IpC kleine üfctll Zoo groeit „De Stem" Wal een Wonderlijke Wereld LACHEN IS GEZOHD EEN MOOIE SIERKNOOP cLexA f»1 DEGENEN van jullie, die onze vo rige artikeltjes over de krant goed hebben gelezen en begrepen weten nu, hoe de redactie en de zetterij werken. Nu komt de opmaak aan de beurt. Op de zetterij wordt nu een grote ijzeren lijst neergelegd, een „raam", waarbinnen de gezette regels netjes worden gerangschikt in kolommen. De met de hand gezette „koppen" wor den boven de artikelen geplaatst, de loden regels aaneen geplaatst, de „kolommen" gerijd. De kolommen worden van elkaar gescheiden door koperen „lijnen", d.w.z. repen koper net linealen. Als Je de krant voor Je hebt dan ze je ze tussen de kolom men als strepen afgedrukt. Zoo'n pa gina is net een blokkendoos. Alles moet netjes passen. Hier een artikel, daar een klein stukje, hier een ad vertentie, daar een klein nieuwsbe richte en als dan alles vol is, sla ken de zetter en de redacteur een zucht van verlichting; de pagina is opgemaakt! OfcVEN E is nu nog wat ruimte overgeble ven aan de zijkant en aan de bo venkant in het ijzeren raam. Daar worden u een paar dikke staven ijzer ingepast en die worden met dikke schroeven, die in de lijst zitten, tegen de opgemaakte pagina aangeperst. En wel zó stevig dat, als je de lijst even zou optillen, er geen regel of geen lettertje uitvalt. Het is wel eens gebeurd, dat iemand die schroeven niet stevig genoeg had aangedraaid. Het raam werd toen opgelicht en.... met een geweldig gekletter viel de hele pagina in elkaar. En ga dat nu maar eens uitzoeken! Je hebt nog net zo vlug een hele nieuwe gezet! Daar ligt nu de pagina klaar Die gaan we nu eens naar bed brengen. Eerst wordt-ie toegedekt met een d kke cartonnen plaat. Dat is geen écht carton, maar viltachtig .buig zaam envuurvast papier! Daar overheen komen weer een paar lek kere molton dekentjes. Wat zal die pagina lekker slapen! En nu wordt het toegedekte raam onder een zware peis geschoven, een zogenaamde „Prügepers" of, kortweg „preeg". jjrOE6EDÉKTE" f*\GlNA HALF ONDES DE PSfcfeE "PERS Die pagina gaat dus „onder de preeg slapen" (Pas op, zetter, vergis je niet en laat 'm niet onder de preek slapen 1) De zware kop van die preeg wordt nu electrisch in werking ge bracht en drukt zich met een gewel dige zwaarte op de pagina. Stel je eens voor: op dat raam, die pagina dus, wordt een druk uitgeoefend van 2800 kilogram! Als jullie er onder la gen, kwamen jullie er nog platter dan een zilveren dubbeltje uitl Kijk, langzaam gaat de kop van de „preeg" weer omhoog en we kunnen het raam er onder uit schuiven. We lichten de molton dekens óp, we ha len het vel „viltpapier" er af en..., ontdekken tot onze grote verbazing, dat de. pagina zich netjes en scherp in het „viltpapier" heeft afgedrukt. Elke letter, elk lijntje, elk puntje is er diep ingeperst. Nu rent de zetter met zijn stuk vilt papier naar de gieterij of, zoals dat in 't kranten vak heet, de stereotypie of kortweg „de stiep". Het vel viltpapier wordt er omge bogen tot het de vorm heeft van een halve cylinder en in een gietapparaat gelegd. Er wordt nu een laag lood over heen gegoten en, zodra die is afge koeld, hebben we dus gekregen een kranten-pagina van lood, omgebogen tot een halve cirkel of, zoals de wiskundigen onder jullie zouden zeg gen, een ..halve cylindermantei". Dat gebeurt nu met alle pagina's van de krant en wanneer die alle maal klaar zijn, gaan we „draaien". Hoe dat gebeurt, vertel ik jullie vol gende week In een laatste artikeltje over dit onderwerp. Hob fm men tulntfo... Dan is er nu veel te doen. Je zult het druk hebben met het uithalen van verdroogde plantenresten en onkruid. Als je alles goed hebt „schoon ge maakt" moet Je nu de grond luchtig omspitten. Het zaad, dat Je na het uitbloeien van de bloemen hebt ge wonnen. ga je nu schoonmaken en netjes opbergen. Dahlia- en gladio lus-knollen netjes schoonmaken. Van de dahliakncllen iange punten en een stukje stengel wegsnijden en van de gladiolusknollen de resten oude knol en worteloverblijfselen wegne men. Kleine knolletjes bewaren, boor! Aan allemaal. Daar heb je al, de sneeuwbal is aan *t rollen. Van alle kanten worden me postzegels ge vraagd. Wie 't eerst komt, 't eerst maalt. Die ik had heb ik verzonden en nu is 't op.. Maar omdat er nogal belangstelling onder jullie blijkt te bestaan voor postzegels en het ver zamelen er van een heel wat vor- mender en intelligenter bezigheid dan het verzamelen van allerlei on nutte dingen als sigarenbandjes, sluit- zegels, enz. is er misschien gele genheid wel eens wat over dat onder werp in de Kleine Stem te schrijven. Ed. Z. te S. Zo Ed, al kom je uit de Oost, dat getekend schilderstuk in je brief was toch maar echt Hollands. Aan je verzoek is voldaan voor zover er nog voorraad was. Harry v. d. M. te M. - Nou, nou, kinderen ontvoeren doen ze nu zo druk niet, ook niet meer in Amerika, hoewel 't daar een Jaar of tien gele den erg in de mode was. Reizen en trekken is heel leuk, maar a 1 t ij d valt ook niet mee. En dan.... er zijn heel wat journalisten die zich regel matig zuchtend naar taaie vergade- /-"DICHT? MiECiN WORDT HALF- eeM ROMO (je QOGÉn h«T ,1KOOM STUK «VILTPAPIEÓ V-OOO 6EUCCID. DAN KLAVT 7^°*rr ,n HST TOESTEL - 1/°* w^vicr-PAPieR' EN AL*b het GIÉT- APPARAAT DAK WEER open Gaat, staat DAA«y HALF-CIRKELVO« 6E8ofiCN, Df= LODEN krantenpagina ringen slepen. Alles heeft z'n scha duwzijden. Maar, Harry, je hebt ge lijk, zoek de zon maar steeds op, dan heb je altijd 'n goed humeur. Wim N. te M. Nee, de Reigerstraat ligt vlak bij de Groote Markt, al hoort een Reigerstraat eigenlijk in de vo- gelenbuurt van Belcrum. Maar dit beestje was een heil eind weggevlo gen, tot in het hartje van Breda. Je bent welkom, hoor, maar ik weet niet of ik thuis ben als jij zo plot seling verschijnt. Misschien zie je me nog wel eens in Made, want ik ken „De Mai" goed en ik heb er vrienden die ik wel eens bezoek. ....„iedere dag een goede daad ie doen zo luidt een deel van de welpenbelof te. Ik ken een jonge wolf die netjes optekende wat hij iedere dag deed. Niet om er mee te pronken, maar om voor zichzelf altijd vóór hij naar bed ging goed te weten, dat hij zijn belofte was nagekomen en tegelijk er zichzelf aan te herinneren, dat hij de volgen de dag weer een goede daad moest kunnen opschrijven. Lees eens, wat ik op zijn briefje van de afgelopen week vond geschreven: Maandag: thuis de schoenen ge poetst (8 paar). Dinsdag: op het kerk hof geweest en wat chrysantjes uit onze tuin op een verlaten graf gelegd. Woensdag: een man zijn handkar helpen duwen. Donderdag: een oude dame haar koffertje helpen dragen. Vrijdag: een hondje met een zeer pootje geholpen. Zaterdag: een man met een witte wandelstok de straat helpen oversteken. Zondag: de hl Mis gediend bij den aalmoezenier. En wat hebben jullie gedaan?;.., 'AKELA „Heb je tegen Je broertje gezegd, dat hij nu eens moet ophouden met mij precies na te doen V* „Ja, ik zei: Joh. doe toch niet zoo gek I" De dame: „Vindt Je dat klokgelui met heerlijk, melodieus? Zoo roman tisch, zoo vol beteekenis?" De beer: „Je moet een beetje har der praten; door 't kabaal dat die verdraaide klokken mah^n hoor ik geen woord van wat Je zegt." Onderwijzer: „Zijn er plekken in de woestijn, waar schaduw is? Jos: „Ja, maar je kunt er niet te gaan zitten". Onderwijzer: „Waarom niet ?M Jos: „Omdat je toch niet In je eigen schaduw kunt zitten!" Impulsief. TNWONERS van Syd ney zagen tot hun verwondering hun stad genoot Larry Mansony, gekleed en wel, een plotselingen duik nemen in den vijver van het stadspark. Met vereende krachten werd de grap penmaker dl e de zwemkunst niet machtig was op het drooge ge trokken. Toen men hem vroeg of hij zijn leven beu was, lachte hij en schudde 't hoofd. „Ik weet het niet', zei hij, „hoe het kwam, maar ik zag daar ineens een kanjer van een snoek en ik geloof dat ik het zonde vond, het beest te laten ontsnap pen". Hoffelijkheid- "TVE COMMISSARIS V. politie in Chicago heeft een order uitge vaardigd, dat agenten, die dames opbrengen naar het bureau en on derweg trek krijgen in een cigaret, eerst aan de gearresteerden verlof moeten vragen om op te steken. Ook een manier. TN DETROIT bracht de stokdoove Kenmeth Downing zijn vrouw voor den rechter, omdat zij hem uitgescholden had in gebarentaal. Ja, wie wil? pOLIN MACKENZIE uit Idaho-Falls (U.S. A.) plaatste een huwe lijksadvertentie. waarin hij aan de eventueele gegadigden nogal merk waardige eischen stelde. Zijn a.s, bruid moest namelijk een eigen koe bezitten en in staat zijn boter te karnen. Hjj kwam weer boven. r\RIE VISSCHERS heb ben het monster van het Como-meer (Noord- Italië) weer gezien. Zij vertelden dat het twaalf voet lang was, groote ronde oogen had en dat iet bedekt was met zilveren schubben, waar op roode en blauwe spikkels. Bewoners van een dorp aan den oever van het meer hebben er bij de plaatselijke auto riteiten op aangedron gen, het beest te laten bombardeerenof schoon het nog niemand kwaad heef gedaan! Overigens hebben we een sterk vermoeden, dat het monster in den loop der eerstvolgende weken nog aanzienlijk In lengte en leelijkheid zal toenemen. Geen jockey. admiraal wiiuaa Halsey van het U.S. A.-leger had voor d« capitulatie van Japan Hitier parodieerend, verklaard, dat hij nog eens op den schimmel van den Mikado door Tokyo's straten zou rij den. Japan werd bezet en de admiraal zette voet aan land.... in Tokyo. De Amerikanen hoor den het en velen van hen stuurden brieven aan den vlootvoogd, waarin zij erop aandron- gen, dat hij zijn belofte gestand zou doen. Uit Texas kwamen zelfs sporen en uit Newada een zadel van 1000 dollar Toen werd het de ad miraal te machtig- „Ik zou het wel doen", zd hij, „als ik maar paaTd kon rijden!" OOOOOO0OOOOOO0OOOOOOOO0CX3OeOOO©OOOOOO€X3©OGO0e WAARSCHIJNLIJK is het Je wel opgevallen, dat verschillende ge allieerde militairen prachtig gevloch ten koorden over hun rechterschou der droegen. Deze gevlochten koor den werden verkregen, door van en kele losse koorden plattings te maken door het leggen van bepaalde knopen. Ik wil Jullie leren, hoe dat te doen. Je behoeft niet anders dan heel goed de verschillende tekeningen te bestuderen en dan zul Je opmerken dat het steeds maar een herhaling is van dezelfde knopen met behulp van twee koorden, die het mooiste resul taat geven, wanneer ze verschillend van kleur zijn. Begin met twee koorden in het midden om te buigen en de buiging vast te zetten met behulp van een klein touwtje (tig. 1). Je zult bij het volgen van de verdere handelingen opmerken, dat Je het binnenste (zwart getekende) koord verder rustig kunt laten hangen, omdat Je uitsluitend met het buitenste koord, waarvan we de uiteinden A en B noemden, moet werken. Wanneer Je precies doet als aangegeven, dan zie Je, dat fig. I voorstelt, de aangetrokken knoop die Je volgens fig. 2 en 3 hebt gelegd. Fig, 7 laat zien de aangetrokken knoop die Je volgens fig. 5 en 6 legde. De ein den A en B hangen dan weer op de- zelfde plaats waar ze hingen als toen Je begon (Fig. 1) en daarom toont fig. 8 ook weer dezelfde handeling als fig. 2. Wanneer Je daar weer bent aange land, ga je dus weer verder, steeds maar weer verder volgens de fig. 3, 4, 5, enz., totdat Je een platting hebt ge kregen zoals die er in fig. 9 uitziet Die platting is te gebruiken als sierkoord, hengsel, stokversiejjng, sier koord, hengsel, stok vers lering, e.d, DE TABAKSPIJP. TVE TWEE MANNEN hielden niet ver van de waakzame schild wacht, wiens woest geblal nu was overgegaan in een aanhoudend en dreigend gebrom, stil. Atherton merkte, wederom met een grimmi- gen lach op, dat ze de lengte van de ketting van het dier niet ken den; de mogelijkheid bestond, dat zij lang genoeg was om den hond gelegenheid te geven iedereen te grijpen die het pad vóór zijn hok betrad Maar Gillian Clent kwam naderbij uit de richting van de hut, waarbij zij grooter dan ooit scheen in het onzekere licht en op een enkel woord van haar werd de hond stil en sloop hij terug naar zijn hok; van uit dit verblijf zagen ze zijn oogen groen en rood gloeien ter wijl hij de verstoorders van zijn eenzaamheid bespiedde. Er viel een diepe stilte om hen heen, welke slechts werd verbroken door het geruisch van de zee op het kiezel sand en het geluid van de stappen van Gillian Clent op het ruwe pla veisel waarover rU naar hen toe kwam. „Wie is daar?" vroeg zi) rustig, toen zij het hok genaderd was. Blake, die Gillian Clent in de .Anchor's Weighed" zag en haar tegen Judah had hooren spreken, had de zachte, vloeiende toon van haar stem opgemerkt. Het zou geen verrassing hebben gewekt, wanneer men van een vrouw, van zulke for- sche proporties een bijna mannelijk stemgeluid zou hebben gehoord, maar deze stem had men eer in zuidelijker streken kunnen verwach ten. Daarenboven was die stem ver fijnd, gecultiveerd en hoe weinig woorden Blake er ook van had ge hoord, het was hem reeds duidelijk dat deze vrouw niet het dialect van de streek sprak; er was geen spoor van vervorming in de woorden, die ze had geuit. Maar er was nog meer dan zachtheid alleen in haar acoent Blake, als man, had al spoedig op gemerkt een karakteristiek vrouwe lijke noot, die een man moest aan trekken. Dit, had hij in zichzelf op gemerkt, toen hü dien avond Bris coe's herberg verliet, is de soort vrouw die een zeer sterke macht over een man zou kunnen uitoefe nen. En toen hi) nu de stem weder om hoorde, dacht hij aan wat hij had opgemerkt van Gillian Clents schoonheid en haar gevaarlijke oogen en voor de tweede maal over dacht hij, dat zij voor een jongen van Dick Malvery's leeftijd een be koring en een verleiding moest hebben beteekend. „Hier is commissaris Atherton uit Brychester", antwoordde de com missaris op Gillians vraag. „Het spijt me, u te moeten storen, Juf frouw Clent. Ik zou graag u of uw moeder of uw broer een oogenblikje spreken". .Aioeder ligt in bed en mijn broer is weg voor een van zijn uitstapjes," antwoordde Gillian met een vlotte vriendelijkheid; „maar mij kunt u spreken commissaris Atherton Komt u alstublieft binnen De hond is, zoolang ik hier ben. niet gevaar lijk." „En wat is hij, als u er niet is?" vroeg Atherton. „Is zijn beet even leeiijk als zijn geblaf?" „Nog erger, denk ik," antwoordde Gillian, terwijl ze hen voorging naar de hut. „Hij heeft tot nogtoe nie mand gebeten, maar als hij de kans kreeg, zou hü iemand aan stukken scheuren. Daarom houden wij, moe. der en ik, hem, ziet u. Wij zijn voor een groot deel van den dag alleen thuis en u kunt zelf opmerken, wat voor een plaats het hier ls. Mis schien zijn er eenzamer plekken dan deze langs de kust, commissaris Atherton, maar dan heb ik ze nog niet gezien. Komt u binnen!" Ze wierp de deur van de hut ojpen en ging terzijde staan om haar be zoekers door te laten, terwijl ze bi) het overschrijden van den drempel beide een wel onderzoekenden, maar tevens een tot vriendelijkheid aan moedigenden blik toewierp. En Bla. ke, die weliswaar door zijn ras tig leven in de Canadeesche eenzaam heid niet gewend was aan vrouwe lijke verlokking, had het intuïtieve gevoel dat dit een vrouw was, die altijd tegen een man glimlachte, zij behoorde tot dat soort vrouwen, die in hun jeugd verrukkelijk schoon waren, doch op leeftijd heksen wer den, maar.... altijd gevaarlijk ble ven. Hij overdacht, wat hij in zijn schooljaren over Circe had gelezen en hij was er benieuwd naar of hij en Atherton niet onder een soort betoovering zouden raken van deze vreemde plaats, waar Gillian her, thans verwelkomde met lets van t air van een koningin, die gezanten ontvangt. Het inwendige van de hut was zeer zeker volkomen verschillend van wat Blake verwacht had, aan te treffen. Van buiten af, voor zoover het hem mogelijk was geweest iets waar te nemen in het steeds wisse lende maanlicht, leek de heele plaats meer op een stapel steenen en hout. zoomaar opeengetast, dan op een zorgvuldig opgetrokken verblijf. Zelfs in dat licht had hij opge merkt dat de helft ervan gemaakt scheen van het grootste deei va» een vergaan schip, hier ergens op de kust geworpen en verbouwd tot een menschelijke woonplaats door de tegenwoordige bewoners of voorgangers. Maar er waren korte houten balken en spanten aan tot* gevoegd en op sommige punten was er versterkt met ruwe muren schoren van steenen en keien, bij* eengezooht van het r.abije strand En aan het eind het dichtst bij d< kust was deze heele massa hout f» steenen als het ware vastgepend i» de donkere rotsmassa waarvan Atherton verteld had dat ze als ee» honingraat vol cellen en gangen zat. Zoodat alles tezamen de ves ting van de Clents zich over een aanmerkelijk stuk grond uitstrekte en klaarblijkelijk de gelegenheU bood, zoo noodlg een flink aan'» menschen te kunnen huisvesten. Er was er echter niet een v® te zien in de gezellige en behagv lijk-ingerichte huiskamer, waar Gu- lian Clent haar late bezoekers nap binnengeleid. Blake werd, toen 1M om zich heen keek, door zijn onr geving herinnerd aan een 0U®1 wetsche herberg-kamer Deze eer ste impressie werd gevolgd door o van een eveneens ouderwetse* scheepshut, waarin een met een zwak voor antiek zijn Poej placht te rooken en zijn grocje drinken. (Wordt verv ■olf«

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1946 | | pagina 6