oop
tijd
iOagblad
De Nederlandse onderzeebootdienst
een halve eeuw onder water
EMIGRANTEN ONTGOOCHELD
UIT BRAZILIË TERUG
Zeeuws Portret
Sumatra is in opstand
r
Politieke strijd
157
Portretten recensent
KOERSVERLOOP OP
AMSTERDAMSE BEURS
CONFETTI CONFETTI CONFETTI CONFETTI CONFETTI
Een oud idee vond eerst na
enkele eeuwen toepassing
C. Kammeraad
Voorzitter K. v.K.
Djakarta verwaarloosde de
economische belangen op
ontstellende manier
kP
DERDE BLAD
ZATERDAG 5 JANUARI 1957
5
Het begon met een geheimzinnig vaartuig
Redders vermist in
Japan
Sovjet-bezoek aan
Denemarken
uitgesteld
Contact beloofde alle goeds
maar er kwam niets van uit
Uitgerangeerd....
Till MIEBLO es ZOON u
4 JANUARI 1957
2
leitrouwen
■x 7\* **«iïYtV«
ƒ1,50
ƒ1-
ƒ1,50
ƒ2-
1.10
ƒ2,50
3.30
ƒ0,83
ƒ0,85
ƒ0,70
ƒ0.78
ƒ0,91
ƒ0,69
0.83
ƒ0,75
ƒ0,65
Het was met zeer weinig ceremonieel dat een halve eeuw
geleden de eerste Nederlandse onderzeeboot in dienst werd ge
steld. Reeds het gehele jaar door was op de Rijkswerf aan dit in
de ogen van elke rechtgeaarde marineman „geheimzinnige" vaar
tuig gebouwd. In de la-anten en geïllustreerde tijdschriften van
die tijd waren foto's verschenen en menigeen had medelijdend
geglimlacht. De beste stuurlui die toen zowel als nu aan de
wal stonden hadden vol afkeer hun schouders opgehaald. „Een
onderzeeboot, wie had ooit zulke dwaasheid vernomen?"
De naam van de boot was „met tact" gekozen, want zij heette „Luctor et
Emergo". Men verwachtte, dat het vooral het eerste woord (luctor ik
worstel) zou worden, terwijl het tweede woord (emergo ik ontzwem) naar
men hoopte nooit zou worden beschaamd. Nu was deze eerste onderzee
boot, die tijdens haar bestaan de fantasieloze naam droeg van de 0-1 (want
men had even na de ingebruikstelling besloten, de boten geen naam te
geven) bepaald geen machtig stuk werk
Reeds uit het jaar 1460 stamt een
tekening van de Italiaan Valturio, die
als model gediend zou kunnen heb
ben voor een onderzeeboot. Natuur
lijk bleef dit bij een theoretisch ont
werp.
Maar toch werd in 1624 door de
Nederlander Cornelis Drebbel, reeds
met een soort onderzeeboot in de
Theems een proefvaart ondernomen.
Het vaartuig bleef twee uur onder
water en dat op een diepte van vier
tot vijf meter
Hiermede was dus al eeuwen voor
het bestaan van O-l bewezen, dat
zo'n vaartuig mogelijkheden bood.
Telkens vinden wij dan ook in de
historie tekeningen en kleine model
len van schepen, die onder water
kunnen varen. Het idee, om zo on
gemerkt rond te dwalen, houdt de
fantasie van de mensen bezig.
Bij al die vele onderzoekingen is
de poging van de Beierse onderoffi
cier Wilhelm Bauer mogelijk 't meest
bekend. Bijde proefvaart van zijn
duikboot in het jaar 1851 zonk het
schip wat overigens wel de be
doeling was maar.... tot grotere
diepten, waarvan het bereiken niet
bij de proefvaart behoorde.
Het vry zwakke vaartuig werd in
elkaar gedrukt
Omdat Bauer met zyn metgezellen
bleven wachten tot het vaartuig zo
goed als geheel was volgestroomd,
konden zij een luik openen en de op
pervlakte bereiken.
Dat de mannen een zeer onaange
name negentig minuten hebben door
gebracht in die donkerte, terwijl het
ijskoude water langzamerhand steeg,
is wel te begrijpen.
De eerste werkelijk betrouwbare
duikboot werd door Zweedse ingeni
eurs in het jaar 1882 gebouwd.
De Fransman Goubet ontwikkelde
het type verder.
Verschillende marine-autoriteiten in
talloze landen wilden ook dergelijke
vaartuigen bouwen.
Zo ging men er dan in ons land
in het jaar 1906 toe over. Het was
een ontwerp van de ingenieur John
P. Holland, een veelzeggende naam.
De eerste jaren
De O-X was bepaald niet indruk
wekkend. Integendeel, het was eigen
lijk een onooglijk bootje en de offi
cieren van onze toenmalige marine,
uitgezonderd enkele idealisten, von
den 't maar onnutig gedoe. De mees
ten konden nog niet inzien, dat dit
een wapen was, dat in de toekom
stige oorlogen een grote, zo niet be
slissende rol zou spelen.
Het zou tot 1911 duren, voordat de
O-l een zusje kreeg. In de vijf jaar
voor de Eerste Wereldoorlog werden
achtereenvolgens 0-2, 3, 4, en 5 in
dienst gesteld. Het waren allemaal
kleine bootjes en over het algemeen
had men er weinig vertrouwen in.
Doch, wanneer in de Eerste Wereld
oorlog de belangrijkheid van deze
schepen bij de oorlogsvoering naar
voren komt, krijgen wij meer en meer
duikboten.
Tot 1932, dus tot de crisisjaren die
de bouw van de schepen afremden,
worden er 29 onderzeeboten in dienst
gesteld!
Het is een wapen, dat zich eerst
niet in de algemene populariteit mag
verheugen. Pas wanneer een schip
als de K-XVIII, die om de halve we
reld vaart en waarbij prof. dr. F.A.
Vening Meinesz aan boord is om me
tingen te verrichten, tot de verbeel
ding van ons volk gaat spreken,
krijgt dit wapen in ons land enige
publiciteit. Maar laten we daarbij
niet vergeten, dat in, de dertiger ja
ren onze gehele marine niet populair
was!
Een tweede wereldoorlog, waarbij
zeven van onze onderzeeërs in de
Een Japanse reddingsploeg, ter
sterkte van negen man, die was uit
getrokken om een 21-jarige student
op te sporen, die woensdag jl. was
gaan skilopen op de besneeuwde hel
lingen van de 1.500 meter hoge berg
Hachikado, in noord-Japan, wordt
vermist. Men vreest dat de gehele
ploeg om het leven is gekomen.
Een tweede reddingsploeg heeft
geen spoor van de negen mannen
kunnen vinden.
Een woordvoerder van het Deense
ministerie van Buitenlandse Zaken
heeft in Kopenhagen meegedeeld, dat
het bezoek, dat een delegatie van de
Opperste Sovjet in het voorjaar aan
Denemarken zou brengen, voorlopig is
uitgesteld.
golven verdwijnen, en 208 opvaren
den de heldendood vinden, was no
dig om de aandacht van het vader
land te richten op de moedige man
nen. werkzaam bij dit onderdeel van
onze marine.
Die zeven duikboten zijn in gevech
ten op de Noordzee, in het Kagerak
of tegen de Japanse overmacht ge
zonken!
Herinneringen
Het was Hare Majesteit de Konin
gin, die als eerste vrouw in het jaar
1916 op de 0-3 een vaaroefening on
der water meemaakte.
Het was voor de bemanning na
tuurlijk een vrij grote verantwoorde
lijkheid.
Een ernstig ongeluk gebeurde op
6 maart van het jaar 1940.
Toen werd de 0-11 door de sleep
boot Amsterdam" bij het verlaten
van de haven van Den Helder aan
gevaren.
Hierdoor ontstond een groot gat in
de duikboot. Het bevel de waterdichte
schotten dicht maken, kon weliswaar
Onze eerste onderzeeboot op de
werf in Hellevoet sluis.
Een foto uit het jaar 1906.
worden opgevolgd maar hierdoor
werden twee compartimenten afge
sloten waarin zich vier mannen be
vonden.
Daar stroomde het water razend
snel naar binnen en alleen een ser
geant-torpedomaker kon worden ge
red.
De bemanning in de afgesloten
compartimenten gedroeg zich voor
beeldig.
Ofschoon de boot geheel onder wa
ter was verdwenen zij lag aan
een zijkant van de haven wist men
door het leegblazen van de brand
stoftanks deze zover te lichten, dat
de bemanning door het torenluik de
boot kon verlaten. Pas twee dagen
later werd het schip geborgen.
De H.M. 0-11 werd naar de werf
gebracht. Bij het uitbreken van de
oorlog was de boot echter nog niet
gereed en op 14 mei 1940 werd zij
toen, nu opzettelijk, opnieuw tot zin
ken gebracht.
Vijftig jaar bestaat dan nu de Ne
derlandse onderzeedienst.
Een halve eeuw, waarvan de re
sultaten in vergelijking met de eer
ste proeven van de Nederlander Cor
nelis Drebbel in 1620, een grote voor
uitgang betekenen.
Gezien echter het tijdsverloop van
meer dan drie eeuwen, is het toch
niet zo'n ontzaglijke technische over
winning!
De onderzeeboten hebben soms
meegewerkt tot het doen van onder
zoekingen. Een enkele maal zijn ze
voor vreedzame doeleinden gebruikt,
maar over het algemeen is het een
wapen dat veel onheil kan stichten.
Dank zij de geraffineerde bestrij-
dingsmethoden. is de duikboot niet
zo'n schrikwekkend iets meer als in
de jaren 1914-1918. Helaas, het is een
wapen, dat nog niet kan worden ge
mist daarvoor is onze wereld nog
steeds te oorlogszuchtig.
viezen van de Nederlanders in de
wind sloegen. Echter niet alleen de
Nederlanders, ook de aanwezige Ame
rikanen en Duitsers werden in dat op
zicht „uitgerangeerd".
Naar huis
Na verscheidene besprekingen werd
de emigranten van Nederlandse con
sulaire zijde erop gewezen, dat men
hier met een staatsbedrijf te doen had
en de handelsbelangen wellicht ge
schaad zouden kunnen worden, als
Acht emigranten, van wie zeven met hun gezin, zijn met het
Duitse schip „Santa Teresa" teleurgesteld uit Brazilië in Neder
land teruggekeerd. Het zijn vroegere technici van de Caltex, de
B.P.M. en de Standard Oil. Twee hunner hebben ons aan boord
het relaas van hun ervaringen verteld. Het zijn de 58-jarige C.
van Lunteren en de 32-jarige F. Mutter.
Met ongeveer 40 man in totaal, al
dus het verhaal had men in de zomer
van 1955 via de emigratiedienst in
s-Gravenhage een contract aange
gaan met de Braziliaanse staatsraf-
finaderij Petrobras te Cubatao. Een
vertegenwoordiger van die maat
schappij, de Nederlander Schroeder,
was voor deze transactie speciaal uit
Brazilië overgekomen en namens de
Nederlandse emigratiedienst was de
overeenkomst door de heren Meer
man en van der Wielen mede onder
tekend.
Men had in Brazilië nl. opzichters
en operators" nodig en de aange
worven Nederlanders, die van 5 tot 25
jaar olie-ervaring" konden spreken,
hadden in de opbouw van de genoem
de raffinaderij een aantrekkelijke
baan gezien, die de voorgenomen emi
gratie tevens uitvoerbaar maakte.
Het in het Engels gestelde contract
dat men voor drie jaar aanging, be
vatte de bepaling, dat men in Bra
zilië nog eens moest tekenen. Dit was
werd gezegd, dezelfde overeenkomst
maar nu in het Portugees gesteld.
Men heeft die bij aankomst getekend
in goed vertrouwen. Pas later is uit
gekomen dat in die Portugese versie
de opzeggingstermijn van 180 dagen
tot 30 dagen was verminderd en de
proeftijd van drie maanden tot een
maand was teruggebracht.
Werden aanvankelijk, zo gaat het
verhaal verder, de bepalingen van de
overeenkomst nageleefd, zodra er een
nieuwe, nu militaire directeur kwam,
moest men zelf zijn medische verzor
ging, althans de geneesmiddelen gaan
betalen Van toegezegde verhogingen
of duurtetoeslagen kwam niets.
5?iï °Ptred9n van deze officier Dracht
faj de 'wgere Braziliaanse
peisoneelsleden ineens een andere
houding gingen aannemen en de ad-
men probeerde te interveniëren en
de regeringen tegen elkaar zouden
worden uitgespeeld. Het advies luidde
daarom: zo spoedig mogelijk vertrek-
Van Nederlandse kant werd inmid
dels nog een tegenvoorstel gedaan,
dat neerkwam op uitbetaling van de
helft van de nog lopende contract-
tijd, plus de kosten van de reis naar
Nederland en 100 conto (ongeveer
5000.als schadevergoeding. Dit
voorstel werd door Petrobras van de
hand gewezen.
i Men heeft zich tenslotte in verbin-
i ding gesteld met een advocaat te
I Santos. Deze kon slechts de raad ge-
ven naar Nederland terug te keren
en daar te trachten via het ministerie
i van Buitenlandse Zaken de aangele-
i genheid tot een goed einde te brengen.
Na tot de laatste dag van hun ver
blijf uitbetaald te zijn, plus een maand
salaris en betaling van de passage-
prijs gekregen te hebben zijn de in
totaal 26 personen, na eerst nog te
vergeefs te hebben getracht in Bra
zilië ander emplooi te vinden, daarop
scheep gegaan op de Santa Teresa"
een Duitse dienst op Zuid-Amerika
die ook Rotterdam aanloopt.
Woensdag 2 januari werd
op de vergadering der Ka
mer van Koophandel en Fa
brieken te Goes, de heer C.
Kammeraad met algemene
stemmen wederom herko
zen tot voorzitter. Wij vroe
gen hem om een onderhoud,
nadat hij bijna twee uur be
zig was geweest met het uit
spreken van zijn nieuw-
jaaisrede en het voorlezen
van het uitvoerig overzicht
van het bedrijfsleven in het
rayon der Kamer.
Én met dezelfde rustige stem,
die ZO lang had geklonken, be
antwoordde hij onze vragen.
Deze evenwichtige, onverstoor
baarheid kenmerkt de heer Kam
meraad, die door deze eigenschap
in staat is een werk te verzetten,
dat uitgebreid genoeg is om twee
of drie levens te vullen.
Als zo menigeen die in ons ge
west een leidende functie heeft,
is de heer Kammeraad geen
Zeeuw van afkomst.
Hij werd 14 januari 1902 ge
boren te Hazerswoude. Maar reeds
op 17-jarige leeftijd kwam hij
naar Koudekerke op verzoek van
zijn oom, die daar een molenaars
bedrijf annex graanhandel had
en hulp nodig had. Met ijver pak
te de jonge Kammeraad aan en
geraakte zó thuis in het vak, dat
hij, ook door een aangeboren lei-
dersgave, reeds vier jaar later in
staat was om het bedrijf over te
nemen en het voort te zetten.
Tot 1931 bleef de heer Kamme
raad op de achtergrond. In dat
jaar, bij invoering van de Tarwe-
wet, die ook voor de molenaars
ingrijpende wijzigingen bracht,
sprong hij ir. zijn organisatie een
paar maal op de ketting. Zijn
argumentering was zakelijk en
raak, zodat zijn collega's al gauw
bij hem aandrongen om r.aar den
Haag te gaan en de degen te krui
sen met de grootmachtige rege-
rinscommissaris, ir. Louwes.
Dit en het succes dat hij er mee
had vestigde de aandacht in
breder kring op onze zakenman.
Hij werd een jaar later gekozen
in het hoofdbestuur van de alge
mene molenaarsbond; in 1934 tot
penningmeester van die organi-
en in 1948 tot voorzitter, welke
functie hij tot heden toe waar
neemt.
Zoals dat gewoonlijk gaat,
stormden andere functies geleide
lijk op de heer Kammeraad los
en daar diens gemeenschapszin
even groot is als zijn deskundig
heid en daadkracht, wees hij er
slechts weinige af. In 1942 vaar
digde men hem af in de hoofd
groep Ambachten van de Wolter-
som-organisatie. Men bracht hem
in de Kamer van Koophandel en
in het bestuur daarvan.
Na de oorlog, toen de Zeeuw
se Kamers nog enige tijd gecom
bineerd werkten, was hij plaats
vervangend voorzitter en in 1950
koos men hem tot voorzitter als
opvolger van wijlen de heer Koek.
Nog is hij bestuurslid der stich
ting Maalderij en Bakkerij te Wa-
ger.ingen, hoofdbestuurslid van
de Kon. Ned. Middenstandsbond;
bestuurslid Eti; voorzitter der fe
deratie van Molenaarsbonden en
van de bond van handelaren
in veevoeder en kunstmest; vice-
voor zitter der huurcommissie
rayon Walcheren en N. Beveland.
enz. Vóór de annexatie van het
deel der gemeente Koudekerke,
waar hij woonde, door Middel
burg, zat hij ook in de raad van
die gemeente.
Een allergewichtigste functie
kreeg de heer Kammeraad nog
in september jl. toen men hem
benoemde tot lid van de Sociaal
Economische Raad en tussen dat
alles door is hij nog adviseur van
het Gewestelijk Arbeidsbureau en
lid van de landelijke adviescom
missie middenstand van de VVD
Wij vroegen de heer Kammeraad
wetend dat hij ook werkt in al
die functies, hoe het hem moge
lijk is, ook nog zijn zaak te drij
ven.
Normaal, zei hij, zou dit ook
niet mogelijk zijn en zou hij zich
uit vele organisaties moeten te
rugtrekken. Maar hij heeft het
geluk een prima bedrijfsleider te
bezitten en kan zich nu bepalen
tot het voornaamste in de be
drijfsvoering. Niettemin kan men
niet anders dan bewondering ge
voelen voor de man, die zich op
dergelijke wijze inzet voor het al
gemeen belang.
Eind januari zullen de Verenigde Naties in de Algemene
Vergadering de aanspraken van Indonesië (of Soekarno) op Ne
derlands Nieuw Guinea behandelen. Dat moet een interessante
geschiedenis worden. Indonesië eist er een stuk bij, terwijl juist
een groot deel van Sumatra zich geschaard heeft om de leiders
van een revolutionaire beweging en terwijl de centrale regering
te Djakarta over geen enkel machtsmiddel schijnt te beschikken
om die opstand te onderdrukken.
De vertegenwoordiger van dit verscheurde land, die de aan
spraken op Nieuw Guinea zal moeten verdedigen, is Roeslan Ab-
doelgani, de minister van buitenlandse zaken, die uitgerekend nu
vervolgd gaat worden wegens deviezensmokkel. Men zou erom
kunnen lachen als het niet zo diep-tragisch was.
V,1, „4.4^
De buurman groet en denkt; dat is een criticus;
stofzuigrig wezen, dat zich buigt naar boeken,
om daarin gnuivend alle.fouten op te zoeken;
als Vondel iets verkeerd deed, dan geniet ie dus.
O jongens, mijn beroep is echt niet om te gillen,
want de redactie wil, dat ik in klein bestek
zeven auteurs gelijk kom prijzen of kom villen,
Een kwart kolom voor Hemingway; is dat niet gek?
Mijn vrouw heeft moeite soms om mij te vinden.
Dan zit ik tot mijn hals in poëzie en proza.
In duizend zinnen, die als adders me omwinden
snak ik naar 't leeg analfabetendom (sub rosa).
Ach ja; ik schreef ook vroeger zélf gedichten,
maar als er eentje klaar was, schold eenieder:
je steelt van Kloos en Gorter; dat zijn lichten.
Jij bent een burger zonder artistieke adelbrief.
die'
En als ik naar de kern duik van mijn pover wezen,
denk ik somtijds: neem ik dan heus alleen maar wraak
Stel ik dan daarom zoveel dichters aan de kaak
en moet ik me voor straf naar 't graf toe lézen
YORICK
Om te weten, hoe het zover is ge
komen, dient men iets meer te weten
van de binnenlandse politieke toe
stand, althans van enkele grote po
litieke partijen. Daar is in de eerste
plaats de Partai Nasional (PNI), die
Soekarno onder haar propagandisten
telt en waartoe ook de' eerste minis
ter Sastroamidjojo behoort. Maar bo
vendien heeft de PNI er kans toe ge
zien, om vrijwel alle sleutelposities
in beslag te nemen. Dit op grond van
het feit zoals zij zelf zegt dat
zij bij de laatste verkiezingen de over
winning heeft behaald. De PNI is op
Java natuurlijk de grootste partij.
Op Sumatra echter is een andere par
tij de grootste nl. de Masjoemi. De
Masjoemi neemt weliswaar deel aan
de regering, maar heeft daarin, door
de houding van de PNI niet veel in
vloed. Het aantal Masjoemi-ministers
weegt niet op tegen de PNI-leden.
Daarom was men op Sumatra al lang
ontevreden. Met zijn 12 miljoen in
woners (Java 50 miljoen i levert het
de helft van het nationale inkomen
van Indonesië. Maar orh alle moge
lijke redenen ontvangt het voor deze
prestatie van de centrale regering
niet meer dan ongeveer 7 1/2 procent
terug. De bevolking bestaat voorna
melijk uit Atjehers, een zeer vrij
heidslievend volk en Minangkabauers
beide van ander rasdan de Javanen
en zeker ook geen vrienden van
laatstgenoemden.
De ontevredenheid is de laatste tijd
zeer toegenomen omdat de centrale
regering meer en meer de linkse kant
uitging. Men zal zich de laatste rede
voeringen van Soekarno herinneren,
toen hij in Rusland op bezoek was ge
weest en met fraaie overeenkomsten
met de Sovjets wapperde en toen hij
bovendien beweerde, dat verschillen
de partijen in één land de democratie
eigenlijk in de weg staan. Dat heeft,
met name in Sumatra veel kwaad
bloed gezet.
Wat gebeurt er nu in een land als
Sumatra, dat weliswaar onderworpen
is aan een centraal gezag (Djakarta)
„Zou er geen bom uitgevonden kunnen
worden, die niet groter zou zijn dan een
sinaasappel en waarmee een stad met één
klap vernietigd zou kunnen worden?" Dat
schreef Winston Churchill in1925.
Zei een zekere heer Carson: de wereld zit
vol mensen, die ons zeggen, hoe we in het leven
kunnen slagen. We hebben gebrek aan mensen,
die ons lerenhoe we op een elegante manier
kunnen falen. Niet iedereen kan slagen en voor
de anderen is het van belang, dat ze op hun
gezicht kunnen vallen zonder al te veel herrie.
Dit van Ingrid Bergman: de Amerikanen zijn
een verdraagzaam volk. Dit blijkt onder meer
hieruit, dat de uitvinder van de juke-box een
natuurlijke dood gestorven is.
En van de komiek Hugh Lloyd: toen ik voor
het eerst bij een theaterdirecteur kwam, zei ik:
ik wil humorist worden. Hij antwoordde:
nou, dat is al een uitstekende mop om mee
te beginnen.
Dat waardeer ik zo bijzonder in je, zei een
chef tegen een ondergeschikte, je bent open
hartig, je bent eerlijk en je bent ontslagen.
Zo'n saaie piet, zei een meisje. Hij zei,
dat hij me in het park iets over politiek zou
vertellen en weet je wat hij deed? Hij deed
het écht.
Vrouwen, zei een vrouw, vatten alles
persoonlijk op. Op de vraag: „Waar heb je die
biefstuk gekocht?" zal een man antwoorden:
„bij Jansen", maar een vrouw: „Waarom? Is ie
niet goed?"
Uitspraak van Emerson: hoe meer hij
zijn eigen kwaliteiten begon te prijzen,
hoe beter wij de lepels gingen tellen.
Laten we, zei een andere Engelsman, de geleer
den maar niet al te dankbaar zijn omdat ze ons
in staat stellen, naar de maan te gaan vliegen.
Tenslotte hebben zij ervoor gezorgd, dat we
bijna genoodzaakt zijn, de aarde te verlaten.
Wéér een definitie van een optimist: een man,
die, als hij op een vrouw wacht, de motor van
zijn wagen laat aanstaan.
De schrijver Blaise Cendrars is van plan in
Zwitserland te gaan wonen. Hij zegt, dat hij al
lang heeft gedroomd van een land, waar de
bergen hoger zijn dan de belasting.
Zei een dame in de schouwburg tegen haar
man: Zit daar Willem Mengelberg niet? Zei
de man: die is allang dood. Zei de dame:
dat bestaat niet', hij betvéegt.
Bouvril (humorist in Franse films en décors)
vertelde eens over een reiziger, die in zijn
hotelbed lag en zei: als de kelner me niet
binnen vijf minuten komt roepen, inis ik m'n
trein.
Professor Urbain, beroemd bioloog, heeft
op de vraag, hoe het liefdesleven van
egels zich voltrekt, geantwoord: uiter
mate voorzichtig.
En ook eens verteld, dat er twee vlooien uit
de bioscoop kwamen, waarvan de ene tot de
andere zei: zullen we te voet gaan of zullen
we een hond nemen? 1
maar dat gezag niet voelt. Men is
ontevreden en stelt eisen. Die eisen
worden niet ingewilligd. Men stelle
zich die situatie voor in Sumatra,
evenals Java een eiland en met een
lengte van een slordige 1750 kilome
ter, met slechte verbindingen en zon
der gezag.
Op een gegeven ogenblik breekt er
een opstand uit. In dit geval was het
luitenant-kolonel Hoessein, comman
dant van het vierde regiment in Mid-
den-Sumatra. Enkele dagen later
werd hij gevolgd door kolonel Simbo-
lon, commandant van Noord-Suma-
tra. Beiden zijn bekende officieren
met een prachtige staat van dienst,
beiden haten de PNI en natuurlijk
ook de centrale regering.
Onbekende
En Djakarta doet niets of bijna
niets. Er is geen leger, geen vloot,
en geen luchtmacht, die met kans op
succes tegen de rebellen kan optrek
ken. Soekarno stuurt luitenant-kolo
nel Ginting, een onbekende grootheid
naar Atjeh, om Simbolon te arreste
ren en het bevel over te nemen. Dit
is, wat men in Duitsland een ,,Him-
melfahrtskommando" noemt, een
commando, dat vrijwel uitsluitend
sneuvelen mogelijk maakt. Misschien
heeft Soekarno wel daarom een onbe
kende grootheid gestuurd.
Simbolon heeft dit niet afgewacht;
hij is gevlucht en houdt zich ergens
in het barre rimboe-gebied schuil,
vermoedelijk in de buurt van het 3e
regiment op Midden-Sumatra. Er lig
gen vier regimenten op Sumatra: be
halve dit derde, is er nog een dat in
het Atjehse gebied ligt. Dat is het
enige, dat Ginting beheerst. De an
dere drie liggen honderden kilome
ters van hem verwijderd. Zulk een
SIMBOLON, kolonel, comman
dant Noord-Sumatra, zei in no
vember al dat hij de regering
in Djakarta niet wenst te er
kennen. Hij studeerde in Ne
derland en is Christen. Uitste
kend officier.
HOESSEIN, luitenant-kolonel,
commandant 4e Regt. Infanterie.
Hij is aanhanger van de Ma
sjoemi en Mohammedaan. Uit
stekend officier.
situatie moet iedere centrale regering
tot wanhoop brengen. Om van Ginting
maar niet te praten.
Een taktisch voordeel voor de op
standelingen is het feit, dat er geen
druppel bloed vloeit bij deze merk
waardige revolutie. Zij kunnen rustig
Soekarno's stappen afwachten. Nie
mand weet, waaruit die zullen be
staan. Er hebben geruchten gecircu
leerd over een blokkade; schepen
met rijst, bestemd voor Sumatra zou
den door Djakarta zijn teruggeroe
pen, Of men die taktiek durft toepas
sen lijkt onwaarschijnlijk. Het maakt
de positie van Indonesië bij interna
tionale onderhandelingen er niet ster
ker op.
Een man
Wellicht is er één man, die de zaak
in het reine kan brengen: de onlangs
afgetreden vice-premier Hatta. Suma
tra eist ontbinding van de huidige re
gering en een nieuw kabinet met
meer medezeggenschap van de Mas
joemi. Na zijn aftreden heeft Hatta
in nogal gespierde redevoeringen la
ten blijken, dat hij het met de inzich
ten van Soekarno helemaal niet eens
is. Hij meent, dat de revolutie in
Indonesië nu echt wel is afgelopen,
dat men hard aan het werk moet
gaan en dat men van alle ellende niet
altijd en alleen maar weer de bui
tenlanders de schuld moet geven.
Er is volgens de laatste berichten
een kans, dat Soekarno en Hatta met
elkaar zullen gaan praten. Elke con
cessie t.o.v. Sumatra's eisen, die
daarvan het gevolg zou zijn, zou ech
ter een verlies voor Soekarno bete
kenen, om niet van een nederlaag te
praten. Het is de vraag, of het staats
hoofd met zijn sterk ontwikkelde ge
voel voor dictatoriale ontwikkelingen
dat zal kunnen opbrengen.
(Advertentie)
Bankiers Anno 1884
8FFECTEN-COUPONS
Laagste
Hoogste
Vrijd. 4-1
Koersverschil
koers
koers
laatste
t.o.v.
tijdvak
vorige wee'"
Alg. Kunstzijde Unie
214
1/2
220
1/2
217
3/4
Van Berkels Patent
182
1/2
186
1/2
184
1/2
Van Gelder Zonen
207
208
1/4
208
1/4
1 1/4
Kon. Ned. Hoogovens
298
299
3/4
298
2
Ned. Kabelfabriek
287
1/2
291
291
0
Philips
229
1/2
240
238
1/4
1 1/2
Unilever
342
1/2
352
351
8/8
9 1/4
Wilton - Feijenoord
219
1/2
219
1/2
Kon. Petroleum
165
1/2
169
1/2
168 11/32
7 13/16
Holl.-Amerika Lijn
187
190
187
2
Kon. Ned. Stoomboot Mij.
170
1/2
173
171
0
Ned. Scheepvaart Unie
171
1/2
173
172
1/2
Van Ommeren
280
3/4
280
3/4
Amsterdam Rubber
81
1/2
83
82
3/8
7/8
H.V.A,
93
1/4
100
100
1 3/8
Ver. Deli Mijen
106
1/2
108
106
1/2
1
3-3'/,% Nederland 1947
85
3/8
86
1/4
85
7/16
9/32
3% Invest, cert. Ned.
91
91
1/2
91
3/32
3% Ned. 1962-64
89
13/16
90
1/2
90
3/32
A.N.P. - C.B.S. BEURSINDICES 1953
100:
vrijd. 28-12-56
vrijd. 4-1-57
Internationale concerns
267.41
275.60
Industrie
149.49
151.47
Scheepvaart
165.70
165,29
Indonesische fondsen
103.06
103.15
Algemeen
198.65
202.99