Stuwdam in de Nijl, betonnen epos van durf en doortastendheid
De Nederlandse vlag woei mee van de top
Koningin Elisabeth onder griezelige stilte ontvangen
EUROPEANEN
IN AFRIKA
E
Gemechaniseerde Fauna in
nijdige bedrijvigheid
om
Uitvinder en
sjouwer tegelijk
ie) en wel
oals bunke-
n en het in-
ers.
UWE BRUG
vordt Zater-
brug in ge-
ter breed is
ïeft van 22
bediend en
en. De weri.
t'de haar.
i, die overal
kende Ame-
de Ameri-
(6 taferelen)
vel door de
>0 medewer-
omische tafe-
meer angsti-
happy end"
:t.
jestuur, aan
geling is toe-
t laatste a.s.
mag worden
een massale
opvoering
Kodijko-
heelt de
jeugd!
;te garens
yerkt. Ook
te schaf
te vullen,
raaie Uit-
eloos ver-
de stad
;n.
Weverij
jk
ïdstr. 30
a.s.
>om
)61 12555
012 10327
329 19531
502 633
703 771
830 877
428 546
777 781
i 817 868
789 19000
1 384 397
955
i 937
7 952 954
8 130 151
3 472 475
580 587
6 818 825
9 197 207
8 442 471
3 630 641
il 896 923
130 183
l 483 518
663 o75
1 919 942
191 200
529 555
816 824
iOOO
173 184
569 573
709 712
892 916
76 180 181
73 291 385
13 611 633
13 931 937
13 194 220
10 306 327
52 554 557
11 608 728
39 883 884
23 136 144
34 342 361
!6 675 750
35 991
^6 158 166
31 288 296
12 615 628
47 778 819
34
51 26.3 266
93 400 412
S5 648 682
DAGBLAD DE STEM VAN WOENSDAG 8 SEPTEMBER 1954
Een overzichtsfoto van de voorbereidende werkzaamheden. Tussen rots
eilanden zijn stroombrekers aangebracht, waarover het Nijlwater in
schuimende golven zijn weg zoekt. Daarachter een deel van het Vic-
toria-meer, omsloten door glooiend steppenland.
{-JET overbrengen van twee honderd Euro
peanen, tere kasplanten uit de serre van
Westers comfort, naar een primitief, hard en
heet Afrika vormt een probleem op zich.
„Maar, zo vertelt Toon van Berkom, dank
zij een uitstekende teamgeest, een groot aan
passingsvermogen en bovenal een dosis opti
misme hebben we het zelf op kunnen lossen.
We woonden bij elkaar in een blank kam
pement, door de Nijl van het lemen neger
dorp gescheiden. De ongetrouwden leefden in
barakken met tweeën op een kamer; voor de
gehuwden waren kleine huisjes weggezet, net
directie-keten, die je in Nederland bij iedere
nieuwbouw vindt; de ingenieurs en hoge amb
tenaren betrokken de flats, die als blijvende
huisvesting voor het toekomstige bedieningsper
soneel van dam en centrale zijn weggezet."
Toen de groep van blanken op de plaats
van bestemming aankwam, waren de muren
nog verveloos en keken de gebouwen met de
starre, lege ogen van hun vensters hol uit
over de kale steppen-vlakte. Het was interes
sant, in dat Afrikaanse Babyion uit duizend
kleinigheden de aard van gans een volk te le
ren kennen. De Nederlanders natuurlijk
waren de eersten, die hun kamers gezellig aan
kleedden, schilderijtjes hingen, gordijnen plooi
den en de verfkwast over het ruwe houtwerk
haalden; „we maakten er een stukje Holland
van, want dat had je nodig, zo ver van huis!"
Ook de Denen toonden veel goede smaak,
maar artistieker, verfijnder; met primitieve
middelen herschiepen zij hun tijdelijke verblij
ven in weelderig groene planten-serres ,een lust
voor ieder schoonheid-minnend oog. De Engel
sen brachten het niet verder dan een saai en
karakterloos interieur en zo vol minieme zorg
als de Italianen voor hun uiterlijk zijn plak-
haren, plaksnor, costumes als kamgaren schaak
borden zo weinig-eisend bleken zij op het
gebied van woninginrichting: wankel meubi
lair, groene smeren verf over de ruiten geklod
derd, vloer-, noch muurbedekking.
De kinderen, een zeventig in totaal, heb
ben daar in Oeganda de tijd van hun leven ge
had. Niet de allerkleinsten, die bleven smal
en witjes bij het vele blik-voedsel. Maar de
groteren ademden met volle teugen de roman
tiek van het ongewone, boeiende leven in die
smeltkroes van nationaliteiten aan de voet van
het reuzen-werk: de dam. Hun huid nam on
der de Afrikaanse hemel de gezonde, gouden
tint aan van zon-gerijpte goudreinetten; met
radde tong spraken zij vier, vijf talen, spelen
derwijs geleerd.
Aanvankelijk werd les gegeven door de
vrouw van een Brits ingenieur, gewezen on
derwijzeres, maar toen het werk groeide en
het vaste bedieningspersoneel zich te Jinja ves-
tigen kwam, werd een gouvernementsschool
gesticht. Godsdienstonderwijs kregen de kin
deren van de paters van Mill Hill, die in de
Oeganda-missie werkzaam zijn.
Die paters, ja, daarvan hebben de enkele
katholieken in dit bonte gezelschap veel steun
gehad. In het negerdorp aan de overkant van
de Nijl was door Pater Bos uit Utrecht een
kerkje weggezet, waar iedere Zondag Mis ge
lezen werd. En de enkele dagen, dat het werk
stil lag, waren zij welkome en gefêteerde gas
ten op de missie-staties, die in de wijde om
trek gezaaid lagen.
Toen de dag kwam, dat te Jinja een kerk
gebouwd diende, hebben zij dan ook spontaan
de handen uit de mouwen gestoken alleen
figuurlijk in het tropische klimaat om Pater
Bos met een en ander te helpen: een Neder
lands architect, aan het werk verbonden,
maakte een ontwerp, uitvoerders, sjouwers en
opzichters zaagden, timmerden en kwastten als
waren zij ter missionering en niet voor de dam
naar Oeganda gekomen.
De verhouding tussen de nationaliteiten on
derling was zeer goed. Ieder land had zijn
eigen voetbalteam, en er is in menige inter
land-wedstrijd gespeeld, ook met de negers,
onovertroffen grootmeesters op hun blote
voeten, hard-vereeld als de neuzen van de
Westerse voetbalschoenen. Iedereen kon het
best vinden met het zwarte volkje. Inplaats van
dienstboden hield men boys, die het huishou
den deden en kookten als kwamen zij van een
Nederlandse huishoudschol. Alleen toen in
verband met de Mau-Mau-beweging een neger
koning uit Kampala gevankelijk was wegge
voerd veranderde dat. Inbraken kwamen aan
de orde van de dag, zo veelvuldig dat de hui
zen werden omgebouwd tot miniatuur-bunkers
met tralies voor de ramen en zware ijzeren sta
ven voor de deur. Eens zelfs heeft het blanke
personeel met staking gedreigd, zo van over
heidswege niet werd ingegrepen. Het verhin
derde niet dat men op zekere morgen een Deen
op de grond vond liggen, wie het huis boven
het hoofd afgebroken en het bed onder het
lijf vandaan gestolen was.
Een andere manier van vrije tijdsbesteding
was de jacht. Practisch iedereen beschikte over
een wagen of motor, zeer goedkoop in een
land, waar men gewoon niet zonder kan. Zo
trok men er op uit en ai werd zelden groot
wild geschoten de vergunning daarvoor
kostte honderden guldens parelhoenders
vormden een welkome ifwisseling m het menu
van altijd maar blik v'ees en een onontbeer
lijke ontspanning na het jachtende werk aan
die meedogenloze despoot, de stuwdam.
EN ZWOELE ZOMERAVOND, tie wereld
^één lauw, weldadig bad na het weken
lange gedrup uit een kille hemel-dweil.
Tegenover mij, achter zijn biertje, Toon
van Berkom, Bredanaar in hart en nieren,
maar daarbij wereldreiziger; een eenvou
dige, bescheiden kerel, zoals pioniers van
het goede soort dat zijn. Je wist het al te
lang opgespaarde zweet van je voorhoofd
en zegt iets over hitte. Het blijkt een tover
woord. Toon van Berkom begint te vertel
len over hoe het in Afrika was, met brede,
zelfverzekerde gebaren van zijn sterke han
den. Hij neemt je de pen uit handen, waar
mee je naarstig notities maakt, en zet met
snelle halen een schets op papier; hij haalt
foto's voor de dag: „hier, moet je zien" en
„kijk. daar". Hij praat en praat en er gaat,
daar op dat echt-Hollandse café-terrasje,
een nieuwe wereld voor je open, de wereld
van het hete, harde Oeganda. Je hoort over
het golvende steppengebied, van horizon
tot horizon onder een hemelkoepel, die
wit-gloeiend staat; over de grootse, stille
ogenblikken, wanneer vuurvlinders en
glimwormen, levend firmament, onbegre
pen letters schrijven op het inktzwarte
spandoek van de tropen-nacht. Over de
dwaasheid en de wijsheid van de negers,
hun gewoonten, hun hartstocht voor dans
en week-makende zang. Maar je hoort
vooral over de dam, dat meesterwerk van
Nederlands waterbouwkunde, die lang
zaam, langzaam, log en grijs hoven het
wriemelende mierennest van hijgende
stoomkranen, puffende locomotiefjes en
hollende zwarte lijven uit kwam rijzen en
na ruim vier jaar zwoegen en zweten een
sterke, wit-blakende rug kromt tegen de
wilde, wit-schuimende golven van de Nijl.
Al luisterend zie je hem groeien, die dam,
een veeleisend, lastig reuzen-kind, door
duizend handen vertroeteld, met duizend
zorgen omringd. En je begrijpt iets, iets
van de grootheid van onze natie, wier vlag
mee op de top woei, toen koningin Elisa
beth de officiële ingebruikstelling ver
richtte.
De aanleg van deze betonnen kolos, die zich ter hoogte i
van Jinja over 850 meter van oever tot oever uitstrekt, juist
daar, waar de Nijl langs de kolkende trap van drie, vier water-
vallen het Victoriameer verlaat, heeft 220 millioen gulden gekost i
en de nog'zwaardere tol van 27 mensenlevens geëist. Wrede of
fers, maar noodzakelijk, want na de voltooiing in April is de
stroomvoorziening van het achterlijke Oeganda een feit gewor
den en zijn voor industrie-vestiging ongekende mogelijkheden
open gekomen. Bovendien heeft men voortaan het water-niveau
van de Nijl en de bevloeiing van zijn oevergebieden door middel
van zes gigantische sluizen in eigen hand. Voor Egypte, welks
welvaart in het wankele fundament van wat vruchtbaar rivier
slib wortelt, een voordeel, waarvan het belang in geen millioe-
nen uit te drukken valt. Waarvoor men millioenen heeft moeten
neertellen overigens, want er dienden drie voet aan het al twin
tig meter hoge gevaarte toegevoegd, wilde Egypte's wensdroom,
een regelmatige bevloeiing, werkelijkheid worden.
Zeven maatschappijen zijn vier
en een half jaar geleden aan de
uitvoering van het millioenen-
werk begonnen. Daar waren er
drie uit Nederland bij, waaronder
de I.G.B. te Breda, die Toon van
Berkom 30 jaar oud, gewezen
MTS-er al» uitvoerder meezond.
Het technische gedeelte kwam
voor rekening van Europeanen,
Engelsen, Denen, Italianen en Ne
derlanders, die, twee honderd in
getal, aan de Nijloever bijeen woon
den. Daar waren ook de werkplaat
sen ondergebracht voor machine
reparatie, voor het breken van
grint en het gieten van beton, een
nijvere, rumoerige wereld, waar
twaalf uur en meer aaneen gewerkt
werd. Voor het sjouwwerk waren
twee duizend negers aangetrokken,
die in een plooi van het steppen
land een stad van sto en leem had
den opgetrokken.
GRAFZERK EN MONUMENT
Een van de grootste moeilijkhe
den, zo vertelt van Berkom, vorm
de het transport van de werktui
gen, die we nodig hadden. Deganda
ligt namelijk 1000 km van de
dichtstbijzijnde zeehaven verwij
derd en heeft maar één spoorlijn,
waarlangs tweemaal per week een
armtierig treintje voortschuift,
speelgoedding in het weidse, wilde
landschap. Het kleinste spijkertje,
dat we bestelden ginds is name
lijk niets te krijgen bleef zes
weken onderweg. Vandaar, dat we
ons liever behielpen. Je was uit
vinder, smid, timmerman en sjou
wer tegelijk; je verzette, balance
rend op 'n dunne betonbalk, bergen
van het zwaarste werk. Arbeids
inspectie kende men er gelukkig
niet, anders was de dam er nooit
gekomen.
Maar nu staat hij er, grijs en
geweldig: zerk over het massa
graf van 7 blanken en 20 negers,
die verongelukten', monument
voor de onverschrokkenheid
van de anderen, die het over
leefden.
OBSTAKELS
Het verhaal van de dam is als 'n
epos zo boeiend. Aanvankelijk leek
het een onmogelijkheid hem te bou-
Hoe snel de stroom is op de plaats
waar de grote stuwdam is aange
legd toont deze foto. Een neger
figuur steekt zwart af tegen de wit-
kolkende watermassa.
wen. want de stroomsterkte van de
Nijl 20 meter verval op luttele
afstand is enorm. Men is toen
begonnen met het aanbrengen van
stroombrekers. Lijf-dikke boom
stammen werden samengevoegd tot
een hol gevaarte, hoog als een
kerktoren. Daarin stortte men rots
blokken en vervolgens liet men de
kolos met een springlading voor
over in de rivier kantelen. Het
hielp: na maanden van voorberei
ding kon het eigenlijke werk een
aanvang nemen.
De eerste étappe leek eenvoudig.
Even van de kust lag een eiland.
Daarheen legde men twee hulp-
dammen aan, zodat een driehoekig
binnenmeer ontstond, dat gemak
kelijk leeg te pompen was. Maar
een tweede probleem vroeg de aan
dacht. Voor het maken van beton
is grint nodig en Afrika heeft geen
grint. Wel rots en, mits met dyna
miet opgeblazen en op maat gehou
wen, kan dat als surrogaat dienen.
Zo geschiedde.
Tweemaal per dag loeiden de
sirenes en lag het rommelige mie
rennest van het werk verlaten.
Dan volgde een flitsend en dreu
nend onweer van springladingen en
tonnen grauwe steen spatten me
ters omhoog. Een speciale fabriek
werd gebouwd om de blokken te
splijten en met de millioenen zak
ken cement te mengen. Het beton
vloeide in trage, korrelige brei
naar de bekistingen: men kon ver
der.
VINDINGRIJK
Maar obstakel nummer drie dien
de zich aan. Indien niet anders mo
gelijk, worden waterbouwkundige
werken uitgevoerd in kuipen, sta
len balken, die, in de rivierbodem
geheid, een soort kom vormen,
waaruit het water wordt wegge
pompt. Afrika is echter rotsachtig
en de zwaarste staalplaten sloegen
krom op de harde Nijl-bedding.
Geen kuipen echter, geen dam. En
weer was men aangewezen op het
enige hulpmiddel dat Oeganda in
rijke overdaad biedt: hout en
steen. Ditmaal bouwde men uit
boomstammen holle kubussen met
de omvang van een herenhuis.
Door hijskranen werden zij in de
stroom neergelaten, vervolgens
opgevuld met rots, totdat zij als
hechte pijlers tegen de golven ston
den: een beulenwerk, waar maan
den en maanden van de kostbare
tijd mee heen gingen. Maar einde
lijk konden de staalplaten ertegen
worden geschoven en goddank, de
druk van het water hield ze op hun
plaats.
MECHANISCHE DIEREN
Toen begon de jachtige bedrij
vigheid pas goed. Zestien kra
nen, mechanische giraffen in 't
hoge helm-gras- draaiden hun
lange halzen, van links naar
rechts, van rechts naar links,
nijdig happend in hun zware
vracht; locomotieven, blazend
als boze nijlpaarden, sleepten 'n
onafzienbare staart aan kipkar
ren over de zwiepende rails;
bulldozers ploegden met de
hoekige schaarbewegingen van
een reuzen-kreeft, door het hete
zand; het helle geluid van
staal op staal, de doffe bons
van beton op beton klonken
hoog uit boven het ratelen van
lieren en het sissen van stoom.
Onder koortsig reppende handen
groeide en groeide de dam, eerst
van oever naar eiland, dan van
eiland naar oever. Het eerste stuk
was klaar, het tweede op de enor
me poorten na, waardoor het tome
loze Nijlwater moest worden weg-
geperst, wilde er geen overstro
ming volgen, het derde rees lang
zaam, langzaam op uit een wirwar
van balken en binten. Over en
kele maanden moest het werk vol
tooid zijn, want koningin Elisabeth
zou haar wereldreis onderbreken
voor de officiële ingebruikstelling.
ILLUSIE
En het werk was voltooid toen
Engelands vorstin met haar gevolg
in Oeganda arriveerde. De twee
honderd Europeanen konden haar
moe maar trots begroeten. Die dag
was DE dag van hun leven: een
groots werk naar tevredenheid vol
bracht; de dam, met zijn sterke,
eeuwige rug van gewapend beton:
een eeuwige bevestiging van wat
technisch kunnen, gecombineerd
met durf en doortastendheid, ver
mag.
Niet zo de negers. Bij tiendui-
Deze foto geeft een duidelijk beeld van de drie phasenwaarin de grootse stuwdam dwars door de Nijl op
het punt, waar die het meest ontstuimig is, gebouwd werd. Rechts het eiland en het eerste, voltooide deel
Daarnaast de betonnen wand van het tweede deel, waarin openingen zijn uitgespaard om het Nijlwater
doorgang te verlenen. Links in een wirwar van binten en balken het derde deel in aanbouw> waar de zee
sluizen moeten komen, die Egypte een regelmatige bevloeiing garanderen.
zenden waren zij toegestroomd-
Twee paters hadden met 800 kinde
ren vier dagen gelopen om aanwe
zig te kunnen zijn, herinnert Toon
van Berkom zich lachend. Vele
rijen dik stonden zij juichens-bereid
langs de wegen geschaard, de glans
om het sprookje dat zij beleven
gingen, in hun grote ogen. Wat zij
zagen was een vrouw in eenvoudig
middagtoiiet. Geen kroon, geen
hermelijn, geen blinkende juwelen.
Weg enthousiasme, vervluchtigd de
kinderlijke illusie.
Onder angstige stilte reed de En
gelse vorstin aan de hagen van
haar stomstarende onderdanen
voorbij. Het was voor beiden een
griezelige sensatie.
Wanneer ooit iemand aan pres
tige heeft ingeboet, is het koningin
Elisabeth in haar Oeganda geweest.
En dat, terwijl het er toch al zo
gist, in de dichte nabijheid, vindt
van Berkom hoofdschuddend.
PLEZIER
Of we ook nog iets anders deden
dan werken? Niet veel, daar was
eenvoudig geen tijd voor. Maar tus
sen de bedrijven door maakten we
veel plezier. Op een dag kwam 'n
duiker we hadden er zes, om de
Nijlbodem te verkennen en ze ver
dienden honderd guldens per dag!
met een levensgrote krokodil
boven. Die had hij gevangen en hij
heeft hem twee dagen thuis in de
badkuip gehad. Een andere keer
was een nijlpaard het kantoorge
bouw binnengedrongen. Het logge
beest wandelde zes trappen op, je
snapt niet hoe brak iemands pols,
een hoop ruiten en verdween weer.
De negers? Werken konden ze,
behalve wanneer een nijlpaard ge
vangen werd. Dan gingen ze er in
een kring rond zitten en begonnen
te eten, drie, vier dagen aan één
stuk. Alleen als ze moe waren van
het kauwen, sliepen ze even. Op
het laatst schoot er niets over dan
de tanden en daar vroegen ze een
tientje voor.
Dat is dan het epos van de
dam, zoals het op een Bredaas
terrasje door een Bredase jon
gen bezongen werd. Een frag
ment tevens uit het epos van het
Nederlandse volk, de water-na
tie bij uitstek, die zich pas in
haar element voelt, als er brug
gen te bouwen of dammen te
leggen zijn. Persoonlijk nog iets
meegemaakt? En of, overreden
geweest door een trein. In
Oeganda kent men namelijk
geen overwegen, alles trekt de
rails over naar het uitkomt. Ik
kwam met de motor van mijn
werk, toen het ding achter een
bosje vandaan schoot. Zes we
ken op bed gelegen, maar ik
haalde het.
Ze haalden het en ze halen 't
altijd, de jongens, die onze naam
in het buitenland hooghouden.
Straks naar Spanje, Portugal of
Zuid-Amerika, want overal
waait de Nederlandse vlag op
de top van een reuzen-werk in
aanbouw en waar ter wereld
ook de stoomlier sist, hoor je
krachttermen in onvervalst
Bredaas of moppen in authen
tiek Amsterdams.
Hulde!