Klimop" klimt
kwart-eeuw
al
op
een
Nieuw en modern Terneuzen
Terneuzen, stad van bruggen
Terneuzens groei in honderd jaren
WILLEM VAN DEN DECKEN, EEUWIG
DOLEND OVER DE WATEREN
Van nergens naar nergens
De hoge drempel van de deur naar Gent
DAGBLAD DE STEM VAN DONDERDAG 14 JUNI 1956
Van dorpsstraat lot winkelgalerij, van
„dubbeltjestram" tot middenstands-
tentoonstelling
Snelle groei tot
winkelcentrum
In de verdrukking
AKKERTJES
Van onooglijk dorp lot centrum
van Zeeu wsch- Vlaan deren
In de archieven van
Alh. IJschaert
De Vliegende Hollander spookte in de Noordstraat
Houdt hem in ere!
BOEKENPLANK
Consternatie
Fluitelijntje en de Buurtjes
Vensterboeken
De deelnemers
29 En nog een
De Winkeliersvereniging; „Terneuzen Klimop" bestaat al ruim
25 jaar en ze is daarmee een van de oudste organisaties van middenstan
ders in de streek. Ze werd geboren in een tijd die in velerlei opzichten
fundamenteel verschilde van onze tijd; in het midden der dertiger jaren
had het zakenleven het niet gemakkelijk. Bovendien vormde de stad
Terneuzen nog niet zo zeer een verzorgingscentrum van een uitgestrekt
omliggend gebied als nu het geval is.
Klimop werd dus zeker niet opgericht omdat de Terneuzense win
keliers hun overwinsten niet kwijt konden en daarom maar een orga
nisatie in het leven riepen die allerlei feestelijkheden op touw kon zet
ten teneinde daaraan het overtollig geld te spenderen. Neen, die acties
waren nódig.
Eén van die acties staat menige
oudere Zeeuwsch-Vlaming nog voor
de geest: het was in 1935 dat Klimop
de aandacht op zich vestigde door de
eerste braderij van Nederland te or
ganiseren (Amersfoort eist eveneens
die eer voor zich op, maar Terneuzen
geeft geen krimp) en in datzelfde jaar
ontwierp men een evenement om ko
pers uit geheel Zeeuwsch-Vlaanderen
naar Terneuzen te brengen. Dat was
de beroemde „dubbeltjes-tram".
In die dagen tufte door het land
tussen Schelde en grens de gemoede
lijke stoomtram, die nooit haast had.
Klimop had met de directie van de
Z.V.T.M. een overeenkomst gesloten,
waardoor ieder die naar Terneuzen
kwam om er te gaan winkelen voor
de som van zegge en schrijve één
dubbeltje per tram naar die stad kon
rijden, of het nu vanuit Sluiskil of
vanuit Breskens of nog verder was.
Nu was een dubbeltje van 1935 na
tuurlijk nog wel heel wat zwaarder
dan een van onze tijd, dat je niet
eens meer als fooitje aan een kleine
jongen durft geven, maar het was
toch wel zó spotgoedkoop dat men
er zelfs nu nog wel over hoort spre
ken. Het was een actie die geweldig
insloeg, een succes dat Klimop des
tijds grotendeels te danken had aan
wijlen de heer van den Bruele.
Ook na de oorlog zijn er „wapen
feiten" van betekenis geboekt. Klim
op liet de Ramblers komen, Olga Lo-
wina kweelde op de Terneuzense
Markt, men beleefde de Onderlinge
Middenstands Actie, ofwel „O.M.A.",
waarbij Oma zelf aanwezig was. En
nu de Middenstandstentoonstelling
weer.
1400 M2 VOL NOVITEITEN
Toen Klimop opgericht werd, had
Terneuzen uiteraard nog niet de allu
re van stedelijk winkelcentrum. De
Noordstraat, nu het hart van de stad,
een bescheiden „Kalverstraat", was
toen wat naar onze begrippen een
dorpsstraat is. Ruime, lichte etalages,
moderne winkelinterieurs, de nieuw
ste reclamemethoden, neonverlichting
en functionele vormgeving en kleur-
toepassing: men droomde er nog niet
van. In plaats van toppers en Ita
liaanse overhemden verkocht men
ijzersterke keper per el en blauwlin-
nen boezeroenen. Geen flexibele
wandlampen in heldere contrasteren
de kleuren, maar olielampjes. Boere-
bont in blauw en groen in plaats van
haast wild-fantastische gordijnstof vol
kleurige vlakken, lijnen en stippels.
Terneuzen is nu een moderne win
kelstad. En de middenstandstentoon
stelling is daarvan een uiting. Het
is één grote winkel, waarin de 29
middenstanders het puikje van hun
waren tentoonstellen: niet een over
daad aan allerlei goed, maar een se
lecte keuze uit het beste en het
nieuwste.
Dat alles staat in een tent van
maar liefst 70 bij 20 meter, die
precies de gehele Markt vult,
van de kiosk tot aan 't Kanton
gerecht. Verkeer is er niet meer
mogelijk en de garage van de fa.
Dieleman moet dan ook een
week sluiten, een kwestie die
uiteraard financieel geregeld
moest worden.
Deze tent van 1400 vierkante meter,
die een houten vloer krijgt vergt
heel wat bouwerskunst en staat nog
zo maar niet overeind. Zaterdagmid
dag om 2 uur wordt de tentoonstel
ling door of namens de burgemeester
geopend en dan is de Markt geduren
de een week één geweldige winkel,
waar shows en demonstraties elkaar
zullen afwisselen en waar menige
huisvrouw tot de ontdekking zal ko
men dat een modern ingerichte keu
ken nog niet bereikt is met een elek
trische melkkoker. De industrie heeft
de laatste jaren een weelde aan prak
tische produktcn afgeleverd die het
leven vergemakkelijken. De textiel
nijverheid maakt eveneens een om
wenteling mee, waarvan men hier
ongetwijfeld de weerslag zal bemer
ken.
Kortom, in iedere branche is iets
geheel nieuws. En deskundigen geven
de meest vakkundige uitleg die men
zich kan wensen.
Er is een podium jn de tent waarop
d? shows en demonstraties worden
gehouden. Zo zijn er belangwekkende
modeshows van alle samenwerkende
modezaken. Op hetzelfde podium ze
telt Ric Ody uit Lokeren, die de gehe
le week het Hammondorgel bespeelt,
zij het dan met tussenpozen om te
slapen, te eten en af en toe eens uit
te rusten.
(Advertentie)
Wat voor de een prettig is,
kan voor de ander nadeel met
zich meebrengen en waarover
de een zich verheugt, is wellicht
een reden tot treuren voor de
gene, die er anders tegenover
staat.
Zo is het altijd en overal en
waarom dus nu niet in Terneu
zen, waar het plaatsen van een
1400 m2 grote tent wel zoveel
ruimte vergt, dat sommigen in
de verdrukking komen.
De zaken die aan de oostelijke
zijde van de Markt staan, heb
ben gedurende de tentoonstel-
lingsweek slechts een nauwe
toegang. Het gaat hier voorna
melijk over enkele café's, waar
van de eigenaars zich in een
hoekje gedrongen voelen. Hun
zaken zijn wel te bereiken, doch
alleen via de nauwe toegangs
wegen tot de Markt aan deze
zijde.
Het is te hopen, dat zij aan de
mid den standsactie aeen nadeel
zullen hebben.
Kunt U
niet slapen
van de pijn?
fl it SP n Uw klachten weg!
Nu de Terneuzense vereniging van de handeldrijvende middenstand
„Terneuzer Klimop" zich op gaat maken om gedurende een week (van 16
t.m. 23 juni a.s.) de bewoners vai\ eigen stad, van geheel Zeeland en van de
Belgische grensstreken uit te nodigen kennis te komen nemen van de activi
teit van haar leden, is het zeker voor vele Terneuzenaars wel eens interes
sant te weten hoe deze gemeente, die zich in de laatste jaren vooral zo
dynamisch heeft ontwikkeld, geweest is in de tijd van diligence en trek
schuit. Dus zo ongeveer honderd jaar geleden.
winkelcentrum. Volgens de laatste ei
sen ingericht, met een verantwoorde
verlichting en waar cfficiëncy. service
on ..klant is koning" 't zaken doen be_
palen. Onze overgrootmoeder zou er
zich niet hebben thuis gevoeld tussen
chroom, linoleum en neonverlichting.
Waarschijnlijk zou zij ook geschrok
ken zijn van de étalages, wanneer
deze in haar tijd zó voor de dag ge
komen waren. Voor de étalages van
textielzaken zou zij zeker gebloosd
hebben.
Maar toch was de service van onze
voorouders toch ook niet zo slecht. Op
de eerste plaats kun je op zondagmor
gen niet meer winkelen en wanneer
dit mogelijk zou zijn zouden de vrou
wen zeker niet meer onthaald worden
op koffie, zoals dit lang de gewoonte
is geweest in de zaak van Tieleman-
Bouwens (nu cafetaria van de heer
Hamelink).
Nu zijn er trouwens ook wat meer
zaken. Terneuzen had in 1844 één
..meestoof" waar menie werd gefa
briceerd. 2 graanmolens: één op de
Markt, die in 1853 voor rekening van
de gemeente werd gebouwd en in 1917
werd afgebroken, één in de Noord
straat (molenzicht) gebouwd in 1862
en in 1932 afgebroken.
De pelmolen (Pelmolengang) dien
de om gerst te pellen die als gort in
de handel wordt gebracht.
HET ONDERWIJS
Tementen is de snelst groeiende
gemeente van Zeeuwsch-Vlaanderen,
een feit dat op zich verheugend is,
maar dat verscheidene andere
Zeeuwsch-Vlaamse streken met zorg
vervult t.a.v. de vraag of de ontwik
keling zoals de laatste jaren die te
zien gaven wel volkomen gezond was.
Nu de woningbouwvoorschriften ge
baseerd worden op andere beginselen
en vooral de aanwezige middelen een
rol zullen gaan spelen, is er kans
dat ook andere gemeenten zich vrijer
kunnen ontplooien en zeker zullen
verscheidene daardoor de naar bene
den gebogen lijn kunnen omhoogbren-
gen.
Overigens behoeft dit in geen geval
te betekenen dat nu Terneuzen min
der snel zal gaan groeien. Indien het
industrieel zijn verdere kansen krijgt
zal het zich ook woongelegenheid voor
de werkers op zijn gebied kunnen
blijven scheppen.
En het is te hopen, dat het dit zal
blijven doen zoals tot nu toe, getuige
deze foto: fris en gezellig, met in ie
dere straat, ondanks de hoogbouw
(een typisch Terneuzens verschijnsel
in Zeeuwsch-Vlaanderen dat bewijs
van de landelijke streek waarin de
stad ondanks een industriële groei is
gelegen, dat het wonen er aangenaam
maakt. Geen dorre huizenwoestijn,
maar gezellige straten, waar gazons
en bloemperken, bomen en struiken
het contact met de natuur levendig
houden, een contact dat de Terneuze-
naar, getuige zijn liefde voor het
landschap aan de Schelde-oever,
graag behouden wil zien
Wie kan U daarover beter inlichten
dan de heer Alb. IJsebaert, die reeds
gedurende verscheidene tientallen ja
ren alles verzamelt wat er maar over
de streek in het algemeen en Terneu
zen in het bizonder te verzamelen
valt. De heer IJsebaert dook meteen
in zijn archieven en somde na enkele
ogenblikken precies alles op wat we
graag wilden weten.
GROEI
Het onogelijke dorpje aan de oever
van de Schelde, dat Terneuzen heette,
over 400 woningen beschikte, waarin
486 gezinnen woonden, tezamen 2300
zielen, heeft zich in die ruim honderd
jaar verzesvoudigd. De gemeente
heeft steeds verder om zich heen ge
grepen. Steeds meer mensen voelden
bij intuïtie dat Terneuzen een cen
trum moest worden en gingen er zich
vestigen.
In 1884 vierhonderd woningen, op
31 december 1955: 3847, dus méér dan
negen maal zoveel en dit getal zou
veel hoger liggen wanneer er naar
behoefte kon worden gebouwd. Het
zielental is gestegen tot 14.422: gedu
rende de afgelopen honderd jaar ver
zesvoudigd. En dit aantal gaat nauw
samen met het aantal woningen. Ter
neuzen zou bij een normale woning
bouw een veel groter zielental hebben.
Stelt U zich voor Terneuzen in de
tijd van onze overgrootouders.
De heer IJsebaert vertelt dat Ter
neuzen 10 winkels had, er waren er
zes die kruidenierswaren en manufac
turen verkochten, 3 galanteriezaken
en 1 papier- en boekhandel, waaruit
later de zaak van de heer I. van de
Sande schijnt te zijn gegroeid. Om de
zaak compleet te maken kon men bij
5 bakkers in Terneuzen brood kopen,
er waren 3 smeden en 8 herbergen
voor 2300 inwoners was toch niet wei
nig.
Wij stellen ons voor hoe overgroot
moeder met een grote karbies aan de
arm naar een kruidenierswinkel ging
daar de wekelijkse boodschappen op
haalde en meteen in dezelfde winkel
schortenbont en kousen (één rechts
één averechts) kocht. Wij zien nu
nieuwe en vernieuwde zaken in het
De heer Smits, die in de Terneuzense Noordstraat zijn bazar drijft,
is niet een figuur om bang te zijn van spoken en aanverwante geest
verschijningen. Dat is maar goed ook, want zijn pand, Noordstraat 67,
gaat door voor een heus spookhuis, waar menigeen met eigen oren het
helse kabaal van rammelende kettingen op de zolder en in de kelder,
tegelijkertijd zomaar, heeft gehoord.
Want daar spookte (tegenwoordig niet meer uiteraard, dit is een
tijd waarin spoken niet meer gedijen) niemand minder dan de Vliegen
de Hollander zelf.
Terneuzen is in Zeeuwsch-Vlaande-
icn dan wel de grootste gemeente, in
de wijdheid van de wereld is het toch
ïhaar een stadje dat niet bepaald op
allerlei wereldreputaties kan bogen.
Toch is er één ding, dat Terneuzen
bekendheid gaf bij allen die met de
zee te maken hebben en die hun hart
sneller voelen kloppen bij een goed
spookverhaal. De zee en spoken horen
bij elkaar. Op de wijde oceanen moet
nog altijd het spookachtig schip van
de Vliegende Hollander rondvaren,
met brandende lichten, snel en zeker
door de zwaarste stormen die het
angstaanjagende vaartuig begeleiden,
stil als een drijvend graf. en almaar
verder, van nergens naar nergens, zon
der thuishaven, zonde* bestemming.
Schipper is Willem Van den Dec
ken, een Terneuzenaar, geboren in de
Noordstraat, in het huis waar nu de
zaak van de heer Smits gevestigd is.
Willem was een kundig zeeman, die
overigens in de nevel van het verle
den vervaagd zou zijn als hij niet
eens in een helse nacht, met zijn
schip de Vliegende Hollander om de
Kaap wilde varen, in een vliegende
storm, die hem die manoeuvre zo goed
als onmogelijk maakte. Toen riep hij
„God of de duivel" te hulp, zichzelf
vervloekend. De duivel greep zijn
kans en zo vaart Willem tot in de
eeuwigheid door.
IN VERGEETBOEK
Honderden hebben de Vliegende
Hollander daarna gezien, nu eens in
de Noordelijke IJszee, een dag later
I in het cui(lelijkste ruiden ven de In
dische Oceaan, zó spookachtig snel
schoot het schip, ongrijpbaar door de
wolfskoppige golven, van noord naar
zuid en van oost naar west.
Het is nog niet zo lang geleden dat
zeelieden bij hun thuiskomst ijzing
wekkende verhalen vertelden over 'n
ontmoeting met dat mysterieus vaar
tuig, een ontmoeting waarvoor alle
zeelui ter wereld vreesden en welke
de hardste zeebonk deed bibberen. En
dat waren geen verhalen om de kin
deren naar bed te jagen; ze geloofden
ze zelf.
Nu kan geen Vliegende Hollander
meer tegen de nieuwe verschrikkin
gen der zeeën op: een atoomduikboot
is een gevaarlijker spookschip, want
het bestaat in wezen. Om Vliegende
Hollanders lacht men nu. En zo zal
Willem van den Decken uit Terneu
zen langzaamaan toch in het vergeet
boek raken.
WILLEMS THUISHAVEN
Tenzij Terneuzen, zijn geboortestad
en zijn nooit meer bereikte thuis
haven, zijn nagedachtenis redt, zich
«ls stad van de Vliegende Hollander
een traditioneel evenement weet te
scheppen, dat de aandacht trekt (en
dus Terneuzen, toeristisch, ten goede
komt) en dat voorgoed de herinne
ring aan het meest bekende en be
langrijkste zeespookverhaal uit de
wereldliteratuur levendig houdt.
Wi« maakt die kans waar?
Waarschijnlijk in de drukkerij van
de heer van de Sande was in 1844 een
school gevestigd met tweehonderd
leerlingen. Terneuzen heeft nu 14
scholen (3 in Sluiskil niet meegere
kend)
Jeugd van Terneuzen en uit de
verre omtrek, die op Lagere School,
Ulo's, Lyceum. Technische en Land-
bouwhuishoudschool zich bekwamen
voor later.
Zo is Terneuzen nu. Het oude stads
gedeelte geprangd tussen de kanaal-
armen, maar over de bruggen on
weerstaanbaar uitgroeiend in vele
nieuwe woningcomplexen, bloeiende
zaken die uit de verre omtrek de
mensen naar Terneuzen trekken en
niet het minst van over de grens.
Terneuzen met vele bloeiende ver
enigingen. Een actieve vereniging
voor vreemdelingenverkeer, die de
mogelijkheden van de Schelde, vooral
weet uit te buiten. Want de grote
attractie van Terneuzen is de Schel
de, waar Terneuzenaars en vreemde
lingen altijd opnieuw weer door wor
den geboeid.
„Terneuzens Klimop" opent de
poorten van Terneuzen voor een ten
toonstelling waaraan alle belangrijke
middenstandszaken van Terneuzen
meedoen. In de weck van 16 tot 23
juni zullen de vele bezoekers, die ze
ker naar Terneuzen gaan komen, kun
nen zien met welk een activiteit en
vakmanschap de Terneuzense winke
liers hun artikelen weten te kiezen
en te verkopen.
De zeven verhalen waarmee Henk
Meyer de Reina Prinsen Geerlings-
prijs won zijn gebundeld onder de
vrzamlnaam „Constrnatie". de titel
van het eerste verhaal. Het is een
boekje, dat men vanwege de wellui
dende strakheid van het proza ge
boeid aan een stuk door uitleest. Bo
vendien blijkt Henk Meyer een man,
die als weinig andere Nederlandse
auteurs de kunst verstaat om een
voud van stijl te paren aan voor
naamheid van psychologische con
structie. Zijn verhalen over kinderen
zijn naar ons inzicht een rijke winst
voor kinderartsen en psychologen.
Voor volwassen lezers gaarne aanbe
volen. (Uitgave J. M. Meuler.hoff,
Amsterdam).
Voor jongens en meisjes van een
jaar of zes, zeven, is in de Picco-
reeks van de Uitgeverij Cantecleer
een zesde exemplaar verschenen,
onder de titel Fluitelijntje en de
Buurtjes. Het gezellige verhaal is
van Tir.è van Noortwijk en de il
lustraties (zwart-wit en in kleuren)
van Rein van Looy.
Met het meer en meer gebruikelijke
geplastificeerde stevige omslag slaat
het boekje een fris figuur naast zijn
vijf voorgangers.
Met Venetië vergelijkingen te ma
ken zou te ver gaan, maar Terneu
zen kan men toch een stad van brug
gen noemen, vaak tot ongemak van 't
verkeer, dat drie kansen tot wachten
heeft.
De belangrijkste verkeersbelemme-
ring de Axelse brug, vroeger een
schakel tussen het centrum van Ter
neuzen en een zo goed als onbebouw
de, landelijke wijk. Achter de brug
begon eigenlijk de polder reeds. Maar
nu is de Axelse brug de verbinding
tussen „oude" en nieuwe" stad, tus
sen het centrum, waar 99 pet van de
winkelstand zich bevindt en de uit
gestrekte woonwijk. De verbinding
tevens tussen oud-Terneuzen en het
toekomstige nieuwe hart van de stad,
want aan de oostzijde van het kanaal
liggen de mogelijkheden tot Terneu
zens verdere uitbreiding.
Deze brug is daardoor een obsta
kel geworden. Ze moet meerdere ma
len per dag geopend worden om een
tros binnenschepen te laten passeren,
op weg naar de Schelde of op weg
naar Sluiskil, Sas van Gent of de
zeehaven Gent.
Het is nog verre toekomstmuziek,
maar indien Terneuzen alle kansen
krijgt welke zonder allerlei interna
tionale moeilijkheden voor het grijpen
zouden liggen, (een van die moeilijk
heden is bv. de kwestie der spoor
wegtarieven!) dan gaat Terneuzen 'n
grootse groei tegemoet. Daarin zal 't
geen om de haverklap omhoog ge
trokken bruggen kunnen gebruiken
en het toekomstig, moderne Terneu
zen zal dan ook voor een intern ver
keersprobleem komen staan, dat een.
radicale oplossing zal vereisen.
Maar zo ver is het overigens nog
niet. Moge Terneuzen eerst de kan
sen tot die ontwikkeling maar krij
gen^
Het Wereldvenster in Baarn heeft
twee toekomstdromen het licht doen
zien: ..Twee Stalles voor 1972" van
Dimitri Frenkel Frank en „De Witte
Partij" van Herman P. de Boer.
Om bij het eerste te beginnen: het
is onderhouden geschreven, heeft niet
de pretentie van literatuur te zijn en
brengt ons met uitgesproken harts
tocht in een toekomstwereld, die be
heerst wordt doorhartstochten.
Uit het laatste zal de lezer begrijpen,
dat voor dit boek in ruime mate
voorbehoud wordt gemaakt voor vol-
volwassen lezers met gerijpte levens
ervaring.
Veel minder sterk geldt dat voor
„De Witte Partij", eveneens een boek,
dat er op een vlotte manier de span
ning in houdt, al is het over het alge
meen krampachtig geschreven. Voor
wie zich graag verdiept in wat mis
schien zou kunnen gebeuren, biedt
deze roman enkele uren van. onder
houdende lectuur.
Dit zijn de 29 deelnemende zaken
die de tentoonstelling te Terneuzen or
ganiseren en er zelf uiteraard prak
tisch aan deelnemen:
Kramer met wasmachines en stof
zuigers; Smits met huishoudelijke ar.
tikelen; Boerbooms N.V. met textiel;
Versloot-Naeye met wasmachines en'
oliekachels; Bliek met stoffen, linge
rie enz.; Bevahuis met werkkleding;
Mannaert met rijwielen en motorrij
wielen; But met Foto-ciné artikelen;
Eigen Haard met Formule meubelen:
J. van Dixhoorn met herenconfectie;
Borghstijn met serviezen, keukenuiU
zetten, koffers; Nobels-Molducci met)
lingerie, handschoenen, sjaals; Jurry
met vloerbedekking; Tazelaar met
oliekachels en butagas; v. d. Ree met
uurwerken; Littooy met vulpennen;
v. d. Meer met damesconfectie en
corsetten; Rijnberg met kantoorinrich
ting; Schippers met bromfietsen; de
Groot met sanitair en tegelboard;
Smit-Pothoven met dekens en textiel;
de Vries-Adriaansen met koffie; v. d.
Bruele met breimachines en babykle-
ding; de Buck met radio en televisie;
Voerman de Pauw met dames- en
herenconfectie; Schellinkhout met
babykleding en textiel; Naeye met
woninginrichting; Wolfert met Pas-
Aan serviezen en Provoost met verf
waren.
Als dertigste deelnemer is er
dan nog de zeer onzakelijke
Vereniging voor Veilig Verkeer,
pas opgericht en hier acte de
prèsence gevend, niet om 't pu
bliek tot kopen te bewegen,
maar om het er op te wijzen dat
in geen enkele Terneuzense
winkel een nieuw leven te koop
is als een tekort aan voorzich
tigheid in het verkeer tot onge
lukken aanleiding geeft!
Een dreigend uitziende lucht spant
zich boven de Terneuzense buitenha
ven, een opname, waarop ieder die
de havenstad van Zeeuwsch-Vlaande
ren kent, onmiddellijk het loodsen-
steigertje zal onderkennen, Rechts
ligt een van die machtige zeesche
pen wier omvang een handicap is bij
de vaart naar Gent. Een drijvende
kraan grijpt rusteloos in de ruimen
van de zeevrachtvaarder, om het ko
lossale schip een voet of twee, drie
omhoog te brengen, voldoende om het
de passage over de sluisdrempel mo
gelijk te maken.
Want de zeesluis van Terneuzen is
het grote en gehate struikelblok van
zeehaven Gent, dat niet vooruit kan
omdat zijn haven gebonden is aan een
bepaalde scheepstonnage. Terneuzen
houdt de grotere schepen tegen en
het doet dat toch niet met de bedoe
ling Gent te beconcurreren, want een
vergroting van de zeesluis en een
verbreding van het kanaal kan Ter
neuzen zelf ook slechts ten goede ko
men.
Wanneer, wanneer zal het water
wegenprobleem geen probleem meer
zijn Wanneer krijgt vooral deze
kwestie haar beslag, om Gent, maar
ook Terneuzen een rijkdom van nieu
we mogelijkheden te verschaffen
Terneuzen heeft vele kansen in zich,
maar juist deze ene handicap houdt
een groter en ombelemmerde uit
groei tegen.