Gesprek meteen schrijfmachine
Patrouille op Celebes
rukt uit
Rassenpolitiek in Zuid-Afrika
Het was moorddadig interessant, maar
dé overheid moet meébetalen in het
maken van betere wegen
I,,™. m
af esn Wonderlijke ffereld
(JRADIO
VIJFDE JAARGANG No. 1244 2e BLAD
DONDERDAG 2 DECEMBER 1948
REIS DOOR ZEEUW SC H-V LAAN DEREN
Miep wilde
In het oerwoud doen bloedzuigers zich
beter gelden dan een mens
megen en Tilburg
Vrije plaatsen
DE PASTOOR van een Tilburgse parochie
Zo links en rechts
Apostolisch Vicaris veroordeelt onchristelijk
en onmenselijk streven
Boekenplank
VOO*
D
(Speciale reportage)
III
AT arme type-machientje van ons had het zwaar te verduren: het uotste
en botste als was het een studie in swing aan het malten; we hoorden
dt toetsen van binnen tegen elkaar aan klapperen. Het kreunde er van.
In 's hemelsnaam, zo hoorden we het zuchten, in 's hemelsnaam neem ons
nooit meer mee over de weg Waterlandkerkje-Oostburg, want dan kun je
me wel afschrijven. Dat is voor een fatsoenlijke typemachine, die over lucht
ruimen heeft gevlogen en door talloze staten heeft gezworven, niet om te
harden. Al mijn ingewanden schokken uiteen. Zie je wel, daar gaat het
lint er al vandoor. O, o, wat moet dat worden?
GEDEELDE SMART
lyfaar beste Olivier, zo troostten wy
onze trouwe gezel, maar beste
OUvier; klaag toch niet zo. Jij bent
niet de enige, die botst. Wij schieten
ieder ogenblik ook bijna met ons
hoofd door het plafond. En dacht je
dat dat goed was voor onze ingewan
den. Nee hoor, we zyn er allebei even
erg aan toe. En denk eens aan die
EAU DE COLOGNE
ftCN ALTIJD WELKOM
(3ESCHENK
Adv.-958-00
i Uteke&st)
G.io9
iTOFFEES
CARAMELS
dat is pas een tractatie!
Bereid met suiker en volle melk
Adv.-942-00
onlangs zuurkool eten.
Haar echtvriend zei
„Weet Je niets anders?"
Welnu, Mevr. Lotgering-Hillebrand
brengt zuurkool eens anders.
ZUURKOOL MET BRUINE BONEN
(Onbekend maakt onbemind)
l/J kg zuurkool, 1/4 kg bruine bonen (ge
weekt en gekookt in water met zout), 1
ul, 2 appelen, 35 a 45 gr boter, zout. Laat
de gare bonen droog uitlekken. Was de
zuurkool, kniip ze uit en snijd ze fijn.
Fruit de gesnipperde ui in boter, voeg de
zuurkool toe en later de bonen. Laat alles
door en door heet worden, rasp er de
rauwe appelen door en maak het gerecht
op smaak af. Geef het als groente met
een restje aardappelpurée, met gebak
ken aardappsien of met macaroni.
Rauwe zuurkool met blokjes zure appel
en wat slasaus ls een mooie vervanging
voor de zomersla.
Flln, zegt Miep, dat weet lk weer,
En als dessert een halve peer.
Publ. Centr. Bur. v.d. Tuinbouwveilingen
(Adv. 945-00)
arme Waterlandkerkenaren of is 't
Waterlandkerkjézen die moeten hier
iedere dag over, als ze naar Oost
burg moeten. Nee. Iaat ons maar niet
klagen: we hoeven hier maar een keer
langs.
Oliviertje pruttelde nog wat na.
Maar zijn eerste eis, toen we hem in
Oostburg weer op orde brachten en
een papier in hem draaiden, was: als
je wat gaat typen, dan mag je het al
leen maar over die verd slechte
weg doen en nergens anders over.
Want andersanders ga ik gewoon
kapot, en dan moet je zien, hoe je een
ander Oliviertje krijgt.
Maar Oliviertje, zo erg is het nu
toch ook niet. We zijn er toch lang
zaamaan wel aan gewoon geraakt. We
hebben eerst dat alleraardigste stukje
weg gehad bij Hulst, en toen kregen
we een allerbeminnelijkst stukje weg
daaronder bij de Braakman
Ja, en toen Waterlandkerkje-
Oostburg, en toen Sluis-Heille, en
toenen wie weet, wat we allemaal
nog gaan krijgen, antwoordde Oli
viertje snibbig.
EéN STERK GEWEST
V/Ue moesten het ons trouwe vriendje
volmondig toegeven. Ja, en ik zal
het nog sterker zeggen, zo ging Oli
viertje onvervaard door. Je kunt daar
hele zure verhalen schrijven over be
tere verbindingen, die dit gebied moet
krijgen, en over intensievere verkeers
mogelijkheden want met zulke
zware woorden goochel je graag
maar zo waar als ik hier op tafel sta,
we krijgen hier nooit iets behoorlijks,
als de wegen, waarover je moet rij
den, zo bar en bar slecht zijn. Ik schei
er gewoon mee uit, als je daar niet
eerst over schrijft Demp anders de
Braakman maar met me.
Nou moet je ook weer niet over
drijven, mijn trouwe makker. Je weet
net zo goed als ik dat de weg van
Sluis naar Breskens een hele goede
is, en die van Sas van Gent naar Ter-
neuzen idem en die van Hulst naar
Perkpolder als ie eenmaal klaar is,
dito.
Goed en wel, maar neem nu eens
de verbinding van Oost naar West:
dat lijkt toch nergens naar.
Zeeuwsch-Vlaanderen zou één sterk
gewest moeten vormen, maar daar
is toch eerst voor nodig, dat het
hecht aaneengesnoerd wordt, dat de
verschillende delen dicht by elkaar
komen te liggen. Ga maar eens van
Hulst naar Oostburg; het ligt haast
net zo ver van elkaar als Noord- en
Zuidpool. En dan praat ik nog maar
niet van secundaire en tertiaire we
gen. want daar is het helemaal
knudden.
Ja, dat is wel zo, Oliviertje, maar
het ligt hier allemaal wel erg moei
lijk. Ik wil je dat wel even uitleggen,
als je tenminste heel geduldig luis
tert.
HET VRIJE KAN NIET ALLES
ALLEEN
Qlivier zette zich in rusthouding, vlei
de zijn letterbenen over elkaar en
liet zijn hoofd gezapig achterover rus
ten.
Kijk, iedereen hier is 't er wel over
eens, dat de wegen dringend verbete
ring behoeven, behalve natuurlijk, die
verticale verbindingen die jij zo straks
met zoveel élan hebt opgesomd; maar
dat zijn dan ook de wegen waar va
dertje staat met onvolprezen ijver voor
zorgt. Maar er zijn nog een heleboel
andere wegen c die vallen onder het
beheer van lang niet zulke rijke lie
den als ons aller Vadertje. Neem nou
dat Vrije.
Vrije? Vrije? Ik dacht, dat je daar
niet aan deed. En dan nog, wat heeft
dat met die wegen te maken?
O, wat ben jij nog slecht met Zee-
laro op de hoogte. Het Vrije, dat is het
Vrye van Sluis, dat is een heel mach
tig waterschap met heel grote pol
ders. En door die polders lopen nogal
PEN reis over slechte wegen is
geen pretje, maar daarover te
praten met reizigers die er al geen
erg meer in hebben; heeft geen
zin. Vandaar dat onze redacteur
tot een dialoog met zijn schrijf
machientje. merk Olivier* geraak
te en dit, op zijn beurt ifi des bui
tenissige vervallende zijn baas met
„Adriaan" aansprak. Samen kwa
men zij tot de conclusie, dat er in
Zeeuwsch-Vlaanderen heel goede
wegen zijn, maar ook heel slechte
De moeilijkheid is maar: hoe deze
laatsten verbeterd te krijgen. Daar
is het rijk voor nodig, luidt de con
clusie, of, algemener gesteld: de
overheid.
Adv.-944-00
wat wegen, ik geloof een kilometer of
vierhonderd. Als er nu maar zo af en
toe eens een boerekar over die wegen
moest, dan was dat nog niet zo erg.
Maar het verkeer heeft zich zeer sterk
ontwikkeld, en het moderne verkeer
♦elf hoge eisen aan d. wegen.
Om dat hele wegennet te moderni
seren daarvoor zijn kapitalen nodig.
En je kunt daar toch moeilijk de
boeren van die polders alleen voor
doen opdraaien. Het is een kwestie
van algemeen belang, dat daar goe
de wegen komen en dus moet en
dat lijkt me ook geen stomme rede
nering ook de overheid, van pro
vincie, en rijk, daar het hare toe bij
dragen.
DE OVERHEID MOET BIJSPRINGEN
VT ;iar die polders zyn toch niet zo
heel erg arm?
Ja, dat weet ik niet. Maar jij
weet net zo goed als ik we zijn
daar al heel wat keren op gestoten
en we zullen daar ook nog wel wat
over schrijven dat heel wat grond
zich in buitenlandse handen be
vindt. En daar sehnilt ook nog wel
een addertje onder het gras. Want
die buitenlandse eigenaars voelen er
weinig voor om voor goede wegen
aanleg grote sommen bij te dragen,
zeker niet, waar het hier om een be
lang gaat, dat hen niet rechtstreeks
raakt, en dat ze natuurlijk alsN een
buitenlands belang aanvoelen. Én ze
zullen er wel voor zorgen, dat hun
stem in het polderkapittel beluis
terd wordt. Waaruit eens te meer
blijkt, dat er veel voor te zeggen
valt, dat Nederland zelf de grond In
eigen bezit heeft.
En dan heb ik nu wel over het Vrije
gesproken, omdat dat één groot
lichaam is, maar dan moet je eens in
het Oosten komen, daar heb je een
hele serie van waterschappen en daar
is het draagvlak van die polders na
tuurlijk nog veel kleiner.
Maar ik ben het volkomen met je
eens. Olivier, er moet wat aan ge
beuren. Zeeuwsch-Vlaanderen heeft
toekomstperspectieven, maar het
moet dan de nodige voorwaarden in
vervulling zien gaan, die aan een
ontplooiing persé vooraf moeten
gaan. En daar is een ontsluiting van
dit gebied naar binnen en naar bui
ten een allereerste van.
Naar binnen door middel van ver
betering van het wegennet en de ver
bindingsmogelijkheden. Naar buiten
door verbetering van de verkeers-
mogelijkheden met België en het ove
rige Nederland. Maar daar zit allersaai
zoveel aan vast, dat je vast in slaap
zou vallen, als ik dat nu allemaal ging
vertellen. Dat verhaaltje bewaren we
dus tot een volgende maal. Je slaapt
toch nog niet, hè Olivier.
Nee, Adriaan, bijna. Het was
moorddadig interessant. Maar toch: er
moeten betere wegen komen!
Juist Olivier, maar de overheid
moet daarin bijspringen Anders ko
men ze er nooit. En nu maar slapen.
Want morgen gaan we naar Philippine.
En daar wacht ons een Braakman vol
met werk.
,L»ANTJIES" zegt de korporaal, die de barang inspecteert verwijtend. De
soldaat, die zijn etensblikjes vergeten heeft duikt uit het gelid de barak
in om ze op te halen. De andere acht staan In linie met volle bepakking en
wisselen zachtjes een paar opmerkingen. De korporaal heeft het warm, hij is
niet op tyd. Hij voelt de blik van de kapitein, die achter hem staat en
toekijkt, zwijgend, ai tien minuten lang. In de barak huilen babies, die ge
voed willen worden. Een paar slaperige vrouwen in lange kamerjassen staan
in de ingang. Een enkele waagt schichtig de overtocht naar de mandikamers.
Meestal is de kapitein zo vroeg niet in het kampement. De soldaat komt met
zijn rammelende etensblikjes terug en stelt zich met een vergoeielijkende
grijns naast de anderen op. Met een paar bevelen zet de korporaal hen gericht
in de houding en dan meldt hij zich af bij de kapitein. Een stramme groet
en de patrouille marcheert af, het hek door, de bleke morgen in. Aan de
overkant van de kali wacht een driekwarttonner.
Tegen de helling
r\e wagen, die in een lage versnelling
over het kronkelende paardepaö
langs de bergwand tegen de helling
optornt, scheurt gierend door de stilte
en het kreupelhout. Twee kleine Na-
poeërs die zich op weg naar de kust
ver buiten hun land hebben gewaagd
hollen als verschrikte kippen voor het
onbekende monster uit. De verweerde
balken, die een' overdwarse kloof af
sluiten. bezwijken onder de achterwie
len ende chauffeur brengt de machte
loos grommende'motor tot zwijgen In
het bos =chatert ergens een onzicht
bare vogel Tussen de wolken en de
groene diepten aan de overkant is een
mateloze wand van stille bomen. De
soldaten krommen zich tegen de auto.
de chauffeur geeft gas. „Satoe. doea
tiga". Even draaien de achterwielen
in de ruimte, dan rukt de wagen voor
uit. Voldaan hijgend klimmen de man
nen op de wagen en de lange toent
gaat verder. „Awas, doeri". Lianen
met scheroe doornen hangen laag over
de weg. Het is een jaar geleden, dat
voor het laatst een auto waagde, hier
door te dringen. Nog tweemaal moet
alles uitstappen voor een wankele hou
ten brug. dan is het bivak voor die
dag bereikt. De soldaten verdwijnen in
het. zij terrein en komen even later te
rug met eetbare planten, groene wilde
tomaatjes en ritjak voor de riist. Uit
een leeg conserveblik wordt hete kof
fie geschonken. Dan maken ze zich
klaar voor de nacht.
Als een schim
F)e wachtpost staat als een schim
in de kille nevel. In hun dekens
gerold slapen de soldaten op de brug
boven het schuimende water van de
bergstroom. De maan is uitgesmolten
in een zilverige mist. Twee koelies, die
niet slapen kunnen, poffen mais boven
een houtvuurtje. De korporaal mom
pelt in zijn droom. Vocht parelt op de
struiken en doortrekt langzaam de de
kens en de dunne uniformen. De
wachtpost loopt geruisloos naar de
slapers en schudt voorzichtig de man
wakker, die hem moet aflossen. Zwij
gend staat de gewekte op. De ander
vlijt zich behagelijk op de harde plan
ken. Hij kan nog twee uur slapen voor
het vertrek.
Daar ligt het doel
rv voorste man draagt een schom
melende olielamp. Langzaam be
weegt de patrouille zich voort over de
bodem van het oerwoud. De boomwor
tels zijn verraderlijk glad. Het bos
ruikt naar rottende bladeren en bouil-
lion. Er rammelt iets in de bagage, die
de koelies torsen op buigende bamboes.
Verder is er absolute stilte om de tien
mannen. De commandant is een Ba-
takse korporaal, de manschappen zijn
Menadonnezen en Soendanezen. Zij
kennen dit land, maar zij zijn geboren
en opgegroeid tussen de mensen in de
kampong of tangsi en hebben te lang
in grote plaatsen gewoond. De dagen
lange tocht door altijd eender land
beklemt hen. Het gemoed vindt hier
geen weerklank. Muskieten, bloedzui
gers en ongeziene dieren weten zich
beter te doen gelden dan een mens.
De plotselinge schoonheid van een ver
dwaalde bloem ondergaat hij als een
verkwisting van wat hij in zijn ver
trouwde omgeving hoog waardeerde.
Tot hij bij een langer verblijf zijn
menselijkheid verliest of omkomt. Te
gen deze nvloeden beschermd door ?e-
dachtenloze somberheid ploeteren de
mannen hardnekkig voort tot de we
reld zich plotseling verwijdt tot een
kaal heuvelland onder een hoge he
mel met vage glimplekken daar. waar
de sterren langzaam doven. Dan ver
ademen zij en komen de gesprekken
los. Ze hebben hun schoenen uitge
trokken en zitten onder een afdakje
van bamboe of atap. Een paar bomen
knikkebollen In de bergwind, staan
vlak voor hen tegen de horizon geëtst.
Laag in de verte ligt omgeven door
donker bergland de vlakte van Napoe
Hier en daar, waar mensen wonen,
kruipt de rook van een houtvuur over
het land. Daar ligt het eigenlijke doel
van de patrouille.
Bergbivak. Na de lange dagmars is hei een weldaad, de zware bepak,
king te kunnen afleggen en de schoenen te kunnen uittrekken. Het scha
mele atapdak biedt weinig beschutting tegen de kilte van de nacht, maar
als straks het houtvuur oplaait en de thee ln de aluminlumblikjes dampt
voelt ieder zich behagelijk. Soldaten op mars weten zich te behelpen.
O
QELIJK MEN WEET. heeft „Edele Bra
bant" de kwestie van de spreiding Jer
Katholieke Universiteit aan de orde gesteld. Meer
concreet klonk de vraag: Verdient het geen aanbe
veling de rechtskundige faculteit naar Tilburg over
te brengen en daar tevens de nieuw te stichten me
dische faculteit onder te brengen? Er is ook door
enkele landelijke bladen aandaeht gewijd aan dit
probleem. Zo gaf „De Tijd" een overzicht van de
persstemmen rondom dit denkbeeld, waarbij tevens
de verrassende mededeling werd gedaan, dat het
Nijmeegse katholieke dagblad „De Gelderlander" zou
hebben gesuggereerd om de kwestie der spreiding
door een onpartijdige commissie te laten bestude
ren. De Gelderlander heeft nu op een wijze, die niet
misverstaan kan worden, „De Tijd" uit de droom
geholpen Het blad had de kwestie nog in het ge
heel niet aangeroerd, doch laat zich nu op zeer be
sliste wijze uit over de artikelen van Edele Bra
bant. Het kwalificeert ze met het woord „zaniken"
en valt op scherpe wijze het betoog aan, dat Nijme
gen met omgeving niet genoeg „mensenmateriaal"
zou bieden voor een medische faculteit. We gelo
ven niet, dat een voortgezette gedachtenwisseling in
deze trant enig nut kan stichten. Doch we z'en even
min in, waarom het denkbeeld van een spreiding niet
eens op zeer korte termijn door een commissie van
deskundigen bekeken kan worden. Zit er niets in,
la bonheur. Is het wel iets waard, dan kan het
nader uitgewerkt worden.
heeft de verpachting van de plaatsen in
de kerk afgeschaft. In alle Missen, ook op Zondag,
zijn alle plaatsen vrij. Elke plaats kost een dub
beltje. Verder is er een kinderhoek en alle kinderen,
die daar in de Zondagsmissen gaan zitten hebben
hun plaatsen vrij en behoeven niets te betalen. „Oost
Brabant" uit zich enthousiast over deze maatregel.
Het kerkbestuur heeft er ook geen strop aan. Maar
het Eindhovense blad voegt eraan toe, dat de Til
burgse parochie alles mee heeft en wel op de eerste
plaats: het is een nieuw-gevormde parochie waar
men met alles helemaal vooraan beginnen moet en
dus prachtige kansen heeft. De kerk is gebouwd als
één grote ruimte, waar praktisch alle plaatsen van
gelijke „kwaliteit" zijn, terwijl de kinderbeuk een
geheel aparte ruimte is rechts van het altaar.
Zo is dit Tilburgse geval dus niet toon
aangevend over de hele linie. Doch het kan wel tot
nadenken en nieuw-overwegen stemmen.
/~\nze correspondent aan
de overkant van de
Oceaan had weer een
vruchtbare bui. Het zijn
weliswaar kleire verhalen
die hij te vertellen had,
maar verhalen zijn het:
De studenten van de
YaJe-universiteit moesten
voetballen tegen een elf
tal uit de stad. Maar
doelpunten werden er
niet gemaakt, althans
niet door de studenten.
Dat kwam, omdat hun te-
tegenstanders voor eigen
doel een hele hoop klei
ne stukjes dynamiet on
der de grasmat hadden
gelegd. Elke keer, als een
student met de bal in 't
doelgebied van de tegen
partij verzeild raakte,
hoorde men een doffe
klap en spoot er een
straal modder omhoog, die
de adspirant goal-getter
voor een minuut of vijf
volkomen dizzy maakte,
tn het begin had men
niet in de gaten wat er
precies gebeurde, maar
tenslotte protesteerden de
studenten en werd de
wedstrijd gestaakt.
En dan mevrouw Croo-
ny uit Akron In de staat
Ohio. Zij liet zich In het
ziekenhuis opnemen, om
een wrat op haar kin
verwijderd te krijgen.
Men reed haar naar de
operatiekamer en toen de
dame weer bijkwam,
hoorde zij dat haar
amandelen geknipt wa
ren. Zij voelde aan haar
kinDe wrat was er
rog.
Verder begon de auto
mobilist Albert Martin
uit Sterling (Illinois), een
proces tegen twee politie
agenten, omdat ze hem
niet op tijd bekeurd had
den toen hij dronken in
zijn wagen zat. Als ze me
aangehouden hadden, zei
hij, zou ik mijn auto niet
gekraakt hebben
Metamorphose
Tfolgens de „Vuga-gidf
ontving het bestuur
van een gemeente het voi-
gende merkwaardige re
quest:
„Voor B. en W,:
Ondergetekende geeft
te kennen dat hij inplaats
van een brievaatton ver
anders is in een droog-
closet en verzoekt door
B. en W. om in aanmer
king te moogen komen
voor een vergoeding".
Dit verzoek lijkt ons on
redelijk, want in elk ge
val is de man er met zijn
metamorphose op voor
uit gegaan.
ooooooooooc*cxxx>o<xxxxxx>oo<xxxxxxxxxx>o<xxxxxxxxx>oo
TNE politiek der „apartheid", inge-
luid door de Zuid Afrikaanse re
gering Malan. geculmineert in een
rassemvetgevin.e. Deze berust deels
op de idéé, dat het blanke ras hoger
staal dan de andere rassen, en is
deels ingegeven door politieke re
denen van opportunistische aard.
Hierover kon de Kerk in Zuid-Afrika
niet zwijgen. Mgr F. Hennemann, apos
tolisch vicaris van Kaapstad, veroor
deelt in een herderlijk schrijven dit
onchristelijk en onmenselijk streven.
Hij protesteert tegen de beperkingen,
welke in het dagelijks leven aan de
niet-blanken worden opgelegd. Zo
veroordeelt hy dan ook de bedoeling
om de kleurlingen uit de volksverte
genwoordiging te stoten, opdat zy niet
meer rechtstreeks hun belangen zou
den kunnen behartigen bij de lands
regering Hierbij zij aangetekend, dat
er in Zuid-Afrika. 582.000 blanken en
3 millioen kleurlingen zijn. met 27.000
katholieken uit beide groepen.
„Dat dit alles wordt gedaan in naam
van de christelijke beschaving, ver
ergert de zaak nog. Men vraagt ons,
te geloven dat christelijke beschaving
hetzelfde is als „blanke" beschaving.
De waarheid is, dat er niet zo iets als
„blanke" beschaving bestaat, dat zo
iets nooit bestaan heeft. Zou het uit
sluitend een „blanke" beschaving zijn,
dan ware zij niet christelijk. Indien
zü christelijk is, is zij niet uitsluitend
blank", aldus mgr Hennemann.
Thans verklaart hij uitdrukkelijk,
dat „zo de valse leer over de „blanke
beschaving" tot in haar uiterste con
sequenties wordt doorgedreven, de deu
ren var Zuid-Afrika wijd geopend
zullen worden voor de ergste huidige
wereldvijand: het communisme." Hij
herinnert aan zijn brief van Maart
1939 aan de geestelijkheid in zijn vi
cariaat. Hierin duidde hij reeds op de
ge.-stelijke en zedelijke gevolgen van
de toen geëiste territoriale en cultu
rele scheiding tusen de rassen in Z.
Afrika. „Daarom moet iedere wetge
ving, welke een stempel van minder
waardigheid op een bevolkingsgroep
drukt of inhoudt, dat een bevolkings
groep een andere minacht, in strijd
zijn met de wet van Christus."
Toen de oorlog in 1939 dreigde en
tenslotte kwam, werd deze rassen
kwestie in Zuid-Afrika op de achter
grond geschoven. De toenmalige lei
ders en zij, die toen aanspraak maak
ten op het leiderschap in Zuid-Afrika,
waren tijdelijk een andere mening toe
gedaan dan hun huidige opvolgers, nu
de oorlog eenmaal gewonnen is, zo
verklaart mgr Hennemann. Tenslotte
roep hij zijn gelovigen op, om ge
trouw het H. Uur te houden, opdat
„Zuid-Afrika, door God geleid, een
vreedzame en rechtvaardige oplossing
moge vinden voor zijn rassenproble
men."
OOK PROTESTANTSE PROTESTEN
D
ie jaarlijkse vergadering van de
Unie der Protestantse Kerken van
Zuid-Afrika laakt in een resolutie de
rassenpolitiek der regering. Zij zal 'n
TER ERE VAN HOLLAND.
Na haar boek „Theeland" heeft
Ems I. H. van Soest een nieuwe In
dische roman geschreven onder de
titel „Ter ere van Holland". Het eer
ste gedeelte speelt op een suiker
plantage en is bijzonder interessant
voor hen. die wat meer willen weten
van het leven in de Oost. Het tweede
deel is minder geslaagd: het doet wat
rommelig aan en de belevenissen
Holland zijn ook minder belangwek
kend. Het ontbreken van een ze
vende hoofdstuk is een slordigheidje
dat voorkomen had kunnen worden.
Overigens alle lof voor de uiterlijke
verzorging door de Hollr ndia-Druk-
kerij N.V. te Baarn.
delegatie naar Malan zenden, om deze
haar standpunt, en dat van haar
medestanders, uiteen te zetten.
Tezelfdertijd doet zich in de krin
gen der Nederlands Hervormden een
dergelijke oppositie gevoelen, zij spo
ren de christenen aan te bidden „opdat
de regering zou worden gebracht tot
de christelijke behandeling van alle
kleurlingen."
^AEUTTEN|
Medicijn bij Kou en Pijn
Adv.-947-00
We kunnen nu niet naar de vuur
toren gaan zei hij. we zouden biina
zeker tegen de rots te pletter slaan.
We zullen morgen terug moeten ko
men.
Een narde Knal stuitte zijn woorden
stroom. Op ae vuurtoren had men n
signaal afgeschoten. De „Daisy"
scheen \n haar voegen te trillen. Pol
lard wilde juist omkeren, toen Con-
K e 'net een enkele beweging van het
stuur de boot in de richting van de
•°'s bracht. Een ogenblik aarzelde hij
ovendien was ^ij door de slag ge-
scn-okken.
- Meneer Brand zal ons gezien heb-
201 hij het. is een waarschuwing
voor ons niet. verder te gaan.
auwelijks waren de woorden over
lippen gekomen, toen de stilte
voor de tweede maal door een knal
verbroken werd.
,l-arl Riet voor ons bedoeld zijn
2Lr5ïï:ij: we waren pas hau weg,
toen het begon te sneeuwen.
Ik heb helemaal geen schip in de
buurt van de toren gezien, jij Ben'
vroeg Conme angstig.
Voor Pollard de tijd had te antwoor
den klonk vooi de derde maal t nood
signaal van de vuurtoren.
Ben. we kunnen nu niet terug ze
zijn op de toren in nood. ze hebDen
hulp nodig, riep Oonnie opgewonden
uit. We moeten nog een kwartiertj-
dezelfde kant op zeilen en dan roeien
De mistklok zal ons de weg wel wii
zen.
Ja. Ben. er is iets op de rots lk
weet zeker dat er geen enkel schip
zo dicht 'n de buurt was. dat ze -en
ongeluk op zee kunnen melden, voeg
de Enld erbij
Ja; er zal wei niets anders opzit
ten! Het zal er om spannen, inaai
als het er op aan komt. heb ik net zo
lief U beiden aan boord als een pear
manskerels.
Op de toren waren drie wachter;
Het signaal betekende waarschijnlijk
dat een van nen plotseling zièk was
geworden. Wie zou het zijn?
|"\e beide meisjes verkeerden ln doods
angst dat het Brand was. Ste-
phan Brand was voor beiden een toe
gewijd vader. Hij had er steeds voor
gezorgd, dat Enid nooit voelde, dat
zij van zijn goedheid afhing. Pas nog,
toen zij erover gesproken had, dat
zij schilderles wou gaan nemen om
in de toekomst ln haar eigen onder
houd te kunnen voorzien, had hij.
ofschoon hij lachte om haar motief,
onmiddellijk zijn toestemming voor
deze studie gegeven
Met jou aardige snuitje en lieve
maniertjes zal ik toch al moeite ge
noeg hebben je in het nest te houden
Ik zal mij dus maar geen zorgen ma
ken hoe jij het verlaat. Maai begin
vooral niet met kleuren; eerst teke
nen' En waar Connie en ik zullen le
ven. kun jij ook zijn. als je ons niet
helemaal in de steek wilt laten.
Het was dan ook niet te verwonderen
dat de beide meisjes er van overtuigd
waren, dat er op deze wereld geen
iweede man gelijk hun „vader' was.
ft huis, dat zij bewoonden was een
middelpunt van intiem geluk en er
was maar één schaduw: dat Brand
twrr van de drie maanden niet thuis
was. voor zijn uitvinding, waaraan hij
zich geheel gewijd had
De gehoorzame „Daisy" baande zich
rustig een weg door de woelige gol
ven. Elke minuut bracht hen dichter
bij de toren en deed hen de mistklok
duidelijker horen. Pollard lag op de
voorplecht van de boot. Met zijn blik
ken trachtte hij de sneeuwstorm te
doorboren en zijn oren hoorden
slechts het gelui van de klok. Met en
kele handbewegingen duidde hij Con
nie aan, hoe zij moest manoeuvreren.
Enid, die zich gereed hield om, zodra
dit nodig mocht zijn. het zeil te strij
ken wierp angstige blikken op haar
horloge.
Eindelijk riep zij: Twintig minu
ten Ben!
In orde, juffrouw, maar we kun
nen nog wel even doorgaan, we zijn
dadelijk bij de toren. Het zal direct
wel opklaren.
De visser had gelijk. De sneeuw was
niet meer zo dicht en spoedig was 't
mogelijk een honderd meter vooruit
te kijken. Aan stuurboord hoorden zij
een dof gegrom. De vloed speelde
over de voet van de rots.
IJit de duisternis rees een spookach-
tige reus op. De bcot schoot langs
de boei. waaraan de stoomboot eens
in de maand aanlegde en even later
klonk het uit Pollards mond: „Strij
ken".
Het zelfde ogenblik zakte het zeil.
Connie deed de „Daisy" een grote
boog beschrijven en Ben greep de rie
men om te zorgen dat zijn boot niet
op de rots te pletter geslagen werd.
Enid hield haar ogen strak om de
omloop van de toren gericht.
Toren, ahoi, riep zij en aan haar
stem kon men horen hoe de opwin
ding haar gegrepen had.
Op de toren bewoog zich niets. De
deur, die naar de omloop leidde, bleef
gesloten.
Ook Connie riep nu en hun stemmen
waren meer dan een kilometer ver
hoorbaar in de onheilspellende stilte.
Een raam halverhoogte in de toren
werd geopend en een hoofd en een
paar schouders kwamen naar buiten.
Het was Stephan Brand.
Gcdöank, zuchtte Connie.
Enid moest zich op de lippen bijten
om haar tranen te bedwingen: zozeer
hadden de emoties van de laatste
ogenblikken haar aangegrepen.
Ik kom beneden riep hij Jullie
komen alsof de hemel jullie gestuurd
heeft.
Even later werd de deur boven aan
de primitieve trap geopend en Ste- 1
phan Brand verscheer in de op "r na J
(Wordt vervolgd) j
Adv.-961-00
VRIJDAG 3 DECEMBER
HILVERSUM II 415 M. 7 Nws.
7,15 Te Deum Laudamus, 7,45 Woo.
voor de dag, 8 Nws. 8,15 En nu aan
het werk, 9 Sonatine voor fluit en
piano, 9,15 Zieken, 9,30 W. st. 9,35
Muz. bij bet werk, 10,15 Hobo kwar
tet, 10.30 Morg;end. 11 Str. ork. 11,30
Carneval héroique, 12 Cosmopolitans
12.30 Weerpr. 12.33 Metropole ork. 13
Nws, 13,15 Vrij en blij, 13,45 Forellen-
quintet, 4.20 Oude en nieuwe schr
14 40 Adrian Boult. 15.35 Omr. a ca-
pellakoor, 16 Adventsvoordr. 16.20 Gr
16.40 Koperkwartet. 17 Sinterklaas
goedheilig man. 17,15 Nws in de dis
cotheek, 17,30 Orgel. 18 Zes solosui
tes voor violoncello. 18.3Q Van ap
pelmoes bouwt men geen toren, 18.45
Gecstel. liederen, 19 Nws. en weer-
overz. 19.15 Reg uitz 19.30 Actueel
geluid. 19.45 CWV kwartier. 20 Nws.
20.15 NCRV kwartet. 20.30 Kostbaar
kledingstuk, hoorspel 21.20 Omr ork
12 Nieuwe kerkorde 22.30 Diverti- i
menti. 22 45 Avondoverd 23 Nws i
23,15 Gr. 23.45 Scala ork. Milaan.
HILVERSUM I 301 M7 Nws.
7,15 Ochtend gym. 7.30 Sandler, 8
Nws, 8,18 Opera, 8.50 Huisvr. 9 Rob
Schumann, 10 Morgenw. 10.20 De-
broy Somers Band, 10.30 Vrouw. 10 45
Cabr. Fauré, 11.05 Buspatiënten. 11 25
Fred Hartley, 12 Maria Zarflora en
haar Z. Am. ork 12.30 Weerpr 12 45
Pierre Palla. 13 Nws. 13,15 Medede
lingen, 13.20 Prom. ork. 14 Kookkurst
14.20 Omr. kamerork, 15 Boeken
schouw, 15 20 Omr, kamerork. 16
Orgel, 16.30 Tussen twaalf en zestien.
17 Filmland. 17,20 Wii en de muziek.
18 8Nws. 18,15 Accordeola, 18.30 Ncd
str. kr 19 Denk om de bocht. 19.15
Accordeola. 19.30 Ned. en z. gewes
ten. 20 Nws. 20.05 Henr Bosm: n
speelt Debussy. 2030 Midden in de
wereld. 21 Men vr, en wij dr. 21.30
Kermis der ijdelheid, 22 Bir'erl.
overz. 22.15 Swing and sweet. 22.'0
VPRO. 22.45 Avondw 23 Nws. 23 ij
Symph. conc.
BRUSSEL VLAAMS 321 M. - 12.32
Lichte gr. pi. 13 Nws. 13.15 Roman
tisch eonc. 19 Nws, 19.30. Filmmuz 30
Gr 20 15 Filmrevue. 20.30 Omr s' 1 -i
ork. 22 Nws. 22.10 Kroniek, 22.1,"
muziek.