I I de nieuwe jachthaven I 1 Pater v. d. Eisen gaf de boeren christelijke organisatie een NIET DE KLEREN MAKEN DE MAN HET EILAND MAINAU dorado voor natuurliefhebbers Oh Wat regent het Voor zestig jaar werd de NCB opgericht HIER IS NU SUEZ AAN DE ORDE Ceders van de Libanon aan de oevers van de Bodensee Zweeds bezit DAGBLAD DE STEM VAN VRIJDAG 17 AUGUSTUS 1956 Een krantenartikel gaf de stoot TWEE KAMPEN Twee partijen Boekenplank Ons Geld Op de grens van Duitsland,Zwitserland en Oostenrijk Zomerfeesten te s-Gravenmoer Fanfares en koren Mozart-concert te Heeswijk Muziekfeesten te Oisterwijk Hoewel de dag van vandaag in kringen van de N.C.B. vrij geluidloos voorbij gaat, is de 17e augustus in de annalen van de Boerenbond een zeer belangrijke datum. Het is vandaag nl. 60 jaar geleden, dat in een zaaltje van hotel Noordbrabant in Den Bosch de oprichting van de Noordbrabants Christelijke Boeren bond een feit werd. De belangrijkheid van dat feit is af te lei den uit een eenvoudig cijfer: het huidige ledental van de N.C.B. dat 31.500 bedraagt. Diezelfde N.C.B., die toen na een hevige strijd en temidden van miskenning geboren werd, omvat thans een 8e deel van het totaal aantal Nederlandse boeren, die tevens een 8e deel van de daarvoor geschikte bodemoppervlakte bebouwen. De viering van het zestigjarig bestaan is vastgesteld op donderdag 30 augustus, maar wellicht is het interessant om juist op de verjaardag van deze machtige boerenorganisatie nog eens even iets in herinnering te roepen van de eerste uren van de bond, de uren waarin pater Ger- ïacus van den Eisen met enkele getrouwen zich schrap zette tegen voor oordeel en onwetendheid en daarmee de toekomst van de boerenstand garandeerde. kunnen bedwongen worden en over slaan tot daden van geweld." De toekomst van de boerenstand. In de negentiger jaren zag die er be paald niet rooskleurig uit. Er waren er in die dagen zelfs die aan een toekomst voor de Nederlandse boer twijfelden. Typerend daarvoor is bij voorbeeld een rekest, dat op 17 fe bruari 1899 door de toen nog jonge N.C.B. aan H.M. de Koningin werd gericht en waarin met overduidelijk cijfermateriaal geillustreerd werd, gewezen werd op het verval van de boerenstand en waarin met klem werd aangedrongen op maatregelen „om den algeheelen ondergang te verhoeden". Zo zwart zag het er in die dagen uit. Landerijen daalden schrikbarend in prijs, veel bouwland werd in wei land herschapen, wat een overpro- duktie van vee en zuivel tot gevolg had, hypothecaire schulden stegen tot schrikbarende hoogten, bij dui zenden trokken de boeren naar het buitenland om daar hun kost te gaan verdienen. Achter dit alles stond de dreiging van ,,het steeds aanwassend getal van oproerige socialisten". Het NCB-bestuur schreef in zijn rekest: Armoede toch is eene der grootste oorzaken van de vooruitgang van het socialisme en daar de honger een scherp zwaard is, is het te vreezen, dat ook onze overigens geduldige en vreedzame boeren allengs niet meer PATER v.d. ELSEN Toen de kranten in het begin der negentiger jaren tal van beschouwin gen aan de ellendige toestand onder de boeren wijdden, was daar op 24 januari 1892 een artikel bij, gepubli ceerd in het Noordbrabantsch Dag blad, van de hand van pater van den Eisen, rector van het gymna sium te Heeswjjk, dat de grote stoot zou geven tot de oprichting van de NCB, niet omdat pater van den Ei sen de enige was die het voor de uitstervende boerenstand opnam, maar wel omdat hij toen reeds de oorzaak aantoonde van een vereni ging op christelijke grondslag. De strijd waarin pater v.d. Eisen de grote voorvechter werd, brandde pas goed los toen de voorzitter van de afdeling Zevenaar van de Maat schappij van Landbouw, jhr. L. Rid der de van der Schueren, een oproep liet horen om ook in ons land het boerenbondsidee te verwezenlijken. Het was op 31 januari 1896 dat de Nederlandse Boerenbond werd opgericht. Voor de oprichtingsver gadering werd van Brabantse zijde niet bar veel belangstelling be toond, maar dat betekent niet da.t Brabant passief bleef. Integendeel, van twee kanten wilde men de or ganisatie van de Brabantse Boe renbond in handen nemen. De Maatschappij was de ene partij, daartegenover stond een groep die de neutraliteit en de liberaliteit van de kopstukken van de Mij. niet j kon waarderen. Tot die laatste groep J behoorden op de eerste plaats de hoofdredacteur van „De Noordbra- bander" Thijssen en pater v.d. El- I sen. Een vergadering die op 16 april van dat jaar in Den Bosch werd ge- houden en waarvoor vrijwel uitslui- tend voormannen uit de Maatschap pij van Landbouw waren uitgenodigd, nam een motie aan, waarin de land- j bouwers en landbouwverenigingen in Brabant werden uitgenodigd om zich I aan te sluiten bij de Alg. Ned. Boe- S renbond. De activiteit werd groter. Links en r£Cu s ,wer<len nu plaatselijke boe renbonden opgericht en de wedloop kwam in een beslissend stadium, toen 1 u afdelingen van de Noordbra- bantse Maatschappij van Landbouw op 2 augustus 1896 een oproep Het is tamelijk ge makkelijk ook omtrent de gang van zaken in de parochie negatief te critise- ren, af te breken en af te schaffen. Als men er van uit zou gaan, dat door de geeste lijkheid wel alles ge regeld wordt en dat wij als parochianen niet meer behoeven te denken en het in de kerk gebodene niet met persoonlijke zin en diepe gebedsgeest moeten vullen, dan zou men nog niet toe zijn aan de eerste schreden naar de nieuwe parochiegeest als levende liefde gemeenschap met Christus, Die onder ons en in ons per soonlijke en gemeen schappelijke gestalte krijgt. Onze zoon Jan heeft enige dagen geleden zijn doopbeloften her nieuwd, tezamen met nog 140 andere jon- gens en meisjes, allen 2 rlechtige lagere-schoolverlaters. r Zij waren daarop door 2 Lommutlie een driedaagse re traite voorbereid. Het is een gebeurtenis geworden voor de beide scholen, voor ons, ouders en paro chianen, het school bestuur en de voltal lige geestelijkheid. Om deze zaak van de materiële zijde te bekijken kan men niet zonder-meer zeg gen, dat alle nieuwe kleren en Jiet feest in familiekring per sé „des duivels" zijn. Natuurlijk zullen er ook hier zijn, die door overdreven feesten de religieuze sfeer voor het kind en de familie bederven. Maar ik vind het wel degelijk verantwoord als onze zoon, die toch aan grote slijtage lijdt wat zijn pakken betreft, juist bij zo'n gelegen heid eens in 't nieuw gestoken wordt, en als mijn familie met zijn peter en meter die dag bij ons ver der gezellig doorbren gen. Wjj maken er geen overdreven feest van, maar het is een passende gelegenheid om eens samen, te ko men nu onze zoon de lagere school verlaat en een richting gaat kiezen voor zyn toe komst. Op de eigenlijke dag waren 's morgens alle candidaten ver zameld in het kerk portaal. Zij werden daar afgehaald en toegesproken door de geestelijkheid ,die hen nu dezelfde inleidende vragen stelde als by hun doopsel, maar waarop zij nu zelf en bewust antwoordden: wy komen van de Kerk vragen het ge loof in het blyvende leven! Daarna trok de hele stoet naar de feesteiyk versierde doopkapel, waar zy afgeschaft eens werden geroepen tot het stralende licht van Christus' Rijk. Al zingend trok ken zij toen tot voor in de kerk, waar de pastoor hen eraan herinnerde, dat zij voortaan mèt Christus dood moesten zijn en begra ven voor de zonde en nét als Christus verrijzen en leven in de Kerk en door de Heilige Geest, de Geest van Christus. En zoals een sub diaken zyn instem ming betuigt met zijn geboeid-zijn aan Christus, zetten ook onze jongens en meis jes nu allen één stap naar voren. Dit vond mijn zoon wel de kern van zyn daad; hij voelde: ik heb de stap gezet, mij verbonden, en ik ga niet meer te rug. Machtig klonk dan door de volle kerk hun geloofsbe- ïydenis, terwijl de priesters in een korte litanie de zegen van de apostelen, patronen van kerk en school, over hen afsmeekten. De jonge christenen tekenden zichzelf met een groot kruisteken: zy willen zich geheel geven, met hun ver stand, hart en kracht, aan de drieëne God. De jongens en meisjes liet men weer iets zelf doen, zij schiepen zelf de ge beurtenis: de hand op het evangelieboek, de ontvangst van een brandende doopkaars, terwijl hun zinvol 't witte doopkleed van nabij getoond werd. Het zich met Chris tus mee-offeren in de H. Mis onderstreepte hun volledige actieve deelname. Waar wij als ouders in de vernieuwde paasnacht waren voorgegaan, keken wij met belangstel ling op naar deze consequent doorge voerde en dus ge motiveerde verande ring. De overdreven zoetelijke sfeer van bruidjes enz. had hier plaats gemaakt voor de persoonlijke mannelijke geloofs daad. En de nieuwe kleren waren geen hoofdzaak meer. We kunnen ons voorstellen dat voor deze overgangsmaat regel een weekdag noodzakelijk was, maar nu de diepere betekenis ook voor ons toegankeiyk is ge maakt, durven wy ho pen, dat men volgend jaar weer de zondag kiest, maar dan zon der die verstrooiende opschik en entourage, waarin men vroeger het middelpunt van zyn belangstelling plaatste. Chrétien kregen om op 18 augustus in Breda bijeen te komen, waar de strekking van de Boerenbond besproken zou worden en waar een pre-advies be handeld zou worden om in beginsel te besluiten tot aansluiting bij de Boe renbond. Redenerend dat de eerste klap een daalder waard is, werd op 17 augus tus dus daags voordat de maatschap- py te Breda byeen kwam, een ver gadering belegd in Den Bosch, waar op dertig afdelingen, tesamen 2388 leden tellend, onder voorzitterschap van jhr. Ridder de van der Schue ren de N.C.B. oprichtten. Het provin ciaal bestuur bestond uit de heren Baron van der Borch te Ginneken, Hermans van Deurne, van lersel van Helvoirt en C. Oomen van Oosteind. De Maatschappij van Landbouw had juist achter het net gevist. DE UITGROEI. Tot 1905 zijn pogingen in het werk gesteld om tot een fusie te komen tussen de NCB, die een uitgesproken christelijk karakter wilde handhaven, en de Mij. van Landbouw. Zover is het niet gekomen. Eerst in 1914 ech ter zijn de statuten van de NCB gron dig gewijzigd en is de bond katho liek geworden. De organisatie is door de jaren heen uitgegroeid tot een gezinsorga nisatie. Coöperaties werden opge richt: de boeren gingen zichzelf hel pen. Daarna begon men meer orga nisatorisch te denken. Vooral de jeugd werd in de NCB opgenomen, getuige de jonge boerenstand en de jonge boerinnenbond. De voorlichting der leden ging een belangrijke plaats innemen, de wetten, verordeningen en regelingen dwongen de leiding ju ridisch gevormde specialisten aan te gaan trekken. De NCB groeit met de tijd mee: er zijn thans een 50-tal la gere landbouwscholen, 20 huishoud scholen en een groot aantal land bouw- en landbouwhuishoudcursussen. De NCB welke eerst in de bisdom men 's-Hertogenbosch en Breda werk te zal, binnenkort ook voor de gehele provincie Zeeland de organisatie der r-k boeren worden. Sinds de laatste 10 jaren heeft men geconsolideerd, wat bereikt werd, terwijl de verdere ontwikkeling werd bijgehouden. Mede ontstond de federatieve samenwerking van de NCB (groot 31.500 leden) met de Lim burgse bond (16.000 leden), de boe renbond in het aartsbisdom Utrecht (16.000) en de bonden in Noord- en Zuid Holland (13.000 leden). Vanwege het feit, dat Tilburg, waar de zetel van de NCB is gevestigd, op het moment nog geen zalen dis ponibel heeft om de duizenden le den te ontvangen, wordt het 60-jarig bestaan in 's-Hertogenbosch gevierd. Deze foto toont het interieur van de zg. „Lange Galerij" van het Lan caster House in Londen, waarin gisteren vertegenwoordigers van 22 landen de internationale conferen tie over de status van het door Egypte genationaliseerde Suez- kanaal zijn begonnen. Voor elke deelnemer is op de grote tafel een microfoon en een koptelefoon aangebracht. (Van onze speciale verslaggever.) De jongedame, die de entreekaartjes verkoopt, werkt niet vlot, maar de mensen, die in een lange file voor haar loket staan, blijven kalm. Komt het door het prachtige zomerweer, dat niemand ongeduldig wordt? Het is een paradijselijke mor gen hier op Mainau, het romantische eiland in de Bodensee (of het meer van Constanz). Op de dekken van de salonboot, die het toeristenleger als pelgrims op dit Mekka der natuur liefhebbers aan land heeft gezet, was dan ook geen plaats onbezet gebleven. Waarom we entreegeld moesten be talen kon niemand verklaren. Ook de man die de tourniquets doordraaide wist het blijkbaar niet of hij deed als of, want hij haalde onverschillig zijn schouders op, toen we het hem vroe gen. Hij had het blijkbaar te druk met de controle om ons te kunnen verkla- Het succes, dat de fanfare „Euter pe" in augustus 1955 heeft geoogst met het organiseren van muziekfees ten is aanleiding geweest om ook dit jaar in de vakantiemaand de „boel eens te versieren". Woensdag zijn de feesten begonnen met veel muziek en sportdemonstra- ties. Maar met één dag feest zijn ze daar in 's-Gravenmoer niet tevre den. Die tweede dag is dan zaterdag a.s. Hieraan werken mee de fanfa res Euterpe" uit 's-Gravenmoer, „Kunst na Arbeid" uit Capelle, „Con cordia" uit Oosteind en Musis Sa crum" uit Dongen. Ook de sportver eniging „ONI" uit 's-Gravenmoer zal haar medewerking verlenen. Naast fanfares en sportclubs zul len er ook koren op het podium ver schijnen. Bij de Nederl. Uitgeversmij te Lei den verschijnen regelmatig boekjes i in handig zakformaat over onderwer-1 pen, die voor het bedrijfsleven van ongemeen groot belang zijn. Telkens blijkt ook, dat zeer deskundige me- i dewerkers zijn aangetrokken om de diverse problemen te onderzoeken. Zo behandelt dr. H. Philippi „Ons hedendaags Nederlandse geld". Men zal het al heel gemakkelijk met ons eens zijn, dat het geldverkeer onmo gelijk onder te verwaarlozen kleinig heden kan worden gerangschikt. Ook vrezen we geen tegenspraak, wan neer we zeggen, dat zelfs op de mid delbare scholen aan dit onderwerp weinig of geen aandacht wordt be steed. Het is daarom prettig te we ten, dat in kort bestek practisch alle wetenswaardigheden over ons geld, (en dat van anderen!) bijeen staan. Dezelfde uitgeverij verzorgde op de ze manier „Van dialect tot wereld taal", waarin G. P. de Ridder de evolutie van het Spaans onder de loep neemt. Wat ieder voor zijn toe komst kan doen en wat daarbij met het oog op de fiscus komt kijken, heeft H. G. Hagelen voor ons onder zocht en overzichtelijk beschreven. Hoe het staat met de ingewikkelde aftrekposten bij inkomsten- en ver mogensbelasting maken B. Schippers en J. L. Hedel ons duidelijk. U ziet, een reeks met uitermate belangwek kende onderwerpen, waarvan vooral de zakenman profijt kan trekken. Ter herdenking van de 200ste ge boortedag van Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) zal op zondag 19 augustus om 4 uur het 4e orgelconcert van dit seizoen in de Abdijkerk van de Norbertijnen te Heeswijk geheel gewijd zijn aan werken van Mozart. Eigenlijk heeft Mozart nooit echte orgelwerken geschreven: hij ontving opdrachten voor het maken van de meest uiteenlopende composities, be halve juist voor orgel. Toch had Mo zart een bijzondere voorliefde voor het orgel, wat afdoende blijkt uit de brieven van zijn vader, volgens welke hij op zijn concertreizen steeds tijd wist te vinden om in de kerken van diverse steden het orgel te bespelen. Gedurende enige jaren stond Mozart in dienst van de aartsbisschop van Salzburg als hof- en domorganist en in zijn sonates voor verschillende in strumenten gaf hij het orgel ook een, soms zelfs obligate, partij. Wel ontving Mozart enkele opdrach ten voor het schrijven van muziek voor een „Orgelwalze" of „Flötenuhr". Dit waren mechanische muziekinstru menten, ingebouwd in een klok, waar van het uurwerk een cylinder of wals deed bewegen, waardoor kleine orgelpijpen tot spreken gebracht wer den. Verschillende van deze werken zul len op het concert van a.s. zondag j worden uitgevoerd door Albert de j Klerk, de bespeler van hetzelfde orgel i in Haarlem, waarop eens de 9-jarige Mozart zijn geniale improvisaties heeft doen klinken. De naam van Albert de Klerk een van de beste organisten van ons land staat er borg voor, dat Mo- zarts werken een doorzichtige en ge- inspireerde vertolking zullen krijgen. Het programma wordt besloten met een improvisatie op 'n thema van Mo zart, nl. het „Laudate pueri Domi- num" uit zijn Vesperae Solemnes de Confessore (waaruit ook het beken de Laudate Dominum). Het concert begint om precies 4 uur. ren, dat over dit merkwaardige grondgebied prins Lennart Bernadot- te de scepter zwaait, wijl het als ge volg van een erfenis sedert het jaar 1928 deel uitmaakt van het Zweedse koninkrijk. Hij is een voortreffelijk gastheer, deze Zweedse edelman, die het kas teel bewoont, dat eens aan de Duitse Kruisridders heeft toebehoord. Maar 't onderhoud van zijn sprookjestuinen verslindt kapitalen, zodat hij zich ge dwongen ziet de duizenden belangstel lenden, die jaarlijks zijn domein be zoeken, tegen betaling toe te laten. SUBTROPISCHE FLORA Over de blauwe vlakte van de Bo densee houdt de zon een open feest. Jongens en meisjes roeien zich door de koelte van het stralende en glin sterende water. Tussen de palmen en bananenstruiken wandelen, alle talen van Europa sprekend, de toeristen: gezonnebrilde mannen met fototoe stellen om de hals en jongedames met panamahoeden op het hoofd, als waanden zij zich op Haiti. Merkwaardig is de flora van dit eiland, dat midden in het grote meer tussen Duitsland, Oostenrijk en Zwit serland ingesloten ligt. Ceders van de Libanon, het Atlasgebergte en de Hi malaya rijzen hoog boven de water spiegel uit. Dennebomen uit de Verenigde Sta ten, Siberië, Japan en de Kaukasus vindt men er. Mammoetbomen uit Californië en zelfs een reusachtige boom des le vens, die afkomstig is uit de uitge strekte wouden van Noord-Amerika. Meer dan honderd jaar zijn deze machtige coniferen oud! Langs de hellingen van de heuvels prijken lelies: 160.000 stuks maar liefst, in 300 soorten en diverse tinten. Duitse zwaardlelies, maar ook varië teiten uit Holland en Spanje. De wonderlijke verrassing biedt de prachtige rozentuin, waar een pergola naar toe leidt. Tegen de rode muren van het voormalige ridderslot rijzen ze op: de donkere cypressen, bloeiende magnolia's, Hibuskus van Hawaii en Helio- trop uit Peru. Temidden van dit weelderige decor heeft de kunst zinnige tuinarchitect de ontel bare rozestruiken gegroepeerd, die op deze warme zomerdag volop in bloei staan. HET CRUCIFIX HOUDT DE WACHT Over de valreep begeven wij ons weer aan boord van de salonboot. Drie korte stoten van de stoomfluit weergalmen over het meer. Een bootsman werpt de losgemaakte tros op het havenhoofd. De driftige slag van de schroef doet het water opspat ten in bruisend schuim. Kinderen aan de reling wuiven naar de toeschou wers aan de havenkade. Zij zingen een ontroerend afscheidslied naar dit romantische eiland van sinaasappe len, bananen, palmen, lelies en rozen. In de verte staat eenzaam de be roemde bronzen Kruisgroep. Bijna vier eeuwen reeds rijst dit meester werk uit het water op, sinds Werner Schenk von Staufenberg haar liet ge- ten. Is ook de schoonheid van dit eiland niet aards, broos en ver gankelijk? Slechts het leven dat de Goddelijke Wachter, die boven de golven van de Bodensee tus sen de goede en slechte moorde naar hangt, voor de mensheid verdiend heeft, is van onvergan kelijke waarde. Zo dachten de Duitse Kruisrid ders er in de late middeleeuwen over. En wat vindt de uitgaande wereld in dit druk bezochte centrum van mo dern en mondain toerisme daarvan? Van 25 augustus tot 2 september gaat de koninklijke vereniging socië teit harmonie „Asterius" te Oister wijk jubileumfeesten houden ter ge legenheid van haar 110-jarig bestaan. Het program vermeldt o.a. muziek concours op 26 augustus en 2 septem ber van de Nederl. Federatie van Harmonie- en Fanfaregezelschap pen. Dertig gezelschappen zullen deel nemen aan het concours, waarvan 15 uit de hoogste afdelingen. v,*uttM POOLCIRKEL noc>*O Aue*n I 500.1000 mm I meer d«n 1000mm Menig vakantieganger die in zijn zomer-optrek de als maar neer- plensende regen zit te bekijken zal geneigd zijn vast te stellen dat Ne derland het regenrijkste land ter wereld is. Het tegendeel is waar! Onze regenhoeveelheid is in vergelijking met sommige andere landen beslist pover te noemen. Ons land kent ge middeld per jaar 715 mm regen. Het lijkt verschrikkelijk veel deze driekwart meter. Toch is het nog geen jaar geleden dat in een dorpje ln /j ij1 TJ m r water viel. Een uitzondering is dat echter helemaal niet! De Hawan-eüanden kennen per jaar 12 meter regen. Mogelijk is dit de reden dat men alleen maar rieten rokjes draagt. Ook in het Himalaya-gebergte zijn streken met een neerslag-hoe- veelheid van meer dan 10 meter per jaar. Om van deze inderdaad extreme gevallen af te stappen kan men toch rustig aannemen dat een normale tropische regenbui in één uur tijd net zoveel water loost als bij ons in een heel jaar het geval is. En gaat men alle neerslag-gebieden van de aarde gelijkelijk verdelen dan komt men tot een gemiddelde van 180 mm per jaar, hetgeen dus wil zeggen dat ons land nog 65 mm onder dit gemiddelde zit. Twee jaar geleden besloot de ge meenteraad van Vlissingen tot de aanleg van een nieuwe Jachtha ven op het voormalige Vlismarter- rein. Dit was een uitermate wijs besluit. Immers, door deze jacht haven dient men de belangen van de watersport en het hieruit voort vloeiende toerisme, die van zeer groot belang zijn. In mei van dit jaar kwam de jachthaven zover gereed, dat hij voor exploitatie in gebruik kon worden genomen. De officiële inge bruikstelling moet echter nog plaats vinden. Zeer waarschijnlijk valt deze officiële plechtigheid na het seizoen 1956, dus in de maand sep tember. Een dezer dagen zijn wij echter eens een kijkje gaan nemen in de ruime jachthaven welke op doeltref fende wijze wordt beheerd door de watersportvereniging „De Schelde". Er is ligplaats voor ruim honderd schepen. Zesenzeventig plaatsen wor den ingenomen door schepen van le den. De haven bezit 3 steigers, waar van de middensteiger hoofdzakeiyk bestemd is voor innemen van brand stof, water etc. Men beschikt voorts over een uitstekende helling compleet met lier, parkeerplaats, clubhuis, werkplaats met 2 bankschroeven ter wijl een aanvrage in zee is voor het openstellen van een winkel. Momen teel is men druk bezig met het aan brengen van kleine werkzaamheden in haven en clubhuis o.a. schilderen terwijl het hele terrein bestraat wordt. Wanneer alles klaar is wordt het hele complex officieel geopend. Wat ons opviel is het intens drukke gebruik dat nu reeds van deze haven wordt gemaakt, nog vóór hij offi cieel geopend is en nog vóór hij alom de bekendheid geniet die hem rech tens toekomt. Vorig jaar, het seizoen 1955 dus, maakten 155 schepen gebruik van de nood-jachthaven gedurende de pe riode van 14 mei tot 23 september. Dit jaar zullen de cijfers heel wat hoger zijn, ondanks het buitengewoon slechte weer en ondanks de steeds wisselende waterstand in het kanaa1 en de haven. Niet altijd zal men te kampen hebben met verschil in wa terniveau doch dit jaar worden de glooiingen in het kanaal etc. her steld wat een wisselende waterstand vergt. Doch dat dit nadeel toebrengt aan het gebruik van een jachthaven hoeft geen betoog. Over de schade door het weer hoeven we helemaal niet te praten. Uit de tot op heden bekende cij fers blijkt echter duidelijk, dat de watersport én daardoor het water toerisme steeds toeneemt. Van mei '56 tot op heden maakten niet minder dan 138 vreemde sche pen gebruik van de haven (hierbij komen dus nog 76 „eigen" schepen). Deze 138 schepen leverden een totaal aan mandagen op van ruim 1100, voorwaar een niet weg te cijferen belang. Deze 138 vreemde schepen kunnen gespecificeerd worden in: 21 Engelse 80 Hollandse, 29 Belgische, 4 Duitse, 2 Franse en 2 Amerikaanse jachten. Vrijwel alle jachten waren op reis door ons land en/of het buitenland. Wat deze watersportmensen treft, is de buitengewoon prettige behan deling en service welke men geniet in de jachthaven van Vlissingen. Sta pels dankbrieven geven onomwonden weer dat door deze service een good will voor Vlissingen én Zeeland wordt gekweekt. De man, die zich hieraan „debet" maakt is ongetwijfeld het erelid der watersportvereniging en tevens havenkapitein J.H. Kooning, die met inzet van zijn hele persoon én de watersport én Vlissingen dient. De mensen, die wij spraken waren allen overtuigd van de goede en uit stekende ligging van de haven. Bij straffe wind ligt men beschut, wat zeer welkom is bij lange trips. Bo vendien is de jachthaven gemakkelijk te bereiken temeer daar de zeeslui zen snel en doelmatig schutten. Eén nadeel zag men echter in het ver schiet: dat deze nieuwe jachthaven binnenkort tóch nog te klein zal blij ken, wanneer er méér bekendheid aan i! gegeven.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1956 | | pagina 7