Roosendaal door de spoorwegen van dorp lot stad
21854n' De eerste officiële trein op het station
Roosendaal dankt haar
bloei aan „het spoor"
De wet van Koning Willem III, de vlucht der inwoners,
de rieken van de boeren, het gepuf van een boemeltje,
de burgervader van 6200 zielen en het mooie slot
7
DAGBLAD DE STEM VAN DINSDAG 22 JUNI 1954
DE autoriteiten zagen zo bleek als
HET VERZET
KONINKLIJK BESLUIT
DE onderhandelingen werden voort
gezet. Op de 21e Juli 1852 had de
heer L. Gihoul uit Brussel de defi
nitieve concessie gekregen een spoor
weg aan te leggen. Hij deed die over
aan de N.V. Antwerpen-Rotterdamse
SPOORSTAD
Grootste wèrkgever van de gemeente
DUIZEND
TELEFOONTJES
EN KILO'S PAPIER
A. M. F. FREIJTERS
SPOORDORP
Het grote werk werd aangepakt met
een koninklijk, goedkeurend knikje.
Roosendaal werdspoor
was hij er waarschijnlijk nooit mee
klaar gekomen. Hij heelt echter een
bekwame zoon, Sjaak, die met admi
nistratie en alles wat daarmee ver
band houdt, aardig weg weet Hij as
sisteerde zijn vader en samen brach
ten zij „Spoorstad" tot een goed ein
de.
„Ik geloof niet", aldus de secreta
ris, „dat er in ons goede dal der ro
zen ooit een feest is gevierd, dat zo-
veel voorbereiding vereiste als dit.
Ik heb drie Waroubi's rneegemaakt,
dat zijn uitgebreide exposities, maar
ik heb nog nooit een festijn mee op
touw gezet, dat zo omvangrijk en zo
groots was. Evenals de andere comité
leden heb ik de moed kunnen op
brengen deze feesten mede te orga
niseren .Ik wil daarmee niets in miin
eigen voordeel zeggen, maar ik wil er
toch wel uitdrukkelijk op wijzen, dat
de medewerking die van de zijde van
de stadgenoten is geboden, geweldi"
is geweest. Ik kan geen enkele ver
enigmg opnoemen, die weigerde om
medewerking te geven. Ik ben voo
deze feesten tegen een enthousiasnv
aangelopen, dat me zelf enthousias
maakte. Kortom, er is gewerkt en not
eens gewerkt. Ik geloof, dat de orga-
nisatoren, die een gedurfde opzet heb
ben gerealiseerd, verdienen, dat Roo
sendaal zal uitpuilen van de mensen'
Wethouder Van Beek had nauwe
lijks de tijd om deze zin af te maken
want opnieuw rinkelde de telefoon
Het was een kermisgast, die hem in
lichtingen kwam vragen over ziir
juiste standplaats. De hoorn lag geen
seconde op de haak van het toestel,
want onmiddellijk na de kermisklant
belde iemand, die het een en ander
wilde weten over het festival
Ik treur om al deze drukte niet"
vervolgde de heer Van Beek „Ik mac
dat zo wel".
Daarmee bevestigde de secretaris
van het comité nogmaals zijn grote
befde tot de stad. in het bijzonder tol
de spoorstad Roosendaal. Dagen, we
ken en maanden hebben deze figuur
gevangen gehouden in de organisatie
van de feesten. Hij doet dit alles pro
Deo, maar met de vaste overtuiging
op deze wijze zün stadgenoten te die
nen. Dat daarbij de wethouder ook
zijn zoon Sjaak inschakelt is een be
moedigend teken, want zo vader is
zo is de zoon.
TOEN OP 26 JUNI 1854 de zon hoog aan de hemel
stond en de kranten letterlijk en figuurlijk in
de hitte uit het luchtruim vielen, scho
ten de Roosendaalse vrouwen en mannen hun beste
kleren aan en groepeerden zij zich achter een voor
bijtrekkende muziekvereniging, die nooit tevoren
hogere noten had aangeslagen en op deze dag alle re
cords in de productie van geluiden aan diggelen toe
terde. Dit alles was niet zonder reden, want op deze
Maandag zou de eerste trein van het gereed gekomen
traject Antwerpen-Roosendaal binnendraven en om
dit feestelijk te vieren had de gehele dorpsgemeen
schap naar allerhande dingen gegrepen, die de
schoonheid en grootheid van deze uren luister kon
den bijzetten. De stoet bewoog zich in de richting
van het station in de Oude Vughtstraat en tot ver
bazing van allen waren daar reeds een groot aantal stedelijke autoriteiten
bijeen, in afwachting van de eerste trein welke vanaf Hulsdonk zou komen
opstomen.
een laken, stonden tegen elkaar
aangeleund, maar toen het voertuig
eenmaal via een onbehoorlijke hoest
bui tot stilstand was gekomen en er
een zekere meneer L. Gihoul uitstapte
met een brede, echt Belgische glim
lach, kende de vreugde na zoveel
angst geen grenzen meer en bewoog
zich de Roosendaalse burgervader op
het voorplan om uit naam van al zijn
wel of niet gevluchtte gemeentenaren
mee te delen erg verheugd te zijn
over de komst van hét gevaarte, dat
zoveel hoogwaardigheidsbekleders met
zich meevoerde en dat dan toch maar
heelhuids vanuit Antwerpen tot in
Roosendaal was „gestoten". De bur
gervader, bekomen van de schrik,
stelde de aanwezige commissaris van
de koningin aan de hoge heren voor,
schudde iedereen, die hij tegen kwam
de hand en nodigde daarna de menigte
uit op zijn minst één verfrissing te
nemen, want het stond naar zijn me
ning nu wel vast, dat Roosendaal een
flinke plaats ging worden, want het
was tenslotte wat, dat er dagelijks
enkele treinen op bezoek zouden ko
men in een gemeente, die maar juist
6000 zielen telde.
De burgervader klonk en schonk en
met een moed-van-alle-tijdcn stapte
hij met enkele van zijn stadgenoten
in de uit zeventien diligences bestaan
de trein om zich naar het einde van
de spoorbaan te laten rijden, waar
nieuwe en meer gezonde verfrissin
gen werden overhandigd. Spoedig
echter werd een nieuw vertreksignaal
gegeven en keerden de heren terug
naar het Roosendaalse station, ver
sierd met de wapens van Nederland.
België en Engeland.
De Belgische minister van Openbare
Werken, de gouverneur en burgemees
ter van de stad Antwerpen, verschil
lende generaals, senatoren en gedepu
teerden, de heer L. Gihoul, admini-
Hoofdstationschef
J. van Heuven
expediteurs en een zeer nauw
I ill tPAlflDfl "nnp /iO(T tact met de posterijen.
AtlU LI uJ.IIuIl [JUL Uaii is werkelijk van alles te beleven.
-L O kriigen de afreis van de Lourdes'
Ik noem de enorme hoeveelheid ma
teriaal, maar ook allerlei slag mensen
treft men in Roosendaal aan. Er zijn
1 1 1 1 Nederlandse en Belgische douanen.
UPTHirlrlP rl 70 W^t °p het station zetelen de marechaus-
VyJiiJ-utvlUAixi u\j TT lAV See's. Er is een nauw contact met de
expediteurs en een zeer nauw con-
Er
Wij
krijgen de afreis van de Lourdestrei-
L^IJK EENS, ik kan U feitelijk niet nen te verzorgen en daarnaast ver-
,,rSk veel van de geschiedenis van schijnen er jaarlijks tienduizenden dui-
Roosendaal vertellen, want op de di- ven".
verse Nederlandse stations worden Natuurlijk repte de heer van Heu-
geen archieven aangelegd. In Utrecht ven ook over ziJn verwachtingen om-
weten ze talrijke détails, maar in gro- trent de spoorstadfeesten. Hij zeide:
„Ik geloof, dat Roosendaal terecht de
ze spoorstadfeesten omvangrijk heeft
gemaakt. Ach, mijn bijdrage in de or
ganisatie van de festiviteiten is niet
zo belangrijk. Ik ben blij mee te mo
gen helpen. Ik geloof, dat de feesten
een succes zullen zijn. Een groot
succes zelfs. Roosendaal is immers een
spoorstad....
strateur van de spoorwegmaatschap
pij, ingenieurs, de commissaris van de
koning, de burgemeester en schepenen
van Roosendaal en een groot aantal
..aanzienlijke" dames en heren wan
delden van het station naar de Markt
en zij zagen talrijke spandoeken en
erepoorten met opschriften als „Hulde
aan de Spoorwegmaatschappij" en
„Leve de heer Gihoul"' en zy namen
kennis van vele borden, de initialen
vermeldend van de vorsten van Bel
gië en Nederland, Willem en Leopold.
F)E boeren waren niet blij met de
spoorlijn.... Zij zaten zo onge
veer in zak en as, toen zij vernamen,
dat er ijzeren treinen over hun lan
derijen gingen bollen. In de jaren 1850,
1851 hoorden zij in de verte over een
spoorwegverbinding van Antwerpen
naar Roosendaal spreken, maar zij
geloofden niet in de techniek en zij
konden zich niet voorstellen, dat er
ooit iets zou gebeuren, wat hen kon
verontrusten. Maar de berichten ble
ven komen. De onderhandelingen tus
sen de Nederlandse en Belgische re
gering duurden voort. Het leek er
op, dat er geen aceoord zou komen,
maar eindelijk, op de 9e Juli 1852 ver
bonden zich de beide regeringen we
derkerig „om te voorzien in het zo
spoedig mogelijk daarstellen van een
ijzeren spoorweg, die aanvangende
aan het station van Antwerpen via
de wegen van de Belgische staat zou
lopen naar het Hollandsch Diep, al
waar de weg diende uit te komen
bij de Rode Vaart of bij de Moerdijk:
een weg, gaande over Roosendaal of
Breda."
Het werd Roosendaal.
te trekken kan ik natuurlijk toch wel
het een en ander in het midden bren
gen over „ons station", zo sprak de
heer J. A. van Heuven, hoofdstation-
chef en lid van het topcomité van de
feesten „Honderd Jaar Spoortstad".
„Misschien mag ik even in de her
innering brengen, dat het eerste sta
tion te Roosendaal in de vijftiger ja
ren van de vorige eeuw werd ge
bouwd. Het werd in elk geval in
1954 in gebruik genomen. Spoedig
bleek, dat Roosendaal als spoorstad
goed was gekozen, want in 1907 werd
het nieuwe station gebouwd, waarvan
het grootste gedeelte is blijven staan
tijdens de tweede wereldoorlog. Het.
middenschip verdween, maar dank zij
een knappe architectuur werd op de
le Maart 1949 een punt gezet onder
een uiterst geslaagde restauratie. Ik
geloof hiermee wel de hoogtepunten
van de stationsgebouwen naar voren
te hebben gehaald. Er zijn namelijk
nog andere hoogtepunten. U zult zich
misschien afvragen hoeveel personen-
en goederentreinen per dag Roosen
daal aandoen. Ik heb een kleine bere
kening gemaakt en ik kom tot de con
clusie. dat er per dag gemiddeld 110
personentreinen arriveren en vertrek
ken, plus nog ongeveer veertig goede
rentreinen. Bij deze 150 reken ik niet
de extra treinen, die vooral in de
bieten-, aardappelen-, vlas-, en drui-
ventijd een hoop arbeid vergen."
De hoofdstations-chef sloeg een
boekje open en vertelde: „Ik geloof
niet. dat er bij de Spoorwegen dingen
bestaan, welke Roosendaal niet bezit.
Het is merkwaardig, maar hier is nu
letterlijk en figuurlijk alles te vinden.
Stations-chef te Roosendaal
J. A. VAN HEUVEN
Spoorwegmaatschappij, gevestigd te
Brussel, beschikkend over een kapi
taal van ruim 12 millioen francs.
Het duurde niet lang meer of de
trajecten werden tot stand gebracht.
Daarvoor was echter nodig een ko
ninklijk besluit, dat Koning Willem
III het licht deed zien. Het luidde
o.m.:
WIJ> Koning Willem III, in over
weging genomen hebbende,
dat de aanleg van een spoorweg
van de Belgische grenzen in de rig-
ting van Antwerpen en strekkende
langs Roosendaal tot Roodevaart
bij den Moerdijk, met een zijtak
van Roosendaal tot Breda, in
het algemeen belang noodig is en
dat die aanleg moet worden tot
stand gebracht door de naamloze
vennootschap, de maatschappij der
Spoorwegen van Antwerpen naar
Rotterdam, te Brussel gevestigd,
aan welke daartoe de concessie is
verleend:
ENIG ARTIKEL
verklaren, dat het algemeen
nut de onteigening vordert, ten
name van de naamloze vennoot
schap der Spoorwegen van Antwer
pen naar Rotterdam, te Brussel ge
vestigd, van de eigendommen noo
dig:
le. Tot aanleg van den spoorweg
van de Belgische grenzen in de rig-
ting van Antwerpen tot het Hol
landsch Diep bij Roodevaart, aan
vangende aan de grenzen tusschen
Nederland en België tot aan den
Zeedijk, bij Roodevaart:
2e. Tot aanleg van een zijtak van
dien spoorweg tusschen Roosendaal
en Breda, aanvangende in de ge
meente Roosendaal aan den hoofd
weg in de weilanden in den Vught
tot Breda.
DOOSEND AAL schóót omhoog. Zon
der dat de inwoners zich het zelf
goed bewust waren, groeide het dorp
uit tot een stad. Bij de opening van
de lijn in 1854 bestonden er op de hele
wereld niet meer dan 6200 Roosen-
dalertjes. De spoorwegen brachten be
weging, drukte en handel met zich
weging, drukte en handel met zich mee
Er vestigden zich zakenlieden in 't dal
vestigden zich zakenlieden in het dal
der rozen vele spoorwegmensen en in
1900 was het dorp een klein stadje
geworden met 13.000 inwoners. De ge
leerden maakten berekeningen en de
den voorspellingen. Zij verkondigden
zo deskundig mogelijk, dat Roosen
daal in 1960 circa 30.000 burgers zou
tellen. Zij misrekenden zich deerlijk,
'want in 1920 waren er 20.000 perso
nen in het grensstadjp te vinden. In
1934 werd het aantal 25.000 bereikt en
thans hebben zich 34.300 personen in
Roosendaal genesteld.
Vandaar het feestbetoon en
vreugde. De glimlach om wat
in 1854 is gebeurd. Toen werd
de grondslag gelegd, waarop
het latere Roosendaal werd op
getrokken. In dat jaar kwam de
eerste trein van Antwerpen het
volslagen onbelangrijke dorp
binnentorren. De inwoners van
1854 hadden gelijk achter de
harmonie aan te huppelen en
minstens één glaasje te ledigen
op de goede afloop van de rit.
Zij hadden gelijk met het aan
schieten van hun beste kleren,
de hitte van een Afrikaanse zon
te verdragen.
Want in 1854 werd Roosendaal-
Spoorstad geboren. Toen stonden er
met recht en reden honderden den
nenboompjes, hingen er spandoeken
en waren er erepoorten
Deze ztfn er ook nu, want het feest
van 1854 wordt overgedaan door an
dere Roosendalers die dit jaar zo
graag de waterwegverbinding Ant
werpenRoosendaalMoerdijk had
den ingeluid. Maar dat is een nieuw
hoofdstuk. Het chapiter van.... Roosen
daal.... Kanaalstad!
Voorlopig is het echter SPOOR-
stad....
Geachte Redactie,
J^AAR aanleiding van het her-
denken van het feit, dat
het op 23 Juni 100 jaar is gele
den, dat de spoorlijn van Ant
werpen naar Roosendaal in ge
bruik werd gesteld, gaat Roo
sendaal op een grootse wijze
dit jubileum vieren. Het ge
beurt onder het motto:
ROOSENDAAL HONDERD
JAAR SPOORSTAD
p^oosendaal heeft aan de
spoorwegen zeer veel te
danken. Ware deze aanleg
niet via Roosendaal geschied,
dan was onze stad vermoede
lijk een agrarisch dorp geble
ven.
De komende feesten zijn dan
ook bedoeld als een uiting
van dankbaarheid aan de di
recties van de Nederlandse en
Belgische Spoorwegen en wij
willen dit doen op een manier,
welke in overeenstemming is
met de grote belangrijkheid
van het bestaan van deze hoofdverkeersader
BelgiëNederland. Een select comité is samen
gesteld uit personen uit alle lagen van de be
volking en speciaal ook uit de spoorwegkringen
en aanverwante bedrijven. Volle medewerking
wordt verleend door de hoofden van de douane
en marechaussée, de expediteurs en vele andere
zaken, bedrijven en personen.
[)e directies van de Belgische en Nederlandse
Spoorwegen verlenen op grote schaal hun
medewerking en zij plaatsen de festiviteiten op
een werkelijk hoog plan. De consul van België,
de heer Th. Tiebackx, actief medewerker, geeft
J. C. J. RADEMAKERS
Voorzitter van Spoorstad
een extra internationaal ca-
chet hieraan. Trouwens de ge-
hele feestviering is op interna
tionale leest geschoeid. Het
programma toont dit duidelijk.
Een bezoek aan de stad tijdens
de feesten zal ieder zeker gro
te voldoening schenken.
Qok de Roosendaalse indu
striëlen en de gehele be
volking hebben het comité
medewerking en steun gege
ven. Dit is nog nimmer in onze
stad zo voorgekomen.
De uitbreiding van de festi
viteiten geleek op een sneeuw
bal. De lijst bekijkende komt
iedereen tot de overtuiging,
dat er in Roosendaal van 23
Juni tot en met 5 Juli iets ge
weldigs staat te gebeuren.
Vele tienduizenden zullen
met ons komen meefeesten.
Vooral de invasie van onze
Zuiderburen zal geweldig zijn.
Het wordt een echt Benelux-
feest!
£)aarnaast moet nog bijzonder de aandacht
worden gevraagd voor de grote feestver
lichting. Alle openbare gebouwen en de voor
naamste straten staan in een gloed van licht.
Ik moet eindigen. Ik zou de gehele krant
gemakkelijk kunnen volschrijven.
Roosendaal heeft zich grandioos
maakt.
opge-
toe
Een hartelijk welkom roepen wij u allen
Namens Comité „Spoorstad"
JOS. C. J. RADEMAKERS
Wethouder L. van Beek:
TK WEET ALLEEN nog, dat het in
"A December 1953 begon en dat er
sindsdien geen dag is voorbijgegaan
of er moest iets worden gedaan voor
de feesten „Honderd Jaar Spoorstad"
Ik ben de tel kwijt geraakt, maar ik
heb aan deze feesten minstens dui
zend telefoontjes gespendeerd en ik
zou niet graag een volledig overzicht
geven van de tientallen en nog eens
tientallen kilogrammen papier, die er
nodig zijn geweest om deze hele zaak
administratief op te trekken", zo
sprak wethouder L. van Beek. de
beste secretaris, die zich een Spoor-
stadcomité kan voorstellen.
De weth. was eerlijk. Als hij al het
werk geheel alleen had moeten doen
L. H. VAN BEEK
Wethouder van Roosendaal.
door burgemeester
RELDEN heeft Roosendaal zich opgemaakt
om een zo groots feest te vieren als dat,
hetwelk voor 1954 op het programma staat.
Zelden is er ook voor een dergelijk feest zo'n
aanleiding geweest als die. welke zich thans
voordoet: de herdenking van het feit, dat een
eeuw geleden de internationale spoorverbin
ding Roosendaal - Antwerpen - Brussel tot
stand kwam.
HET ten—11 van onze gemeentelij
ke geschiedenis is nog niet geheel
ontgonnen, maar vast staat, dat in
het panorama der eeuwen het jaartal
1854 voor Roosendaal van enorme,
misschien wel van alles overtreffende
betekenis is geweest. In dat jaar im
mers werd in feite beslist, hoe het
beeld van Roosendaal er in de toe
komst zou uitzien. Van een landelijk
dorp werd het 'n verkeerscentrum,
het zag zijn bevolking langzamerhand
toenemen, het zag fabrieken verrij
zen, het ontwikkelde zich. kortom, ge
leidelijk van dorp tot stad. Wat Roo
sendaal nu is een dynamische in
dustriestad met een bevolkingscijfer,
dat sprongsgewijze omhoog gaat - is
het in feite geworden dank zij zijn nu
honderdjarige verbintenis met de
spoorwegen.
Het is immers zo. dat industriëlen
streven naar efficiency, naar een zo
vlot en modern mogelijke werkwijze
en dat zij daarom zoeken naar kansen
om vlug grondstoffen aangevoerd
te krijgen en om de producten zo
snel mogelijk te verzenden. Daarom
is de aantrekkingskracht, die Roosen
daal van oudsher op industrieën pleegt
uit te oefenen en die na de tweede
wereldoorlog zo sterk werd, dat de
uitgroei van de stad nauwelijks bij te
houden was, in hoofdzaak te verkla
ren uit het feit, dat Roosendaal cen
traal gelegen is in een net van spoor
wegen.
ALLES wordt beheerst door wetten
van oorzaak en gevolg: in de fa
briek worden .mensen tewerkgesteld,
deze moeten wonen en hebben be
hoefte aan ontspanning en zo zijn tal
loze aspecten van het gemeentelijk
leven; ons stabiel vestigingsoverschot,
onze woningbouw (ongeveer 2000 hui
zen na de bevrijding!), onze recreatie
ve instellingen en zoveel meer te her
leiden tot de nu 100-jarige hoe-
Burgemeester van Roosendaal.
A. M. F. FREIJTERS
danigheid van Roosendaal als spoor
stad.
Roosendaal heeft het ver
heugt mij, dat ik het hier eens
kan vaststellen zijn bloei
aan de spoorwegen te danken.
Er zouden nog verscheidene zaken
te vermelden zijn. Ik denk nu ook
aan het feit. dat de N.V. Nederlandse
Spoorwegen ook nog altijd de groot
ste werkgever in de gemeente is en
dat de „mannen" van het „spoor" een
voorbeeldige, ijverige en onmisbare
bevolkingsgroep vormen, die haar in
komen ook weer grotendeels in Roo
sendaal besteedt. Ik denk ook hieraan,
dat de naam van het grensstation
Roosendaal dagelijks in talrijke trei
nen, reisbureaux, inlichtingenkanto
ren en waar al niet op veler lippen
is, wat aan de goodwill van de stad
alleen maar ten goede kan komen. Ik
overweeg, dat Roosendaal, dank zij
zijn befaamd en uniek station, een
van de grootste uitvoerhavens van
Nederland is én de drempel tot ons
land tevens. Ik denk aan de enorme
schade, die het station en dat empla
cement in de tweede wereldoorlog op
liepen en aan het snelle, van zoveel
onverwoestbare energie getuigende
herstel daarvan, waarbij zo duidelijk
bleek, welk een magnifiek effect een
bekwaam architect weet te bereiken,
zelfs als zijn fantasie door materiaal
gebrek wordt' geremd.
GROOTS
MU gaat Roosendaal dan een groots
en prachtig feest vieren :een
feest, dat een internationaal karakter
draagt en dat aan de Beneluxgedach-
te dienstbaar zal zijn. Is het nog nodig
te zeggen, dat ik daarvoor de aller
grootste sympathie gevoel? Eindelijk,
na honderd jaar, vinden wij nu eens
de gelgenheid om te tonen, dat wij
dankbaar zijn voor de ontwikkeling,
die onze stad aan haar relatie met de
spoorwegen te danken heeft.
Ik ben het wakkere comité, dat dit
feest met overwinning van talloze en
grote moeilijkheden heeft georgani
seerd. buitengewoon erkentelijk voor
de voortreffelijke wijze, waarop het
dat heeft gedaan. Het heeft immers
begrepen, dat hier iets bijzonders
moest gebeuren, dat hier een feest
moest worden gevierd, dat in de an
nalen van Roosendaal als een luister
rijke gebeurtenis zal worden ver
meld en waaraan nog lange tijd zal
worden teruggedacht.
Ik prijs mij gelukkig, dat in Roo
sendaal mannen worden gevonden,
die zo iets groots, zo iets riskants dur
ven ondernemen en tot een goed einde
weten te brengen. Bij voorbaat wens
ik hun alle mogelijke successen.
Ik hoop, dat tallozen uit binnen- en
buitenland in de periode van 23 Juni
tot en met 5 Juli aanstaande de weg
naar Roosendaal zullen vinden en dat
zij en ook de bewoners zich op uit
stekende wijze zullen vermaken.
Moge dit een feest worden, zoals
wij er nog nooit een hebben ge
vierd.
FNE achtenswaardige inwoners van
Roosendaal inclusief de boeren,
j vielen van de ene harde verbazing in
I de andere. Op de 23ste Mei
1854 strompelde het eerste spoortrein-
tje van Roosendaal tot Etten, een goe
de maand later volgde de grote ver-
binding van Antwei-pen met Roosen
daal en op het einde van het jaar was
het reeds zover, dat er ook een boe-
1 meltje liep van Oudenbosch naar Ze-
i venbergen. De aanlegwoede was daar
mee niet afgekoeld want voordat 1855
gepasseerd was reed een treintje 't
Zevenbergse polderland in en stampte
er een locomotief op Moerdijk. Het
j vergde jaren voordat Breda en Tilburg
I met elkaar verbonden waren, maar
i evenals de lijn RoosendaalBergen op
Zoom kwamen de reizigers per spoor
in 1863 op de onderscheidene stations
voor de eerste maal aan.
De boeren hadden de dood gezworen
aan deze lijnen en zij verzetten zich
tot het uiterste. In de nabyheid van
het gehucht „De Greef" zat een iand-
i houwer, die de spoorwegarbeiders met
een riek trachtte te verjagen.