I
SPORT- en SPEL-momenten
PAPIER VOOR UW PEN
J
CARNAVAL VERLIEST
NIET ZIJN RECHTEN
Schophoek - Wel en Wee - Zwart
Atleten einde - Avontuur
Supporters
Tennislijst
Zeeuws Korfbal
Zwarte Kaarten
Nee, Chatawav?
weest gerust..
Onderdanen
Elektro Klokjes
carnaval
bruggenbouw
verenigingen in
zundert (ii)
woningtelling (iii)
jeugd en muziek
huishuur
woningtelling (ii)
jazz (vi)
jazz (vii)
jazz (vlll)
jazz (ix)
slipgevaar
hoog loon
een medaille
te weinig
dierenleed (iv)
dierenleed (iv)
DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 28 JANUARI 1956
r
A
;da
V
Nu heeft ook de sport een „kleuren-vraagstuk". Dat wringt
al langer, maar eerst thans heeft men er een officiële
kwestie van gemaakt. Het gaat niet over Amerika, waar de
negers in de schophoek zitten en worden behandeld op een
manier, die de hele wereld ergert. Het gaat in dit speciale
geval over Zuid-Afrika, waar het probleem tussen zwart
en blank even scherp is.
Daar heeft een viermans-commissie van de
FIFA een onderzoek beëindigd, dat ging over
de ,,k!eurslagboom". Het begon in eerste aan
leg over de aanvraag van de Zuid-Afrikaanse
voetbalfederatie (waarin gekleurde rassen spe
len), om bij de FIFA te worden aangesloten.
De kwestie is dat Zuid-Afrika al met een
voetbalorganisatie in FIFA-verband werkt en
dat diezelfde FIFA slechts één bond per land
toelaat. En „toevallig" is dat voor Zuid-Afrika
de bond waarin alleen blanken mogen uit
komen....
Onze landgenoot Karei Lotsy is een van de
leden. Hij heeft gezegd, dat er een rapport
wordt opgemaakt en dat de commissie dan
pas met feiten voor de dag zal komen. De
FIFA-mannen hebben in Johannesburg enige
tyd zoek gebracht met het ondervragen van
verschillende Zuid-Afrikanen.
Om verslaggevers te weren deden ze daarbij
de deur van hun hotelkamer op slot. Principe
is principe en niks zeggen is niks zeggen.
zelfs verschillen tot 1/1000 secon- I
de worden geregistreerd.
Twee Duitse jongens van vijf
tien jaar, opgegroeid „temidden
der kampioenen" van de winter
sport, wilden zo dolgraag naar de
Olympische wedstrijden in Cor
tina, dat zij de grenzen van het
betamelijke uit het oog verloren.
Uit de kas van een oom „leenden"
zij zo lang even een kleine acht
honderd guldon en gingen op weg.
Met het geld, maar uiteraard
zonder paspoort.
Hoe zij het voor elkaar gekre
gen hebben, weet op het ogenblik
nog niemand, maar een feit is,
dat zij er in slaagden, van Keulen
uit over allerlei grenzen Italiaans
grondgebied te bereiken.
Daar liepen de jonge avontu
riers op een of andere manier
in de armen van de politie. De
Italiaanse agenten brachten de
knapen bij hun Duitse collega's
en die zullen er nu voor zorgen,
dat het tweetal terugkomt in hun
woonplaats Garmisch, waar
„oom" ongetwijfeld met ongeduld
staat te wachten.
KAREL LOTSY
Een van de eerste gevolgen van
die nauwgezetheid was evenwel,
dat geen mens meer de kamer
uit kon, omdat men de sleutel
kwijt was. Alle aanwezigen moes
ten via de brandtrap naar buiten.
En de latere gevolgen? Mis
schien een vergelijk, dat de ver
houdingen tussen blank en zwart
wat zachter maakt. Misschien een
indirecte oplossing voor de kleu-
renkwestie, al is het alleen maar
in $e sport. Als hun rapport zo
^jfned blijkt te zijn, verdienen de
i commissieleden een lintje.
Pas geleden heeft de Kon. Ne
derlandse Lawntenn'sbond zo'n
beetje „inventarisatie" gehouden
van wat er aan talent in de bona
rondloopt. Het resultaat was een
lijst van tennissende dames en
heren, naar prestaties in het vo
rige jaar gerangschikt.
Bij de dames heeft mej. F. ten
Bosch de leiding, samen met
mevrouw P. v. d. Storm-Herm-
sen. Bij de heren ieidt J. v. Dal-
sum op zijn eentje.
De eerste vijf bij de dames
zijn: 1-2 mej. F. ten Bosch en
mevrouw P. v. d. Storm-Herm-
sen, 3 mej. C. Grosveld, 4 me
vrouw A. Koopmans-Knottenbelt,
5 mevrouw E. Reus-Hooghoudt.
Bij de heren: 1 J. v. Dalsum
(ook het jaar tevoren al top-ten-
nisser), 2-3 A. Dehnert en A.
v. Meegeren, 4 J. Karamoy, 5
J. Goris.
Als vandaag in Middelburg de
Zeeuwse korfballers tijdens hun
jaarvergadering aan het praten
slaan, dan gaat het over wel-en-
wee.
Tot de verheugende dingen be
hoort het feit, dat in 1955 in Zee
land vijf nieuwe clubs werden
opgericht. Daarmee steeg het
aantal aangesloten verenigingen
tot 33 en dat hoeft helemaal nog
niet het einde te zijn. Er zijn
nog plaatsen genoeg, waar over
korfballen wordt geprakkizeerd en
waar men vandaag of morgen
wellicht ook aan de slag gaat.
Gij zult vragen wat dan het -
„wee" is. Het is- de ietwat teleur- fi
stellende mededeling, dat de 1000
senior-leden, die men in 1955 wil-
i de halen, niet zijn bereikt. Men i
liep zelfs terug. (Van 967 tot
937). Maar ja, afgezien dan van
die senioren, het totaal-aantal
leden ging in ieder geval omhoog.
Het groeide van 1313 tot 1375.
Het hoeft trouwens ook niet al
lemaal ineens te gaan.
De Belgische Voetbalbond
heeft ernstige dingen gezegd
over hel sjacheren van toe
gangskaarten voor inter land-
voetbalwedstrijden. Speciaal
voor de duels tussen België en
Nederland verdwijnen bergen
kaarten naar de zwarte markt,
waar ze grof geld opbrengen.
Om het meteen maar straf aan
te pakken heeft de bond aan 61
verenigingen laten weten, dat ze
voor de eerstvolgende derby
slechts de helft van het aantal
kaarten zullen ontvangen, dat ze
tot dusver plachten te krijgen.
Ooorzaak: Twaalf van die clubs
hadden na de wedstrijd Neder
landBelgië in Rotterdam geen
lijst ingediend van personen, die
otJ^ehka?,rten 8elukkig hadden
nn^nM a 49 andera hadden
onvoldoende mhchtingen gegeven.
i het. n°g een keer gebeurt
I zullen de betrokken clubs hele
maal geen kaarten meer kr^InT
J
Chris Chataway, een van Enee
lands beste atleten, heeft ver
klaard, dat hij nog niet zeker
weet of hij aan de Olympische
Spelen in Melbourne zal meedoen.
Chataway, die momenteel nieuws
lezer is bij de commerciële tele
visie. vindt dat hij niet genoeg
kan trainen.
de Olympische Spelen te ver
wachten is, zal zowel te Cortina
d'Ampezzo bij de winterspelen
als te Melbourne, bij de zomer
spelen, overgegaan worden op
elektronische tijdmeting. Bij de
orthodoxe chronometers was het
kleinst meetbare tijdsverschil 1/10
seconde. Bij het nieuwe systeem,
dat door de Zwitserse horloge
industrie voor de Olympische
Spelen is samengesteld, kunnen
In het zwarte vierkantje op dit
kaartje zullen de eerste Olym
pische medailles worden be
vochten. Daar ligt namelijk Cor
tina d'Ampezzo, waar dit jaar
de Winterspelen worden gehou
den.
CHRIS CHATAWAY
Als dat in de toekomst niet
beter wordt en daar is weinig
Rijk op dan zal hij van deel
name aan de Spelen afzien. „En
dan trek jk me tevens tegelijk
uit de wedstrijdsport terug",
voegde onze Chataway er aan toe!
Gezien het geringe krachtsver
schil, dat vooral in de finales bij
Aan mijn trouwe onder
daan, en allen die met
hem bezorgd zijt.:
Agge mar leut et
Gij geeft mij teveel eer wanneer
gij stelt dat ik alleen het beslissende
woord kan spreken over de vraag of
de matiging van de vastenwet aan
leiding zou kunnen geven tot afschaf
fing van de vastenavond. Vele ande
ren zijn bevoegder dan ik om u te
verklaren wat de vasten is. Maar om
uw vertrouwen niet te beschamen zal
ik u in alle bescheidenheid mijn me
ning geven, opdat gij gewapend zijt
tegen lien die de wijziging vail de
vastenwet aangrijpen om huir tegen~
stand tegen dit ons feest op
nieuw tot leven te wekken. Zo gij'-toQ?
vindt en zo gij aangevallen wordt,
vreest niet en antwoordt onversaagd
dat men met scherpe pijlen zal moe
ten richten 0111 deze vogel af te
schieten.
Op de eerste plaats: het Carnaval
is ouder dan de Vasten. Het leest is
zo oud als de mens en zal pas onder
gaan mét de mens. Carnaval is sinds
de oudheid geweest het vreugdefeest
om het einde van de winter, het feest
van de uitgelatenheid om het naderen
van de lente, het feest van vreugde
om het nieuwe leven, het feest van
dankbaarheid voor het leven zelf.
Dionysos en Bacchus waren de eer
ste prinsen Carnaval en onder hun
leiding werden feesten gevierd, c.e
in uitzinnige vreugde doch ook in
tomeloze losbandigheid ontaardden.
De wijn was het vreugde-tonicum bij
uitnemendheid, de druiven, waarmee
Bacchus zich tooide, het symbool van
het leven in een mate van rijpheid
die dikwijls aan verrotting grensde.
Het christendom heeft aan dit len
tevreugdefeest een diepere zin ge
geven. Vanuit de wijsheid, dat men
de mensen het feest niet moet ont
nemen omdat het een van de schoon
ste gaven is die God hen gaf (en
wellicht vanuit de overtuiging, dat
men eenvoudig de mens deze moge
lijkheid, deze gave tot feesten niet
kon ontnemen) heeft men dit feest
gekerstend, het hierheen trachten te
leiden, met wisselend sukses, om de
excessen te voorkomen. De vroeger,
zo men wil heidense vertaling voor
carnaval „Carrus navalis" (wagen
schip) maakte plaats voor het „Car-
nevale" (vaarwel vlees). Het werd
een afscheid van het vlees, het voor
het laatst genieten van de volheid
van het leven, alvorens men zich in
de Vasten begaf. Zo ontwikkelde car
naval zich tot Vastenavond.
Daaruit is iets te verklaren van
het ieit, dat men in Nederland car
naval uitsluitend vindt in de zuide
lijke, katholieke streken, waar dit
vastenavondbegrip, bewust of onbe
wust, het sterkste leeft.
Nu T -?.egt gij bez°rgd zijn de
voorschriften over het vasten gewij
zigd dus verliest de vastenavond
zijn bestaansrecht. Wees gerust Zii
die dit stellen vergissen zich of be
driegen u.
Het vasten, het zich matigen in
onrie ,en.drank> is maar een klein
schrnm.ev-!aIVde vasten" Men doet
devie tckSrt aan het wezen van
vastciviv!Lrfn daarmee aan dat van
alta rl wanneer men de vasten
in w kc lr"erkt door de matiging
ter, in het besef van zijn zwakheden
Hij versobert zijn leven en legt zich
verstervingen op. Als hij het eneri
doet, laat hij niet alleen de overvloed
van spijs en drank onaangeroerd
maar oefent de zelfdiscipline vom-ai
in het geestelijke vlak.
Inderdaad, nu hoeft het lichaam
zich geen beperkingen meer op te leg
gen in spijs en drank. Maar het
lichaam kent andere verstervingen
ook. En de woestijn die de vasten is
en waarover gij spreekt blijft! Is zij
werkelijk de laatste jaren steeds min
der een woestijn geworden? Op het
gebied van spijs en drank ja! Maai
de geest wordt steeds meer gespan
nen. De specialisatie dwingt de mens
terug op een steeds kleiner vlak,
maakt het ..mens-zijn" steeds meet
tot een „ding-zijn". De spanningen
van het alledaagse leven worden
steeds groter het tempo versnelt
zich. De persoonlijkheid krijgt telkens
minder kans zich staande te houden
tegen een stormvloed van ..massafi-
catie". Vroeger vormden de indivi-
J Antwoord van Prins Nilles
aan „een trouwe Bergse
1 onderdaan" naar aanlei-
f
J ding van zijn vraag „Nilles
J wat 1111?" onder de rubriek
J „Papier voor uw pen" van
5 zaterdag 21 januari.
duele mensen samen een „gemeen
schap" waarin het individu zichzelf
bleef. Nu zjjn de mensen steeds meer
deOjl van^een nxassa waarin het mens
zijn steeds minder kans krijgt.
-Vanuit deze spanningen is een
ontspanning nodig om zich te kunnen
bezinnen op het eigen bestaan, op het
ergens „zijn". De geest krygt kans
zich opnieuw bewust te worden van
zijn superioriteit over de stof. In het
vastenavond dat bij ons altijd geweest
is het „feest van de geest" kan de
mens zichzelf zijn, zichzelf terugvin
den als eenheid van geest en stof.
Naarmate t»e hedendaagse maat- j
schappij nicer ontaardt in een ver
stoffelijking, wordt het noodzakelijker
zich deze eenheid van stof en geest
bewust te zijn en daar ligt voor de
moderne mensen de waarde van het
feest in 't algemeen en van ons vas
tenavond in het bijzonder!
Begrijpt gij dat er, zo gezien, geen
crisis dreigt voor mijn bewind en
dat mijn troon niet wankelt!
De Aliens wordt geboren met het
feest. Hij beleeft in dat feest zijn
eenheid van stof en geest. Het goede
feest wordt beheerst door de geest
en niet door het beest. En ik aarzel
niet te zeggen, dat ons vastenavond
feest een goed feest is, dat de mensen
uitgelaten doet zijn en leven in
dwaasheid. Dat ons terugbrengt tot
onszelf en tot de verbondenheid in
onze gemeenschap. Niets is verruk
kelijker dan weer eens primitief te
mogen zijn als een kind. Niets maakt
de mens beter dan het kind-zijn. God
heeft ons het feest gegeven wij
mogen het niet bederven. De krab
begrijpt dat!
En daarom meer dan ooit, uit de
grond van mij hart:
Agge mar leut et.
NILLES
Dat er tijdens en vlak voor carnaval
commerciële reclame wordt gemaakt om
bepaalde artikelen, is niet te vermijden
en zelfs het goed recht van de handela
ren. Het is m.i. echter onjuist dat er
door een officieel carnavalsorgaan (in
functie) in Bergen op Zoom commerciële
reclame is gemaakt voor een bepaald ar
tikel.'
Zodra men van uit de hogere leiding
een zakelijk element in de vastenavond
viering gaat halent zet men de eerste
stap om de echte, spontane, onbaatzuch
tig geleide carnavalsviering te slopen.
Want in steden waar men tracht carna
val te introduceren zijn de pogingen ge
doemd te mislukken omdat men als
hoofdmotief heeft „zaken doen en niet
leut maken".
Laat men in Bergen op Zoom gewaar
schuwd zijn om zijn carnaval van smet
ten vrij te houden, want waar is het
einde van een eenmaal getollereerde
reclame-stunt? Er zullen er dan meer
volgen:
Bergen op Zoom. F. G.
o*Hl"maand*n is het bru«getje
eer,Js. "an Vredenburchsinge)
daael.fk °,°rdStraat sereed maken
bruf' n voetfian«ers hiervan ge-
brui,,. Doch ik verzoek de heren van de
gemeenteraad, met sennet.». v.
hipr none gepoetste schoenen,
hier eens een kijkje te willen nemen
naar naar het modderpad, van de brug
naar de Fellenoordstraat.
Dat Gemeentewerken het druk heeft
met stadswerkzaamheden neem ik aan
doch het gaat hier om een verhard pad'
van plm. 100 m„ of moet er gewacht
worden op het a.s. parkeerterrein t.b.v
de NAC-supporters?
BREDA, j, LOONTJENS
Oranjeboomstraat 34.
In ons blad van zaterdag 21 januari
heb ik natuurlijk ook in deze rubriek
het schrijven van de heer van Hassel
aangetroffen, waarin deze meende enke
le zaken recht te moeten zetten, waar
van ik volgens inzender een verkeerde
voorstelling had gegeven in mijn ru
briek „Op Zunderts Vereni0ingspodium"
Daar de heer J. C. van Hassel bij de
muziekverenigingen, waar op het vereni
gingspodium sprake van was, nauw be
trokken is, zullen de door hem opgesom
de gegevens wel juist zijn. In feite vorm
den die gegevens echter het antwoord
op hetgeen ik me in het bedoelde arti
kel afvroeg, zodat er van een verkeerde
voorstelling van zaken of verdraaiing
der feiten geen sprake was, dunkt me.
Wat dan het eerste antwoord van de
heer van Hassel betreft op mijn „vraag
of twee jeugd tamboercorpsen in Zundert
niet te veel van het goede zal blijken
te zijn, kan ik me afvragen waar hij de
zelfverzekerdheid vandaan haalt om daar
zo positief „nee" op te antwoorden! Al
leen de toekomst zal immers kunnen uit
wijzen of men er verstandig aan gedaan
heeft deze korpsen, nu al in het leven
te roepen! Welke mijn bezwaren tegen
die tamboers waren, heb ik onlangs uit
voerig beschreven in „Het ongewoon
Zunderts dagboek"' als Sandraudiga n-
der de titel „Jeugdige Tamboers". Ik
zou de heer van Hassel willen aanraden
hierover het Dagblad De Stem van 17
oktober 1955 te willen raadplegen, want
het zou me te ver voeren om dat alles
hier nóg eens onder de loep te gaan
nemen. (Desgewenst wil ik de heer van
Hassel gaarne dit artikel bezorgen). Zo
als ik echter ook destijds schreef, hoop
ik, dat de daarin opgesomde bezwaren
de bloei van de tomboerkorpsen niet in
de weg zullen staan. Ter geruststelling
van de heer van Hassel moet ik hieraan
dan nog toevoegen, dat ik er eveneens
wel van overtuigd ben, dat de heren
bestuursleden van de genoemde vereni
gingen over een flinke dosis gezond ver
stand beschikken. Maar is dat feit een
garantie voor de bloei van de korpsen?
In ieder geval vond ik het ook bijzonder
sympathiek van de heer van Hassel om
aan te nemen, dat ik toch óók wel over
gezond verstand schijn te beschikken.
Dank U zeer....
Om dan antwoord nummer twee ten
slotte ook nog maar eens bij de horens
te pakken, kan ik wel mededelen, dat
ik het een prettig antwoord vond, zoals
ik trouwens ook wel verwachtte. De
heer van Hassel verzekert me immers,
dat „Wernhout Vooruit" in géén geval
als toneelgezelschap belangrijker zal wor
den dan als fanfare en het feit, dat de
muzikanten daar zo trouw de repetities
bezoeken, verheugt me bijzonder. Maar
of de negen keer, dat de Wernhoutse
fanfare naar buiten optrad in 1955. een
jvAte barometer vormen van de muzi
kale prestaties? Bij de serenades bij
gouden bruiloften gaat het immers méér
om de vrolijkheid dan om de muziek
als zodanig en een concert werd er in
Wernhout zélf heïcmaal geen gegeven.
In Zundert verzorgde Wernhout Voor
uit" ook maar ééri concert en alles bij
elkaar vind ik dat wel wat te weinig.
Ongetwijfeld zijn daar wel redenen voor
aan te wijzen en ik twijfel er dan ook
niet aan, of de Wernhoutse fanfare zal
zich ook in dit opzicht nog wel doen
gelden. Zeker als de ambitie voor de
repetities zo zal blijven, nietwaar mijn
heer van Hassel? Gaarne zal ik daar dan
op het Zundertse verenigingspodium weer
melding van maken!
ZUNDERT, HERMAN WASSENAAR
Molenstraat 107.
die wel te zullen vinden in de sector
„beter gesitueerden" en dan fiog de
hogere of hoogste categorie daarvan. En
wat wil de regering nu, als blijkt dat er
aan de ene zijde een ontstellend woning
tekort is, terwijl er aan de andere kant
een ruime mate van overschot aanwezig
blijkt te zijn? Wanneer het in de be
doeling van de regering ligt om dan
bij"Oorbeeld te stellen dat in het door
Jhr. G bewoonde perceel aan de Laan
van Meerdervoort (of noem maar iets)
zonder enig bezwaar wat de beschik
bare ruimte betreft kan worden ge
splist voor onder bewcrung door Jhr Y
of Z, dan zou ik zeggen, kijk daar zit
iets in in die woningtelling, maar wie
gelooft dat?
Wanneer ik mij realiseer dat voor deze
woningtelling als ik mij niet vergis een
post op de begroting is uitgetrokken
van een slordige 5 miljoen gulden, dan
vraag ik mij in gemoede af, wat is
wijsheid? Mag ik dan misschien even
idioot zijn en in alle bescheidenheid
vragen of het niet beter ware voor deze
5 miljoen woningen te bouwen in plaats
van tellen?
De inzender van het stukje getiteld
„Woningtelling", opgenomen in uw blad
van 21 dezer, kan er zeker van zijn dat
zijn ontboezeming door zeer velen met
instemming is gelezen en het is te ho
pen, dat velen met mij openlijk van die
instemming blijk zullen geven.
De heer v.d. Broek (de inzender) ves
tigt de aandacht oj^ een wantoestand
waaraan geen ruchtbaarheid genoeg kan
worden gegeven. De noodzaak van sa
menwoning bestaat nu eenmaal en de
daaruit voortvloeiende narigheden moe
ten worden gedragen.
Het is immers inderdaad zoals de heer
v.d. Broek schrijft, dat er nog verschil
lende grotere huizen zijn die door slechts
enkele personen worden bewoond en
waar men, om welke duistere reden dan
ook, géén woonruimte vordert. Daaren
tegen worden zij, die al jaren inwoning
hebben gehad, steeds wéér daarmede be
dreigd wanneer de inwonenden zo ge
lukkig zijn een eigen woning te krijgen
toegewezen.
Vooral nu het er naar uitziet, dat de
woningnood nog vele jaren zal duren
is het dringend nodig eens grondig na
te gaan, waar nog woonruimte beschik
baar is en die ruimte zonder aanzien
des persoons te doen benutten. Het is
onbillijk steeds weer dezelfde categorie
de ellende te laten dragen en anderen
te sparen, die dezelfde of méér ruimte
ter beschikking hebben. Langdurige in
woning, zonder uitzicht op verandering,
is funest voor alle betrokkenen en richt
menig gezin moreel ten gronde.
Of de voorgenomen woningtelling een
verandering ten goede zal brengen zul
len we moeten afwachten; persoonlijk
geloof ik, dat de betreffende instanties
nu óók heus wel weten waar nog ruim
te beschikbaar is. Zelfs voor het bouwen
van een duivenhok is een vergunning
nodig en het lijkt mij daarom wel erg
onwaarschijnlijk, dat men bij een even
tuele woningtelling hier of daar nog wat
clandestien gebouwde flats zou ontdek
ken.
BREDA.
Zeisstraat 22.
P. t' SAS
Onder de rubriek „in het Kort" op de
voorpagina van Uw blad van 26 dezer .as
ik, zeer tot mijn genoegen, een kort,
maar zeer belangrijk bericht, dat op de
lagere scholen in Hoorn met ingang van
27 januari 1956 officieel een lesuur zal
worden ingevoegd in muziekkunst onder
leiding van de heer R. Heuckeroth. Een
zeer verblijdend verschijnsel en een
prachtig voorbeeld van Hoorn. Als be
stuurslid van een zangvereniging te Bre
da en met mij vele bestuurderen van
verenigingen op instrumentaal- en vo
caal gebied hebben wij de laatste tijd
en vooral in de naoorlogse jaren moeten
constateren welk een ontstellend gebrek
er bestaat aan liefde voor de instrumen
tale en vocale muziek, vooral vocale mu
ziek en de beoefening daarvan. Waar
vroeger goed bezette verenigingen be
stonden komt het thans voor dat er ko
ren worden ontbonden wegens onderbe
zetting, ontslaan doordat oudere krach
ten afvloeien en 1e weinig of geen jon
geren daarvoor in de plaals treden. 7,eer
zeker kon men vroeger muziek leren,
doch dan meestal alleen door dure prive-
lessen. Door de oprichting van diverse
muziekscholen kwam in de lesgelden wel
enige verlichting, doch voor velen bleven
muzieklessen een luxe uitgave. Het is
daarom toe te juichen dat Hoorn thans
op de lagere school reeds onze jeugd
het mooie van de muzikale kunst gaat
bijbrengen en mogelijk ook de beginse
len van de notenleer.
Met deze „jonge kweek" zullen over
een tiental jaren de orkesten en koren
in Hoorn en omgeving er wel bij varen
en er vruchten van plukken.
Ik ben er van overtuigd dat vele
verenigingsbesturen het zouden toe
juichen, indien ook onze Bredase lagere
scholen en ook bij het voortgezet lager
onderwijs één muziek-les-uur per week
werd ingevoerd.
Welk lid van de Bredase gemeenteraad
doet een desbetreffend voorstel? Ik hoop
spoedig een notenschrift-boekje tussen
de leerboeken van mijn kinderen te
zienen van de gehele Bredase jeugd,
waaruit in de toekomst onze nieuwe le
den zullen moeten komen.
Mijnheer de redacteur, ik zou graag
een klein plaatsje in uw hoekje hebben
over de verhoogde huishuur. Wat is na
melijk het geval? Er is gezegd de huis
huur moet opgevoerd worden voorlopig
tot 150 van de vroegere huurwaarde.
Volgens mij en veel anderen zijn we
daar al lang overheen. Ik neem mezelf
maar en daar kunnen anderen zich aan
spiegelen. Ik betaalde vóór de verhoging
f 4,huishuur en 25 ct. voor de water
leiding is f 4,25. Dit zou nu moeten zijn
volgens mij f 4,00 en 43% verhoging is
f 4,- f f 1,72 en f 0,25 is f 5,97, maar
het is nu f 5,35 dus meer dan 350%.
I BERGEN OP ZOOM
W. A. J. EIJSERMANS
BREDA,
J. S.
Zoals bekend zal de regering een wo
ningtelling doen houden en de daarvoor
aan te wijzen personen o.a. die bevoegd
heid toekennen dat betreden van wonin
gen niet zal kunnen worden geweigerd.
Ik vraag mij intussen af wat deze vvo-
ningtelhng voor praktische waarde zal
hebben tenopzichte van een effectieve
bestrijding van het schreeuwend woning
tekort. Immers mag worden aangenomen
dat die speciale bevoegdheid van de a.s.
woningtellers ten doel heeft vast te
stellen waar, hoeveel en door wie er
huizen worden bewoond waarvan de
ruimte, aangepast aan behoefte, te
overvloedig is in verhouding tot het hui
dige woningtekort. Nu weet toch ieder
een dat een teveel aan woningruimte
niet behoeft te worden gezocht bij wat
men pleegt te noemen de kleine man,
volgt hier dus uit dat de regering meent
Met veel belangstelling volg ik het
duel om de jazz. Met de mening van de
heer C. P. kan ik het tot mijn spiit niet
eens zijn.
Dat in de jazz geen compositie zit is
niet zo. Er is een grondmelodie en iedere
bandleider gaat die naar eigen stijl en
smaak uitwerken. Zodoende staan over
het algemeen de partijen van ieder spe
Ier in de grote lijnen op papier. Hierop
nu wordt geimproviseerd.
Het is nog niet zo zeker, dat jazzlief
hebbers voornamelijk onder de jonge
ren gezocht moeten worden. Ik ken ge
noeg oudere mensen, die een hoge dunk
van jazz hebben. Verder wordt deze ge
cultiveerde negermuziek niet verminkt,
maar vervolmaakt in deze moderne tijd.
Dit is niet te bewijzen, maar elke jazz
kenner zal het zeggen. Dat jazz over
50 jaar verdwenen zal zijn is slechts een
voorspelling en dat de klassieke mu
ziek o istervelijk is, wordt nog niet door
2 eeuwen bewezen.
De oorsprong van de jazz is nog vele
eeuwen ouder!! En plm. 1575 bestond er
reeds op een Amerikaanse plantage een
band van 5 negers en 2 blanken, die
een soort muziek speelde, die sterk leek
op onze tegenwoordige vorm van jazz.
BREDA, A.L.
„Pas wanneer het improviseren over
dreven wordt, wordt het een spektakel",
schreef vorige week de heer H. v.d. K.;
maar in welk stadium mag dat improvi
seren op toevallige impulsen en dik
werf geleende melodieën dan wel ont
aarden tot wansmakelijke buitensporig
heid? Er zijn minstens evenveel jazz-
theorieën als er ooit jazz-bands hebben
bestaan, die althans allen hun eigen
criteria voor overdrijving en plagiaat
bepaalden, of helemaal geen.
„Ook het publiek kan er een spekta
kel van maken", inderdaad; en volgens
sommige band-leaders en een heleboel
jazz-fans is dat zelfs onontbeerlijk en
kenmerkend voor echte jazz.
De heer v.d. K. noemt zulks echter
„een verkeerde houding van het pu
bliek", waaruit we zouden mogen con
cluderen dat hij de „klassieke" Dixie-
land-stijl voorgoed heeft afgezworen, zo
hij er al ooit van heeft gehoord.
Toch beantwoordt dit veelomstreden
verschijnsel onmiskenbaar aan het pri
mitief-dynamische karakter van jazz, als
o.m. berustend op het beginsel der col
lectieve improvisatie. Mer'-waardig ge
noeg evenwel, schuilt het „geheim" van
jazz niet in het profaneren van Brahms-
symfonieët en Bt ethoven-cocnerten,
doch in de „tam-tam", in de magie van
het opzwepend ritme, het oer-prineipe
van de dans. (Zo kan een serie knar-
send-valse klarinetstoten altijd nog wel
worden uitgelegd als een „meesterlijke
improvisatie"^ maar zonder een fervente-
en virtuoze drummer is jazz eenvoudig
geen jazz).
In het licht van bovenstaande blijkt
het dan ook geenszins verbazingwekkend,
dat de heer A. W. inzake de medewer
king van het publiek bijvoorbeeld weer
een andere opvatting is toegedaan: Hij
beschouwt zo een begeleidende wilde-
beestenboel meer als een gezonde, de
monstratieve uitbundigheid, een spontaan
soort mystieke manifestatie van liefde
voor jazz (dus niet van afschuw voor
de klassieke muziek), en ter bevordering
van de o zo broodnodige populariteit
natuurlijk, vanzelf.
„Met een gil of een jank ontstaat bijna
nooit een nieuw jazz-nummer"Dus
het gebeurt toch wel eens. Gelukkig
mar. voor Louis Armstrong en voor
ons culturele geheugen.
Tenslotte maakt één zwaluw nog geen
lente, en één bierglas nog geen agres
sieve dronkaard, kom-kom. Jazz is hier
de hoofdzaak. En de verdediging ervan.
BREDA,
L. PISON
Met genoegen en ook deels met erger
nis heb ik in uw blad d.d. 21 jan. j.l.
de verschillende reacties gelezen n.a.v.
de publicaties der heren M. v. G. en L.
Pison over het onderwerp „jazz"( in uw
rubriek „Papier voor Uw pen".
Ik zou hier als jazz-fan ook graag een
woordje aan toe willen voegen, voor
namelijk gericht tot de tegenstanders der
jazz, in het bijzonder dan de hierboven
genoemde heren, die openlijk hebben
toegegeven niet veel met jazz op te heb
ben. Met de mening der beide andere
heren kan ik me wel verenigen.
Het is n.l. zeer spijtig te noemen, dat
men de jazz tracht te verminken, door
haar gelijk te stellen met lawaai en
hoempa. Jazz is geen synoniem hiervan.
Men mag zich bij de beschouwingen
over de jazz niet laten beinvloeden door
de onbeschaafde uitlatingen van het
„hooggeachte" publiek, dat eigen
lijk veel beter thuis kan blijven, dan
het improviserende spel der musicerende
instrumentalisten te niet te doen.
Vanzelfsprekend kan het te sterk over
dreven improviseren der jazz-musici ook
een beetje hiervan de schuld zijn. Maar,
ik voor mij, geloof niet, dat dit veel
voorkomt.
Men moet dus de kunst jazz zelf be
schouwen; het is n.l. nooit de bedoeling
der jazz-componisten en musici geweest
lawaai te produceren, verre vandaar!!
Daarom zou ik alle tegenstanders der
jazz, die hiervan blijkbaar niet overtuigd
zijn, of om welke reden dan ook, niet
willen inzien, aanraden eens naar goede
beschaafde jazz te luisteren.
Ik hoop, dat de tegenstanders der jazz
hun meningen dan eens zullen herzien
en willen begrijpen, dat hun tegenstand
verre van gegrond is.
U, jazz-fans, jazz-musici en jazz-jam-
sessions-bezoekers tracht u in het ver
volg zo netjes mogelijk te gedragen, bij
eventuele jazz-concertenü
HULST, HEDW. CROMBEEN
Paardenmarkt 13.
Reeds gedurende drie weken vielen
mij in deze rubriek enige artikelen op
over de jazz. Ik vind de jazz een prach
tig stuk zieleleven onzer moderne tijd
en daarom kan ik nu mijn pen niet
langer bedwingen en neem dus de me
lodie dezer regels op om de jazz te ver
dedigen.
De jazz is een prachtige uitdrukking
van de enerverende indrukken, die de
hedendaagse mens opdoet in het koken
de atoomtijdperk. Waarom dan zo'n
drukte gemaakt over een beetje ru
moerig publiek bij zo'n jazz-uitvoering?
Dit afreageren is toch heel normaal, of
voelt de heer M. v. G. (of een heer A.
W.) niet de kriebel in zijn kuiten ko
men, wanneer hij opgenomen is in een
enerverend iets (b.v. een snel rijdende
auto), voelt hij dan niet de drang in
zich opwellen mede onder te gaan in
deze bekoorlijke, avontuurlijke, snel-
heidsstroom? En ook dat alleen jonge
mensen dit zouden doen (wat ik niet
geloof!), is natuurlijk larie, want dis
een oudere mens nog werkelijk de fut
heeft zijn schouders onder alles te zetten,
dan raakt hij net zo goed opgewonden
en begint rond te huppen (of als dit
onmogelijk is, toch minstens imee te
zingen!)
De voorstanders der klassieke muziek
weten natuurlijk niet, dat deze muziek
óók een beeld van haar tijd was (en is)
omdat er aan alles meerdere kanten
zitten. Ook een Glen Miller, Louis Arm
strong en Benny Goodman, voorzagen
(of voorzien) de mens van een typering
van zijn tijd. een typering die de mens
ligt en het ritme heeft der voortschrij
dende techniek.
Ik kan hieraan nog toevoegen: „Raak
niet aan de jazz, want dan geeft U te
kennen, buiten uw eigen tijd te staan!"
De redactie van dit blad (die zo ver
standig is de problemen der mensen van
onze tijd, door deze mensen zelf te la
ten behandelen), dank ik zeer hartelijk
voor deze plaatsruimte.
De toevloed van Ingezonden
stukken is de laatste weken
overstelpend. Als het zo door
gaat zou de zaterdagkrant wel
eens te klein kunnen worden.
Schrijf gerust wat U van het
hart moetmaar doe het kort
en krachtig. We moesten er al
toe overgaan, verschillende
stukken te besnoeien, omdat de
rubriek anders buiten propor
tie zou worden. Liever is het
ons, dat de inzenders zichzelf
een, toch niet zo moeilijke, be
perking opleggen. Zullen we af
spreken: voortaan hoogstens 30
regels in druk?
BREDA
J. L. jr.
Dat men klassieke muziek en jazz
als afzonderlijke uitingen van een
tijdgeest tegenover elkaar kan stel
len, geloven we niet. Klassieke mu
ziek is juist klassiek omdat ze niet
aan een tijdsgewricht is gebonden.
Overigens achten we het probleem
„jazz" nu van genoeg kanten belicht
en de discussie als geëindigd te kun
nen beschouwen. (Red.)
Het zal U wel bekend zijn, dat de re
dactie van het Amsterdamse „Wierings-
weekblad" geregeld de prijsvraag uit
schrijft „de mislukte advertentie". Iede
re week wordt er een advertentie ge
plaatst, welke verkeerd zou zijn gezet.
Onder diegene die de mislukte adver
tentie weten op te sporen wordt een prijs
van f 10 uitgeloofd.
Nu bestaat er tussen uw dagblad en
bovengenoemd weekblad wel enige over
eenstemming. Immers in uw blad van
2o januari j.l. komt n.l. de volgende ad
vertentie voor: „Aankomend bakkersbe-
diende, (we zullen maar X zeggen) Vraagt
voor direct hoog loon".
Gaarne zou ik van u vernemen oi de
bewuste bakker er in geslaagd is „voor
direct" een hoog loon te krijgen.
Mocht deze annonce echter als prijs
vraag bedoeld zTfh, dan vernam ik gaar
ne wie de prijs van f 10 heeft gewonnen.
Inmiddels verblijft uw puzzelende \m-
sterdammer, met de meeste hoogachting,
BREDA, F. H. MENKE Jr.
Zandbergplein 20.
Natuurlijk heeft die bakker direct
een hoog loon gekregen. Wat dacht U?
We hebben toch het „ruimte-onder
zoek" van de SER gehad! Een prijs
vraag was aan de advertentie niet
verbonden. Inzer der zal het dus zon
der loon moeten doen. Laat hem onze
erkentelijkheid echter een genoeg
zame beloning zijn. (Red.)
Wij, Teteringsedijk-bewoners, vragen
ons af: Moeten er nu eerst dodelijke on
gelukken gebeurd zijn, alvorens de ge
vaarlijke bocht op de Teteringsedijk ver
anderd wordt? Herhaaldelijk slippen daar
de auto's. En niet alleen door hard rij
den! Volgens deskundigen moet de bocht
verkeerd bestraat zijn. de auto's glijden
er af, met als gevolg: slippen. Na het
ongeluk met dodelijke afloop van een
paar jaar geleden, zijn de stenen ge
ruwd, doch dat helpt niets. Als de weg
nat is, is het slipgevaar groot. Van no.
35 tot 21 is het levensgevaarlijk ook op
het trottoir. No. 33 is voor de tweede
maal het slachtoffer geworden. Nog
maar enkele dagen was de deur gerepa
reerd en vandaag werd de pui voor de
tweed j maal geramd. 14 dec. 's avonds
23,30 uur hebben no. 23 en 21 een beurt
gehad. Toen vloog een auto bij no. 29
het trottoir op en ramde de gevels 23
en 21. Dat was een harde rijder. Als ze
een matige gang hebben zijn het de no's
35. 33 of 31 die slachtoffer worden. Het
is louter toeval dat er tot heden geen
mensenlevens te betre"ren zijn. Vraag
maar eens bij de verkeerspolitie hoeveel
slipgevallen er het laatste jaar op dat
punt geweest zijn. U kunt er rustig nog
zeker zoveel bijtellen, waarbij geen scha
de is geleden.
Wordt het nu niet meer dan tijd, dat
de gemeente daar verandering in gaat
brengen. Het wordt er heus niet beter
op als over enige maanden het verkeer
van de Teteringsedijk ontlast is. Het
gevaar blijft bestaan .zolang het wegdek
niet veranderd is. Als de heren leden
van de gemeenteraad aan deze regels
aandacht willen besteden, zullen wij z®
zeer dankbaar zijn.
Mevr. A.M.C. METSELAAR-
BREDA, OELP.
Teteringsedijk 29, tel. 6419.
In Uw editie van 16 januari j.l. kómt
het artikel voor „Twee bronzen KNZB
medailles naar Zeeland". Als secretaris
van de vereniging S.Z. en P.C. „De
Bruinvis" trok dit artikel natuurlijk da
delijk mijn aandacht, maar hoe groot was
mijn verwondering dat dit artikel zo een
zijdig is opgesteld. De berichtgever is wel
erg chauvinistisch Middelburgs uitgeval
len dat hij alleen de Luctor-zwemmers
in de KNZB lijst kan ontdekken en die
van een andere Zeeuwse vereniging over
het hoofd ziet of misschien niet wil zien.
Bij de bronzen-medailles komt n.l. ook
voor mej. R. Vergauwen van de Bruin
vis uit Sas van Gent, voor haar presta
ties op de 200 m. schoolslag. Aangezien
Sas v. Gent ook tot de provincie Zeeland
behoort en tot de kring Zeeland der
KNZB zijn er dus niet 2 maar 3 KNZB-
medailles naar Zeeland gekomen. Ver
meldenswaard is ook nog dat ook in 1954
mej. Vergauwen de prestatie-medaille
werd toegekend.
Ik hoop na bovenstaand exposé dat U
genegen bent dit artikel te herroepen en
alsnog mej. Vergauwen en de Bruinvis
de eer te geven die hen toekomt. Ik acht
dit van groot belang vooral voor de abon-
né's van Uw blad in Sas van Gent en
omgeving.
E. DE VRIEND
Secretaris
Van eenzijdigheid kan hier beslist
j geen sprake zijn, daarvoor is de des
betreffende correspondent te serieus
met zijn berichtgeving. Er is hier dus
zonder meer van een misverstand
sprake, waarvoor dezerzijds gaarne
excuus. Overigens, proficiat Raymon-
de in „De Bruinvis". (Red.)
Met alle aandacht heb ik gelezen in
uw blad van zaterdag j.l. 21-l-'5«, het
schrijven van een Meh. N.L. over die
renleed (II). Nu moet ik in vele opzich
ten die meneer gelijk geven, maar dat
hij schrijft, de waakhond is waardeloos,
nu dan moet mij van het hart dat er
vele mensen zijn die géén goede hond
waard zijn, maar als die meneer eens
wil zien wat een waakhond waard is,
dan moet hij eens bij mij komen kijken.
Maar laat hij dan niet zijn beste pak
aan trekken. Hoevele mensen hebben
hun leven te danken aan een goede
waakhond?
Hetzij met brand, of diefstal? Maar
wat denkt u van de loslopende honden?
Ik zie dat dagelijks een hond wordt uit
gelaten, want dat moet, maar de eige
naar laat de hond zijn buurmans tuintje
omwoelen en hij laat dat dier bij een
ander voor de deur zijn behoefte doen.
Is het geen hoog tijd dat daar ook eens
naar wordt gekeken, net als in andere
plaatsen? Daar moet hij aan de lijn en.
zetten ze hem langs de stoep in de goot,
zodat ook de wandelaar daar geen hin
der van heeft. Maar juist al die hon
den die maar raak lopen en niet goed
zijn opgebracht, die zijn waardeloos.
BREDA.
M. v.d. K.
In het ingezonden stukje Dierenleed (1)
in de krant van 21 januari, heb ik ge
zien dat er toch nog meer dierenvrienden
zijn die medelijden hebben met de kalf
jes bij de Hero-fabriek. Reeds ruim 2
jaar ben ik inwoner van de stad Breda,
en al die tijd heb ik daar die kalfjes zien
lopen of liggen in sneeuw en regen en
2 maal ben ik er al voor bij de politie
geweest waar ik als antwoord kreeg:
Daar kunnen wij niets aan doen want ze
kunnen binnen. Ja, als je dat binnen
noemt, weet ik niet meer wat buiten is.
Want het zijn wat oude golfplaten, waar
het hokje van gemaakt is met allemaal
gaten er in waar de wind overal door
jaagt, en als je er in kijkt, ligt er wat
stro in, dat bevuild is door ontlasting en
half opgegeten van de honger. En meer
dere malen (ik kom er bijna elke dag)
heb ik gezien dat de beesten geen drink
water hadden door bevriezing en dan
moeten ze maar dorst lijden; is dat een
goede verzorging? Deze eigenaar is in
elk geval geen landbouwer, want die zor
gen beter voor hun vee.
BREDA,
J. VOGELS.