Öagblad £3cStera Over Zwanenbroeders en Proosten Kunstenaar en ambachtsman in een harmonisch verbond Een unieke historische ons land botukdèftMtii Ook Koningin Juliana draagt liet purperen lint Rem voor straalvliegtuigen BOEKENPLANK Artisten duur betaald Bewogen historie H OPENT "QO" Koper beheerste het leven van A. Dikkes DERDE BLAD ZATERDAG 31 OCTOBER 1953 D( Be zagende pijnen Door omkering van straalrichting Rembaan wordt daardoor aanzienlijk bekort De provinciale prijs voor schone kunsten Materiaal kwam uit de hemel vallen Edelsmeedwerk „maar bijzaak Mensen in ons midden Dat klinkt vreemd voor een kunst smid, met een vijftigjarige prac- tijk, die in een groot aantal kerken, kloosters, scholen en openbare gebou wen, edelsmeedwerk heeft geplaatst, dat terecht wordt beschouwd als een bewijs van opleving van een uitster vend ambacht. Schitterende doopvon- TN DE jaarvergadering van de Illustre A Lieve Vrouwe Broederschap, "V rij dag te 's Hertogenbosch gehouden, heeft Dr. F. H. Fentener van Vlissingen een door de be kende kunstschilder Bernard van Vlijmen te Naarden vervaardigde schilderij van H. M. Koningin Juliana aan de Broederschap overgedragen. Dr. Fentener van lissiugen heeft dit schilderij laten vervaardigen als lid van de Zwaiiciibrocderschap omdat Koningin Ju liana het jongste lid van de Broederschap Het schilderij vertoont op de achter- is. grond ook de beeltenis van Willem de Zwij ger, die het eerste lid van Koninklijken bloede van de Zwaiienbroederscliap was. Bernard van Vlijmen heeft destijds ook het fraaie grote schilderij van Koningin Elizabeth II van Engeland te paard vervaar digd, dat het vorig jaar een plaats in Buck ingham Palace heeft gekregen. ren daarna in 1903, Z. K. H. Prins Hendrik. Bij 't koninklijk bezoek aan 's-Her- togenbosch op 30 November 1918 stemde H. M. de Koningin er in toe dat haar koninklijke Dochter Prinses Juliana tot Candidaat in de koninklij ke lijn tot Zwanenboedcr werd uit geroepen en op de 17c Juni 1936, dat Iiaar het gouden Ordeteken aan pur peren lint werd opgchecht. Deze laat ste gebeurtenis had voor de Broeder schap nog een bijzondere betekenis, omdat met de welwillende toestem ming van Koningin Wilhclmina, cue plechtigheid d'tmaal in het Brocdcr- schapsgebouw zou mogen plaats vin den. Z. K. H. Prins Bernhard, die in De Zwanenbroederschap is een unieke instelling in Neder land. De oprichting ervan moet als een der vele godsvruchtige daden der gelovige Christenen in de Middeleeuwen worden be schouwd. Zij dateert uit 1318. De stichtingsbrief wordt nog in 't archief dier Broederschap bewaard. De bedoeling dezer instelling was: Gods Barmhartigheid door Maria's voorspraak te verwerven door gebed en werken van naastenliefde. Bij hun intrede moesten de Broeders op het Evan gelie trouw zweren. Door legaten en giften geraakte de Broeder schap in goede financiële staat. In 1483 werd het huis, waarin de Broederschap gevestigd was, eigendom. Jaarlijks waren er plech tigheden, waaraan de Broeders in veel statie deelnamen. r)e naam Zwanenbroeder kwam la- ter in zwang, toen bij d- jaarlijk se maaltijden een zwaan wrd opge diend. Doch het was niet altijd ge makkelijk deze kostbare vogels te be machtigen. Daarom werden de schen kers met de titel „Zwanenbroeders" vereerd. Or.der de goede vrienden der Broederschap waren er, die regel matig zwanen schonken o£ leverden. Doch er kwamen strubbelingen in 1553, na het overlijden van Maximi- liaan van Egmont, Grave van Bue- ren ende To Lerdam, Heer van IJs- selsteyn To Cranendonck. Zijn ge- maline Frangoise de Lannoy, wei gerde zwanen toe te zeggen en vele boden keerden met lege handen an van het landgoed te Leerdam terug. De broeders hielden echter vol en al was er wel eens een maal zonder zwaangebraad, meestentijds kreeg men deze dieren toegewezen. Ook Prins Willem van Oranje zond in 1562 twee zwanen met de toezegging, dat hij die elk jaar zou schenken. Na het jaar 1580 echter zijn er geen zwanen meer op tafel ge weest. Hervormingen van Luthcr in nog een deel van het gebouw. Na de rampjaren van de godsdienstkrijg, bij het Twaalfjarig Bestand" werkte de Broederschap na verkoop van vaat werk en kristal in het geheim ver der, onder het spiedend en bestraf fend oog van Ds. Voetius. Men wilde de Broederschap niet opheffen, omdat men een „Rooms complot" vreesde. Frederik Hendrik, wiens Vader lid der Broederschap was geweest, wist echter te bewerkstelligen, dat' ook Hervormden lid zouden worden „soo datter noyt meerdere getal van d'een Religie sullen mogen worden geadmit teerd als van d'andere, op pene van nulliteijt". Na enige onderhandelingen ging de Broederschap hiermede accoord en zag daardoor haar bezittingen bevei ligd. Het karakter veranderde nu in i zoverre, dat de Broederschap op hu-1 manitaire grondslag bleef voortbe staan, met eerbiediging van eikaars geloofsovertuiging. Zo is het geble ven tot op heden. Het uitreiken van broden aan de Christen Armen van dc Stad 's-Her- togenbosch kwam later wederom in gebruik, welk gebruik sedert enige jaren is gewijzigd in een uitkering van een gelijkelijk verdeeld geldelijk bedrag aan de onderscheiden Kerk I AATST hoorde ik een meneer in A-1 het circus zeggen: »,Voor een kwartiertje werken steken die artis ten even veel duiten in hun zak, als ik na een hele week!" Hoezeer dit ook waar moge zijn (artisten-gages lopen van een paar tientjes tot een paar briefjes van honderd per dag), de meneer-in-kwestie vergat daarbij te bedenken dat deze artisten niet verzekerd zijn, geen pensioen hebben, niet aangesloten zyn by een zieken fonds en vaak maanden zonder enga gement zitten. Ze moeten dan ook niet M te royaal leven om van die hoge gages nog een kapitaaltje voor later te kunnen sparen. Ér bestaat nog zoveel wanbegrip over het leven der artisten. Hoeveel mensen zijn er niet die bij het woord artist" denken aan 'n ontuchtig le ven, aan overmatig drankgebruik en lichtzinnige geldsmijterij? Het komt niet bij hen op dat deze mensen dit „apart slag volk", avond aan avond het lichaam, en de geest erbij, gehéél- en-al in bedwang moeten hebben, willen ze niet van hun optreden in de leeuwenkooi of aan de trapeze een zelfmoord-vertoning maken! Wat in een paar minuten onder het licht dér schijnwerpers vertoond wordt, is af. Maar hebt u op zo'n mo ment wel enig idee van de geweldige inspanning en het doorzettingsvermo gen dat vereist wordt, om zo'n vol maakte lichamelijke prestatie op de planken of in het zand en zaagsel tc zetten? Als u met losse handen kunt fietsen zonder de eerste de beste te genligger omver te rijden, bent u een goed wielrijder. Maar om een hoog standje op de fiets te kunnen maken komt er wel wat meer kijken. Maan den. ja zelfs jaren training gaan er in zitten. QOK DE DIEREN kan men de kun- sten niet inhameren, laat staan er in slaan met zwepen of gloeiende po ken! Een ieder die zijn hond het pootje-geven of 't zindelijk-zijn heeft bijgebracht, weet dat men bij 'n dier met een koekje en wat vriendelijke woorden veel meer bereikt dan met schreeuwen en slaan. Zo ziet u bij voorbeeld een groep exoten (kame len. lama's, buffels, zebra's) in de pis te aan het werk. Eer deze dieren aan elkaar en aan eikaars luchtjes gewend waren zijn er ettelijk maanden heen gegaan en d^n pas kan er met de dressuur worden begonnen! Sommige acrobaten worden wel eens „slagenmensen" genoemd. Eigen lijk kleineêrt men door deze bena ming de prestaties van artisten. die per slot evenveel botten in hun lijf hebben als ieder ander mens, en het tóch voor elkaar spelen om hun li chaam in de knoop te leggen! VR ZIJN ZOVEEL van die dingen. De man die zijn hele leven „de clown uithangt" is in feite acrobaat (zowel tc paard, in de lucht als par terre), muzikant, jongleur, timmer man, monteur, kleermaker en toneel speler. Hij moet van alle markten thuis zijn en vloeiend vijf. zes talen kunnen spreken. Geloof maar niet dat iedereen voor „clown" in de wieg is gelegd! In feite is het circusleven zwaar. Het voortdurend op- en afbou wen, trainen, reizen en optreden stelt hoge eisen aan de mensen. Van 's morgens vroeg tot 's avonds na de voorstelling zijn zij in de weer. Ge looft u eigenlijk dat die meneer uit het begin van dit stukje die 18-urige werkdag en de zorgen-voor-de-ouwe- dag zou willen om die hoge gages in handen te krijgen? Nee, daar moet je nou artist voor zijn, „zo'nen aparte, witte-wel!?" Duitsland brachten een ommekeer besturen en Kerkvoogdyen voor de in de Broederschap. De nieuwe ge loofsovertuiging overwoekerde de oude Religie, waardoor tweedracht in de gelederen van de gelovigen ont stond. Het heiligdom van de Broeder schap deelde het lot van vele kloos ters en kerken, hoewel vele kost baarheden gered konden worden. De uitreikingen aan armen (brood en geld) moesten worden stopgezet, doch de Broederschap bleef voortbe staan. In 1580 trof nog een zware slag de Broederschap, toen de Span jaarden goud- en zilverwerk opeis ten en de brand in 1584 vernietigde (Advertentie) Christen Armen der Stad. Dit ge schiedt tussen Kerstmis en Pasen. In de oorlogstijd trok het zwerk boven de Broederschap weer dicht, de N.S.B. wide alle bezittingen in 'be slag nemen, doch dank zij handige manipulaties werden de schatten ge red, slechts het geldelijk bezit werd verbeurd verklaard. DE BROEDERSCHAP THANS van rheumatiek, spit, ischias, hoofd- en zenuwpijnen worden snel en af- worden benoemd tot Proost Honorair! Qp het ogenblik wordt de Broeder schap nog steeds gevormd door 36 Broeders, de helft R.K. en de helft Protestant, ouder dan 23 jaar. De oud ste vier Broeders van elke geloofslijn vormen het Bestuur en voeren de ti tel van Proost, mits wonende bin nen 20 k.m. van de Stad 's-Herto- genbosch. Zij, die verderaf wonen sonen, Vrijwel alle Oranjevorsten hebben van 1818 (bij het 500-jarig bestaan) af. tot dusver deze titel aanvaard. Een der Proosten wordt voor een jaar Regerend Proost, telken jare afgewisseld in lijn. De Griffier wordt uit de Broeders voor zes jaar verheven en beheert het archief met de vele kostbare stukken: antipho- naria, rekeningen (waaronder er bij zijn van Jeroen Bosch, de schilder van 't Broedersehapshuis) en oude docu menten. De financiële administratie berust bij de Broeder Rentmeester. Alle Broeders en candidaten dragen het ordeteken: een Lelie tussen door nen: de Proosten aan purper lint, de Broeders aan groen en candidaten aan wit lint. De koninklijke Zwanenbroe ders dragen het ordeteken in goud aan een purper lint. Hare Majesteit Koningin Wilhelmina stemde in 1899 er in toe om tot Zwanenbroeder te worden uitgeroepen, evenals vier ja- doende verdreven door Togal. Er is Behalve de 36 Broeders, 18 in iedere geen beter middel tegen dan Togal.lijn, kunnen in elke lijn nog twee Togal baat waar andere middelen candidaten worden benoemd ouder falen. Togal zuivert door de nieren en dan 20 jaar. Daarnaast kunnen een is onschadelijk voor hart en maag. Bij apoth. en drog. f 0.95, f 2.40 en f 8.88. 658-00 aantal candidandi worden benoemd en kan de eretitel Zwanenbroeder worden verleend aan Vorstelijke per- (Van onze luchtvaartmedewerker) TJE mens, die steeds jaagt naar grotere snelheden, 't vlieg tuig uitvond en daarmede nog niet tevreden was, ontdekte ook de straalaandrijving. Dit was weer een geweldige sprong vooruit. In vrij korte tijd wer den de snelheden opgejaagd tot boven ^ie van het geluid. Waar schijnlijk zullen in de toe komst de snelheden nog groter worden. Maar met deze ver bluffende haast komt de mens voor moeilijwheden te staan, die hier zijdelings verband mee houden. Eén van deze moeilijkheden betreft Sfa met dergelijke grote snel heden. Tot nog toe had men hier geen bevredigende oplossing voor gevon den De landingsbanen werden langer en langer, hetgeen om andere redenen met bepaald te prefereren was. Men vond de remparachute uit. die de uit- bëkorten V3m sU'aalvliegtuig moest remwlw, werkte aan nieuwe de?o nnTën °p, de wielen, maar al dinfnH ge,n leverden geen bevre- Wtt weL? i °p' In theorie wUt omkeren van nameIijk het seerd op hëtzelfd?^ "Chting'geba" omkeren van de snoü^v?-6 u het vliegtuigen. Tot nu toe was (üt t«h nisch onuitvoerbaar. een paar KLEPPEN.... De oplossing is echter gevonden. De ,ie,C,^;iCh„..™?.ej"!kheden werden gedeeltelijk overwonnen doch onder een bepaalde hoek. Het is dus nog voor verbetering vatbaar. Natuurlijk is men in luchtvaart kringen geweldig met dit nieuwe snufje ingenomen. De rembaan van het straalvliegtuig wordt door dit sy steem van remmen aanzienlijk bekort. Bij de landing blijft de gashandle vol open staan, de piloot stelt slechts de straalombuiging in werking. Bij da delijk doorstarten behoeft dus slechts deze remming te worden afgezet, om met vol gas te stijgen. Buiten de dadelijk in het oog sprin gende voordelen zijn er nog andere consekwenties aan deze vondst ver bonden. Wanneer het systeem wordt geperfectioneerd, bestaat de mogelijk heid, dat in de toekomst de tactiek van het luchtgevecht zal moeten wor den gewijzigd, terwijl tevens het tot nu toe onhandige, snelle straalvlieg tuig bij aanvallen op gronddelen beter in de hand zal liggen. NIET VOOR ELK TYPE - en men heelt een systeem van straalombuiging we ten te construeren door een ingenieus kleppenstelsel in de straalpijp Het systeem geeft nog geen vol rende ment, aangezien de straalstuwing niet geheel recht naar voren is gericht Aan deze vinding is echter ook een „maar" verbonden. Bij de norma le straalaandrijving komen de hete gassen uit de stralpijp en verdwijnen achterwaarts vrijelijk in de lucht. Bij omkering van de straalstuwing moet men er rekening mee houden, dat de gassen ook aan de voorzijde vrij uit kunnen stralen. De plaats, waar de straalmotor geplaatst zal worden in het toestel, wordt dus nu wel zéér be langrijk. Verschillende typen reeds bestaande straalvliegtuigen, lenen zich momen teel niet voor toepassing van het nieuwe systeem, aangezien bjj omge keerde stuwing verschillende delen van het toestel enorm heet zouden worden. Bij nieuwe ontwerpen zal inen hier dus terdege rekening mee moeten houden. Dit nieuwe remsysteem is een be langrijke vondst, die nog verder ont wikkeld zal moeten worden en welke van zeer veel belang kan zijn voor de moderne luchtvaart. 1938 er in toestemde tot Zwanenbroe der te worden uitgeroepen. neemt evenals destijds Prins Hendrik, meer malen aan de jaarlijkse Broederlijke maaltijd in October deel. Prinses Bea trix en Prinses Irene werden dit jaa uitgeroepen tot Candidaat-Zwanien- broeder, na verkregen goedkeuring van de Koninklijke Ouders. Op 22 October j.l. werd de betreffende oor konde met het insigne in zilver op wit lint aan haar beiden uitgereikt op Paleis Soestdijk, door een delegatie van het Bestuur der Broederschap. Het Bestuur der Broederschap wordt thans gevormd door: Jhr. Mr. Eug. Verheyen, Regerend Proost, A. P. Hubert van Beusekom, Toeziend Proost, en de Proosten Mr. Dr. G. Kolff, Mr. G. van Zinnicq Bergmann, Jhr. C. J. Laman Trip, Mr. F. Til- man. Mr. Dr. H. W. Jordens. Jhr. P. J. O. van der Does de Wiliebois, Proost Griffier. F\e commissie van Advies voor de provinciale prijs van Schone Kun sten in Noord-Brabant, heeft in haar rapport aan de provinciale overheid suggesties gedaan inzake aankoop uit de geselecteerde werken, die op het ogenblik in het gebouw van het pro vinciaal genootschap worden tentoon gesteld. Jaarlijks zou de provinciale overheid hiervan over een crediet van f3000.dienen te beschikken, aldus het voorstel. Hein Jordans gastdirigent bij Residentie Orkest r~\p 1? en 18 November zal Hein Jor- dans als gastdirigent optreden van het Residentie Orkest te Den Haag. Op het programma van één der con certen prijkt de feestelijke ouverture .Vivat Brabantia" van Oscar van He mel, die, zoals men weet, gecompo neerd werd in opdracht van de Stich ting Vrienden van Het Brabants Or kest. GOEDE JEUGDLECTUUR Ook in de wereld van de uitgeverij is het, zoals ieder jaar, te bemerken, dat de Sinterklaas-opwinding nadert. Een stroom van nieuwe uitgaven komt los en het is uiteraard in het bijzon der de jeugd, die de volle portie krijgt. Zo verzorgde Malmberg in Den Bosch twee keurige boeken, die we ondanks hun verschil in karakter hier samen even voor het voetlicht willen brengen. Die boeken hebben namelijk één zeer belangrijk punt ge meen: het is goede opvoedende chris telijke lectuur. Allereerst dan het kinderboek (waarin overigens grote mensen ge rust kunnen gaan lezen!). „Het boek van Thijs en Claartje". Het is geschre ven door de rector va:, het Amster damse Móntessori-ïyceum. de. heer J. A. Schreuder. We zouden dit het boek van de evenwichtige opvoeding wil len noemen. Ouders, die het lazen al vorens het een kind in handen te ge ven, zullen ongetwijfeld met een ver heugde glimlach toezien, wanneer na de Sinterklaasdag hun spruit over de lotgevallen van Thijs en Claartje ge bogen zit: daar kan alleen maar iets goeds van geleerd worden, zo denken zij dan. De stijl is vlot, het verhaal goed van conceptie en de „geest" is uitmuntend. Hetzelfde zou men kunnen zeggen van „Ik.... Laura", geschreven door Esther Hagers, die ook het prettige boek „Tonny Borger" op haar naam heeft staan. Deze uitgave van Malm berg is echter voor een geheel andere categorie lezers: het zal voornamelijk de „bakvis" zijn, die van het gave meisje Laura en haar moeilijkheden kan genieten: Het karakter van Laura is voortreffelijk opgebouwd. Er is geen grein valse sensatie te bespeuren, ook al komt „sentiment" wel eens heel even te nadrukkelijk om de hoek kij ken. Maar hoe kan het ook anders, de leeftijd waarvoor dit verhaal werd ge schreven in aanmerking genomen! Bei de boeken zullen ongetwijfeld in ie der „verrassingen-pakket" een zeer goed figuur slaan. Tot slot nog een enkel woord over een jongensboek in de bekende Kroonserie van de uitgeverij „Hel mond". Daarin verzorgde Joh. D. De- greef weer eens en spannende histori sche geschiedenis, die ons verplaatst naar de Amerikaanse Vrijheidsoorlog, f,Benjamin van Saint Just" is de titel én tevens de hoofdfiguur, een jonge negerslaaf. We volgen hem in zijiï ontroerende trouw aan de meester, wiens bezit hij tijdens diens afwezig heid bewaakt en beschermt. Er zit spanning in de reeks opwindende avonturen van de jongen, als hij op zoek gaat naar de meester om hem te vertellen van de verraderlijke oom en van zijn nederlaag in de afmattende strijd. Behalve de historische waarde van dit boek, waar iedere jongen graag een reeks vrije middagen aan zal besteden, moet ook de „paedagogi- sche rust" ervan worden geroemd. We denken zo. dat iedere vader graag dit boek eens uit de verzameling van zoonlief zal vissen om er een winter avond van te genieten en vante leren. (Advertentie) A. H. DIKKES (62) ....koper.... JTn nu zitten we tegenover die jon gen, thans een man van 62 jaar, eigenaar van een kunstsmederij in Wagenberg, de heer A. H. Dikkes. Een markante kop, mager en scherp getekend en voortdurend bewegende handen: dat is onze totaal-indruk. De pioducten van die handen zien we aan de wanden van de huiskamer. Dat is wat Dikkes op de lange duur heeft gemaakt, en dat zijn ontwikke- ling is begonnen na die vondst van de plaat koper. Het zijn in plaatko per gedreven figuren: een Anthonius met kind, een Koningin Wilhelmina, bloemen, dieren. Dat hamerde eii perste hij uit het stugge metaal. Niet alleen hier hangen zijn kunst werken. Vele ervan vonden hun weg naar het publiek, evenals de fraaie smeedijzeren lampen, de open haar - den, de hekwerken en wat niet al. die Dikkes in zijn werkplaats vervaar digde. GEEN „ISMEN" TTET is de Lieve Heer zélf geweest, die bijna vijftig jaar gele- den een kunstenaar het materiaal gaf, om daaruit al wat zijn hart hem ingaf, te vervaardigen. Die kunstenaar was toen nog maar een jongen, die met zijn vrienden de liefde voor de sport deelde. Maar 's avonds en in ieder ander uur, dat hij maar kon vrijmaken, toonde hij toch van een ander slag te zijn dan de meeste van zijn leeftijdgenoten. Want dan probeerde hij uit plaatjes koper bepaalde voorstellingen te drijven. Dat boeide hem nu eenmaal, ook al zei zijn moeder een paar maal in de week, dat hij voorlopig wel nooit geld genoeg zou verdienen, om méér materiaal te kopen, dan hij kon verknoeien. In die tijd vond hij op een Zondag in de Reigerstraat te Breda, een plaat koper van wel twee vierkante meter. Die was van de kerktoren gerukt door de storm en wat was logischer, dan dat de jongen die de plaat vond, vaststelde, dat dit letterlijk en figuurlijk een geschenk van de hemel was! ten, koorhekken, en kroonluchters zijn er van iijn hand in Nederlandse kerken te vinden. Doch Dikkes beschouwt dit alles slechts als „het gewone werk", dat nu eenmaal moet gebeuren, omdat het bedrijf, zo goed als het gezin, geld moet hebben om te kunnen blijven draaien. Zijn echte kunst is het koper- drijven, maar helaas kan hij daarvan niet leven. Toch behoort hij volgens menige ingewijde in dit gevaarlijke land, tot de enkel échte kunstenaars. Voor hem is de kunst tevens een edel ambacht. I)e helft van zijn leven heeft hfj besteed aan louter pogingen, voordat eindelijk het koper zich onder zijn hand ging buigen op de manier, die de meester bedoelde. Eindelijk, nu voor hem en zijn vrouw de levensavond al nadert, komt de gelegenheid voor Dikkes. om zich geheel en al aan zijn kunst te wijden. Het echtpaar gaat naar Australië, waar reeds een zoon woont. Dikkes hoopt daar veel mooi werk te maken, dat in bredere kring dan nu het geval is. waardering zal vin den. Hoewel hij dit laatste niet als eis stelt, omdat de kunst zichzelf ge noeg is. Dat heeft hij in zijn leven bewezen. T aat ons ecrijk zijn: wij hadden niet verwacht, in het kleine Wa genberg een kunstenaar van groot formaat te vinden, hoogstens een verdienstelijk amateur. Maar dan houdt Dikkes een Anthonius met het kind Jezus in het licht, en dat blijkt van een zó aandoenlijke zuiverheid te zijn, en dermate doorvoeld, dat wij er alleen maar stil bij kunnen zijn. Men verwachte van Dikkes geen „ismische" kunstuitingen. In het weerspannige, haast kapotgebeukte koper, hamerde hij slechts z ij n voorstellingen, die de gedachtenbeelden zijn van de ge lukkige, gewone en op God vertrou wende mens. Zijn Anthonius gloeit van bezorgdheid cn liefde voor het Goddelijk Kind, dat hij in de armen draagt en dit Kind zelf, schijnt te willen zweven tussen het materiaal en die wereld waar alles irreëel is. KOPER, KOPER JTAe voorstelling schijnt IN het koper te zijn losgemaakt van de achter grond, waarmee het toch in eenheid is gebleven. Het ligt ingebed in 't glan zende. op millioenen plaatsen geraak- te koper. Een schoner kunstvorm dan deze kennen we niet. Rodin heeft eens gezegd, dat ztfn verdrietigste ogenblik dat is, waarop liij een beeld, dat als het ware uit de ruwe steen oprijst, van het omrin gende materiaal moet loshakken. Daarmee Is het boeiendste tijdperk van een groeiend beeld voorbij. Een in plaatkoper gedreven voorstelling, blyft voor altijd vastgelegd in dat be klemmende moment van zjjn geboor te. „Koper".... het is een woord van onpeilbare betekenis in het gezin Dik kes. Het heeft hem gedreven vanaf zijn jeugd, en zoals hij ons zonder een spoor van pathetiek zei: „Als ik de jaren die mij nog resten, niet mag besteden aan mijn koper, dan zal ik het op mijn sterfbed uitschreeuwen van spijt om die verloren jaren!" Ko per. koper. EéN KUNST Heilige Anthonius met Kind Jezus, één der fraaiste stukken van de heer i Dikkes (Foto: Anton Henning)

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1953 | | pagina 5