„The grand
old man
E1
etter öet nylons
BORGWARD
Z.-VLAANDEREN NOG
MEER GEÏSOLEERD?
De Diamantmijnen
Koning Salomon
„REISS" - HULST
NOVITA - TERNEUZEN
schrijft de historie
van de Engels
sprekende volkeren
Fa. C. WILLEMSEN
KARPET
N.V. Jan Hendrikx
Uw ideaal!
Kamerleden beschouwen
de tunnelplannen
Het eerste deel (400 pag.)
werd opgetogen begroet
Voetbalprogram zondag 13 mei
Combi
Vergiftiging door
methyl-alcohol
Gedeserteerde
Nederlanders
ingerekend
5I—»De vruchten der aarde=
Als het Deltaplan wordt uitgevoerd
RADIO
van
door H. Rider Haggard
aden exa-
a A slaag-
Vxel; I. O.
an Hecke,
M. J. de
F. Kroes,
is; A. de
Axel (met
Verstra-
mswaarde;
VI. Zegers,
De man
8 uur: De
De rijzige
Gekweld ge-
schot..
DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 7 MEI 1956
55
'EN HOOGTEPUNT in het literaire ge-
aren in Engeland is de verschijning
geweest van Churchills „Een geschiedenis
van de Engels-sprekende volkeren". Vori
ge week is het eerste deel uitgekomen van
het viertal, waarin de bekende staatsman-
in-ruste blijk geeft allesbehalve „rustend' te zijn. Het
eerste deel van de reeds lang verwachte reeks is uit
bundig begroet. Immers, het is de eerste maal dat een
man, die praktisch zelf geschiedenis heeft gemaakt,
de pen opneemt om de historie te gaan beschrijven.
Sir Winston, die tal van histo
rische beslissingen heeft moeten
nemen, beziet in zijn boek, dat een
standaardwerk is, de beslissingen
van zijn voorgangers: Engelands
groten. Het boek geeft de Engels
sprekende volkeren een nieuwe kijk
op zichzelf. Deze nieuwe kijk is af
komstig van een auteur, wiens
waarnemingsvermogen onafhanke.
lijk blijkt te zijn van zijn leeftijd.
„Sir Winston maakte geschiede
nis. Nu schrijft hij geschiedenis,"
zegt William Barkley van hem in
de „Dailey Express".
In het eerste deel, dat 400 pagi
na's telt, schrijft Sir Winston: „Ik
schrijf over de dingen in onze ge
schiedenis, die mij betekenisvol
voorkomen en ik doe dat als
iemand, die enige ondervinding
heeft van historische en grote ge
beurtenissen in onze eigen tijd."
In al hun bescheidenheid geven
deze woorden blijk van de veelom
vattendheid van het werk. Deze
woorden geven elke pagina uit het
boek een speciaal cachet.
Zo beschrijft hij het optreden van
koning Alfred na de inval van de
Noormannen, die voor de Angel-
(Advertentie)
saksers bijna een volledige neder
laag had betekend. „Dat de totale
ineenstorting voorkomen werd," zo
schrijft Sir Winston, „was te dan
ken aan de kalmte eij helderheid
van geest van een der grote figu
ren in onze geschiedenis, in een tijd
van verwarring en ontwrichting. De
meeste ingrijpende wendingen in de
geschiedenis danken wij aan zelf
beheersing en koelbloedigheid."
Oorlog en vrede
Deze passage werd geschreven in
1939 en Churchill gaf toen al het
portret van de man, die hij maar
weinige jaren later zelf zou blijken
te zijn. In die veraf schijnende tijd
van vrede, toen het „gekleed"
stond om wapenfabrikanten als
kooplui van de dood aan te merken
en toen „defensie" werd vergeleken
met poging tot zelfmoord, bezorg
den Churchills tegenstanders hem
het odium van oorlogshitser. Die
genen van zijn vijanden, die het
boek nu lezen, zal het opvallen, dat
wapengekletter er in ontbreekt.
Churchill predikt de oorlog niet.
Integendeel: steeds blijkt zijn be
wogenheid om de oceanen van bloed
waardoor het mensdom steeds moet
passend en verrassend elegant
NOORDSTRAAT 39
AXEL
Hoofdklasse A:
Stormvogels-ADO
Ajax-Excelsior
NOAD-Eindhoven
HVC-Fortuna '54
Rigtersbleek-
Roda Sport
EBOH-Limburgia
Vitesse-DOS
Amsterdam Tubantia-UVS
NAC-VVV Oldenzaal-
ONA-Baronie Alliance-TSC Nieuw Borgvliet-
Heracles-Rheden Vlissingen- Zeeland Sp
Longa-Be-Quick VSV '34
't Gooi_ Maurits-Kimbria 4e Klas E
Leeuwarden Spel. Emma- Haarsteeg-
Brabantia Were Di
le klasse C:
TOP-Wilhelmina
Zeist-Hilversum
ZFC-Zwartemeer
Helmondia '55
Hoofdklasse B: DHC-KFC 2e Klas B
SW-DFC Oosterparkers-MOC '17-Goes
EDO-Feijenoord
Elinkwijk-
De Graafschap
GVc VT Ti1 u AMATEURS
Spel. Enschede ie kiasse
Rapid JC- Rapiditas-UVV - .n -n\r\r o
Alkmaar HRC-Velox VOAB BW 2-
Sittardia-. (Woensdag 16 mei Reusel Sport- St. Mich, gestel 2
„_T, Willem II worden voor deze St. Mich, gestel
ma afdeling nog ge- Heusden-GW
MW- sDeeld- RKDVC-
De Volewijckers ycf-Quick Hieronymus willem 2"
Schev.-Holl. Sp - Cw-De Spartaan GSBW-SCB £onga
BW uw-Velox Zwaluwen VFC- Emma 2-DFC 2
rKtw Baronie 2-Noad
le klasse A: le klasse B: i"in
DWS-RBC Zwaagwesteinde- 3e Klas C
Heerenveen- Arnhemse Boys Zierikzee-Gudok
Xerxes Bobur et Veloci- Hero-RKC
Veendam-NEC tas-Sneek DHV-Virtus
PEG-RCH WW-Hengelo De Schutters-VES
AGOW-De Valk WVC-Quick '20 WSC-Veerse Boys Roda Sport 2-
Go-Ahead Muntendam- RWB-BSC De Valk
Velocitas Achilles Fortuna '54 2-
3e Klas D Helmond
le klasse R- *e Klas Zeelandio-Odio Helmondia '55 2-
Schijndel-Almania Steen-Biervliet PSV 2
Blauw-Wit- Roermond- Hontenisse- Eindhoven 2-
Wageningen WH '16 Corn. Boys Sittardia
2e Klas A *e ?'a®l
Sarto-Uno Animo Breda-Zundert
SET-Baardwijk
Veloc-Taxandria
De Spechten-OSS
4e Klas C
Burgh-
SteenbeiKen
DOSKO.
Volendam RAC-Hulst
Fortuna VI
Roosendaal-WVO
Desk-Dongen
3e Klas B
Concoria SVD-
4e Klas H
Ria W-Luctor
Ierseke-Clinge
Oostburg-
Breskens
Res 3e Klas B
GW 2-RKDVC
Res. le KI. E
Dosko 2-NAC 2
RBC 2-TOP 2
Res. le KI. F
VW 2-BW 2
Limburgia 2-
MW
gaan op zijn weg naar vrijheid en
verheffing.
De periode, waarin de Romeinen
Engeland overheersten, beschrijft
Churchill als „stralend, vredig en
kalm." De val van het oude Rome
hai zijn weerslag op Engeland, dat
zonder invloed en min of meer ont
redderd bleef. De Angelsaksers
kwamen, de Noormannen kwamen,
terwijl andere „Vikings", die uit
Normandië, Engeland in drie maan
den tijds het gezicht gaven, dat wij
nu beginnen te herkennen.
De schrijver, die deze episo
den uit de geschiedenis sa
menvat onder de titel „De
wedloop om het eiland", geeft
als het ware een ooggetuige-
verslag van die roerige tijden
van Noormannen en Plantage-
nets tot de opkomst van de
Tudors, in de vijftiende eeuw,
waarmee het eerste boek be
sluit. Talrijke bondige karak
terbeschrijvingen van grote
mannen uit Engelands verle
den, vinden we in het boek.
Over koning Alfred schrijft
Churchill bijvoorbeeld: „Zijn onge
ëvenaard vermogen om zich boven
de omstandigheden te verheffen;
om onbevooroordeeld te blijven, zo
wel bij de ergste nederlaag als bij
de grootste overwinning; om te vol
harden, zelfs bij rampspoed; om het
kerend fortuin met een rustig oog
te beschouwen; om onder alle om
standigheden in de mc.isen te blij
ven geloven, hebben hem doen uit
rijzen boven de verwarring van
barbaarse oorlogen en hem op het
voetstuk der onsterfelijke glorie
geplaatst.
Hendrik II
Hendrik II (die een Fransman
was), wordt door Sir. Winston be
schreven, als had hij hem persoon
lijk gekend. „Hij was vierkant, ge
zet, had een stierennek, gespierde
armen en grove, ruige handen; be
nen die wezen op zijn ervaring als
ruiter; een groot, rond hoajd, dat
dicht bezet was met borstelig, rood
haar, een sproeterig gezicht en een
harde, krakende stem." Voor hem
was Engeland niet meer dan een
provincie. Zijn rijk strekte zich uit
tot de Middellandse Zee.
Op deze wijze plaatst Sir Winston
,zijn" personages niet alleen in hun
historisch perspectief, maar hij zet
ze ook voor zijn lezers neer als
levende mensen. Zo vergelijkt hij
de moord op Thomas Beckett, de
aartsbisschop van Canterbury, we
gens verzet tegen de koninklijke
plannen om de macht van de r.-k.
Kerk te breken, met de politieke
maatregelen van latere eeuwen, die
bisschoppen in concentratiekampen
brachten. Of... hen lieten en laten
doden in de hygiënische, helder-
verlichte gangen van de staatsge
vangenissen. Thomas Beckett werd
vermoord tijdens de Vespers. Is dit
wel zoveel wreder?
Welke reden hebben wij," zo
vraagt Churchill zich af, „om een
hogere graad van beschaving te
verwachten in de tijden van Hen
drik II Men was toen doortrokken
van barbarisme, dat meedogenlozer
werd naarmate de morele lethargie
toenam." In een voetnoot wordt
vermeld, dat deze woorden zijn ge
schreven in 1939.
Tijdsbesteding
In het voorwoord zegt Sir Win
ston, dat hij het plan om de ge
schiedenis van de Engels-sprekende
volkeren te beschrijven, twintig jaar
geleden heeft opgezet. Hij had on
geveer een half miljoen woorden
geschreven, toen de oorlog hem dit
werk onmogelijk maakte. Nu weet
Engeland wat Churchill deed in de
spaarzame ogenblikken, die hij voor
zichzelf had. Ook dan werkte hij
namelijk op een heel bijzondere
wijze aan de geschiedenis.
De Engelse critici hebben
het boek
deeld gunstig ontvangen.
Men verwacht vooral veel
van de nog niet verschenen
delen, waarin o.m. beschre
ven zal worden hoe de En
gelse invloed zich uitbreid
de. Het ontstaan en de
groei van Amerika zullen
heel tcat hoofdstukken ver
gen. Daarmee ivordt Chur
chills geschiedenis van de
Engelssprekende volkeren
van veel wijder betekenis.
De diepere zin van Chur
chills werk is dan ook, aldus
één der critici, de Engels
sprekende volkeren te wijzen
op wat hen verbindt en wat
hen dreigde en dreigt te
scheiden.
(Advertentie)
Voor een prima
naar
BOSCHSTRAAT 1
Enorme keus -
BREDA
Lage prijzen
(Advertentie)
De voortreffelijke combinatie
van een snelle, sierlijke
personenauto en een ruime,
luxe bestelwagen.
Draagvermogen 520 kg
Prijs f8800.-
IMP. FA. ROSIER - ALEXANDERLAAN 23 - RIJSWIJK (Z.H.)
TEL. 771990-115455
„GARAGE CITO"
GEBR. ESSELBRUGGE
AXEL
In Zuid-Afrika
18 naturellen zijn te Durban over
leden na het drinken van houtgeest.
54 personen zijn in een ziekenhuis
opgenomen en 27 anderen zijn niet
op hun werk gekomen. Men vreest
dat deze laatsten eveneens overleden
zijn. De meeste van de slachtoffers
zouden de methyl-alcohol gedronken
hebben toen zij een tankwagen van
de spoorwegen aan het schoonmaken
waren.
Verder wordt er nog een vat met
dezelfde dodelijke vloeistof vermist en
de politie stelt alles in het werk om
te voorkomen dat er nog meer slacht
offers zullen vallen. Geluidswagens
rijden door de gehele streek om de
naturellen te waarschuwen tegen het
drinken van de alcohol.
Te Borgerhout in België zijn twee
Nederlanders gearresteerd, die van de
Nederlandse Koninklijke Marine ble
ken te zijn gedeserteerd. Het zijn de
16-jarige H. van C. uit Haarlem en
de 18-jarige A. van S. uit Utrecht.
De jongemannen waren allebei inge
deeld bij een marine-onderdeel te
Rotterdam. Zij waren, nadat zij hun
onderdeel hadden verlaten, naar Bel
gië gevlucht en werden betrapt bij
het stelen van een fles melk. waar
mee zij hun honger wilden stillen.
nagenoeg onver-
Het moet wel een wondere
lentedag geweest zijn, toen God
in het begin de aarde vervulde
met een weelderige planten
groei: „God sprak: De aarde
moet groene planten voortbren
gen, zaaddragend gewas en
vruchtbomen, die zaadvruchten
dragen op aarde, elk naar zijn
soort". En toen prijkten de bo
men met hun bladertooi.en toen
geurden de bloènien en pronk
ten met hun kleuren in de zon-
negloed en toen werden de bomen
zwaar van de vruchten. Toen
werden de velden overdekt met
een groen kleed van groeiend
koren, waaruit de gouden hal
men rezen met voedsel voor
mens en dier.
Maar wat toen eenmaal plaats
greep in al de weelde en fris
heid van de eerste lentemor
gen, dat herhaalt zich telkens
weer opnieuw op de aarde, want
God gaf aan de natuur een
deeltje van Zijn kracht, waar
door zij zich telkens weer ver
nieuwt en herstelt, als de kille
winter haar deed sterven. De
gelovige mens, die dit aan
schouwt, verheugt er zich over
en erkent daarin de macht van
de Schepper van alle dingen en
wanneer hij ziet, hoe in de len
te als een warme wind waait
over de dorre aarde en aller-
wege het nieuwe leven juichend
aan de grauwe grond ont
springt, denkt hij dankbaar aan
de oorsprong van al het goede
en schone, dat bestaat.
Nu is de vreugde van de mens
daarover ook steeds vermengd
met zorg, zorg om het bestaan.
De mens voelt zich afhankelijk,
hij moet leven en daarom moet hij
eten en het is geen spelend vruch
ten vergaderen van de rijke aar
de, zoals dat eens in het paradijs
geweest moet zijn, maar het is een
moeizaam, in het zweet zijns aan-
schijns, ontworstelen van zijn
nooddruft aan de weerbarstige
grond. Uit eigen ervaring erkent
de boer, dat hij wel zaaien kan,
maar dat het een ander is, die
de wasdom geeft; dat hij plannen
maken kan en de voren trekken
door het wijde land, dat hij een
kostbaar zaad kan toevertrouwen
aan de opengebroken grond, maar
dat hij machteloos staat tegen de
elementen. Storm kan het zaad
wegvoeren, droogte kan de akkers
doen verdorren, hagel en koude
kan een verstarrend kleed leggen
over hetgeen zo hoopvol openbloei-
de en bij dit alles kan hij berus
tend toezien of mokkend zich ver
zetten, maar machteloos staat hij,
zonder iets te kunnen veranderen
aan dit nukkig spel der elementen.
En weer ziet de gelovige mens
omhoog naar de Vader in de he
mel, Die de vogels voedt en Die
weet, dat ook wij dit alles nodig
hebben, wat wij zo moeizaam aan
de aarde trachten te onttrekken.
Onbewust leeft in hem, wat de
psalmist uitdrukte: ,,Gij opent uw
hand, o Heer, en vervult alle we
zens met zegen". Niemand, die
in nauwer contact treedt met de
Schepper, niemand, die zich meer
afhankelijk weet van Hem, dan
de boer, die dagelijks zwoegt om
eten voor mens en dier te ont
trekken aan de bodem, die hij zijn
eigendom noemt.
Vandaar is het begrijpelijk, dat
reeds in lang vervlogen eeuwen
bij het gelovige volk de behoefte
ontstaan is, om bijzondere bid
dagen te houden voor de vrucht
baarheid en voor de zegen Gods
over de gewassen. Telkens, wan
neer de nieuwe lente kwam en
de aarde veelbelovend herleefde
onder de adem Gods, trok hij bid
dend langs de akkers, daarin be
moedigd en daartoe aangespoord
door degenen, die God tot leiders
van Zijn volk had aangesteld, de
bisschoppen en priesters van de
Kerk. En zo ontstonden de z.g.
Kruisdagen, biddagen en boete
dagen, waarop met het kruis in
top de gelovigen in lange rijen
processie hielden en met het grote
smeekgebed van de Litanie van
Alleheiligen de hemel trachtten te
verbidden, om zegen te verkrijgen
voor hen allen over de vruchten
der aarde en bevrijd te blijven van
alle rampen naar ziel en lichaam,
waaraan de strijdende mens
voortdurend bloot staat.
De moderne mens schijnt soms
te ontgroeien aan oude kerkelijke
gebruiken. Wanneer hij het zelf
goed heeft, voelt hij bovendien
niet zo sterk de noodzaak om te
bidden om de vruchten der aarde.
Misschien was het goed, buiten
onszelf te treden; daar zijn in onze
nabijheid anderen, die moeitevol
de grond bewerken om te zorgen
voor hetgeen ook wij nodig heb
ben en er zijn op deze wijde we
reld miljoenen mensen, die honger
lijden. Scharen wij ons daarom in
de rijen van de biddende proces-
siegangers, opdat God ,,Zijn hand
opent en alle schepsel met Zyn
zegen vervult.
We willen uit het Voorlopig
Verslag van de Tweede Kamer
betreffende het ontwerp-
Deltawet meer uitvoerig aan
halen wat er gezegd werd over
de verbinding van Zeeuwsch-
Vlaanderen met overig Zeeland
en Brabant.
Vele leden achtten de oostelijke
verbinding Rotterdam - Tiengemeten -
Volkerakdam - Bergen op Zoom -
Antwerpen van groot belang, niet al
leen voor west-Brabant, maar ook
voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Deze weg
zou nl. de mogelijkheid bieden om
daarop een tunnel onder de Wes-
terschelde van west-Brabant naar
Zeeuwsch-Vlaanderen te doen aan
sluiten. Dit gebied zal na de uitvoe
ring van het Deltaplan het enige
Zeeuwse landgebied zijn, dat geen
verbinding over land met het overi
ge Zeeland en dus met de rest van
Nederland heeft.
De enige realiseerbare oplossing
hiervoor is de aanleg van een tunnel,
waartoe eerst het Land van Saeftin-
ge en de schorren bij Ossendrecht
zullen moeten worden ingedijkt. Deze
mogelijkheid zal met de meeste ernst
moeten worden bestudeerd, daar in
Zeeuwsch-Vlaanderen naar de me
ning van deze leden terecht de
vrees bestaat, dat de thans zo on
gunstige ligging van dit gebied in
verscherpte mate nadelig zal gaan
werken, wanneer de overige, thans ge-
isoleerde gebieden uit hun isolement
verlost zullen zfjn.
In dit verband drongen de hier aan
het woord zijnde leden er bij de Re
gering op aan te bevorderen, dat,
voor wat betreft het Belgische ge
deelte van het traject van de auto-
Advertentie)
busverbinding Sluiskil-Breda, meer
faciliteiten aan deze dienst worden
toegekend. Tevens vroegen zij, of
niet ook een autobusverbinding tus
sen westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen
en Noordbrabant via België tot de
opheffing van het isolement van dit
gebied zou kunnen bijdragen.
Andere leden hadden tegen een stu
die omtrent de mogelijkheid van een
tunnel onder de Westerschelde ter
hoogte van Ossendrecht geen be
zwaar; veel praktische mogelijkheden
zagen zij daarin echter niet. Ook
meenden zij, dat van westelijk Z.
Vlaanderen uit een betere verbinding
met het overige Nederland mogelijk
is over Breskens-Vlissingen en van
daar per trein (de lijn Vlissingen-
Roosendaal wordt binnenkort geëlek
trificeerd) dan door middel van een
busdienst via België.
TUNNEL BIJ BRESKENS?
Weer andere leden stelden de vraag,
of het, indien een tunnel onder de
Westerschelde technisch uitvoerbaar
en ook economische te verwezenlijken
zou zijn, dan geen voorkeur zou ver
dienen zulk een tunnel aan te leggen
tussen Breskens en Vlissingen. Daar
zal immers in de toekomst het druk
ste verkeer moeten worden verwacht,
zeker wanneer de uitvoering van het
Deltaplan tot de aanleg van een korte
wegverbinding tussen Rotterdam en
Vlissingen heeft geleid. De veerdienst
zal op dit traject de stroom van au
to's steeds moeilijker kunnen ver
werken en deze stroom zal door een
tunnel ter hoogte van Ossendrecht
betrekkelijk weinig worden ontlast.
In elk geval zal het probleem, hoe
de veerdienst het toenemende ver
keer tussen Vlissingen en Breskens
zal moeten verwerken, reeds thans
onder het oog moeten worden gezien.
Kan de Regering reeds mededelen,
welke plannen hiervoor bestaan
onderhoudsprodukten
geven DIEPGLANS aan uw
auto, motor, scooter of fiets
DINSDAG, 8 MEI 1956
HILVERSUM I. 402 m. KRO: 7,00
Nws. 7,10 Gram. 7,45 Morgengebed en
lit. kal. 8,00 Nws. en weerber. 8,15 Gram.
9,00 V.d. vrouw 9,25 Waterst. 9,30 Plechti
ge Bisschopswijding 12,30 Land- en tuinb.
meded. 12,33 Instr. octet 12.50 Tulpen-
rally 13,00 Nws. en kath. nws. 13,20 Ball-
roomork. 13,45 Gram. 13,50 Gevar.progr.
15,00 Schoolradio 15,30 Symf.ork. 15,50
Gram. 16,00 V.d. zieken 16,30 Ziekenlof
17,Oo V.d. jeugd 17,40 Koersen 17,45 Re-
geringsuitz.: Rijksdelen Overzee: Dr. L.
D. Brongersma: Nieuw-Guinea's rijkdom
aan vissen 18,00 V.d. jeugd 18.20 Sport-
praatje 18,30 Pianorec. 19,00 Nws. 19,10
Gram. 19.15 Uit het boek der boeken 19,30
Gram. 20,20 Act. 20,35 De gewone man
20,40 Concertgebouwohk. 21,45 Om de
toekomst van Nederland, klankb. 22,05
Orgelconc. 22,25 Strijkkwart. 22,45 Avond
gebed en lit. kal. 23.00 Nws. 23,15-24,00
Gram.
HILVERSUM n. 298 m. AVRO: 7,00
Nws. 7,10 Gym. 7,20 Gram. VPRO: 7.50
Dagopening AVRO: 8,00 Nws. 8,15
Rep. int. tulpenrally 8,25 Gram. 9,00
Gym. v.d. vrouw 9,10 V.d. huisvr. 9,15
Gram. 9,40 Morgenwijding 10,00 Gram.
10,50 V.d. kleuters 11,00 Lichte muz. 11.30
Pianorec. 12,00 Mandoline-ens. 12,30 Land
en tuinb.meded. 12,35 Twee piano's 13,00
Nws. 13,15 Meded. of gram. 13,20 Metro-
pole-ork. 13,55 Beursber. 14,00 Gram.
14,40 Schoolradio 15,00 V.d. vrouw 15,30
Sopr. en piano 1*6.00 Gram. 16,30 V.d.
jeugd 17,20 De dierenwereld en wij, caus.
17,30 Jazzmuz. 18,00 Nws. 18,15 Pianospel
18,30 Ho® moet ik examen doen?, caus.
18,40 Dansmuz. 18,55 Paris vous parle 19,00
V.d. kleuters 19.05 Concertgebouwork.
19,45 Filmpraatje 20,00 Nws. 20.05 Gevar.
progr. 22,00 De antwoordman 22,15 Dans
muz. 22,30 Gram. 22,55 Ik geloof dat
cans. 23,00 Nws. en koersen 23,15 New
York calling 23,20 Agua azucarillos y
aguardiente, zarzuela 23,50-24.00 Rep. v.d.
int. tulpenrally.
BRUSSEL, 324 m. 12,00 Lichte muz.
12,30 Weerber. 12,34 Filmmuz. 13,00 Nws.
13,10 Landb.kron. 13,15 Kamerork. 13,45
Operettemuz. 14,00 Schoolradio 15,45
Gram. 16,00 Koersen 16,02 Orgelsp. 16,30
Koorzang 17,00 Nws. 17,10 Sopr. en piano
17,45 Boekbespr. 18,00 Jeugd en muz. 18,30
V.d. sold. 19,00 Nws. 19,40 Gram. 19,50
Syndicale kron. 20,00 Ork.conc. 20,30 Int.
uit. v.h. Rode Kruis 21,00 Radiokron. 22,00
Nws. 22.15 Kamermuz. 22,50 Clavecimbel-
rec. 22,55-23,00 Nws.
BRUSSEL, 484 m. 12,00 Gevar. muz.
13,00 Nws. 13,15 Gevar. muz. 14,45 Gram.
15,00 Groot symf.ork. 15,50 Gram. 16,05
Lichte muz. 17,00 Nws. 18,30 Discographie
19,30 Nws. 20,00 Gevar.progr. 22,00 Nws.
22,15 Groot symf.ork. en soliste 22,55 Nws.
TELEVISIEPROGRAMMA'S
KRO: 9,30 Rep. plechtige bisschopswij
ding Z. H. Exc. Mgr. Martinus Jansen,
bisschop van Rotterdam. NTS: 20.00-
20,15 Journ. en weerber. 20,15-22,05 Film-
progr. FRANS-BELG.: 19,00 V.d. jeugd
19,15 Dag v.h. Rode Kruis 19,30 Relais v.
Frankrijk 20,00 Act. 20,15 Journ. 20,40 A
vous Londres 20.45 Gevar.progr. 22,00 Li
terair progr. 22,45 Wereldnws. VLAAMS
BELG: 18,45 Gram. 19,01 Nws. 19,31 Cul
turele en educatieve uitz. 20,00 Nws. 20,30
Gevar.progr. Hierna: Nws.
7)
Vergezeld door Umbopa,, Khiva
Ventvogel en een half dozijn dragers,
die we later hadden gehuurd, gingen
wij op weg. Ik herinner mij wel, dat
we allen stil waren bij dit vertrek;
ieder van ons vroeg zich wel af, of
we onze wagen ooit zouden terug
zien; ik voor mij verwachtte dat niet.
Van Inyati trokken wij verder da
gen lang door een mooie en bosrijke
omgeving, waar we al spoedig de
sporen van olifanten vonden en an
der wild ontdekten. Op een avond
kwamen wij. na een lange mars aan
de bedding van een rivier en zagen
daar op een afstand van ongeveer
driehonderd meter enige giraffen.
Good, die vooruit liep, kon aan de
verzoeking geen weerstand bieden en
had het geluk een van die dieren te
raken. De kaffers werden aan het
maanhch giraffnbifsuk. Wij bo-eeete
werk gezet en 's avonds aten wij bij
den wel een -wonderlijke aanblik zo
als we daar zaten. Sir Henry met
zijn forse gestalte en lang geel haar
en kapitein Good, die er altijd even
net uitzag en gekleed was, alsof hij
aan een jachtpartij in de beschaaf
de wereld had deelgenomen. Dan op
enige afstand de kaffers om een
vuur, met uitzondering van Umbopa,
die altijd alleen zat, met de hand
onder het hoofd en in diep gepeins
verzonken.
Plotseling kwam vanuit de diepte
achter ons een verwijderd gebrul.
„Dat is een leeuw!" riep ik en nau
welijks had ik het gezegd, of er
klonk van een andere kant een
scherp trompetachtig geluid. Oli
fanten! zeiden de kaffers en na eni
ge minuten zagen wij grote schadu
wen welke zich langzaam bewogen
van de richting van het water naar
het struikgewas. Good sprong op, hij
dacht misschien dat het even gemak-
kelijk ging een olifant te schieten
als een giraffe, maar ik drukte hem
omlaag. ,,Dat kan zo niet." zei ik
„laat hen gaan." „Het schijnt dat wij
hier in een paradijs van wild zijn;
ik zou er voor zijn om hier een
paar dagen te blijven om te jagen,"
zei Sir Henry. Ik was zeer verbaasd,
want tot nu toe was sir Henry er
altijd op uit geweest om zo snel mo
gelijk verder te gaan, vooral nadat
wij te Inyati de zekerheid hadden
gekregen, dat voor ongeveer twee
jaar een Engelsman, genaamd Ne
ville, zijn wagen daar verkocht had
en het land was ingegaan. Good
juichte dit denkbeeld zeer toe, want
hij verlangde er naar om op die oli
fanten te schieten en, om de waar
heid te zeggen, deed ik dat ook. ,,'t
Is zeer goed, mijn vrienden! We mo
gen wel eens een kleine ontspanning
hebben. Maar laat ons nu gaan sla
pen, want we moeten morgen met
het krieken van de dag er op uit."
Mijn raad werd opgevolgd. Good trok
zijn kleren uit. schudde ze uit, stop
te zijn oogglas en zijn valse tanden
in zijn broekzak en vouwde alles
netjes op. Sir Henry en ik hadden
niet zoveel toebereidsel'en te maken,
wij wikkelden ons in onze reisdekens.
Maar, wat was dat? Plotseling
kwamen er van de kant van het
water geluiden van een verschrikke
lijke worsteling en een ogenblik daar
na klonk een aanhoudend gebrul.
Daar was geen twijfel mogelijk, al
leen een leeuw kon zulk een leven
maken. Wij sprongen .llen op en ke
ken naar het water in de richting
waarvan wij een massa zagen, ver
ward geel en zwart van kleur en
welke zich heen en weer bewoog. Wij
grepen onze geweren en liepen op on
ze veldschoenen snel naar de plaats.
De massa welke zich eerst had be
wogen lag nu stil en wij konden
thans zien wat het was. Daar lag
een zwarte antilope, de mooiste van
aUe Afrikaanse antilopen, dood, en
doorstoken lag op zijn grote horens
een prachtige leeuw, eveneens dood.
Het was duidelijk wat er gebeurd
was. De antilope was komen drinken
op de plaats waar de leeuw, die wij
hadden gehoord, op roof lag te loe
ren. De leeuw was op hem gespron
gen en door de scherpe horens open
gereten geworden. Hij had zich niet
kunnen losmaken en het dier in
rug en nek gebeten; dit had woedend
van pijn doorgelopen tot het was
doodgebloed. Wij lieten de dieren
naar de plaats brengen, waar wij
sliepen, gingen daarna liggen en wer
den niet meer wakker, voor de vol
gende morgen. Bij het eerste sche
merlicht stonden wij op en maakten
ons klaar voor de tocht. Umbopa,
Khiva en Ventvogel vergezelden ons;
De overige kaffers lieten wij achter
na hen te hebben opgedragen de
leeuw en de antilope te stropen.
We hadden niet veel moeite, om het
spoor van de olifanten te vinden.
Ventvogel zei, dat er meer dan twin
tig geweest waren en. meest volwas
sen dieren. Niet lang daarna kregen
wij ze in het gezicht,, ze stonden in
een holte, hadden hun ochtendmaal-
l tijd geëindigd en klapten met hun
I grote oren. Het was een prachtig ge-
l zicht, want ze waren niet meer dan
tweehonderd meter van ons verwij
derd. Ik nam een handvol droog gras
en wierp dat in de lucht, om te zien
hoe de wind was, want ik wist dat
als zij ons opmerkten, dan zouden
zij ontkomen, voor wij een schot had
den kunnen doen. Daar wij de wind
in ons voordeel hadden, konden wij
de kolossale dieren zo 'stil mogelijk
tot op veertig meter naderen. Juist
in het midden s.tonden drie prach
tige exemplaren en een ervan had
enorme slagtanden. Ik fluisterde mijn
metgezellen toe dat ikde middelste
olifant zou nemen, sir Henry de link
se en Good die met de grote slag
tanden. De drie schoten klonken, de
olifante van sir Henry viel dood neer,
midden in het hart getroffen. De mij
ne viel ook op zijn knieën en ik dacht
dat het met hem ook was gedaan,
maar een ogenblik later rees hij op
en liep. Toen gaf ik hem een twee
de schot tussen de ribben en nu was
't werkelijk afgelopen. Daarna wend
de ik mij tot Good om te zien hoe
hij was geslaagd. Het bleek dat de
kapitein zijn olifant nad geraakt,
maar dat deze na te zijn getroffen,
zich had omgekeerd en schreeuwend
van woede en pijn op zijn aanvaller
was toegelopen, die nauwelijks tijd
had gehad om weg te komen. Intus
sen was de overige troep in een an
dere richting weggelopen. Een ogen
blik beraadslaagden wij er over of
we de gewonde olifant of de kudde
zouden vervolgen en wij besloten tot
het laatste. Het was gemakkelijk ge
noeg, want ze hadden een spoor ach
ter zich gelaten, wel zo groot als
een wagen, maar daarom waren wij
er nog niet dadelijk; wij moesten
langer dan twee uren door de bran
dende zon gaan om hen te vinden.
Met uitzondering van een die alleen
stond op enige afstand, waren ze al
le bij elkaar. Aan de wijze, waarop
zij hun kop opstaken, konden wij wel
zien, dat zij onraad vreesden en die
ene was zeker op schildwacht ge
zet. Die schildwacht stond op onge
veer 50 meter van de andere. Daar
wij dachten, dat hij ons wel het eerst
zou bemerken als wij nader wilden
komen, vooral omdat de grond daar
zo zacht was, legden wij allen op
hem aan en de drie schoten hadden
een goede uitwerking, het dier viel
dood neer. Nu was er echter voor de
andere olifanten een minder gunstige
gelegenheid, om zich snel te verwij
deren, want ze bevonden zich in een
rivier, die op sommige plaatsen ge
heel en op andere half uitgedroogd
was. Zo ontstond er dus een grote
verwarring gepaard met veel ge
schreeuw en voor ons was dat een
goyde kans, wij laadden zo snel als
v i konden en schoten er vijf dood.
Vvij waren te vermoeid om de ande
re te volgen en misschien vonden
wij ook wel, dat acht olifanten op
één dag een rijke buit was. Zo gin
gen wij dus terug en wij waren nog
niet lang op weg. of we zagen een
troepje elanden. Daar Good die die
ren nog nooit gezien had en er be
nieuwd naar was, gaf hij zijn ge
weer aan Umbopa en gevolgd door
Khiva ging hij er heen. Wij bleven
op hen wachten en het was ons niet
onaangenaam, dat wij een tijdje rust
konden nemen. De zon ging juist on
der en sir Henry en ik keken met
belangstelling naar het schone land
schap, toen wij plotseling het geluid
van een olifant hoorden en tegelij
kertijd zagen wij ook een grote ge
daante en nog iets anders, dat n.l.
Good en Khiva daarvoor liepen, Het
was het door Good gewonde dier,
dat hen thans vervolgde. Wij durf
den op dat ogenblik niet te schieten
en dat zou toch weinig uitwerking
gehad hebben ook, met het oog op
de afstand. Toen gebeurde er echter
iets waarvan wij erg schrokken.
Good viel. Dat hij kwam te vallen
was een gevolg van zijn neiging om
een kleding te dragen, zoals men die
in de beschaafde wereld vertoont.
Had hij met een flanellen hemd en
een paar veldschoenen gelopen, zo
als wij allen deden, dan was hem dit
niet overkomen. Good lag vlak voor
het woedende dier; wij gaven een
gil en liepen zo hard als wij konden
daarheen; wij wisten dat hij sterven
moest.
In drie seconden was de zaak af
gelopen, maar niet zoals wij hadden
verwacht. Khiva, de Zoeloe, zag zijn
meester vallen en dapper 'en braaf
als hij was. keerde hij zich om en
stak de olifant zijn assegaai in zijn
kop.
(Wordt vervolgd)