In Chicago doodde robot zijn geniale schepper I Walter Kiaulehn schreef het epos van de machine PAPIER VOOR PEN Leren zak vol gevoel Schakende Turk van blik werd op simpele manier ontmaskerd 5 DERDE BLAD ZATERDAG 25 JUNI 1955 TP1 Na de alchimist: de ingenieur U perst dagelijks 3 kg vocht en voedsel door uw maag iEN HEEL E1SKELE MAAL treedt uit het 1 grote, grijze schrijversleger plotseling een man naar voren, die als het ivare in één reusachtige greep samenvat, ivat alle ande ren bij stukjes en beetjes poogden te be schrijven. Alle romans schrompelen dan ineen tot niet meer dan opgetekende hele- venisjes en alles ivat tientallen auteurs pro beerden onder tvoorden te brengen, krijgt een magjstrale synthese in dat ene werk, dat daardoor meteen een groot werk is. Welke tak van de literatuur men ook be kijkt, overal vindt men minstens één zo'n.... men zou bijna zeggen universeel meester- iverk. Enkele jaren her was het dr. K. Bou- man, die met zijn „Revolutie der Eenza men", beter de zin van de wereldgeschiede nis vermocht te verwoorden dan alle ge schiedschrijvers van de laatste tijd samen. Dit jaar is er een tegenhanger van dr Bouw- mans boek verschenen. „IJzeren Engelen" heet het en de schrijver is Walther Kiau lehn: een journalist, die na jaren van inten se studie het epos heeft geschreven van de geboorte, de geschiedenis en de macht van de machines. Uitgeverij P. Vink, Antwer- pen-Tilburg, heeft een vertaling van dit zeldzame boek uitgegeven. De uitvoering van „IJzeren Engelenis in verzorgdheid evenredig aan de inhoud. Kiaulehn, een Duitser van geboorte, is een man die gelóóft in de mens. Die ook gelooft in de machines, die de scheppingen van de mens zijn. Op historische gronden toont hij aan, dat het er de machine nooit om begonnen Is, de mens uit te schakelen. De allereerste ingenieurs, die hun primitieve stoommachines vervaardigden verschilden in wezen niet van onze tegen woordige machinebouwers. Tegen dat „onnutte duivelsding" van een stoom machine koesterde de mensheid nog maar kort geleden, evenveel haat als tegen de kracht in óns tijdperk. Elke nieuwe vinding, elke nieuwe toepas sing van natuurkrachten voo^ verhoging van productie, ondervond weer stand. Doch de ingenieur, die wonderlijke half-kunstenaar, half-ambachtsman ging voort en de tijd gaf hem ge lijk. Het zijn de machines, zo tooijt Kiaulehn aan, die de mensheid uit de slavernij hebben verlost. Hadden de Egyptenaren machines bezeten: ongetwijfeld zouden niet duizenden mensen bij de bouw van de pyrami- des zijn bezweken. Doch niet altijd waren de machines er om de mensheid te helpen ver lossen. van de slavernij. De eerste machines werden gebouwd tot ver maak en lering van de rijke vorsten. De ingenieurs - nog maar ternau wernood ontwassen aan hun alche- mistiséhe verleden - moesten kostba re en ingenieuze waterwerken bou wen. 'Fonteinen en andere snufjes verschenen in de parken van de paleizen. HOMUNCULUS pelen ertoe aangezet een automaat te bouwen, die niet alleen kon spreken, maar ook kon denken. Waarschijn lijk zweefde de geniale man, die al eens een sprekende pop had vervaar digd, een mechanisme voor de geest, waarin bepaalde en vast te leggen, vatbare gedachtenprocessen een aan eenschakeling van eveneens vastge legde bewegingen zouden veroorza ken. Kempelen wilde zijn idee de ge stalte geven van een kunstmatige schaker. De automaat moest in staat zijn met een echt mens een partij- De schakende Turk van Wolfgang von Kempelen, uit 1769. Kiaulehn beschrijft hoe naief de ingenieur in die dagen was. Toen de stoomkracht werd ontdekt, geloof de men reeds tot het wezen der dingen te zijn doorgedrongen. Wij, die de splitsing van atomen kennen, geloven op onze beurt, dat we tot het diepste zijn doorgedrongen in de materie. Sommige dingen blijven, de eeuwen door, gelijk en Walther Kiau lehn toont dat op meesterlijke ma nier aan. Een heel hoofdstuk in „IJzeren Engelen" wijdde hij aan, wat hij noemt, het verlangen naar Homunculus. Hij schrijft dan „Even als er thans nog onverbetelijke men sen bestaan, die er vast aan geloven dat op zekere dag toch het perpe tuum mobile (de eeuwigdurende be weging) zal worden ontdekt, zo be stonden er in vorige eeuwen ook velen, die dachten dat men een auto maat zou maken, die de mensen ver vangt. Ook in onze eeuw is het ge loof aan de „robots" nog niet geheel uitgestorven. Op de wereldtentoon stelling der twintiger jaren, werden door verschillende uitvinders „ro bots" ten tonele gevoerd. Het woord „robots" is aan het Tsjechisch ont leend en het betekent „arbeider". Op de radio-tentoonstelling van 1932 in Londen was een robot te zien, die de krant voorlas en die iemand precies vertelde hoe laat het was, als men hem dat vroeg. Het geheim van deze, naar de vorm van een mens gebouwde figuur van staal was niet erg moeilijk te doorgronden. De robot had een systeem van gramo- foonplaten in zijn buik zitten, waar alles opstond wat de man te berde kon brengen. De tijd-platen werden iedere morgen voordat de tentoon stelling geopend werd, opnieuw in gesteld. De ontwikkelde mensen van de twintigste eeuw stonden vol ver-' bazing afgrijzen en bewondering naar deze robot te kijken. Het is blijk baar altijd erg moeilijk geweest te begrijpen, dat de echte mens zich van de automaat onderscheidt, door dat hij niet alleen kranten kan le zen, maar het gelezene ook begrijpt, en niet alleen kan zeggen hoe laat het is, maar ook weet hoeveel sla gen de klok heeft laten horen. Op de wereldtentoonstelling van Chicago - tegelijk met de Londense radiotentoonstelling - werd in Ameri ka een andere robot beroemd. Deze kon lopen, staan, zitten, praten en allerlei werkjes verrichten, zoals rui- tenwassen en spijkers in het hout slaan. De eigenaars van de robot hadden hem van een ingenieur ge kregen, die, toen hij hem aan de kermisexploitanten verkocht, een merkwaardig ongeluk opliep. Hij bracht namelijk een schroef in orde in de arm van de kunstmens en daar bij kwam de ijzeren vuist van de robot op het hoofd van de uitvinder terecht en verwondde hem zo erg, dat hij later stierf. Deze robot werk te twee jaren lang naar behoren. Toen ging hij stuk. Zijn bezitters brachten hem naar een electromon- teur, die het geheim van de kunst mens ontdekte. EENS ZWEEG HIJ Schrijvend kind. Automaat van Uier- re Jaquet-Droz, 1760. Links het me chanisme van de automaat met (on deraan) de schijf waarmee de te schrijven tekst werd vastgesteld. robot op de Londense radioten toonstelling van 1932 In het inwendige van de automaat bevond zich allereerst een apparaat, dat door een stelsel van electrisch gedreven tollen, het hele mechanis me zo regelde, dat de robot nooit het evenwicht kon verliezen. De pop werd door electriciteit en geperste lucht in beweging gebracht. In de kop van de robot was een antenne verborgen. Deze ving de electrische schokken op, die draadloos op haar toekwamen. Van de antenne uit be woog de stroom zich naar de con tacten van het apparaat. Een be paald signaal deed de samengeperste lucht in de rechterarm stromen, die dan omhoog ging, een ander signaal deed de linkerarm bewegen, een der de en vierde de benen enzovoort. Werden de signalen in het juiste rythme gegeven, dan liep en bewoog de robot zich precies als een mens. Hij sprak door een luidspreker en keek met electrisch verlichte ogen de wereld in. Hij gaf antwoord op al vragen en zweeg maar één keer, namelijk toen iemand hem vroeg: „Hoeveel mensen bedienen je, ro bot?" De ontmaskering van de robot was voor de Amerikanen een grote sen satie. De kranten betaalden de eige naar van de werkplaats mooie som men voor ieder nieuw stukje geheim dat zij wensten te publiceren. Het geheugen van de mensheid is maar kort. De robot die eerst zijn schep per de hersens insloeg en naderhand alle bovennatuurlijke glans verloor omdat er een schroefje bij hem was losgegaan, had al veel voorgangers gehad. In het gunstigste geval wa ren ze allemaal heel aardig uitge dacht en voortreffelijk in elkaar ge zette stukken speelgoed, meer niet. Toch heeft de wereld zich altijd hartstochtelijk door deze Golems la ten overbluffen en zij is telkens maar blijven geloven dat op een goede dag toch beslist de mens zal wor den ontdekt, die zonder gevoel en zonder last te krijgen van ziekte, het werk van ons kan overnemen. De grootste bluf die er ooit met een automatische mens is uitgehaald, komt voor rekening van Wolfgang von Kempelen, een Wener. Deze reis de op het einde van de 18e eeuw met een automatenkabinet de wereld door. In dat kabinet bevond zich als het grootste van alle wonderen een nagemaakte Turk, 'n muzelman van blik, die beter kon schaken dan de meeste mensen. Keizerin Maria Theresia had Kem- tje schaak te spelen. Wie maar even 1 nadenkt, zal inzien, dat zo'n machi ne niet alleen reusachtige afmetingen zou moeten hebben, maar dat zij ook nooit ofte nimmer onberispelijk zou kunnen functioneren. Zelf denken kan een automaat niet. In het beste ge val kan hij het alleen maar schijn-1 baar zelf doen. In de automaat van Kempelen zou men de duizendvoudi ge mogelijkheden van het schaakspel op walsen hebben moeten zeggen en die walsen zó moeten inrichten, dat zij de beste van die mogelijkheden de automatische speler als het ware in de hand zouden geven. Niettemin verraste Kempelen op een goede dag het publiek met een automatische schaker Deze automaat overtrof alles wat tot dan toe be staan had. Het was een reusachtige Turk van blik, die voor een schaak bord zat. Iedereen kon zich tegen over hem zetten en een spelletje schaak met hem beginnen. Meestal won de Turk. SCHRIJVERTJE Het automatenkabinet van Kempe len was een van de aantrekkelijkste sensaties van Europa geworden. Zijn belangrijkste attracties waren de Turk de sprekende pop en „de schrij vende jongen". Deze was gebouwd door een instrumentmaker, zekere Droz. De schrijvende jongen zat aan een lessenaar en schreef heel netjes, terwijl hjj zijn ogen tussen zijn schrift en het voorbeeld heen en weer liet gaan,langzaam en nauwkeurig alles over, wat zijn meester hem voor legde. Maar op zekere dag was het uit met de pret. Bij een vriend der we tenschap was een klein, dwergachtig mannetje verschenen, dat verklaarde een medeplichtige van Kempelen te zijn. De automatische Turk was he lemaal niet met wieletjes en walsen opgevuld, zoals de mensen dachten. (Hier moet gezegd, dat degenen die met de Turk gingen schaken, inder daad - schijnbaar in het inwendige van de kunst-mens - allerlei rader tjes en hefboompjes zagen zitten.) Maar wat de mensen zagen was al leen maar optisch bedrog. Kempelen had enkele schroeven en wieltjes op spiegelglas gezet en in de tafel vóór de Turk ingebouwd. Misleid door de werking van de spiegel, moesten de mensen de indruk krijgen, dat de automaat helemaal met een me chanisme gevuld was. In werkelijk heid echter, was de tafel voor de Turk hol en hij, de dwerg die van kindsbeen af de schaakkunst meester was, zat in de automaat en bedien de hem. MODE-LITERATUUR Het verhaal van de dwerg werd door de feiten bevestigd. Kempelen was geblameerd en hjj bracht de rest van zijn leven door met over de on dankbaarheid der mensen na te den ken. De schakende Turk kwam in Ame rika terecht en werd daar niettemin met open armen ontvangen. In de vijftiger jaren ging de Turk bij een grote brand, tezamen met de andere stukken van een panopticum verlo ren. In Europa hadden de Robots een nieuwe mode-literatuur ingeluid. De ze begon met een verhaal van de Berlijnse jurist Hoffmann. Een ge voelige jongeman, Ferdinand gehe ten, wordt verliefd op een schone vrouw, die een enkele keer aan hem is verschenen en daarbij een prach tig lied heeft gezongen. Daarna ver dween de vrouw. Ferdinand wil haar echter terug vinden en hij besluit raad te gaan vragen aan het nieuw ste orakel: een blikken Turk (hier werd posthuum hulde gebracht aan Kempelen), die op alle vragen ant- woord scheen te weten. Ferdinand J een mens een automaat ooit heeft vraagt de Turk waar hij zijn geliefde kan vinden en dan kraakt de robot „Ongelukkige, als je haar weerziet heb je haar verloren!" Het harteloze antwoord brengt de verliefde tot ver twijfeling. Maar tenslotte komt Fer dinand toch op een spoor van zijn beminde. Het blijkt een mechanische pop te zijn, die staat opgesteld in een rariteitenkabinet. Het verlangen van alle grote auto- matenbouwers wordt duidelijker door 't boek „Golem" van Meyrink, waar mee de Europese automateniitera- eindigt. Golem, de reus, gebouwd door de rabbi Low, leeft, ademt en handelt tengevolge van een spreuk, die de rabbi op papier geschreven heeft en hem in de mond heeft ge stoken De automatenbouwers wilden niet alleen het tastbare met het sprook jesachtige verbinden, zoals Karei Gutzkow zegt, maar zij allen wilden de automaten een leven ingeven, zo als God in de mensen gelegd heeft. God wekte de eerste mens door een ademtocht tot leven. Wat die adem tocht inhield, daar is te allen tijde veel over getwist. Sommigen meen den, dat God een getal heeft uit gesproken. Anderen geloven dat het een woord is geweest, „Agla" mis schien. In elk geval, zo dacht men, moest het mogelijk zijn, er met een kleine handigheid achter te komen en de automaten dan eveneens leven in te blazen en als mensen te doen handelen. Dit geloof is zo oud als de mensen. Homerus zingt van de gouden jon gelingen, van de ijzeren meisjes en van zilveren honden, die de smid Hephestos zich zo handig gevormd had. Over Alexander de Grote wordt verteld, dat hij in Klein-Azië een bouw gevonden heeft, die vol kunst vogels zat. Hun gezang klonk hemels mooi en zij hielden zich pas stad op een teken van bïil mééster. Hoe al les iri'zijn werk ging met de auto maten uit de oUdhejch weten wij uit de geschriften van Heron. Zij wer den in beweging gebracht door ge wichten en als zij daarij ook nog muziek moesten laten horen gébruik te men samengeperste lucht. Toen de kunst om uurwerken te maken zich vervolmaakte, en ook de veerkracht zijn intrede deed, in de Middeleeuwen dus, beleefde de bouw van automaten een nieuwe bloei. Toen Maximiliaan I naar Neurenberg de stad der klokkenmakers, kwam, schijnt hem een ijzeren adelaar te gemoet gevlogen te zijn. De kunst stukken van de instrumentmakers; kraaiende hanen gesticulerende apos telen en Christus, die vermanend de vinger opheft, werden zo beroemd, dat zich onder het onwetende volk legenden vormden over instrumenten makers, die hun ziel aan de duivel hadden verkocht. Er gingen verha len over vorsten die hun instrument makers de ogen lieten uitbranden, alleen om te voorkomen dat deze nog meer speeldozen en automateh van even grote schoonheid zouden maken voor anderen.... Dat zijn duis tere verhalen. De grondslag ervan is het verlangen van de mens, de Go den na te bootsen en mensen te vor men naar hun eigen beeld. Wie ech ter de levensloop van de grote auto matenbouwers nagaat, zal tot de ont dekking komen, dat de meesten van hen l'fus wel wisten waar hun gren zen lagen. Al degenen die meer wa ren dan avonturiers en fantasten erkenden al gauw. dat men met kam wielen, hefbomen, blaasbalgen en ve ren nooit ofte nimmer het geheim der goddelijke krachlen kan vervan gen. Maar tal van die mensen moes ten om de wille van hun levensonder houd wel doen wat de mensen van hen verwachtten Tot in de 19e eeuw hielden de vorsten er wonderdokters, alchimis ten en automatenbouwers op na. Zij verlangden de steen der wijzen van hen, goud uit lood en het perpetuum mobile. Zonder de alchmisten zou den het porcelein, het robijnglas en tal van andere dingen nooit ontdekt zijn en zonder de instrumentenma kers, die peinzend over het geheim van het perpetuum mobile, de merk waardigste automaten bouwden, zou de kunst van de mechanica nooit aan de perfectie zijn toegekomen, die wij tegenwoordig bijvoorbeeld in een modern planetarium bewonde ren. Eenieder heeft de dienaren die hij verdient. Waar verstandige vorsten met inzicht regeerden, slaagden de mechanici erin hun technische vaar digheid ten algemene nutte op te voeren. Welke aanmoediging heeft b.v. het technische genie van Leo nardo da Vinci van zijn vorstelijke opdrachtgevers ondervonden Leo nardo zou wel in staat geweest zijn om wonderwerken te wrochten. Maar zijn tijdgenoten vonden het wonder baarlijkste wat hij geschapen heeft, niet zij l schilderstukken en niet zijn technische bouwwerken, maar de on- derdaninge leeuw. Dit was een auto maat, die hij voor Frans I in el kaar had gezet. Deze leeuw kon rondlopen als een echte leeuw. Als de koning genoeg had van het spelletje, ligt hij een kluizenaar op de koning der wilder nis toeschrijden. Ook die eremiet was van blik en slechts een automaat. Hij had een staf in zijn hand en als de eremiet en de leeuw tegenover elkaar stonden, dan gaf de eremiet de leeuw een slag met zijn staf. Door die slag sprong dan de borst van het dier open en in de borst vertoon den zich voor het oog van de ver rukte toeschouwers de bloemen van het wapen der Valois! De Franse automatenbouwer Vauranson liet in 1738 in Parijs een kunrteend zien. 1 Die vogel deed het uiterste waartoe (Advertentie) Als u na een flinke maaltijd nog eens écht trek hebt in koffie met slagroom of in iets anders dat er net niet meer bij kan wanneer u door zittend werk of nauwsluitende kleding uw spijsvertering eenvoudig geen kans geeftdan gaan uw maag en in gewanden protesteren. Een opgebla zen gevoel, oprispingen, hoofdpijn en landerigheid, dit alles wijst er op dat uw spijsvertering een handje ge holpen moet worden. Neem een glas heerlijk bruisend Andrews Gezond- heidszout, twee lepeltjes op een glas water. Andrews verfrist tong en mond en, verdrijft voedselophoping uit maag en ingewanden. Het bevat - in smakelijke en prettige vorm - de ge neeskrachtige stoffen die storingen in de spijsvertering opheffen en voorkomen. Gun u geregeld 's morgens vroeg even tijd voor een heerlijk bruisend glas Andrews. Dan functionneert van binnen alles weer vlot en gaat u met méér plezier aan het werk. f. 1.65 per bus. i£k kunnen brengen. Hij pikte graankor rels op'en scheidde ze, verteerd en wel, 'weer uit. De eend oogstte gro- te bewondering. De mensen ,wjld£ni eenvoudig niet geloven, dat de zo genaamde stofwisseling van het dier .alleen maar doodgewone zwendel was. De zangers der automatenlitera- tuur meldden, dat men er rond 1830 in Londen in geslaagd was een automatische mens te maken, die nog ver boven de kunsteend uitging. Hy kon niet alleen lopen, staan en spreken, maar hij droeg ook zoals de satiricus Heinrioh Hei ne in die tijd zei: „in een Ieren zak in zijn borst een soort van gevoel, dat niet bijzonder veel verschilde van wat de Engelsen over het alge meen voor hun gevoel houden". Dit gevoel bracht deze robot tenslotte ertoe, achter zijn heer en meester aan te rennen en hem voortdurend in het oor te schreeuwen: „Geef me 'n ziel.' De gedachte, die zich hier open baart, heeft de Tsjechische dichter Karei Capek, overtuigend tot uit drukking gebracht. Hij laat de robot te gronde gaan, doordat hij geen pijn meer kan waarnemen. De robot steekt achteloos zijn ledematen in de machine die hij bedient. Hij laat ze gewoon verpletteren, omdat er geen pijn meer is, die hem waarschuwt voor het gevaar. Om de robot per fect te maken, moet men hem ont vankelijk maken voor pijn, en zo doende de grondslagen van gods dienst en filosofie bijbrengen. Om de mensheid te kunnen verlossen, moet de mens ,een mens maken. Dat is de ironische en tevens tragische conclu sie: in den beginne was de pijn. De pijn is het geluk en het leed van de mensheid, haar noodlot haar grootheid. ERE-DIRECTEUR Op 23 Juni 1950 werd te mijnen huize door de heren M. Vermeersen en P. Warnier, vertegenwoordigend de beide muziekverenigingen als voorzitter en onder-voorzitter, aan mij, als directeur van de harmonie Vlijt en Volharding mededeling gedaan van het voorstel, ge zien de toestand der verenigingen een fusie aan te gaan. Na ampele overwegingen kwamen zij met op schrift gestelde voorwaarden, waarvan twee punten voor mij van door slaggevende betekenis waren. 1.) Gust Eeckhout zou ere-directeur worden van de verenigde harmonieën met een jaarlijkse toelage van 250 gulden en zou als gastdirigent optreden bij be paalde gelegenheden. 2.) Hij zou tevens directeur van de muziekschool zijn, met als leraren Em. Eeckhout en Em. de Gucht. Na kennisneming van deze punten heb ik de heren het volgende meegedeeld: ,,Ik meen dan op deze basis een over eenkomst mogelijk is, en heb geen be zwaar dat de directeur van de Kon. Harmonie het leiderschap van de nieuwe vereniging op zich neemt, mits de punten 1 en 2 loyaal door de beide verenigingen worden aangenomen en onder uitdruk kelijk beding, dat ik de toelage niet wens te zien als een aalmoes, maar dat ik er voor wil werken, b.v. als repetitor"; waar de beide heren accoord mede waren. Een algemene vergadering van bestuur en leden der beide verenigingen is er nooit gehouden, wat m.i. noodzakelijk was geweest in dit geval, daar achteraf is gebleken dat één der verenigingen bezwaar maakte tegen punt 1 en 2. Op 1 Juli 1950, bij een aubade die onder mijn leiding stond, door de twee verenigingen, kon ik niet vermoeden dat dit mijn „zwanenzang" zou zijn. Ik had afgedaan! Ik was uitgediend! Het woord door een bestuurslid van V. en V. mij toegevoegd op die algemene vergadering, op een vraag mijnerzijds, „gij zijt in ruste", drong toen niet tot mij door. Enige dagen later begreep ik het maar al te goed. Ik was op 30 Juni „ter ruste" gelegd! Iedere poging mijnerzijds punt 1 en 2 te doen nakomen werd gewoon gene geerd, een afschrift der voorwaarden, mij voorgelegd op 23 Juni is, ondanks herhaalde aanvragen nog niet in mijn bezit. Mijn laatste bemiddelingspoging dateert van 6 Januari 1954, waarin ik het voor stel heb gedaan aan het bestuur der Kon. Sted. Harmonie van Hulst, mij ,als „ere-directeur" der vereniging toe te staan, enige van mijn composities uit te voeren in 1954, is nog steeds onbeant woord. Er was n.b. een mars bij, opge dragen aan de Kon. Sted. Harmonie en haar directeur! Als „ere-directeur" der Kon. Sted. Harmonie van Hulst spijt het mij te moeten constateren dat ik voor haar „onbruikbaar" schijn te zijn. Het eerste lustrum heeft voor .mij wel een bittere nasmaak. HULST. AUG. EECKHOUT. DE EVIPAN Het doék schiirrt "gevallen te zijn voot het laatste bedrijf van de „Evipan"- operette. De autoriteiten' hebben de pas poorten ingetrokken van de opvarenden, die met veel gerucht hadden verklaard, dat zij Ambon, Ceram en de andere eilanden van de Zuid-Molukken zouden gaan bevrijden. De reis mislukte vóór ze was begon nen. De „Evipan", het jachtje dat mede eigendom was van de exploitant van.een (Advertentie) Nou, tot morgen dan. houdoe. Ik wip even over naar Londen. Machtig. Daar ben ik binnen de drie uur sinds we 'n heliport hebben in Eindhoven. Met die helicopter naast de deur zit ten we weer midden in het •wereld verkeer. Stap in: Eindhoven-Londen, via Brussel, 3 X per dag met de ge combineerde helicopter/vliegtuigdien sten der Sabena. 665-oo Scheepsmolen om wafer op te halen uit de 17e eeuw tandheelkundige kliniek, zekere Van Wijk in Rotterdam, was niet zee waardig. Voor het vertrek werden jour nalisten uitvoerig op de hoogte gebracht van de invasieplannen, zodat men in Indonesië bijtijds wist, dat „Nederland" ten aanval trok en onderwijl zat Wester ling (de Turk), die toch de grote man in deze zaak was, rustig in een Gronings dorpje. Hij scheen geen aanstalten te maken, aan boord te gaan. Hij zei (ook al weer zo érg bereidwillig): „Jullie horen nog van me." De autoriteiten in ons land deden aan vankelijk niet veel om de voorgenomen reis te beletten. Ziet men de feiten nuchter onder het oog, dan is de indruk wel heel sterk, dat we hier inderdaad met een operette te doen hebben. Er is een vage lijn, die loopt naar de nieuwste politieke partij in ons land, die van De Bruyn en Fabius (bij de vorige verkiezingen moest deze partij, werkend onder de naam „Jong Conservatief Verbond" bakzeil halen), maar verder heeft het meer van een. kwajongensstreek. Van de betrokkenen kan men echter geen kwajongensstreek verwachten. Er is zonder enige twijfel een plan geweest, waarin de ,,Ev|)an" paste. Het zou wel eens kunnen zijn, dat de „Evipan' hierin de gebruikelijke afleidingsmanoeuvre vertegenwoordigde. De kwestie van de republiek Zuid- Molukken lis op menige kanselarij in be spreking geweest. Zij heeft voor tal van. landen een aantrekkelijke kant. Hier ligt een rijk gebied, dat tevens een strate gische springplank is, voor het grijpen. Indonesië heeft er slechts een schijn- gezag. Het land hééft een soort regering die, feitelijk, is uitgeschakeld. Het volk, van oudsher verbonden met Westerse traditie en cultuur, haat de „Javaanse" kliek van Sukarno. Er liggen door dit complex van omstandigheden in de Zuid-Molukken grote „neo-koloniale" kansen. Want Ambon, Ceram en de andere eilanden zijn onverdedigd. Deze feiten zijn ook bekend aan die landen,' dié hun bezittingen overzee als sneeuw voor de zon zagen verdwijnen. West-Duitsland, Frankrijk, Engeland, Nederland candidaten zijn er genoeg. Belangrijk is ook, dat het omvormen van de RMS tot een protectoraat kan geschieden onder de leus: Wij moeten een Westers steunpunt hebben in een communistisch-wordend rijk. Én men kan in geheel Azië geen volk vinden, dat zó Westers is als dat van de Zuid-Molukken. Door de eeuwen trouw, is hun „Je Maintiendrai". Deze trouw kon binnen afzienbare tijd weieens op een verrassende manier blij ken. Maar dan zal de ..Evipan" slechts terloops genoemd worden. BREDA. K. EENSGEZINDHEID (IV) Zoals uit de reactie van de Tieer Kra mer d.d. 18-6-'55 blijkt, constateerde hij in zijn schrijven een alleszins lofwaardig feit, dat bij ondergetekende diens volle instemming heeft. Evenwel het kardinale punt, de disharmonie in een bepaald deel van het Ulvenhautse feestprogramma, waar het in reeds eerder door mij uit gebrachte critiek om gaat, heeft ook de heer Kramer blijkbaar niet beroerd, al thans in zijn betoog reageert hij er niet op. Hij geeft slechts zijn versie van wat eehieder heeft kunnen constateren en meemaken. Inderdaad, wie werktmaakt fouten, tdoch moet deze fouten, ook ruiterlijk ,durvxen bekennen. .Indien dit voor ogen wordt gehouden, zo kunt u er gerust op .zijn* heer Kramer, dat een samengaan in de toekomst veel prettiger zal zijn. Moge ik hiermede nogmaals besluiten, onder.aanhaling van een gezegde van de Chinese wijsgeer Confucius: „Goede me dicijnen smaken altijd bitter". <UL VENHOUTJ, PAULUSSEN. (We beschouwen de discussie hiermee als gesloten. - Red.) BEZOEK AAN Z. H. DE PAUS In dit veelgelezen dagblad werd (on bewust) op 10 Juni datgene medegedeeld, waarmede de socialistische bladen in België reclame hebben gemaakt. Het betreft minister Spaak, die op het Vati- caan op audiëntie ging bij Z.H. de Paus. Een nuchter, maar veelzeggend bericht. In de Belg^Kath. Dgbld. stond wel Jets meer te lezen, nl. dat de Belg.- socialistische regering haar eigen partij beliegt door huichelarijImmers, wie de Belg.-linkse Dgbld. las, kreeg onmid dellijk de indruk -dat Spaak zo maar een soort vriendschapsbezoek bracht aan Z.H. de Paus! En aldus kwam (ook voor de buitenwereld) zijn persoon in een geheel ander licht te staan. De waarheid is evenwel, dat de Con ferentie-leden der E.K.S.G. te Messina een audiëntie bij Z.H. de Paus hadden aangevraagd en dat mr Spaak met zijn collega's mocht meelopen. Dat is een geheel andere versie! Indien Spaak als afgevaardigde van België alléén bij Zijne Heiligheid ware gegaan, dan zou Spaak en de linkse pers vast en zeker zwijgen over de aldaar gesproken woorden, want lof over hun perverse politiek zou er niet te publiceren zfjn. De eerste ramp na de wereldoorlog was j de opstand der socialisten te Brussel tegen hun wettige, nobel? koning en... Spaak stond aan het hoofd met opge stroopte mouwen om hulde-brengers met straatkeien te kwetsen, ruiten kapot te gooien- en aan te sporen om het konink lijk paleis in brand te steken. De tweede en ergste ramp na de oor log is de -iep-onrechtvaardige onderwijs wet Collard met haar 54 artikelen, 'n fijngeslepen, dubbelzinnig raderwerk, waarin onnoemelijk veel slachtoffers meedogenloos worden gegrepen: ondcr- wijs-instellingen, het geweten 'der ouders, gemeente- en provinciebesturen en het delicaatste van al... het kind, de schone ziel van het kind! En Spaak de z.g. pauselijke gast draagt mede onver antwoordelijke schuld .aan deze misdaad! Tito, Peron, Spaak.... mei hetatttfe sop overgoten.... Marxisme! BREEDHOUT-HALLE. M. Ch. P. BLINDENZORG Ondanks de invoering van een wettig gedeponeerd handelsmerk blijkt de zwen del in de vorm van -handel in "blinden- artikelen nog lang niet uitgeroeid te ziin. Nog steeds zijn er parasieten die handel drijven in z.g. „blindenar kelen", doch daarmee alleen beogen hun eigen zak te spekken. Vooral Zeeuwseh-Vlaanderen wordt op het ngenblik geplaagd door pfirscmen die tevoren bestellingen opnemen en deze later thuisbezorgen of per post opsturen, met de opmerking dat de blinden ulo niet meer komt (hoop kosten, stukken e;d.) Wij maken het publiek er nogmaals op attent dat de blauwe blindenzorg- auto's hun rayon bewerken en recht streeks ui de auto verkopen. zonder tussenkomst van colporteurs of personen die eerst bestellingen opnemen en r. re- deren aanbieden tegen fantastisch hoge prijzen. Beschermt u zelf cn de blijden tegen dergelijke prachjken. Vraagt naar legiti matiebewijs en vergunning van burge meester of politie-autoritei-ten. GOES. Namens Stichting Samen werkende Blindenzorg ver enigingen, afd. Zeeland: W. A. KOCK.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1955 | | pagina 5