Öagblad £3cStera
Over Zwanenbroeders en Proosten
Kunstenaar en ambachtsman in een
harmonisch verbond
Een unieke historische ons land
botukdèftMtii
Ook Koningin Juliana draagt
liet purperen lint
Rem voor straalvliegtuigen
BOEKENPLANK
Artisten duur betaald
Bewogen historie
H OPENT "QO"
Koper beheerste het leven van A. Dikkes
DERDE BLAD
ZATERDAG 31 OCTOBER 1953
D(
Be zagende pijnen
Door omkering van straalrichting
Rembaan wordt daardoor aanzienlijk bekort
De provinciale prijs
voor schone kunsten
Materiaal kwam uit de hemel vallen
Edelsmeedwerk
„maar bijzaak
Mensen in ons
midden
Dat klinkt vreemd voor een kunst
smid, met een vijftigjarige prac-
tijk, die in een groot aantal kerken,
kloosters, scholen en openbare gebou
wen, edelsmeedwerk heeft geplaatst,
dat terecht wordt beschouwd als een
bewijs van opleving van een uitster
vend ambacht. Schitterende doopvon-
TN DE jaarvergadering van de Illustre
A Lieve Vrouwe Broederschap, "V rij dag te
's Hertogenbosch gehouden, heeft Dr. F. H.
Fentener van Vlissingen een door de be
kende kunstschilder Bernard van Vlijmen
te Naarden vervaardigde schilderij van H.
M. Koningin Juliana aan de Broederschap
overgedragen.
Dr. Fentener van lissiugen heeft dit
schilderij laten vervaardigen als lid van de
Zwaiiciibrocderschap omdat Koningin Ju
liana het jongste lid van de Broederschap
Het schilderij vertoont op de achter-
is.
grond ook de beeltenis van Willem de Zwij
ger, die het eerste lid van Koninklijken
bloede van de Zwaiienbroederscliap was.
Bernard van Vlijmen heeft destijds ook
het fraaie grote schilderij van Koningin
Elizabeth II van Engeland te paard vervaar
digd, dat het vorig jaar een plaats in Buck
ingham Palace heeft gekregen.
ren daarna in 1903, Z. K. H. Prins
Hendrik.
Bij 't koninklijk bezoek aan 's-Her-
togenbosch op 30 November 1918
stemde H. M. de Koningin er in toe
dat haar koninklijke Dochter Prinses
Juliana tot Candidaat in de koninklij
ke lijn tot Zwanenboedcr werd uit
geroepen en op de 17c Juni 1936, dat
Iiaar het gouden Ordeteken aan pur
peren lint werd opgchecht. Deze laat
ste gebeurtenis had voor de Broeder
schap nog een bijzondere betekenis,
omdat met de welwillende toestem
ming van Koningin Wilhclmina, cue
plechtigheid d'tmaal in het Brocdcr-
schapsgebouw zou mogen plaats vin
den.
Z. K. H. Prins Bernhard, die in
De Zwanenbroederschap is een unieke instelling in Neder
land. De oprichting ervan moet als een der vele godsvruchtige
daden der gelovige Christenen in de Middeleeuwen worden be
schouwd. Zij dateert uit 1318. De stichtingsbrief wordt nog in 't
archief dier Broederschap bewaard.
De bedoeling dezer instelling was: Gods Barmhartigheid
door Maria's voorspraak te verwerven door gebed en werken van
naastenliefde. Bij hun intrede moesten de Broeders op het Evan
gelie trouw zweren. Door legaten en giften geraakte de Broeder
schap in goede financiële staat. In 1483 werd het huis, waarin de
Broederschap gevestigd was, eigendom. Jaarlijks waren er plech
tigheden, waaraan de Broeders in veel statie deelnamen.
r)e naam Zwanenbroeder kwam la-
ter in zwang, toen bij d- jaarlijk
se maaltijden een zwaan wrd opge
diend. Doch het was niet altijd ge
makkelijk deze kostbare vogels te be
machtigen. Daarom werden de schen
kers met de titel „Zwanenbroeders"
vereerd. Or.der de goede vrienden
der Broederschap waren er, die regel
matig zwanen schonken o£ leverden.
Doch er kwamen strubbelingen in
1553, na het overlijden van Maximi-
liaan van Egmont, Grave van Bue-
ren ende To Lerdam, Heer van IJs-
selsteyn To Cranendonck. Zijn ge-
maline Frangoise de Lannoy, wei
gerde zwanen toe te zeggen en vele
boden keerden met lege handen an
van het landgoed te Leerdam terug.
De broeders hielden echter vol en al
was er wel eens een maal zonder
zwaangebraad, meestentijds kreeg
men deze dieren toegewezen.
Ook Prins Willem van Oranje
zond in 1562 twee zwanen met de
toezegging, dat hij die elk jaar zou
schenken. Na het jaar 1580 echter zijn
er geen zwanen meer op tafel ge
weest.
Hervormingen van Luthcr
in
nog een deel van het gebouw. Na de
rampjaren van de godsdienstkrijg, bij
het Twaalfjarig Bestand" werkte de
Broederschap na verkoop van vaat
werk en kristal in het geheim ver
der, onder het spiedend en bestraf
fend oog van Ds. Voetius. Men wilde
de Broederschap niet opheffen, omdat
men een „Rooms complot" vreesde.
Frederik Hendrik, wiens Vader lid
der Broederschap was geweest, wist
echter te bewerkstelligen, dat' ook
Hervormden lid zouden worden „soo
datter noyt meerdere getal van d'een
Religie sullen mogen worden geadmit
teerd als van d'andere, op pene van
nulliteijt".
Na enige onderhandelingen ging de
Broederschap hiermede accoord en
zag daardoor haar bezittingen bevei
ligd. Het karakter veranderde nu in i
zoverre, dat de Broederschap op hu-1
manitaire grondslag bleef voortbe
staan, met eerbiediging van eikaars
geloofsovertuiging. Zo is het geble
ven tot op heden.
Het uitreiken van broden aan de
Christen Armen van dc Stad 's-Her-
togenbosch kwam later wederom in
gebruik, welk gebruik sedert enige
jaren is gewijzigd in een uitkering
van een gelijkelijk verdeeld geldelijk
bedrag aan de onderscheiden Kerk
I AATST hoorde ik een meneer in
A-1 het circus zeggen: »,Voor een
kwartiertje werken steken die artis
ten even veel duiten in hun zak, als
ik na een hele week!" Hoezeer dit
ook waar moge zijn (artisten-gages
lopen van een paar tientjes tot een
paar briefjes van honderd per dag),
de meneer-in-kwestie vergat daarbij
te bedenken dat deze artisten niet
verzekerd zijn, geen pensioen hebben,
niet aangesloten zyn by een zieken
fonds en vaak maanden zonder enga
gement zitten. Ze moeten dan ook
niet M te royaal leven om van die
hoge gages nog een kapitaaltje voor
later te kunnen sparen.
Ér bestaat nog zoveel wanbegrip
over het leven der artisten. Hoeveel
mensen zijn er niet die bij het woord
artist" denken aan 'n ontuchtig le
ven, aan overmatig drankgebruik en
lichtzinnige geldsmijterij? Het komt
niet bij hen op dat deze mensen dit
„apart slag volk", avond aan avond
het lichaam, en de geest erbij, gehéél-
en-al in bedwang moeten hebben,
willen ze niet van hun optreden in de
leeuwenkooi of aan de trapeze een
zelfmoord-vertoning maken!
Wat in een paar minuten onder het
licht dér schijnwerpers vertoond
wordt, is af. Maar hebt u op zo'n mo
ment wel enig idee van de geweldige
inspanning en het doorzettingsvermo
gen dat vereist wordt, om zo'n vol
maakte lichamelijke prestatie op de
planken of in het zand en zaagsel tc
zetten? Als u met losse handen kunt
fietsen zonder de eerste de beste te
genligger omver te rijden, bent u een
goed wielrijder. Maar om een hoog
standje op de fiets te kunnen maken
komt er wel wat meer kijken. Maan
den. ja zelfs jaren training gaan er
in zitten.
QOK DE DIEREN kan men de kun-
sten niet inhameren, laat staan er
in slaan met zwepen of gloeiende po
ken! Een ieder die zijn hond het
pootje-geven of 't zindelijk-zijn heeft
bijgebracht, weet dat men bij 'n dier
met een koekje en wat vriendelijke
woorden veel meer bereikt dan met
schreeuwen en slaan. Zo ziet u bij
voorbeeld een groep exoten (kame
len. lama's, buffels, zebra's) in de pis
te aan het werk. Eer deze dieren aan
elkaar en aan eikaars luchtjes gewend
waren zijn er ettelijk maanden heen
gegaan en d^n pas kan er met de
dressuur worden begonnen!
Sommige acrobaten worden wel
eens „slagenmensen" genoemd. Eigen
lijk kleineêrt men door deze bena
ming de prestaties van artisten. die
per slot evenveel botten in hun lijf
hebben als ieder ander mens, en het
tóch voor elkaar spelen om hun li
chaam in de knoop te leggen!
VR ZIJN ZOVEEL van die dingen.
De man die zijn hele leven „de
clown uithangt" is in feite acrobaat
(zowel tc paard, in de lucht als par
terre), muzikant, jongleur, timmer
man, monteur, kleermaker en toneel
speler. Hij moet van alle markten
thuis zijn en vloeiend vijf. zes talen
kunnen spreken. Geloof maar niet dat
iedereen voor „clown" in de wieg is
gelegd! In feite is het circusleven
zwaar. Het voortdurend op- en afbou
wen, trainen, reizen en optreden stelt
hoge eisen aan de mensen. Van 's
morgens vroeg tot 's avonds na de
voorstelling zijn zij in de weer. Ge
looft u eigenlijk dat die meneer uit
het begin van dit stukje die 18-urige
werkdag en de zorgen-voor-de-ouwe-
dag zou willen om die hoge gages in
handen te krijgen? Nee, daar moet je
nou artist voor zijn, „zo'nen aparte,
witte-wel!?"
Duitsland brachten een ommekeer besturen en Kerkvoogdyen voor de
in de Broederschap. De nieuwe ge
loofsovertuiging overwoekerde de
oude Religie, waardoor tweedracht
in de gelederen van de gelovigen ont
stond. Het heiligdom van de Broeder
schap deelde het lot van vele kloos
ters en kerken, hoewel vele kost
baarheden gered konden worden.
De uitreikingen aan armen (brood
en geld) moesten worden stopgezet,
doch de Broederschap bleef voortbe
staan. In 1580 trof nog een zware
slag de Broederschap, toen de Span
jaarden goud- en zilverwerk opeis
ten en de brand in 1584 vernietigde
(Advertentie)
Christen Armen der Stad. Dit ge
schiedt tussen Kerstmis en Pasen.
In de oorlogstijd trok het zwerk
boven de Broederschap weer dicht, de
N.S.B. wide alle bezittingen in 'be
slag nemen, doch dank zij handige
manipulaties werden de schatten ge
red, slechts het geldelijk bezit werd
verbeurd verklaard.
DE BROEDERSCHAP THANS
van rheumatiek, spit, ischias, hoofd-
en zenuwpijnen worden snel en af- worden benoemd tot Proost Honorair!
Qp het ogenblik wordt de Broeder
schap nog steeds gevormd door 36
Broeders, de helft R.K. en de helft
Protestant, ouder dan 23 jaar. De oud
ste vier Broeders van elke geloofslijn
vormen het Bestuur en voeren de ti
tel van Proost, mits wonende bin
nen 20 k.m. van de Stad 's-Herto-
genbosch. Zij, die verderaf wonen
sonen, Vrijwel alle Oranjevorsten
hebben van 1818 (bij het 500-jarig
bestaan) af. tot dusver deze titel
aanvaard. Een der Proosten wordt
voor een jaar Regerend Proost, telken
jare afgewisseld in lijn. De Griffier
wordt uit de Broeders voor zes jaar
verheven en beheert het archief met
de vele kostbare stukken: antipho-
naria, rekeningen (waaronder er bij
zijn van Jeroen Bosch, de schilder van
't Broedersehapshuis) en oude docu
menten. De financiële administratie
berust bij de Broeder Rentmeester.
Alle Broeders en candidaten dragen
het ordeteken: een Lelie tussen door
nen: de Proosten aan purper lint, de
Broeders aan groen en candidaten aan
wit lint. De koninklijke Zwanenbroe
ders dragen het ordeteken in goud
aan een purper lint. Hare Majesteit
Koningin Wilhelmina stemde in 1899
er in toe om tot Zwanenbroeder te
worden uitgeroepen, evenals vier ja-
doende verdreven door Togal. Er is Behalve de 36 Broeders, 18 in iedere
geen beter middel tegen dan Togal.lijn, kunnen in elke lijn nog twee
Togal baat waar andere middelen candidaten worden benoemd ouder
falen. Togal zuivert door de nieren en dan 20 jaar. Daarnaast kunnen een
is onschadelijk voor hart en maag.
Bij apoth. en drog. f 0.95, f 2.40 en
f 8.88. 658-00
aantal candidandi worden benoemd
en kan de eretitel Zwanenbroeder
worden verleend aan Vorstelijke per-
(Van onze luchtvaartmedewerker)
TJE mens, die steeds jaagt naar
grotere snelheden, 't vlieg
tuig uitvond en daarmede nog
niet tevreden was, ontdekte ook
de straalaandrijving. Dit was
weer een geweldige sprong
vooruit. In vrij korte tijd wer
den de snelheden opgejaagd tot
boven ^ie van het geluid. Waar
schijnlijk zullen in de toe
komst de snelheden nog groter
worden. Maar met deze ver
bluffende haast komt de mens
voor moeilijwheden te staan, die
hier zijdelings verband mee
houden.
Eén van deze moeilijkheden betreft
Sfa met dergelijke grote snel
heden. Tot nog toe had men hier geen
bevredigende oplossing voor gevon
den De landingsbanen werden langer
en langer, hetgeen om andere redenen
met bepaald te prefereren was. Men
vond de remparachute uit. die de uit-
bëkorten V3m sU'aalvliegtuig moest
remwlw, werkte aan nieuwe
de?o nnTën °p, de wielen, maar al
dinfnH ge,n leverden geen bevre-
Wtt weL? i °p' In theorie wUt
omkeren van nameIijk het
seerd op hëtzelfd?^ "Chting'geba"
omkeren van de snoü^v?-6 u het
vliegtuigen. Tot nu toe was (üt t«h
nisch onuitvoerbaar.
een paar KLEPPEN....
De oplossing is echter gevonden. De
,ie,C,^;iCh„..™?.ej"!kheden werden
gedeeltelijk overwonnen
doch onder een bepaalde hoek. Het is
dus nog voor verbetering vatbaar.
Natuurlijk is men in luchtvaart
kringen geweldig met dit nieuwe
snufje ingenomen. De rembaan van
het straalvliegtuig wordt door dit sy
steem van remmen aanzienlijk bekort.
Bij de landing blijft de gashandle vol
open staan, de piloot stelt slechts de
straalombuiging in werking. Bij da
delijk doorstarten behoeft dus slechts
deze remming te worden afgezet, om
met vol gas te stijgen.
Buiten de dadelijk in het oog sprin
gende voordelen zijn er nog andere
consekwenties aan deze vondst ver
bonden. Wanneer het systeem wordt
geperfectioneerd, bestaat de mogelijk
heid, dat in de toekomst de tactiek
van het luchtgevecht zal moeten wor
den gewijzigd, terwijl tevens het tot
nu toe onhandige, snelle straalvlieg
tuig bij aanvallen op gronddelen beter
in de hand zal liggen.
NIET VOOR ELK TYPE
- en men heelt
een systeem van straalombuiging we
ten te construeren door een ingenieus
kleppenstelsel in de straalpijp Het
systeem geeft nog geen vol rende
ment, aangezien de straalstuwing niet
geheel recht naar voren is gericht
Aan deze vinding is echter ook een
„maar" verbonden. Bij de norma
le straalaandrijving komen de hete
gassen uit de stralpijp en verdwijnen
achterwaarts vrijelijk in de lucht. Bij
omkering van de straalstuwing moet
men er rekening mee houden, dat de
gassen ook aan de voorzijde vrij uit
kunnen stralen. De plaats, waar de
straalmotor geplaatst zal worden in het
toestel, wordt dus nu wel zéér be
langrijk.
Verschillende typen reeds bestaande
straalvliegtuigen, lenen zich momen
teel niet voor toepassing van het
nieuwe systeem, aangezien bjj omge
keerde stuwing verschillende delen
van het toestel enorm heet zouden
worden. Bij nieuwe ontwerpen zal
inen hier dus terdege rekening mee
moeten houden.
Dit nieuwe remsysteem is een be
langrijke vondst, die nog verder ont
wikkeld zal moeten worden en welke
van zeer veel belang kan zijn voor de
moderne luchtvaart.
1938 er in toestemde tot Zwanenbroe
der te worden uitgeroepen. neemt
evenals destijds Prins Hendrik, meer
malen aan de jaarlijkse Broederlijke
maaltijd in October deel. Prinses Bea
trix en Prinses Irene werden dit jaa
uitgeroepen tot Candidaat-Zwanien-
broeder, na verkregen goedkeuring
van de Koninklijke Ouders. Op 22
October j.l. werd de betreffende oor
konde met het insigne in zilver op wit
lint aan haar beiden uitgereikt op
Paleis Soestdijk, door een delegatie
van het Bestuur der Broederschap.
Het Bestuur der Broederschap
wordt thans gevormd door: Jhr. Mr.
Eug. Verheyen, Regerend Proost, A.
P. Hubert van Beusekom, Toeziend
Proost, en de Proosten Mr. Dr. G.
Kolff, Mr. G. van Zinnicq Bergmann,
Jhr. C. J. Laman Trip, Mr. F. Til-
man. Mr. Dr. H. W. Jordens. Jhr. P.
J. O. van der Does de Wiliebois,
Proost Griffier.
F\e commissie van Advies voor de
provinciale prijs van Schone Kun
sten in Noord-Brabant, heeft in haar
rapport aan de provinciale overheid
suggesties gedaan inzake aankoop uit
de geselecteerde werken, die op het
ogenblik in het gebouw van het pro
vinciaal genootschap worden tentoon
gesteld. Jaarlijks zou de provinciale
overheid hiervan over een crediet van
f3000.dienen te beschikken, aldus
het voorstel.
Hein Jordans gastdirigent
bij Residentie Orkest
r~\p 1? en 18 November zal Hein Jor-
dans als gastdirigent optreden van
het Residentie Orkest te Den Haag.
Op het programma van één der con
certen prijkt de feestelijke ouverture
.Vivat Brabantia" van Oscar van He
mel, die, zoals men weet, gecompo
neerd werd in opdracht van de Stich
ting Vrienden van Het Brabants Or
kest.
GOEDE JEUGDLECTUUR
Ook in de wereld van de uitgeverij
is het, zoals ieder jaar, te bemerken,
dat de Sinterklaas-opwinding nadert.
Een stroom van nieuwe uitgaven komt
los en het is uiteraard in het bijzon
der de jeugd, die de volle portie
krijgt. Zo verzorgde Malmberg in
Den Bosch twee keurige boeken, die
we ondanks hun verschil in karakter
hier samen even voor het voetlicht
willen brengen. Die boeken hebben
namelijk één zeer belangrijk punt ge
meen: het is goede opvoedende chris
telijke lectuur.
Allereerst dan het kinderboek
(waarin overigens grote mensen ge
rust kunnen gaan lezen!). „Het boek
van Thijs en Claartje". Het is geschre
ven door de rector va:, het Amster
damse Móntessori-ïyceum. de. heer J.
A. Schreuder. We zouden dit het boek
van de evenwichtige opvoeding wil
len noemen. Ouders, die het lazen al
vorens het een kind in handen te ge
ven, zullen ongetwijfeld met een ver
heugde glimlach toezien, wanneer na
de Sinterklaasdag hun spruit over de
lotgevallen van Thijs en Claartje ge
bogen zit: daar kan alleen maar iets
goeds van geleerd worden, zo denken
zij dan. De stijl is vlot, het verhaal
goed van conceptie en de „geest" is
uitmuntend.
Hetzelfde zou men kunnen zeggen
van „Ik.... Laura", geschreven door
Esther Hagers, die ook het prettige
boek „Tonny Borger" op haar naam
heeft staan. Deze uitgave van Malm
berg is echter voor een geheel andere
categorie lezers: het zal voornamelijk
de „bakvis" zijn, die van het gave
meisje Laura en haar moeilijkheden
kan genieten: Het karakter van Laura
is voortreffelijk opgebouwd. Er is geen
grein valse sensatie te bespeuren, ook
al komt „sentiment" wel eens heel
even te nadrukkelijk om de hoek kij
ken. Maar hoe kan het ook anders, de
leeftijd waarvoor dit verhaal werd ge
schreven in aanmerking genomen! Bei
de boeken zullen ongetwijfeld in ie
der „verrassingen-pakket" een zeer
goed figuur slaan.
Tot slot nog een enkel woord over
een jongensboek in de bekende
Kroonserie van de uitgeverij „Hel
mond". Daarin verzorgde Joh. D. De-
greef weer eens en spannende histori
sche geschiedenis, die ons verplaatst
naar de Amerikaanse Vrijheidsoorlog,
f,Benjamin van Saint Just" is de titel
én tevens de hoofdfiguur, een jonge
negerslaaf. We volgen hem in zijiï
ontroerende trouw aan de meester,
wiens bezit hij tijdens diens afwezig
heid bewaakt en beschermt. Er zit
spanning in de reeks opwindende
avonturen van de jongen, als hij op
zoek gaat naar de meester om hem te
vertellen van de verraderlijke oom en
van zijn nederlaag in de afmattende
strijd. Behalve de historische waarde
van dit boek, waar iedere jongen
graag een reeks vrije middagen aan
zal besteden, moet ook de „paedagogi-
sche rust" ervan worden geroemd.
We denken zo. dat iedere vader graag
dit boek eens uit de verzameling van
zoonlief zal vissen om er een winter
avond van te genieten en vante
leren.
(Advertentie)
A. H. DIKKES (62)
....koper....
JTn nu zitten we tegenover die jon
gen, thans een man van 62 jaar,
eigenaar van een kunstsmederij in
Wagenberg, de heer A. H. Dikkes.
Een markante kop, mager en scherp
getekend en voortdurend bewegende
handen: dat is onze totaal-indruk. De
pioducten van die handen zien we
aan de wanden van de huiskamer.
Dat is wat Dikkes op de lange duur
heeft gemaakt, en dat zijn ontwikke-
ling is begonnen na die vondst van
de plaat koper. Het zijn in plaatko
per gedreven figuren: een Anthonius
met kind, een Koningin Wilhelmina,
bloemen, dieren. Dat hamerde eii
perste hij uit het stugge metaal.
Niet alleen hier hangen zijn kunst
werken. Vele ervan vonden hun weg
naar het publiek, evenals de fraaie
smeedijzeren lampen, de open haar -
den, de hekwerken en wat niet al. die
Dikkes in zijn werkplaats vervaar
digde.
GEEN „ISMEN"
TTET is de Lieve Heer zélf geweest, die bijna vijftig jaar gele-
den een kunstenaar het materiaal gaf, om daaruit al wat zijn
hart hem ingaf, te vervaardigen. Die kunstenaar was toen nog
maar een jongen, die met zijn vrienden de liefde voor de sport
deelde. Maar 's avonds en in ieder ander uur, dat hij maar kon
vrijmaken, toonde hij toch van een ander slag te zijn dan de
meeste van zijn leeftijdgenoten. Want dan probeerde hij uit
plaatjes koper bepaalde voorstellingen te drijven. Dat boeide hem
nu eenmaal, ook al zei zijn moeder een paar maal in de week,
dat hij voorlopig wel nooit geld genoeg zou verdienen, om méér
materiaal te kopen, dan hij kon verknoeien. In die tijd vond hij
op een Zondag in de Reigerstraat te Breda, een plaat koper van
wel twee vierkante meter. Die was van de kerktoren gerukt door
de storm en wat was logischer, dan dat de jongen die de plaat
vond, vaststelde, dat dit letterlijk en figuurlijk een geschenk van
de hemel was!
ten, koorhekken, en kroonluchters
zijn er van iijn hand in Nederlandse
kerken te vinden.
Doch Dikkes beschouwt dit alles
slechts als „het gewone werk", dat nu
eenmaal moet gebeuren, omdat het
bedrijf, zo goed als het gezin, geld
moet hebben om te kunnen blijven
draaien. Zijn echte kunst is het koper-
drijven, maar helaas kan hij daarvan
niet leven. Toch behoort hij volgens
menige ingewijde in dit gevaarlijke
land, tot de enkel échte kunstenaars.
Voor hem is de kunst tevens een edel
ambacht.
I)e helft van zijn leven heeft hfj
besteed aan louter pogingen, voordat
eindelijk het koper zich onder zijn
hand ging buigen op de manier, die de
meester bedoelde.
Eindelijk, nu voor hem en zijn
vrouw de levensavond al nadert, komt
de gelegenheid voor Dikkes. om zich
geheel en al aan zijn kunst te wijden.
Het echtpaar gaat naar Australië,
waar reeds een zoon woont.
Dikkes hoopt daar veel mooi werk
te maken, dat in bredere kring dan
nu het geval is. waardering zal vin
den. Hoewel hij dit laatste niet als
eis stelt, omdat de kunst zichzelf ge
noeg is. Dat heeft hij in zijn leven
bewezen.
T aat ons ecrijk zijn: wij hadden
niet verwacht, in het kleine Wa
genberg een kunstenaar van groot
formaat te vinden, hoogstens een
verdienstelijk amateur. Maar dan
houdt Dikkes een Anthonius met het
kind Jezus in het licht, en dat blijkt
van een zó aandoenlijke zuiverheid te
zijn, en dermate doorvoeld, dat wij er
alleen maar stil bij kunnen zijn. Men
verwachte van Dikkes geen „ismische"
kunstuitingen. In het weerspannige,
haast kapotgebeukte koper, hamerde
hij slechts z ij n voorstellingen, die
de gedachtenbeelden zijn van de ge
lukkige, gewone en op God vertrou
wende mens. Zijn Anthonius gloeit
van bezorgdheid cn liefde voor het
Goddelijk Kind, dat hij in de armen
draagt en dit Kind zelf, schijnt te
willen zweven tussen het materiaal
en die wereld waar alles irreëel is.
KOPER, KOPER
JTAe voorstelling schijnt IN het koper
te zijn losgemaakt van de achter
grond, waarmee het toch in eenheid is
gebleven. Het ligt ingebed in 't glan
zende. op millioenen plaatsen geraak-
te koper. Een schoner kunstvorm dan
deze kennen we niet.
Rodin heeft eens gezegd, dat ztfn
verdrietigste ogenblik dat is, waarop
liij een beeld, dat als het ware uit de
ruwe steen oprijst, van het omrin
gende materiaal moet loshakken.
Daarmee Is het boeiendste tijdperk
van een groeiend beeld voorbij. Een
in plaatkoper gedreven voorstelling,
blyft voor altijd vastgelegd in dat be
klemmende moment van zjjn geboor
te.
„Koper".... het is een woord van
onpeilbare betekenis in het gezin Dik
kes. Het heeft hem gedreven vanaf
zijn jeugd, en zoals hij ons zonder
een spoor van pathetiek zei: „Als ik
de jaren die mij nog resten, niet mag
besteden aan mijn koper, dan zal ik
het op mijn sterfbed uitschreeuwen
van spijt om die verloren jaren!" Ko
per. koper.
EéN KUNST
Heilige Anthonius met Kind Jezus, één der fraaiste stukken van de heer
i Dikkes
(Foto: Anton Henning)