vas...
Genua's worsteling om
havenvergroting
De Beneluxgedachte
de verdrukking
in
ms
el
er
190*
§)agMad Pextent
Om belangen van het
hele grensgebied
Termieten beginnen
offensief in Italië
Zwitsalette
Schietpartij
in Parijs
reumatiek
OVER BIJBEL LEZEN
Fris boekje
Je proeft iedere dag.
Ongeval in
Belgische mijn
10
DERDE BLAD
De Lage Landen
zijn bevoorrecht
Stichting de Kempen slaat alarm
Circusdirec^ps
vragen faciliteiten
van belasting
spit in Uw rug
wel eens an-
geprobeerd,
de stralende
wasgoed een
net de witheid
n ja, toen wist
cschuimende
witste, het
in niet alleen
ug op Radion
ndat het zo
alles!
et
de „greep" van
Ilijking met ander
I/. Zelfs de teerste
1 Radion-sop geen
I NooitRadion is
de wasmachine.
wwm ff
Jer lage rustbanken en
Idiende opdracht, wijn
■en. Bezorgd keek hij
T gast, die doodstil en
hten ogen bleef liggen.
I deze wonderlijke gast
xwam hij doen?
§1
WOENSDAG 17 APRIL 1957
»Tn de oprichting JJ-
veAeugendals beklemmend, hoe de haven verder uit te breiden:
van 1880 tot en met 1904 dus in een kwarteeuw was de tonnen-
maat'tot meer dan het drievoudige gestegen. De vorige grote uit
breiding door Ir. Adolfo Parodi, die de haven een eind in zee
vooruitschoof was één enkele keer mogelijk geweest, maar daar
mede was hel middel dan ook meteen uitgeput. Aansluiting bij
de kust was noodzakelijk.
„ord e-evonden met een nieuw havenbekken langs de
Een oplossing vinden aan dat reeds geducht versterkte haven-
kust, dat a®"'®"mdeg vuurtoren staat. Het nieuwe bekken kreeg de naam
bolwerk, waa p tfrna. ,let moest natuurlijk door een evenwijdig aan
de1kustCl1onendc strekdam worden besehut. Daartoe werd de Molo Galliera
v.rrier naar het westen doorgetrokken. In deze nieuwe haven werden twee
veruer I rS uitffebouwd en zo was aan het euvel van de ruimte-
nood «eer tegemoetgekomen. Voor hoe lang of hoe kort? Voor langer
dan men had durven hopen.
Uitwijkmogelijkheden
De Eerste Wereldoorlog van 1914
tot 1918 met zijn nasleep kwam tus
senbeide. En zo bleef het oude Ge-
nuese vraagstuk enige laren op de
achtergrond - om zich m de twm-
tiger jaren weer met kiacht aan te
dienen Genua liep toen steeds meer
in op Marseille; in 1925 ging er zes-
maal zoveel om als in 1875 en de uit
breiding van de haven was daarbij
aanmerkelijk achtergebleven. Hoe
echter uit te breiden zonder zich al
te zeer te keren tegen het regime
van de natuur? Van enig natuurlijk
bekken, al was het slechts in eerste
aanleg, was nergens sprake. Aan de
oostzijde van Genua was uitbreiding
volslagen onmogelijk. Daar dringt de
zee zo op, daar dalen de rotswanden
zo steil af, dat in de voorstad Nervi
over vier kilometer een weg langs de
zee in de rotsen moest worden uit
gehakt; voor de toerist belangwek
kend, voor de havenbouwer hopeloos.
Maar kan die éne plek beslissend
zijn voor een kustlijn van niet minder
dan 400 km? Waren er geen uit
wijkmogelijkheden, nu Genua stuitte
op de beperktheden, die het door zijn
ligging waren opgelegd?
O zeker, de visser op koraal, sar-
dijnen en sardellen vindt aan die
kust wel een niet ongeschikt lig-
plaatsje. Daar is ook wel een enkele
wat groter kom b.v. zoals de naam
reeds aanduidt het fijne Portofino.
En in de Middeleeuwen kon Richard
Leeuwenhart zich daar met wat
kleine vaartuigjes en bij mooi weer
wel inschepen. Maar wat zouden
zulke landingsplekken kunnen beteke
nen voor de grote en nog steeds gro
ter wordende schepen van onze tijd!
West van Genua ligt Savona, een
fabrieksstad van 70000 inwoners waar
ook de scheepsbouw van betekenis is.
Maar de haven van kleine omvang
is lastig binnen te lopen cn de ver
binding met het achterland is er door
de heuvels van Montferrata moeilijk
mi] nn nJ?nVan Genua ligt La SP<^a
met 110.000 inwoners. Om Genua te
ontlasten is het tot oorlogs- en ma-
rmehaven van Italië gemaakt. De
„aai 'f er nauw en bij handelslieden
niet zeer in de gunst. Maar als een
bijzondere natuurschoonheid vooral
bij maanlicht is het door grote dich
ters bezongen; een kleine inham in
de baai heet zelfs Porto Venere (ha-
van m" Venus) geenszins echter
van Mercurius, wat op handel en
scheepvaart zou wijzen.
Kor1t.?,m' waren er goede uitwiilr-
mogehjk^den, ze zouden reeds lang
z?fn i ♦ge/nededlngers van Genua
zijn opgetreden. Aan deze riffenkust
kan wat plekken betreft, die tot wer-
best vanast"e kun,nen uitgroeien, het
ken worden.6 06 1 Natuur gesP™-
Moeder Natuur heeft haar gaven
bewaard voor het noorden b.v. voor
«n„iSe and,en b« dr ree. Wie niet
lèr?n V] k W1' ln hct Beheel nipt
leren en het bovenstaande zou
Nederlandse vertegenwoordigers
regeringscolleges kunnen worden
aanbevolen om met de zo ruim
schoots aanwezige havengelegenheid
in Zuidwest wat zuinig om te gaan
en geen natuurgaven blindelings te
vernietigen.
Gedurfd bouwplan
Onontkoombaar moest de oplossing
worden gevonden aan de westkant
Drie duizend meter strekdam zou
er gebouwd moeten worden van een
ook door zijn diepte en breedte zo
uiterst zwaar werk. Waar de dam
zou moeten komen, is de zee 15 tot
23 meter diep. Er moesten echter
kolen- en olie- en industriehavens ko
men en dus is de Diga foranea
van de stad. Hoewel de kustlijn ook wat buitendam betekent tot stand
daar niets vertoonde van de uitnodi- gekomen. In dat langgerekt nieuwe
gendc kromming van een baai of havenbekken werden vijf brede aan
inham, nog minder van enig eiland legsteigers gebouwd, die natuurlijk
of van een landtong, zodat noch van niet als in de oude haven in een
een gesloten noch van een open rede kring liggen, maar elk met de kop
gesproken mocht worden, zou daar naar de zee gekeerd. Met het nieuw
toch de enige uitweg moeten liggen, gevormde havenbekken, ook nog
Het denkbeeld kwam op van een west en oost met een dwarsdam be-
lange strekdam evenwijdig aan de schermd, was het grote bouwplan,
kust, verder een dwars op de kust dat een gedurfde maar onontkoom-
staande havendam rechts en links en
dan viel er op de kaart wel een
nieuw langgerekt havenbekken te
improviseren, dat kwam te liggen
langs een voorstad van Genua en
waarin zich de naam Bacino di Sam-
pierdarena, naar die voorstad, liet
schrijven. Maar over zo'n golfbreker
van 3000 meter lengte, die dan aan
de éne zijde, de havenkant, een ge
heel anders uitziende zee moet mo
gelijk maken dan aan de naar zee
gerichte zijde past het beter zwaar
tillend dan lichtzinnig te denken; het
is een zaak met hachelijke kanten.
Zo'n golfbreker moet zo zwaar van
aanleg zijn, dat uitspoeling wordt
voorkomen en dat ook bij harde wind
de aanval der golven kan worden
weerstaan. De bouw moet keihard
en ijzersterk zijn. tot in de hoogste
graad. Inwendig bestaande uit stort-
steen, steenslag, brokken breuksteen
van 3 tot 100 kg, moeten voor kruin
en buitenhellingen blokken natuur
steen van 100 tot meer dan 1000 kg
en betonblokken van ettelijke duizen
den kilogrammen dienst doen, kort
om zulke zware eenheden, dat ver-
111 wacht mag worden, dat het gewicht
daarvan de golven zal weerhouden
ze op te nemen en zo de golfbreker te
vernielen.
bare oplossing bracht, voltooid en
Genua tot een haven geworden, die
in sommige jaren Marseille overtrof.
Een vergelijking
Na de laatste uitbreiding is er thans
een zo goed mogelijk omsloten wa
teroppervlak, dus bruikbare haven
ruimte van 330 hectare, dat is om
enig denkbeeld te geven een recht
hoek van 4700 bij 700 meter. Met die
330 ha gaat een lengte van steigers
en kaden gepaard van 20353 meter of
bijna 62 m per hectare nuttig opper
vlak. Om dat havencomplex in stand
te houden moest er aan golfbrekers,
evenwijdig aan de kust of loodrecht
daarop staande, 5450 meter strekdam
worden gebouwd of 16,5 meter per
ha. RJaar hoe breed moesten al die
massieve lichamen van steigers, ka
den, golfbrekers zijn om aan het doel
te beantwoorden! En dan die eigen
lijk ontstellende cijfers van de diepte,
die wisselen van 11,5 tot 23 meter.
Om de Middeleeuwse haven van Ge
nua, voor een klein deel een natuur
gave, om te zetten in de grote haven
van tegenwoordig is van de werkende
en denkende mens het uiterste ge
vergd.
Is het dan wonder, dat bij de
overdenking van al wat daar
voor nodig is geweest, er een
beeld opkwam van de Lage
Landen? Een haven van 330 ha
is in de talrijke zeeboezems
van Zuidwest met heel wat
minder moeite en kosten tot
stand te brengen. De zeeboe
zems nodigen er als het ware
toe uit. Aantal en omvang is er
eigenlijk naar vrije verkiezing,
ook de veiligheid kan er onbe
perkt zijn, daar de keuze zich
tot ver binnenwaarts kan uit
strekken.
Wordt dat echter gewaar
deerd
Luctor.
Op 9 februari 1952 werd door de Benelux-regeringen
een Belgisch-Nederlands-Luxemburgse Commissie voor de
ruimtelijke ordening ingesteld. Deze commissie kreeg o.m. als
opdracht mee aandacht te wijden aan „een betere ontwikkeling
van de grensgebieden, waarbij wellicht ook de verkeersverbindin
gen van belang zullen blijken".
Juist ter behandeling van dit punt werd een speciale sub
commissie gevormd, welke over haar werkzaamheden een ver
slag en advies heeft ingediend. De nota dezer subcommissie is
voor de Stichting voor de Kempen, welke in Turnhout gevestigd
is, aanleiding geworden in haar jongste „Nieuwsbrief" een kri
tisch geluid te laten horen.
(Advertentie)
De subcommissie heeft n.l. wel
in haar rapport vastgesteld, dat in
de betrokken grensgebieden vooral
tussen Schelde en Maas aan weers
zijden van de grens een zekere
homogeniteit in geografisch en de
mografisch opzicht te signaleren
valt en dat in dit grensgebied als
het ware een vacuum valt te be
speuren ten aanzien van de el-ders
intensieve maatschappelijke ont
wikkeling Op de vraag echterof
een bijzondere ontwikkeling in de
ze streek gewenst en gestimuleerd
tijdelijk
Sola heeft een grote voorjaars-verrassing voor U.
U kunt nu in het bezit komen van schitterend,
Sola-tafelgerei, voor een kwart minder
dan de normale prijs.
Van 17 april t.e.m. 4 mei
kunt U uw oude tafelgerei, In elke
gewenste hoeveelheid en van welk merk ook
bij uw Solo-winkelier inleveren en het
vervangen door prachtig, gloednieuw
Solo-tofelgerel, mét een korting von 25%.
U mag inleveren wat U wilt: messen, vorken,
lepels, groot en klein. Zij mogen verroest,
beschadigd of verbogen zi|n. Zij mogen
van zilver, verzilverd of van ijzer zijn.
Alleen aluminium komt niet In
aanmerking.
Dit is de kans van uw leven om tafel
gerei voor uw leven te verkregen, zó
voordelig als nog nooit mogeli|k was
en nooit meer mogelijk zal zijn.
Stel uw Sola-wensen met meer uit.
Doe Uzelf niet tekort. Profiteer
zoveel mogelijk van dit zeldzame
Sola-aanbod!
Model
14Ó0,
U kunt kiezen uit Sola-Pleet (zwaar verzilverd)
en Sola-tf assief ld oor en door vlekvrij) in de
hier afgebeelde modellen.
SOLAFABRIEK M. J. GERRITSEN N.V. - ZEIST
zou moeten wordenwas de com
missie geneigd in beginsel een ont
kennend antwoord te geven. In zo
verre de bevordering van de indus
triële ontwikkeling in bepaalde
kleinere gebieden van de grens
strook nuttig kon zijn, leek dit de
commissie vooral een zaak van het
betrokken land
Kempische ongerustheid
De Stichting voor de Kempen, al
lesbehalve gerust over de betekenis
van het verslag der officiële Bene-
lux-commissie voor de ruimtelijke
ordening, wendde zich ter nadere in
formatie tot de Belgische minister
van Openbare Werken, de heer O.
Vanaudenhove. Deze heeft geant
woord, dat onder het grensgebied tus
sen Schelde en Maas door de boven
genoemde commissie, wat België be
treft, wordt verstaan het gebied tus
sen de grens met Nederland en een
lijn, die loopt van Zandvliet bij de
Schelde over Kapellen, Oostmalle,
Kasterlee (bezuiden Turnhout), Mol,
Balen, Leopoldsburg, Hechtel, Bree
en Kinrooi naar Kessenich bij de
Maas. Overigens bevestigde de minis
ter, dat de commissie vooropzet, dat
er door België en Nederland in begin
sel geen gemeenschappelijke bijzon
dere ontwikkeling in dit gebied zou
moeten worden gestimuleerd.
Ontmoedigend achtte de minister
dat niet, omdat toch, zoals ook de
commissie zegt, beide landen afzon
derlijk de gewenste maatregelen kun
nen nemen.
Dit antwoord van minister Vanau
denhove heeft de Stichting voor de
Kempen volstrekt niet bevredigd en
haar ongerustheid integendeel nog
doen toenemen.
Gemeen schappelijke
maatregelen
noodzakelijk
Dit is ook volkomen begrijpelijk,
omdat de gedragslijn van de Bene
lux-commissie juist een belemmering
moet zijn voor de verbetering van de
infrastructuur in het grensgebied
welk voor de verdere ontwikkeling
van deze streek noodzakelijk is en
alleen door Nederlands-Belgische sa
menwerking deugdelijk kan tot stand
komen.
De Stichting voor de Kempen
noemt meteen al zes concrete voor.
beelden van gewenste verbeteringen,
die Nederland cn België samen moe
ten aanbrengen:
1. een kanaal van ongeveer 20 km
ter hoogte van Tilburg en Turnhout,
dat een verbinding zou tot stand
brengen tussen het Nederlandse en
het Belgische kanalennet, welke over
meer dan 100 km zonder verbindin
(de ..stop van Lozen" draagt zijn
naam met ere naast elkaar lopen
dit betreft het zgn. Postelkanaal;
2. intensiever gebruik en moderni
sering van de spoorlijn Antwerpen
Mol Roermond Miinchen-Glad
bach en herstel van het personenver
voer op die lijn;
3. herstel van de spoorverbinding
tussen het Belgische en het Neder
landse spoorwegnet op de lijn Tilburg
Turnhout;
4. modernisering van de weg Eer-
sel-Retie en openstelling van die weg
als douanepost;
5. modernisering, voor zover nodig,
van de verkeersweg naar Roermond
vanaf de autostrada door de Kempen
over Geel, Mol, Lommei en Neer-
pelt;
6. de aanleg van de autostrada
Oelegem Turnhout Eindhoven
Oberhausen, „waarvoor Nederland
maar geen voet wil verzetten."
Dit laatste is niet geheel juist. Op
het Nederlandse departement van
Waterstaat zijn sinds lang voorberei
dingen getroffen voor de plannen van
deze weg, al mocht men hierbij ook
meer voortvarendheid wensen. In de
Belgische Kempen zelf heeft men de
laatste tijd meer de klemtoon gelegd
op de grote autostrada van Antwer
pen naar Luik. de zgn. Boudewijnweg.
waarvan de twee laatstgenoemde we
gen op de verlanglijst van de Stich
ting belangrijke uitvalswegen naar
Nederland en Duitsland moeten wor
den. Gezien de tegenstand, die men
in Brussel moest overwinnen bij het
streven om de aanleg van de Boude
wijnweg langs het Albertkanaal te
verkrijgen, is het leggen van het
accent op deze hoofdweg begrijpelijk,
maar daar bij raakten de uitvalswe
gen naar Nederland noodwendig tij
delijk op het achterplan.
Ook
onze
zaak
De Stichting voor de Kempen heeft
intussen goed gedaan opnieuw de
aandacht te vestigen op de verschil
lende werken in het grensgebied,
waarvoor zij sinds lang ijvert en die
als basis of katalysator moeten die
nen voor de industriële ontwikkeling,
welke daar evenals ten onzent door
de bevolkingsgroei noodzakelijk is.
Zij concludeert terecht: ..de Noorder
kempen moet opengesteld worden
voor de nijverheid door een reeks
openbare werken en overheidsmaat
regelen, waarvan vele door Neder
land en België tesamen moeten ge
realiseerd worden".
Vanuit Noordbrabant. Nederlands
Limburg en vooral ook vanuit Z.
Vlaanderen gezien, dat de Stichting
als te ver buiten haar werkterrein
gelegen, niet vernoemt, bestaat voor
de ontwikkeling van de Nederlandse
grensstreek evenzeer de behoefte aan
Nederlands-Belgische samenwerking
vooral op verkeersgebied. Wanneer
die samenwerking er niet komt, zou
den deze grenslanden, die geografisch
en demografisch tot een welvarend
centrum van Benelux kunnen uit
groeien, nog lang een achtergebleven
gebied blijven.
Uit het verslag der Benelux-com
missie blijkt, dat tegen de gewenste
en noodzakelijke ontwikkeling van
het grensgebied ambtelijke weer
standen bestaan. Het is nu de taak
van de naast betrokken instanties
aan weerszijden van de grens deze
weerstand te overwinnen. Laat men
daarvoor de handen in elkaar slaan
Geheel in de geest van het Benelux
congres te Knokke dat in 1954 de
stelling van de voorzitter der Ka
rner van Koophandel voor noord
Limburg, de heer Custers uit Vcnlo
toejuichte: de verkeersverbindingen
tussen Nederland en België dienen
te worden verzorgd alsof zy één en
hetzelfde land betreffen.
Deze resolutie van een Benelux-
congres is jammerlijk te schande ge
maakt.
Paastijd - Verlovingstijd
Gezelligzo'n receptie 1 De jongelui
en de gasten genieten ervan
óók van de sigaret waarvan iedereen zegt:
KINGS
CROSS
De termieten, die zo menig
Afrikaans gebied onveilig ma
ken, gaan nu hun ondermij-
ningswerk overbrengen naar
hoger gelegen gewesten, en wel
in zuidelijk Europa. Ze hebben
een eerste offensief ingezet in
wat men de laars van Italië
noemt, en wel met voor hun
horden zulk succes dat iedere
Italiaanse stad zich reeds be
dreigd voelt en maatregelen
neemt om het gevaar te be
strijden.
De eerste aanvallen van de diertjes
werden ondernomen in het gebied van
Toskane. Zij opereerden in de magni
fieke gebouwen van het palazzo Bo-
boli te Florence, nabij het palazzo
Pitti met zijn onschatbare kunstver
zamelingen.
Reeds werd een gebouw, dat zich
tegenover het gekende Museum be
vindt, zodanig door de insecten on
dermijnd, dat het onbewoonbaar is
geworden.
En, ironie van het toeval, een twee
de termietenleger drong door tot in
het gebouw, waar de Italiaanse in
sectendeskundigen geregeld bijeenko
men.
Het is helaas niet bij de hoofdstad
van Toskane gebleven', uit alle pro
vincies wordt schade door termieten
gemeld.
Vooral te Rome. Eer wie alle eer
toekomt: Het eerste ongewenste ter-
mietenbezoek was voor het Quirinaal,
waar zij in massa opdaagden in de
wachtkamer van Staatspresident
Gronchi. Ook hier is de strijd tegen
het insect door een aantal bedienden,
onder leiding van een deskundige,
aangevat.
Zij die dachten dat Venetië, dat ge
heel op het water gebouwd is, van de
insectenplaag vrij zou blijven, hadden
het mis:
Hoe ongelooflijk het ook schijnt, de
termieten zijn ook daar waargeno
men in de ondergrondse muren van
de stadsgebouwen.
Het is dus niet genoeg dat Venetië's
grondvesten door het water onder-
(Adverteotie)
In de Aulniats-mijn van de „Char
bonnages de Roton Farciennes" te
Charleroi is een kooi, die in de lucht-
schacht afdaalde, op verdieping 123
bekneld geraakt. Daar de machinist
zich niet onmiddellijk rekenschap
van het ongeval gaf, viel een deel
van de kabel op de kooi, die onder
het gewicht plotseling verscheidene
meters omlaagschoot.
In de kooi bevonden zich twaalf
mannen. De schok was betrekkelijk
hevig. Een mijnwerker werd dodelijk
gewond, een andere liep een dijbreuk
op. De tien andere mijnwerkers kwa
men er heelhuids af.
Bestrijd UW PIJNEN met:
Bij een aanval met automatische
geweren door groepen Noordafrika
nen op twee Parijse cafés voor
Noordafrikanen, zijn twee personen
om het leven gekomen en twaalf ge
wond.
mijnd worden en steenkanker zijn
monumenten aantast, nu ook dit nog!
Men bedenke dat, naar Dr. Cafti ver
klaarde, minstens vijftig miljard lire
besteed moeten worden aan de eerste
consolidatie-, herstellings- en zelfs
herbouwingswerken, alleen tengevol
ge van de schade door deze water
ondermijning en steenziekte veroor
zaakt.
Daar komen dan nog bij de nieuwe
kosten welke de bestrijding der ter-
mietcnplaag met zich meebrengt.
Weliswaar zijn de witte mieren nog
niet tot een groots opgezette aanval
op de lagunenstad zelf overgegaan,
doch hun ondermijnende werking
werd reeds vastgesteld, en wel in het
paleis der Filmbiënnale.
Op ongeveer een half uur afstand
van Venetië is de toestand reeds ho
peloos. De inwoners van het dorp
Oriago werden hun huizen uitgedre
ven door de gevreesde insecten;
reeds zijn ettelijke woningen gedeel
telijk ingestort.
Een interpellatie werd in de Kamer
ingediend. De vrees die een groot
deel der Italiaanse bevolking aan
grijpt is wel begrijpelijk. Meer nog
wanneer men bedenkt dat de insecten
in de Verenigde Staten, waar zij een
gunstig ontwikkelingsterrein hebben
gevonden, jaarlijks voor 120 miljoen
dollar of zes miljard francs schade
aanrichten!
Enige cireusdirecties hebben een
telegram gezonden aan de konin
gin en de ministers van Sociale
Zaken, Financiën en O. K. en W.,
waarin verzocht wordt in navol
ging van Engeland de omzetbe
lasting voor circussen af te schaf
fen, en de gemeenten te adviseren
de vermakelijkheidsbelasting voor
circussen af te schaffen „daar de
kosten voor transporten en voede
ring der dieren toch al enorm hoog
zijn. In het telegram wordt voorts
geattendeerd op „de zeer ongeluk
kige regeringspolitiek ten opzichte
van de circusbedrijven, waardoor
reeds vele failliet zijn gegaan en
andere zwaar bedreigd worden in
hun voortbestaan."
(Advertentie)
helpen direct
„De Stem in meer dan 55.000 ge
zinnen, elke dag". Prachtig.. Aan
genomen, dat in elk gezin door vier
personen de Stem gelezen wordt, dan
heeft de Stem elke dag veel meer
dan 200.000 lezers. Met weemoed stel
ik de vraag: hoeveel van deze Stern-
abonnees zouden de Bijbel lezen? Zou
den het er veel zijn? Ik weet het
niet, mijn ervaring reikt niet ver.
Wanneer ik alleen op mijn vermoe
den af ga vanzelfsprekend is dit
onwetenschappelijk, niet waar, KAS-
KI? dan is mijn mening niet erg
optimistisch: ik vermoed, dat er be
trekkelijk weinig Stemlezers ook Bij
bellezers zijn. Niet dat zulks aan de
Stem ligt. maar men speurt er zo
weinig van, men hoort er zo weinig
over. Erger nog. men hoort beslist
zeer rare opmerkingen, wanneer men
de Bijbel op het woord gooit.
Als mijn vermoeden dus juist is,
en eerlijk gezegd twijfel ik daar niet
aan, dan staan we voor een ernstige
achterstand.
Goddank, er zijn tekenen van een
heilzame kentering (ofschoon, naar
mijn „vermoeden", meer in het noor
den dan in het zuiden).
„Langzaam, aldus Gabriël Smit,
winnen Katholieken men kan he
laas nog niet zeggen; dé Katholie
ken weer een persoonlijke verhou
ding lot de H. Schrift. Op vele plaat
sen komt men in kringen samen en
leest men de Bijbel, voorzichtig be
gint men in sommige gezinnen met
geregelde Bijbellezing".
Aan degenen van de Stemlezers die
met mij de gesignaleerde achter
stand een gemis vinden, een ernstig
tekort, zij een pas verschenen, fris
boekje aanbevolen. Het is getiteld:
„Dichtbij U is het Woord" en het
werd uitgegeven bij Paul Brand te
Bussum. Het boekje dankt zijn ont
staan aan een Bijbelclub, die iede
re veertien dagen destijds ten huize
van Anton v. Duinkerken in de Lo-
mansstraat te Amsterdam samen
kwam, om zich te verdiepen in de
H. Schrift. Die vier schrijvers spre
ken de hoop uit, „dat het geluk van
de ontdekking zo sterk in het boek
leeft, dat de lezer er in delen kan
en zelf tot eigen ontdekking wordt
aangespoord."
De weg naar de H. Schrift is niet
altijd gemakkelijk, de schrijvers wil
len ons behulpzaam zijn, door getui
genis af te leggen van hetgeen zij
op deze weg ontdekten.
Gabriël Smit opent met een arti
kel over „de katholiek en de H.S.
Verleden, heden, theorie en prak
tijk". Gert Helmer schrijft een stu
die over „woord en beeld in de H.S."
Kap. Brouwer, de beschermheer van
de club en van menig andere Bij
belclub, deelt ons van zijn rijke er
varing mede en geeft waardevolle
tips voor de praktijk van het Bij
bellezen. Michel van der Plas be
schouwt de betekenis van de „H.
Schrift voor ons".
Het tweede deel van het boek is
een korte bespreking van de boeken
van Oud en Nieuw Testament door
kap. Brouwer (De S. houde mij te
goede als ik zeg „kapelaan", mis
schien is hij intussen al tot de hiër
archie der pastoors opgestegen).
Het hele werkje is uitstekend ge
schreven: gezien de betekenis van de
schrijvers lijkt deze opmerking haast
banaal. Ik wil er maar mee zeggen,
dat het lezen op zich al een genot
is. En de inhoud is rijk en voor
ieder bevattelijk.
Moge het veel goed doen. Als de
boekhandelaren het een goede plaats
geven in hun etalage, kan het een
best-seller worden. Het boekje ver
dient het.
J.H.