.S.0.
Vastentijd: boetetijd
Hersengymnastiek
MET OPEN OOG
Ongewenste vreemdelingen
Landbouw
ZATERDAG 14 FEBRUARI 1948
s
JN1E
GOEDKOOP
{DERWIJS.
u rt'
Niet alleen lolletjes
Heilzame invloed
LITURGISCHE KALENDER
Wat de V interesseert
Laten we ook onze kinderen
inkeer en zelfverloochening leren
In Italië
Behoorlijk peil
Boekenplank
Het dagboek van
Goebbels
v Onze Gezondheid
Onze wekelijkse prijsvraag
Liberaal optimisme heeft plaats gemaakt
voor diep pessimisme
door een interessante streek
NDEREN op MAAN
am. om 4.30 uur zal
te AXEL een le-
gehouden door Ir.
;e Landbouwmaat-
'ertoning van een
van de suikerbie-
a
s de toegang vrij
(XXXXXXXXXXXXs
anderen.
ER8
voor de Landbouw
ee n.m. in het Con-
bij het werk van de
■den uitgenodigd tot
lezing. 825-0
NG
rale keuring 1948 te
ior nog een beperkt
ALE
L. DEKKER - AXEL
sir. 12 - Arnhem
ïij. Hoofdonderwijzer
heren: ontwikkeling
politie, maréchaussee,
>Joma, ieerlingverpie-
jter (slagers), reiziger,
ministrateur, midden-
cateur. inspecteur van
sur van een woning-
iemakelaar.
leerling-verpleegster,
ntoorbediende, pr.vé-
ta, kind er verzorgster,
onderwijzeres, assis
en: boekhouden voor
echt, handelsre^enen,
Ned. Associatie, land-
ïdrijfsieider, machine-
g), Ned. handeiscorr.
else handelscorr., ste
lt wiskunde, algemene
schoonschrijven, hotel-
inderijenadm., bescha-
ir in het openbaar
e conversatie
pal (nieuwst* spelling)
l voor ambtenaren en
stige ambtenaren.
bekwame, technische*
Bovag, garagehouder-
rsteller dip oma Ve
rzekering), autodief#'
techniek, sterkstroom*
jnteur dipl.V.E.V., ftim-
'ïiek, stoommachtaiat,
mid-, machine, encon-
centrale ver warmings-
aterfltter, bouwkundig
cheepsbouwkundigtek.
gezel metselen, beton-
•kmeester, bouwkundig
het rijbewijs examen,
nen en ontwerpen,
1
chting inlichtingen
I
Leeftijd.- J
chrilte ijk oncleiW'j*
van der Steen
hevig e esc huo
ER SCHRIKT HET
EN verscheioe-
'LIES T, DiE
boven in de boom.
aan 't verliezen is
feit zal oorzaak
le val van Poctkes
K 1\ /TUZIEK geeft uiting aan de blijheid. Zij roept ook blijheid
1V1 op. Wij in het goede Zuiden houden van muziek. Niet
alleen om de aesthetica ervan, maar ook en misschien
4 vooral omdat ze ons tot nog blijdere en vrolijker mensen
i maakt dan wij van huisuit al zijn. Al realiseren wij ons dit
I niet steeds, in wezen is het toch zo dat wij de muziek nodig
hebben. De ene in deze en de andere in die vorm.
„Böse Menschen haben keine Lieder", heeft Goethe eens gezegd.
Vrij vertaald komt dit hierop neer, dat slechte mensen niet
van muziek houden. Hetgeen dus zou kunnen betekenen, dat
er in ons Zuiden geen slechte mensen wonen
i r\E ene houdt van muziek in die en
JS iron mll7.toV IV»
de andere van muziek in deze
vorm. Muziek met een grote en met
een kleine k. Muziek van het allegro
en moderato en muziek van de pittige
mars. Laten we het nu eens niet over
de eerste, maar over de tweede soort
hebben: de harmoniemuziek.
Al zult ge het niet altijd graag wil
len bevestigen, maar achteraf moet ge
toch bekennen, dat ge bij het horen
van harmoniemuziek altijd iets in U
voelt prikkelen, ge voelt leutiger en
als ge durfde zoudt ge wel voor of
k achter de blazende mannen willen aan-
huppelen, louter en alleen om Uw
S& Blijdschap te spuien. Ge doet het niet
omdat ge óf te stijf zijt om nog gra
cieus te kunnen huppelen óf omdat
„het niet staat" En zo laat ge het aan
de spontane jeugd over de blljheid-
veiligheidsklep open te zetten, omdat
de jeugd zich van „staan" niets aan
trekt, De mannen van de harmonie
zijn U sympathiek, omdat zij Uw leven
aangenamer maken. En ge leeft im
mers graag zo aangenaam mogelijk!
In de grond van de zaak is een har-
monie een belangrijk iets in de ge-
i meenschap. Hebt ge U al eens gereali
seerd, wat een gemeenschapsfeest zon
der harmonie betekent? Immers het
is toch zo, dat de blazende harmonie
mannen fleur en kleur aan elk festijn
bijzetten. Neem de feestdagen van het
Oranjehuis, de installatie van een
nieuwe burgemeester, het verwelkomen
van de terugkerende jongens uit Indië,
neem de gouden bruiloften en het hul
debetoon aan een neomist, steeds is de
harmonie present.
In een stad met zijn druk beweeg en
zijn reeks van ontspanningsmogelijk
heden komt dat nog niet zo sterk tot
uitdrukking als op het platteland, waar
de harmonie trots van het dorp is en
waar het een eer is, lid van de harmo-
nie te zijn Als daar de harmonie uit
trekt Is het groot feest voor het dorp.
Het werk wordt gestaakt en blozende
moeders met blozende kinderen op de
arm of aan haar rokken bewonderen
hevig de geheel of gedeeltelijk geüni
formeerde mannen, waaronder zich
ook „ons vader" en „onze Piet" be
vindt, die met bolle wangen blazen
alsof zij de toren van Babel naar het
hiernamaals willen helpen.
De harmonie ls voor een plattelands
gemeente nog iets heel anders dan
voor een stad. Voor het platteland be
tekent zij vrijwel steeds het enige cen
trum van ontspanning, niet alleen van
wege de muzikale factor, doch ook
omdat de harmonie doorgaans ook een
toneelafdeling heeft, die dus ook op
dit gebied zorgt voor de culturele be
vrediging van de plattelandsgemeente.
Door het feit dat de harmonie door-
gaans de enige instrumentale vorming
voor het platteland betekent, kan zij
opgevat worden als de muziekschool
voor het platteland. In het milieu van
de harmonie kan de plattelander zijn
muzikale behoeften bevredigen en zich
soms een benijdenswaardige muzikale
capaciteit eigen maken.
Jn de wandel wordt een harmonie nog
al eens beschouwd als een lolletjes
vereniging". Natuurlijk heeft men ook
lolletjes, zeker als er op een concours
een prijs is behaald en men met
kletterende trompetten, bonkende dik
ke trom en felle bekkenslagen uiting
wil geven aan de vreugde. Maar dat
er in een harmonie enkel en alleen aan
lolletjes wordt gedacht, dat is toch een
verkeerde opvatting. Zeker thans, nu
het harmoniewezen stukken vooruit is
gegaan en er een gedisciplineerde
geest is gaan heersen.
In de goede oude tijd was het een
schoenmaker en een caféhouder die de
dirigeerstok zwaaide, maar hun rijk is
over het algemeen allang uit. Vroeger
trok men op de kermissen rond van
cafe tot café, met het gevolg, dat de
harmoniemannen nogal eens gekke
dingen uithaalden.
Vroeger kende men ook het vroeg op
5 jaan me' Hemelvaartsdag, het
Z-g.n. dauwtrappen. In de grond van de
17 en harmonie is een nuttig en nood
zakelijk iets in de gemeenschap Ze
voorziet in 'n levensbehoefte voor het
volk, dat muziek wil en niet naar de
grote concerten kan. De harmonie is
een centrum van ontspanning, maar
ook van opvoeding. In muzikale en
tonelistische geest krijgt men er iets
mee, dat men anders niet gekregen
zou hebben. Muziek roept edeler ge
voelens wakker vooral als dit onder een
goede dirigent gebeurt (behalve wan
neer men kwaad wordt over een recen
sie, zei een muziekrecensent ons zeer
adrem). Ook in moreel opzicht kan
van muziek een zuiverende invloed uit
gaan. Dit principe ziet men toegepast
in gestichten, waar b.v. voogdijjongens
verblijven. Muziekbeoefening is voor
hen heilzaam gebleken. En een har
monie van deze jongens, die zich wat
fier gevoelen in hun uniformen, maakt
beslist geen minderwaardige indruk
Integendeel!
Hebt ge overigens al eens de har
monie van de jongens uit het blinden
instituut te Grave gehoord? Het is be
kend. dat blinden een zeer fijn gevoel
voor muziek hebben, als gevolg van een
scherpere ontwikkeling van het gehoor-
zintuig. De blinden van Grave heb
ben nu een groot harmoniekorps, dat
zonder notenschrift, belangwekkende
resultaten laat horen. Indien ge de
kans hebt dit korps te horen, moet ge
't beslist niet verzuimen.
Voor deze mensen is de harmonie
muziek, wat zij ook voor vele oudere
mensen is: een levensbehoefte!
dagboekbladen in handen te hebben,
van een boek, dat voor de kennis van 't
„Duizendjarige Nazirijk" van onschat
bare betekenis is, 't dagboek van Joseph
Goebbels. Mr. Mason liep ermee naar dr
Louis P. Lochner, voormalig chef van
Associated Press te Berlijn. Deze
stelde de authenticiteit van deze docu
menten onomstotelijk vast en bewerk
te ze voor een boekuitgave. Deze boek
uitgave zal nu ook in Nederlandse ver
sie verschijnen bij Het Wereldvenster
Zondag 15 Februari. Paars, le Zon
dag van de Vasten. Mis Invocabit
zonder Gloria. 2e gebed H.II. Faus-
tinus en Jovita. 3e A cunctis. Credo
Pref van de Vasten.
Maandag 16. Paars. Mis van Maan
dag in de le week van de Vasten: 2e
gebed A cunctis. 3e Omnipotens.
Dinsdag 17 Paars. Mis van Dinsdag
in de le week van de Vasten. 2e ge
bed A cunctis. 3e Omnipotens.
Woensdag 18. Paars. Mis van Qua
tertemper-Woensdag in de le week
var. de Vasten. 2t gebed H. Simecn.
3e A cunctis. Breda en alle paters
kerken in dat Bisdom: Wit. Kerkwij
ding van dé Kathedraal. Mis Terri-
bilis 2e gebed er. laatste Evangelie
van Quatertemper-Woensdag. Ciedo.
Gewone Prefatie
Donderdag 19. Paars. Mis van Don
derdag ir, de le wfeek van de Vasten
2e gebed A cunctis. 3e Omnipotens.
Vrijdag 20. Paars. Mis van Quater
temper-Vrijdag in de le week van de
Vasten. 2e gebed A cunctis. 3e Omni
potens.
Zaterdag 21. Paars. Mis van Qua
tertemper-Zaterdag in de le week
van de Vasten. 2e gebed A cunctis.
3e Omnipotens.
■WOORBEREIDINGSTIJD
V paoofoiMit het- feest vai
op het
Paasfeest, het feest van de Ver
rijzenis van Christus. Hoe vaak heb
ben wij dit feest al gevierd in ons
leven, werden wij vervuld van zi]n
wonderlijke geheimenissen, gaf het
ons vertrouwen en moed. Hoe vaak
hebben we dan van ons zelf moeten
denken cn ook gedacht: „Wat heb
ik mii toch weinig voorbereid op dit
feest.'Wat heb ik toch weinig reke
ning gehouden met de vastentijd. Ik
had toch wel wat meer aan de vas
ten kunnen doen".
70 is het maar al te dikwijls. Als.
we voor de vastentijd staan, dan
voelen we er niet veel voor, schrikken
er een beetje voor terug. Als we in
de vastentijd zijn, dan vergeten we
het gemakkelijk, omdat we er ons
niet genoeg van doordrongen heb
ben. Maar is de vasten voorbij dan
voelen we ons toch onvoldaan, om
dat we er zo weinig rekening mee
hielden. Getuigt dit niet, dat wij in
nerlijk toch wel van de betekenis
van de vasten overtuigd zijn? Dat
wij toch wel de waarde van boete en
versterving begrijpen en weten, dat
zij ons beter maken? Hoe kan het
zaak een nobel gebruik, maar het
ontaardde dikwijls genoeg in het
perse willen lessen van een overmatige
dorst, met het gevolg, dat men elkaar
in de loop van de dag met muziekin
strumenten ging betimmeren, en zon
der instrumenten en voorzien van bul
ten en blauwe plekken op de plaats
van bestemming terugkwam.
Natuurlijk kende men ook minder-
gevaarlijk plezier, zoals b.v. Zundert
er zeer lang een heeft gehad Namelijk
een jachtpartij met muziek. Jagers en
harmonie trokken er in alle vroegte op
uit om de nodige konijntjes en haasjes
te verschalken. En was de buit groot
genoeg dan trok men weer met muziek
huiswaarts, om daar de haasjes en
konijntjes consumptie-bereid te maken.
Het waren telkens teer-avon-
den van groot formaat, waarover in
Zundert nog steeds graag wordt ge
sproken.
W/ij in het Zuiden zijn sterk muziek
gevoelig. Daarvandaan ook de
grote belangstelling voor het harmo
niewezen en het zeer behoorlijke mu
zikale peil dier gezelschappen. Al staan
Brabant en Zeeland wat de harmonie
muziek aangaat nog niet op het peil
dat in het zangerige Limburg is bereikt
toch zijn ook in Brabant en Zeeland de
prestaties heel dikwijls zeer bizonder.
In Brabant dan nog meer dan in Zee
land zo zei ons een vooraanstaande
harmonie-directeur, die in Brabant
werkt, maar geboren en getogen Zeeuw
is. In het Zuiden, zelfs in het kleinste
plaatsje, zal het heus niet voorkomen,
dat „er eens een paar maten moeten
worden ingehaald" zoals volgens een
onzer familieleden In Italië is gebeurd.
Dit familielid liep in Rome en ontmoet
te daar een rondtrekkende harmonie.
Plotseling zag hij de man die de „dikke
trom" hanteerde uit de groep rennen
om zijn verloofde, die op het trottoir
het muzikale schouwspel gade sloeg,
een fikse zoen te geven om daarna
weer haastig naar zijn plaats terug te
rennen en met een paar stoere slagen
de intussen verlopen maten „in te
halen" Erg harmonieus klonk het niet,
maar aan de gezichten der muzikanten
en van het publiek was niét te merken
dat men zo'n intermezzo als iets bui
tengewoons beschouwde. Integendeel,
de bewuste muzikant stapte trots als
een pauw verder uit fierheid om zijn
prestatie.
Dergelijke dingen gebeuren er bij
ons uiteraard niet. Niet alleen omdat
men hier niet zo zoen-achtig is aan
gelegd als in Italië, maar ook omdat
men weet of aanvoelt, dat het „inhalen
van een paar maten" dwaasheid is.
Neen, onze harmoniegezelschappen
staan op zeer behoorlijk peil. Dat kan
men het beste bemerken als zij op con
coursen in het strijdperk 'moeten tre
den met andere korpsen en nog beter
kan men het merken op de solistencon
coursen, waar de technische prestaties
dikwijls fantastisch zijn. Deze solisten
concoursen zijn een sterke stimulans
voor de leden der harmoniegezelschap
pen om technisch vooruit te komen
Aan voordracht en gevoel ontbreekt
dikwerf nogal wat. doch op technisch
peil staan zeer vele eenvoudige boeren
jongens hun mannetje opperbest. Voor
al in variaties op een bekend thema
is men zeer sterk en wordt vol vuur
geblazen.
Men kan begrijpen dat aan het deel
nemen aan een concours heel wat
vast zit. Maandenlang wordt er ijverig
en met temperament gestudeerd, zo
zelfs, dat zowel huisgenoten als buren
onderhand tureluurs worden. Alle an
dere pleziertjes zet men opzij om toch
maar op het concours een zo gunstig
mogelijke indruk te maken. En op de
concoursdag moet men dikwijls al voor
dag en dauw uit de veren om op tijd
te bestemder plaatse te zijn Zo kunnen
we ons herinneren, dat een groepje
Zeeuwen eens om 3 uur des nachts op
pad is moeten gaan om tijdig de con
coursplaats te bereiken 11 Daar moet
men toch z'n petje voor afnemen. I
QP de binnenplaats van het door
bommen zwaar bestookte Propa-
ganda-ministerie te Berlijn lagen pa
pieren verstrooid, doorweekt door de
regen, met indrukken van bespijkerde
schoenen en gezengd door het vuur.
Een amateur-voddenkoopman vond
het hele zoodje en verkocht het als
oud papier. De pakken, met een touw
tje bijeengebonden, gingen door ver
schillende handen, tot een Amerikaan
mr. Mason, het geval eens nauwkeu
riger bekeek. Hoe verbaasd was hij
ELK BESCHAAFD LAND houdt er voorschriften op na, die het mogelijk
maken om ongewenste vreemdelingen over de grenzen te bonjouren.
Vreemdelingen kunnen voor een land, heel gewenst zijn, touristen die veel
deviezen binnen brengen, specialisten, die het productieproces op gang bren
gen enz. Ongewenste vreemdelingen echter zijn mensen, die orde en ru^t
verstoren, die het productieproces benadelen, die zeden en eerbaarheid in
gevaar brengen. Die moeten er uit.
70als het is in de staat zo is het in
het lichaam van de mens. Er zijn
ook daar millioenen en milliarden
vreemdelingen werkzaam: bacteriën,
ingewandsparasieten, levend onrein,
weet ik wat nog al meer. Niet allen
zijn schadelijk: in onze ingewanden
zijn er bacteriën werkzaam, wier ac
tiviteit allerminst schadelijk is, zo
lang die bacteriën in het darmkanaal
blijven, en zich niet gaan ophouden
op ongewenste plaatsen. Daarnaast
zijn er ziekteverwekkers, waartegen
ons lichaam een voortdurende strijd i
voert, en die dan niet, als ongewenste
vreemdelingen over de grens worden
gezet, maar eenvoudig vernietigd
Dat zijn vreemdelingen waar we 't
nu eens niet over hebben. Ditmaal
gaat het over ingewikkelder wezens,
over wat men zo in de wandeling
noemt: wurmen die in de ingewanden
parasiteren op de mens. Wanneer de
ze lieve beestjes zich er toe beperk
ten „mee te eten" van het voedsel
dat de gastheer nuttigt, dan zou er
nog allerlei redenen zijn om hen te
verwijderen, omdat ze allerlei onaan
gename nevenverschijnselen vertonen
als, jeuk en dergelijke. Ze kunnen
voorts op allerlei wijzen verwoestin-,
gen aanrichten in het - ijsverterings-
kanaal: er zijn gevalle 1 bekend, dat
de uitvoerbuis van de alvleesklier ver
stopt raakte door ingewandswormen,
1
3
12
het schijnt dat ze aanleiding kunnen
worder tot blindedarmon'steking en
wat dies meer zij. Dat is op Zichzelf
al genoeg om ze als ongewenst te be
schouwen, maar er is nog meer.
Mensen, die dergelijke ingewands
parasieten herbergen, en vooral kin
deren, gaan lijden aan pijn, ze gaan
vermageren, de slaap wordt door de
jeuk onrustig en onvoldoende, en ten
slotte zijn er ingewandsparasieten,
wier spijsverteringsproducten be
paald giftig zijn.
Da ontwikkeling van een kind, dat
aan deze kwaal lijdt, wordt zender
enige twijfel geremd en gestoord, en
men is, als ouder, allerminst verant
woord te spreken over „maar wor
men'- en het hele geval niet ernstig
op te vatten.
Zo ongevaarlijk is de zaaje nu juist
niet. Men kan zelfs zeggen, dat de
besmetting met ingewandswormen
aansprakelijk is voor heel veel na
righeid, en het is niet alleen zaak,
wanneer de aanwezigheid ervan in de
ontlasting geconstateerd is te zo'gen
voor deskundige behandeling, maar
dat het gewenst is de ontlasting van
kinderen geregeld te controleren.
AAet de geneesmiddelen en behan
delingsmethoden die we tegen
woordig bezitten, is het doden der pa
rasieten niet erg moeilijk. Het is ech-
tc- wel zaak, dat de behandeling ge
schiedt geheel volgens de ranwijzin-
gan van de arts, om to zorgen, dat
een kuur niet mislukt. Er zijn tal van
kleine „trucjes" die het succes of 't
wansucces van de kuur bepalen, en
W'e niet heel precies weet hoe de be
handeling die de arts voorschrijft,
^oet geschieden, en vooral iedereen
die méént het te weten, zijn of haar
licht nog eerst eens opsteekt bij de
wijkverpleegster van het Wit-Gele
Kruis Deze zal trouwens ook goede
raad kunnen geven wanneer men
twijfelt over de aanwezigheid van
ingewandswormen.
Horizontaal: 1. wrok; 6. geaardheid:
12. bol; 13. biersoort; 14. lichaamsdeel;
15. titel (afk.); 16. Bijbels persoon; 18.
onheilsgodin; 19. voorzetsel; 21. nauwe
lijks; 22. soldatenkost; 24. windstreek
(afk.) 25. titel (afk.); 26. stadsmest-
vaalt; 27. Maasdorp; 28. lengtemaat;
29. landbouwwerktuig; 30. aardrijks
kundige klaatsbepliing (afk.); 31. fuik
opening; 33. bekende voormalige il
legale organisatie (afk.); 34. pers.
voorn.; 35. pit; 37. wild zwijn; 39.
tocht; 41. sneeuwschaats; 43. schilders
werktuig; 44. verhindering; 45. onbe
paald voorn.; 46. inhoudsmaat; 48.
voegwoord; 49 voorzetsel; 50. slot; 51.
gewicht (afk.); 52. voorzetsel; 53. lang,
dun, smal stuk hout; 55. familielid;
57. ten laatste (afk.) 59. gebak; 60.
akelig; 62. pers. voorn.; 63. water in
Achter de naam van een klooster
ling of van een missionaris is vaak te
lezen tot welke orde of congregatie
die reguliere geestelijke behoort. Die
religieuze instituten worden meestal
met een afkorting van enkele letters
aangegeven. Wie weet te zeggen wel
ke orde of welke congregatie wordt
aangeduid door de volgende afkortin
gen;
1. S.J.
2. S.M.M.
3. O.S.B.
4. C.Ss.R.
5. OCR.
6. O ESA.
7. S.M.
8. W.P.
9. O.S.C.
10. C.M.
11. O.P.
12 A.A.
1" ocD
]-< CP.
15. O.S.Cr.
Noord-Brabant; 64. Ierland; 66 re
gelmaat; 67. voorzetsel; 68. momenteel;
69. voegwoord (Middelnederlands)- 70.
wortel; 71. noot; 72. noodzaken- 73
bereids.
Verticaal: 1. landelijk; 2. drietenige
luiaard; 3. ongeveer (afk); 4. snoep
goed; 5. damp; 7. deel van Afrika- 8.
draagband; 9. voorzetsel; 10. berucht
Duits instituut (afk); 11. visschuit; 17
tegen; 18. soort brandewijn; 20. aam
stoot geven; 21. van rubber vervaar
digde stof; 23. vuil, gekreukt; 24 het
grofste gedeelte van gemalen koren,
32. dichterbij komen; 36. opstootje- 38.
weldoorvoed; 40. steiger; 41. vlek-' 42
kleurling; 43. wederkerig; 44. opgewas
sen; 47. soort radijs; 54. planeet; 56.
vogel; 58. zoel; 59. grondsoort; 61 'aan-
wijz. voorn.; 62. woest; 65. telwoord:
66 familielid.
Oplossing van het vorig raadsel:
VERMI TS KLEWANG
E AERAARAK E
RAAP RR O B DEEN
LAM KREUPEL REE
OL VAAG PLAN NR
STOEL I KE— AARDE
T P R I SE-^ROGGE N
W - I,D E
B GEB B EELD K
ABEEL DA REDER
LA R O TOON IA
lak Kartets enk
ALLE NS NT REDE
D ERINENI G E
EPI GRAM BRUTAAL
Prijswinnaars: le prijzen (ƒ5.—) C.
Roovers, Dreef 203, Made en W. A.
Koevoets. Molenstraat 23a, Etteiv' 2e
prij-en (f7 50) V. v. d. Evnöe, Hoofd-
protetraat 812c, Zie'rikzee en G. Wete
rings, afd. G. Kamer 57, St. Ignatius
ziekenhuis, Breda.
anders dat wij er later spijt van
hebben, omdat wij er geen, of geen
voldoende gebruik van maakten?
Een mens is innerlijk vaak beter,
dan men uit zijn doen en laten, zijn
practische levenshouding zou opma
ken. Ook wij zelf zijn vaak beter,
dan in ons dagelijks leven uitkomt.
Ei zijn zoveel factoren, die ons De-
letten naar onze diepste overtuiging
te leven. Daar is onder anderen on
ze kleinmoedigheid, onze vrees voor
het moeilijke, onze alkeer van het,
buitengewone; daar is ons menselijk
opzicht, onze angst om op te vallen
in het goede, onze vrees voor praat
jes en zoveel meer.
rvat geeft ons duizend verontschul-
digingen aan de hand om ie te na
te laten, wanneer wij er voor staan.
Is de tijd een keer voorbij, dm komt
ons betere „ik" weer boven en doet
ens zacnte verwijten. Dit is vooiai
met het Paasfeest, waii.ieei wij zien,
waartoe wij door de genade Gods
gnoepen zijn, wa deze genade van
ons gemaakt heeft er> van ons ma
ken wil, maar vooral als wij beseffen
wat dit Christus in zijn iijoen en
sterven gekost heeft. Pan dringi het
fit ons door, dat cuk wij iets hadden
moeten doen in de vastentijd, iels
meer, iets edelmoediger? en we zijn
onbevredigd. Zo is net toch al te
dikwijls, om niet te zeggen: altijd. Nu
weten we allen wel, dat wij aan de
rijkdom van de. genade in ons nooit
ten volle kunnen beantwoorden en
misschien zelfs niet ten dele, maar
dat neemt niet weg, dat wij de ge
nade waarderen en haar geen belet
selen willen stellen. Daarvoor komt
op de eerste plaats ingekeerdheid,
berouw en boete, juist wat de vasten
tijd van ons vraagt.
pn net is alsof wij dit als van zelf
aanvoelen met 't Paasfeest, ails de
vasten voorbij is, maar vóór en on
der de vasten denken we er_ niet aan
of minstens te weinig. Dachten w1
eraan, me dunkt, dan viel ons het
vasten, de versterving gemakkelijk.
Het lijkt me dus dat we van te voren
moeten denken, dat wij bij het be
gin van de vasten en heel de vasten
door al, het Paasfeest voor ogen moe
ten hebben en de genaden, die door
het lijden de verrijzenis van Chris
tus in ons zijn. Dan zullen we echt
in deze vastentijd iets wilen doer,
waardoor wij ens versterven, boets
doen voor onze onvolmaaktheden en
dc beletselen wegnemen, die Gods ge
nade tegenwerken. Mij lijkt dit nog
van des te meer belang in onze dagen,
nu wij weten dat van de eigenlijke
vastenwet in ruime mate gedispen
seerd is Dat brengt immers het ge
vaar mee, dat we menen dat vasten
niet meer nodig is, zodat we daarin
eer. nieuwe verontschuldigihg zouden
inden voor een al te slappe houding.
Maar vasten moet wel. al is het dan
niet precies in onze maaltijden, zo
dat we minder zouden moeten ge
bruiken. Er zijn nog zoveel ^andere
Ongen, welke wij kunnen doen en
waardoor wij ons werkelijk verster
ven.. Laten wij er toch vooral aan
denken, dat wij zelf heel goed aan
voelen en overtuigd zijn, dat wij deze
tijd moeten beleven als een boete-tijd
air. een tijd van inkeer en zelfverloo
chening. Als we dat voor ogen houden,
zullen we iets degelijks willen doen.
Wat dit zijn zal, kunnen we zelf be
palen of aan een biechtvader vragen.
X/ergeten we ook niet onze kinderen
het vasten te leren en de ware
geest van de vasten Wij moeders
zijn de eersten, die in aanmerking
kamen om de goede gebruiken der
Kerk, de Christelijke gebruiken die
zo van belang zijn in het leven aan
onze kinderen te leren. Wij moeten
het wel verstandig doen. Wc moeten
onze kinderen niet alleen iets ver
bieden of iets ontzeggen, maar hen
ook verklaren, waarom dat is en waar
om het goed is, voor zover de kinde
ren dat kunnen begrijpen. Juist een
moeder kan dat, omdat ze het be
gripsvermogen van haar kinderen
kent en in staat is dit bij zovele ge
legenheden voor te lichten en te ver
helderen.
Laat dus de vastentijd voor ons
allen een vruchtbare tijd zijn, waarop
we met Pasen blij terug zien.
■u3.roiiSTn.rji 'SI luajsraoissej
:u3j3Tiaurje3 spraoqosèSuo
•gT :u3}siuotjdumssv 'SI lusueo
-IUTUIOQ -1I luajSTJEZEH -0I :U3UB
-ilIitUBO '6 IsjajBci 3ri!M. '8 luojsu
-ÉjAt -i lusurijsngnv '9 luajsrddEJX
•e :u3jsu0}düi3p3H-fr luoulrptpeuaa
-g :U3UEJJOJJUOJ\I z lU3}3mzaf -j
De Eerw Veer Robert Kohten, de 1
Knlrovrri P<ol rfi er>Vlo cnPinlriflCf hppft
bekend,.- Belgische socioloog heeft
•in het maandblad „Les Dossiers de
l'Action Sociale Cathoiique" een ar
tikel gewijd aan het probleem van de
hedendaagse Belgische jeugd.
Na te hebben verklaard, dat 85 pro
cent van de kinderen van 6 tot 12
jaar op de lagere scholen in België
godsdienstonderricht ontvangen, on
derzoekt de auteur het probleem van
de jeugd die de school heeft verla
ten. Hierbij maakt hij een onderscheid
tussen het gedrag van de meesten,
die onder een vrij staatsbewind geen
deel uitmaken van de jeugdbewegin
gen, en de élite, die zich daar wel bij
aansluit Op de IV2 mïllioen Belgi
sche jongeren van 7 tot 20 jaar ne
men er 250.000 dus ongeveer een zes
de, actief deel aan de jeugdbewegin
gen. Aangezien zij een actieve min
derheid vormen, kunnen zij dus als
een élite worden beschouwd.
Het aantal jongeren onder tien die
bü de communistische jeugdbewe
ging zijn aangesloten wordt seschat
op 50 a 70.000; bij het Rode Krnis
50.000; bij de neutrale padvinders
beweging 8000; bij de Katholieke
jeugdbeweging 200.000 Het is bijna
onmogelijk om aan te geven hoe
veel Belgische jongeren zijn aange
sloten bij de Protestantse jeugdbe
wegingen zoals de YMCA en do
YWCA.
Over de hoofdtrek in de geestes
houding van deze Belgische jongeren
zegt Robert Kohten, dat het optimis
me van Jean-Jacques Rousseau, het
welk het liberale tijdperk en de vo
rige generaties kenmerkte, plaats
heeft gemaakt voor een reëel en zeer
diep pessimisme, hetgeen verklaard
kan worden uit de grondige omwente
ling welke de wereld thans onder
ga ai.
De schrijver besluit: „De oorlog heeft
de geestelijke wederopleving, waar
sommigen op rekenden, niet met zich
mede gebracht en men dient dus zeer
realistisch te blijven bij het tellen van
de kansen, die de Kerk heeft om
deze wereld waarlijk te beïnvloeden.
Om dit laatste te bereiken moet:
1 Een geest van burgerzin worden
aangekweekt;
2. Een organische democratie wer
den gesticht;
3. Het sociale leven met de christe
lijke beginselen doordesemd wor
den;
4 Aan de apostolische actie van ae
jongeren een zeker dynamisme cn
een zekere hevigheid worien ge
geven.
VjUE BESLOTEN het eerste gedeelte
der - beschrijving van een verken
nersspeurtocht met de mededeling,
dat men bij de Rector van een kloos
ter arriveerden. Nu beginnen we met
iets te vertellen over.de desbetreffen
de kloostercongregatië.
De congregatie, voortgekomen uit de
Dominicanessenorde, is in 1860 in
Frankrijk gesticht door Père Lataste,
een enthousiast geestelijke die zich
tot levensdoel had gesteld, het stich
ten van een orde voor reclasserings-
werk en de opname van gerehabili-
teerden als volwaardige religieuzen.
De directe aanleiding vond Père La-
taste in het geven van een retraite in
een vrouwengevangenis te Cadillac.
Hier bemerkte hij, dat vele gevan
genen van plan waren om na hun
straftijd als consacré (2e rangs zuster)
in het klooster te treden. Men had
in die tijd het idee. Jet vrouwen met
een niet onberispelijk verleden nooit
volwaardige religieuzen konden wor
den.
Père Lataste vatten toen het idee
op de bedoelde orde te stichten in
dachtig het feit, dat aan de voet van
het kruis Maria Magdalena evenzeer
als Moeder Maria van de stervende
Christus ten volle genaden ontvangen
had, dus daarin door Christus ge
lijk werd gesteld.
Tegen alle tegenstand in de
Franse reageerden namelijk met „die
jeugdige heethoofd met zijn onuit
voerbare plannen zal door zijn stre
ven het witte kleed van Dominicus
besmetten" stichtte hij de orde die
vele roepingen had. Buiten de drie
geloften (zuiverheid, armoede en ge
hoorzaamheid) gjven de Zusters aan
Christus het grote cffei. van haar eer.
Zij konden immers gemakkelijk aan
gezien worden voor "rouwen met een
berispelijk verleden, boewei hier in
de meeste gevallen nooit sprake van
was geweest.
Nu iets over de geschiedenis van
deze orde in Nederland.
In 1914 moesten alle Duitse zusters
die in Frankrijk gevestigd waren, per
snelste gelegenheid dit land veriaten,
dus ook de Zusters die deel uitmaak
ten vsti de Congregatie van Bethanië
en wier plan het was, in Duitsland
ook een nederzetting van de congre
gatie te stichten. Ze belandden in
Nederland en zouden door haar uit
drijving uit Frankrijk de religieuze
staat moeten verlaten en naar huis
gaan, ware het niet dat Mgr. Schrij
nen, toenmaals Bisschop van Roer
mond, haar de opdracht had gegeven,
in Nederland een Kloostei te stichten!
Dit deden zij in een cud café in een
dorpje bij Roermond, een huis, dat net
enkele weken tevoren door een pater
was gekocht. Al waren de eerste ja
ren erg moeilijk, Ihans zijn er reeds
meerdere kloosters en wel te Stevens
beek (N.O. Brabant), Baaksem. Bin-
deren (bij Helmond). St. Anna (Bre
da), Mook en Rijsbergen."
Het verslag geeft dan nog een en
ander over de uitgroei van hel kloos
ter Rijsbergen om dar te komen op
het kloosterleven elf:
„De voorbereidingstijd voor de ge-
rehabiliteerden duurt natuurlijk lan
ger dan die voor de '■ehabiliterenden,
Tot welke groep zij behoren, weten
de Zusters van elkaar niet, alleen de
Priorin is hiermede uit hoofde van
haar ambt op de hoogte Dit verklaart
mede de goede stemming die onder
de Zusters heerst, een stemming van
opoffering voor ieder, die haar de ge
nade geeft het moeilijke reclasserings-
WerL in de meeste gevallen goed te
volbrengen en zo volwaardige vrou
wen aan de maatschappij terug te
schenken".
De verdere tocht.
JJITGERUST en verfrist (de jon
gens hebben intussen op een hout
vuurtje in hun kamp hun warme
maaltijd gekookt en naar binnen ge
werkt), vervolgen ze hun tocht en ze
maken nu vlug hun schets van de
Mariakapel, gebouwd door dezelfde
architect die de kerk van Effen op
zijn naam heeft. De schilder van het
Maria-portret blijkt Gerrit de M01--
rée te zijn en is nogal verschil van
mening over zijn opvattingen De op
dracht van de Rector is in ontvangst
genomen. Ze moeten nu een zandweg
in, die uit het N.O. uitkomt op de
steenweg Etten-Rijsbergen en dan
volgt een Cross Country naar kilbme-
terpaal 40. Dan wordt de kortste weg
naar Breda ingeslagen, maar de op
dracht vermeldt dan: neem contact
op met de boerenbevolking van deze
Arck'ittl ifa* OfSlMk
•it kfrk wn £fft»
streek en verkrijg /o een globale in-
druk van de gemiddelde boer, -zijn
bezit aan vee, wat hij verbouwt, hoe
hij bemest, de gemiddelde grootte van
zijn gezin, enz. dit ai'es vervat in een
apart rapport.
De cross country zou een avontu
renverhaal op zichzelf kunnen vor
men, maar nog even wil ik hier iets
vertellen over hetgeen ik in de rap
porten vond over het boerenbedrijf
in deze streek. Over het algemeen
treffen we hier kleine bedrijven aan
met een landbezit van ong. 5 bunder.
De 10-bunder-boeren vormen uitzon
deringen. De veestapel varieert van
2 tot 10 koeien (gemiddeld 6). Buiten
de landbouw die -ogge, haver, vee
voeder (knollen en mangelbieten) en
aardappelen oplevert en de veeteelt
is de kippenfokkerij een aanvullend
middel van bestaan. Haast iedere boer
heeft naast zijn huis een ren waarin
zowat 50 kippen rondtippelen. Wat ons
opviel, lezen we, was, dat de grootte
der boerderijen naarmate we Etten
naderden, minderde. De rijkdom aan
grond en vee was op de eerste étappe
van onze tocht groter dan op de twee
de. De stalmest voorhanden naar
mate de grootte van de veestapel
werd voor de bemesting gebruikt met
daarnaast een aanvulling met kunst
mest, al naarmate de financiële draag
kracht van de boer; deze financiële
draagkracht is niet groot, aangezien
een gemiddeld kindertal van 5 (en
dit is dan nog laag gescht) veel mid
delen vergt tot onderhoud van het
gezin. Op enkele nlaarsen troffen de
knapen een beperkte opvatting over
hygiëne en zindelijkheM aan. waarte
genover weer staat een overvloed v~n
arbeidslust, gastvrijheid en gemoede
lijkheid.
OLDFOX.