Klimop" klimt kwart-eeuw al op een Nieuw en modern Terneuzen Terneuzen, stad van bruggen Terneuzens groei in honderd jaren WILLEM VAN DEN DECKEN, EEUWIG DOLEND OVER DE WATEREN Van nergens naar nergens De hoge drempel van de deur naar Gent DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 14 JUNI 1956 Van dorpsstraat lot winkelgalerij, van „dubbeltjestram" tot middenstands- tentoonstelling Snelle groei tot winkelcentrum In de verdrukking AKKERTJES Van onooglijk dorp lot centrum van Zeeu wsch- Vlaan deren In de archieven van Alh. IJschaert De Vliegende Hollander spookte in de Noordstraat Houdt hem in ere! BOEKENPLANK Consternatie Fluitelijntje en de Buurtjes Vensterboeken De deelnemers 29 En nog een De Winkeliersvereniging; „Terneuzen Klimop" bestaat al ruim 25 jaar en ze is daarmee een van de oudste organisaties van middenstan ders in de streek. Ze werd geboren in een tijd die in velerlei opzichten fundamenteel verschilde van onze tijd; in het midden der dertiger jaren had het zakenleven het niet gemakkelijk. Bovendien vormde de stad Terneuzen nog niet zo zeer een verzorgingscentrum van een uitgestrekt omliggend gebied als nu het geval is. Klimop werd dus zeker niet opgericht omdat de Terneuzense win keliers hun overwinsten niet kwijt konden en daarom maar een orga nisatie in het leven riepen die allerlei feestelijkheden op touw kon zet ten teneinde daaraan het overtollig geld te spenderen. Neen, die acties waren nódig. Eén van die acties staat menige oudere Zeeuwsch-Vlaming nog voor de geest: het was in 1935 dat Klimop de aandacht op zich vestigde door de eerste braderij van Nederland te or ganiseren (Amersfoort eist eveneens die eer voor zich op, maar Terneuzen geeft geen krimp) en in datzelfde jaar ontwierp men een evenement om ko pers uit geheel Zeeuwsch-Vlaanderen naar Terneuzen te brengen. Dat was de beroemde „dubbeltjes-tram". In die dagen tufte door het land tussen Schelde en grens de gemoede lijke stoomtram, die nooit haast had. Klimop had met de directie van de Z.V.T.M. een overeenkomst gesloten, waardoor ieder die naar Terneuzen kwam om er te gaan winkelen voor de som van zegge en schrijve één dubbeltje per tram naar die stad kon rijden, of het nu vanuit Sluiskil of vanuit Breskens of nog verder was. Nu was een dubbeltje van 1935 na tuurlijk nog wel heel wat zwaarder dan een van onze tijd, dat je niet eens meer als fooitje aan een kleine jongen durft geven, maar het was toch wel zó spotgoedkoop dat men er zelfs nu nog wel over hoort spre ken. Het was een actie die geweldig insloeg, een succes dat Klimop des tijds grotendeels te danken had aan wijlen de heer van den Bruele. Ook na de oorlog zijn er „wapen feiten" van betekenis geboekt. Klim op liet de Ramblers komen, Olga Lo- wina kweelde op de Terneuzense Markt, men beleefde de Onderlinge Middenstands Actie, ofwel „O.M.A.", waarbij Oma zelf aanwezig was. En nu de Middenstandstentoonstelling weer. 1400 M2 VOL NOVITEITEN Toen Klimop opgericht werd, had Terneuzen uiteraard nog niet de allu re van stedelijk winkelcentrum. De Noordstraat, nu het hart van de stad, een bescheiden „Kalverstraat", was toen wat naar onze begrippen een dorpsstraat is. Ruime, lichte etalages, moderne winkelinterieurs, de nieuw ste reclamemethoden, neonverlichting en functionele vormgeving en kleur- toepassing: men droomde er nog niet van. In plaats van toppers en Ita liaanse overhemden verkocht men ijzersterke keper per el en blauwlin- nen boezeroenen. Geen flexibele wandlampen in heldere contrasteren de kleuren, maar olielampjes. Boere- bont in blauw en groen in plaats van haast wild-fantastische gordijnstof vol kleurige vlakken, lijnen en stippels. Terneuzen is nu een moderne win kelstad. En de middenstandstentoon stelling is daarvan een uiting. Het is één grote winkel, waarin de 29 middenstanders het puikje van hun waren tentoonstellen: niet een over daad aan allerlei goed, maar een se lecte keuze uit het beste en het nieuwste. Dat alles staat in een tent van maar liefst 70 bij 20 meter, die precies de gehele Markt vult, van de kiosk tot aan 't Kanton gerecht. Verkeer is er niet meer mogelijk en de garage van de fa. Dieleman moet dan ook een week sluiten, een kwestie die uiteraard financieel geregeld moest worden. Deze tent van 1400 vierkante meter, die een houten vloer krijgt vergt heel wat bouwerskunst en staat nog zo maar niet overeind. Zaterdagmid dag om 2 uur wordt de tentoonstel ling door of namens de burgemeester geopend en dan is de Markt geduren de een week één geweldige winkel, waar shows en demonstraties elkaar zullen afwisselen en waar menige huisvrouw tot de ontdekking zal ko men dat een modern ingerichte keu ken nog niet bereikt is met een elek trische melkkoker. De industrie heeft de laatste jaren een weelde aan prak tische produktcn afgeleverd die het leven vergemakkelijken. De textiel nijverheid maakt eveneens een om wenteling mee, waarvan men hier ongetwijfeld de weerslag zal bemer ken. Kortom, in iedere branche is iets geheel nieuws. En deskundigen geven de meest vakkundige uitleg die men zich kan wensen. Er is een podium jn de tent waarop d? shows en demonstraties worden gehouden. Zo zijn er belangwekkende modeshows van alle samenwerkende modezaken. Op hetzelfde podium ze telt Ric Ody uit Lokeren, die de gehe le week het Hammondorgel bespeelt, zij het dan met tussenpozen om te slapen, te eten en af en toe eens uit te rusten. (Advertentie) Wat voor de een prettig is, kan voor de ander nadeel met zich meebrengen en waarover de een zich verheugt, is wellicht een reden tot treuren voor de gene, die er anders tegenover staat. Zo is het altijd en overal en waarom dus nu niet in Terneu zen, waar het plaatsen van een 1400 m2 grote tent wel zoveel ruimte vergt, dat sommigen in de verdrukking komen. De zaken die aan de oostelijke zijde van de Markt staan, heb ben gedurende de tentoonstel- lingsweek slechts een nauwe toegang. Het gaat hier voorna melijk over enkele café's, waar van de eigenaars zich in een hoekje gedrongen voelen. Hun zaken zijn wel te bereiken, doch alleen via de nauwe toegangs wegen tot de Markt aan deze zijde. Het is te hopen, dat zij aan de mid den standsactie aeen nadeel zullen hebben. Kunt U niet slapen van de pijn? fl it SP n Uw klachten weg! Nu de Terneuzense vereniging van de handeldrijvende middenstand „Terneuzer Klimop" zich op gaat maken om gedurende een week (van 16 t.m. 23 juni a.s.) de bewoners vai\ eigen stad, van geheel Zeeland en van de Belgische grensstreken uit te nodigen kennis te komen nemen van de activi teit van haar leden, is het zeker voor vele Terneuzenaars wel eens interes sant te weten hoe deze gemeente, die zich in de laatste jaren vooral zo dynamisch heeft ontwikkeld, geweest is in de tijd van diligence en trek schuit. Dus zo ongeveer honderd jaar geleden. winkelcentrum. Volgens de laatste ei sen ingericht, met een verantwoorde verlichting en waar cfficiëncy. service on ..klant is koning" 't zaken doen be_ palen. Onze overgrootmoeder zou er zich niet hebben thuis gevoeld tussen chroom, linoleum en neonverlichting. Waarschijnlijk zou zij ook geschrok ken zijn van de étalages, wanneer deze in haar tijd zó voor de dag ge komen waren. Voor de étalages van textielzaken zou zij zeker gebloosd hebben. Maar toch was de service van onze voorouders toch ook niet zo slecht. Op de eerste plaats kun je op zondagmor gen niet meer winkelen en wanneer dit mogelijk zou zijn zouden de vrou wen zeker niet meer onthaald worden op koffie, zoals dit lang de gewoonte is geweest in de zaak van Tieleman- Bouwens (nu cafetaria van de heer Hamelink). Nu zijn er trouwens ook wat meer zaken. Terneuzen had in 1844 één ..meestoof" waar menie werd gefa briceerd. 2 graanmolens: één op de Markt, die in 1853 voor rekening van de gemeente werd gebouwd en in 1917 werd afgebroken, één in de Noord straat (molenzicht) gebouwd in 1862 en in 1932 afgebroken. De pelmolen (Pelmolengang) dien de om gerst te pellen die als gort in de handel wordt gebracht. HET ONDERWIJS Tementen is de snelst groeiende gemeente van Zeeuwsch-Vlaanderen, een feit dat op zich verheugend is, maar dat verscheidene andere Zeeuwsch-Vlaamse streken met zorg vervult t.a.v. de vraag of de ontwik keling zoals de laatste jaren die te zien gaven wel volkomen gezond was. Nu de woningbouwvoorschriften ge baseerd worden op andere beginselen en vooral de aanwezige middelen een rol zullen gaan spelen, is er kans dat ook andere gemeenten zich vrijer kunnen ontplooien en zeker zullen verscheidene daardoor de naar bene den gebogen lijn kunnen omhoogbren- gen. Overigens behoeft dit in geen geval te betekenen dat nu Terneuzen min der snel zal gaan groeien. Indien het industrieel zijn verdere kansen krijgt zal het zich ook woongelegenheid voor de werkers op zijn gebied kunnen blijven scheppen. En het is te hopen, dat het dit zal blijven doen zoals tot nu toe, getuige deze foto: fris en gezellig, met in ie dere straat, ondanks de hoogbouw (een typisch Terneuzens verschijnsel in Zeeuwsch-Vlaanderen dat bewijs van de landelijke streek waarin de stad ondanks een industriële groei is gelegen, dat het wonen er aangenaam maakt. Geen dorre huizenwoestijn, maar gezellige straten, waar gazons en bloemperken, bomen en struiken het contact met de natuur levendig houden, een contact dat de Terneuze- naar, getuige zijn liefde voor het landschap aan de Schelde-oever, graag behouden wil zien Wie kan U daarover beter inlichten dan de heer Alb. IJsebaert, die reeds gedurende verscheidene tientallen ja ren alles verzamelt wat er maar over de streek in het algemeen en Terneu zen in het bizonder te verzamelen valt. De heer IJsebaert dook meteen in zijn archieven en somde na enkele ogenblikken precies alles op wat we graag wilden weten. GROEI Het onogelijke dorpje aan de oever van de Schelde, dat Terneuzen heette, over 400 woningen beschikte, waarin 486 gezinnen woonden, tezamen 2300 zielen, heeft zich in die ruim honderd jaar verzesvoudigd. De gemeente heeft steeds verder om zich heen ge grepen. Steeds meer mensen voelden bij intuïtie dat Terneuzen een cen trum moest worden en gingen er zich vestigen. In 1884 vierhonderd woningen, op 31 december 1955: 3847, dus méér dan negen maal zoveel en dit getal zou veel hoger liggen wanneer er naar behoefte kon worden gebouwd. Het zielental is gestegen tot 14.422: gedu rende de afgelopen honderd jaar ver zesvoudigd. En dit aantal gaat nauw samen met het aantal woningen. Ter neuzen zou bij een normale woning bouw een veel groter zielental hebben. Stelt U zich voor Terneuzen in de tijd van onze overgrootouders. De heer IJsebaert vertelt dat Ter neuzen 10 winkels had, er waren er zes die kruidenierswaren en manufac turen verkochten, 3 galanteriezaken en 1 papier- en boekhandel, waaruit later de zaak van de heer I. van de Sande schijnt te zijn gegroeid. Om de zaak compleet te maken kon men bij 5 bakkers in Terneuzen brood kopen, er waren 3 smeden en 8 herbergen voor 2300 inwoners was toch niet wei nig. Wij stellen ons voor hoe overgroot moeder met een grote karbies aan de arm naar een kruidenierswinkel ging daar de wekelijkse boodschappen op haalde en meteen in dezelfde winkel schortenbont en kousen (één rechts één averechts) kocht. Wij zien nu nieuwe en vernieuwde zaken in het De heer Smits, die in de Terneuzense Noordstraat zijn bazar drijft, is niet een figuur om bang te zijn van spoken en aanverwante geest verschijningen. Dat is maar goed ook, want zijn pand, Noordstraat 67, gaat door voor een heus spookhuis, waar menigeen met eigen oren het helse kabaal van rammelende kettingen op de zolder en in de kelder, tegelijkertijd zomaar, heeft gehoord. Want daar spookte (tegenwoordig niet meer uiteraard, dit is een tijd waarin spoken niet meer gedijen) niemand minder dan de Vliegen de Hollander zelf. Terneuzen is in Zeeuwsch-Vlaande- icn dan wel de grootste gemeente, in de wijdheid van de wereld is het toch ïhaar een stadje dat niet bepaald op allerlei wereldreputaties kan bogen. Toch is er één ding, dat Terneuzen bekendheid gaf bij allen die met de zee te maken hebben en die hun hart sneller voelen kloppen bij een goed spookverhaal. De zee en spoken horen bij elkaar. Op de wijde oceanen moet nog altijd het spookachtig schip van de Vliegende Hollander rondvaren, met brandende lichten, snel en zeker door de zwaarste stormen die het angstaanjagende vaartuig begeleiden, stil als een drijvend graf. en almaar verder, van nergens naar nergens, zon der thuishaven, zonde* bestemming. Schipper is Willem Van den Dec ken, een Terneuzenaar, geboren in de Noordstraat, in het huis waar nu de zaak van de heer Smits gevestigd is. Willem was een kundig zeeman, die overigens in de nevel van het verle den vervaagd zou zijn als hij niet eens in een helse nacht, met zijn schip de Vliegende Hollander om de Kaap wilde varen, in een vliegende storm, die hem die manoeuvre zo goed als onmogelijk maakte. Toen riep hij „God of de duivel" te hulp, zichzelf vervloekend. De duivel greep zijn kans en zo vaart Willem tot in de eeuwigheid door. IN VERGEETBOEK Honderden hebben de Vliegende Hollander daarna gezien, nu eens in de Noordelijke IJszee, een dag later I in het cui(lelijkste ruiden ven de In dische Oceaan, zó spookachtig snel schoot het schip, ongrijpbaar door de wolfskoppige golven, van noord naar zuid en van oost naar west. Het is nog niet zo lang geleden dat zeelieden bij hun thuiskomst ijzing wekkende verhalen vertelden over 'n ontmoeting met dat mysterieus vaar tuig, een ontmoeting waarvoor alle zeelui ter wereld vreesden en welke de hardste zeebonk deed bibberen. En dat waren geen verhalen om de kin deren naar bed te jagen; ze geloofden ze zelf. Nu kan geen Vliegende Hollander meer tegen de nieuwe verschrikkin gen der zeeën op: een atoomduikboot is een gevaarlijker spookschip, want het bestaat in wezen. Om Vliegende Hollanders lacht men nu. En zo zal Willem van den Decken uit Terneu zen langzaamaan toch in het vergeet boek raken. WILLEMS THUISHAVEN Tenzij Terneuzen, zijn geboortestad en zijn nooit meer bereikte thuis haven, zijn nagedachtenis redt, zich «ls stad van de Vliegende Hollander een traditioneel evenement weet te scheppen, dat de aandacht trekt (en dus Terneuzen, toeristisch, ten goede komt) en dat voorgoed de herinne ring aan het meest bekende en be langrijkste zeespookverhaal uit de wereldliteratuur levendig houdt. Wi« maakt die kans waar? Waarschijnlijk in de drukkerij van de heer van de Sande was in 1844 een school gevestigd met tweehonderd leerlingen. Terneuzen heeft nu 14 scholen (3 in Sluiskil niet meegere kend) Jeugd van Terneuzen en uit de verre omtrek, die op Lagere School, Ulo's, Lyceum. Technische en Land- bouwhuishoudschool zich bekwamen voor later. Zo is Terneuzen nu. Het oude stads gedeelte geprangd tussen de kanaal- armen, maar over de bruggen on weerstaanbaar uitgroeiend in vele nieuwe woningcomplexen, bloeiende zaken die uit de verre omtrek de mensen naar Terneuzen trekken en niet het minst van over de grens. Terneuzen met vele bloeiende ver enigingen. Een actieve vereniging voor vreemdelingenverkeer, die de mogelijkheden van de Schelde, vooral weet uit te buiten. Want de grote attractie van Terneuzen is de Schel de, waar Terneuzenaars en vreemde lingen altijd opnieuw weer door wor den geboeid. „Terneuzens Klimop" opent de poorten van Terneuzen voor een ten toonstelling waaraan alle belangrijke middenstandszaken van Terneuzen meedoen. In de weck van 16 tot 23 juni zullen de vele bezoekers, die ze ker naar Terneuzen gaan komen, kun nen zien met welk een activiteit en vakmanschap de Terneuzense winke liers hun artikelen weten te kiezen en te verkopen. De zeven verhalen waarmee Henk Meyer de Reina Prinsen Geerlings- prijs won zijn gebundeld onder de vrzamlnaam „Constrnatie". de titel van het eerste verhaal. Het is een boekje, dat men vanwege de wellui dende strakheid van het proza ge boeid aan een stuk door uitleest. Bo vendien blijkt Henk Meyer een man, die als weinig andere Nederlandse auteurs de kunst verstaat om een voud van stijl te paren aan voor naamheid van psychologische con structie. Zijn verhalen over kinderen zijn naar ons inzicht een rijke winst voor kinderartsen en psychologen. Voor volwassen lezers gaarne aanbe volen. (Uitgave J. M. Meuler.hoff, Amsterdam). Voor jongens en meisjes van een jaar of zes, zeven, is in de Picco- reeks van de Uitgeverij Cantecleer een zesde exemplaar verschenen, onder de titel Fluitelijntje en de Buurtjes. Het gezellige verhaal is van Tir.è van Noortwijk en de il lustraties (zwart-wit en in kleuren) van Rein van Looy. Met het meer en meer gebruikelijke geplastificeerde stevige omslag slaat het boekje een fris figuur naast zijn vijf voorgangers. Met Venetië vergelijkingen te ma ken zou te ver gaan, maar Terneu zen kan men toch een stad van brug gen noemen, vaak tot ongemak van 't verkeer, dat drie kansen tot wachten heeft. De belangrijkste verkeersbelemme- ring de Axelse brug, vroeger een schakel tussen het centrum van Ter neuzen en een zo goed als onbebouw de, landelijke wijk. Achter de brug begon eigenlijk de polder reeds. Maar nu is de Axelse brug de verbinding tussen „oude" en nieuwe" stad, tus sen het centrum, waar 99 pet van de winkelstand zich bevindt en de uit gestrekte woonwijk. De verbinding tevens tussen oud-Terneuzen en het toekomstige nieuwe hart van de stad, want aan de oostzijde van het kanaal liggen de mogelijkheden tot Terneu zens verdere uitbreiding. Deze brug is daardoor een obsta kel geworden. Ze moet meerdere ma len per dag geopend worden om een tros binnenschepen te laten passeren, op weg naar de Schelde of op weg naar Sluiskil, Sas van Gent of de zeehaven Gent. Het is nog verre toekomstmuziek, maar indien Terneuzen alle kansen krijgt welke zonder allerlei interna tionale moeilijkheden voor het grijpen zouden liggen, (een van die moeilijk heden is bv. de kwestie der spoor wegtarieven!) dan gaat Terneuzen 'n grootse groei tegemoet. Daarin zal 't geen om de haverklap omhoog ge trokken bruggen kunnen gebruiken en het toekomstig, moderne Terneu zen zal dan ook voor een intern ver keersprobleem komen staan, dat een. radicale oplossing zal vereisen. Maar zo ver is het overigens nog niet. Moge Terneuzen eerst de kan sen tot die ontwikkeling maar krij gen^ Het Wereldvenster in Baarn heeft twee toekomstdromen het licht doen zien: ..Twee Stalles voor 1972" van Dimitri Frenkel Frank en „De Witte Partij" van Herman P. de Boer. Om bij het eerste te beginnen: het is onderhouden geschreven, heeft niet de pretentie van literatuur te zijn en brengt ons met uitgesproken harts tocht in een toekomstwereld, die be heerst wordt doorhartstochten. Uit het laatste zal de lezer begrijpen, dat voor dit boek in ruime mate voorbehoud wordt gemaakt voor vol- volwassen lezers met gerijpte levens ervaring. Veel minder sterk geldt dat voor „De Witte Partij", eveneens een boek, dat er op een vlotte manier de span ning in houdt, al is het over het alge meen krampachtig geschreven. Voor wie zich graag verdiept in wat mis schien zou kunnen gebeuren, biedt deze roman enkele uren van. onder houdende lectuur. Dit zijn de 29 deelnemende zaken die de tentoonstelling te Terneuzen or ganiseren en er zelf uiteraard prak tisch aan deelnemen: Kramer met wasmachines en stof zuigers; Smits met huishoudelijke ar. tikelen; Boerbooms N.V. met textiel; Versloot-Naeye met wasmachines en' oliekachels; Bliek met stoffen, linge rie enz.; Bevahuis met werkkleding; Mannaert met rijwielen en motorrij wielen; But met Foto-ciné artikelen; Eigen Haard met Formule meubelen: J. van Dixhoorn met herenconfectie; Borghstijn met serviezen, keukenuiU zetten, koffers; Nobels-Molducci met) lingerie, handschoenen, sjaals; Jurry met vloerbedekking; Tazelaar met oliekachels en butagas; v. d. Ree met uurwerken; Littooy met vulpennen; v. d. Meer met damesconfectie en corsetten; Rijnberg met kantoorinrich ting; Schippers met bromfietsen; de Groot met sanitair en tegelboard; Smit-Pothoven met dekens en textiel; de Vries-Adriaansen met koffie; v. d. Bruele met breimachines en babykle- ding; de Buck met radio en televisie; Voerman de Pauw met dames- en herenconfectie; Schellinkhout met babykleding en textiel; Naeye met woninginrichting; Wolfert met Pas- Aan serviezen en Provoost met verf waren. Als dertigste deelnemer is er dan nog de zeer onzakelijke Vereniging voor Veilig Verkeer, pas opgericht en hier acte de prèsence gevend, niet om 't pu bliek tot kopen te bewegen, maar om het er op te wijzen dat in geen enkele Terneuzense winkel een nieuw leven te koop is als een tekort aan voorzich tigheid in het verkeer tot onge lukken aanleiding geeft! Een dreigend uitziende lucht spant zich boven de Terneuzense buitenha ven, een opname, waarop ieder die de havenstad van Zeeuwsch-Vlaande ren kent, onmiddellijk het loodsen- steigertje zal onderkennen, Rechts ligt een van die machtige zeesche pen wier omvang een handicap is bij de vaart naar Gent. Een drijvende kraan grijpt rusteloos in de ruimen van de zeevrachtvaarder, om het ko lossale schip een voet of twee, drie omhoog te brengen, voldoende om het de passage over de sluisdrempel mo gelijk te maken. Want de zeesluis van Terneuzen is het grote en gehate struikelblok van zeehaven Gent, dat niet vooruit kan omdat zijn haven gebonden is aan een bepaalde scheepstonnage. Terneuzen houdt de grotere schepen tegen en het doet dat toch niet met de bedoe ling Gent te beconcurreren, want een vergroting van de zeesluis en een verbreding van het kanaal kan Ter neuzen zelf ook slechts ten goede ko men. Wanneer, wanneer zal het water wegenprobleem geen probleem meer zijn Wanneer krijgt vooral deze kwestie haar beslag, om Gent, maar ook Terneuzen een rijkdom van nieu we mogelijkheden te verschaffen Terneuzen heeft vele kansen in zich, maar juist deze ene handicap houdt een groter en ombelemmerde uit groei tegen.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1956 | | pagina 5