Onzichtbare - maar stevige- draden tussen Z.-Vlaanderen en België SLAaT Stemming bij verkoop van schaaps kooi was bijzonder lui TIEN PUNTEN waarin Australië van Nederland verschilt Hoogste bod was niet hoog genoeg Eerste indrukken van een emigrant Publieke Tribune Wordt Wester-Schelde zee van onbegrip Z.-Vlamingen vinden in België: cultuur, vermaak, begrip en.... een huis! OM Steeds sterkere oriëntering op het Zuiden 13 JUBILARISSEN TE SLUISKIL Uitzaai van mossel zaad verboden Cj[ liMCt i/C*t i Hoe de afslager een droge keel kreeg Een kaartspel tot besluit Van „ten eerstetot ten tiende Dat Engels toch I Is 1 he lid or- br- pas- en van Jtij- lons Icten prne de I van I drie man ij in al- llpen wees Inder lerkt, |ichi- alle Inen- van Mo- \pril lm. DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 8 MAART 1954 .<5 i (Advertenties (Van onze speciale verslaggever) TVTEEN, ik ga er geen meer nemen" zegt één der mannen van 99a- het groepje dat in een hotel ergens in Zeeuwsch-Vlaanderen na gedane zaken nog wat bijeen zit om voor het eten een aperi- tiefje te drinken. „Nee, ik ga weg. 'k Moet naar Antwerpen, 't Wordt myn tijd." „Zaken?" vraagt een ander. Maar de spelbreker verklaart dat hij naar de opera moet. „La Traviata" zegt hij en somt achter elkaar de belangrijkste medewerkers op, alsof het zijn huisvrien den zijn. „Ik ben gisteren naar Zelzate naar de bioscoop geweest", deelt een derde mee, „aardige film. Komt hier nog lang niet. Is zelfs nog niet in Holland geweest, geloof ik." „En waar heb je Carnaval gevierd? In d'n Anvers of in Aalst?" CN zo draaide het gesprek vanzelf uit op al datgene wat de Zeeuwsch- Vlamingen in België te maken heb ben. Als de minister van O.K.W. het had kunnen horen, zou hij wellicht zich verbaasd afgevraagd hebben waarom de regering de cultuur in het goede vaderland subsidieert. Als de mensen toch over de grens trek ken! Maar de minister behoeft zich geen zorgen te malten: 't zijn prac- tisch alleen de Zeeuwsch-Vlamingen die niet van zijn gesubsidieerde cul tuur genieten. En in het land tussen Schelde en grens heeft Zijne Excel lentie weinig te subsidiëren, als 't gaat om de K. van O.K.W. Des ministers schouwburgen, con certgebouwen en overige kunsttem pels staan Noordelijker. Ook de sta dions waar geregeld goede sportge beurtenissen te beleven zijn, staan niet in Zeeuwsch-Vlaanderen. En dat zou niet bezwaarlijk zijn, als de Schelde niet zo breed en zo nat was. De zee-arm die dit gebied afsnijdt van de rest van het land is een na tuurlijke barrière en de grens mag dan in vele opzichten een stevige muur vormen, het is toch slechts een denkbeeldige lijn die voor mensen met geen andere bedoelingen dan zich aan de andere zijde er van wat te vermaken weinig meer in de weg legt dan een kiezelsteentje het verkeer op een betonweg. De gezellig borrelende heren in het hotel zaten rustig wat door te praten over dit plotseling opgekomen onder werp. En in hun gesprek is een on dertoon te herkennen, welke de men taliteit die zich langzaam weer aan het omvormen is, wat duidelijker laat doorschemeren. De mentaliteit van de Zeeuwsch-Vlaming, die gewend is met zijn rug naar de Schelde te staan, die wel vaak bereid is zich om te wenden en in zijn nimmer ge heel uitdovend nationaal besef ieder hoopvol geluid uit het Noorden be antwoordt met een loyale houding en goede wil. Maar al te vaak zich be drogen voelend en dan weer schou derophalend de blik op het Zuiden werpend VLAAMSE AARD Huldiging door directeur Op. de A.C.Z. de Carbonisation te Sluiskil werden 13 leden van het personeel gehuldigd. De heer C. de Broeck, 40-jarig jubileum. De heren'. L. Delattre, D. Riddering. C. Belaert, C. Buijze, G. de Vrieze. C. Drabbe. A. Hamelink, J. Maes, D. Seegers. C. Storp, J. v. Drongelen, R. Winne, 25- jarig jubileum. Namens de raad van beheer ontving de directeur de jubilarissen op zijn kantoor en wenste allen geluk met hun jubileum. Op bijzondere wijze memoreerde hij de volle toewijding en het trouwe plichtsbesef gedurende 40 volle jaren van de heer de Broeck. Ook de heer ir Delattre werd spe ciaal vermeld, daar hij gedurende 25 jaar de technische installaties onder zijn beheer heeft gehad. In zijn speech wees de directeur er op. dat de universitair gevormde heer Delattre door twee maal een oorlog te hebben meegemaakt, tijdens welke hij verschillende malen werd onder scheiden, moeilijk een 40-jarig dienst verband zal kunnen bereiken; doch om welke redenen hij hem niet min der hartelijk gelukwenste, daar hij nu de mijlpaal van 25 jaar heeft bereikt. Tenslotte complimenteerde hij alle overige jubilarissen en sprak zijn waardering uit voor hun prestaties ge durende 25 .Jaar, waardoor zij eveneens hebben medegewekt aan de ontwik keling, bloei en wederopbouw van de fabriek. Als tastbare herinnering aan dit ju bileum werd aan alle jubilarissen een medaille, dipioma en de zo zeer ge waardeerde enveloppe met inhoud overhandigd. Zwaluwe is dankbaar W4NDTABLEAU VOOR GEMEENTE UTRECHT 3 EN W. van Utrecht hebben de raad het voorstel gedaan van de gemeente Hooge en Lage Zwaluwe on der dankzegging te aanvaarden een door de glazenier H. Schifferstein te vervaardigen opaline wandtableau, dat in de hall van het stadhuis zal worden aangebracht. De daarop voorkomende afbeeldingen hebben op de watersnood betrekking. De schenking bedoelt een uiting van dankbaarheid te zijn voor de door de gemeente Utrecht verleende hulp bij de watersnoodramp. 21.30 22.55 De mossel parasiet J-JDBWEl aan jjgj. bestaan van de hnaJ?ÜjS€lparasiet niet veel rucht- Erote«.T wordt Begeven is deze Vele mi 'anff niet verslagen. no- ™°sselbahken in Zeeland zijn er door rif aan?etast. De mossels worden o^erkoonharaSiet zeer ma*er en z«n de3?'»r of sterven af. Zolang bliiven^o e5n levensbodem hebben Ier rio ff ^00:'ttelen. Binnenkort zul- weer °P d« Wadden halei- af worden. De kwekers 7"i',ri u Bi'o'e hoeveelheden mossel- den to 7plfns?n dit naar hun Sr°h- ParaSum Hiermede krijgen de P>'*asieten weer een kans. ',',CZe uitbreiding tegen te gaan verbieden"?» ,e<!erp uit7aa' i" Zeeland dal i„ ?eze manier hoopt men maatlf„f?" zal uitsterven. Deze belkom 'S n,e' a"e kwekers even percelen saven dit seizoen sek ltenRewone opbrengst van mos- op' d?'€e." ho°S visgewicht. Maar me* „Jf percelen is de parasiet nie verdwenen en richt nog steeds srote schade aan. 70'N periode maakt Zeeuwsch- Vlaanderen thans weer mee. Het is te beluisteren, niet alleen in dat vluchtig hotêlgesprek, maar overal waar Zeeuwsch-Vlamingen toevallig tot dit onderwerp geraken. En die houding, die neiging zich na een hoop gevende opleving van de „nationale gedachte" weer af te keren van het Noorden en de grens weer over te trekken, heeft haar oorzaken. De Zeeuwsch-Vlaming heeft zo zijn eigen geaardheid. Hij blijft altijd voor een heel stuk „Vlaming" en dat geeft hem die fijne gevoeligheid voor de bejegeningen welke hij van anderen ondervindt. Dat doet hem een besluit, door een onbekende, een onpersoon lijke instantie in het verre Den Haag genomen, als een individuele achter- uitstelling aanvoelen. En na enkele van die ervaringen wendt hij zich onbewust of bewust tot het land waar een zelfde hart klopt als in zijn eigen lichaam: Vlaanderen. Daar wordt hij beter begrepen, daar voelt hij zich zonder moeite thuis; zéker als „het Noorden" hem miskent.' STERKE BINDING VTfAT zijn de onzichtbare draden welke Zeeuwsch-Vlaanderen zo sterk aan België binden? Behalve de geaardheid van de bevolking ten eer ste ook de wijdvertakte familiever houdingen. Welke Zeeuwsch-Vlaming van geboorte heeft geen ooms en tan tes of wat voor familieleden ook in de Belgische grensplaatsen, vaak zelfs veel verder, tot in de verre steden van het Vlaamse land toe? Het on derling bezoek brengt het eerste lo gische verkeer via de grens teweeg. Tot zover is het nog letterlijk natuurlijk. Doch er is meer. De Zeeuwsch- Vlaming die een goed concert wil horen, een opera wil zien of een be- roepstoneelgezclschap wil zien op treden. kan terecht in Antwerpen, in Gent. Brugge en zelfs Brussel is be reikbaar binnen zeer korte tijd. Zelfs al kon b.v. Middelburg alle mogelijke amusement en cultuur bieden, dan nog was de bewoner van, zeg: 't land van Hulst, eerder in Brussel dan in zijn eigen provinciale hoofdstad! Hetzelfde geldt voor het populair der vermaak. De revue's in de Bel gische steden zijn goéd bekend bij de Zeeuwsch-Vlaamse bevolking; ze kent zelfs menige Nederlandse klein kunstenaar slechts van het toneel in een of andere Vlaamse stad. Zou zo'n „Noordelijke" artist, optredend in wat voor hem „buitenland" is, vermoeden hoeveel landgenoten hij in Antwer pen, Gent enz. onder zijn publiek begroet? Ook de bioscopen van België zijn in trek bij de Zeeuwsch-Vlamingen. De bekende voetbalclubs, de wielerwed strijden: ze trekken ieder jaar duizen den bewoners van het land tussen Schelde en grens. Het zou moeilijk zijn te schatten hoeveel Zeeuwsch- Vlaamse sportenthousiastelingen „spe len" in de Belgische voetbalpronos- tieken. En ze winnen zelfs prijzen, want Gantoise enz. enz. zijn beter be kend dan Heerenveen en Ajax... Zo zouden er nog tal van factoren op te sommen zijn, welke stuk voor stuk logische oorzaken zijn van een sterke binding tussen Zeeuwsch- Vlaanderen en België. Denk b,v. aan allerlei opleidingen en studie-moge lijkheden, waarvan men in bepaalde ambachten en beroepen gebruik maakt. Zo komen de Sluisse beeld houwers in de meubelindustrie uit Brugge en de Zeeuwsch-Vlamingen die het kunstzinnige vak ook willen leren, moeten naar „Bruges, la belle" toe. TEGENWERKING „SLUISKIL—BREDA" 70U ondanks dit alles, een toenade- ring naar het Noorden mogelijk zijn? Absoluut! De band met het Zui den zou, zeker gedurende de eerst volgende jaren, blijven bestaan, maar een intensievere oriëntering op „ove rig Nederland" is mogelijk. Ze wordt zelfs gewenst door de Zeeuwsch- Vlamingen! Want hoe fel soms de kreet „zet dan de grenspalen maar in de Schelde" geuit wordt, er leeft toch altijd nog een sterk Nederlands besef. Maarook aan (Zeeuwsch-) Vlaamse lankmoedigheid schijnt een eind te komen. De vele jongemannen met een dubbele nationaliteit, die kunnen kiezen in welk leger ze zullen dienen, beginnen hun voorkeur voor het Nederlandse te verliezen. De ten- denz van de laatste maanden is: we gaan maar in België dienen. Want we hebben meer aan ons verlof: vanuit St. Niklaas of welk ander garnizoen ook zijn we zó thuis! Geen wonder, als de meeste Nederlandse legeron derdelen gaan weigeren een vervoer- Advertentie) D-t geen maaSPal'®?w(3rlc piet aan I Als Uw maag 1x.« w«rt maalU)d - kan en U na misselijk- kwelt met maagphm en heid. oprispen ol ee y he( j drukkend "3ev0®', bjcARPAN - meuwe maagmiddel BICA rugklachten voor goed; -erheen gezonde^ I St. Vraag "w bewijs uit te schrijven voor de bus dienst BredaSluiskil' Ook in de mi litaire wereld dus: openlijke tegen werking. Wanneer men in het Noorden meent dat de Zeeuwsch-Vlamingen straks hun populaire, van winter en weer onafhankelijke verbinding met Bra bant (en dus Nederland) zonder mor ren vaarwel zullen zeggen, terwijl minister Algera bij voorbaat al is be ginnen te schermen met „onvermijde lijke invoering en verhoging der veer gelden", juist op het moment dat het passagegeld voor de Antwerpse tun nel drastisch zal worden verlaagd, dan is men er in het Noorden enigs zins naast. Het grjjpt allemaal in elkaar: de weg via liet Noorden welke men Zeeuwsch-Vlaanderen wil opdringen, wordt duurder, en de kortere, zeker der route via het Zuiden gaat minder geld kosten. En zou Zeeuwsch-Vlaan deren dan als een braaf landje veel meer neertellen voor iets dat het niet apprecieert? „UITTOCHT" OVER DE GRENS? TN de hal van een Zeeuwsch-Vlaams gemeentehuis botsten we op een jongeman, die kennelijk bij de bur gemeester was geweest om te praten over een huis. Het bouwvolume is immers pas verdeeld.' „Wie nu niet in België gaat wonen, is gek!" verklaart hij onomwonden, „zeker als je een paar kinderen hebt" vervolgt hij. doelend op de voordelen van de kinderbijslag. Hij stapte naar huis als iemand die het besluit ge nomen heeft, dan maar de verzenen tegen de prikkels te slaan. Zeeland kreeg te weinig bouwvolume; dus ook Zeeuwsch-Vlaanderen kwam er be kaaid af. Bijna iedereen zal in de consequenties moeten berusten. Kan men het één Zeeuwsch-Vlaming kwa lijk nemen, als hij gebruik maakt van de mogelijkheden welke de positie van zijn streek nu eenmaal opleve ren? Mogelijkheden, die hij heeft le ren zien door altijd met het gezicht naar het Zuiden te staan.... Het is niet voorbarig te voorspellen dat in de eerstvolgende maanden ve len naar België zullen verhuizen. Wat is eenvoudiger? In België is werk velen werken er al er zjjn meer huizen en., de levensmiddelen komt men toch wel in Nederland kopen, 't Is alleen maar voordeel. Ook deze omstandigheid wordt dus weer oorzaak van een steeds sterkere oriëntering op België. Sterker nog: de (meeste jonge) gezinnen die over de grens trekken, zijn voorgoed voor Neóerland verloren. De Wester-Schelde wordt steeds breder, steeds dieper. Zeeuwsch-Vlaanderen drijft op deze manier, langzaam verder van overig Nederland weg. Tot het moment, dat men elkaar over die brede stroom, een zee van onbegrip, niet meer zal kunnen aanroepen? Tot men in Zeeuwsch-Vlaanderen geen „Hollands" meer verstaat JAAAR kwamen ze binnen, de nuchter-kijkende Zeeuwsch-Vlaamse man- -L' nen, in het café waar meneer de notaris een complete schaapskooi zou verkopen. Niet alleen een schaapskooi, maar nog een huisje en een lapje grond er bij, publiekelijk en bü opbod. Ze kwamen binnen, gehuld in dikke jassen en veelzeggende zwijgzaam heid. Ze gingen zitten en bestelden een pint. Want zonder glazen vol schui mend bier kan er niets verkocht worden, ook geen schaapskooi. Meneer de notaris en zijn afslager waren er al. Ze zaten aan een tafeltje, wat achteraf en namen het publiek op. En de mannen zaten ook aan tafeltjes en namen elkaar op. En rookten sigaren. „Allee mannen, zeg dan zo maar 's wat, om een begin te maken" spoorde hij aan. Eén van de mannen, zette het glas neer, deed een ferme trek en zei, onverschillig de schouders opha lend „vijfhonderd gulden". „Vijfhonderd gulden geboden! Wie biedt er méér dan vijfhonderd gul den?" wilde de afslager weten. De mannen rookten, dronken en zwegen weer, alsof ze er niets mee uit te staan hadden. De afslager hield aan, maar de stemming was niet koopgraag. „Ze zijn allemaal zo dood als een pier", grijnsde de onbegrepen functio naris, achterom kijkend naar de no taris en zich weer wendend tot ae mannen die daar de gegadigden zaten uit te hangen „praat maar 's wat met elkaar!" Want dat zwijgen ging hem zeker op de zenuwen werken. „Is 't niks voor jou?" richtte hij zich tot één der zwijgers, „d'r zitten nog al wat patrijzen, hoor ik!" Maar de lief hebber van dat gevogelte zei alleen maar „neeje. Tuur!" Nóg eens daverden de vijfhondera guldens door het café en toen een geladen stilte vóór het „....andermaal... niemand méérrrr?" niets opleverde, besloot hij: „dan blijft 't nog even staan". DAN MAAR NIET QMDAT het toch niet druk werd, las de notaris staande voor een front van zwijgende mannen iets voor van een gezegeld papier. Hetgeen de man nen voor kennisgeving aannamen. Neen, de stemming was niet hoopge vend. Op de beurs heet dat „lui" of zo iets. In ieder geval niet „vlot". Toen kwam de imponerende ver schijning des afslagers naar voren, die betoogde „nou, je hebt het gehoord mannen, waar 't om gaat". De ver schijning zette zich in postuur tegen een stevige café-pilaar en vuurde ge routineerd het eerste schot af „en wwwie biedt 'rrrr op...." De mannen keken en zwegen. En rookten. Nipten van nun pmt. En tuurden vaag naar het plafond ot ge ïnteresseerd naar buiten, alsof die schaapskooi op de Markt stond. Ze keken ook zo eens langs de afslager alsof die daar toevallig stond rond te zien naar een stoel. EERSTE BOD „VUIE biedt er?" herhaalde hij drin gend. Maar niemand scheen een schaapskooi nodig te hebben. Hij pro beerde het nog eens. want een goede afslager laat zich niet voor de gek zetten. Geen antwoord en geen bewe ging. f)E afslager bestelde nu ook maar 'n pilske, want zijn keel. waar de vijfhonderd guldens vele malen op rol lende r's doorgedaverd waren, moest nodig gesmeerd worden. Er kwamen meer mannen binnen; ze gaven de af slager de hoopgevende woorden „ze kó men nog maar!" in de mond, stapten alsof het afgesproken was, óók zwij gend doelbewust achter elkaar naar de toog en de voorste zei resoluut; „Vijf flessen bier". Toen er nog een stuk of wat belang stellenden binnengevallen waren werd de, ter hervulling van de glazen benut te pauze, beëindigd. De afslager nam weer zijn strategische positie In en deed ijverig zijn best er een hoger boa uit te sleuren. Maar niemand wilde er iets bij doen. geen stuiver. Ze moesten helemaal geen schaapskooi hebben en schenen alleen gekomen om te zien wie er wél zo'n ding wilde ko pen. „D'r moet zeker eerst een fles ouwe klare op tafel komen", opperde de verbaasde afslager, die de moed be gon op te geven. De kastelein vona, dat daar wel wat aan te doen was. maar de vijfhonderd guldens vermeer derden niet. „Nou mannen, voor 't laatst! Wie biedt er meer. Vijfhonderd gulden één maal,... vijfhonderd gulden ander maal.... niemand meer? Dan gaat het niet door!" maakte de afslager een eind aan de vertoning met een sarcas tische nadruk op „niet" alsof hij on- gezeggelijke kinderen een beloofd pret je ging onthouden. De notaris zette z'n hoed op. lichtte hem weer en vertrok. En de afslager streek bij de onwillige adsplrant- schaapskooikopers neer. bestelde "nen boek" kaarten en begon met hen te „puken" Want daarvoor waren ze eigenlijk alleen maar gekomen Molens in Zeeland en Noordbrabant 7ATERDAG heeft te Amsterdam de vereniging ..De Hollandsche Mo len" vergaderd. Uit het Jaarverslag bleek, dat ook tal van molens in Zee land én Brabant de aandacht van de vereniging hebben. Het zijn o.a. die van Dreischor op Schouwen, te Vlis- singen. Middelburg. Westkapelle. Krui dingen, N.-Vossemeer en Zundert, TN de Nobelstraat te Rotterdam troonde de -*■ heer H. Bakker op nr. 75a. Op 1 October van verleden jaar emigreerde hij met vrouw en zoontje naar Australië. Hij is nu ruim 4 maanden in Australië en het bevalt hem er best. De heer en mevrouw Bakker zijn ech ter wel eenc aantal belangrijke verschillen opgevallen tussen Australië en Nederland. Zij hebben er in totaal tien geteld en met het overzicht daarvan is wellicht menigeen ge diend die op het punt staat de heer Bakker naar Australië te volgen of die in het alge meen nog emigratie overweegt. Man en vrouw één van wil ^ls eerste punt dat misschien het belangrijkste is acht de heer Bakker dat men als emigrant in Aus tralië veel meer zeker van zichzelf moet zijn dan no dig was toen men nog in het oude Vaderland vertoef de. „Als man of vrouw niet ieder ten volle overtuigd zijn van zich zelf, laat de één dan niet doorzetten ter wille van de ander, want de kwade gevolgen blijven niet uit. Er zijn voorbeelden genoeg van gezinnen die door een tekort aan zelfvertrouwen van de man of van de vrouw zichzelf en soms ook anderen in ellende dompelen. Er kan niet genoeg op gewezen worden Wees zekér van jezelf.'!" De Engelse taal Vfervolgens is er de taal! Punt twee. Met Nederlands komt men niet ver in Australië. Het advies van de heer Bakker is dan ook: „tracht zóveel mogelijk En gels te leren, vooral vaktermen, huishoudtermen en de eenvoudige spreektaal. „Want de ondernemers hier kijken niet alleen of je je vak kent, maar tevens wel degelijk of je de taal spreekt". Weer en wind Qok het klimaat is soms heel anders dan in Neder land. Want Australië dat geen land maar een werelddeel is heeft net zoveel verschillende klima ten als Europa. Weer en wind kunnen de emigrant dus ook parten spelen In Ocean Grove waar de heer Bakker nu woont (op'ongeveer 60 mijl van Melbour ne) is het klimaat zeer afwisselend: ,,'s Morgens kan het snikheet zijn, terwijl 's middags een winterjas nodig is Er bestaan hier net zulke gure dagen als in Hol land. Van deze week hebben we een temperatuur ge meten van 108 graden envan 52 graden. Dus veel ver schil. Warme kleding is zeker gewenst". Hoe zijn de Australiërs jTNan is er de omgang met de Australiërs De heer B., schrijft: De Australiër is over het algemeen een zeer vriendelijk en behulpzaam mens. Uitzonderingen zijn er overal, maar vriendelijkheid wordt hier be toond op een manier als nergens anders De Austra liër leeft vrij en onbezorgd. Meestal bezitten zij een eigen huisje en een eigen auto of motor. Doch zij ma ken meer gebruik van hun auto, dan van hun huis. Het aankleden van de woning is meest zeer pover en onverschillig gedaan. Niet dat het er arm uitziet O nee, want zij bezitten bijna allen een electrisch for nuis, een ijskast, een radio met gramofoon en pom peuze meubelen. Maar alles is ongezellig aangekleed. Daarom zoeken de Australiërs hun vertier ook veel buitenshuis. Zij zijn liefhebbers van een goed glas bier, doch komen nooit in onbehoorlijke staat thuis. De eafé's zijn om 6 uur dicht en dan is het ook afgelopen. De Australiërs zien de emigranten graag, want die helpen het land opbouwen Vooral als jé flink aan pakt en toont dat je vooruit wilt, dan waarderen ze je het meeste. Het is dan ook werkelijk noodzakelijk je in clubs onder de Australiërs te mengen Want daardoor leert men het snelste zich aanpassen. Afzon dering in eigen clubjes moet ten zeerste worden af geraden. Werk en verdiensten Qok over het werk weet de heer Bakker al heel wat te vertellen; „Vergeet vooral niet, dat men hier even hard, soms harder, zal moeten werken dan in Holland. En aanpakken wat men Krijgt. Beter is niet af te wachten, totdat men in eigen vak terecht kan komen. Al is het aangeboden werk nog zo vuil of vies, daar moet men zich niets van aantrekken Want de Australiërs doen hetzelfde werk met plezier en zij vinden het vanzelfsprekend, dat iedereen dat werk doet. In ben zelf kantoorbediende maar werk nu als ruiteninzetter bij de Ford. Maar wat belangrijk is, ik verdien er goed 14.1.6). Ook wordt er tame lijk veel overwerk gemaakt, zodat ons gezinnetje er royaal van kan komen 's Zaterdags 0n 's Zondags zijn we vrij, maar dan werken we meestal bij de boe ren en verdienen er een aardig centje bij. In het be gin is het hier werken en nog eens werken. Maar over een paar jaar zullen we het kalmer aan kunnen doen. Dus als men emigreert, wees niet te lui, maar werk en pak aan wat je kunt. Huis en huisinrichting Qe huisvesting; „Daar moet men zich helemaal niets van voorstellen. Wij wonen in een huisje van 4 bij 5 meter. Het huisje bestaat uit één kamer en we wonen, slapen en koken er in. Het is gemeubileerd, maar op z'n Australisch. Trouwens veel kan er niet in. Wij betalen 3,per week. De huren voor een normaal huis liggen hier tussen de 2 en 5 pond per week. Die zijn dus hoog. Maar de Australiër rede neert aldus: Bouw een eigen huis; koop een stukje grond, zet er een garage op en bouw dan langzaam maar zeker je huis. Je moet dan maar zolang in de garage wonen. En het kan wel een paar jaar duren eer je je huisje klaar hebt. Maar (zeggen ze) wij hebben het ook gedaan. Dus waarom jullie niet? En het zijn werkelijk allemaal mooie huizen. Het lijkt erg moeilijk, maar het valt mee.' Ja, emigreren lijkt wel mooi en het is heus de moeite waard, maar je moet er wat voor over hebben. Een klein gezin kan als ze aanpakken en zuinig zijn hier heus iets be reiken in 5 jaar". De inwendige en uitwendige mens LJet eten en de kleding: „De Australiërs zijn verzot op zoetigheid. Daarom hebben de meesten op 20-ja- rige leeftijd al een kunstgebit. Dit komt ook, omdat er geen kalk in het water zit Behalve zoetigheden zijn ook vleesschotels hier erg in treic. Het voedsel komt in prijs ongeveer overeen met Holland. Vlees is goedkoop en fruit ook. Aardappels en groenten weer duurder.Maar over het geheel is het nagenoeg gelijk. Ook kleding en schoeisel is hier niet duurder dan in Nederland. Alles is hier volop te koop Doch voor één ding wil'ik graag waarschuwen; omdat men hier werkelijk goed verdient, is men gauw geneigd om méér uit te geven. Doch op zo'n manier komt er van sparen weinig. Dus daarmee moet men wel terdege uitkijken. Het is erg verleidelijk, maar gebruik Uw verstand". Geld en winkelen Liet hanteren van het vreemde geld en het doen van inkopen leveren ook hun moeilijkheden op: „In het begin is het moeilijk het geld. doch men is er gauw aan gewend. Alle artikelen zijn hier volop te koop. Het kopen wordt vooral gestimuleerd dooi de geweldige reclame, die er gemaakt wordt over de radio en in de kranten. Er zijn in Australië over de 150 radiostations Ook wordt het kopen erg bevorderd door het afbetalingssysteem. Men betaalt een zeker bedrag en men kan gelijk het artikel meenemen Huizen, auto's alles gaat op afbetaling, („easy terms" noemt men dat) en dat is hier de gewoonste taak van de wereld. Betalingen a contant bij flinke bedragen worden doorgegeven aan de po litie en die onderzoeken wel ter dege, of men eer lijk aan het geld gekomen is Dit afbetaiingssysteem is ook weer erg gemakkelijk, maar tevens gevaar lijk. Want door de vele verleidelijk uitgestalde artike len gaat men gauw de eigen koopkracht te boven. Dus: koop gerust, maar doe het met overleg, want anders komt men in de mière". Het verkeer lioudt links Liet verkeer: „Hier moet men wel ter dege oplet ten want het is links verkeer Vooral in het be gin is het erg vreemd en ik geef iedereen dan ook de raad liever één keer meer uit te kijken dan een ongeluk te krijgen. Politie is hier weinig te zien. Maar als men iets doet wat niet in orde is, dan zijn komt men in de misère". T' Het tiende en laatste punt én slotte het tiende punt dat door de heer Bak ker genoemd wordt en dat met de negen vooraf gaande door elke naar Australië emigrerende Neder lander ter dege ter harte genomen moet woren: „Toon dat je Nederlander bent. Wees eerlijk, vlijtig en toon je van de beste kant. Nederlanders zijn hier graag gezien Daat iedere nieuwe emigrant dan ook tonen, dat hij de naam. die wij hier dragen, ten volle waard is Toon wat je waard bent on Australië zal goed voor je zijn. Het is een prachtland.' Zorg intussen ook voor een snaarcentje want ziekenfondsen kent men hier niet. Verzekeringen tegen ziekte e.d. kan men wei- afsluiten. doch ik raad ieder aan eerst even de kat uit de boom te kijken en terdege te informeren". Het aantal Nederlanders in Australië neemt gestadig toe, alleen in Orange Grove waar de heer Bakker nu woont, zijn al 42 Ned. gezinnen, die 't nagenoeg alle maal best naar hun zin hebben, wel een bewijs dat het leven in Australië goed is Natuurlijk heeft ieder op zijn tijd en op zijn beurt wel eens heimwee Maar als men zijn tanden op elkaar zet komt men er wel overheen. En het recept tegen heimwee is weer de eerste raad van de heer Bakker ter dege op te vol gen: „Voor alles zeker van jezelf te zijn". 17 EN NEDERLANDSE emigratie-ambtenaar in Canada kwam op bezoek bij een aantal Ne- derlanders. die samen op een groot landbouw- bedrijf werk hebben gekregen. Hij vroeg hoe het bij hen met de kennis van de S Engelse taal ging. De eigenaar van het bedrijf stond er ook bü en merkte op: „Well, ik spreken hele beetje van Hollands al". DRENTSE GIFT VOOR ZEEUWS RAMPGEBIED Verdeling van de 100.000 gulden QE 100.000 gulden, die de landbouwers van Drente voor het Zeeuwse rampgebied bijeen hebben gebracht, zijn thans verdeeld. In een bespreking, die te Giethoorn gehouden werd met een Zeeuwse dele gatie, bestaande uit leden van de stichting voor de landbouw, alsmede uit landbouwers van Schouwen-Duive- land en Kruiningen, is besloten het bedrag als volgt te verdelen: 1 Voor verbetering van het proefbedrijf „Scheldemond" te Bruinisse. 2 Voor een betere voorlichting op het terrein van woninginrichting en woningbouw op Schouwen. 3 Voor de opvoering van de kwaliteit van de veestapel op Schouwen, 4 Voor verdere opbouw van de proeftuin te Haamstede. Ook Krui ningen krijgt een deel van het geld en wel voor het bouwen van een ver gaderruimte tevens leeszaal in het te stichten dorpshuis aldaar. In deze leeszaal zal een agrarische bibliotheek worden gevestigd. De bespreking werd gevoerd met de Drentse commissie van beheer van het Landbouwnoodfonds Drente DE WAARDE VAN HET BLOEDONDERZOEK Off. van Justitie te Middel burg houdt het hoog FNE Off. van Justitie bij de Middel burgse Rechtbank, mr. Andreac, heeft een merkwaardig betoog gehou den voor de betekenis van het bloed onderzoek op alcoholgehalte. Mr. Adriaanse had de waarde van dit onderzoek, in zijn pleidooi voor de verdachte in de zaak der aangereden autobus te Rilland, aangevochten. Mr. Adriaanse grondde zich hierbij op pu blicaties in Duitsland en Nederland over dit onderwerp. Mr. Adreae betreurde deze publica ties, omdat 't bloedonderzoek 'n ge ducht wapen is in handen der justitie bij het bewijzen van drankmisbruik, als dit geleid heeft tot verkeersonge vallen. Slaat men dit uit haar hand dan betekent dit koren op de molen van kwaadwilligen. De Officier gaf toe. dat het bloedonderzoek tot ver schillen leidt, doch die verschillen zijn zeer gering en draaien om de 0.15 procent plus of min. In Nederland houdt men hier al re kening mee en worden ze in de gun stigste zin voor verdachten uitgelegd, waardoor eventuele afwijkingen in de analyse meteen gecorrigeerd zijn. UITKERINGEN INDISCHE OORLOGS SLACHTOFFERS Eindelijk is het dan zover. Met belang stelling lazen wij bovenstaand artikel in Uw dagblad van 3 Maart j.l. en onze eer ste reactie was: „Schande, schande en nog eens schande." Wij gaan terug naar 8 December 1941, toen wij namens de Nederlandse Rege ring opgeroepen werden om dienst te nemen in het Kon. Ned. Indisch Leger,, daar wij aan Japan de oorlog hadden verklaard. Niets hield ons tegen. Wij gin gen. Weggehaald uit onze bedrijven, be roepen en gezinnen voelden wij ons ver plicht te gaan strijden voor „Koningin en Vaderland". Alles lieten wij in de steek en gaven ons goed en bloed voor het Va derland. Voor de grote overmacht van de vijand moesten wij capituleren, kwamen in krijgsgevangenschap en werden geschei den van onze vrouwen en kinderen, die eveneens in de kampen terecht kwamen. Het leed, hierin geleden, is niet te be schrijven. Daar bewaren wij het stilzwij gen over. Na 3y2 jaar kwam de „Bevrijding". Geknakt door de ellende, vonden zeer velen hun man, vrouw of kinderen niet meer terug. Gestorven in de kampen. Die hun gezin wèl terugvonden, waren de ge lukkigen. Met nieuwe moed gingen wij verder. Men zou ons toch niet in de steek laten, nu wij alles waren kwijtgeraakt buiten onze schuld? Wij werden teruggezonden naar Nederland, zonder kleren, zonder enige bezittingen, zonder uitzicht op de toekomst. Bij aankomst wérden wij „ge holpen". Deze „hulp" hebben wij tot de laatste cent terug moeten betalen bij een eerste (kleine) uitkering. Van de plm. f 7000.- waarvoor wij in aanmerking kwa men, bleven er plm. f 200.- over, daar ik met mijn vrouw 4 maanden in Zwitser land verbleef om op te knappen van de doorgestane ellende, „in en door de dienst geleden". Na mijn terugkomst uit Zwitserland werd ik „gedemobiliseerd", kreeg daarna b.g. kleine uitkering, waarvan alle „hulp" alsmede de kosten van ons verblijf in Zwitserland, werd afgebakken. Van mijn bezoek aan 101 Instanties in Den Haag, ben ik niets wijzer geworden De laatste waar ik bij was, zeide mij: „Mijnheer, als U nog eens naar Indië te ruggaat en u vindt alles terug, kunt u niets claimen", ik heb de man gelijk ge geven en ben naar huis gegaan. Nu is dan eindelijk de tijd aangebro ken, dat de Regering zich (moreel) ver plicht gevoelt, iets voor ons te doen. Ik ben mijn eigen opgebouwd particu lier bedrijf met inventaris, machinerieën enz. en een winst van 2500 gulden per maand kwijt. Het gehele meubilair van mijn woning, kleren en alles wat ik be zat, kwijt. Toekomst voor mij (en mijn kinderen, die in het "irijf zouden ko men) kwijt. Ik ben 3*0 jaar na mijn te rugkeer in Nederland ziek geweest als gevolg van de oorlog en zonder inko men buiten de „steun", die ik heb terug betaald. Nu tegenover dit alles een Maximum vergoeding voor mil en mijn gezin (men sen die niet voldoende gerehabiliteerd zijn) van f2000-. Dank Uü! T. N.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1954 | | pagina 3