FLANEREND
Zwitsaletten
Hensen en HMuzen
Di
TUSSEN BARONIE EN T
IJselijk
Het kind wil
zich voelen
ZUIVERE SYMFONIE IN ZWART- WIl\
Balen....
U\
Oplegger op
ziekenbezoek
EMIEL VAN HEMELDONCK
SCHREEF NIEUWE ROMAN
GARAGE CARL PETERS
Weelde van schakeringen
SCHATKAMER
111
10
Mijmeringen over: een kleine hulde; charmant bedrog; een
pedagogisch briefje; ijswedstrijden en de strijd tegen 't ijs
door: YORICK
Gewild bedrog
Een ruiker
Klein Friesland
KOU, GRIEP, KOORTS
„IN BLIJDE VERWACHTING"
„Troosteres der
Streekroman
Foto-tentoonstelling „De Schoonheid van ons land" in Breda
Deens protest
tegen boterverlcopen
MAAI
TEGEP
We
10
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 25 FEBRUARI 1956
Misschien is het toch ook ivel passend, dat wij hier in het zuidwesten van Nederland
eens even de gedachten laten verwijlen, in dankbaarheid, bij Wolfgang Amadeus, die
ttceehonderd jaar geleden geboren werd. Ik zat daaraan te denken op de avond dat het
Rotterdams orkest in Roosendaal zijn Jupiter-symfonie had laten klinken. Hoe won
derlijk het is, dat hij ons nooit teleurstelt, maar altijd weer gelukkig maakt. Het is toch
teel goed, dat wij nu ook eens even een kleine hulde aan hem brengen, nu ze dat in
Salzburg doen en in Parijs en Wenen en overal ter tvereld. Want ook hier worden
telkens concerten gegeven, waarop muziek van hem gespeeld wordt, die altijd variëren
de, nooit verzwakkendealtijd heerlijke rococo-muziek als een weefsel van klank,
borduursel van noten, maar al die vergelijkingen deugen niet, omdat de dingen, die
we noemden, herinneringen wekken aan de dode materie, terwijl hij altijd levend is
en jong en parelend.
Zo is het dan toch maar: dat die
muziek altijd jong blijft. Nee; we
hoeven nu niet de voeten te bedwin
gen en we zitten nu niet met sereen-
genietende gezichten te staren in een
hemel van bleke gelukzaligheid. Maar
er zijn toch een paar dingen onmis
kenbaar. Het zal u toch wel vergaan
als mij, dat er met de jaren een ver
schuiving komt in uw absorberings-
vermogen en in uw smaak. Het be
hoort tot mijn droevigste ontdekkin
gen, dat ik niet meer de smeltende
gelukzaligheid onderga van mijn
achttien jaren, om zo'n polonaise van
Chopin. En ik heb Cor de Groot so
nates van Beethoven horen spelen op
een piano en ik heb het in blanke
gemoedsrust over mij heen laten spoe
len, al dat geluid, al die klank. Het
is knap gedaan, denk ik dan, maar
die gevoelswereld is de mijne niet
meer. Let wel: ik spreek van sona
tes. Nog altijd kan ik huiveren om
de Pastorale. Het zal, trouwens, ook
wel een beetje aan Cor de Groot
gelegen hebben, denk ik, al moeten
we toch aannemen, dat zo'n man wel
weg weet op zo'n klavier. Maar hoe
het ook zij, Wolfgang Amadeus stelt
nóóit teleur. Het is heel vreemd en
ik heb soms, luisterend naar die no
ten en accoorden en melodieën in een
genot zonder gedachten, wel eens ge
mijmerd: er is misschien iets van
waar, dat volmaakt geluk op de we
reld niet bestaat, maar nu ben ik er
toch dicht bij. De man, die deze sen
satie, deze verbijsterende sensatie
weet op te wekken (in déze tijd,
waarin de smaak zich zó snel wijzigt
en op andere dingen richt) heeft toch
écht wel aanspraak op een kleine ge
schreven hulde, óók in deze rubriek.
Ik weet wel, dat er in deze sector
van de menselijke activiteit eigenlijk
nauwelijks aanleiding bestaat voor
erkentelijkheid; want zo'n man is ei
genlijk een instrument, hij moet wel
die taak vervullen. Maar dan blijft
er toch nog de ijver; de energie, die
nodig was om op te schrijven wat
hem aanwaaide vanuit een muzikaal
elysium. Om die ruim zeshonderd
werken in een leven van vijf en dertig
jaar neer te schrijven op papier. Ma
thijs Vermeulen heeft laatst geschre
ven, dat het ons met ontzetting moet
vervullen, als we eraan denken, dat
een brand in zijn kamer al dat werk
in een uur tijds had kunnen vernie
tigen.
Het is ook zo. Laten we dan maar
dankbaar zijn, dat dat niet ge
beurd is. Of ergens anders om. Mis
schien is de beste dankbaarheid
die, welke nauwelijks een reden
heeft; zoals het grootste verdriet
het onberedeneerde en onberede
neerbare is. Want er blijft, behalve
het genieten, bij het horen van Mo-
zarts werk, eigenlijk altijd maar één
gevoel over en dat is de dankbaar
heid.
Om zo'n bloeiend pianoconcert,
warm als een zomeravond, met een
adagio, dat helemaal niet achttiende-
eeuws of romantisch of barok is,
maar buiten alle tijdperken en stijlen
staat door zijn eindeloze en tegelijk
vanzelfsprekende schoonheid. En niets
anders heeft dan die schoonheid, die
eigenlijk maar een toegift was op het
vervullen van de gelegenheidsop
dracht. Vreemde wereld: tegenwoor
dig streeft iedere kunstenaar naar de
schoonheid in de eerste plaats en
waar is ze? Een man als Mozart
kreeg haar cadeau als hij een mu
ziekstukje componeerde voor een brui
loft. Laten we er verder het zwijgen
toe doen, want het is de enige hou
ding eigenlijk, die de juiste is, omdat
een componist nu eenmaal beluisterd
wil worden.
O lieve hemel, dat goochelcongres
in Breda. Het zoemde er, in hotel
De Schuur, van stemmen en geheim
zinnigheid. Dat is nu het wonderlijke
van een goochelaar, dat we allemaal
weten, dat hij ons voor de gek houdt
en dat we tóch allemaal, als het kon,
op de eerste rij zouden willen zitten.
Ik heb zóveel dingen op mijn lijstje
staan, die ik zou willen doen, als het
Leven mij wat meer vrije tijd gunde
Chinees leren staat er óók op, maar
niet bovenaan. Drie jaar toegewijd
het clavecymbelspel beoefenen vindt
gij ongeveer op de vijfde plaats; daar
bóven staan nog: koorddansen en
jongleren en kolderverzen schrijven,
maar dan komt, als allereerste favo
riet: goochelen. Mijn verlangen gaat
daarnaar met zo'n angstwekkende
aandrift uit, dat ik somtijds vrees,
het niet meer te kunnen bedwingen.
Helaas, helaas; tot nog toe heeft
iedereen het gemerkt, als ik hei
melijk zijn potlood uit zijn vestjes
zak wilde lullen. Maar een gooche
laar.... Zo'n man, die een briefje van
honderd leent, het in brand steekt,
een ei pakt, dat kapot slaat op de
rand van een glas, uit de dooier
een okkernoot vist, die versplintert
en dan o ademloos genot tus
sen de scherven van de harde bast
het briefje van honderd gaaf en
ongeschonden te voorschijn haalt..
Hoezeer bewonder ik hem. Hoezeer
heb ik de heer Stefling uit Luik
bewonderd, die daar in De Schuur
hetzelfde magische ding verrichtte,
waarnaar ik met verbijsterde ogen
in Cirr-Ês Medrano in Parijs heb
zitten staren, toen Ricciardi het
deed: een meisje geboeid in een
kist stoppen (in een zak!), bóvenop
die kist gaan staan, twee gordijnen
om zich heen laten spannen en dan
binnen één seconde het meisje óp
de kist laten staan en ZELF met
moeite uit die zak in die kist ge
wurmd komen; hoe is het, bij he
mel en aarde, mogelijk? Die man
nen dóen het toch maar.
We weten precies, dat het allemaal
nep is. Maar we weten óók precies,
dat we het nooit, nooit en nooit zul
len snappen. Een kennis van mij be
weert een goochelaar te hebben ge
zien, die een goudvis in vloeibare
lucht dompelde, tot het dier bevroren
was, vervolgens de vis in vier stuk
ken sneed, die tegen elkaar aan
in gewoon water hield en daarna de
zelfde vis weer gewoon liet rond
zwemmen. Ik heb dót tot nog toe
naar het rijk der fabelen verwezen,
maar als iemand mij kan zeggen,
waar het te aanschouwen is, hij wete,
dat ik bereid ben, te voet ervoor
naar de Congo of naar de Balearen
te wandelen.
Er vallen niet veel bloemetjes te
plukken in deze barre winter van zes
en vijftig, vrienden. Een paar ijsbloe
men, dat is alles. Maar uit de parken
der volksethymologie kunnen we toch
af en toe nog wel eens een schriel
plantje meedragen dat zich niet aan
klimaat-invloeden stoort. Zo is er mij
verteld, dat een onderwijzer, wiens
reukorgaan in dit
seizoen werd ge
kweld, dagelijks
weer, door de geu
ren, die een jonge
tje als een vreem
de halo om zich
heen droeg, een
briefje aan de va
der meegaf, waar
in hij deze be
leefdelijk verzocht,
maatregelen te ne
men, opdat het jon
getje, ondanks de
winterse kou, eens
een enkele maal
per week gewassen
zou worden. Het
verzoek is begrijpelijk, want leer
krachten hebben een zwaar beroep en
dat niet alleen tengevolge van de
numerieke sterkte van die klassen
van minister Cals.
Maar ze zeggen, dat die vader toen
min of meer verbolgen de kroontjes
pen in de inkt heeft gedoopt en het
kereltje daarna een half schriftblaad
je meegaf naar school, waarop in
noeste letters geschreven stond: „M.
H. Mijn zoontje is niet om aan te
ruiken, maar om aan te leren". Dit
moet, in de barre winter van zes en
vijftig, tussen Baronie en Markiezaat
gebeurd zijn.
In Halsteren de enige gemeente,
waar ik ooit in mijn leven zoethout
heb zien groeien (dat was bij een
man, die plantkundige hobbies had
en deze, jaren voor de oorlog al, uit
leefde in het kweken van vreemd
soortige gewassen als tabak, vijgen
en, zoals ik zeg, zoethout; het laat
ste had hij in enorme massa's in zijn
schuurtje hangen en ik ben daar een
middaglang als kind zéér zoet ge
weest) in Halsteren weten ze bést,
waar ze troost moeten zoeken voor al
die witte kilheid, die ons bevriest. Ze
zeggen: op de ijsbaan. En ze organi
seren er officiële wedstrijden op de
Met alle respect voor de schaats-
minnaars: bent u het nu zo lang
zamerhand niet een beetje moe?
Een mens begint zich een be
woner van het Antarctisch gebied
te wanen en hij verwacht elk
ogenblik, een pinguin om de hoek
van zijn straatje te zien komen.
Nietwaar? Ach, het is allemaal
prachtig; dat de westbrabantse
Aeroclub de vogels helpt door
voedsel-droppingen en dat de ge-
isoleerde eilanden vanuit de lucht
geholpen worden, maar zo'n win
ter gaat ons op de duur niet in
de (kouwe) kleren zitten. Keel
pijnen aan de orde van de dag,
ijspegels aan alle ramen, de fiets
elke morgen aan de muur vast
gevroren, de starters, die niet
starten, waar moet het heen?
Nu wordt het al maart. En zou
het nu écht waar zijn, dat érgens
de Lente op een straathoek te
wachten staat om binnen te mo
gen?
Het zou nu echt aardig van de
natuur zijn, als ze zei: ,,Het is
genoeg. Ik laat de zuidenwind
stroelen door Europa en alle
sneeuw zal vergeven en vergeten
zijn. Sluit uw kolenhok en draai
de petroleumkachel uit". Dan
kunnen we de volgende maal een
lief lentestukje componeren op
onze niet meer bevroren tikma
chine. Nee; omwille van de ver
rijking van de literatuur moet het
nu óók langzamerhand afgelopen
zijn.
YORICK
Verkorting. Nu is dat wel een zeer
specifiek geschikte baan ervoor en
de belangstelling is begrijpelijk. Men
hoeft er tenminste niet, gelijk in de
Elfstedentocht, een heel dorp lang, te
lópen op de schaats, want dót was
nu toch echt niets. Niet dat ik daar
aan heb deelgenomen (o neen), maar
in dit vak komt een mens zoveel te
weten. Nee; in Halsteren kan men op
het ijs blijven. Ze doen het er dan
ook; om het hardst en om het mooist.
En al ziet men er niet van die ont
zagwekkende toeren, zoals de schaats-
dansers van Cortina ten beste geven,
men bereikt er toch heel wat elegan
tie en lichtvoetigheid op die blinkende
bodem. Gij moet maar eens, als gij
in Halsteren komt, gaan kijken op
zo'n middag, waarop ze weer bezig
zijn. Daar zal, als de weerberichten
zo hoopgevend blijven als ze zijn (het
is of ik de omroeper telkens weer
akelig-spottend hoor lachen als hij
de bevindingen van De Bilt meedeelt),
nog kans genoeg voor bestaan.
YORICK
(Advertentie)
gijn snel en afdoend te bestrijden meti
'n 7T.W/TSAL preparaat.'
Frankrijk, ondanks z'n innerlijke
en uiterlijke misère, blijft toch
maar het land van 't gracieuse ge
baar. Zo heeft bijvoorbeeld de di
rectie van de Spoorwegen aange
voeld, dat het voor de reizende
kleine kinderen erg onprettig moet
zijn, als papa en mama, ueiltgheids-
halve de kinderkaartjes steeds in
hun eigen portemonnee of tasje
steken. Dat moet de reizende kleu
ters 'n soort minderwaardigheids
gevoel bezorgen.
Daarom heeft het in Frankrijk
verschijnende weekblad „La Vie du
Rail" een propaganda-campagne
onder de jongeren op touw gezet
en voorgesteld, aan elk kind een
„speelspoorkaartje" uit te reiken.
Op de ene kant staat een humo
ristisch tafereeltje, op die andere
kant 'n propagandatekst voor de
Spoorwegen.
(Advertentie)
Dit boek van Dr. A.j. M. Lamers gratis
bij aankoop van een Babyderm-Sct,
waarin poeder, zalf. olie. zeep. a f
Voorradig in Apotheek en Drogisterij.
Weten is gerust zijn.
Een truck met oplegger uit Delft, gela
den met blik, heeft donderdagmiddag
te Medemblik aan de Oude Haven een
voorpul van 't huia der fam. Glim ge
ramd. De trekker kreeg vermoedelijk
druk op de voorwielen door aan de
kant van de weg liggende sneeuw.
Het gevaarte slipte naar links en
werd door de zwaar beladen opleg
ger tegen het huis gedrukt. De pui
werd ernstig beschadigd. In de zich
daarachter bevindende kamer bevond
zich een zieke, die gelukkig juist aan
de andere kant in bed lag en geen
kwetsuren opliep.
De bijzonder actieve uitgeverij Lannoo (Tielt - den Haag),
die al een indrukwekkend aantal boeken van de Kempische
schrijver Emiel van Hemeldonck de wereld inzond, heeft ook
diens nieuwste werk verzorgd. Het kreeg tot titel „Troosteres der
Bedrukten".
Na enkele historische romans en
een reportage van zijn Congoreis
greep de auteur thans weer terug
naar het regionale genre. Dit jongste
boek is opnieuw een plattelands
roman, zoals „Dorp in de hei" een
van zijn eerste boeken, waarmee dit
laatste op verschillende punten over
eenkomst vertoondt.
Er liggen tussen deze beide boeken
een kleine twintig jaar. We kunnen
helaas niet zeggen, dat van Hemel
donck er sterk op vooruitgegaan is.
Zijn onmiskenbaar talent is weinig of
niet gegroeid. Hij gaat blijkbaar niet
met zijn tijd mee. De nieuwe stro
mingen in de literatuur schijnen aan
hem voorbij te gaan.
ONORIGINEEL
Het gegeven van deze nieuwe ver
telling mist oorspronkelijkheid. We
hebben er hier al meer op gewezen,
dat de Vlaamse boerenromans bijna
alle op hetzelfde stramien geborduurd
zijn. Het lijkt wel of het in de dorpen
van onze zuiderburen elke dag kermis
is; elke dag trekt er een processie
uit; elke dag is «r een geheimzinnige
moord; in elk dorp staat een kasteel
met een hardvochtige eigenaar en aan
de andere kant van het dorp vindt
men een molen, die van vader op
zoon is overgegaan. Van Hemeldonck
is in zoverre origineel, dat hij de
molen niet laat afbranden, maar het
kasteel.
We treffen hier ook weer dezelfde
figuren aan, die we in vorige boeken
van deze schrijver tegenkwamen.
Schreef hij vroeger over een drank
zuchtige jongeling, een engelachtig
maar eenzaam meisje, een genade
loze kasteelheer, al deze typen ver
schijnen opnieuw ten tonele.
SOMBER
Eveneens in overeenstemming met
vorige boeken is de sombere toon,
die overal doorklinkt. Alles staat in
mineur. Nergens een vrolijke kinder
lach, een opwekkende passage. Het is
alles leed en angst en zorg en be
klemming. Een gebochelde is van
moord verdacht en heeft in de ge
vangenis gezeten, een ander komt
door een ongelukkige val aan zijn
einde, de molenaar loopt weg van
zijn vrouw, de jonker ziet zijn land
huis in vlammen opgaan en de hoofd
figuur, een onschuldig meisje, zorgt
EMIEL VAN HEMELDONCK
voor een droevig slot, want al vluch
tend geraakt ze te water en ver
drinkt. Nee, vrolijke, opwekkende lec
tuur is dit zeker niet.
Het spreekt vanzelf, dat alle ge
beurtenissen zich voegen naar de
gang der seizoenen, zoals het geluid
van de brandklok zich vermengt met
het rommelen van de donder. Ove
rigens zijn de natuurbeschrijvingen
lang niet de slechtste gedeelten uit
dit verhaal. Een zeer levendig ge
schetste eekhoornjacht beschouwen
we als het hoogtepunt. Hier is de
schrijver op zijn best.
De titel van het boek is minder
gelukkig gekozen. De voornaamste
persoon is Maria, het brave, al te
zwijgzame meisje, maar niet de H.
Maagd, die onder de benaming van
„Troosteres der bedrukten" door haar
vereerd wordt. Paul de Bruyne teken
de een fris, aantrekkelijk omslag. In
het boek staat F. Mertens als de
ontwerper aangeduid. Dit zal wel op
een vergissing berusten.
W. van der VELDEN
(Advertentie)
Thans een ruime
comfortable wagen
v.a. f. 6375.-
R.A.I. stand no 10
Official D.K.W. Dealer
Westkade 107 Telefoon K 1158 - 361
SAS VAN GENT.
Imp. Hart Nibbrig Greeve N.V.
Parkstraat 91 - Den Haag
waarin
bijdr--
van on
Zonder al te veel tegenspraak uit te lokken zou
men kunnen zeggen, dat schoonheid is: één geheel
van orde en licht. Zien we in het landschap rondom
ons de harmonie in rijmen van kleur en lijn óf in
genuanceerde kleur-tegenstellingen tot en met een
afgetekend zwart-wit de harmonie dus in het
Zeeuwse of Vlaamse landschap, dan is dat alles bijeen
in ieder seizoen en in ieder etmaal een overtuigend
bewijs van deze stelling.
De dijken die de zee bedwingen, het water dat
Nochtans kan men, na deze overweldigende pracht en weelde als één
totaal te hebben aanvaard, de onderdelen met voorzichtige tred benaderen
om te ontdekken, dat ook daar de begrippen „orde en licht" als het ware
een kristallen neerslag opleveren, waarin kleiner en toch niet minder mo
numentaal dezelfde schoonheid als een verrukkelijke bloem is opgebloeid.
tevergeefs het land tracht te overmeesteren, het ijk
wolkgevaar boven de vette kleigronden der Zeeuwse
en Brabantse polders, de scherp getrokken lijnen der
grote verkeerswegen naast de grillige romantiek van
hei en hakhout, de zingende bossen en het ruisende
riet: het is nies een majesteitelijk symfonie-orkest,
'erde el op eigen natuurlijke uzijze
i volkomen smetteloos klank beeld
r' jk schoon.
Bloemen! Waar of hoe ter wereld
zou men een woord moeten vinden,
dat er met meer recht aanspraak op
kan maken in het diepste wezen de
samenvatting te zijn van alle schoon
heid, welke in het landschap als in
een onmetelijke schatkamer ligt op
gestapeld. Kroon en kelk, blaadjes,
meeldraden en stamper, geur en
kleur, geen enkel facet ontbreekt hier,
om alle menselijke zintuigen in hun
zucht tot een beheerst doch zo vol
komen mogelijk genieten bevrediging
te schenken. Ditzelfde kan men zeg
gen van het landschap in de Lage
Landen bij de zee. Wanneer we de
unieke fotoverzameling, die vanaf
vandaag in het kader van de Boe
kenweek tentoongesteld is bij Oomens
boekhandel te Breda, onbevangen
overzien, dan treft het ons op de eer
ste plaats, dat ons vaderland juist in
het landschapsschoon een onvermoe
de weelde demonstreert van schake
ringen. De borstelige veerkracht van
de Zeeuwse vlakte, de gemoedelijke
ruigte van de Brabantse heide, de on
verzettelijkheid van de Brabantse bos
sen, onze waterlandschappen met hun
manifestatie aan driftige kracht en
even vaak in hun uitingen van zan
gerige lieftalligheid, de blonde koren
velden in de zomer en de toegevroren
akkers in de winter, de heimwee-
vertolkende eindeloze polderwegen en
de koortsachtig kloppende verkeers
aders, de pittoreske dorpen en de
veie oude steden met hun intieme
woonkernen en hun moderne buiten
wijken, zijn hier door talentvolle foto
grafen als Sebellee en Oorthuis in hun
onvergankelijke waarde en hun hart-
ontroerende charme onverwoestbaar
vastgelegd.
VAKANTIEREIS
Het is een zeer opwindende vakan
tiereis door eigen land, wanneer men
in deze expositie een uur vertoeft.
De grenzen van onze ontvankelijkheid
worden onder de „druk" van deze
fotografen-kunstenaars verlegd tot
ver buiten de gebieden, die wij in het
dagelijks leven normaal tot de onze
rekenen. Als aangedreven door een
heimelijk maar onontkoombaar bege
ren naar nog méér schoonheid, dwa
len wij van het landschapsschoon weg
om onze blik te verzadigen aan wat
de houtsnijkunst uit lang vervlogen
eeuwen in ons land aan cultuur-mo
numenten heeft geschapen. In zwart
wit zien we hoe de oude koorbanken
uit vroegere tijd indrukwekkend her
leven. Zonder ons te vermoeien met
keurig gerangschikte verschijnselen
uit de kunstgeschiedenis wandelen we
met enkele passen door een lusthof
van smaakvol geëxposeerde en kundig
gerangschikte perioden en stromingen
in onze vaderlandse beeldhouwkunst
en telkens weer worden we getroffen
door de voornaamheid en de karakter
sterkte van de beeldende kunst, zo
als deze in de late middeleeuwen in
onze provinciën gestalte kreeg. En of
dat alleen nog niet genoeg was, ont
moeten we een rijke verzameling af
beeldingen van Nederlandse kastelen
en adellijke huizen.
Het is alsof de slotvoogd van Mui
den en de heren van Duivenvoorde
en van Middacliten ons vanuit hun
sterke burchten glimlachend toewen
ken om aan te tonen, dat het culturele
genieten, dat in hun omgrachte hoven
aan vele nageslachten ten zegen is ge-
De gothische O.L. Vrouwekerk te
Breda met haar vermaarde toren
in zuid-Nederlandse stijl.
weest, veilige geborgenheid heeft ge
kregen.
KENMERKEND
Onze bescheiden omzwerving brengt
ons eveneens in aanraking met de
gothische kerkelijke bouwkunst, die in
onze gewesten een hoogtepunt bereik
te, welke kenmerkend is zowel voor
het godsdienstige beleven als voor het
kunstzinnige verwerken van het chris
telijk bewustzijn. Zo zouden we door
kunnen gaan met u een beschrijving
te geven van de foto's, die gewijd
zijn aan de Vlaamse steden en het
Vlaamse landschap. We zouden met
u kunnen reizen langs oude markt
plaatsen en burchtsteden als Middel
burg, dijksteden als Zaltbommel,
damsteden als Amsterdam, oude ves
tingstadjes als Hasselt. Telkens weer
zou een nieuw silhouet voor u op
doemen, waar kerken en torens,
grachten en bruggen, poorten en ge
vels en telkens verschillende archi
tectonische beelden voor u zouden
oproepen. Het zou ons te ver voe
ren om alle onderdelen van deze
uitgebreide tentoonstelling, die is op
gebouwd uit het materiaal, dat ver
werkt is in het bekende standaard
werk „De Schoonheid van ons land'
(uitgave Contact, Amsterdam) tot it
de kleinste bijzonderheden te bt
schrijven.
Het zij met genoegen nog eens mt
andere woorden aan u gezegd,
wij in de aanhef van dit artikel
zo veel nadruk wilden betogen: B,
schoonheid van Nederland is eet
weergaloos samenspel van orde g
licht, een volmaakt zuivere har moe,
van klank en kleur, een ongerep
beeld van wat wjj ons voorstellen vu
de werkelijkheid, waarin eenmaal om
aller Geluk gelegen moet zijn: Bti
ongeschapen Schoon.
(Advertentie)
SENSATIONEEL SPAARSYSTEEM.
De ABC (Algemene Bon Centrale
stelt alle BLEEKERTJE gebruikers it
de gelegenheid om te sparen met 5t
en zelfs met 100 winst.
Vraag «en formulier bij Uw krui
denier. 4<5-ot
Al toen we amper boven en
onder onze broek, uitkwamen
ademden we iedere wintermor
gen voorzichtigjes tegen de be
vroren ruit. Als dan de glinste
rende ijsbloemen wat doffer
werden en er langzaam een
zwarte plek op de ruit ontstond,
wisten we het al weer: nog
steeds geen sneeuw.
Nu nog hebben we even ge
glimlacht bij het eerste laagje
sneeuw, ondanks het besef van
glijdende fietsbanden en ijs
tussen band en spatbord. Met
genoegen hebben we wat later
de stoep geruimd en ons een
beetje in ons element gevoeld
toen we op een stil plekje een
paar forse sneeuwballen tegen
de muur Heten petsen. Dat
prettige gevoel ligt al een eeuw
achter ons. Iedere dag opnieuw
ademen we nu tegen de ruif of
het alsjeblief toch niet alweer
gesneeuwd heeft. „Balen..." zegt
'n eerlijk kankerend militair
tegenwoordig en daar sluiten
we ons onmiddellijk bij aan.
Het duurt wat al te lang. We
hebben zelfs schooljeugd die
opmerking horen maken: ik
wilde dat het nu onderhand
maar eens ophield. Oren inpak
ken weer maar en op de fiets
ons leven gewaagd. Er zit toch
niets anders op.
Denemarken heeft ook bij de voet-
seL en landbouworganisatie der Ver
enigde Naties (FAO) geprotesteeri
tegen de Amerikaanse verkopen va'
surplusboter in Europa. Het protes'
was gericht tegen het feit, dat
VS in gebreke zijn gebleven, overlel
te plegen met een groep der Ver
enigde Naties alvorens tot de ver
koop van surplusboter in Europa ovei
te gaan.
Een fraai 18e eeuws huis aan de Turf kade te Goes
96e_JAARii
Uitgave N.
Verschijnt cl
Reigerstraat
Administrate
redacteur: J.
C. J. v. Hooi
Mi.S HU
p. V. M. Vei!
vooruitbetalu
f 6.55, per
bestell.) 1
Losse oummi
Bureau voor
Het koud
loopt nu \v;
dooi invalle
ren de temj
hoort Ncdei
winter blijf!
Over het n
geleidelijk za
gen en dooi -
onze omgeviel
veel hogere tl
zorgde zondai
gon het weei
In Italië wasl
ge plaatsen al
Daardoor echtl
en aardversehi
ra werd een loil
verschuiving ul
Aan de Frarl
voorjaar zijn I
waagde men zij
enkele weken, r
straat.
In Duitsland|
dammen dag
einde onmidd
kunnen nemer
prettige verra^
Het Navo-ho
treft maatrege
kunnen inzette
dreiging wordt,
Z.H. DE PAUq
de televisie he
beiders van
dan in Milaan
EEN LANDHI
zondagochtend I
De twee bewot
nachtgewaad if
DE ORGANll
ders hebben
nanciën vrijste
genbelasting g|
perioden dat
land zijn. Ook
moet dan beid
IN EEN ZIEÏ
(Denemarken)
van nog geen
gekomen, doori
in zij werden
van kortsluitin
raakt.
ER ZAL een
den gevoerd,
pater M. Kan
likopter vaan
Guinea te helj
werd pater
dood gewaanc
tocht in het b
terugkeerde.
DE BRITSE be
heeft ontslag g
heel te kunnen
bij Preston.
heeft niets te
schaffen van d-
DE OPSTAND
Generaal Merir
rebellen, heeft
en zal zich uit
ken.
PRINS BERNK
onverwacht een
de R.A.I. te l
toonde in het b
voor de sportai
DE FRANSE
taud, die beker
triciteit, is op 8
rijs overleden,
bedelaar gekle
thuis wemelde
ren.
IN EEN wonin
werd een biscu
met munitie
naast het blik
stengun.
HET ZUIDWEt
laatste dagen
terd. Zestien
door om het li
Verwachtin
tot hedenavoi
Overdryv<
maar geen
nis. Weinig vi
Middagtempf
boven het vr:
Verwachtin
weerkundig
matige wind
noord-oosten,
westen. Toe
uit west en r
van tempera
dag minimu.
-1 tot 3 grad
Vandaag:
Maan op 20.
op 7.32 uur
uur.