SffiW r Wal een Wonderlijke Wereld Mei 01 t kSmmssPfcltl Zoo gg SSem Lrtchen maar Onze eerste wedsinfd Langs d De Pers gaat draaien ZE ZEGGEN wel eens: de laatste loodjes wegen 't zwaarst en dat is bij de krant ook het geval. Want ik wil jullie wel vertellen, dat die gebogen stukken lood, een pagina groot, die jullie verleden week Woensdag hebben afgebeeld gezien, heel erg zwaar zijn. We verlaten nu de gieterij en komen, met de gegoten pagina's in de drukkerij, waai de grote pers klaar staat om de krant te gaan drukken. Die pers is een gen) en zoo komt-ie in plaats van naast nu boven de andere papierbaan (ook te zien op fig. 2). De op elkaar liggende papierbanen lopen nu over een puntig toelopend metalen vlak, waardoor het papier in het mid den een vouw krijgt. Twee cylinders Nu zijn er- nog messen, die de baan papier telkens in stukjes kappen (elk stukje is precies cén krant groot), de zaak wordt nóg eens gevouwen eri dan komt de krant de machine uit en kun je 'rj\ gaan lezen. Ik hoop, dat jullie nu zo ongeveer weet, hoe een krant als de onze tot Vltt« LODEN PAGINA NAA<3t B LKAAR VAST<a6KL£rM>| OP EEN r~T WT(jOL CyLlNOBp1*^^^ LET Of OE.P\)L_CH( ZO WIJZEN AAN hoe 2 PAPi. bAHEN - EER«JT" AVAASI^ELLKAAR. OPELIXR kC/AEN Wy A>Et>,5«ODT lBPelot PAplER 0AAH DOOÏ^. v o t a t i e-pers (roteren w-1 zeg gen: draaien). De pagina's worden nu vastgeklemd op een cylinder waar ze precies op passen. Als nu alle loden pagina's op hun plaats zijn gebracht, kan de pers gaan draaien. De druk ker diukt.... op een knop en daar begint het lieve leven! Een oorverdo vend kabaal! De pers draait en spuwt aan een zijde de kranten in een on onderbroken stroom uit de machine. N( tjes gevouwen en afgesneden, zó klaar om'te lezen. Hoe is dat nou mo gelijk? Juli e hebt wel begrepen, dat die loden pagina's werken als stempels. Aan de ene zijde van de cylinder loopt er een „inktrol" tegenaan en aan de andere zijde een lange baan papier. Dus beurtelings worden die loden pagina's natgemaakt met inkt en afgedrukt op de papierbaan (zie fig. 1). Jullie zult al hebben begre pen, dat dat papier een „onderlegger- tje" heeft, arders zou er doorheen worden gedrukt. Als je met een stevig potlood op een stuk papier wilt schrijven, J.eg je onder dat papier toch ook iets hards. Di „onderleg ger'' van het papier is natuurlijk weer een cylinder, met rubber of kurk bekleed. Zo zien jullie, alles draait hier, alles is hier rond: de „stempel het „inktkussen" en het „onderlegger- tje". Jullie zult dus n et verwonderd zijn wanneer ik vertel, dat óók het mes, dat de brede papierbaan midden door snijdt, rond is, een venijnig- scherp cirkelvormig mes dat boven 'n gleuf ronddraait en zo de passerende papierbaan snijdt (zie fig. 2). De ene - papierbaan wordt nu over een paar schuin gestelde staven ge leid (met een hoek van 45 graden zul len de w skundigen onder jullie zeg- £11* ^0/MeN OtTwEE SMALLE APlEKBANCrs OP ELKAAR aan de onderzijde nijpen die vouw nog eens mooi schep (fig. 2)'en dan is de zaak bijna gepiept, stard is gekomen en dat, vóór je 'm in de bus vindt, er héél veel werk is verzet. Ook door de bodes en agen ten, want onze lezers in Sluis weten evengoed als die van Alphen of Waal wijk, dat ze De Stem netjes thuis krijgen op denzelfden dag dat ze wordt gedrukt. Wat daar allemaal voor komt kijken is nog een heel ver haal op zichzelf, waar we maar riet aan zullen beginnen! n.et meer, daar moeten we nu maar mee wachten tot het voorjaar. De kroon van stamrozen heel voorzichtig op de grond buigen en overdekken met aarde. Wat de struikrozen be treft, die dekken we aan de kanten af met dennentakken en we brengen er blad tussen, zoodat een vorstje geen scha kan doen. Een ander werkje is. het klaarmaken van een rotstuintje. Maar plant er nog niets in, wacht ook daar maar liever tot het voor jaar mee. Andre N. te Hoek. Andic, jij bent •rijp voor je insigne speurder. Inder daad, je hopman heeft gelijk en wat jij zo stilletjes denkt is ook juist. In dertijd heb ik in dat blad veel ge schreven! Je vraag over die foto's zal ik proberen, In het volgend nummer te beantwoorden. Als je aan de wed strijd meedoet, zul je alles zien wat je gelezen hebl. Da's veel interessan ter. Geschiedenis-leraar: „Ik hoor dui delijk, dat iemand jou zit voor te zeg gen." Leerling. „Dat was de geschiede nis, die zich herhaalt, mijnheer." .Voortrekker vissen?" Verkenner: Voortrekker Met wormen Verkenner: „Ben jij ook mee gaan „Ja." „Hoe deden jullie dat? of met vliegen?" „Met vliegen! We vis ten met vliegen, aten met vliegen, kampeerden met vliegen en sliepen met vliegen!'' Heb je een tuintje dan wordt het tijd, je rozen f _w_ f goed te dekken als je 't nog n-iet deed. j uw verdere leven nooit meer zult ver- Berggids: ,,U moet goed oppassen, n et te vallen, 't Is hier erg gevaarlijk Maai als u tóch valt, vergeet u dan vooral niet na^ar links te kijken. Daar krijgt li dan "een vergezicht, dat Verplanten doen we ze maar liever geten." S* Voor jongens en meisjes van 12 t. en m. 16 jaar TTIJFTIEN jongens en meisjes zullen een dag in de Kerstvacantie gasten van „De Stem" zfjn! ze zullen kunnen zien hoe een krant wordt gemaakt, vanaf de redactie tot het blad van de pers komt! Wie zou dat niet willen We zullen jullie vertellen, wat je er voor doen moet, om in aanmerking te komen voor een prys. Maak een opstel, niet groter dan drie schrift-velletjes, aan één zijde beschreven over een van de volgende onderwerpen: Het griezeligste ogenblik van mijn leven. De ontdekking. Wat ik worden wil. Kamperen. Een interessante tocht (te voet, per fiets, per auto, te paard, naar keuze). Stuur dit opstel vóór of uiterlijk op 11 Dec. in aan de Redactie van De Kleine Stem, Reigerstraat 16, Breda. Inzendingen, die na 12 Dec. 1946 In ons bezit kemen, kunnen niet voor mededinging in aan merking komen. De opstellen worden, rekening houdend met de leeftijden van inzenders, beoordeeld, dus: vermeldt naam en voor naam (voluit), leeftijd, en adres. In „De Kleine Stem" van 18 Dec. 1946 worden de namen van de prijswinnaars bekend gemaakt. Over den uitslag gaan we geen briefwisseling voeren, ook niet wanneer eventueel een (of meer) der bekroonde inzendingen zou(den) worden afgedrukt. Anti-Nazi- Newyork TN New York is men een campagne begon nen om Max Schmeling oud-wereldkampioen zwaargewicht-bokser, uit de Ver. Staten te houden. De sportjourna list Jim Cannon schreef dat iedereen, die een bezoek van Schmeling aan de States, hetzij als bokser, hetzij als tou rist, stimuleert, behoort te worden doodgescho - ten. Toch is Schmeling pas gezuiverd en Men gelberg, die wei in Ame rika zit of zat, niet. Een moeilijk iets die zuive ring, ook voor Ameri kanen blijkbaar. Een trouwe roofvogel T^en reporter van de Daily Telegraph ontmoette in jeen Lon- densch restaurant een heer, die met een havik op zijn schouders zat te din-eeren. De eigenaar van den vogel vertelde, dat hij het beest in '42 op de kust van Norfolk gewond had aangetrof fen. Hij verpleegde den vondeling, die, toen hij genezen was, niet meer van hem was weg te slaan. De havik verge zelde zijn, meester zelfs toen deze tijdens den oorlog naar het front in Noord-Afrika vertrok. Belden werden gewond en door de Duitschers gevangen genomen, doch ook deze laatsten scheidden den vogel niet van- zijn meester. Vrouw aan het stuur TN Tulsa (Óklahama. U.S.A.) trok politie agent Ted Fanning een gezicht tegen een auto mobiliste, die haar tong tegen hem uitstak. Hij trok zijn kaak uit het gelid en werd boven dien op een haar na ge mist door een vracht auto. Ted Fanning kan nu geen chauffeuses meer zien. Fuifnummer IN Orange (New Yer- sey) kroop Thomas Dowling, tot groote ver wondering van ochtend lijke wandelaars, uit het mangat van een riool, gekleed in avondcos- tuum. Hoe ik er kwam, weet ik niet. zei hij. maar het was vannacht in elk geval verduiveld gezellig op de soos. Amerikania 1%/T aakten we enkele dagen geleden mel ding van» conservenblik- jes, die door middel van een ruk aan een draadje kunnen worden ge opend, thans kunetin we huismoeders en -vaders weer een nieuw ge makje uit de Vereenig- de Staten aanbevelen papieren lakens, die men kan weggooien wan neer ze vuil zijn. OOOOOO00OOO0O0OO00O0O00OOOO0O0OOOO0OOOOOOOO0C DE LELIJKSTE POSTZEGEL TER WERELD Een bakkersjongen heeft die gemaakt EEN van de vreemdste en foei- lelijkste postzegels die ooit zijn verschenen was wel dat eerste exem plaar van de Republiek Corrientes, een kleine. Zuid-Amerikaanse staat, die nu als provincie deel uitmaakt van de'republiek Argentinië. Het land zat verschrikkelijk krap met klein geld en een van de ambtenaren had het lumi neuze idéé ter opheffing van de moei lijkheid postzegels te laten drukken. Maar toen dit plan moest worden uitgevoerd, stuitte hij op een moei lijkheid, want er was in het hele land geen graveur te vinden. Juist was hij bezig hier over zijn nood te klagen bij den di recteur van de Landsdfukkerij, toen de bakkersjongen binnenkwam met de besteli ng voor die dag. In die dagen, ging het er in Cor rientes nogal gemoe delijk aan toe en de jongen stond een tijdje mee te luiste ren. Toen ?ei hij plotseling: „Ik ge loof, dat ik wel een clichétje kan ma ken." De ambtena ren vroegen hoe dat mogelijk was en 'hij vertelde hun, dat hij Italiaan was en, voor hij naar Amerika ging, in de leer was geweest bij een graveur. „All right," zei de directeur, „pro beer het maar eens." Hij gaf hem een Fransche postzegel om na te maken en de jongen vertxok er mee. Een paar dagen later kwam hij terug met het clichétje. Nou, dat was waar schijnlijk wel het grootste misbaksel, Het werk van den bakkers jongen: de Corrientes, die 't^ 25 Jaar uithield. waar ooit een postzegel van gedrukt Is, maar er was geen keus. Het was was: dit of helemaal niks, dus werd het tenslotte aanvaard en wel de le lijkste postzegel ter wereld werd ge drukt en uitgegeven. Maan toch hield die 't vijfentwintig Jaar uit en wel tot 1880, toen de postzegels van de Ar- gentijnsche Republiek zijn plaats gin gen innemen. T.C.B. Wal is een „têie-bêche" Een voorbeeld van een paar tête-béche postzegels. Kijk eens, of Je een dergelijk paar in Je verzameling hebt! "P'EN paar „tête-bêche" postzegels is een stel, waarvan er één recht en één 'op z'n kop staat. Die fout komt nogal eens voor, maar toch is het bij de hier afgedrukte Vit penny van Engeland een zeldzaamheid. Hoe ontstaat deze afwijking? Door- 4 dat de postzegels bedoeld waren in de vorm van boekjes te worden verkocht (vóór de oorlog zag je die veel!) en in plaats daarvan aan. vellen, los wer den verkocht. Het Js voorgekomen, dat de perfo ratie (rijtje gaatjes om het afscheuren te vergemakkelijken) bij vergissing dwars door een postzegel liep, terwijl eens een Spaanse postzegel door een verkeerde perforatie in vieren werd gedeeld! ooooooooooocoooooooooooooooooooooooooooooooooooooooooo -ooooooooooooooooooooovoooooooooooooooooooc oooooooooooooooooo d'ocft „Er is een ding waar ik toch wel voer dien inham de beschikking over zou willen hebben", zei bij. toen hij en Rachel terugwandelden naar het huis, „En dat is een boot. Ais ik een boot had, waarmee ik 's nachts eens zou kunnen uitva ren, dan zou me dat misschien goed van pas kunnen komen." „We hebben een boot." merkte ze op. „Het Is een oude, maar ik ge bruik haar soms. Ze ligt in den vij ver. U kunt er eens naar kijken en haar gebruiken, als u dat wilt." Ze ging hem voor langs een hoek van het oude huis naar een plaats waar het water van den inham door een nauwe geul, gevormd door twee steenen muren, waarop het wier van eeuwen '.eh scheen verza meld te hebben, in een diepen vij ver uitstroomde. een vijver die ge deeltelijk omringd werd door uit bouwsels van het kasteel. Hier en daar werd de vijver overbrugd door smalle vcetbruggetjes en voor een deel aan het oog onttrokken door vooruitsnringende muren. Op de eerste daarvan wees Rachel. „Als u daarhepn gaat. zult u de boot. vinden, vetgemaakt aan een paal", zei ze. ,Ik moet nu terug naar huis, ik heb vader al te lang alleen gelaten. Komt. u nog even binnen, voor u naar Brychester te rug gaat." Zij snelde weg om door een zij deur het oude gebouw binnen te gaan en Blake ging naar het punt, dat zij had aangewezen. Nadat hij door een vervallen poortje den muur was gepasseerd, bevond hij zich aan den rand van een soort bassin dat zich uitstrekte van de muren van liet huis naar de weide er tegen over. alsof de vijver bijwijlen bui ten de oevers was getreden en een miniatuur-meertje had gevormd, op hetwelk thans wieren en kroos la gen. waartusschen een paar zwa nen zeilden. Aan het eind van deze watervlakte vond hij de boot, vast gebonden aan een staak en hij zag onmiddellijk dat zij, hoewel oud en plomp, zijn doeleinden best zou kunnen dienen. Practisch zooals altijd, besloot Blake het oude vaartuig meteen maar eens te probeeren, in het bij zonder daar de riemen, ruw en se dert lang verveloos, voor het ge bruik gereed lagen. Maar toen hij het touw dat de boot aan den oever hield, begon los te maken, weer klonk een hooge, ruzie-achtige stem blijkbaar boos en diep-verontrust, vanuit een uitbouw achter zijn rug. „Hela daar. wat ben je daar aan het doen met die boot?" schreeuw de de stem. „Blijf van dat touw af! Je kunt hier maar niet doen wat je Wilt zonder het gevraagd te hebben. Zoo gauw als ik mijn rug heb om gedraaid, komt er maar iemand die denkt, dat hij hier maar zoo z'n gang kan gaan. Vooruit! Opgehoe peld!" Blake, die langzaam den knoop losmaakte, wierp een blik over zijn schouder, waarbij hij zag hoe de oude Jacob Elphick over het ter- reintje tusschen hen beiden kwam aanrennen. Het scheen hem toe, dat de oude man sedert het oogen- blik van hun eerste, kortelings plaats gehad hebbende kennisma king, was veranderd; hü scheen meer gebogen te gaan, zijn gang was weifelend en onzeker gewor den. hij gebruikte nu een dikken stok, en het was duidelijk dat zijn gezichtsvermogen slecht was, want in zijn toomigen blik, dien hij op Blake wierp, terwijl hij aan kwam hobbelen, was geen glimp van her kenning. Toen hij dit opmerkte, hield Blake op met zijn werk en wendde hij zich geruststellend tot den bewaker van de boot, „All right, Jacob", zei hij sussend „Je kent me toch wel, Blake. Juf frouw Malvery zei dat ik de boot eens mocht gebruiken, buiten, in den inham en ik ga haar nu naar bulten brengen. Jacob bracht zijn trillende bee- nen tot stilstand en bracht een bevende hand boven zijn oogen om de rijzige figuur voor hem te be schouwen, terwijl hij op zijn stok rustte. En Blake zag. dat hij hem zelfs toen nog niet ten volle her kende en hij haastte zich, den ouden man verder gerust te stel len. „Herinner je me niet meer, Ja cob?" zei hij. „Blake. weet je nog, die naar mijnheer Richard kwam informeeren. Juffrouw Rachel bracht me hier naar de boot. Ik mag die eens probeeren in den in ham". .Mijnheer Richard is al heel lang niet meer thuis geweest. Ik weet niet meer, wat er van hem gewor den is", zei de oude man twistziek. „Ik heb heelemaal niets met hem te maken. En juffrouw Rachel ls nog maar een jong meisje en ze heeft geen recht, vreemde kerels hier te laten rondloopen bij die boot. We kunnen hier geen men- schen gebruiken, die willen gaan va. ren en dobberen op den vijver. De zwanen daarginds zijn aan 't broe den en u zou ze maar verstoren. U kunt hier vandaag niet met boo ten gaan varen, dat zeg ik u maar. U moet weggaan we kunnen ons hier niet bezig houden met men- schen die hier maar vragen komen stellen en de boel afneuzen, Gaat u maar weg en laat ons met rust! Ik heb genoeg andere dingen om op te letten, mijn oude hoofd loopt er van om." Blake zag, dat de oude man echt boos en verstoord was; bovendien had Jacob het zoo aangelegd, dat zijn gebogen figuur geplant stond tusschen hem en de boot; daarom richtte hij zijn schreden naar het huis en ontmoette hij Rachel, lie juist naar hem toe wilde komen. „Die ouwe baas van u, Jacob, zei hij, „loopt op zijn laatste bee- nen. Hij zal er dezer dagen nog eens plotseling tusschenult trekken. Hij was heelemaal over stuur, toen ik de boot wilde nemen. Hij schijnt ge weldig bang te zijn dat iemand hier bij 't huis eens poolshoogte neemt." „Dat weet ik", antwoordde ze. „Hij is ongemakkelijk en boos. Hij gelooft, dat hij alle hoekjes en gaatjes in het oog moet houden. Zooals alles hier is ook hij in ver val." „Nou, dan kom ik hier een beetje nieuw leven brengen", zei Blake stoutmoedig. „U moet niet vergeten dat, als u ooit in den nacht hulp noodig hebt, ik van morgennacht af da«r in dien ouden toren ben." De rest van den dag bracht hij door met het klaar maken van zijn benoodigdheden voor zijn bivak, en toen de duisternis was ingevallen, bracht hij ze ongezien over naar Malvery Hold, waar hij ze in den wachttoren deponeerde. Den vol genden dag beproefde hij zijn tim mermansvaardigheid op het licht dicht maken van het venster en daarna begon hü zijn nachtwake. Geen kustwachter die met zijn een zame boot langs de kust zwierf, hield deze scherper in het oog dan Blake den rustigen inham en den rand van het moerasgebied. DE DREMPEL DES DOODS fJET was een geluk voor Blake, dat zijn Canadeesche ervarin gen hem in tweeërlei opzichten hadden gehard. Stilte en eenzaam heid waren voor hem alledaagsche omstandigheden hij wist wat t beteekende dagen en nachten in uitgestrekte verlaten gebieden dooi' te brengen, weken te laten voorbij gaan zonder iets te zien of te hoo- ren van menschelijk leven. Desal niettemin moest hij na twee of drie nachtwaken in den wachttoren aan den inham van Marshwyke toege ven dat deze in zeker opzicht niet onderdeed voor welke Canadeesche verlaten vlakte ook. Want op de eenzaamste afgelegenheden van t Noord-Westen wist men, dat geen menschelijk leven in de nabijheid was en daarom verwachtte men t ook niet; hier echter wist men, dat menschelijk leven in de nabijheid was, en toch was het verre, zeel' verre. Daar, aan de overzijde van den inham waren lichten die hem spraken van mannen en vrouwen; daar ginds op zee doemden af en toe lichten op van een voorbijgaand schip om weer onder den horizon te verdwijnen. (Wordt vervolg") (Van een blz< ■VTAAST het dat dage! bestaat er h( ning en aflei ben we de E gemeene onti doel het is 01 te doen. Zij door ecnige materiaal, zo spelen, kaart ping-pong-ta: zijn er wedst gebied; wedst geld zijn en gemaakt door een vreeselijk drive, een KI dam-rimultaa Maar het bli len; er wordt seerd. Zoo ontstol zangkoor, da aan avond c( dellandsche uitvoering va sehe liederen. Zoo is er voorstelling deelte, zoodat beurt krijgt, orkestje, bests een viool en tijd en wijlen voor liefhebb hoogtepunt, deza (het ne dat nu al ee afwerkt met succes. Er bil ten onder d«l die nu allen I plano, achter I de voordrage I juffrouw Jarl treedt iederes I Het ouder] in Etten al gezellig dini sche tijdper kenmerken Hjkheld, die bussen 'wel der geest d Het bus rijkdom.. d| binnen ge bekleeding aan de- ant moeder. He waar af, i aan en je i In St. W meisjes net, ten. Ze zien uit. De b sommigen strikje in daal zullen Dan word rijden er maar de je zwaren. Ze gaan huis. Vier uren loope nen die dragen. Maar we Roosendaal Sprundel e plotseling —Heb benzine vraagt de conducteur benzine dan. Recht hei. Voor e Een bus ij willen gaai zonder ben| juffrouw o achterop. I Brabanter; scljen die de pel •van den oude busjd sfeer van verdraagza mezzo pas| Na twin we weer v

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1946 | | pagina 6