Veelzeggende vondsten het Witte Eiland op STOPPELMANS Vacantieprijzen 1.69 1.98 1.19 4.90 STATIONSDIENST „WIJ GELOVEN, DAT WIJ DE DOOD GOED ONDER OGEN KUNNEN ZIEN IJzeren Gordijn55 begint te slijten groot winkelpand Het noodlottig einde van de expeditie-Andrée Te huur of te koop gevraagd BEDRIJFSLEIDER 6 GROTE ZWIJGEN DUURDE 30 JAAR Thuis 7.5 v.m. Voordeeltjes voor een aangename vacantie NOG GOEDKOPER te maken! AANBESTEDINGEN VERTEGENWOORDIGER Adverteren doet verkopen! 0. P. VAN MAREN N.V. ASMANN VAN BOXTEL OP EERSTE STAND TE BREDA Maatschappelijk Werker DAGBLAD DE STEM VAN ZATERDAG 20 AUGUSTUS 1955 Op zijn verjaardag (4 September) krijgt Strindberg brieven van zjjn verloofde en fami lie-leden, die Andrée voor hem heeft meege bracht. Ter ere van zijn verjaardag valt Strind berg in het water, wat veel schade aan het voedsel veroorzaakt. Maar men gooit niets weg: het brood wordt gedfoogd en de biscuits-massa wordt samen met natte cacao tot pap verwerkt. De reis begint hopeloos te worden. Het pakijs voert hen steeds verder weg en al hun koersberekeningen worden hierdoor in de war gestuurd. Men weet het: ook de Zeven Eilanden zullen niet bereikt worden. Met gedunde voor raden, uitgeputte krachten en gebroken sleden Er worden zoveel beren en zeehonden geschoten, dat de wintervoorraad veilig is gesteld. Strindberg begint een huis te bouwen. Hij mengt sneeuw met zoet water, bouwt hiervan een muur en laat deze bevriezen. Het resultaat is goed en op 23 September schrijft Andrée: „De hut begint eni ge vorm aan te nemen. Als het weer zo blijft,zullen wij ons huis na enige dagen kunnen betrekken." 55 Het mag niet zo zijn. 55 De schots, waarop de hut, die zij „Het Tehuis hebben genoemd, is ge bouwd, begint vlak bij de hut af te brokkelen, terwijl de persing van het ijs hen hoe langer en dichter naar „Het Witte Eiland" drijft. Op de 1ste October de tempera tuur is 10 gr. C. horen 's morgens een angstjagend gekraak. Op het zelfde moment stroomt het water de hut binnen. De mannen rennen naar naar buiten en zien hoe de grote schots in kleine schotsen is versplin terd. De plek, die hen overblijft, is slechts vier en twintig meter in doorsnee en de hut hangt uit zijn ijzige voegen „Opwindende situatie", schrijft Strindberg laconiek in zijn aanteke ningen en toch blijft men de nacht van de le op de 2e nog in de hut. „THUIS 7.5 V.M." De aantekeningen worden nu zeer schaars. Op 5 October schrijft Strind berg: „Verhuisd naar de wal," de 6e: „Sneeuwstorm, verkenning", de 7e: „Verhuizen". Uit een samenvoeging van de meer dan dertig jaar later gevonden over blijfselen kan men aannemen, dat het volgende is gebeurd. In storm met sneeuw en regen hebben de Poolreizigers de ijsvrije Zuid-Westpunt van het eiland ver kend en geconstateerd, dat de bodem bestond uit afgebrokkelde rotsen en kiezel. De sleden werden na de lan ding op dezelfde plaats gelaten, ter- 5? zullen zijn de Poolwinter moeten ingaan. Er wordt een grote schots gevonden, waarop men het kamp zal opslaan. „Ons humeur is vrij goed, ofschoon grappen en glimlachen niet veel meer voorkomen", schrijft Andrée. Op 15 September ontdekken zij een eiland, dat volgens berekeningen Het Witte Eiland moet zijn. Het ligt op een afstand van ongeveer tien kilometer en de mannen zien geen kans er te landen. De drift van het ijs, waarop zij zich bevinden, is groot. Zij hopen, wanneer dit zo een paar weken blijft, dat zij zich mis schien kunnen redden op één der eilanden ten Oosten van Spitsbergen. wijl men het kamp opsloeg op een plek, die wat hoger lag. De goederen werden naar de kampeerplaats ge sleept, waar de tent stond. Toen be gon de verzameling van drijfhout en werd er een plan gemaakt voor de bouw van een nieuwe hut. De laatste aantekening ls van Strindberg: De datum is Zondag, 17 October en er is slechts geschreven: „Thuis 7.5 v.m.". Het is een aanteke ning, die weinig zegt, alleen dit, dat de drie dappere mannen op de 17e nog in leven waren. Daarna valt het grote zwijgen, dat meer dan dertig jaar duren zal... Dertig lange jaren, waarin Andrée, Strindberg en Fraen- kel van de wereld schijnen te zijn weggevaagd. EEN ALUMINIUM DEKSEL In de zomer van 1930 is er veel sneeuw gedooid op het Witte Eiland. Er zijn meer zeehonden dan anders én daarom legt de Noorse zeehonden jager Bratvaag, die ook bij weten schappelijk onderzoek is ingescha keld, op 5 Augustus aan in de kleine baai. Vroeger in de zomer was er nog een ander schip geweest, de „Han- seat" uit Tromsö. Dit schip was uit gezonden om naar de overblijfselen van Nobile's luchtschip te zoeken. TRADITIE-GETROUW BEELDIGE SOUPELE TAFT RUITJES, kreukvrij, was- en kleurecht in vele kleur-combinaties o.a. zwart-wit, 90 cm., nu EEN KEUR-COLLECTIE IMPRIMé's extra mooie popeline, bedrukt met dessins, waaruit U een keuze kunt maken voor jong en oud, 90 cm. nu CLOQUETTE, bedrukt met frisse bloemdessins. gemakkelijk voor een gezel lige „house-coat" of een jurkje om „zo" in te schieten, 80 cm. nu Wij vragen Uw speciale aandacht voor de volgende unieke maar daardoor tevens tijdelijke aanbieding, een van onze beroemde SERIE-VERKOPEN! WOLLEN JAPONSTOF, fantastische kleuren, sortiment 130 cm. MATTING ROKSTOF, zeer solide, alleen beige en grijs 140 cm. WOLLEN RUITEN, o.a. kleine Schotse ruitjes voor kin- der-plooirokjes nu 140 cm. WOLLEN PIED DE POULE in zwart-wit en een aparte 140 cm. FANTASIE JAPONSTOF, div. dessins 130 cm. Tot slot nog enkele artikeltjes, die iedere dag van pas komen! Georgette blouse zijde, alleen wit, leuk ruitje o f streepje, 90 cmnu 1.69 Schattige kinderflanel, jadaar moet u nu reeds aan denken! 70 cmnu 1.59 Een zomerstofje, om een sterk werkjaponnetje van te maken, was- en kleurecht, in lila, blauw en mais, 90 cmnu 1.49 EN VERDER NOG HONDERDEN KOOPJES, GEZELLIG GEëTALEERD IN ONZE SPE CIALE VACANTIE-ETALAGES. De grootste speciaalzaak voor dames- en herenstoffen! BOSSTRAAT 20 TEL. 91 3 BERGEN OP ZOOM Men vindt een trommel, een pin en een massa drijfhout, dat niet door de zee kan zijn aangespoeld, maar aan de expeditie-Andrée wordt niet ge dacht. Het Witte Eiland manifesteert zich aan de bemanning van de „Brat vaag" als een schitterend wit schild dat schijnt te drijven op de golven, waaruit het met steile ijswanden op rijst. Er heerst een doodse rust, die de mannen zich wat beklemd doet voelen. Men werkt daarom hard. Op de 6e Augustus onderbre ken de 17-jarige Olav Salen en de 24-jarige Karl Tusvik even het werk om drinkwater te zoe ken. Ze doorwaden een riviertje en vinden aan de andere kant 'n aluminium deksel. Dat is een vreemde vondst op een onbe woond .Pooleiland Ze kijken nog even rond en zien dan een donker voorwerp, dat half ver borgen is door een sneeuw hoop. Het blijkt een zeildoeken boot te zijn. De jongens rennen terug naar het strand om de an dere leden van de bemanning te halen. En dan ontsluiert kapi tein Eliassen het geheim: in de boot liggen vele voorwerpen, die gemerkt zijn: „Andrée's Pool Expeditie 1896". Tussen boothaken e.d. ligt een boek, nat en zwaar, maar zo gaaf, dat men zien kan, dat dit het observatiehoek was van de expeditie met een lijst van proviandvoorraad, menu's, astro nomische observaties enz. Op tien meter van de boot vindt men een menselijk lichaam, achteruit geleund liggend tegen de rotswand. De jas is nog zo intact, dat men aan de bin nenkant op de rug het monogram A kan herkennen. Vol ontroering staat men bij het door beren geha vend stoffelijk overschot van Andrée. Niet ver van het lichaam ligt een geweer en op enkele verspreide kle dingstukken staat een primus, die met parafine is gevuld en nog werkt. De mannen zijn nog bezig allerlei voorwerpen te verzamelen, als op vijf-en-dertig meter ten Noorden een graf wordt ontdekt. Het bestaat uit een hoop stenen, waaronder een paar Lappenlaarzen uitsteken. Men hakt het vastgevroren lichaam los en ziet aan de initialen, dat het Strindberg is. Strindberg, die dus eerder dan Andrée gestorven'moet zijn. De stoffelijke overschotten en de andere voorwerpen worden aan boord gebracht en de andere dag vertrekt de „Bratvaag". Op 8 Augustus ont moet men een zeehondenjager, die eerder in Noorwegen zal zijn en kapi tein Eliassen vraagt de ontdekking te willen melden. Nog geen maand later roept men de „Bratvaag" per radio terug. Het schip wordt bij de Noorse kust opgewacht door een oor logsschip, met aan boord de door de Zweedse en Noorse regering benoem de commissie tot het in ontvangst ne men en conserveren der vondsten. Onder grote eerbewijzen worden de twee stoffelijke overschotten aan land gebracht. WAAR IS FRAENKEL? Op 5 September landt een andere boot op het Witte Eiland. Het is de „Isbjörn", die zal trachten de laatste resten der expeditie te vinden. Het is immers nog steeds een mysterie of Fraenkel ook op het Witte Eiland is geweest. Men vindt gemakkelijk de steen hoop terug, die Kapitein Eliassen op het graf van Andrée heeft opgericht. De sneeuw is nog verder gedooid en al spoedig worden sleden, kleding stukken, een trommel met onaange roerde proviand e.d. gevonden. Ook vindt men tussen ijswater en stukken ijs het lichaam van Fraenkel. De laatste vondst is een paar vol komen onbeschadigde sneeuwschoe- nen. De „Isbjörn" vaart naar Tromsö terug en op Zondagochtend, 5 October kan 't Zweedse oorlogsschip „Svens- kund", dat in 1897 Andrée en zijn vrienden naar Spitsbergen had ver voerd, met de stoffellijke overschot ten aan de pier in Stockholm landen. Op de kade staat Koning Gustaaf, die de eerbewijzen brengt. Kanonschoten bulderen en alle klokken luiden. In de kerk leest de Aartsbisschop boven de drie katafalken de woorden voor, die men in Andrée's dagboek vond: „Wij geloven, dat wij de dood goed onder de ogen kunnen zien, nu wij gedaan hebben wat wij hebben gedaan." Nog drie dagen blijven de kisten in de kerk, zodat het Zweedse volk afscheid kan nemen van zijn dappere zonen. Dan worden de lichamen tot as verbrand. DE DOODSOORZAAK Met grote zorgvuldigheid heeft men alle voorwerpen, die van de expeditie restten, geconserveerd. Het belang rijkst waren de dagboeken en aante keningen, waaruit het hele verhaal van het lijden der mannen in korte, sobere bewoordingen was te lezen. Er waren beschadigingen, maar deze konden worden aangevuld. Het meest ontroerend waren de foto's, waarvan men de negatieven in metalen cylin ders verpakt, gevonden had. Men ziet hierop o.a. de mannen bij door hen geschoten beren en bezig een zware slede tegen pakijs op te In het vorige artikel hebben we gezien, hoe de Zweed Salo- mon August Andrée met zijn gezellen Strindberg en Fraenkel J in het Poolgebied ronddolen, S nadat ze Frans Josef Land heb- ben gemist en nu trachten de Zeven Eilanden te bereiken. Nu volgen we hen verder op hun tocht naar het noodlottige S einde duwen. Deze foto's vertellen het ver haal, dat de mannen zelf niet meer konden vertellen. Dagboeken noch foto's lossen ech ter het raadsel op, hoe Andrée, Strindberg en Fraenkel gestorven zijn. Volgens de vondsten waren de over winteraars goed van vlees voorzien. Er waren wapens met genoeg patro nen. Er waren honderd dozen met wind- en gewone lucifers. De primus was vol met parafine en de mannen hadden drijfhout genoeg verzameld. Bij de bestudering van de kleding- uitrusting echter is men tot de over tuiging gekomen, dat deze onvol doende was. De tent bestond verdei slechts uit gevernist ballondoek en was waarschijnlijk op vele plaatse» beschadigd. Er was maar één slaap zak voor drie mannen en het is zelf» heel goed mogelijk, dat men hierin Strindberg's doodsstrijd heeft moeten meemaken. Zij hebben nog de kracht gehad hem te begraven. In Andrée's zak vond men verschillende voorwer pen, die eigendom waren van Nils Strindberg, zoals een gouden medail lon met een portret van zijn verloof de. In Fraenkel's zak werd Strind- bergs' journaal met aantekeningen gevonden en een vulpenhouder, die nog met inkt was gevuld. Belden hebben Strindberg dus overleefd. Fraenkel en Andrée zijn, naar de verschijnselen te beoordelen, naast elkaar en bijna gelijktijdig in de tent gestorven. Ervaren Poolreizigers ne men aan, dat de koude een eind aan hun moedige leven heeft gemaakt. „Wanneer zij, die de moed hebben het te doen, te goed zouden zijn voor het werk, wie zouden het dan moeten verrichten?" Deze woorden vond mer, in Andrée's aantekeningen. Men heeft hem dikwijls eerzucht verweten, maar kan men pionierswerk doen zonder gezonde eerzucht? Na de laatste oorlog werden de betrekkingen tussen Rusland en de Westelijke Geallieerden geleidelijk slechter. De grens tussen „Oost" en „West" werd steeds scherper ge trokken, althans tot voor kort. In de wandeling heette die grens „het ijzeren gordijn". Van meet af aan zijn er tal van sluipgaten in dat gordijn geweest. Sedert 1954 zijn sommige van die ((voormalige) sluipwegen min of meer officiële paden geworden. Over en weer werden de autoriteiten kwistiger met de verstrekking van vergun ningen om door het ijzeren gordijn te gaan. Vooral in Oost- en West- Duitsland was dit het geval. Tussen West-Duitsland en Tsjechoslowakije bleven de clandestiene grensover schrijdingen echter heel wat talrij ker dan de officiële. Nog heden ten dage doen in dat grensgebied de sluipgaten welhaast iedere nacht dienst. De Tsjechen zowel als de Duitsers beschouwen het ijzeren gordijn tussen hun landen als een normale, zij het dan wel erg geslo ten grens. De illegale grensover- schrijders daar zijn enigszins te ver gelijken met de smokkelaars in het Nederlands-Belgische en Neder lands-Duitse gebied aan de grens. Het ijzeren gordijn tussen Oost- en West-Duitsland daarentegen zien de bewoners aan weerszijden als een kunstmatige scheidslijn. Dat gordijn slijt vanzelf wel (kan men zowel in Maagdenburg, Eisenach en Erfurt als in Brunswijk, Kassei en Fulda horen), daar zijn heus geen conferenties op welk niveau ook voor nodig. Het is al een heel eind gesleten in de afgelopen 10 jaar. Op sommige plekken kunt u al be ter spreken van „ijzeren vitrage", zo poreus is het daar! Deze natuur lijke slijtage" van het ijzeren gor dijn zal stellig bij de lopende be sprekingen tussen Bonn en Moskou een duit in het zakje doen, al zullen nota's het woordje „slijtage" niet bevatten. VERHOGING ZEEDIJK WILHELMINAPOLDER Het bestuur van de Waterkering van df calamiteuze polders Oost-Beveland" en „Wilhelmina" heeft in café van Sabbefl te Wilhelminadorp aanbesteed het ver< hogen van de zeedijk van de Wilhelmina» polder ter weerszijden van de boiitenha* ven van Goes met een gewapend-beton- muur. Dit onder nadere goedkeuring vaa Ged. Staten van Zeeland. De inschrijvers waren: L. Dekker, Vlis- singen 46.900; W. v.d. Berg, Bruinisst 45.750; K. Lucasse, Walsoorden 45.400; J. Dekker, Brouwershaven 45.000; L. van Popering, Bruinisse 43.950; fa. A. Ottf en Zn. Nieuwdorp 41.300; N.V. Wegen bouwbedrijf J. de Kroon, Rhenen 40.777; L,. v.d. Klippe, Vlissingen 40.600; L. Zwar. tepoorte, Kloetinge 39.800; P. de Regt, Verneuzen 37.900; J. Haringman, Goer 36.000. Behoudens goedkeuring van G.S. werd het werk aan de laagste inschrijver ge gund. PUDDINGFABRIEK (MERKARTIKEL) Wij.vragen: Jonge harde werker, in staat door intensief winkeliersbezoek rayon op te bouwen. Sollicitant moet prima ingevoerd zijn in de koloniale warenbranche in West-Brabant. Standplaats Breda of directe omgeving. Wij bieden een zelfstandige werkkring, vast salaris en on kostenvergoeding. Bij gebleken geschiktheid levenspositie. Jndien'U meent aan bovenstaande primaire eisen -ta kun nen voldoen verwachten wij gaarne Uw sollicitatie, die met discretie zal worden behandeld, met opgaaf van Uw tegenwoordige werkkring reden van verandering en ver langd salaris onder no. 41764-00 bur. van dit blad. M. SCHAPENDONK' S LEDERWARENFABRIEK WAALWIJK vraagt voor haar plastic-Iasafdeling te Raamsdonksveer een afdelingschef die met de algehele leiding van deze afdeling zal worden belast. Gezocht wordt een energieke vin dingrijke man, die tevens kan assisteren hij het ontwikkelen van nieuwe producten. Vakkennis is wenselijk doch niet noodzakelijk. Min. opl. MULO, leeft. max. 35 jr. Bij gebleken geschiktheid levens positie. Eigenhandig geschreven brieven met voll. inl'.. liefst vergezeld van pasfoto te richten aan het Gemeenschappelijk Iristituut voor Toegepaste Psychologie. Wilhelminapark 25, Tilburg. m L00NTWIJNERIJ TE TILBURG zoekt een die in staat moet zijn de dagelijkse leiding van het bedrijf op zich te nemen, daarnaast toezicht te houden op de tarihëring en de kwaliteitszorg. Gezocht wordt een kracht met ervaring op het gebied van twijnen van diverse soorten, waaronder in het bijzonder van synthetische garens. Leeftijd niet beneden 30 jaar. Sollicitatiebrieven tn handschrift met vol ledige levensbeschrijving te zenden onder no. 23 aan het TWENTS INSTITUUT VOOR BEDRIJFSPSYCHOLOGIE Grundellaan 18, Hengaio (O) I Kantoor te Breda heeft prettige werkkring voor de navolgende employé's (R.K.): a. STENO TYPISTE; b. TYPISTE c. Vr. adli«1a. KRAUHY 4 Beh. schoolopleiding en ontwikkeling gewenst, zomede ambitie tot vlot en correct werken. Br. m. voll. inl., ref. en verl. sal. onder no. 41921. TAXATIES Makelaarskantoor Veemarktstraat 62 Breda vraagt EEN STUCADOOR en EEN OPPERMAN Loopschansstraat 12 Breda Tel. 3983. y f - BRIEVEN AAN DE LA MAR, EINDHOVEN Te BRHDA zal bij voldoende deelname in OCTOBER a.s. een NIEUWE CURSUS beginnen voor het diploma Prospectus en aanmelding bij de Rector der R. K. Leer gangen te Tilburg. 763-00 N.V. NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN Jongemannen hebben de gelegenheid ter opleiding te worden geplaatst bij de Solliciteren kan ieder, die goed gezond is Mulo- of daaraan gelijkwaardig diploma bezit 20 jaar of ouder, doch nog geen 31 jaar is. (In speciale gevallen kan van de maximum leeftijds grens worden afgeweken). Geboden worden: een levendige, afwisselende werkkring veel omgang met publiek administratief werk en tewerkstelling als opzichte' op de perrons en emplacementen extra beloning voor nacht- en Zondagsdienst vervoersfaciliteiten kosteloze dienstkleding bij tewerkstelling in de buitendienst tegemoetkoming in pensionkosten spoedige aanstelling in pensioengerechtigde dienst bezoldiging na het bereiken van de 23-jarige leeftijd van ƒ3024,— per jaar tot ƒ4644,— als adjunct commies (1e loonklasse) verdere bevorderingsmogelijkheden tot commies- titulair en chef van een klein station. Sollicitaties te richten aan de Dienst van de Exploitatie, 2e Afdeling, der N.V. Nederlandsche Spoorwegen te Utrecht. Desgewenst worden door deze Afdeling nadere i ^inlichtingen verstrekt.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1955 | | pagina 10