voet veroverd
In 1421! verdronken land
onmim
Electron en leerden tot tien tellen
Buizen met ogen en oren
DOORLICHTEN VAN PAROCHIES
W es tBr a b a n t voet voor
DE ONZICHTBARE KABOUTERS VAN ONZE EEUW
Nieuw hulpmiddel bij de zielzorg
De roemrijke geschiedenis van onze dijken
Muzikale wereld-
show te Tilburg
Boekenplank
Proeve ten aanzien van 0. L. Vrouw
Tenhemelopneming te Bergen op Zoom
RHEUMIN
Ae/fat/
Een scriptie
DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 2 MAART 1953
5
Hoe het vroeger was
HOESTBUIEN, VAST SLIJM
Dan
feeh?10 t/ioop
SLUM-OPLOSSEND
In dienst van de mens
WIJ ZETTEN VOORT
|\ylet de hulp van die werkers hebben
onze voorouders steeds een klei
ner of groter stuk land ingepolderd.
Dat ging eigenlijk min of meer zonder
verband, tot dat het gebied na verloop
van tijd door een grote bandijk werd
omgeven. Oorspronkelijk lag de Grote
Polder dan ook geheel afzonderlijk.
De dijk van de Roijale Polder werd
pas een honderd jaar later gelegd, in
1650. De dijk van Tonnekreek tot Ho
ge Zwaluwe ontstond dus niet ineens
als een aansluitend geheel.
Ook in de 20e eeuw zijn nog stukken
land ingedijkt. In 1936 bijvoorbeeld
het Abraham Wissepoldertje op St.
Philipsland. Zo zetten wij het werk
voort: steeds verder rukken wij zee-
of rivierwaarts op en veroveren (en
heroveren!) aldus op vreedzame wijze
nieuw grondgebied. Moge het voor
beeld van onze voorouders ons inspi
reren bij het zware en langdurige her
stelwerk aan onze geschonden dijken,
dat wij nu moeten gaan volbrengen.
BIJ het vernemen van de ramp, die ons land in de onheilsnacht
van 1 Februari 1953 trof, hebben velen uit deze streken on
getwijfeld gedacht aan een soortgelijke noodlottige gebeurtenis
bekend als de St. Elisabethsvloed. Op 17 en 18 November 1421
braken de watervloeden, door zware stormen opgejaagd, door
Maas- en Merwededijken en vernietigden bijna al het lage land
ten Zuiden daarvan. Langzamerhand werd heel dit gebied weer
in vruchtbaar land herschapen.
„Dieu créa le monde, exceptés les Pays-Bas, qui furent créés par les
Hollandais". Dit bekende Franse gezegde is zeker op onze streek van
toepassing! Nu we zelf dan weer voor de uiterst moeilijke taak staan
onze dijken te dichten en op te bouwen, is het zeker bemoedigend iets
te lezen over de prestaties van onze voorouders die zonder moderne
hulpmiddelen voet voor voet dit land aan de zee ontrukten en er waar-
Ujk-geen-kinderachtige dijken omheen wisten te bouwen.
Typt. F. CERUTTI vertelt ons in ,,De
Heerlijkheid en het Dorp Nier
vaart en de stad Klundert in het Ver
leden", dat West-Brabant in voorhis
torische tijden waarschijnlijk met uit
gestrekte bossen overdekt was. In de
Romeinse tijd waren die bossen door
stormen of watervloeden al tenietge-
gaan en was heel Zeeland, Walcheren
uitgezonderd, door water bedekt. In
latere tijden strekte de Brabantse hei
de, afgewisseld door moeren en ven
nen. zich uit tot de plaats, waar rond
1200 Bveda zou ontstaan. Ten Noorden
en Noordwesten daarvan was een on-
a 'ïenbare watervlakte, weliswaar on
bevaarbaar, maar waarover de zee
to.jh bij gewone vloeden haar golven
joeg.
STRIJEN
en er zijn zelfs bewijzen, dat het nog
bewoond was na de vloed. Langza
merhand echter zou het land door het
doorbreken van de binnendijken on
bewoonbaar zijn geworden, zodat het
dorp ook als bedevaartsplaats onge
schikt was geworden. Het Sacrament
van Niervaart werd toen naar Breda
overgebracht. In de proloog van het
Sacramentsspel zei men o.a.:
„Ter Nijeuwervaert waest ver-
[watert medallen
Des men daer niet wel en const
[geraken
Ende de kercke stont op haer vallen
Die men niet wel en const
[gem aken"
HET LAND TERUG
Bij de kaart
De heerlijkheden Niervaart en Ze
venbergen omstreeks 1300. De Mark
stroomde toen beneden de huidige
mond van de Zevenbergse haven
N oord-W estwaarts langs het te
genwoordige Klundert en viel zo in
de Botervliet (nu Hollandsch-Diep).
Deze loop vormde de natuurlijke
grenslijn van Strijen met Breda en
tevens de grens van Holland en
Brabant. (Uit: Geschiedkundige
Atlas van Nederland).
enkele Steenbergse gronden en om
streeks 1523 het Oud land van Stand-
daarbuiten. Uitgestrekte gronden ten
Noorden van Steenbergen werden in
1538 ingedijkt.
Van het ondergelopen land werd
kort na de St. Elisabethsvloed het
Crauwelsgors onder de oude parochie
Zonzeel al bedijkt. De rest van het
Zonzeelse "gebied werd in 1542 inge
polderd. In 1548 volgde de oude Fij
naartpolder. Zo werden, zowel in de
Middeleeuwen geïnundeerde, als nog
nooit ingedijkte landen, door de werk
zaamheid van de Heren van Bergen
en Breda langzamerhand weer in
vruchtbaar land herschapen.
NA BIJNA 150 JAAR
Ma de Romeinen (helft vierde eeuw)
kwamen hier de Salische Franken
en spoed daarna vernemen wij van
het bestaan van een graafschap Strijen
Het latere land van Niervaart was in
het Noordelijk deel hiervan gelegen.
Het riviertje Die Overdraghe, dat
men op bijgaand kaartje ziet, was be
slissend voor het ontstaan van Nier
vaart. Onder het huidige Oudenbosch
sprong het uit de Mark en verenigde
zich verder met de Donk om in de
Roode Vaart uit te monden. Bij de
kromming naar het Oosten ontstond
een bevolkingscentrum, Overdraghe
genaamd.
De heerlijkheid Strijen was ge
vormd door talloze eilandjes en be
stond grotendeels uit langzamerhand
bewerkte veengronden.
Al hebben sedert de oudste tijden
de bewoners van onze lage landen
hun gebied voet voor voet aan de zee
moeten ontrukken, de organisatie van
de waterkering en het dijkwezen da
teert eerst van de 13e eeuw. Vroeger
gaven de leenmannen lagere landen
uit, onder voorwaarden, dat de ge
bruikers er een dijk zouden leggen.
Deze probeerden zich van hun kant
met het uitgraven van turf te verrij
ken. Hiernaast ontstond zoutwinning,
de z.g. „pannering". Het water werd
namelijk ter plaatse on grote pannen
op turfvuur gekookt om er zout uit
te winnen.
ST. ELISABETHSVLOED
'Tot het einde van de 15e eeuw ver
nemen we dan ook niets van het
land als zodanig. Maar in het begin
van de 16e eeuw was de bedijking in
de N.W. hoek van de tegenwoordige
provincie Noord-Brabant in volle
gang.
De bedijking van de buitenlanden
van Steenbergen, al in 1375 begonnen,
werd eerst toen goed ter hand geno
men. In 1483 bedijkte men de St.
Maartenspolder aan de Zuidzijde van
de Mark ten Z.W. van Zevenbergen,
in 1487 Kruisland. Daarop volgden
jyTen heeft kunnen vaststellen, dat
AVA een Noordelijke Merwededijk, een
Westelijke omringdijk en een Zuidelijk
gelegen dijkstelsel het land bescherm
den. In het laatst van de 14e eeuw ga
ven die dijken al aanleiding tot onge
rustheid. In 1394 brak een dijkje bij
Broek door.
Maar de ramp voltrok zich pas in
1421, toen op 17 en 18 November het
water de Maas- en Merwededijken
doorbrak en zich een weg baande over
het lage land. Hele dorpen streken
verdronken. Wat is de oorzaak ge
weest van de St. Elisabethsvloed? Ze
ker zal men dat nooit kunnen zeggen,
maar wel schijnt de algemeen toege
paste wijze van turfdelving en zout
winning aan de binnenkant van de
dijken niet zonder betekenis te zijn.
Men had daar trouwens wel aan ge
dacht. In 1375 beloofde Albrecht van
Beyeren, Ruwaard van Holland, niet
meer te zullen toestaan, dat men tot
het winnen van turf land uit zou del
ven binnen vier mijlen van de Hol
landse Dijk. (In Zeeland was het na
bij de zeedijken al in de 13e eeuw ver
boden). Maar tegelijkertijd liet hij al
lerlei uitzonderingen toe. En toen hij
het in 1404 definitief verbood, was dat
eigenlijk al te laat om de situatie nog
te redden. De dijk van Broek naar Ze
venbergen, die in 1410 nog werd aan
gelegd, heeft er waarschijnlijk toe
meegewerkt, dat Niervaart drijvende
bleef en niet in de vloed werd ver
zwolgen.
Dat pas in 1516 een eeuw na de
ramp enige personen hun eigen
domsrechten, speciaal het visrecht,
wilden doen gelden, illustreert wel
hoe treurig de toestand van het land
was na de St. Elisabethsvloed.
OOK NIERVAART VERDWEEN
'yoen pas ging men proberen de
g' "n van de verdronken dor
pen "Tibachten terug te vinden.
Het do.Nie< vaart was. '.oals we al
schreven, niet volkomen verdwenen
LJet ondergelopen land van Niervaart
begon door polders omsloten 1
worden. In 1558 werd de Grote Polder
ingedijkt, die de oude heerlijkheid
Niervaart, voorzover ze ten Zuiden
van de Botervliet lag, bijna geheel
omvatte. In 1561 was het ondergelo
pen land weer bedijkt en woonden er
al enige gezinnen. De bevolking van
Klundert begon te groeien. Drie jaar
later werd de Ruigen-Hilschenpolder
nog ingedijkt, waarvan het latere Wil
lemstad middelpunt was.
Voor zover deze inpolderingen in de
16e eeuw tot stand kwamen, bezitten
w\j vele gegevens van de Steenbergse
rentmeester Andries Vierlingh, die
z\jn hele leven doorbracht in de dienst
van de Heer van Breda en een bedre
ven waterstaatkundige was.
Hij stond de ouderwetse degelijk
heid voor. Zo was hij bijvoorbeeld te
gen de „moderne" manier van beta
ling in daggelden. Vroeger werd het
loon namelijk uitbetaald naar het aan
tal schachten aarde, dat op de dijk
1 werd gebracht, dus naar de prestaties,
Tijdens de Pinksterdagen
"TILBURG staat over enkele weken
een muzikale gebeurtenis van
mondiaal formaat te wachten. Een
festijn vol kleur en fleur, dat in Ne
derland zijn weerga nog niet vond.
Het plan is opgekomen in het brein
van het bestuur der harmonie ,,1'Echo
des Montagnes", ter viering van het
85-jarig bestaan van dit muziekgezel
schap.
Het wordt allereerst, n.l. op 2e
Pinksterdag een wapenschouw van
geüniformeerde muziekkorpsen en 'om
aan de stoet zoveel mogelijk aantrek
kelijkheid te verlenen, zullen er
praalwagens worden gebouwd en is
reeds van verschillende sportclubs en
schuttersgilden de toezegging verkre
gen, dat zij met een vlaggenparade
het geheel zullen opluisteren.
Uit geheel Nederland zijn reeds in
schrijvingen binnengekomen. Tilburg,
's-Bosch, Eindhoven, Rotterdam,
Schiedam, Lobith, Zutphen, Boxmeer,
Almelo, Terneuzen, 's-Hage. Tiel,
Apeldoorn, Vught, Nijmegen, Deven
ter, Groningen. Brunssum, Maastricht,
Wormerveer, Bleyerheide enz.
Het internationaal karakter zal
worden verkregen door deelneming
uit het buitenland. Inschrijvingen
resp. verzoekend om inlichtingen
werden bereids ontvangen uit: België,
Frankrijk, Luxemburg. Z.-Duitsland,
Oostenrijk, Denemarken, Noorwegen,
Engeland en Italië, zomede van de in
Europa gelegerde Canadese troepen.
Om de gehele bevolking van de
show te kunnen laten genieten, wor
den op vijf uiteenliggende pleinen
der stad startplaatsen geformeerd,
welke alle naar het Paleis-Raadhuis
voeren waar voor de gemeente-auto
riteiten zal worden gedefileerd. Voor
de apotheose trekt men dan op naar
het gemeentelijk stadion waar een
drietal jury's de geldprijzen, w.o. be
dragen van f 1000 en f 500 en de tro
pheeën aan de sierlijkst uitgedoste
korpsen zal toekennen.
Deze eerste dag wordt des avonds
op een vijftal punten der stad begon,
nen met het aan de feesten verbon
den festival, dat tot en met 31 Mei
zal duren en waarvoor bereids een
groot aantal kennisgevingen tot deel
neming zijn ontvangen.
Bovendien wordt onderhandeld met
de Luxemburgse harmonie uit Esch
zur Alzette, de 2e prijswinster van het
concours te Vichy tot het geven van
een h"*iefice-concert ten bate van de
muzikanten uit het getroffen gebied.
En voorts is er op Woensdag 27 Mei
een operette-avond „gepland". Tot
dekking van de enorme kosten heeft
,,1'Echo des Montagnes" haar jubi
leumfonds ter beschikking gesteld en
hebben de organisatoren toestemming
verkregen tot het houden van een
loterij. Al bij al een onderneming,
welke groot respect afdwingt.
Het rechter bovenluik van een
retabel (altaarluik), geschil- J
derd door een onbekende Bre- J
dase schilder en afkomstig uit f
de Grote Kerk te Breda. Het J
bevindt zich thans in het Ste-
delijk en Bisschoppelijk Mu- t
seum aldaar. Het schilderstuk
stelt voor de St. Elisabethsvloed t
in 1421. Ter verduidelijking J
hebben wij ernaast een tekening
opgenomen met de namen van
verscheidene steden en dorpen,
die op het schilderstuk voor- t
komen.
ELLEN
Louis Bromfield is altijd knap in
het tekenen van vrouwengestalten en
het schilderen van milieus. Ook in
dit boek toont hij hierin weer zijn
vaardigheid. Het meisje Ellen, op
groeiend in een bekrompen, klein
steeds milieu, breekt er plotseling uit,
omdat ze in zich voelt de drang naar
ruimer leven en de roeping van een
groot pianistisch talent. De man, die
bij deze vlucht als het ware instru
ment is en met wie ze uit medelij
den trouwt kan haar ambities toch
ook niet bevredigen. Hij wordt er on
gelukkig onder en zoekt de dood. El
len belandt in Parijs, waar ze inder
daad de toppen van het succes be
reikt, doch ook met de nodige lief
desperikelen te worstelen heeft. Tal
van andere figuren zet Bromfield ook
in rake typering voor ons neer en het
dikke boek verveelt zelden. Over pro
blemen van moraliteit denkt men in
de wereld waarin Ellen leeft, maar
zeer luchtig. Vandaal voorbehoud
voor wie te onderscheiden weet. (Uit
gave J. Philip Kruseman. Den Haagt.
DE KIESE WAARHEID
Nooit heeft de jeugd het aan haar
opvoeders vergeven, wanneer ze niet
tijdig en op passende manier werd
ingelicht aangaande belangrijke le
vensvragen.
Meer dan ooit heeft de jeugd he
den behoefte aan die voorlichting,
want de straat, de bioscoop, de lec
tuur. het gezelschapsleven en het be
roepsleven stellen de heerlijkheid van
Gods scheppingswerk en van een
kuis leven bitter weinig in het licht.
En toch zijn er nog vele opvoe
ders. die de kiese waarheid voor de
aankomende jeugd geheel of gedeel
telijk verzwijgen.
Met struisvogel-politiek is de op
voeding nooit gediend geweest.
De brutale verzinnelijking en ni
vellering der waarden drijft de waar-
heidseis in verband met de delicatie
opvoedingsproblemen noodzakelijk op
de voorgrond van een gezonde pae-
dagogische belangstelling.
Mej. Schouwenaars behandelt in
dit boek deze problemen in het bij
zonder voor het opkomende meisje.
Wie zij hierbij op het oog heeft, zijn
niet'de uitzonderlijk beveiligde meis
jes. ook niet de erg verwaarloosde
jeugd, maar de moderne strijdende
meisjes de overgrote meerderheid
waarvan zeer velen zedelijk gaaf
zijn. doch die fel beïnvloed worden
door de materialistische levensatmos
feer. De stichteres der Mater Amabi-
lisbeweging is krachtens haar veel
vuldig en veelvormig contact met het
opgroeiende meisje wel in hoge mate
competent om over deze materie te
schrijven. In deze tweede uitgave
maakte zij dankbaar gebruik van de
wenken, die zij op de eerste uitgave
mocht ontvangen. Het boek is er des
te belangrijker om geworden. Het is
ons een eer dit van diep inzicht in
de psyche van het meisje getuigende
werk te mogen aanbevelen. De kiese
waar is cp kiese, maar duidelijke wij
ze besproken. (Uitgeverij „Helmond",
Helmond)
BEAU GESTE
Dat is nog eens romantische kost
van de bovenste plank. Het begint
met een fort midden in de Sahara,
waar de schietgaten zijn bezet met
niets dan dode soldaten, het geweer
in de aanslag. Dit is aanvang en eind-
epi&ode tevens van een verhaal, dat
overvloeit van liederlijkheid. schur
kerij. vechtpartijen-avonturen in de
woestijn en wat dies meer zij. Het
geheim van een gestolen edelsteen,
dat heel deze machinerie in beweging
stelt, wordt pas op het allerlaatste
onthuld. P. C. Wren weet wat de
liefhebbers van romantiek en avon
tuur smaakt. (Uitgave Foreholte.
Voorhout)
Advertentie)
s
Advertentie)
TN DE VIJFTIG JAAR, dat de mens de electronen kent, zijn zij
-*• de manusjes van alles geworden, de kaboutertjes uit onze
kindersprookjes, die onzichtbaar, snel en geruisloos hun werk
doen, bij de telefoon, de radio, bij de televisie en nog zo heel
veel meer. De electronen zijn nietiger dan de kleinste stofdeel
tjes, maar door hun electrische lading zijn zij vlugger en ge
hoorzamer dan wie of wat ook en door hun aantal machtiger dan
men zou vermoeden.
Electronen zorgen voor het transport van de electrische energie
langs ondergrondse kabels en bovengrondse geleidingen. Binnen de
atomen veroorzaken zij door hun „bokkesprongen" lichtverschijnselen;
in de natriumlampen van een gele kleur, in neonbuizen oranje-rood en
in kwiklampen weer van een andere kleur. Soms ook wordt er on
zichtbaar licht uitgestraald, bij een Biosol of een andere „hoogtezon"
is dit het ultraviolet, bij een Infraphil zijn het de koesterende en te
vens heilzame warmtestralen.
/"ANDER het opschrift: Doorlichten van Parochies geeft het
Nr Maandblad der St. Vincentiusvereniging in Nederland
„Frédéric Ozanam" van Januari j.l. een beschouwing over een
belangrijk hulpmiddel om te overzien, wat er op maatschap
pelijk en geestelijk gebied in een parochie aan de orde is, hoe
de groei zich sinds de oprichting heeft ontwikkeld, bevolkings-
en gezinsopbouw en tal van andere problemen.
In dat artikel is o.m. een statistiek afgedrukt betreffende ge
zinsverhoudingen uit een parochie-sociogram zoals we ook in
'n scriptie van onze vooruitstrevende jonge school voor Maat
schappelijk Werk „Zonnehof" te Breda vonden. Het geldt hier 'n
onderzoek aangaande de Parochie van Maria Tenhemelopne
ming te Bergen op Zoom.
Mej. A. van Delft uit Breda heeft hiermede een der eerste zo niet
het eerste parochi-sociogram samengesteld. Laten we vooropstellen,
dat het een proeve is. dan is het een ten dele wèl-geslaagd proefstuk.
N.V. Koninklijks Pharmaceutlich* Fabrieken v/h
Brocades - Stheemen Pharmacia
TN LUCHTLEDIG gemaakte buizen,
waar de electronen veel vrijer
kunnen bewegen dan binnen de
materie, zijn de electronen voor tal
van doeleinden aan de mens dienst
baar gemaakt. In gelijkrichtbuizen
bijvoorbeeld zetten zij de wissel
stroom om in gelijkstroom, zoals die
o.a. nodig is voor het opladen van
accu's en voor de electrische treinen
in Nederland. De zgn. versterkbuizen
vinden toepassing in de radio, tele
fonie, televisie en in de techniek voor
tal van doeleinden. In weer andere
buizen schilderen de electronen de
beelden, die de televisie te zien geeft
en zo zijn er nog veel meer functies,
die de mens aan de electronen heeft
toevertrouwd.
Elke functie vraagt zijn eigen buis.
Daardoor is er een enorme verschei
denheid van electronenbuizen ont
staan, een "erscheidenheid, die nog
steeds en voortdurend wordt uitge
breid en die zo juist weer is verrijkt
met een totaal nieuwe buis, een die
tot tien kan tellen, de z-e'n. decimale
telbuis.
Dit „tot tien tellen" hebben de
electronen geleerd in het Philips-la-
boratorium te Eindhoven, in buizen,
die, wat vorm en grootte betreft, er
uitzien als en gewoon raaoi-ontvang-
buisje. Het binnenste is echter totaal
anders, dit lijkt meer op dat van de
electronenstraalbuizen, zoals die o.a
gebruikt worden voor televisie, ra
dar en a]s afstemindicator („katlen-
oog") op ons radiotoestel.
TELLEN.. TELLEN..
|-)E WERELD is vol van dingen, die
geteld moeten worden: geld, eie
ren, personen enz. enz. Soms in
een tempo, zo vlug, dat ons oog en
enze hersenen het niet meer kunnen
bijhouden. Dit is bijvoorbeeld het ge
val bij kranten, die in razend tempo
van de snelpers der drukkerij ko
men en die geteld moeten worden
om ze in de vereiste aantallen te bun
delen. Dit tellen doet men dan met
behulp van telwerk, dat veel over
eenkomst vertoont met de kilometer
teller op fiets of auto.
Elk mechanisch werk heeft echter
van nature een zekere traagheid,
waardoor het tellen niet onbeperkt
snel kan geschieden. Electronen daar
entegen reageren practisch zonder
traagheid en daardoor kan de elek
tronisch werkende decimale telbuis
vele malen sneller tellen dan welk
mechanisch telwerk ook, wel duizend
maal zo snel.
Wanneer de mens iets telt, gebeurt
dit door de samenwerking van oog
en hersens. Het oog neemt de ge
zichtsprikkels op en geeft ze naar de
hersenen dóór; daar worden zij op
geteld en geregisseerd, d.w.z. vast
gelegd en onthouden. Bij het electro-
nisch tellen gebeurt iets soortgelijks.
De functie van het menselijk oog
wordt waargenomen door een „elec-
trisch" oog, de zgn fotocel, terwijl
de decimale telbuis de rol van onze
hersenen vervult.
Als wij bljvom beeld het aantal
auto's, dat langs een g ote verkeers-
.GEEFT ACHT: 1}ECHT5 RICHTENNUMMEREN.'
weg snort, „electrisch" willen tellen,
dan zorgt men, dat er op dit plaats
een lichtstraal dwars over de weg
gaat. Deze lichtbundel valt op een
fotocel en veroorzaakt daarin een
electrisch stroompje. Telkens wan
neer nu een auto passeert, wordt de
v undel en dus ook het stroompje on
derbroken. Er ontstaat dan een
stroomstoot, die naar de decimale
telbuis wordt gevoerd, waar hij de
electronenbundel in de buis één cij
fer doet verspringen.
Wanneer wij tikken of andere ge
luidstrillingen tellen, gebruiken wij
daarvoor niet onze ogen, maar onze
oren. De decimale telbuis verlangt
in zo'n geval een „electrisch" oor, dus
een microfoon, terwijl voor het me
ten (d.i. eveneens tellen!) van radio
actieve straling weer een ander hulp
apparaatje nodig is, namelijk een zgn.
Geiger-Müller-telbuisje.
Altijd en overal biedt de decimale
telbuis uitkomst. Vooral in gevallen,
waarin het tellen uitermate vlug moet
geschieden en waar de tot dusverre
bekende mechanische telwerken te
kort schieten. In rekenmachines, bij
de controle van allerlei fabricage
processen, bij het meten van radio
actieve straling, kortom overal waar
geteld moet worden, vlug en nauw
keurig, zijn deze telbuizen op hun
plaats.
DECIMALE TELBUIS
p-VEN ALS ALLE electronenstraal-
J_' buizen produceert ook de decima
le 'elbuis een bundel van elec
tronen. Deze bundel, die in dit geval
de vorm van een lint heeft, gaat tus
sen een tweetal afbuigplalen door en
treft dan een plaatje, waarin zich tien
gleuven bevinden. De bundel gaat
door een van die gleuven en komt
zo op de daarachter liggende binnen
wand van de buis terecht. Deze is
met een laag fluorescerende stof be
dekt en daardoor gaat de buiswand
op de getroffen plek licht geven Zo
kan men van buitenaf zien, bij welk
cijfer de bundel de glaswand treft.
Zoals wij reeds zager, is er voor
het tellen, behalve hersenen, ook een
„zintuig" nodig, dat de eigenlijke
waarneming verricht. Bij het elec-
tronisch tellen is dit zintuig bijvoor
beeld een electrisch oog (fotocel) o£
een electrisch oor (microfoon). Tel
kens als dit „zintuig" nen waarne
ming verricht, levert het een elec
trische impuls, waaraan in een zgn.
impulsvormer de vereiste vorm en
grootte gegeven wordt. Deze impuls
gaat naar de afbuigplaten binnen de
telbuis en brengt daar een verande
ring van de electrische lading te
weeg. Dit heeft tot gevolg, dat de
electronenbundel van richting ver
andert en dat het lichtvlekje, dat de
bundel veroorzaakt, één cijfer ver
springt. Op een tussenstand kan de
bundel niet terechtkomen, want daar
zorgt een mechanisme voor, dat in
de electrotechniek „terugkoppeling"
wordt genoemd.
Voor de niet-technicus klinkt dit
woord misschien wat erg geleerd.
Maar „terugkoppeling" is iets heel
gewoons, ook in het dagelijkse le
ven. Wanneer wij bijvoorbeeld in het
donker de trap oplopen, kunnen wij
dit heelhuids volbrengen, dank zij de
terugkoppeling, waarmee onze been
spieren, hersenen en gevoelszenuwen
op elkaar zijn ingesteld en samen
werken.
Nadat de electronenbundel in de
telbuis achtereenvolgens de cijfers 0,
1, 2, 3, enz. heeft aangegeven komt
hij tenslotte op het cijfer 9 terecht.
Bij de volgende stroomstoot springt
hij terug op 't cijfer nul. Tegelijker
tijd wordt er dan een impuls in een
tweede buis, die links van de eerste
staat, opgewekt. In deze buis, die de
t-'entallen aanwijst, verspringt de
lichtvlek dan eveneens één cijfer Op
de combinatie van de twee buizen
ziet men dus een verspringen van
twee lichtvlekken, van bijvoorbeeld
09 op 10, of van 19 op 20, enz. Zo is
be- mogelijk met t re buizen tot 99
te 'ellen en met te 'el met zeven
telbuizen tot 9.999.999.
Liet begint met een historische
terugblik op de „„ontlede" paro
chie. Een lezenswaardige beschou
wing, die de wederwaardigheden
vanaf 1267 in vogelvlucht weergeeft
naast de geleidelijke groei. Daarna
wordt de plattegrond van Bergen op
Zoom en meer uitgebreid van de
parochie toegelicht.
Het 3e hoofdstuk vermeldt in zijn
demografische gegevens de groei; de
bevolkingsopbouw; de gezinsopbouw;
de woningtoestand; de beroepsstruc
tuur de politieke gezindheid. In hoe
verre hierbij van volledigheid gespro
ken mag worden, laten we in het mid
den. Wel blijkt uit andere notities,
dat geruime tijd aan het verzamelen
van de hier gebruikte gegevens be
steed moest worden. En het resultaat
daarvan, de „dode getallen", die
echter feitelijke conclusies bieden,
kunnen de ogen openen en daden
drang wekken. De parochiegeestelijk
heid kan zulke concrete cijfers be
nutten. Zij bieden tevens de grondslag
om er op voort te bouwen en zo
doende na een aantal jaren interes
sant en waardevol vergelijkingsmate
riaal op te leveren.
Verder vindt men kerkelijke gege
vens als doopsels, H. Communies,
enz., godsdienstig verenigingsleven,
bedevaarten, jeugdbeweging e.a. ver
meld, om te sluiten met een wel-wat-
sehrale literatuuropgave. Bergen op
Zoom's historie biedt veel.
Al lezend zagen we. dat de scri-
bente zelf veel meer had willen be
lichten. Zij noemt althans zelf de
lichamelijke en geestelijke volksge
zondheid; de welstand; de ontwikke
ling en criminaliteit der bevolking.
Goed. 't Was maar een scriptie, geen
proefschrift, doch het feit, dat zij de
hiaten zelf aangeeft, bewijst helder
Inzicht in de materie: completering
wordt dus een kwestie van tijd en
doorzetten.
Een pracht-opdracht voor een maat
schappelijk werker (ster).
NADERE VRAGEN.
Woortlezend rezen vragen, die we
graag in de slotbeschouwing be
antwoord hadden gezien. Waar dit
sociogram (misschien wat wijdse ti
tel gezien in het kader der opdracht)
echter geen conclusies geeft, terwijl
hier anderzijds in besloten kring der
mate belangrijke dingen aan de orde
gesteld zijn, dat zij, volle aandacht
van velen in den lande verdienen,
hebben wij dit proefschrift aange
grepen om zelf hier enkele conclusies
weer tc gven, waartoe deze inscriptie
ons inspireerde.
1. Ondanks de voortdurend toegeno
men onkerkelijkheid ls het weten
schappelijk sociologisch onderzoek in
ons land nog slechts in beperkte ma
te uit de kring van de kerken zelf
ondernomen.
Van die zijde moeten dergelijke
exacte tijd, geduld en geld vra
gende nasperingen gestimuleerd
worden.
2. Pastorale naast apostolaire over
wegingen moeten tot sociologisch oq-
derzoek leiden.
3. Het probleem der gedecentrali-
seerd-verspreide en persoonlijkgetinte
administratie heeft bij dit onderzoek
duidelijk aangetoond, dat het nood
zakelijk is om een centrale mogel-
lijkheid te scheppen, de nodige gege
vens van uiteenlopende aard desge
wenst vanuit één punt te verschaffen.
4. Wat het wijkwerk betreft staat
vast, dat de decentralisatie-gedachte
doorgang moet vinden, teneinde sterke
binding in kleinere groepen der pa
rochie-bevolking te bereiken.
Geaardheid der bewoners van een
wijk en ook de wijkbebouwing kun
nen hierbij van betekenis blijken.
5. Gebleken is, dat de wijkverde-
ling dezer parochie zeer onsystema
tisch is. Afgegaan is op de globale
verschijningsvorm van een groep
straten. Het komt voor, dat de ene
zijde der straat wèl en de overlig
gende huizen der zelfde straat niet
tot dezelfde parochie behoren.
Gevolg hiervan is, dat de „parochie
eenheid" der ingezetenen daar ont
breekt. Men gaat wel met zijn buur
man of overbuur naar dezelfde kerk,
doch hoogstzelden met de mensen,
die aan het tuintje grenzen, de „ach
terburen". Vandaar, dat het wense
lijk is, toch zeker de beide straat
zijden bijeen te houden.
6. De opname in het arbeidsproces
van de sterk groeiende beroepsbevol
king kan voor een deel der stad Ber
gen op Zoom zeker in de eerstko
mende jaren geschieden in wijk IV,
waar fabrieksterreinen beschikbaar
zijn. Hiervoor is industrievestiging
noodzakelijk.
7. Voor de middenstands-jongelui,
die aan het afkomstmilieu wensen
vast te houden, is in de winkelwijk
geen uitwijk mogelijk, zodat voor
deze emigratie uitkomst brengen kan.
8. Ten opzichte van de a-sociale ge
zinnen valt niet alleen de taak der
wereldlijke doch ook der kerkelijke
overheid uiteen in: probleem der ar
moede en probleem der woningtoe
standen.
Deze scriptie versterkte onze reeds
hierboven geuite waardering voor de
corps moet beschikken om zulke re
sultaten te kunnen bieden,
school, die over een goed docenten-