I Onrust in Palestina Blijft R.B.C. eerste klasser Hoofdaalmoezenier v. Straelen Deensche studenten op de Middelburgsche kermis No. 536 TWEEDE BLAD. DONDERDAG 8 AUGUSTUS 1949. Ongure elementen worden vertelt uit het leger verwijderd. Onze soldaten zijn goed en zullen sterker, meer geschoold en verdiept in hun kring terugkeeren I.S EEN echte sportieve militair rende kolonel van Straelen met drie treden de trap af toen wü voor de Stem ons naar aanleiding vn een afspraak ten zijnen huize meldden. Het ging natuurlijk over het leger, de moraliteit en den godsdienstzin en de vele geruchten door kranten en radio verspreid als zou ons Nederlandsche leger een verzameling im moraliteit en godsdienstloosheid zijn. De Kolonel wees ons in de eerste plaat.-, op de veel betere legerorga- nLsatie dan voorheen. Ons land is ingedeeld in districten en over elk district staat een majoor-aalmoe zenier, die zijn gebied in alle rich tingen doorkruist. De oude „voor- oorlogche" klacht: „nooit zie je de aalmoezenier" komt thans maar sporadisch meer voor en is dan nog ongerond. De aalmoezeniers werken hard en Leger en Vloot zijn vol lof over hun werk. Verschillende heb ben dan ook de grenzen van hun werkvermogen al overschreden en zyn overspannen. Dit is de organi satorische zijde van het vraagstuk. Leger en vloot tellen thans 106 aal moezeniers 35 in Nederland. 43 in Indië. 11 in Engeland. 1 in Duitsch- land. 5 op de vloot in Nederland. 3 op de vloot in Engeland. 6 op de vloot in Indonesië. 2 voor leger en vloot in West-Indië. "W'u zoo ging Kolr.el van Strae len voort nu de kwestie: Is de godsdienstige en moreele toe stand in ons leger slecht? Daarop geef ik twee antwoorden. .Ten eerste: Het verval van gods dienst en zeden is een algemeen verschijrsel. Alléén kijken naar Le ger en Vloot is eenzijdig en onjuist De toestand in ons leger is niet slechter dan in de burgermaat schappij. Het is onbillijk leger en vloot te veroordeelen, omdat verge leken bü vroeger de moreele toe stand er niet op vooruitgegaan is Pers en radio moeten voorzichtig zijn bij ouders en familie, vrouwen en verloofden een verkeerdei in druk te wekken. Ten tweede; Ons leger heeft ze ker bij en onmiddellijk na de be vrijding een groot aantal ongun stige elementen in zijn gelederen zien binnendringen. Avonturiers en ontwortelden, maar ook getrouwde mannen, die hun vrijheid trachten te herwinnen of de moreele binding en ver antwoordelijkheid van hun huwe lijk niet langer konden dragen. De Kolonel kon ons Tnededee- len dat op zéér korten termijn en met de meest bekwamen spoed deze elementen zouden worden verwijderd. (De nieuwe minister van Oorlog is streng katholiek» rkns leger oestaat uit drie deelen: in Indonesië, in Engeland en in Nederland. Ons leger in Indië staat aan het front. De hoofdaalmoezenier kon ons inzage verschaffen in een zéér recent rapport uitgebracht door aalmoezenier Lam, die voor drie dagen per Skymaster in Nederland is gearriveerd. Enkele punten uit dit rapport geven ons een goeden kijk op den toestand. De practiseerende katholieken k van vroeger zijn in Indonesië ook thans nog practiseerend. Waar de aalmoezeniers in de technische mogelijkheid verkeerer, een inten sief contact met de manschappen te onderhouden is het aantal der- genen die weer hun godsdienst plichten gaan vervullen zéér be duidend. Waar de troep niet te groot is, is het aantal vaa degenen, die weer tot de Kerk terugkeeren zéér groot. De voornaamste kwalen waar de aalmoezeniers tegen moeten vech ten zijn: stelen, wreedheden en den omgang met inheemsche vrouwen, maar de aalmoezeniers zijn niet pessimistisch en beheerschen op een groot terrein den toestand volko men. Ons leger in Engeland bevindt zich in goede conditie. Volgens eenparige getuigenis van alle elf aalmoeze niers hebben zij een zeer intensief contact met de soldaten Ir kampen en kazernes. De losse militairen, in zoover zij in Londen zelf bezighe den verrichten, hebben zij niet on der controle. De aalmoezeniers in Engeland ver klaarden dan ook, dat, vrouwen, ouders en verloofden zich niet over deze mannen ongerust behoeven te maken, maar dat zij integendeel er op kunnen rekenen, dat waar zij met de aalmoezeniers contact heb ben, zjj hun zoon, man of verloofde sterker zullen terugkrijgen, meer geschoold en verdiept. Ons leger in Nederland bestaat uit de lichting die in Mei is opge komen en in September en October naar Indonesië zal vertrekken. De ze jonge lichting is goed. Het is roodig dat ons nieuwe le ger niet alleen nieuwe wapens en nieuwe reglementen heeft maar ook door een beteren geest ver nieuwd wordt. De Nederlanders thuis mogen niet meecritiseeren en meekankeren, maar moeten meebouwen aan de zen nieuwen geest. De aalmoeze nier kan het alleen niet af. Het systeem van de militaire tehuizen wordt gemoderniseerd met leesza len, tooneel- en filmzalen. De te huizen mogen zich in een druk be zoek verheugen. Het is er steeds vol. Zéér binnenkort zal door den hoofdaalmoezenier een groot plan worden ontvouwd om Katholiek Ne derland hechter aan haar soldaten te binden. We mogen niet vergeten aldus Kolonel van Straelen, dat de bloem van onze natie aan het front staat. Deze jongens zullen sterker en krachtiger zijn wanneer zij we ten, dat zij over een achterhoede beschikken, die hen volgt en met hen sympathiseert. Er is niet wat zoo demoraliseert dan het bewust zijn buiten de rationale samenle ving te staan. Daarom is het onze plicht de jongens te steunen. Doch daarover komen nadere plannen. Een gemoedelijk praatje boven een groot glas bier TK GING naar Walcheren or den wederopbouw te zien, schrijft J. W. Hofwijk in „De Maasbode". In Middelburg op de markt voe ren duikbooten rond, maar stel U gerust: reeds maanden geleden heeft men daar de laatste mossels uit de kleerkasten verwijderd en op den Vlftsingschen weg waren de zeepokken kalkwit geblakerd in de zon. Nee, de duikbooten waren slechts speelgoedduikbooten ën de spulle- baas vroeg me tot drie keer toe met den meesten aandrang mee te doen aan het spelletje dat ik niet begreep, „voor één kwartje maar!" Eerlijk gezegd heb ik hem niet zoo zeer teleurgesteld om het haast zekere verlies van dat eene kwartje ik pleeg zeer ongelukkig te zijn bij dergelijke spelletjes als wel om de moeite die ik gehad zou heb ben. wanneer ik de spelregels had moeten uitleggen aan mijn tijdelijke gasten: vier Deensche studenten, zeer blond, zeer beleefd en nauwe lijks nog aangetast door der. sceptis der intellectualisten, zoodat ze met nieuwsgierig groote, blauwe oogen de draaimolens bekeken en de schom mels en de autoscooter die zoo schandelijk duur is tegenwoordig. Er toen ze reeds vol overgave wacht ten op mijn explicaties omtrent de vreemd rordtollende duikbooten. „waar je van alles ïee winnen kon" heb ik hen buiten het Middelburg sche kermisgewoel gebracht voor 'n gemoedelijk praatje boven een groot glas Hollandsch bier, dat minder alcohol bevatte, minder geld kostte, maar toch zeker zoo lekker was als het bier in Deremarken. Zij wisten van Nederland: dat wij gedeeltelijk (gelukkig) nog op klompen liepen, die daar zelfs wel en Nederland van groote beteekenk o k toekomst van Indle Hvas de omgeving wlarin de confeïim? 5erd evenrediS aan dit belang, gebouwtje werden p,aaUs vond- In een ultra eenvoudig g tje werden de besprekingen gehouden. Hierboven een afbeelding De Joden zijn zwervers en willen naar het land hunner vaderen; de Arabieren, de heerschers in 't land, vreezen echter voor hun gevestigde posUie Engeland heeft er een leeuw aan in zijn garage E« eens waren aangespoeld; dat er veel kanalen In Nederland waren (ze hadden ze nog niet gezien); dat ons land erg vlak was en vol tul pen stond: dat Amsterdam de hoofd stad was (Rotterdam en den Haag kenden ze ook) en al deze aardrijks kundige kennis hadden ze onder den oorlog via den- Engelschen zender gecompleteerd met namen als Arn hem, Nijmegen enWalcheren. De verwoestingen hadden ze zich erger voorgesteld, maar ze hadden nog niet veel gezien; ze waren en thousiast over onze steden en dor- penaanleg en onzen huizenbouw, (ook in Denemarken is woning nood) en verwonderden er zich over dat ze in Apeldoorn door een klein meisje in Deensch dialect van het zuiverste water begroet waren; toen nog andere kinderen het machtig bleken, ontdekten ze dat dit een gevolg was van hun eigen gastvrij heid vlak na den oorlog. De Nedei- landers waren niet slechter gekleed dan de Denen, meenden ze, maar de Zweden verweten de Denen dat ze er slordig uitzagen. Naar hun meening behoefde onze opvatting van Denemarken als het land van room en melk dringend eenige cor rectie: 1 Kilo boter per maand, an derhalve kilo suiker, twee en een •half ons koffie of een ons thee naar verkiezing, brood genoeg. Verder informeerden ze naar een bepaald soort Nederlandsche tabak mi dachten dat ..geele shag een merk was: en bovendien konden ze ook het woord .,ge-ne-ver" radbra ken Ze willen nu m de maand Augustus rog een paar bijzojiderhe- den over Nederland, „dat in Dene marken veer sympathiek was", lee- ren en kwamen werken aan de ..re construction". Zij waren niet de eer.ige vreem delingen op Walcheren. Dienzelfden avond luisterden zij samen met een aantal Tsjechen en Slowaken, Belgen en- Zwitsers naai de welkomstwoorden van den voor zitter van de Stichting „Gerstel" (een echte Zeeuw dus!) Zeeland 1945, en in de Stationsstraat van Middelburg gingen alle gordijntjes oozij toen de Tsjechen er zeer ge disciplineerd en zeer zwaar bepakt binnen trokken en een lied zongen dat wanneer wij ons niet vergis sen over een café ging in- Koli- na, een schoone stad oo een schoon plateau bij het geliefde Praga. De academici van Brno en Praag van Genève en Brussel, van Aar- hus. Amsterdam er, Utrecht zullen in Augustus ons geteisterd Zeeland helpen opbuwen. Ze gaan puin rui men en dijken herstellen op Wal cheren en in Zeeuwsch-Vlaar deren en de groep van 74 man. die dit reeds in Juli deed, is nu afgelost door een andere var.- 185. Over deze eerste groen was Herstel Zeeland zoo tevreden dat de burgemeesters van Aardenburg en Breskerfc hun uit erkentelijkheid zelfs een reisje aan- HEEKSCHT ONRUST in en om Palestina. Er in omdat Joodsche illegale organisaties met geweld trachten te verkrijgen wat zij goedschiks meenen niet te kunnen bekomen: de vestiging van een tehuis voor al die Joden, die het zwerven over de wereld moe, zich weer in het land hun ner vaderen willen vestigen. Er buiten, wijl zelfs nog maar het voornemen tot toelating van groo te aantallen Joden 'n niet te pei len beroering verwekt in de Ara bische wereld. Groot-Brittannië, mandataris van dit gebied, zit met het geval te kijken als met een leeuw in zijn garage. TT ij moet er in om zijn- busje olie te halen zonder hetwelk zijn (welvaarts) wagentje maar half loopt, hij moet er langs om in zijn (Br. Indisch) buitenhuisje te ko men, doch wat kan men doen als het beest telkens brult als men ook maar een vinger uitsteekt. En niet alleen brult, maar ook toeslaat zoo als twee weken geleden toen één aai van het grommende dier de in eenstorting van een half hotel ten gevolge had, het Koning David hotel A an de onrust, die in Palesïma heerscht, ligt al een heel oude geschiedenis ten grondslag. Men behoeft niet geleerd te zijn om daar iets van af te weten. Eens was er een tijd, dat de Joden er vreed zaam als volk leefden. Er kwam een tijd, dat de tempel van Jerusalem verwoest werd en de verstrooiing der Joden krachtig doorzette. De Arabieren bezetten het land en werden er heer en meester. Dat was in de 7e eeuw. Er kwam een tijd, dat Gr. Britannië den Joden een nationaal tehuis beloofde. Uit dankbaarheid, zoo wil de geschie denis, voor den dienst, die een Joodseh geleerde het Britsche im perium in de oorlogsjaren 1914-T8 bewees en uiteraard ook wel een kleine beetje als tegenhanger tegen boden ter completeering van de Zondagsuitstapjes, die baron van Lynden, een Leidsch student uit Middelburg wekelijks voor hen or ganiseert. „Envroeg een Slowaak me, .weet U nu iets om mee te nemen als souvenir, wanneer we terug gaan?" Ik dacht zeer diep na, ik dacht aan groote woorden als wederzijdsch begrijpen en internationale hoog achting voor elkanders levensge woontenhoe hier zooveel mo gelijkheden lagen voor nauwere vriendschapsbetrekkingen en hoe wankel de conferentietafel in de vergulde zaal van het Parijsche Lu xembourg nog was. Een betere com binatie dan wat blaren in hun han den van het puinruimen en het dijkherstel met.een paar klomj jes, leek mij zelfs na diep naden ken niet mogelijkMaai- zeker zullen ze zich later nog andere din gen herinneren en hoe betrekkelijk is de waarde niet van elk sym bool de Duitsche propaganda dier jaren, welker doel het was den bondge noot Turkije, gezagsdrager in Pa lestina, te bewegen een overeen komst aan te gaan met de Zionisten Gr.-Brittannië's belfte werd tot uitdrukking gebracht in de z.g. Bal- fourverklaring en in deze verklaring werd vastgelegd, dat de Britten het land zoodanige voorwaarden zouden verzekeren, dat daardoor het be loofde Joodsche nationale tehuis zou worden gewaarborgd. Pr is sindsdien al heel wat water door de zee gevloeid, maar nog altijd is het beoogde doel niet be reikt, dat Gr. Brittannië voor oogen heeft gezweefd, toen het zijn belof te deed. Weliswaar bedroeg in 1918 het aantal in Palestina gevestigde Joden slechts 60.000 tegenover bij na 7000.000 Arabieren en zijn er sindsdien 500.000 Joden naar Pa lestina getrokken waartegenover 'n aanwas van een goede 800.000 Ara bieren staat maar waar onder de 15 millioen Joden ter wereld er maar genoeg zijn, die thans naar hun Te-' huis willen, vooral onder de opge jaagde Europeesche Joden, is het duidelijk, dat er nog heel wat moet gebeuren vooraleer laatstgenoemden de hen gegeven belofte vervuld ach ten. |Xc onrust is na den oorlog 1939- 1945 sterk toegenomen. De Joden wilden thans eindelijk hun Natio naal Tehuis bewaarheid zien, de Arabieren vreesden echter voor hun vrijheid door verlies van hun meer derheid. Een Anglo-Amerikaansche commissie van onderzoek werd in gesteld om den egel van zijn ste kels te ontdoen. Zij verklaarde zich tegen een Joodschen staat, maar voor immigratie van 100.000 Joden. De Arabieren verzetten'zich, de Joden waren ontevreden en op nieuw zouden zoodoende de voor waarden aanwezig zijn voor een voorzichtig ommetje rond de gara ge met deii leeuw, ware het niet, dat het dier thans aan het brullen blijft en heele volksstammen on rustig maakt. Er behoort een oplos sing te komen Een oplossingEngeland heeft er een bij de hand. Men heeft thans voorgesteld Palestina in vier provincies te verdeelen, een Arabi sche, een Jeruzalemsche een neu trale en een Joodsche provincie, die elk voor rich de noodige rechten krijgen en allen tezamen bepaalde andere rechten, zullen uitoefenen. Voor de Joden zou dit beteekenen, dat zij de vrije hand zouden krijgen in hun provincie. Het voorstel riet er waarlijk niet onverdienstelijk uit en zelfs scheen het aanvankelijk krachtig gesteund te zullen worden door de Ver. Sta ten. De laatste berichten maken het heele geval echter weer illusoir. Niet alleen toonen de Arabieren zich steeg en heeft het bestuur van het Joodsche agentschap het plan als onaanvaardbaar verklaard, ook Truman zou huiverig rijn aan de verwekelijking er van te be ginnen en zoo leeft de wereld opnieuw in spanning wat te gebeu ren staat. In afwachting daarvan heeft Engeland krachtige maatre gelen genomen om Joodsche terro ristische actie in Palestina den kop in te drukken. Mocht tenslotte geen overeenstemming verkregen worden dan wil Engeland de zaak voorleg gen aan de vereenigde volkeren. DE KANSEN LIGGEN GUNSTIG T^R ZAL dan toch eindelijk eens 'n einde gaan komen aan de wel zeer langademige promotie-competitie voor het eerste klasserschap. Ongetwij feld hebben de candidaten tweede klassers zware gevechten geleverd om de poort van het hoofdgebouw te rammeien. Het onderling kröchts- verschil evenwel was slechts mini maal, waarbij de typeerende gelijk speluitslagen kenmerkend waren. Zoo bleef een beslissing tot dusver ach terwege. Voor Goes die Zondag 1.1. tegen Helmondia met gelijkspel uit de bus kwam, is de kans intusschen op promotie wel verkeken. Anders is het met R.B.C. gesteld. Deze oude le klasser zal zeker alle krachten samenrapen om haar eer volle plaats te behouden. Wel liep R.B.C. in de laatste competitie steeds met den rooden lantaren te zwaaien, doch gedurende de promotiewedstrij den tapte het uit een ander vaatje. Zoo staan zij dan Zondag voor den beslissingswedstrijd tegen Helmondia op het P.S.V.-terrein te Eindhoven. Weiswaar in een vreemd milieu doch met de moreele wetenschap dat niet alleen het R.B.C. supporters legioen maar geheel Roosendaal zijn verwachtingen bouwt op het kunnen van zijn spelers. Reeds bij gelijkspel is de zegepalm voor de Roosendalers. Doch we gelooven dat R.B.C. met meer glans de lichtstad zal verlaten. Maar goed; zou het op een deelen der punten uitdraaien, dan beslist het doelgemiddelde van de eerste pro motiecompetitie welke eindigde met 10-5 voor R.B.C., 9-8 voor Goes en 7-10 voor Helmond. "Zou. tegen de verwachting in, Hel mondia een overwinning bevechten, dan struikelt R.B.C.. Wat de promotie in de 3e klasse betreft, daar gaat de kamp, na de nederlaag van R.K.C. te Roosen daal, tusschen R.A.C. en W.S.C. Eer. uitslag is hier moeilijk te voorspellen want het is ermee als met het be kende dubbeltje dat op zijn kant staat.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1946 | | pagina 5