voet veroverd In 1421! verdronken land onmim Electron en leerden tot tien tellen Buizen met ogen en oren DOORLICHTEN VAN PAROCHIES W es tBr a b a n t voet voor DE ONZICHTBARE KABOUTERS VAN ONZE EEUW Nieuw hulpmiddel bij de zielzorg De roemrijke geschiedenis van onze dijken Muzikale wereld- show te Tilburg Boekenplank Proeve ten aanzien van 0. L. Vrouw Tenhemelopneming te Bergen op Zoom RHEUMIN Ae/fat/ Een scriptie DAGBLAD DE STEM VAN MAANDAG 2 MAART 1953 5 Hoe het vroeger was HOESTBUIEN, VAST SLIJM Dan feeh?10 t/ioop SLUM-OPLOSSEND In dienst van de mens WIJ ZETTEN VOORT |\ylet de hulp van die werkers hebben onze voorouders steeds een klei ner of groter stuk land ingepolderd. Dat ging eigenlijk min of meer zonder verband, tot dat het gebied na verloop van tijd door een grote bandijk werd omgeven. Oorspronkelijk lag de Grote Polder dan ook geheel afzonderlijk. De dijk van de Roijale Polder werd pas een honderd jaar later gelegd, in 1650. De dijk van Tonnekreek tot Ho ge Zwaluwe ontstond dus niet ineens als een aansluitend geheel. Ook in de 20e eeuw zijn nog stukken land ingedijkt. In 1936 bijvoorbeeld het Abraham Wissepoldertje op St. Philipsland. Zo zetten wij het werk voort: steeds verder rukken wij zee- of rivierwaarts op en veroveren (en heroveren!) aldus op vreedzame wijze nieuw grondgebied. Moge het voor beeld van onze voorouders ons inspi reren bij het zware en langdurige her stelwerk aan onze geschonden dijken, dat wij nu moeten gaan volbrengen. BIJ het vernemen van de ramp, die ons land in de onheilsnacht van 1 Februari 1953 trof, hebben velen uit deze streken on getwijfeld gedacht aan een soortgelijke noodlottige gebeurtenis bekend als de St. Elisabethsvloed. Op 17 en 18 November 1421 braken de watervloeden, door zware stormen opgejaagd, door Maas- en Merwededijken en vernietigden bijna al het lage land ten Zuiden daarvan. Langzamerhand werd heel dit gebied weer in vruchtbaar land herschapen. „Dieu créa le monde, exceptés les Pays-Bas, qui furent créés par les Hollandais". Dit bekende Franse gezegde is zeker op onze streek van toepassing! Nu we zelf dan weer voor de uiterst moeilijke taak staan onze dijken te dichten en op te bouwen, is het zeker bemoedigend iets te lezen over de prestaties van onze voorouders die zonder moderne hulpmiddelen voet voor voet dit land aan de zee ontrukten en er waar- Ujk-geen-kinderachtige dijken omheen wisten te bouwen. Typt. F. CERUTTI vertelt ons in ,,De Heerlijkheid en het Dorp Nier vaart en de stad Klundert in het Ver leden", dat West-Brabant in voorhis torische tijden waarschijnlijk met uit gestrekte bossen overdekt was. In de Romeinse tijd waren die bossen door stormen of watervloeden al tenietge- gaan en was heel Zeeland, Walcheren uitgezonderd, door water bedekt. In latere tijden strekte de Brabantse hei de, afgewisseld door moeren en ven nen. zich uit tot de plaats, waar rond 1200 Bveda zou ontstaan. Ten Noorden en Noordwesten daarvan was een on- a 'ïenbare watervlakte, weliswaar on bevaarbaar, maar waarover de zee to.jh bij gewone vloeden haar golven joeg. STRIJEN en er zijn zelfs bewijzen, dat het nog bewoond was na de vloed. Langza merhand echter zou het land door het doorbreken van de binnendijken on bewoonbaar zijn geworden, zodat het dorp ook als bedevaartsplaats onge schikt was geworden. Het Sacrament van Niervaart werd toen naar Breda overgebracht. In de proloog van het Sacramentsspel zei men o.a.: „Ter Nijeuwervaert waest ver- [watert medallen Des men daer niet wel en const [geraken Ende de kercke stont op haer vallen Die men niet wel en const [gem aken" HET LAND TERUG Bij de kaart De heerlijkheden Niervaart en Ze venbergen omstreeks 1300. De Mark stroomde toen beneden de huidige mond van de Zevenbergse haven N oord-W estwaarts langs het te genwoordige Klundert en viel zo in de Botervliet (nu Hollandsch-Diep). Deze loop vormde de natuurlijke grenslijn van Strijen met Breda en tevens de grens van Holland en Brabant. (Uit: Geschiedkundige Atlas van Nederland). enkele Steenbergse gronden en om streeks 1523 het Oud land van Stand- daarbuiten. Uitgestrekte gronden ten Noorden van Steenbergen werden in 1538 ingedijkt. Van het ondergelopen land werd kort na de St. Elisabethsvloed het Crauwelsgors onder de oude parochie Zonzeel al bedijkt. De rest van het Zonzeelse "gebied werd in 1542 inge polderd. In 1548 volgde de oude Fij naartpolder. Zo werden, zowel in de Middeleeuwen geïnundeerde, als nog nooit ingedijkte landen, door de werk zaamheid van de Heren van Bergen en Breda langzamerhand weer in vruchtbaar land herschapen. NA BIJNA 150 JAAR Ma de Romeinen (helft vierde eeuw) kwamen hier de Salische Franken en spoed daarna vernemen wij van het bestaan van een graafschap Strijen Het latere land van Niervaart was in het Noordelijk deel hiervan gelegen. Het riviertje Die Overdraghe, dat men op bijgaand kaartje ziet, was be slissend voor het ontstaan van Nier vaart. Onder het huidige Oudenbosch sprong het uit de Mark en verenigde zich verder met de Donk om in de Roode Vaart uit te monden. Bij de kromming naar het Oosten ontstond een bevolkingscentrum, Overdraghe genaamd. De heerlijkheid Strijen was ge vormd door talloze eilandjes en be stond grotendeels uit langzamerhand bewerkte veengronden. Al hebben sedert de oudste tijden de bewoners van onze lage landen hun gebied voet voor voet aan de zee moeten ontrukken, de organisatie van de waterkering en het dijkwezen da teert eerst van de 13e eeuw. Vroeger gaven de leenmannen lagere landen uit, onder voorwaarden, dat de ge bruikers er een dijk zouden leggen. Deze probeerden zich van hun kant met het uitgraven van turf te verrij ken. Hiernaast ontstond zoutwinning, de z.g. „pannering". Het water werd namelijk ter plaatse on grote pannen op turfvuur gekookt om er zout uit te winnen. ST. ELISABETHSVLOED 'Tot het einde van de 15e eeuw ver nemen we dan ook niets van het land als zodanig. Maar in het begin van de 16e eeuw was de bedijking in de N.W. hoek van de tegenwoordige provincie Noord-Brabant in volle gang. De bedijking van de buitenlanden van Steenbergen, al in 1375 begonnen, werd eerst toen goed ter hand geno men. In 1483 bedijkte men de St. Maartenspolder aan de Zuidzijde van de Mark ten Z.W. van Zevenbergen, in 1487 Kruisland. Daarop volgden jyTen heeft kunnen vaststellen, dat AVA een Noordelijke Merwededijk, een Westelijke omringdijk en een Zuidelijk gelegen dijkstelsel het land bescherm den. In het laatst van de 14e eeuw ga ven die dijken al aanleiding tot onge rustheid. In 1394 brak een dijkje bij Broek door. Maar de ramp voltrok zich pas in 1421, toen op 17 en 18 November het water de Maas- en Merwededijken doorbrak en zich een weg baande over het lage land. Hele dorpen streken verdronken. Wat is de oorzaak ge weest van de St. Elisabethsvloed? Ze ker zal men dat nooit kunnen zeggen, maar wel schijnt de algemeen toege paste wijze van turfdelving en zout winning aan de binnenkant van de dijken niet zonder betekenis te zijn. Men had daar trouwens wel aan ge dacht. In 1375 beloofde Albrecht van Beyeren, Ruwaard van Holland, niet meer te zullen toestaan, dat men tot het winnen van turf land uit zou del ven binnen vier mijlen van de Hol landse Dijk. (In Zeeland was het na bij de zeedijken al in de 13e eeuw ver boden). Maar tegelijkertijd liet hij al lerlei uitzonderingen toe. En toen hij het in 1404 definitief verbood, was dat eigenlijk al te laat om de situatie nog te redden. De dijk van Broek naar Ze venbergen, die in 1410 nog werd aan gelegd, heeft er waarschijnlijk toe meegewerkt, dat Niervaart drijvende bleef en niet in de vloed werd ver zwolgen. Dat pas in 1516 een eeuw na de ramp enige personen hun eigen domsrechten, speciaal het visrecht, wilden doen gelden, illustreert wel hoe treurig de toestand van het land was na de St. Elisabethsvloed. OOK NIERVAART VERDWEEN 'yoen pas ging men proberen de g' "n van de verdronken dor pen "Tibachten terug te vinden. Het do.Nie< vaart was. '.oals we al schreven, niet volkomen verdwenen LJet ondergelopen land van Niervaart begon door polders omsloten 1 worden. In 1558 werd de Grote Polder ingedijkt, die de oude heerlijkheid Niervaart, voorzover ze ten Zuiden van de Botervliet lag, bijna geheel omvatte. In 1561 was het ondergelo pen land weer bedijkt en woonden er al enige gezinnen. De bevolking van Klundert begon te groeien. Drie jaar later werd de Ruigen-Hilschenpolder nog ingedijkt, waarvan het latere Wil lemstad middelpunt was. Voor zover deze inpolderingen in de 16e eeuw tot stand kwamen, bezitten w\j vele gegevens van de Steenbergse rentmeester Andries Vierlingh, die z\jn hele leven doorbracht in de dienst van de Heer van Breda en een bedre ven waterstaatkundige was. Hij stond de ouderwetse degelijk heid voor. Zo was hij bijvoorbeeld te gen de „moderne" manier van beta ling in daggelden. Vroeger werd het loon namelijk uitbetaald naar het aan tal schachten aarde, dat op de dijk 1 werd gebracht, dus naar de prestaties, Tijdens de Pinksterdagen "TILBURG staat over enkele weken een muzikale gebeurtenis van mondiaal formaat te wachten. Een festijn vol kleur en fleur, dat in Ne derland zijn weerga nog niet vond. Het plan is opgekomen in het brein van het bestuur der harmonie ,,1'Echo des Montagnes", ter viering van het 85-jarig bestaan van dit muziekgezel schap. Het wordt allereerst, n.l. op 2e Pinksterdag een wapenschouw van geüniformeerde muziekkorpsen en 'om aan de stoet zoveel mogelijk aantrek kelijkheid te verlenen, zullen er praalwagens worden gebouwd en is reeds van verschillende sportclubs en schuttersgilden de toezegging verkre gen, dat zij met een vlaggenparade het geheel zullen opluisteren. Uit geheel Nederland zijn reeds in schrijvingen binnengekomen. Tilburg, 's-Bosch, Eindhoven, Rotterdam, Schiedam, Lobith, Zutphen, Boxmeer, Almelo, Terneuzen, 's-Hage. Tiel, Apeldoorn, Vught, Nijmegen, Deven ter, Groningen. Brunssum, Maastricht, Wormerveer, Bleyerheide enz. Het internationaal karakter zal worden verkregen door deelneming uit het buitenland. Inschrijvingen resp. verzoekend om inlichtingen werden bereids ontvangen uit: België, Frankrijk, Luxemburg. Z.-Duitsland, Oostenrijk, Denemarken, Noorwegen, Engeland en Italië, zomede van de in Europa gelegerde Canadese troepen. Om de gehele bevolking van de show te kunnen laten genieten, wor den op vijf uiteenliggende pleinen der stad startplaatsen geformeerd, welke alle naar het Paleis-Raadhuis voeren waar voor de gemeente-auto riteiten zal worden gedefileerd. Voor de apotheose trekt men dan op naar het gemeentelijk stadion waar een drietal jury's de geldprijzen, w.o. be dragen van f 1000 en f 500 en de tro pheeën aan de sierlijkst uitgedoste korpsen zal toekennen. Deze eerste dag wordt des avonds op een vijftal punten der stad begon, nen met het aan de feesten verbon den festival, dat tot en met 31 Mei zal duren en waarvoor bereids een groot aantal kennisgevingen tot deel neming zijn ontvangen. Bovendien wordt onderhandeld met de Luxemburgse harmonie uit Esch zur Alzette, de 2e prijswinster van het concours te Vichy tot het geven van een h"*iefice-concert ten bate van de muzikanten uit het getroffen gebied. En voorts is er op Woensdag 27 Mei een operette-avond „gepland". Tot dekking van de enorme kosten heeft ,,1'Echo des Montagnes" haar jubi leumfonds ter beschikking gesteld en hebben de organisatoren toestemming verkregen tot het houden van een loterij. Al bij al een onderneming, welke groot respect afdwingt. Het rechter bovenluik van een retabel (altaarluik), geschil- J derd door een onbekende Bre- J dase schilder en afkomstig uit f de Grote Kerk te Breda. Het J bevindt zich thans in het Ste- delijk en Bisschoppelijk Mu- t seum aldaar. Het schilderstuk stelt voor de St. Elisabethsvloed t in 1421. Ter verduidelijking J hebben wij ernaast een tekening opgenomen met de namen van verscheidene steden en dorpen, die op het schilderstuk voor- t komen. ELLEN Louis Bromfield is altijd knap in het tekenen van vrouwengestalten en het schilderen van milieus. Ook in dit boek toont hij hierin weer zijn vaardigheid. Het meisje Ellen, op groeiend in een bekrompen, klein steeds milieu, breekt er plotseling uit, omdat ze in zich voelt de drang naar ruimer leven en de roeping van een groot pianistisch talent. De man, die bij deze vlucht als het ware instru ment is en met wie ze uit medelij den trouwt kan haar ambities toch ook niet bevredigen. Hij wordt er on gelukkig onder en zoekt de dood. El len belandt in Parijs, waar ze inder daad de toppen van het succes be reikt, doch ook met de nodige lief desperikelen te worstelen heeft. Tal van andere figuren zet Bromfield ook in rake typering voor ons neer en het dikke boek verveelt zelden. Over pro blemen van moraliteit denkt men in de wereld waarin Ellen leeft, maar zeer luchtig. Vandaal voorbehoud voor wie te onderscheiden weet. (Uit gave J. Philip Kruseman. Den Haagt. DE KIESE WAARHEID Nooit heeft de jeugd het aan haar opvoeders vergeven, wanneer ze niet tijdig en op passende manier werd ingelicht aangaande belangrijke le vensvragen. Meer dan ooit heeft de jeugd he den behoefte aan die voorlichting, want de straat, de bioscoop, de lec tuur. het gezelschapsleven en het be roepsleven stellen de heerlijkheid van Gods scheppingswerk en van een kuis leven bitter weinig in het licht. En toch zijn er nog vele opvoe ders. die de kiese waarheid voor de aankomende jeugd geheel of gedeel telijk verzwijgen. Met struisvogel-politiek is de op voeding nooit gediend geweest. De brutale verzinnelijking en ni vellering der waarden drijft de waar- heidseis in verband met de delicatie opvoedingsproblemen noodzakelijk op de voorgrond van een gezonde pae- dagogische belangstelling. Mej. Schouwenaars behandelt in dit boek deze problemen in het bij zonder voor het opkomende meisje. Wie zij hierbij op het oog heeft, zijn niet'de uitzonderlijk beveiligde meis jes. ook niet de erg verwaarloosde jeugd, maar de moderne strijdende meisjes de overgrote meerderheid waarvan zeer velen zedelijk gaaf zijn. doch die fel beïnvloed worden door de materialistische levensatmos feer. De stichteres der Mater Amabi- lisbeweging is krachtens haar veel vuldig en veelvormig contact met het opgroeiende meisje wel in hoge mate competent om over deze materie te schrijven. In deze tweede uitgave maakte zij dankbaar gebruik van de wenken, die zij op de eerste uitgave mocht ontvangen. Het boek is er des te belangrijker om geworden. Het is ons een eer dit van diep inzicht in de psyche van het meisje getuigende werk te mogen aanbevelen. De kiese waar is cp kiese, maar duidelijke wij ze besproken. (Uitgeverij „Helmond", Helmond) BEAU GESTE Dat is nog eens romantische kost van de bovenste plank. Het begint met een fort midden in de Sahara, waar de schietgaten zijn bezet met niets dan dode soldaten, het geweer in de aanslag. Dit is aanvang en eind- epi&ode tevens van een verhaal, dat overvloeit van liederlijkheid. schur kerij. vechtpartijen-avonturen in de woestijn en wat dies meer zij. Het geheim van een gestolen edelsteen, dat heel deze machinerie in beweging stelt, wordt pas op het allerlaatste onthuld. P. C. Wren weet wat de liefhebbers van romantiek en avon tuur smaakt. (Uitgave Foreholte. Voorhout) Advertentie) s Advertentie) TN DE VIJFTIG JAAR, dat de mens de electronen kent, zijn zij -*• de manusjes van alles geworden, de kaboutertjes uit onze kindersprookjes, die onzichtbaar, snel en geruisloos hun werk doen, bij de telefoon, de radio, bij de televisie en nog zo heel veel meer. De electronen zijn nietiger dan de kleinste stofdeel tjes, maar door hun electrische lading zijn zij vlugger en ge hoorzamer dan wie of wat ook en door hun aantal machtiger dan men zou vermoeden. Electronen zorgen voor het transport van de electrische energie langs ondergrondse kabels en bovengrondse geleidingen. Binnen de atomen veroorzaken zij door hun „bokkesprongen" lichtverschijnselen; in de natriumlampen van een gele kleur, in neonbuizen oranje-rood en in kwiklampen weer van een andere kleur. Soms ook wordt er on zichtbaar licht uitgestraald, bij een Biosol of een andere „hoogtezon" is dit het ultraviolet, bij een Infraphil zijn het de koesterende en te vens heilzame warmtestralen. /"ANDER het opschrift: Doorlichten van Parochies geeft het Nr Maandblad der St. Vincentiusvereniging in Nederland „Frédéric Ozanam" van Januari j.l. een beschouwing over een belangrijk hulpmiddel om te overzien, wat er op maatschap pelijk en geestelijk gebied in een parochie aan de orde is, hoe de groei zich sinds de oprichting heeft ontwikkeld, bevolkings- en gezinsopbouw en tal van andere problemen. In dat artikel is o.m. een statistiek afgedrukt betreffende ge zinsverhoudingen uit een parochie-sociogram zoals we ook in 'n scriptie van onze vooruitstrevende jonge school voor Maat schappelijk Werk „Zonnehof" te Breda vonden. Het geldt hier 'n onderzoek aangaande de Parochie van Maria Tenhemelopne ming te Bergen op Zoom. Mej. A. van Delft uit Breda heeft hiermede een der eerste zo niet het eerste parochi-sociogram samengesteld. Laten we vooropstellen, dat het een proeve is. dan is het een ten dele wèl-geslaagd proefstuk. N.V. Koninklijks Pharmaceutlich* Fabrieken v/h Brocades - Stheemen Pharmacia TN LUCHTLEDIG gemaakte buizen, waar de electronen veel vrijer kunnen bewegen dan binnen de materie, zijn de electronen voor tal van doeleinden aan de mens dienst baar gemaakt. In gelijkrichtbuizen bijvoorbeeld zetten zij de wissel stroom om in gelijkstroom, zoals die o.a. nodig is voor het opladen van accu's en voor de electrische treinen in Nederland. De zgn. versterkbuizen vinden toepassing in de radio, tele fonie, televisie en in de techniek voor tal van doeleinden. In weer andere buizen schilderen de electronen de beelden, die de televisie te zien geeft en zo zijn er nog veel meer functies, die de mens aan de electronen heeft toevertrouwd. Elke functie vraagt zijn eigen buis. Daardoor is er een enorme verschei denheid van electronenbuizen ont staan, een "erscheidenheid, die nog steeds en voortdurend wordt uitge breid en die zo juist weer is verrijkt met een totaal nieuwe buis, een die tot tien kan tellen, de z-e'n. decimale telbuis. Dit „tot tien tellen" hebben de electronen geleerd in het Philips-la- boratorium te Eindhoven, in buizen, die, wat vorm en grootte betreft, er uitzien als en gewoon raaoi-ontvang- buisje. Het binnenste is echter totaal anders, dit lijkt meer op dat van de electronenstraalbuizen, zoals die o.a gebruikt worden voor televisie, ra dar en a]s afstemindicator („katlen- oog") op ons radiotoestel. TELLEN.. TELLEN.. |-)E WERELD is vol van dingen, die geteld moeten worden: geld, eie ren, personen enz. enz. Soms in een tempo, zo vlug, dat ons oog en enze hersenen het niet meer kunnen bijhouden. Dit is bijvoorbeeld het ge val bij kranten, die in razend tempo van de snelpers der drukkerij ko men en die geteld moeten worden om ze in de vereiste aantallen te bun delen. Dit tellen doet men dan met behulp van telwerk, dat veel over eenkomst vertoont met de kilometer teller op fiets of auto. Elk mechanisch werk heeft echter van nature een zekere traagheid, waardoor het tellen niet onbeperkt snel kan geschieden. Electronen daar entegen reageren practisch zonder traagheid en daardoor kan de elek tronisch werkende decimale telbuis vele malen sneller tellen dan welk mechanisch telwerk ook, wel duizend maal zo snel. Wanneer de mens iets telt, gebeurt dit door de samenwerking van oog en hersens. Het oog neemt de ge zichtsprikkels op en geeft ze naar de hersenen dóór; daar worden zij op geteld en geregisseerd, d.w.z. vast gelegd en onthouden. Bij het electro- nisch tellen gebeurt iets soortgelijks. De functie van het menselijk oog wordt waargenomen door een „elec- trisch" oog, de zgn fotocel, terwijl de decimale telbuis de rol van onze hersenen vervult. Als wij bljvom beeld het aantal auto's, dat langs een g ote verkeers- .GEEFT ACHT: 1}ECHT5 RICHTENNUMMEREN.' weg snort, „electrisch" willen tellen, dan zorgt men, dat er op dit plaats een lichtstraal dwars over de weg gaat. Deze lichtbundel valt op een fotocel en veroorzaakt daarin een electrisch stroompje. Telkens wan neer nu een auto passeert, wordt de v undel en dus ook het stroompje on derbroken. Er ontstaat dan een stroomstoot, die naar de decimale telbuis wordt gevoerd, waar hij de electronenbundel in de buis één cij fer doet verspringen. Wanneer wij tikken of andere ge luidstrillingen tellen, gebruiken wij daarvoor niet onze ogen, maar onze oren. De decimale telbuis verlangt in zo'n geval een „electrisch" oor, dus een microfoon, terwijl voor het me ten (d.i. eveneens tellen!) van radio actieve straling weer een ander hulp apparaatje nodig is, namelijk een zgn. Geiger-Müller-telbuisje. Altijd en overal biedt de decimale telbuis uitkomst. Vooral in gevallen, waarin het tellen uitermate vlug moet geschieden en waar de tot dusverre bekende mechanische telwerken te kort schieten. In rekenmachines, bij de controle van allerlei fabricage processen, bij het meten van radio actieve straling, kortom overal waar geteld moet worden, vlug en nauw keurig, zijn deze telbuizen op hun plaats. DECIMALE TELBUIS p-VEN ALS ALLE electronenstraal- J_' buizen produceert ook de decima le 'elbuis een bundel van elec tronen. Deze bundel, die in dit geval de vorm van een lint heeft, gaat tus sen een tweetal afbuigplalen door en treft dan een plaatje, waarin zich tien gleuven bevinden. De bundel gaat door een van die gleuven en komt zo op de daarachter liggende binnen wand van de buis terecht. Deze is met een laag fluorescerende stof be dekt en daardoor gaat de buiswand op de getroffen plek licht geven Zo kan men van buitenaf zien, bij welk cijfer de bundel de glaswand treft. Zoals wij reeds zager, is er voor het tellen, behalve hersenen, ook een „zintuig" nodig, dat de eigenlijke waarneming verricht. Bij het elec- tronisch tellen is dit zintuig bijvoor beeld een electrisch oog (fotocel) o£ een electrisch oor (microfoon). Tel kens als dit „zintuig" nen waarne ming verricht, levert het een elec trische impuls, waaraan in een zgn. impulsvormer de vereiste vorm en grootte gegeven wordt. Deze impuls gaat naar de afbuigplaten binnen de telbuis en brengt daar een verande ring van de electrische lading te weeg. Dit heeft tot gevolg, dat de electronenbundel van richting ver andert en dat het lichtvlekje, dat de bundel veroorzaakt, één cijfer ver springt. Op een tussenstand kan de bundel niet terechtkomen, want daar zorgt een mechanisme voor, dat in de electrotechniek „terugkoppeling" wordt genoemd. Voor de niet-technicus klinkt dit woord misschien wat erg geleerd. Maar „terugkoppeling" is iets heel gewoons, ook in het dagelijkse le ven. Wanneer wij bijvoorbeeld in het donker de trap oplopen, kunnen wij dit heelhuids volbrengen, dank zij de terugkoppeling, waarmee onze been spieren, hersenen en gevoelszenuwen op elkaar zijn ingesteld en samen werken. Nadat de electronenbundel in de telbuis achtereenvolgens de cijfers 0, 1, 2, 3, enz. heeft aangegeven komt hij tenslotte op het cijfer 9 terecht. Bij de volgende stroomstoot springt hij terug op 't cijfer nul. Tegelijker tijd wordt er dan een impuls in een tweede buis, die links van de eerste staat, opgewekt. In deze buis, die de t-'entallen aanwijst, verspringt de lichtvlek dan eveneens één cijfer Op de combinatie van de twee buizen ziet men dus een verspringen van twee lichtvlekken, van bijvoorbeeld 09 op 10, of van 19 op 20, enz. Zo is be- mogelijk met t re buizen tot 99 te 'ellen en met te 'el met zeven telbuizen tot 9.999.999. Liet begint met een historische terugblik op de „„ontlede" paro chie. Een lezenswaardige beschou wing, die de wederwaardigheden vanaf 1267 in vogelvlucht weergeeft naast de geleidelijke groei. Daarna wordt de plattegrond van Bergen op Zoom en meer uitgebreid van de parochie toegelicht. Het 3e hoofdstuk vermeldt in zijn demografische gegevens de groei; de bevolkingsopbouw; de gezinsopbouw; de woningtoestand; de beroepsstruc tuur de politieke gezindheid. In hoe verre hierbij van volledigheid gespro ken mag worden, laten we in het mid den. Wel blijkt uit andere notities, dat geruime tijd aan het verzamelen van de hier gebruikte gegevens be steed moest worden. En het resultaat daarvan, de „dode getallen", die echter feitelijke conclusies bieden, kunnen de ogen openen en daden drang wekken. De parochiegeestelijk heid kan zulke concrete cijfers be nutten. Zij bieden tevens de grondslag om er op voort te bouwen en zo doende na een aantal jaren interes sant en waardevol vergelijkingsmate riaal op te leveren. Verder vindt men kerkelijke gege vens als doopsels, H. Communies, enz., godsdienstig verenigingsleven, bedevaarten, jeugdbeweging e.a. ver meld, om te sluiten met een wel-wat- sehrale literatuuropgave. Bergen op Zoom's historie biedt veel. Al lezend zagen we. dat de scri- bente zelf veel meer had willen be lichten. Zij noemt althans zelf de lichamelijke en geestelijke volksge zondheid; de welstand; de ontwikke ling en criminaliteit der bevolking. Goed. 't Was maar een scriptie, geen proefschrift, doch het feit, dat zij de hiaten zelf aangeeft, bewijst helder Inzicht in de materie: completering wordt dus een kwestie van tijd en doorzetten. Een pracht-opdracht voor een maat schappelijk werker (ster). NADERE VRAGEN. Woortlezend rezen vragen, die we graag in de slotbeschouwing be antwoord hadden gezien. Waar dit sociogram (misschien wat wijdse ti tel gezien in het kader der opdracht) echter geen conclusies geeft, terwijl hier anderzijds in besloten kring der mate belangrijke dingen aan de orde gesteld zijn, dat zij, volle aandacht van velen in den lande verdienen, hebben wij dit proefschrift aange grepen om zelf hier enkele conclusies weer tc gven, waartoe deze inscriptie ons inspireerde. 1. Ondanks de voortdurend toegeno men onkerkelijkheid ls het weten schappelijk sociologisch onderzoek in ons land nog slechts in beperkte ma te uit de kring van de kerken zelf ondernomen. Van die zijde moeten dergelijke exacte tijd, geduld en geld vra gende nasperingen gestimuleerd worden. 2. Pastorale naast apostolaire over wegingen moeten tot sociologisch oq- derzoek leiden. 3. Het probleem der gedecentrali- seerd-verspreide en persoonlijkgetinte administratie heeft bij dit onderzoek duidelijk aangetoond, dat het nood zakelijk is om een centrale mogel- lijkheid te scheppen, de nodige gege vens van uiteenlopende aard desge wenst vanuit één punt te verschaffen. 4. Wat het wijkwerk betreft staat vast, dat de decentralisatie-gedachte doorgang moet vinden, teneinde sterke binding in kleinere groepen der pa rochie-bevolking te bereiken. Geaardheid der bewoners van een wijk en ook de wijkbebouwing kun nen hierbij van betekenis blijken. 5. Gebleken is, dat de wijkverde- ling dezer parochie zeer onsystema tisch is. Afgegaan is op de globale verschijningsvorm van een groep straten. Het komt voor, dat de ene zijde der straat wèl en de overlig gende huizen der zelfde straat niet tot dezelfde parochie behoren. Gevolg hiervan is, dat de „parochie eenheid" der ingezetenen daar ont breekt. Men gaat wel met zijn buur man of overbuur naar dezelfde kerk, doch hoogstzelden met de mensen, die aan het tuintje grenzen, de „ach terburen". Vandaar, dat het wense lijk is, toch zeker de beide straat zijden bijeen te houden. 6. De opname in het arbeidsproces van de sterk groeiende beroepsbevol king kan voor een deel der stad Ber gen op Zoom zeker in de eerstko mende jaren geschieden in wijk IV, waar fabrieksterreinen beschikbaar zijn. Hiervoor is industrievestiging noodzakelijk. 7. Voor de middenstands-jongelui, die aan het afkomstmilieu wensen vast te houden, is in de winkelwijk geen uitwijk mogelijk, zodat voor deze emigratie uitkomst brengen kan. 8. Ten opzichte van de a-sociale ge zinnen valt niet alleen de taak der wereldlijke doch ook der kerkelijke overheid uiteen in: probleem der ar moede en probleem der woningtoe standen. Deze scriptie versterkte onze reeds hierboven geuite waardering voor de corps moet beschikken om zulke re sultaten te kunnen bieden, school, die over een goed docenten-

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1953 | | pagina 3