DE SLAG OM AFRIKA
IS BEGONNEN
DE DANSTAAL VAN DE BIJEN
De geest van ..Harry dwaalde
Brits dorp
door
een
Koning der uitbrekers zal
dertiende keer slagen
de
Rusland betrekt zijn stellingen
Een dans in
het duister
Wonderen der natuur pakkend beschreven
Fascinerend onderzoek
van Duitse professor
Werkloze had te veel energie
Een dozijn keren mislukte het, doch
Pierrot le Foru lapt alle
tralies aan ziin laars
Levenslang is
me te lang
Zestigduizend
kettinggangers
Tactiek geraffineerd aangepast
aan de omstandigheden
Het westen mag de
boot niet missen
Vrouwelijke nieuwsgierigheid
werd zijn ondergang
DAGBLAD DE STEM VAN VRIJDAG 2 MAART 1956
De Afro-aziatische conferentie, die in het voorjaar van 1955
te Dandoeng werd gehouden, heeft het Kremlin duidelijk ge
maakt, dat al de daar vertegenwoordigde volken 1.400.000.000
afrikanen en aziaten vooral door één ding bijeen gehouden
worden: het streven naar zelfstandigheid en afkeer tegen al
les wat aan het kolonialialisme herinnert. Van de onrust, die
daaruit geboren is of zal worden, tracht het communisme zich
meester te maken. Het ziet er een bruikbaar middel in om met de
steun van de inheemse voormannen zelf het Westen te be
strijden en aan Moskou vaste voet in Afrika te verschaffen.
Tot dat doel hebben de rode machthebbers bereids een massaal
aanvalsplan ontworpen en ten dele reeds ten uitvoer gelegd.
In grote lijnen komt het hierop neer; het gehele Afrikaanse contin
gent moet langzaam ondermijnd worden en zo in communistische han
den gebracht; infiltratie van Afrika, van Tunis tot Kaapstad en van
Dakar tot Madagascar; registratie van alle bestaande communistische
organisaties achter de nationalistische bewegingen in ieder land en
landstreek; en ten slotte volledige steun aan elke vorm van revolutio
naire geweldpleging en godsdienstig fanatisme. Aan het hoofd van de
organisatie, die dit grootscheepse campagneplan ten uitvoer zal gaan
leggen, staat naar men meent te weten de vertrouweling van
Kroestjev, Mikhail Soeslow, hoofd van hel Internationale Bureau der
Partij en lid van het Partij-presidium. Onder hem werken Dmitri She-
pilow, hoofdredacteur van de „Pratvda", kolonel-generaal Iwan Serow,
voorzitter van de Staatsveiligheidsdienst en Grigori Rassadin, directeur
van het onlangs opgerichte departement voor Afrikaanse zaken in het
Sovjet-instituut voor psychologische oorlogsvoering.
Soeslow is onmiddellijk begonnen
met een reeks speciale activiteiten.
Hieronder vallen allereerst de oplei
dingsscholen voor Afrikanen waarvan
de hoofdzetel gevestigd is in het
Stara Beleslav-district bij Praag, met
als filiaal Budapest. De leerlingen
worden gerecruteerd uit de Britse
Goudkust, Nigeria, Togo en Uganda,
de Franse Ivoorkust en Dahomey, de
Belgische Congo en Portugees Oost-
Afrika. Verder voorziet men studie
reizen naar Afrika door hoog getrain
de propaganda-experts, die onder het
mom van wetenschappelijke expedi
ties Afrika doorkruisen en overal een
netwerk knopen van agenten en cor
respondenten. Deze operatie wordt
geleid door twee in Moskou geschool
de Tsjechen, Pakosta en Holubuva,
die hun hoofdkwartier hebben in
Praag. Het meest geraffineerde mid
del om Afrika in zijn bezi. te krijgen
is wel de infiltratie door middel van
missies". Na de Russische revolutie
zijn veel Wit-Russen in Afrika terecht
gekomen en krijgen daar geestelijke
verzorging van Russisch-Orthodoxe
missionarissen" waarvan er niet
weinigen communistische agenten
zijn. Ook heeft de Sovjet-Unie sedert
enige tijd communistische semina
ries". Dat Rusl-nd officieel zijn aan
val op Afrika is begonnen blijkt uit
een verklaring van het „Instituut
voor Oriëntalisme" dat aan de Rus
sische Academie voor Wetenschappen
verbonden is. Volgens dit instituut
zullen de geschiedenis, dc economie
en de literatuur van de Algerijnse
Tunesische, Marokkaanse en Egypti
sche volkeren speciaal in studie wor
den genomen. De volkenkundige afde
ling dezer zelfde academie heeft zich
belast met de studie 'an de volkeren
van midden- en zuid-Afrika en met
het samensmelten van woordenboeken
van de twee algemeen gesproken en
begrepen talen het Haussa en Kis-
wahili, waarmee een zeer groot deel
van west- en centraal-Afrika bereikt
kan worden.
Volgens de beschikbare gegevens
kan men van de campagne het vol
gende beeld samenstellen.
Wapens
Wat Egypte betreft, hier heeft Rus
land zijn invloed al laten voelen door
Je verkoop en leverantie van wape-
8nrt Y'°' !ot dusver meer dan 200
>iiG-straalj.agers, 150 zware tanks,
J onderzeeërs, 500 stukken geschut,
wiet onverdacht was het Russische
nood om in Egypte een heel nieuw
'b°°rwfknet te bouwen, waardoor
nonderden communistische technici
f,2-, t? inden binnendringen om
-b-gypte een uitvalspoort naar het
f werelddeel te maken. Evenmin
ac'ht was het aanbod van Mos-
A«o„0m de "?achtige Stuwdammen te
V2 de Boven-Nijl te bouwen,
een aanbod dat overigens geen gevolg
El..'ia?r de Amerikanen door hun
dn-alsche.„ hulpverlening van hon
derden miljoenen dollars de Sovjets
r geweest zijn. Verdere leveran
ties van kleinere wapens zullen nog
verscheept worden van Odessa naar
de havens van de Rode Zee of aan
de Afrikaanse oostkust om verder het
continent in verhandeld te worden
Voor de vlotte afwikkeling van deze
wapenhandel beschikt men over een
netwerk van Armeense en Perzische
tussenhandelaren, wier leider in de
afgelopen zomer de gast was van de
Sovjet-regering.
Ook Ethiopië en Lybië genieten
grootscheepse aanbiedingen van eco
nomische hulp en samenwerking, wel
ke
casu quo vergezeld zullen gaan
van de leverantie van honderden Sov
jet-deskundigen.
Voor Portugees Angola en Mozam
bique zal een speciale afdeling wor
den opgericht aan het Bureau voor
Afrikaanse Zaken te Budapest met
als een der activiteiten aanwakkering
van rassen-onenigheden.
In Liberia wordt de leiding der
rode propaganda om de anti-Ameri
kaanse actie aan te wakkeren, aan
inheemse agenten toevertrouwd. In
middels heeft een speciale Sovjet
delegatie de installatie bijgewoond
van de president der neger-republiek
wat een van de agendapunten uit
maakte van de campagne in Liberia.
De installatie van president Tub
man van Liberia heeft in het westen
zelf niet erg veel aandacht genoten,
in Rusland des te meer. Naast de
delegaties van het Vaticaan, India,
Indonesia, Birma, Cambodja, Ceylon,
de Philippynen, Japan en de westerse
mogendheden, was ook de Russische
delegatie aanwezig onder leiding van
Volkof, voorzitter van de Volkenraad.
Dit was het eerste officiële Russische
bezoek aan Afrika ten zuiden van de
Sahara. In verband hiermede mogen
we herinneren aan het feit, dat in
juli van het vorige jaar de hoofd
redacteur van de Prawda, Shepilow,
in Cairo de bevrijdingsfeesten bij
woonde, waarna drie maanden
later de bijzonderheden bekend
werden over de Tsjechisch-Egyptische
In het tijdschrift Afri-
Jra" van de Witte Paters j
troffen we nevenstaand
artikel aan over de Rtis-
sische pogingen om liet
sivarte werelddeel tot j
een bolwerk van het in-
ternationale communis-
me te maken. Het stuk i
geeft een uitvoerige do- j
cumentatie van de plan-
nen der Sovjets en van
hun bedenkelijke activi- j
teilen in verschillende
J Afrikaanse landen.
nistische campagne was, zoals boven
gezegd, de infiltratie van het conti
nent en de vestiging van steunpunten
door oeïnvloeding op het godsdiensti
ge vlak. De meest in he. oog sprin
gende vorm van propaganda is het
bevorderen van de z.g. „.nationale
kerken". (Verg. China). Vooral in
Centraal-Afrika neemt het aantal pro
feten dat de bijbel uitlegt en toepast
in nationale zin, toe en worden mas
sa's argeloze mensen meegesleept.
Hierbij wordt dankbaar gebruik ge
maakt van de tovenaars, die hun
invloed met lede ogen zien tanen en
alles in het werk stellen om het ver
loren terrein terug te winnen.
Ook van dit troebel water zijn de
communisten niet afkerig, al lopen
zij het risico dat de rechtzinnigheid
der communistische theorieën er
voorlopig wel onder zal lijden. Maar
om der wille van de smeer likt de
kat altijd nog volgaarne de kande-
leer. Met andere woorden: de kosten
gaan ook bij de communisten voor de
baten uit. Eens zal de verwarring net
groot genoeg zijn om een goede slag
te kunnen slaan. Bij alle ijver be
schikken ze over voldoende geduld
om de tijd en de omstandigheden hun
werk te laten doen. Hoe dan ook,
Afrika is het voorwerp van een mach
tige communistische veldtocht en dat
van de uitslag daarvan zo enorm
veel afhangt voor Afrika zelf en het
christelijke westen.
Het spreekt vanzelf, dat dit
alles het katholieke volk van
Europa allerminst onverschil
lig kan laten. Wil het de
dreiging van de rode vloed nog
keren, dan zal het zelf tot dc
aanval moeten overgaan.
Eens temeer blijkt nu, dat „Mis
sie" geen vrome bezigheid is van wel
menende christenen, die begaan zijn
met het geestelijk lot van ,,de zwart
jes", maar een stuk wereldgeschiede
nis, die door alle volgelingen van
Christus gemaakt en geleefd moet
worden. Meer dan ooit vraagt Afrika
tljians om leiders, die het brengen
zullen naar de enige ware vrede en
het enig ware geluk.
wapenhandel, die In de zomer was Ook de Afrikanen hebben hun
beklonken.
Leverancier van de wapens was een
Tsjechische fabriek met 11.000 arbei
ders, die ook werkt voor rood-China.
In hoeverre president Tubman op de
Russische voorstellen zal ingaan, is
nog niet bekend. Zeker is, dat de
Sovjet-Unie in Liberia een van de
mogelijkheden ziet voor de inrichting
van een steunpunt, van waaruit de
communistische invloed in Afrika
verstevigd kan worden.
Onrust
In Frans west- en equatoriaal-Afri-
ka zal men verscheidene nieuwe se-
paratische bewegingen onder inheem
se leiding op gang trachten te bren
gen evenals in Frans Kameroen.
In Belgisch Congo hoopt men de
sociale onrust in de industrieën en
mijnen op te zwepen. Tovenaars en
medicijnmannen, wier invloed onder
de verbreiding van het christendom
en de westerse beschaving hard ach
teruit gaat, krijgen van door de Ko
loniale School te Praag gediplomeer
de agenten te horen, dat hun oude
macht niet zal terugkeren, vooraleer
de laatste Belg het land verlaten
heeft. Dezelfde tactiek zal men gaan
doorvoeren in de Engelse gebieden.
YiSSF A°Xer bekend studeren thans
3000 Afrikanen te Praag en Moskou
op kosten van de Sovjets, die daar
voor studiebeurzen beschikbaar heb
ben gesteld. Hun opdracht bestaat
o.m in het veroveren van sleutel
posities in de nationalistische bewe
gingen, die door heel Afrika strijd
voeren voor een gelijkberechtigde
plaats onder de volkeren. Door de
infiltratie van deze linksgeoriënteerde
elementen dreigen verschillende van
die vrijheidsbewegingen te ontaarden
in revolutionaire benden, die met al
lerlei intimidatie-middelen de massa
van de Afrikanen terroriseren. Daar
bij komt nog, dat de geest van kolo
nialisme, de mentaliteit van niet wei
nige blanken, het hatelijke rassen
onderscheid én bepaalde trieste so
ciale mistoestanden evenzeer het hun
ne bijdragen tot een steeds sterker
wordende vijandigheid. E n andere
taak van de in Rusland opgeleide
agenten is het binnendringen in co-
operaties en vakbonden.
In zuid-Afrika zal men aan de te
genstanders der apartheidspolitiek
volle steun verlenen. Het doel is, er
dezelfde rebellie veroorzaken, als nu
de Franse heerschappij in no d-Afri-
ka bedreigt en waar de communisten
al evenmin vreemd aan zijn. De
magazijnen van Brno nabij Breciav in
Tsjechoslowakije zitten reeds volge
propt met wapens die voor Afrika
bestemd zijn. Punt 3 van de commu-
kranten. Een sterk wapen in han
den van hen, die de^massa, ten goede
of ten slechte, kunnen beïnvloeden.
Prof, dr. Karl von Frisch, gewoon hoogleraar voor zoölo
gie en directeur van het zoölogisch instituut van de univer
siteit van Miinclien staat in de vakwereld algemeen als
„bijen-Friseh" bekend. Zijn roem, die over de grenzen
van Duitsland heen gaat, heeft de vroeger in Wenen en
Graz werkzame geleerde te danken aan zijn onderzoek
naar de taal der bijen. Hij heeft ook op ander gebied
veeel prestaties op zijn naam staan en is een voortreffelijk
academisch leraar alsook schrijver van een modern, op
de Duitse scholen in gebruik zijnd, leerboek over biolo
gie. Maar het meest hekend werd hij wel door zijn bijen-
onderzoek. Hij heeft een alleraardigst hoek over het leven
der bijen geschreven, dat in tegenstelling tot de bekende
hoeken over hetzelfde thema uit de pen der dichters,
strikt wetenschappelijk is, maar de onderhoudende kant
van dit onderzoek ook niet verzwijgt.
Professor von Frisch bestudeert nu
ai bijna dertig jaar het leven der
bijen. Hij draagt de leergierige beest
jes in een observatie-korf, waarin hij
de bijen kan gadeslaan, hetgeen in de
gewone korf, die van binnen donker
is, niet mogelijk is, naar de meest
verschillende plaatsen. Naar hoge
bergtoppen en bovenop zendmasten,
alles om te zien hoe de bijen zich
daar gedragen en zeer in het bijzon
der waarnaar zij zich oriënteren en
hoe zij elkaar mededelingen doen.
Want dat bijen een methode hebben
voor het aan elkaar overbrengen van
mededelingen, is een feit. Bijen spre
ken, schrijven, seinen of telegraferen
niet en ook hun lieflijk zoemen is
geen taal. Maar bijen dansen en het
was professor von Frisch, die dit ont
dekte.
Bijen doen elkaar mededelingen
door middel van een danstaal. Im
kers was reeds lang opgevallen, dat
de bijen somtijds op de plankjes voor
hun korven merkwaardige dansen uit
voeren, maar zij hadden hiervoor
geen verklaring. Het grootste deel van
deze „mededelingen-dansen" vindt
overigens binnen in het duister van
de korf plaats en onttrekt zich in de
regel aan waarneming.
Wanneer een bij een „eetplaats"
heeft gevonden, bijvoorbeeld een mooi
bloemenbed, waar heel wat honing is
te peuren, spoedt zij zich naar huis
om de andere bijen van haar vondst
in kennis te stellen. Soms en dat
zijn de zeldzame gevallen begint
zij al op het horizontale plankje voor
de korf te dansen. Men kan dan de
zojuist „gelande" eigenaardige bewe
gingen zien uitvoeren, waardoor zij
de aandacht van haar vriendinnen
trekt. Deze beginnen dan achter haar
aan te trippelen, daarbij trachtend
met hun voelsprieten met het achter
lijf van de dansende bij in contact te
blijven.
BLOESEMGEUR ALS
WEGWIJZER
De eenvoudigste vorm van mede
deling is de rondedans. De bij be
schrijft al trippelend een kleine cir
kel, maar vlak vóórdat zij deze cirkel
sluit, keert zij om en trippelt een on
geveer parallele cirkel in omgekeerde
richting. Zulks herhaalt zij vele ma
len. In de „bijen-danstaal" betekent
dit: „In de buurt van onze korf, in
een straal van ongeveer 50 meter, is
een voederplaats. Vliegt in het rond,
tot jullie hem vindt". De kringdans
betekent „rondom", hetgeen een ta
melijke prestatie in symboliek voor
een bijenbrein mag worden genoemd.
Daar een bij snel vliegt, zijn nadere
mededelingen over de richting waar
zich de voederplaats bevindt, niet no
dig: de ronde is snel gemaakt en de
bijen zullen de plaats vinden. Over
de soort van het „voer" geeft de
bloesemgeur uitsluitsel. Deze hangt
aan de naar huis gedragen honing;
de danseres perst een druppeltje uit
haar honingblaasje. Daarmede wil zij
zeggen: „zo ruikt de voerplaats". Bo
vendien blijft de geur der bloesems,
waarheen zij haar bijenzusters wil
sturen, meestal aan het bijenlichaam
hangen. Vandaar dat de belangstel
lende collega's naar het achterlijf van
de dansende bij tasten. In de voel
sprieten zit namelijk het zeer scherp
ontwikkelde reukorgaan van de bijen.
Dit voelinghouden met het achterlijf
is bovendien, vanwege de duisternis
die in de korf heerst, noodzakelijk om
de bewegingen van de dansende bij
aan te kunnen voelen.
Voor reukloze stoffen, zoals suiker
water, heeft de bij een eigen reuk
orgaan paraat: een kleine klier aan
het achterlijf, die zij uitstulpt om
het object met haar eigen reukstof
te markeren. De geur van byen doet
denken aan citroenkruid. Thuis geko
men stulpt zij haar reukklicrtje weer
uit om te zeggen: „ik heb de plaats
gemarkeerd".
De dans werkt aanstekelijk. De
meetrippelende, de „mededelingen-
lezende bijen" beginnen de bewegin
gen na te maken, anderen vallen in
en weldra danst de gehele bijen
zwerm. Dan vliegen zij naar het aan
geduide punt en gaan honing verza
melen. Is de „voerplaats" rijkelijk,
dan worden na terugkeer door een
massale dans ook de andere verza-
melaarsters opgewekt mee te komen
en het verkeer van de korven naar
de voerplaats wordt steeds drukker.
DE WISKUNDE DER BIJEN
Gecompliceerder is de taal van de
„staartjesdans", die alleen wordt toe
gepast voor punten, die verder dan
vijftig meter verwijderd liggen. Hier
bij beschrijft de dansende bij vlug
een halve cirkel, die zij met een
rechte lijn afsluit. Dan beschrijft zij
weer een halve cirkel in tegenover
gestelde richting, die zij op dezelfde
lijn sluit. Deze lijn is dus de doorsnee
van de hele cirkel. Op deze lijn, die
steeds in dezelfde richting wordt ge
danst, voert de dansende bij merk
waardige „waggelende" bewegingen
uit met haar achterlijf en vouwt daar
bij haar vleugeltjes een beetje uit
elkaar. De richting van de rechte lijn
geeft de richting aan waar de voer
plaats zich bevindt. De frequentie,
waarmede de bij deze rechte lijn be-
trippelt, geeft daarentegen de afstand
aan, waarbinnen het voedsel is te vin
den. Hierbij maakt hij gebruik van
een getallensysteem, dat het omge
keerde is van dat der mensen: grote
getallen betekenen: kleine afstanden,
kleine getlalen daarentegen grote af
standen.
Wanneer de „woordvoerende" bij tien
keer per 15 seconden de rechte lijn
aftrippelt, wil dit zeggen: de honing
is op een afstand van 100 meter te
vinden, 6 keer betekent op een af
stand van 500 meter en 1 keer op een
rechte lijn getrippeld betekent, de af
stand is tien kilometer. Professor von
Frisch heeft een grafiek gemaakt van
dit cijfersysteem der bijen. Hierop is
de frequentie van het waggelen ge
noteerd en vergeleken met de afstan
den, die genummerde bijen naar be
paalde voerplaatsen hebben afgelegd.
In de duisternis van de korf danst
de bij op de verticale wand van de
raat. Zy neemt daarbij de richting
van de zwaartekracht, dus de lood
rechte, voor de richting van de zonne
stralen. De hoek, waarin de gedanste
rechte lijn van deze loodrechte lijn
afwykt, is de hoek, die dc bijen naar
de richting van de zon moeten vlie
gen. Wanneer deze hoek naar hoven
wyst, wil dit zeggen: „Vliegt de zon
tegemoet in de hoek, die ik met ver-
tikalen maak". De richting naar be
neden betekent: „Hetzelfde, maar
wèg van de zon". Dit zyn nogmaals
aanzienlijke prestaties in abstract
denken, in symboliek en niet tn de
laatste plaats in trigonometrie. De
mededelingen van de byen zijn uiter
mate nauwkeurig. Zij bezitten een
zeer scherp gevoel zowel voor zwaar
tekracht als voor de graden van een
hoek!
De Britten houden van griezelen. Ze kunnen er doodgewoon niet buiten,
's Avonds aan het haardvuur, hij voorkeur als de stormwind aan de blinden
rukt, worden er vreselijke verhalen opgedist, welke de aanwezigen kippe-
vlees doen krijgen en hen heerlijke rillingen over dc ruggegraat doen lopen.
Gezellig is dat. Echt huiselijk. Elk plaatsje in Engeland dat zich respecteert
heeft dan ook zyn spook. Er zijn genoeg oude kastelen en ruïnes te vinden,
waar de spoken zich kunnen schuilhouden als ze niet op tocht zijn om ae
inwoners hun portie griezeligheid *e bezorgen.
ëerbiedigd door een spook, dat het
Britse dorpje Witchurch onveilig
maakte. Het was de geest van Har
ry die weer was opgedoken en die
geen nacht liet voorbijgaan om de
brave mensen de duivel aan te doen.
Zie, dat was wel wat overdreven...
Die Harry was destijds, toen hij
nog niet tot de geesten behoorde, een
struikrover. Hij was de schrik van de
streek en werd dan ook to—i men hem
eindelijk te pakken had gekregen, te
Witchurch aan een boom opgeknoopt.
Het zal wel niemand verwonderen
dat Harry daarna kwam spoken.
Maar hij deed het volgens de regels
van het spel en hij kon dan ook op
de achting bogen van de inwoners
van Witchurch.
Toen hij zijn geestelijke buik van
het spoken vol had, verdween hij
zonder een spoor na te laten, zoals
het een goed spook past. Als buiten
de stormwind raasde en aan de blin
den rukte, vertelden de Witchurchers
van de gangen die Harry's geest ge
gaan was en griezelden lekker.
De Britten zijn fier op hun spoken.
Ze dulden niet dat er aan deze gees
ten wordt geraakt en de vreemdeling
die het zou wagen ongelovig de
schouders op te halen, mag er zeker
van zijn dat hij wordt overladen met
minachting. Als het daar dan bij
blijft, want wie niet in spoken ge
loofd wordt beschouwd als laatdun
kend en minderwaardig en dient daar
naar behandeld.
Nu heeft ook de spokerij zijn gren
zen. Efl die grenzen werden niet ge-
(Van onze Parijse correspondent)
Pierre Carrot, alias Pierrot le Fou II, heeft willen aantonen, dat hy zijn
titel „koning der uitbrekers" wel verdient. Hij heeft gepoogd om uit de
overigens heel gezellige gevangenis van Beaune, het beroemde wijncentrum,
uit te breken, waarby twee bewakers bewusteloos werden getimmerd. Dc
ijlings gewaarschuwde gendarmerie heeft kunnen voorkomen,, dat alle ge
vangenen er onder leiding van Pierrot tussen uit trokken. Na de mislukking
zei hy: „Mijn twaalfde poging is mislukt. Maar ik weet dat het getal dertien
me geluk brengt. Over een paar weken ben ik er tussen uit al komt er het
hele leger aan te pas
Pierrot, één der grote gangsterko
ningen van Parijs werd in maart 1954
veroordeeld tot levenslang. Hij had
een serie inbraken op z'n eeweten
plus een kleine honderd hold-ups en
er konden hem ook nog wat moor
den worden aangeschreven. Toen hij
naar de rechter van instructie werd
overgebracht zaagde hij de bodem
van de auto door en enige maanden
genoot hij een onbeperkte vrijheid
Met ongekende vindingrijkheid heeft
hij vervolgens de ene ontvluchtings
poging na do andere ondernomen.
Ze mislukten ongeveer voor de helft
maar de andere helft gaf hem vol
doende vakantie. Ook de gevangenis
van Beaune, waar hij met slechts
twaalf medegevangenen papieren
zakjes zat te plakken werd hem te
benauwd. Tegen de dokter had hij
gezegd:
„Het bevalt me hier wel, maar ik
heb weer gebrek aan frisse lucht;
ik moet er eens uit..."
Twee dagen later zei hij tegen de
bibliothecaris:
„Geef me „mijn ontsnappingen" van
generaal Giraud. Misschien kan ik er
nog iets uit leren..."
Ze kunnen onder geen voorwaarde
zeggen, dat Pierrot zijn pi: nnen heeft
geheim gehouden, want nog daags te
voren zei hij tegen de chef van de
bewakers:
„Ik zie de vryheid gloren..."
De volgende dag nochtans scheen
rustig voorbij te gaan. Het twaalf
tal had papieren zakjes geplakt zo
als gewoonlijk. Er viel nietr bijzon
ders te constateren, zelfs geen indis-
ciplinair optreden, dat in het alge
meen ontsnappingspogingen of opstan
den aankondigt.
Maar om 18.30 gaf Pierrot le Fou
plotseling het signaal voor de op
stand. De gevangenen namen hun
avondmaaltijd onder toezicht van 2
bewakers. Toen één der bewakers
echter Pierrot wilde passeren vloog
de gangster omhoog. Hij trok van
onder zijn jas een stevige stok te
voorschyn, waarmee hy de eerste be
waker een flinke tik gaf. Twee an
dere gevangenen sloegen vervolgens
de tweede bewaker buiten bewust-
zijn, waarna Pierrot en zyn mede
boeven zich de tijd gunden een h.i.
onbetrouwbare mede-gevangene af te
rossen. Deze schreeuwde om hulp,
waarna twee andere bewakers kwa
men toegehoid. Zij stelden onmiddel
lijk de alarmschei in werking, zodat
er één minuut later acht gendarmen
uit de naast gelegen kazerne aanwe
zig waren, die met de stengun in de
aanslag de orde weer herstelden.
BROODWINNING
Enkele ogenblikken later sloot zich
de deur van een cel achter Pierrot.
De eerste weken heeft men dus niets
te duchten. Maar men kan hem maar
acht weken geïsoleerd laten. En daar
na zal Pierrot le Fou, oftewel le „Roi
de l'évasion" opnieuw proberen om
er vit te trekken. En die dertiende
keer zal het hem wel lukken.
Tegen de directeur zei hij:
„Ontsnappen is mijn broodwin
ning. Mijn maats moeten zó van
tijd tot tijd ingepompt krijgen, dat
ik er nog ben en iedere minuut
voor hun neus ka., staan. Daarom
ben ik zo blij, dat er kranten zijn.
De publiciteit is nu eenmaal ook
voor gangsterkoningen onmisbaar.
Stel eens voor, dat ik een paar jaar
niets van me liet horen en qr daar
na in slaagde uit te bieken? Wel,
ik zou dan geen -nkelc medewer
ker meer ter beschikking hebben en
nu... ja nu staan ze allemaal klaar"
ANGST.
Maar nu was plots Harry weer op
gedoken. Zodra de schemering in
viel ging hij als ik mij zo mag
uitdrukken op stap en bonkte op
de deuren. Men zag door het raam
zijn bleek gezicht opduiken, men
hoorde hoe hij kiezelsteentjes tegen
het vensterglas gooide en men stak
het hoofd onder de dekens. Want het
was al te bar. Avond aan avond,
nacht aan nacht was de geest van
Harry present en dit begon op de
duur te gelijken op een waarachtige
terreur.
Vooral de vrouwen beefden. En'ze
hadden daar alle reden toe Inderdaad
toen Harry destijds nog struikrover
was. -ïad hij 't niet enkel voorzien op
geldbeurzen, maar ook op vrouwen
harten. Wie niets van spoken kent,
zal zich d-erin misschien niet ver
ontrusten, maar als men weet dat
een spook ai de ondeugden behoudt
die het als mens bezat, kan de angst
van de vrouwen van Witchurch be
grijpen.
KLOPJACHT.
Dc dorpsmensen riepen de hulp van
de politie in.
De politie nam de zaken ernstig op.
Met bloedhonden werd het hele dorp
herhaaldelijk afgekamd, maar de
klopjachten leverden niet het minste
resultaat op. Wat vermag een bloed
hond tegenover een bloedloos spook?
Als dé politie aan de ene kant van
het dorp aan het werk was, opereer
de de geest van Harry precies aan
de andert- kant. Harry legde een
hardnekkigheid aan de dag die de
gerechtsdienaars met de handen in
het haar deed zitten en de arme be
woners var. Wifchu-ch met het hoofd
onder de dekens.
Harry trommelde met de vuisten
tegen de deuren, hij wierp met kie
zelsteentjes tegen de vensters, hij stak
zijn bleek gelaat voor het raam en
hij lachte onheilspellend bij het gegil
van de vrouwen.
En toch werd Harry ontmaskerd.
Dat had hij te danken aan de vrou
welijke nieuwsgierigheid.
Op een nacht, toen hij een hoeve
bezocht, gebeurde het dat de nieuws
gierigheid van de boerin het haalde
op haar schrik. De vrouw trok de de
kens van het hoofd en liep naar het
venster waar zy het spook had bezig
gehoord. Het spook sloeg o„ de vlucht
maar de boerin had genoeg gezien.
's Anderendaags deed zy haar zon
dagse kleren aan, ging naar de poli
tic en verklaarde met begrypeljjke
trots: „Dat spook is niemand anders
dan John Trengove. Ik heb hem dui
delijk herkend. Ondervraag hem en
ge zult dien dat ik gelijk heb. Hjj
woont hiei in het dorp en hy" doet
de godganse dag niets".
Zo kwam John Trengove op het
bankje. Hij was een jongeman van
22 jaar en voor de rechter moest hij
met hangend hoofd toegeven dat hij
het geweest was die gans het dorp
op stelten had gezet...
ENERGIE....
Met een bang stemmetje, dat niets
weg had van de onheilspellende lach
die hij zo menigmaal had laten weer
klinken, fluisterde hij: „Ge weet toch
dat ik werkloos ben, edelachtbare...
Waar moest ik dan blijven met al
mijn energie...?"
De rechter was een wijs man en
hij begreep dat. Maar hij legde aan
John uit dat sommige energieuitlatin
gen niet door de beugel kunnen en
drukte hem op het hart het spoken
te laten. Anders zou hij achter de
tralies vliegen.
Daarmee was de zaak opgelost. De
inwoners van Witchurch hebben hun
rast teruggevonden en ze kunnen nu
weer slapen, zonder met het hoofd
onder de dekens te moeten kruipen.
Maar niemand wil John Trengove
nog een goeie dag zeggen. Wat denkt
ge wel! Weliswaar heeft ieder mens
zyn gebreken, maar u uitgeven voor
spook is al te misdadig.
Naast de vogels heeft deze strenge
winter ook zeer veel leed gebracht
aan die tienduizenden trouwe dieren,
die veroordeeld zijn tot levenslaftge
gevangenisstraf: de kettinghonden.
Nu het voorjaar aanbreekt, zullen
zij niet meer in sneeuw en ijs be
hoeven te lopen of te liggen, zal hun
ketting niet meer vastgevroren zijn
in de modder rondom hun hok of
andere „beschutting". Maar hun el
lende blijft....
Zestigduizend „kettinggangers" blij
ven dag en nacht gekweld door die
folterende ketting, die hun op be
weging ingestelde lichaam verzwakt
die hun geest sloopt tot de onherroe
pelijk optredende krankzinnigheid...
Elke dag. dat deze schande voort
duurt, is een dag teveei. Daarom
heeft de anti-trek- en kettinghonden-
bond een groot actieprogram opge
steld, waarbij o.m. tienduizenden fol
ders aan geselecteerde adressen wor
den gezonden. Hoe beter het publiek
ingelicht wordt over de nood Van deze
dieren, hoe meer ook de overheid be
wogen zal worden om aan deze mid
deleeuwse toestand een einde te ma
ken.
Het gironummer van de Bond is no.
130184 te Voorburg.