„The grand old man E1 etter öet nylons BORGWARD Z.-VLAANDEREN NOG MEER GEÏSOLEERD? De Diamantmijnen Koning Salomon „REISS" - HULST NOVITA - TERNEUZEN schrijft de historie van de Engels sprekende volkeren Fa. C. WILLEMSEN KARPET N.V. Jan Hendrikx Uw ideaal! Kamerleden beschouwen de tunnelplannen Het eerste deel (400 pag.) werd opgetogen begroet Voetbalprogram zondag 13 mei Combi Vergiftiging door methyl-alcohol Gedeserteerde Nederlanders ingerekend 5I—»De vruchten der aarde= Als het Deltaplan wordt uitgevoerd RADIO van door H. Rider Haggard aden exa- a A slaag- Vxel; I. O. an Hecke, M. J. de F. Kroes, is; A. de Axel (met Verstra- mswaarde; VI. Zegers, De man 8 uur: De De rijzige Gekweld ge- schot.. DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 7 MEI 1956 55 'EN HOOGTEPUNT in het literaire ge- aren in Engeland is de verschijning geweest van Churchills „Een geschiedenis van de Engels-sprekende volkeren". Vori ge week is het eerste deel uitgekomen van het viertal, waarin de bekende staatsman- in-ruste blijk geeft allesbehalve „rustend' te zijn. Het eerste deel van de reeds lang verwachte reeks is uit bundig begroet. Immers, het is de eerste maal dat een man, die praktisch zelf geschiedenis heeft gemaakt, de pen opneemt om de historie te gaan beschrijven. Sir Winston, die tal van histo rische beslissingen heeft moeten nemen, beziet in zijn boek, dat een standaardwerk is, de beslissingen van zijn voorgangers: Engelands groten. Het boek geeft de Engels sprekende volkeren een nieuwe kijk op zichzelf. Deze nieuwe kijk is af komstig van een auteur, wiens waarnemingsvermogen onafhanke. lijk blijkt te zijn van zijn leeftijd. „Sir Winston maakte geschiede nis. Nu schrijft hij geschiedenis," zegt William Barkley van hem in de „Dailey Express". In het eerste deel, dat 400 pagi na's telt, schrijft Sir Winston: „Ik schrijf over de dingen in onze ge schiedenis, die mij betekenisvol voorkomen en ik doe dat als iemand, die enige ondervinding heeft van historische en grote ge beurtenissen in onze eigen tijd." In al hun bescheidenheid geven deze woorden blijk van de veelom vattendheid van het werk. Deze woorden geven elke pagina uit het boek een speciaal cachet. Zo beschrijft hij het optreden van koning Alfred na de inval van de Noormannen, die voor de Angel- (Advertentie) saksers bijna een volledige neder laag had betekend. „Dat de totale ineenstorting voorkomen werd," zo schrijft Sir Winston, „was te dan ken aan de kalmte eij helderheid van geest van een der grote figu ren in onze geschiedenis, in een tijd van verwarring en ontwrichting. De meeste ingrijpende wendingen in de geschiedenis danken wij aan zelf beheersing en koelbloedigheid." Oorlog en vrede Deze passage werd geschreven in 1939 en Churchill gaf toen al het portret van de man, die hij maar weinige jaren later zelf zou blijken te zijn. In die veraf schijnende tijd van vrede, toen het „gekleed" stond om wapenfabrikanten als kooplui van de dood aan te merken en toen „defensie" werd vergeleken met poging tot zelfmoord, bezorg den Churchills tegenstanders hem het odium van oorlogshitser. Die genen van zijn vijanden, die het boek nu lezen, zal het opvallen, dat wapengekletter er in ontbreekt. Churchill predikt de oorlog niet. Integendeel: steeds blijkt zijn be wogenheid om de oceanen van bloed waardoor het mensdom steeds moet passend en verrassend elegant NOORDSTRAAT 39 AXEL Hoofdklasse A: Stormvogels-ADO Ajax-Excelsior NOAD-Eindhoven HVC-Fortuna '54 Rigtersbleek- Roda Sport EBOH-Limburgia Vitesse-DOS Amsterdam Tubantia-UVS NAC-VVV Oldenzaal- ONA-Baronie Alliance-TSC Nieuw Borgvliet- Heracles-Rheden Vlissingen- Zeeland Sp Longa-Be-Quick VSV '34 't Gooi_ Maurits-Kimbria 4e Klas E Leeuwarden Spel. Emma- Haarsteeg- Brabantia Were Di le klasse C: TOP-Wilhelmina Zeist-Hilversum ZFC-Zwartemeer Helmondia '55 Hoofdklasse B: DHC-KFC 2e Klas B SW-DFC Oosterparkers-MOC '17-Goes EDO-Feijenoord Elinkwijk- De Graafschap GVc VT Ti1 u AMATEURS Spel. Enschede ie kiasse Rapid JC- Rapiditas-UVV - .n -n\r\r o Alkmaar HRC-Velox VOAB BW 2- Sittardia-. (Woensdag 16 mei Reusel Sport- St. Mich, gestel 2 „_T, Willem II worden voor deze St. Mich, gestel ma afdeling nog ge- Heusden-GW MW- sDeeld- RKDVC- De Volewijckers ycf-Quick Hieronymus willem 2" Schev.-Holl. Sp - Cw-De Spartaan GSBW-SCB £onga BW uw-Velox Zwaluwen VFC- Emma 2-DFC 2 rKtw Baronie 2-Noad le klasse A: le klasse B: i"in DWS-RBC Zwaagwesteinde- 3e Klas C Heerenveen- Arnhemse Boys Zierikzee-Gudok Xerxes Bobur et Veloci- Hero-RKC Veendam-NEC tas-Sneek DHV-Virtus PEG-RCH WW-Hengelo De Schutters-VES AGOW-De Valk WVC-Quick '20 WSC-Veerse Boys Roda Sport 2- Go-Ahead Muntendam- RWB-BSC De Valk Velocitas Achilles Fortuna '54 2- 3e Klas D Helmond le klasse R- *e Klas Zeelandio-Odio Helmondia '55 2- Schijndel-Almania Steen-Biervliet PSV 2 Blauw-Wit- Roermond- Hontenisse- Eindhoven 2- Wageningen WH '16 Corn. Boys Sittardia 2e Klas A *e ?'a®l Sarto-Uno Animo Breda-Zundert SET-Baardwijk Veloc-Taxandria De Spechten-OSS 4e Klas C Burgh- SteenbeiKen DOSKO. Volendam RAC-Hulst Fortuna VI Roosendaal-WVO Desk-Dongen 3e Klas B Concoria SVD- 4e Klas H Ria W-Luctor Ierseke-Clinge Oostburg- Breskens Res 3e Klas B GW 2-RKDVC Res. le KI. E Dosko 2-NAC 2 RBC 2-TOP 2 Res. le KI. F VW 2-BW 2 Limburgia 2- MW gaan op zijn weg naar vrijheid en verheffing. De periode, waarin de Romeinen Engeland overheersten, beschrijft Churchill als „stralend, vredig en kalm." De val van het oude Rome hai zijn weerslag op Engeland, dat zonder invloed en min of meer ont redderd bleef. De Angelsaksers kwamen, de Noormannen kwamen, terwijl andere „Vikings", die uit Normandië, Engeland in drie maan den tijds het gezicht gaven, dat wij nu beginnen te herkennen. De schrijver, die deze episo den uit de geschiedenis sa menvat onder de titel „De wedloop om het eiland", geeft als het ware een ooggetuige- verslag van die roerige tijden van Noormannen en Plantage- nets tot de opkomst van de Tudors, in de vijftiende eeuw, waarmee het eerste boek be sluit. Talrijke bondige karak terbeschrijvingen van grote mannen uit Engelands verle den, vinden we in het boek. Over koning Alfred schrijft Churchill bijvoorbeeld: „Zijn onge ëvenaard vermogen om zich boven de omstandigheden te verheffen; om onbevooroordeeld te blijven, zo wel bij de ergste nederlaag als bij de grootste overwinning; om te vol harden, zelfs bij rampspoed; om het kerend fortuin met een rustig oog te beschouwen; om onder alle om standigheden in de mc.isen te blij ven geloven, hebben hem doen uit rijzen boven de verwarring van barbaarse oorlogen en hem op het voetstuk der onsterfelijke glorie geplaatst. Hendrik II Hendrik II (die een Fransman was), wordt door Sir. Winston be schreven, als had hij hem persoon lijk gekend. „Hij was vierkant, ge zet, had een stierennek, gespierde armen en grove, ruige handen; be nen die wezen op zijn ervaring als ruiter; een groot, rond hoajd, dat dicht bezet was met borstelig, rood haar, een sproeterig gezicht en een harde, krakende stem." Voor hem was Engeland niet meer dan een provincie. Zijn rijk strekte zich uit tot de Middellandse Zee. Op deze wijze plaatst Sir Winston ,zijn" personages niet alleen in hun historisch perspectief, maar hij zet ze ook voor zijn lezers neer als levende mensen. Zo vergelijkt hij de moord op Thomas Beckett, de aartsbisschop van Canterbury, we gens verzet tegen de koninklijke plannen om de macht van de r.-k. Kerk te breken, met de politieke maatregelen van latere eeuwen, die bisschoppen in concentratiekampen brachten. Of... hen lieten en laten doden in de hygiënische, helder- verlichte gangen van de staatsge vangenissen. Thomas Beckett werd vermoord tijdens de Vespers. Is dit wel zoveel wreder? Welke reden hebben wij," zo vraagt Churchill zich af, „om een hogere graad van beschaving te verwachten in de tijden van Hen drik II Men was toen doortrokken van barbarisme, dat meedogenlozer werd naarmate de morele lethargie toenam." In een voetnoot wordt vermeld, dat deze woorden zijn ge schreven in 1939. Tijdsbesteding In het voorwoord zegt Sir Win ston, dat hij het plan om de ge schiedenis van de Engels-sprekende volkeren te beschrijven, twintig jaar geleden heeft opgezet. Hij had on geveer een half miljoen woorden geschreven, toen de oorlog hem dit werk onmogelijk maakte. Nu weet Engeland wat Churchill deed in de spaarzame ogenblikken, die hij voor zichzelf had. Ook dan werkte hij namelijk op een heel bijzondere wijze aan de geschiedenis. De Engelse critici hebben het boek deeld gunstig ontvangen. Men verwacht vooral veel van de nog niet verschenen delen, waarin o.m. beschre ven zal worden hoe de En gelse invloed zich uitbreid de. Het ontstaan en de groei van Amerika zullen heel tcat hoofdstukken ver gen. Daarmee ivordt Chur chills geschiedenis van de Engelssprekende volkeren van veel wijder betekenis. De diepere zin van Chur chills werk is dan ook, aldus één der critici, de Engels sprekende volkeren te wijzen op wat hen verbindt en wat hen dreigde en dreigt te scheiden. (Advertentie) Voor een prima naar BOSCHSTRAAT 1 Enorme keus - BREDA Lage prijzen (Advertentie) De voortreffelijke combinatie van een snelle, sierlijke personenauto en een ruime, luxe bestelwagen. Draagvermogen 520 kg Prijs f8800.- IMP. FA. ROSIER - ALEXANDERLAAN 23 - RIJSWIJK (Z.H.) TEL. 771990-115455 „GARAGE CITO" GEBR. ESSELBRUGGE AXEL In Zuid-Afrika 18 naturellen zijn te Durban over leden na het drinken van houtgeest. 54 personen zijn in een ziekenhuis opgenomen en 27 anderen zijn niet op hun werk gekomen. Men vreest dat deze laatsten eveneens overleden zijn. De meeste van de slachtoffers zouden de methyl-alcohol gedronken hebben toen zij een tankwagen van de spoorwegen aan het schoonmaken waren. Verder wordt er nog een vat met dezelfde dodelijke vloeistof vermist en de politie stelt alles in het werk om te voorkomen dat er nog meer slacht offers zullen vallen. Geluidswagens rijden door de gehele streek om de naturellen te waarschuwen tegen het drinken van de alcohol. Te Borgerhout in België zijn twee Nederlanders gearresteerd, die van de Nederlandse Koninklijke Marine ble ken te zijn gedeserteerd. Het zijn de 16-jarige H. van C. uit Haarlem en de 18-jarige A. van S. uit Utrecht. De jongemannen waren allebei inge deeld bij een marine-onderdeel te Rotterdam. Zij waren, nadat zij hun onderdeel hadden verlaten, naar Bel gië gevlucht en werden betrapt bij het stelen van een fles melk. waar mee zij hun honger wilden stillen. nagenoeg onver- Het moet wel een wondere lentedag geweest zijn, toen God in het begin de aarde vervulde met een weelderige planten groei: „God sprak: De aarde moet groene planten voortbren gen, zaaddragend gewas en vruchtbomen, die zaadvruchten dragen op aarde, elk naar zijn soort". En toen prijkten de bo men met hun bladertooi.en toen geurden de bloènien en pronk ten met hun kleuren in de zon- negloed en toen werden de bomen zwaar van de vruchten. Toen werden de velden overdekt met een groen kleed van groeiend koren, waaruit de gouden hal men rezen met voedsel voor mens en dier. Maar wat toen eenmaal plaats greep in al de weelde en fris heid van de eerste lentemor gen, dat herhaalt zich telkens weer opnieuw op de aarde, want God gaf aan de natuur een deeltje van Zijn kracht, waar door zij zich telkens weer ver nieuwt en herstelt, als de kille winter haar deed sterven. De gelovige mens, die dit aan schouwt, verheugt er zich over en erkent daarin de macht van de Schepper van alle dingen en wanneer hij ziet, hoe in de len te als een warme wind waait over de dorre aarde en aller- wege het nieuwe leven juichend aan de grauwe grond ont springt, denkt hij dankbaar aan de oorsprong van al het goede en schone, dat bestaat. Nu is de vreugde van de mens daarover ook steeds vermengd met zorg, zorg om het bestaan. De mens voelt zich afhankelijk, hij moet leven en daarom moet hij eten en het is geen spelend vruch ten vergaderen van de rijke aar de, zoals dat eens in het paradijs geweest moet zijn, maar het is een moeizaam, in het zweet zijns aan- schijns, ontworstelen van zijn nooddruft aan de weerbarstige grond. Uit eigen ervaring erkent de boer, dat hij wel zaaien kan, maar dat het een ander is, die de wasdom geeft; dat hij plannen maken kan en de voren trekken door het wijde land, dat hij een kostbaar zaad kan toevertrouwen aan de opengebroken grond, maar dat hij machteloos staat tegen de elementen. Storm kan het zaad wegvoeren, droogte kan de akkers doen verdorren, hagel en koude kan een verstarrend kleed leggen over hetgeen zo hoopvol openbloei- de en bij dit alles kan hij berus tend toezien of mokkend zich ver zetten, maar machteloos staat hij, zonder iets te kunnen veranderen aan dit nukkig spel der elementen. En weer ziet de gelovige mens omhoog naar de Vader in de he mel, Die de vogels voedt en Die weet, dat ook wij dit alles nodig hebben, wat wij zo moeizaam aan de aarde trachten te onttrekken. Onbewust leeft in hem, wat de psalmist uitdrukte: ,,Gij opent uw hand, o Heer, en vervult alle we zens met zegen". Niemand, die in nauwer contact treedt met de Schepper, niemand, die zich meer afhankelijk weet van Hem, dan de boer, die dagelijks zwoegt om eten voor mens en dier te ont trekken aan de bodem, die hij zijn eigendom noemt. Vandaar is het begrijpelijk, dat reeds in lang vervlogen eeuwen bij het gelovige volk de behoefte ontstaan is, om bijzondere bid dagen te houden voor de vrucht baarheid en voor de zegen Gods over de gewassen. Telkens, wan neer de nieuwe lente kwam en de aarde veelbelovend herleefde onder de adem Gods, trok hij bid dend langs de akkers, daarin be moedigd en daartoe aangespoord door degenen, die God tot leiders van Zijn volk had aangesteld, de bisschoppen en priesters van de Kerk. En zo ontstonden de z.g. Kruisdagen, biddagen en boete dagen, waarop met het kruis in top de gelovigen in lange rijen processie hielden en met het grote smeekgebed van de Litanie van Alleheiligen de hemel trachtten te verbidden, om zegen te verkrijgen voor hen allen over de vruchten der aarde en bevrijd te blijven van alle rampen naar ziel en lichaam, waaraan de strijdende mens voortdurend bloot staat. De moderne mens schijnt soms te ontgroeien aan oude kerkelijke gebruiken. Wanneer hij het zelf goed heeft, voelt hij bovendien niet zo sterk de noodzaak om te bidden om de vruchten der aarde. Misschien was het goed, buiten onszelf te treden; daar zijn in onze nabijheid anderen, die moeitevol de grond bewerken om te zorgen voor hetgeen ook wij nodig heb ben en er zijn op deze wijde we reld miljoenen mensen, die honger lijden. Scharen wij ons daarom in de rijen van de biddende proces- siegangers, opdat God ,,Zijn hand opent en alle schepsel met Zyn zegen vervult. We willen uit het Voorlopig Verslag van de Tweede Kamer betreffende het ontwerp- Deltawet meer uitvoerig aan halen wat er gezegd werd over de verbinding van Zeeuwsch- Vlaanderen met overig Zeeland en Brabant. Vele leden achtten de oostelijke verbinding Rotterdam - Tiengemeten - Volkerakdam - Bergen op Zoom - Antwerpen van groot belang, niet al leen voor west-Brabant, maar ook voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Deze weg zou nl. de mogelijkheid bieden om daarop een tunnel onder de Wes- terschelde van west-Brabant naar Zeeuwsch-Vlaanderen te doen aan sluiten. Dit gebied zal na de uitvoe ring van het Deltaplan het enige Zeeuwse landgebied zijn, dat geen verbinding over land met het overi ge Zeeland en dus met de rest van Nederland heeft. De enige realiseerbare oplossing hiervoor is de aanleg van een tunnel, waartoe eerst het Land van Saeftin- ge en de schorren bij Ossendrecht zullen moeten worden ingedijkt. Deze mogelijkheid zal met de meeste ernst moeten worden bestudeerd, daar in Zeeuwsch-Vlaanderen naar de me ning van deze leden terecht de vrees bestaat, dat de thans zo on gunstige ligging van dit gebied in verscherpte mate nadelig zal gaan werken, wanneer de overige, thans ge- isoleerde gebieden uit hun isolement verlost zullen zfjn. In dit verband drongen de hier aan het woord zijnde leden er bij de Re gering op aan te bevorderen, dat, voor wat betreft het Belgische ge deelte van het traject van de auto- Advertentie) busverbinding Sluiskil-Breda, meer faciliteiten aan deze dienst worden toegekend. Tevens vroegen zij, of niet ook een autobusverbinding tus sen westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen en Noordbrabant via België tot de opheffing van het isolement van dit gebied zou kunnen bijdragen. Andere leden hadden tegen een stu die omtrent de mogelijkheid van een tunnel onder de Westerschelde ter hoogte van Ossendrecht geen be zwaar; veel praktische mogelijkheden zagen zij daarin echter niet. Ook meenden zij, dat van westelijk Z. Vlaanderen uit een betere verbinding met het overige Nederland mogelijk is over Breskens-Vlissingen en van daar per trein (de lijn Vlissingen- Roosendaal wordt binnenkort geëlek trificeerd) dan door middel van een busdienst via België. TUNNEL BIJ BRESKENS? Weer andere leden stelden de vraag, of het, indien een tunnel onder de Westerschelde technisch uitvoerbaar en ook economische te verwezenlijken zou zijn, dan geen voorkeur zou ver dienen zulk een tunnel aan te leggen tussen Breskens en Vlissingen. Daar zal immers in de toekomst het druk ste verkeer moeten worden verwacht, zeker wanneer de uitvoering van het Deltaplan tot de aanleg van een korte wegverbinding tussen Rotterdam en Vlissingen heeft geleid. De veerdienst zal op dit traject de stroom van au to's steeds moeilijker kunnen ver werken en deze stroom zal door een tunnel ter hoogte van Ossendrecht betrekkelijk weinig worden ontlast. In elk geval zal het probleem, hoe de veerdienst het toenemende ver keer tussen Vlissingen en Breskens zal moeten verwerken, reeds thans onder het oog moeten worden gezien. Kan de Regering reeds mededelen, welke plannen hiervoor bestaan onderhoudsprodukten geven DIEPGLANS aan uw auto, motor, scooter of fiets DINSDAG, 8 MEI 1956 HILVERSUM I. 402 m. KRO: 7,00 Nws. 7,10 Gram. 7,45 Morgengebed en lit. kal. 8,00 Nws. en weerber. 8,15 Gram. 9,00 V.d. vrouw 9,25 Waterst. 9,30 Plechti ge Bisschopswijding 12,30 Land- en tuinb. meded. 12,33 Instr. octet 12.50 Tulpen- rally 13,00 Nws. en kath. nws. 13,20 Ball- roomork. 13,45 Gram. 13,50 Gevar.progr. 15,00 Schoolradio 15,30 Symf.ork. 15,50 Gram. 16,00 V.d. zieken 16,30 Ziekenlof 17,Oo V.d. jeugd 17,40 Koersen 17,45 Re- geringsuitz.: Rijksdelen Overzee: Dr. L. D. Brongersma: Nieuw-Guinea's rijkdom aan vissen 18,00 V.d. jeugd 18.20 Sport- praatje 18,30 Pianorec. 19,00 Nws. 19,10 Gram. 19.15 Uit het boek der boeken 19,30 Gram. 20,20 Act. 20,35 De gewone man 20,40 Concertgebouwohk. 21,45 Om de toekomst van Nederland, klankb. 22,05 Orgelconc. 22,25 Strijkkwart. 22,45 Avond gebed en lit. kal. 23.00 Nws. 23,15-24,00 Gram. HILVERSUM n. 298 m. AVRO: 7,00 Nws. 7,10 Gym. 7,20 Gram. VPRO: 7.50 Dagopening AVRO: 8,00 Nws. 8,15 Rep. int. tulpenrally 8,25 Gram. 9,00 Gym. v.d. vrouw 9,10 V.d. huisvr. 9,15 Gram. 9,40 Morgenwijding 10,00 Gram. 10,50 V.d. kleuters 11,00 Lichte muz. 11.30 Pianorec. 12,00 Mandoline-ens. 12,30 Land en tuinb.meded. 12,35 Twee piano's 13,00 Nws. 13,15 Meded. of gram. 13,20 Metro- pole-ork. 13,55 Beursber. 14,00 Gram. 14,40 Schoolradio 15,00 V.d. vrouw 15,30 Sopr. en piano 1*6.00 Gram. 16,30 V.d. jeugd 17,20 De dierenwereld en wij, caus. 17,30 Jazzmuz. 18,00 Nws. 18,15 Pianospel 18,30 Ho® moet ik examen doen?, caus. 18,40 Dansmuz. 18,55 Paris vous parle 19,00 V.d. kleuters 19.05 Concertgebouwork. 19,45 Filmpraatje 20,00 Nws. 20.05 Gevar. progr. 22,00 De antwoordman 22,15 Dans muz. 22,30 Gram. 22,55 Ik geloof dat cans. 23,00 Nws. en koersen 23,15 New York calling 23,20 Agua azucarillos y aguardiente, zarzuela 23,50-24.00 Rep. v.d. int. tulpenrally. BRUSSEL, 324 m. 12,00 Lichte muz. 12,30 Weerber. 12,34 Filmmuz. 13,00 Nws. 13,10 Landb.kron. 13,15 Kamerork. 13,45 Operettemuz. 14,00 Schoolradio 15,45 Gram. 16,00 Koersen 16,02 Orgelsp. 16,30 Koorzang 17,00 Nws. 17,10 Sopr. en piano 17,45 Boekbespr. 18,00 Jeugd en muz. 18,30 V.d. sold. 19,00 Nws. 19,40 Gram. 19,50 Syndicale kron. 20,00 Ork.conc. 20,30 Int. uit. v.h. Rode Kruis 21,00 Radiokron. 22,00 Nws. 22.15 Kamermuz. 22,50 Clavecimbel- rec. 22,55-23,00 Nws. BRUSSEL, 484 m. 12,00 Gevar. muz. 13,00 Nws. 13,15 Gevar. muz. 14,45 Gram. 15,00 Groot symf.ork. 15,50 Gram. 16,05 Lichte muz. 17,00 Nws. 18,30 Discographie 19,30 Nws. 20,00 Gevar.progr. 22,00 Nws. 22,15 Groot symf.ork. en soliste 22,55 Nws. TELEVISIEPROGRAMMA'S KRO: 9,30 Rep. plechtige bisschopswij ding Z. H. Exc. Mgr. Martinus Jansen, bisschop van Rotterdam. NTS: 20.00- 20,15 Journ. en weerber. 20,15-22,05 Film- progr. FRANS-BELG.: 19,00 V.d. jeugd 19,15 Dag v.h. Rode Kruis 19,30 Relais v. Frankrijk 20,00 Act. 20,15 Journ. 20,40 A vous Londres 20.45 Gevar.progr. 22,00 Li terair progr. 22,45 Wereldnws. VLAAMS BELG: 18,45 Gram. 19,01 Nws. 19,31 Cul turele en educatieve uitz. 20,00 Nws. 20,30 Gevar.progr. Hierna: Nws. 7) Vergezeld door Umbopa,, Khiva Ventvogel en een half dozijn dragers, die we later hadden gehuurd, gingen wij op weg. Ik herinner mij wel, dat we allen stil waren bij dit vertrek; ieder van ons vroeg zich wel af, of we onze wagen ooit zouden terug zien; ik voor mij verwachtte dat niet. Van Inyati trokken wij verder da gen lang door een mooie en bosrijke omgeving, waar we al spoedig de sporen van olifanten vonden en an der wild ontdekten. Op een avond kwamen wij. na een lange mars aan de bedding van een rivier en zagen daar op een afstand van ongeveer driehonderd meter enige giraffen. Good, die vooruit liep, kon aan de verzoeking geen weerstand bieden en had het geluk een van die dieren te raken. De kaffers werden aan het maanhch giraffnbifsuk. Wij bo-eeete werk gezet en 's avonds aten wij bij den wel een -wonderlijke aanblik zo als we daar zaten. Sir Henry met zijn forse gestalte en lang geel haar en kapitein Good, die er altijd even net uitzag en gekleed was, alsof hij aan een jachtpartij in de beschaaf de wereld had deelgenomen. Dan op enige afstand de kaffers om een vuur, met uitzondering van Umbopa, die altijd alleen zat, met de hand onder het hoofd en in diep gepeins verzonken. Plotseling kwam vanuit de diepte achter ons een verwijderd gebrul. „Dat is een leeuw!" riep ik en nau welijks had ik het gezegd, of er klonk van een andere kant een scherp trompetachtig geluid. Oli fanten! zeiden de kaffers en na eni ge minuten zagen wij grote schadu wen welke zich langzaam bewogen van de richting van het water naar het struikgewas. Good sprong op, hij dacht misschien dat het even gemak- kelijk ging een olifant te schieten als een giraffe, maar ik drukte hem omlaag. ,,Dat kan zo niet." zei ik „laat hen gaan." „Het schijnt dat wij hier in een paradijs van wild zijn; ik zou er voor zijn om hier een paar dagen te blijven om te jagen," zei Sir Henry. Ik was zeer verbaasd, want tot nu toe was sir Henry er altijd op uit geweest om zo snel mo gelijk verder te gaan, vooral nadat wij te Inyati de zekerheid hadden gekregen, dat voor ongeveer twee jaar een Engelsman, genaamd Ne ville, zijn wagen daar verkocht had en het land was ingegaan. Good juichte dit denkbeeld zeer toe, want hij verlangde er naar om op die oli fanten te schieten en, om de waar heid te zeggen, deed ik dat ook. ,,'t Is zeer goed, mijn vrienden! We mo gen wel eens een kleine ontspanning hebben. Maar laat ons nu gaan sla pen, want we moeten morgen met het krieken van de dag er op uit." Mijn raad werd opgevolgd. Good trok zijn kleren uit. schudde ze uit, stop te zijn oogglas en zijn valse tanden in zijn broekzak en vouwde alles netjes op. Sir Henry en ik hadden niet zoveel toebereidsel'en te maken, wij wikkelden ons in onze reisdekens. Maar, wat was dat? Plotseling kwamen er van de kant van het water geluiden van een verschrikke lijke worsteling en een ogenblik daar na klonk een aanhoudend gebrul. Daar was geen twijfel mogelijk, al leen een leeuw kon zulk een leven maken. Wij sprongen .llen op en ke ken naar het water in de richting waarvan wij een massa zagen, ver ward geel en zwart van kleur en welke zich heen en weer bewoog. Wij grepen onze geweren en liepen op on ze veldschoenen snel naar de plaats. De massa welke zich eerst had be wogen lag nu stil en wij konden thans zien wat het was. Daar lag een zwarte antilope, de mooiste van aUe Afrikaanse antilopen, dood, en doorstoken lag op zijn grote horens een prachtige leeuw, eveneens dood. Het was duidelijk wat er gebeurd was. De antilope was komen drinken op de plaats waar de leeuw, die wij hadden gehoord, op roof lag te loe ren. De leeuw was op hem gespron gen en door de scherpe horens open gereten geworden. Hij had zich niet kunnen losmaken en het dier in rug en nek gebeten; dit had woedend van pijn doorgelopen tot het was doodgebloed. Wij lieten de dieren naar de plaats brengen, waar wij sliepen, gingen daarna liggen en wer den niet meer wakker, voor de vol gende morgen. Bij het eerste sche merlicht stonden wij op en maakten ons klaar voor de tocht. Umbopa, Khiva en Ventvogel vergezelden ons; De overige kaffers lieten wij achter na hen te hebben opgedragen de leeuw en de antilope te stropen. We hadden niet veel moeite, om het spoor van de olifanten te vinden. Ventvogel zei, dat er meer dan twin tig geweest waren en. meest volwas sen dieren. Niet lang daarna kregen wij ze in het gezicht,, ze stonden in een holte, hadden hun ochtendmaal- l tijd geëindigd en klapten met hun I grote oren. Het was een prachtig ge- l zicht, want ze waren niet meer dan tweehonderd meter van ons verwij derd. Ik nam een handvol droog gras en wierp dat in de lucht, om te zien hoe de wind was, want ik wist dat als zij ons opmerkten, dan zouden zij ontkomen, voor wij een schot had den kunnen doen. Daar wij de wind in ons voordeel hadden, konden wij de kolossale dieren zo 'stil mogelijk tot op veertig meter naderen. Juist in het midden s.tonden drie prach tige exemplaren en een ervan had enorme slagtanden. Ik fluisterde mijn metgezellen toe dat ikde middelste olifant zou nemen, sir Henry de link se en Good die met de grote slag tanden. De drie schoten klonken, de olifante van sir Henry viel dood neer, midden in het hart getroffen. De mij ne viel ook op zijn knieën en ik dacht dat het met hem ook was gedaan, maar een ogenblik later rees hij op en liep. Toen gaf ik hem een twee de schot tussen de ribben en nu was 't werkelijk afgelopen. Daarna wend de ik mij tot Good om te zien hoe hij was geslaagd. Het bleek dat de kapitein zijn olifant nad geraakt, maar dat deze na te zijn getroffen, zich had omgekeerd en schreeuwend van woede en pijn op zijn aanvaller was toegelopen, die nauwelijks tijd had gehad om weg te komen. Intus sen was de overige troep in een an dere richting weggelopen. Een ogen blik beraadslaagden wij er over of we de gewonde olifant of de kudde zouden vervolgen en wij besloten tot het laatste. Het was gemakkelijk ge noeg, want ze hadden een spoor ach ter zich gelaten, wel zo groot als een wagen, maar daarom waren wij er nog niet dadelijk; wij moesten langer dan twee uren door de bran dende zon gaan om hen te vinden. Met uitzondering van een die alleen stond op enige afstand, waren ze al le bij elkaar. Aan de wijze, waarop zij hun kop opstaken, konden wij wel zien, dat zij onraad vreesden en die ene was zeker op schildwacht ge zet. Die schildwacht stond op onge veer 50 meter van de andere. Daar wij dachten, dat hij ons wel het eerst zou bemerken als wij nader wilden komen, vooral omdat de grond daar zo zacht was, legden wij allen op hem aan en de drie schoten hadden een goede uitwerking, het dier viel dood neer. Nu was er echter voor de andere olifanten een minder gunstige gelegenheid, om zich snel te verwij deren, want ze bevonden zich in een rivier, die op sommige plaatsen ge heel en op andere half uitgedroogd was. Zo ontstond er dus een grote verwarring gepaard met veel ge schreeuw en voor ons was dat een goyde kans, wij laadden zo snel als v i konden en schoten er vijf dood. Vvij waren te vermoeid om de ande re te volgen en misschien vonden wij ook wel, dat acht olifanten op één dag een rijke buit was. Zo gin gen wij dus terug en wij waren nog niet lang op weg. of we zagen een troepje elanden. Daar Good die die ren nog nooit gezien had en er be nieuwd naar was, gaf hij zijn ge weer aan Umbopa en gevolgd door Khiva ging hij er heen. Wij bleven op hen wachten en het was ons niet onaangenaam, dat wij een tijdje rust konden nemen. De zon ging juist on der en sir Henry en ik keken met belangstelling naar het schone land schap, toen wij plotseling het geluid van een olifant hoorden en tegelij kertijd zagen wij ook een grote ge daante en nog iets anders, dat n.l. Good en Khiva daarvoor liepen, Het was het door Good gewonde dier, dat hen thans vervolgde. Wij durf den op dat ogenblik niet te schieten en dat zou toch weinig uitwerking gehad hebben ook, met het oog op de afstand. Toen gebeurde er echter iets waarvan wij erg schrokken. Good viel. Dat hij kwam te vallen was een gevolg van zijn neiging om een kleding te dragen, zoals men die in de beschaafde wereld vertoont. Had hij met een flanellen hemd en een paar veldschoenen gelopen, zo als wij allen deden, dan was hem dit niet overkomen. Good lag vlak voor het woedende dier; wij gaven een gil en liepen zo hard als wij konden daarheen; wij wisten dat hij sterven moest. In drie seconden was de zaak af gelopen, maar niet zoals wij hadden verwacht. Khiva, de Zoeloe, zag zijn meester vallen en dapper 'en braaf als hij was. keerde hij zich om en stak de olifant zijn assegaai in zijn kop. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1956 | | pagina 3