.S.0. Vastentijd: boetetijd Hersengymnastiek MET OPEN OOG Ongewenste vreemdelingen Landbouw ZATERDAG 14 FEBRUARI 1948 s JN1E GOEDKOOP {DERWIJS. u rt' Niet alleen lolletjes Heilzame invloed LITURGISCHE KALENDER Wat de V interesseert Laten we ook onze kinderen inkeer en zelfverloochening leren In Italië Behoorlijk peil Boekenplank Het dagboek van Goebbels v Onze Gezondheid Onze wekelijkse prijsvraag Liberaal optimisme heeft plaats gemaakt voor diep pessimisme door een interessante streek NDEREN op MAAN am. om 4.30 uur zal te AXEL een le- gehouden door Ir. ;e Landbouwmaat- 'ertoning van een van de suikerbie- a s de toegang vrij (XXXXXXXXXXXXs anderen. ER8 voor de Landbouw ee n.m. in het Con- bij het werk van de ■den uitgenodigd tot lezing. 825-0 NG rale keuring 1948 te ior nog een beperkt ALE L. DEKKER - AXEL sir. 12 - Arnhem ïij. Hoofdonderwijzer heren: ontwikkeling politie, maréchaussee, >Joma, ieerlingverpie- jter (slagers), reiziger, ministrateur, midden- cateur. inspecteur van sur van een woning- iemakelaar. leerling-verpleegster, ntoorbediende, pr.vé- ta, kind er verzorgster, onderwijzeres, assis en: boekhouden voor echt, handelsre^enen, Ned. Associatie, land- ïdrijfsieider, machine- g), Ned. handeiscorr. else handelscorr., ste lt wiskunde, algemene schoonschrijven, hotel- inderijenadm., bescha- ir in het openbaar e conversatie pal (nieuwst* spelling) l voor ambtenaren en stige ambtenaren. bekwame, technische* Bovag, garagehouder- rsteller dip oma Ve rzekering), autodief#' techniek, sterkstroom* jnteur dipl.V.E.V., ftim- 'ïiek, stoommachtaiat, mid-, machine, encon- centrale ver warmings- aterfltter, bouwkundig cheepsbouwkundigtek. gezel metselen, beton- •kmeester, bouwkundig het rijbewijs examen, nen en ontwerpen, 1 chting inlichtingen I Leeftijd.- J chrilte ijk oncleiW'j* van der Steen hevig e esc huo ER SCHRIKT HET EN verscheioe- 'LIES T, DiE boven in de boom. aan 't verliezen is feit zal oorzaak le val van Poctkes K 1\ /TUZIEK geeft uiting aan de blijheid. Zij roept ook blijheid 1V1 op. Wij in het goede Zuiden houden van muziek. Niet alleen om de aesthetica ervan, maar ook en misschien 4 vooral omdat ze ons tot nog blijdere en vrolijker mensen i maakt dan wij van huisuit al zijn. Al realiseren wij ons dit I niet steeds, in wezen is het toch zo dat wij de muziek nodig hebben. De ene in deze en de andere in die vorm. „Böse Menschen haben keine Lieder", heeft Goethe eens gezegd. Vrij vertaald komt dit hierop neer, dat slechte mensen niet van muziek houden. Hetgeen dus zou kunnen betekenen, dat er in ons Zuiden geen slechte mensen wonen i r\E ene houdt van muziek in die en JS iron mll7.toV IV» de andere van muziek in deze vorm. Muziek met een grote en met een kleine k. Muziek van het allegro en moderato en muziek van de pittige mars. Laten we het nu eens niet over de eerste, maar over de tweede soort hebben: de harmoniemuziek. Al zult ge het niet altijd graag wil len bevestigen, maar achteraf moet ge toch bekennen, dat ge bij het horen van harmoniemuziek altijd iets in U voelt prikkelen, ge voelt leutiger en als ge durfde zoudt ge wel voor of k achter de blazende mannen willen aan- huppelen, louter en alleen om Uw S& Blijdschap te spuien. Ge doet het niet omdat ge óf te stijf zijt om nog gra cieus te kunnen huppelen óf omdat „het niet staat" En zo laat ge het aan de spontane jeugd over de blljheid- veiligheidsklep open te zetten, omdat de jeugd zich van „staan" niets aan trekt, De mannen van de harmonie zijn U sympathiek, omdat zij Uw leven aangenamer maken. En ge leeft im mers graag zo aangenaam mogelijk! In de grond van de zaak is een har- monie een belangrijk iets in de ge- i meenschap. Hebt ge U al eens gereali seerd, wat een gemeenschapsfeest zon der harmonie betekent? Immers het is toch zo, dat de blazende harmonie mannen fleur en kleur aan elk festijn bijzetten. Neem de feestdagen van het Oranjehuis, de installatie van een nieuwe burgemeester, het verwelkomen van de terugkerende jongens uit Indië, neem de gouden bruiloften en het hul debetoon aan een neomist, steeds is de harmonie present. In een stad met zijn druk beweeg en zijn reeks van ontspanningsmogelijk heden komt dat nog niet zo sterk tot uitdrukking als op het platteland, waar de harmonie trots van het dorp is en waar het een eer is, lid van de harmo- nie te zijn Als daar de harmonie uit trekt Is het groot feest voor het dorp. Het werk wordt gestaakt en blozende moeders met blozende kinderen op de arm of aan haar rokken bewonderen hevig de geheel of gedeeltelijk geüni formeerde mannen, waaronder zich ook „ons vader" en „onze Piet" be vindt, die met bolle wangen blazen alsof zij de toren van Babel naar het hiernamaals willen helpen. De harmonie ls voor een plattelands gemeente nog iets heel anders dan voor een stad. Voor het platteland be tekent zij vrijwel steeds het enige cen trum van ontspanning, niet alleen van wege de muzikale factor, doch ook omdat de harmonie doorgaans ook een toneelafdeling heeft, die dus ook op dit gebied zorgt voor de culturele be vrediging van de plattelandsgemeente. Door het feit dat de harmonie door- gaans de enige instrumentale vorming voor het platteland betekent, kan zij opgevat worden als de muziekschool voor het platteland. In het milieu van de harmonie kan de plattelander zijn muzikale behoeften bevredigen en zich soms een benijdenswaardige muzikale capaciteit eigen maken. Jn de wandel wordt een harmonie nog al eens beschouwd als een lolletjes vereniging". Natuurlijk heeft men ook lolletjes, zeker als er op een concours een prijs is behaald en men met kletterende trompetten, bonkende dik ke trom en felle bekkenslagen uiting wil geven aan de vreugde. Maar dat er in een harmonie enkel en alleen aan lolletjes wordt gedacht, dat is toch een verkeerde opvatting. Zeker thans, nu het harmoniewezen stukken vooruit is gegaan en er een gedisciplineerde geest is gaan heersen. In de goede oude tijd was het een schoenmaker en een caféhouder die de dirigeerstok zwaaide, maar hun rijk is over het algemeen allang uit. Vroeger trok men op de kermissen rond van cafe tot café, met het gevolg, dat de harmoniemannen nogal eens gekke dingen uithaalden. Vroeger kende men ook het vroeg op 5 jaan me' Hemelvaartsdag, het Z-g.n. dauwtrappen. In de grond van de 17 en harmonie is een nuttig en nood zakelijk iets in de gemeenschap Ze voorziet in 'n levensbehoefte voor het volk, dat muziek wil en niet naar de grote concerten kan. De harmonie is een centrum van ontspanning, maar ook van opvoeding. In muzikale en tonelistische geest krijgt men er iets mee, dat men anders niet gekregen zou hebben. Muziek roept edeler ge voelens wakker vooral als dit onder een goede dirigent gebeurt (behalve wan neer men kwaad wordt over een recen sie, zei een muziekrecensent ons zeer adrem). Ook in moreel opzicht kan van muziek een zuiverende invloed uit gaan. Dit principe ziet men toegepast in gestichten, waar b.v. voogdijjongens verblijven. Muziekbeoefening is voor hen heilzaam gebleken. En een har monie van deze jongens, die zich wat fier gevoelen in hun uniformen, maakt beslist geen minderwaardige indruk Integendeel! Hebt ge overigens al eens de har monie van de jongens uit het blinden instituut te Grave gehoord? Het is be kend. dat blinden een zeer fijn gevoel voor muziek hebben, als gevolg van een scherpere ontwikkeling van het gehoor- zintuig. De blinden van Grave heb ben nu een groot harmoniekorps, dat zonder notenschrift, belangwekkende resultaten laat horen. Indien ge de kans hebt dit korps te horen, moet ge 't beslist niet verzuimen. Voor deze mensen is de harmonie muziek, wat zij ook voor vele oudere mensen is: een levensbehoefte! dagboekbladen in handen te hebben, van een boek, dat voor de kennis van 't „Duizendjarige Nazirijk" van onschat bare betekenis is, 't dagboek van Joseph Goebbels. Mr. Mason liep ermee naar dr Louis P. Lochner, voormalig chef van Associated Press te Berlijn. Deze stelde de authenticiteit van deze docu menten onomstotelijk vast en bewerk te ze voor een boekuitgave. Deze boek uitgave zal nu ook in Nederlandse ver sie verschijnen bij Het Wereldvenster Zondag 15 Februari. Paars, le Zon dag van de Vasten. Mis Invocabit zonder Gloria. 2e gebed H.II. Faus- tinus en Jovita. 3e A cunctis. Credo Pref van de Vasten. Maandag 16. Paars. Mis van Maan dag in de le week van de Vasten: 2e gebed A cunctis. 3e Omnipotens. Dinsdag 17 Paars. Mis van Dinsdag in de le week van de Vasten. 2e ge bed A cunctis. 3e Omnipotens. Woensdag 18. Paars. Mis van Qua tertemper-Woensdag in de le week var. de Vasten. 2t gebed H. Simecn. 3e A cunctis. Breda en alle paters kerken in dat Bisdom: Wit. Kerkwij ding van dé Kathedraal. Mis Terri- bilis 2e gebed er. laatste Evangelie van Quatertemper-Woensdag. Ciedo. Gewone Prefatie Donderdag 19. Paars. Mis van Don derdag ir, de le wfeek van de Vasten 2e gebed A cunctis. 3e Omnipotens. Vrijdag 20. Paars. Mis van Quater temper-Vrijdag in de le week van de Vasten. 2e gebed A cunctis. 3e Omni potens. Zaterdag 21. Paars. Mis van Qua tertemper-Zaterdag in de le week van de Vasten. 2e gebed A cunctis. 3e Omnipotens. ■WOORBEREIDINGSTIJD V paoofoiMit het- feest vai op het Paasfeest, het feest van de Ver rijzenis van Christus. Hoe vaak heb ben wij dit feest al gevierd in ons leven, werden wij vervuld van zi]n wonderlijke geheimenissen, gaf het ons vertrouwen en moed. Hoe vaak hebben we dan van ons zelf moeten denken cn ook gedacht: „Wat heb ik mii toch weinig voorbereid op dit feest.'Wat heb ik toch weinig reke ning gehouden met de vastentijd. Ik had toch wel wat meer aan de vas ten kunnen doen". 70 is het maar al te dikwijls. Als. we voor de vastentijd staan, dan voelen we er niet veel voor, schrikken er een beetje voor terug. Als we in de vastentijd zijn, dan vergeten we het gemakkelijk, omdat we er ons niet genoeg van doordrongen heb ben. Maar is de vasten voorbij dan voelen we ons toch onvoldaan, om dat we er zo weinig rekening mee hielden. Getuigt dit niet, dat wij in nerlijk toch wel van de betekenis van de vasten overtuigd zijn? Dat wij toch wel de waarde van boete en versterving begrijpen en weten, dat zij ons beter maken? Hoe kan het zaak een nobel gebruik, maar het ontaardde dikwijls genoeg in het perse willen lessen van een overmatige dorst, met het gevolg, dat men elkaar in de loop van de dag met muziekin strumenten ging betimmeren, en zon der instrumenten en voorzien van bul ten en blauwe plekken op de plaats van bestemming terugkwam. Natuurlijk kende men ook minder- gevaarlijk plezier, zoals b.v. Zundert er zeer lang een heeft gehad Namelijk een jachtpartij met muziek. Jagers en harmonie trokken er in alle vroegte op uit om de nodige konijntjes en haasjes te verschalken. En was de buit groot genoeg dan trok men weer met muziek huiswaarts, om daar de haasjes en konijntjes consumptie-bereid te maken. Het waren telkens teer-avon- den van groot formaat, waarover in Zundert nog steeds graag wordt ge sproken. W/ij in het Zuiden zijn sterk muziek gevoelig. Daarvandaan ook de grote belangstelling voor het harmo niewezen en het zeer behoorlijke mu zikale peil dier gezelschappen. Al staan Brabant en Zeeland wat de harmonie muziek aangaat nog niet op het peil dat in het zangerige Limburg is bereikt toch zijn ook in Brabant en Zeeland de prestaties heel dikwijls zeer bizonder. In Brabant dan nog meer dan in Zee land zo zei ons een vooraanstaande harmonie-directeur, die in Brabant werkt, maar geboren en getogen Zeeuw is. In het Zuiden, zelfs in het kleinste plaatsje, zal het heus niet voorkomen, dat „er eens een paar maten moeten worden ingehaald" zoals volgens een onzer familieleden In Italië is gebeurd. Dit familielid liep in Rome en ontmoet te daar een rondtrekkende harmonie. Plotseling zag hij de man die de „dikke trom" hanteerde uit de groep rennen om zijn verloofde, die op het trottoir het muzikale schouwspel gade sloeg, een fikse zoen te geven om daarna weer haastig naar zijn plaats terug te rennen en met een paar stoere slagen de intussen verlopen maten „in te halen" Erg harmonieus klonk het niet, maar aan de gezichten der muzikanten en van het publiek was niét te merken dat men zo'n intermezzo als iets bui tengewoons beschouwde. Integendeel, de bewuste muzikant stapte trots als een pauw verder uit fierheid om zijn prestatie. Dergelijke dingen gebeuren er bij ons uiteraard niet. Niet alleen omdat men hier niet zo zoen-achtig is aan gelegd als in Italië, maar ook omdat men weet of aanvoelt, dat het „inhalen van een paar maten" dwaasheid is. Neen, onze harmoniegezelschappen staan op zeer behoorlijk peil. Dat kan men het beste bemerken als zij op con coursen in het strijdperk 'moeten tre den met andere korpsen en nog beter kan men het merken op de solistencon coursen, waar de technische prestaties dikwijls fantastisch zijn. Deze solisten concoursen zijn een sterke stimulans voor de leden der harmoniegezelschap pen om technisch vooruit te komen Aan voordracht en gevoel ontbreekt dikwerf nogal wat. doch op technisch peil staan zeer vele eenvoudige boeren jongens hun mannetje opperbest. Voor al in variaties op een bekend thema is men zeer sterk en wordt vol vuur geblazen. Men kan begrijpen dat aan het deel nemen aan een concours heel wat vast zit. Maandenlang wordt er ijverig en met temperament gestudeerd, zo zelfs, dat zowel huisgenoten als buren onderhand tureluurs worden. Alle an dere pleziertjes zet men opzij om toch maar op het concours een zo gunstig mogelijke indruk te maken. En op de concoursdag moet men dikwijls al voor dag en dauw uit de veren om op tijd te bestemder plaatse te zijn Zo kunnen we ons herinneren, dat een groepje Zeeuwen eens om 3 uur des nachts op pad is moeten gaan om tijdig de con coursplaats te bereiken 11 Daar moet men toch z'n petje voor afnemen. I QP de binnenplaats van het door bommen zwaar bestookte Propa- ganda-ministerie te Berlijn lagen pa pieren verstrooid, doorweekt door de regen, met indrukken van bespijkerde schoenen en gezengd door het vuur. Een amateur-voddenkoopman vond het hele zoodje en verkocht het als oud papier. De pakken, met een touw tje bijeengebonden, gingen door ver schillende handen, tot een Amerikaan mr. Mason, het geval eens nauwkeu riger bekeek. Hoe verbaasd was hij ELK BESCHAAFD LAND houdt er voorschriften op na, die het mogelijk maken om ongewenste vreemdelingen over de grenzen te bonjouren. Vreemdelingen kunnen voor een land, heel gewenst zijn, touristen die veel deviezen binnen brengen, specialisten, die het productieproces op gang bren gen enz. Ongewenste vreemdelingen echter zijn mensen, die orde en ru^t verstoren, die het productieproces benadelen, die zeden en eerbaarheid in gevaar brengen. Die moeten er uit. 70als het is in de staat zo is het in het lichaam van de mens. Er zijn ook daar millioenen en milliarden vreemdelingen werkzaam: bacteriën, ingewandsparasieten, levend onrein, weet ik wat nog al meer. Niet allen zijn schadelijk: in onze ingewanden zijn er bacteriën werkzaam, wier ac tiviteit allerminst schadelijk is, zo lang die bacteriën in het darmkanaal blijven, en zich niet gaan ophouden op ongewenste plaatsen. Daarnaast zijn er ziekteverwekkers, waartegen ons lichaam een voortdurende strijd i voert, en die dan niet, als ongewenste vreemdelingen over de grens worden gezet, maar eenvoudig vernietigd Dat zijn vreemdelingen waar we 't nu eens niet over hebben. Ditmaal gaat het over ingewikkelder wezens, over wat men zo in de wandeling noemt: wurmen die in de ingewanden parasiteren op de mens. Wanneer de ze lieve beestjes zich er toe beperk ten „mee te eten" van het voedsel dat de gastheer nuttigt, dan zou er nog allerlei redenen zijn om hen te verwijderen, omdat ze allerlei onaan gename nevenverschijnselen vertonen als, jeuk en dergelijke. Ze kunnen voorts op allerlei wijzen verwoestin-, gen aanrichten in het - ijsverterings- kanaal: er zijn gevalle 1 bekend, dat de uitvoerbuis van de alvleesklier ver stopt raakte door ingewandswormen, 1 3 12 het schijnt dat ze aanleiding kunnen worder tot blindedarmon'steking en wat dies meer zij. Dat is op Zichzelf al genoeg om ze als ongewenst te be schouwen, maar er is nog meer. Mensen, die dergelijke ingewands parasieten herbergen, en vooral kin deren, gaan lijden aan pijn, ze gaan vermageren, de slaap wordt door de jeuk onrustig en onvoldoende, en ten slotte zijn er ingewandsparasieten, wier spijsverteringsproducten be paald giftig zijn. Da ontwikkeling van een kind, dat aan deze kwaal lijdt, wordt zender enige twijfel geremd en gestoord, en men is, als ouder, allerminst verant woord te spreken over „maar wor men'- en het hele geval niet ernstig op te vatten. Zo ongevaarlijk is de zaaje nu juist niet. Men kan zelfs zeggen, dat de besmetting met ingewandswormen aansprakelijk is voor heel veel na righeid, en het is niet alleen zaak, wanneer de aanwezigheid ervan in de ontlasting geconstateerd is te zo'gen voor deskundige behandeling, maar dat het gewenst is de ontlasting van kinderen geregeld te controleren. AAet de geneesmiddelen en behan delingsmethoden die we tegen woordig bezitten, is het doden der pa rasieten niet erg moeilijk. Het is ech- tc- wel zaak, dat de behandeling ge schiedt geheel volgens de ranwijzin- gan van de arts, om to zorgen, dat een kuur niet mislukt. Er zijn tal van kleine „trucjes" die het succes of 't wansucces van de kuur bepalen, en W'e niet heel precies weet hoe de be handeling die de arts voorschrijft, ^oet geschieden, en vooral iedereen die méént het te weten, zijn of haar licht nog eerst eens opsteekt bij de wijkverpleegster van het Wit-Gele Kruis Deze zal trouwens ook goede raad kunnen geven wanneer men twijfelt over de aanwezigheid van ingewandswormen. Horizontaal: 1. wrok; 6. geaardheid: 12. bol; 13. biersoort; 14. lichaamsdeel; 15. titel (afk.); 16. Bijbels persoon; 18. onheilsgodin; 19. voorzetsel; 21. nauwe lijks; 22. soldatenkost; 24. windstreek (afk.) 25. titel (afk.); 26. stadsmest- vaalt; 27. Maasdorp; 28. lengtemaat; 29. landbouwwerktuig; 30. aardrijks kundige klaatsbepliing (afk.); 31. fuik opening; 33. bekende voormalige il legale organisatie (afk.); 34. pers. voorn.; 35. pit; 37. wild zwijn; 39. tocht; 41. sneeuwschaats; 43. schilders werktuig; 44. verhindering; 45. onbe paald voorn.; 46. inhoudsmaat; 48. voegwoord; 49 voorzetsel; 50. slot; 51. gewicht (afk.); 52. voorzetsel; 53. lang, dun, smal stuk hout; 55. familielid; 57. ten laatste (afk.) 59. gebak; 60. akelig; 62. pers. voorn.; 63. water in Achter de naam van een klooster ling of van een missionaris is vaak te lezen tot welke orde of congregatie die reguliere geestelijke behoort. Die religieuze instituten worden meestal met een afkorting van enkele letters aangegeven. Wie weet te zeggen wel ke orde of welke congregatie wordt aangeduid door de volgende afkortin gen; 1. S.J. 2. S.M.M. 3. O.S.B. 4. C.Ss.R. 5. OCR. 6. O ESA. 7. S.M. 8. W.P. 9. O.S.C. 10. C.M. 11. O.P. 12 A.A. 1" ocD ]-< CP. 15. O.S.Cr. Noord-Brabant; 64. Ierland; 66 re gelmaat; 67. voorzetsel; 68. momenteel; 69. voegwoord (Middelnederlands)- 70. wortel; 71. noot; 72. noodzaken- 73 bereids. Verticaal: 1. landelijk; 2. drietenige luiaard; 3. ongeveer (afk); 4. snoep goed; 5. damp; 7. deel van Afrika- 8. draagband; 9. voorzetsel; 10. berucht Duits instituut (afk); 11. visschuit; 17 tegen; 18. soort brandewijn; 20. aam stoot geven; 21. van rubber vervaar digde stof; 23. vuil, gekreukt; 24 het grofste gedeelte van gemalen koren, 32. dichterbij komen; 36. opstootje- 38. weldoorvoed; 40. steiger; 41. vlek-' 42 kleurling; 43. wederkerig; 44. opgewas sen; 47. soort radijs; 54. planeet; 56. vogel; 58. zoel; 59. grondsoort; 61 'aan- wijz. voorn.; 62. woest; 65. telwoord: 66 familielid. Oplossing van het vorig raadsel: VERMI TS KLEWANG E AERAARAK E RAAP RR O B DEEN LAM KREUPEL REE OL VAAG PLAN NR STOEL I KE— AARDE T P R I SE-^ROGGE N W - I,D E B GEB B EELD K ABEEL DA REDER LA R O TOON IA lak Kartets enk ALLE NS NT REDE D ERINENI G E EPI GRAM BRUTAAL Prijswinnaars: le prijzen (ƒ5.—) C. Roovers, Dreef 203, Made en W. A. Koevoets. Molenstraat 23a, Etteiv' 2e prij-en (f7 50) V. v. d. Evnöe, Hoofd- protetraat 812c, Zie'rikzee en G. Wete rings, afd. G. Kamer 57, St. Ignatius ziekenhuis, Breda. anders dat wij er later spijt van hebben, omdat wij er geen, of geen voldoende gebruik van maakten? Een mens is innerlijk vaak beter, dan men uit zijn doen en laten, zijn practische levenshouding zou opma ken. Ook wij zelf zijn vaak beter, dan in ons dagelijks leven uitkomt. Ei zijn zoveel factoren, die ons De- letten naar onze diepste overtuiging te leven. Daar is onder anderen on ze kleinmoedigheid, onze vrees voor het moeilijke, onze alkeer van het, buitengewone; daar is ons menselijk opzicht, onze angst om op te vallen in het goede, onze vrees voor praat jes en zoveel meer. rvat geeft ons duizend verontschul- digingen aan de hand om ie te na te laten, wanneer wij er voor staan. Is de tijd een keer voorbij, dm komt ons betere „ik" weer boven en doet ens zacnte verwijten. Dit is vooiai met het Paasfeest, waii.ieei wij zien, waartoe wij door de genade Gods gnoepen zijn, wa deze genade van ons gemaakt heeft er> van ons ma ken wil, maar vooral als wij beseffen wat dit Christus in zijn iijoen en sterven gekost heeft. Pan dringi het fit ons door, dat cuk wij iets hadden moeten doen in de vastentijd, iels meer, iets edelmoediger? en we zijn onbevredigd. Zo is net toch al te dikwijls, om niet te zeggen: altijd. Nu weten we allen wel, dat wij aan de rijkdom van de. genade in ons nooit ten volle kunnen beantwoorden en misschien zelfs niet ten dele, maar dat neemt niet weg, dat wij de ge nade waarderen en haar geen belet selen willen stellen. Daarvoor komt op de eerste plaats ingekeerdheid, berouw en boete, juist wat de vasten tijd van ons vraagt. pn net is alsof wij dit als van zelf aanvoelen met 't Paasfeest, ails de vasten voorbij is, maar vóór en on der de vasten denken we er_ niet aan of minstens te weinig. Dachten w1 eraan, me dunkt, dan viel ons het vasten, de versterving gemakkelijk. Het lijkt me dus dat we van te voren moeten denken, dat wij bij het be gin van de vasten en heel de vasten door al, het Paasfeest voor ogen moe ten hebben en de genaden, die door het lijden de verrijzenis van Chris tus in ons zijn. Dan zullen we echt in deze vastentijd iets wilen doer, waardoor wij ens versterven, boets doen voor onze onvolmaaktheden en dc beletselen wegnemen, die Gods ge nade tegenwerken. Mij lijkt dit nog van des te meer belang in onze dagen, nu wij weten dat van de eigenlijke vastenwet in ruime mate gedispen seerd is Dat brengt immers het ge vaar mee, dat we menen dat vasten niet meer nodig is, zodat we daarin eer. nieuwe verontschuldigihg zouden inden voor een al te slappe houding. Maar vasten moet wel. al is het dan niet precies in onze maaltijden, zo dat we minder zouden moeten ge bruiken. Er zijn nog zoveel ^andere Ongen, welke wij kunnen doen en waardoor wij ons werkelijk verster ven.. Laten wij er toch vooral aan denken, dat wij zelf heel goed aan voelen en overtuigd zijn, dat wij deze tijd moeten beleven als een boete-tijd air. een tijd van inkeer en zelfverloo chening. Als we dat voor ogen houden, zullen we iets degelijks willen doen. Wat dit zijn zal, kunnen we zelf be palen of aan een biechtvader vragen. X/ergeten we ook niet onze kinderen het vasten te leren en de ware geest van de vasten Wij moeders zijn de eersten, die in aanmerking kamen om de goede gebruiken der Kerk, de Christelijke gebruiken die zo van belang zijn in het leven aan onze kinderen te leren. Wij moeten het wel verstandig doen. Wc moeten onze kinderen niet alleen iets ver bieden of iets ontzeggen, maar hen ook verklaren, waarom dat is en waar om het goed is, voor zover de kinde ren dat kunnen begrijpen. Juist een moeder kan dat, omdat ze het be gripsvermogen van haar kinderen kent en in staat is dit bij zovele ge legenheden voor te lichten en te ver helderen. Laat dus de vastentijd voor ons allen een vruchtbare tijd zijn, waarop we met Pasen blij terug zien. ■u3.roiiSTn.rji 'SI luajsraoissej :u3j3Tiaurje3 spraoqosèSuo •gT :u3}siuotjdumssv 'SI lusueo -IUTUIOQ -1I luajSTJEZEH -0I :U3UB -ilIitUBO '6 IsjajBci 3ri!M. '8 luojsu -ÉjAt -i lusurijsngnv '9 luajsrddEJX •e :u3jsu0}düi3p3H-fr luoulrptpeuaa -g :U3UEJJOJJUOJ\I z lU3}3mzaf -j De Eerw Veer Robert Kohten, de 1 Knlrovrri P<ol rfi er>Vlo cnPinlriflCf hppft bekend,.- Belgische socioloog heeft •in het maandblad „Les Dossiers de l'Action Sociale Cathoiique" een ar tikel gewijd aan het probleem van de hedendaagse Belgische jeugd. Na te hebben verklaard, dat 85 pro cent van de kinderen van 6 tot 12 jaar op de lagere scholen in België godsdienstonderricht ontvangen, on derzoekt de auteur het probleem van de jeugd die de school heeft verla ten. Hierbij maakt hij een onderscheid tussen het gedrag van de meesten, die onder een vrij staatsbewind geen deel uitmaken van de jeugdbewegin gen, en de élite, die zich daar wel bij aansluit Op de IV2 mïllioen Belgi sche jongeren van 7 tot 20 jaar ne men er 250.000 dus ongeveer een zes de, actief deel aan de jeugdbewegin gen. Aangezien zij een actieve min derheid vormen, kunnen zij dus als een élite worden beschouwd. Het aantal jongeren onder tien die bü de communistische jeugdbewe ging zijn aangesloten wordt seschat op 50 a 70.000; bij het Rode Krnis 50.000; bij de neutrale padvinders beweging 8000; bij de Katholieke jeugdbeweging 200.000 Het is bijna onmogelijk om aan te geven hoe veel Belgische jongeren zijn aange sloten bij de Protestantse jeugdbe wegingen zoals de YMCA en do YWCA. Over de hoofdtrek in de geestes houding van deze Belgische jongeren zegt Robert Kohten, dat het optimis me van Jean-Jacques Rousseau, het welk het liberale tijdperk en de vo rige generaties kenmerkte, plaats heeft gemaakt voor een reëel en zeer diep pessimisme, hetgeen verklaard kan worden uit de grondige omwente ling welke de wereld thans onder ga ai. De schrijver besluit: „De oorlog heeft de geestelijke wederopleving, waar sommigen op rekenden, niet met zich mede gebracht en men dient dus zeer realistisch te blijven bij het tellen van de kansen, die de Kerk heeft om deze wereld waarlijk te beïnvloeden. Om dit laatste te bereiken moet: 1 Een geest van burgerzin worden aangekweekt; 2. Een organische democratie wer den gesticht; 3. Het sociale leven met de christe lijke beginselen doordesemd wor den; 4 Aan de apostolische actie van ae jongeren een zeker dynamisme cn een zekere hevigheid worien ge geven. VjUE BESLOTEN het eerste gedeelte der - beschrijving van een verken nersspeurtocht met de mededeling, dat men bij de Rector van een kloos ter arriveerden. Nu beginnen we met iets te vertellen over.de desbetreffen de kloostercongregatië. De congregatie, voortgekomen uit de Dominicanessenorde, is in 1860 in Frankrijk gesticht door Père Lataste, een enthousiast geestelijke die zich tot levensdoel had gesteld, het stich ten van een orde voor reclasserings- werk en de opname van gerehabili- teerden als volwaardige religieuzen. De directe aanleiding vond Père La- taste in het geven van een retraite in een vrouwengevangenis te Cadillac. Hier bemerkte hij, dat vele gevan genen van plan waren om na hun straftijd als consacré (2e rangs zuster) in het klooster te treden. Men had in die tijd het idee. Jet vrouwen met een niet onberispelijk verleden nooit volwaardige religieuzen konden wor den. Père Lataste vatten toen het idee op de bedoelde orde te stichten in dachtig het feit, dat aan de voet van het kruis Maria Magdalena evenzeer als Moeder Maria van de stervende Christus ten volle genaden ontvangen had, dus daarin door Christus ge lijk werd gesteld. Tegen alle tegenstand in de Franse reageerden namelijk met „die jeugdige heethoofd met zijn onuit voerbare plannen zal door zijn stre ven het witte kleed van Dominicus besmetten" stichtte hij de orde die vele roepingen had. Buiten de drie geloften (zuiverheid, armoede en ge hoorzaamheid) gjven de Zusters aan Christus het grote cffei. van haar eer. Zij konden immers gemakkelijk aan gezien worden voor "rouwen met een berispelijk verleden, boewei hier in de meeste gevallen nooit sprake van was geweest. Nu iets over de geschiedenis van deze orde in Nederland. In 1914 moesten alle Duitse zusters die in Frankrijk gevestigd waren, per snelste gelegenheid dit land veriaten, dus ook de Zusters die deel uitmaak ten vsti de Congregatie van Bethanië en wier plan het was, in Duitsland ook een nederzetting van de congre gatie te stichten. Ze belandden in Nederland en zouden door haar uit drijving uit Frankrijk de religieuze staat moeten verlaten en naar huis gaan, ware het niet dat Mgr. Schrij nen, toenmaals Bisschop van Roer mond, haar de opdracht had gegeven, in Nederland een Kloostei te stichten! Dit deden zij in een cud café in een dorpje bij Roermond, een huis, dat net enkele weken tevoren door een pater was gekocht. Al waren de eerste ja ren erg moeilijk, Ihans zijn er reeds meerdere kloosters en wel te Stevens beek (N.O. Brabant), Baaksem. Bin- deren (bij Helmond). St. Anna (Bre da), Mook en Rijsbergen." Het verslag geeft dan nog een en ander over de uitgroei van hel kloos ter Rijsbergen om dar te komen op het kloosterleven elf: „De voorbereidingstijd voor de ge- rehabiliteerden duurt natuurlijk lan ger dan die voor de '■ehabiliterenden, Tot welke groep zij behoren, weten de Zusters van elkaar niet, alleen de Priorin is hiermede uit hoofde van haar ambt op de hoogte Dit verklaart mede de goede stemming die onder de Zusters heerst, een stemming van opoffering voor ieder, die haar de ge nade geeft het moeilijke reclasserings- WerL in de meeste gevallen goed te volbrengen en zo volwaardige vrou wen aan de maatschappij terug te schenken". De verdere tocht. JJITGERUST en verfrist (de jon gens hebben intussen op een hout vuurtje in hun kamp hun warme maaltijd gekookt en naar binnen ge werkt), vervolgen ze hun tocht en ze maken nu vlug hun schets van de Mariakapel, gebouwd door dezelfde architect die de kerk van Effen op zijn naam heeft. De schilder van het Maria-portret blijkt Gerrit de M01-- rée te zijn en is nogal verschil van mening over zijn opvattingen De op dracht van de Rector is in ontvangst genomen. Ze moeten nu een zandweg in, die uit het N.O. uitkomt op de steenweg Etten-Rijsbergen en dan volgt een Cross Country naar kilbme- terpaal 40. Dan wordt de kortste weg naar Breda ingeslagen, maar de op dracht vermeldt dan: neem contact op met de boerenbevolking van deze Arck'ittl ifa* OfSlMk •it kfrk wn £fft» streek en verkrijg /o een globale in- druk van de gemiddelde boer, -zijn bezit aan vee, wat hij verbouwt, hoe hij bemest, de gemiddelde grootte van zijn gezin, enz. dit ai'es vervat in een apart rapport. De cross country zou een avontu renverhaal op zichzelf kunnen vor men, maar nog even wil ik hier iets vertellen over hetgeen ik in de rap porten vond over het boerenbedrijf in deze streek. Over het algemeen treffen we hier kleine bedrijven aan met een landbezit van ong. 5 bunder. De 10-bunder-boeren vormen uitzon deringen. De veestapel varieert van 2 tot 10 koeien (gemiddeld 6). Buiten de landbouw die -ogge, haver, vee voeder (knollen en mangelbieten) en aardappelen oplevert en de veeteelt is de kippenfokkerij een aanvullend middel van bestaan. Haast iedere boer heeft naast zijn huis een ren waarin zowat 50 kippen rondtippelen. Wat ons opviel, lezen we, was, dat de grootte der boerderijen naarmate we Etten naderden, minderde. De rijkdom aan grond en vee was op de eerste étappe van onze tocht groter dan op de twee de. De stalmest voorhanden naar mate de grootte van de veestapel werd voor de bemesting gebruikt met daarnaast een aanvulling met kunst mest, al naarmate de financiële draag kracht van de boer; deze financiële draagkracht is niet groot, aangezien een gemiddeld kindertal van 5 (en dit is dan nog laag gescht) veel mid delen vergt tot onderhoud van het gezin. Op enkele nlaarsen troffen de knapen een beperkte opvatting over hygiëne en zindelijkheM aan. waarte genover weer staat een overvloed v~n arbeidslust, gastvrijheid en gemoede lijkheid. OLDFOX.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1948 | | pagina 5