaalfdaa sept. Zes oct.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1957 | | pagina 6