imperiale luchtwegen Onze Stad en Land Kolenproductie steeg belangrijk De missie in Ned. Indië DE PRIJZEN IN DEN LANDBOUW IN 'T KORT 23 MILLIARD Nieuwe bonnen Nu Indië vrij lcomt~~^ In do eerste versnelling Verkeer en industrie zullen er van proiiteeren Er komt zout voor den inmaak en rookwaar voor de mannen De KOLENPRODUCTIE der Nederlandsehe mijnen is thans gestegen tot ongeveer 19000 ton per dag, zoo deelde de minister van Handel en Nijver heid, Ir. Vos, Dinsdagavond via Herr. Ned. mee. En verwacht mag worden, dat deze productie spoedig nog aanmerke- kelijk zal worden opgevoerd. Voorts wordt per maand 75000 ton kolen uit de Ver. Staten aangevoerd, en een stijgende hoeveelheid uit het Ruhrgebied. In totaal komen wij daarmee echter nog maar aan 60 van het normale verbruiks- kwantum, terwijl verkeer en in dustrie natuurlijk nog op volle toe ren gebracht moeten worden, T.a.v. het verkeer deelde de mi nister mede, dat het aantal per sonenauto's dank zij de hulp der geallieerden sterk is gestegen. Ook hier zit dus schot in. Wat betreft bepaalde andere maatschappelijke behoeften, vertel de Z.E., dat katoen en wol op de wereldmarkt in voldoende mate te krijgen zijn, met rubber en huiden blijft het echter nog zeer krap ge steld. De rubberpositie zal echter wel beter worden nu de Japanners hebben gecapituleerd. Een en an der beteekent, dat spoedig twee eenheden huisbrand verstrekt zul len kunnen worden, een weliswaar geringe hoeveelheid, maar die in ander verband gezien, toch weer zoo veel is, dat, als de geheele textiel industrie er mee werd begiftigd, zij er een geheel jaar op zou kunnen draaien. Aan de textiel-industrie zal voor September 10.000 ton kolen worden verstrekt, tegen 5000 ton in Augus tus. Daarmee krijgt deze industrie 30 van haar vooroorlogsch kwan tum. Zij kan daarmee echter weer beginnen te draaien, zoodat aan een eerste noodvoorziening kan wor den gedacht. Voor de schoenenindustrie zijn huiden aangevoerd. Daarbij de bin- nenlandsche huiden gevoegd, wil men trachten er 340.000 paar schoe nen per maand van te maken, d.i. 30 van de normale hoeveelheid. Niet ieder zal dus dezen winter reeds een paar schoenen kunnen koopen. TNE PRIJZEN van de verschillen- de landbouwproducten zijn de laatste jaren nogal verhoogd, waar door de meening post gevat heeft, dat het landbouwbedrijf plotseling een goudmijntje is geworden. De verhooging der prijzen zou inder daad de mogelijkheid tot verrijking geschapen hebben, indien de be- drijfsonkosten der boeren hetzelfde waren gebleven als in 1940. Doch dit lijkt er niet op. Alle prijzencontrole ten spijt vliegt de onkostenrekening van den land bouwer omhoog. Dezer dagen ontvingen wij een brief van een boer, die zich de moeite had getroost, de juiste cij fers op te sporen. Voor bindertouw moest de schrij ver f 2.30 per kilo geven, terwijl de prijs in 1939 twintig cent per kilo was. Toen hij onlangs zijn vlas moest laten trekken huurde hij 'n machine (waarde ongeveer f 1000) en per gemet werd hem daarvoor f 60 in rekening gebracht; boven dien had hij zelf nog de paarden te leveren! Voor het vervoer van een partij van 7000 kg. stroo had hij te beta len f 40; kosten in 1939 voor 'n zelfde hoeveelheid f 7.00. De drijfstof van de tractor kost te in 1939 ongeveer viif cent per liter en thans dertig cent. De dorschtarieven zijn sinds 1939 opgeloopen van f 0.40 tot f 1.20 per 100 kg. Van overheidswege werden eeni- gen tijd terug schijfeggen verstrekt waarvan de prijs was gesteld op f 700. doch even later kwam de leverancier dood-leuk vertellen dat er f 300 bij betaald moest worden. Wanneer mijn boerderij een fabriek was. roept onze informateur uit, en ik had dezelfde vooruitzichten, dan legde ik de zaak er bij neer, temeer omdat de arbeidsloonen wel ke men thans betalen moet om nog eenig personeel te bekomen, soms twee- tot driemaal hooger zijn, dan de wettelijk vastgestelde. Zoo men ziet is het nog geen rozengeur en maneschijn in den landbouw en is de meening der stadsmenschen. dat de boeren sla pende rijk worden, dank zij de hoo- ge prijzen, peer aanvechtbaar. Ook de bouwmaterialen industrie krijgt een verhoogde kolentoewij- zing. Eenige baksteen-industrieën zullen weer gaan werken. Ook met de fabricage van noodglas is begon nen, terwijl de metaalindustrie ook een verhoogde kolentoewijzing ont vangt. De zout-industrie is weer op gang gebracht. Er wordt naar gestreefd in de volgende maanden 3 k 4 ons zout per distributie periode van 4 weken te verstrek ken, waarbij zoo mogelijk reke ning zal worden gehouden met den inmaak. Tenslotte stal de minister het hart der rookliefhebbers, met de mede- deeling, dat de regeering twee pakjes per week wil laten verstrek ken om daardoor een einde te ma ken aan den zwarten handel in tabak. De moeilijkheden voor den ko menden winter blijven niettemin zeer groot. Z.E. beloofde echter, dat de verwoeste gebieden in alles voorrang zullen hebben. Tenslotte deed hij een beroep op den handel en de winkeliers om de regeering bij een snelle distributie te steu nen. Met het oog hierop zal het noodzakelijk zijn de distributie van goederen soms op een andere wij ze te doen verloopen als via den normalen handel. Het algemeen belang stellen men dan boven het eigen belang. De machine loopt thans in de eerste versnelling. Over eenige maan den hopen wij haar naar de tweede te kunnen overschakelen om, zoo eindigde Ir. Bos, als het eenigszins mogelijk is in het voorjaar het be vel te kunnen geven; „met volle kracht voorwaarts". TN HONGARIJE hoopt men bin nen 10 weken verkiezingen te kunnen houden. Het productie vermogen der industrie bedraagt wegens diefstal en vernieling door de Duitschers nog 21 pet. van dat van 1944. Van het spoorwegmate riaal is nog slechts 5 pet. over. TAEGAULLE is tot eereburger van New-York benoemd en in Chi cago zeer enthousiast ontvangen. Hij is naar Canada afgereisd. „gLOEMEN, tolk van onze dank baarheid" is een actie, die over geheel het land gevoerd wordt. Het comité beoogt in de hoofdsteden van landen, die ons hulp boöen. bloemparken aan te doen leggen als uiting van onze erkentelijkheid. Mod. sohuld: Bankbiljelten-circulatie sierk ingekrompen tne regeering ziet sanee- ring van het geldwezen met vertrouwen tegemoet, deelde de minister van Financiën aan Anep-Aneta mede. De eerste maatregelen hadden een gunstig verloop. Niet alleen verminderde de papiercirculatie door de inlevering der f 100 biljet ten, maar het publiek ontdeed zich ook van ander opgepot papier. Daardoor is er van de oorspron kelijke 5 milliard aan bankpapier, nog slechts voor 2.7 milliard in omloop. Voor den oorlog was er voor slechts 1 milliard in omloop, maar als men bedenkt, dat de prij zen met een 50 zijn gestegen, is de huidige circulatie niet hoog te noemen. Dat beteekent niet, dat de werkelijke beperking zoo groot is als genoemd. Men weet, dat deze ongeveer milliard gul dens beloopt. De minister deelde nog mede, dat de Nederlandsehe Staatsschuld door den oorlog gestegen is van 5 milliard tot waarschijnlijk 23 mil liard gulden. pROF. SCHERMERHORN zal Vrijdagmiddag om 12,30 uur voor Herr. Ned. Spreken over Ned. Volksherstel. TIJDVAK 29 AUG.-l SEPT. ONTBIJTKOEK: 233 Alg. plm. 140 gram. TIJDVAK 29 AUG.-15 SEPT. 240 Alg. moet worden ingeleverd bij het afhalen van de bonkaart voedingsm. 11e periode. BROOD: A 37A, B 37A, C 37A, D 37A, M 37A, D 37B brood 400 gr. A 37B, B 37B, C 37B brood 600 gram. E 37A, E 37B brood 200 gram. D 37A, D 37B, E 37A, E 37B, beschuit 100 gram. Geldig t.m. 8 September. BESCHUIT: D 37A, E 37A besch. 70 gram. Geldig t.m. 8 Sept. MELK: (gestand.); A 37, B37 Tap temelk l'A L. C 37 melk 194 L. D 37A, D 37B. D 37C. E 37A, E 37B, E 37C melk 2 L. Geldig t.m. 8 September. BOTER: D 37A, E 37A boter 125 gram. MARGARINE: A 37A. B 37A, C 37A boter 250 gram. M 37A boter 125 gram. VET: A 37B, B 37B, C 37B boter Voorinleveren uitsluitend bij sla gers vóór 5 Sept. CHOCOLADE: 05, 21 Versn. 1 tabl. ROOKARTIKELEN: 12 Tabak 1 rts. naar keuze. Een onderwerp, dat een na dere beschouwing verdient, is onze verbinding met Indië overzee en door de lucht. Onze scheepvaartmaatschappijen hebben groote verliezen geleden, maar toch nog veel nieuw en mo dern materiaal behouden, terwijl verliezen gedeeltelijk zijn aangevuld met Liberty-schepen en ander aan gekocht materiaal. Nadat de repa- trieering van de troepen na afloop van den oorlog is geschied, zal een groot aantal schepen voor handels doeleinden vrij komen. De wereld tonnage is zeer zeker voldoende te achten voor het na-oorlogsche scheepvaartverkeer. Wel is zij ge durende den oorlog teruggeloopen, maar men moet niet vergeten, dat vóór den oorlog een deel der sche pen was opgelegd. Wij zullen zeker over voldoende schepen beschikken voor onzen handel met Oost en West. De luchtwegen zullen in de toe komst van even groot, zoo niet grooter, belang zijn als de verbin dingen over zee. Het transport- en passagiers vliegtuig van de toekomst zal bij een draagvermogen van misschien 20 a 30 ton met een snelheid van ten minste 300 K.M. per uur af standen van 3 a 4000 K.M. in één étappe economisch kunnen vliegen en dus den afstand naar Indië, plm. 11.000 K.M., in 4 étappes af leggen. De hiertoe noodige landingster reinen liggen op vreemden bodem. Nederland bezit geen „tusschen- stations" op zijn imperiale lucht wegen. Hoe de toekomstige internatio nale verhoudingen zich zullen ont wikkelen, is onmogelijk te voorspel len. Zeker is het, dat een Impe rium als Nederland, waarvan de deelen over den geheelen aardbol verspreid liggen, middelen moet bezitten om het contact tus.se hen die deelen te handhaven ook in tijden van internationale spanning. De groote kracht van het Britsche Imperium berust juist op deze mo gelijkheid, ter zee en door de lucht die Engeland geschapen heeft door bezit te nemen van vitale punten zooals: Gibraltar, Malta, Aden, Kaap Mauritius, Bermuda's, St. Helena enz. Ook Amerika had over den Pacific een brug gebouwd, die het met de Philippijnen verbond. Laten wij zorgen, dat, indien mogelijk, onze voor de toekomst zoo belangrijke luchtwegen naar Oost en West veilig gesteld worden door tusschenstations op Neder- landsch territoir. Daartoe bestaat zéér zeker nu een kans. Behalve met Duitschland en Ja pan hebben wij ook een rekening te vereffenen met Italië. Wij heb ben oorlog gevoerd tegen Italië, waarbij wij menschen en schepen hebben verloren. Italiaansche troe pen hebben deelgenomen aan de bezetting van ons land. Voor een en ander is Italië ons vergoeding verschuldigd. Twee der voor de be velling van onze luchtverbinding Nederland-Indië noodige tusschen stations, zouden gesticht kunnen worden op Italiaansch gebied, dat voor Italië van slechts zéér gering belang is en zoo gunstig gelegen, dat een afstand aan Nedrland geen enclaves zou vormen in Italiaansch gebied. Het eerste gebied is het oostelijk deel van Italiaansch Li- byë, dat aan Egypte grenst. De af stand van Nederland bedraagt door de lucht plm. 3000 K.M. Het traject Nederland (België)-Belgische Con go (Stanleyville) zou over dit tus- schenstation in 2 étappes van elk plm. 3000 K.M. kunnen worden ge vlogen. In verband met de verdediging van de te vestigen luchthaven heb ben wij voorterrein noodig, b.v. 'n strook van 150 a 20 K.M. langs de kust en gelijke terreindiepte. Het tweede gebied is de Oostpunt van Afrika in Italiaansch Somali- land, ten Westen begrensd door Britsch Somaliland en b.v. ten Noorden van de 9e parallel. Een luchthaven in dit gebied zou plm. 3500 K.M. van de Libysche verwij derd zijn en op een afstand van plm. 5500 K.M. van Medan. Deze laatste afstand is te groot voor één étappe doch halverwege bevin den zich de Zuidelijke Malediven- eilanden, een Britsch Protectoraat, dat Engeland wellich bereid zal zijn aan ons af te staan in ruil v--r ander gebied b.v. eenige eilan den in de buurt van Singapore, die Engeland eigenlijk noodig heeft om die. oorlogshaven afdoende te beveiligen. C. R. DE KONINGIN ORIENTEERT ZICH. Om op de hoogte te blijven van hetgeen er in de bevolking leeft zond H. M. de Koningin haar secretaris en secretaresse, de heer Kohnstamm en mej. Geldens, naar verschillende gewesten om verte genwoordigers uit de bevolking te laten vertellen wat zij op htm hart hebben. Maandagavond had zoo"n bijeenkomst plaats op het stad huis van Goes waar met den bur gemeester 'n veertien genoodigden aanwezig waren. Gedurende twee uren kregen de aanwezigen volop gelegenheid hun wenschen, wen ken en bezwaren kenbaar te ma ken. Gister vertrokken secretaris en secretaresse naar Walcheren. NU EINDELIJK ook in 't Verre Oosten de wapens zijn neergelegd en nu alle aan dacht gevraagd wordt voor her stel en wederopbouw ook van de ze gewesten, vragen wij onze aan dacht vanzelf op de Missie. We vragen ons met eenige bezorgd heid af, wat is er van geworden en wat hebben we er van te ver wachten. Wat is er van geworden? De berichten uit de Indische Missie zijn schaarsch. En de jong ste berichten zullen niet veel ouder zijn dan eind 1943. Meerdere Missie-instellingen hier te lande vernamen nimmer iets, andere ontvingen slechts enkele mededeelingen over het Roode Kruis waaruit dan meestal bleek dat deze of gene missionaris in 'n gevangenkamp was ondergebracht; soms was het een overlijdensbe richt. Uit alle berichten, die ontvan gen werden kan wel met zekerheid worden aangenomen, dat alle Euro. peesche Missionarissen, Paters, Broeders en Zusters in gevangen kampen zijn opgesloten. Enkele zijn tijdig ontkomen en vonden den weg naar Australië. Het schijnt wel, dat de inheemsche priesters in vrijheid zijn gebleven en althans eenig dienstig werk konden ver richten. Maar het was stellig ook beperkt. Ook van de Apostolische Vicarissen kan men met de groot ste waarschijnlijkheid aannemen, dat ook zij zijn geinterneerd, zelfs de inheesche Apostolisch Vicaris van Semarang. Er zijn echter ook eenige anwijzingen, dat Mgr. Wil- lekens van Batavia en Mgr. Soe- gyapranata van Semarang, eenige bewegingsvrijheid hebben behou den. Omtrent eenige missionarissen weten we, dat zij door de Japan ners zijn gedood. Eerbiedig ge denken wij hier Mgr. J. Aerts, van Ned. N. Guinea die met ze ven van zijn missionarissen op zijn hoofdstatie Langgoer werd gedood, en den Pater Francis caan die op Noord-Nieuw-Guinea den dood vond door een Japan- sehe bajonet. Andere moorden op missionaris sen zijn nog niet bekend geworden. Hopen we dat de toekomst in deze geen meerdere gevallen zal aan het licht brengen. Bij zon der he don Practisch is geheel de Ned. Ind. Missie stil gelegd. Alleen de uiterste hoek is door den vijand niet bezet. Zuid-Nieuw- Guinea met Merauka werd in den aanvang wel bedreigd en ook ge bombardeerd, maar een Japansche bezetting werd er niet gevestigd en die verste hoek van onze ar chipel bleef Nederlands. De Missie was daar al vele ja ren gevestigd. Een moeilijke post was het altijd. Nu heeft de Missie er mogen ondervinden de volle steun der Ned.-Indië Regeering, die in Brisbane zetelde. In Merauke staat de Missie on der leiding van Mgr. J. Grent, die na den dood van Mgr. Aerts door de H. Stoel werd aangesteld tot Apostolisch Administrateur van Ned.-N.-Guinea. Omtrent de verschillende Missie gebieden zijn hier en daar nog bij zonderheden bekend geworden. De Missies van de K. Soenda- Eilanden (Flores en Timor) verlo ren zeker vele missionarissen door torpedeering van schepen waarop deze missionarissen werden ver voerd. Enkelen ontkwamen naar Australië. Van Java zijn de berichten zeer schaars. Van sommigen is bericht ontvangen dat zij in een gevangen kamp zijn gebracht. Van Sumatra werd omtrent eenige missionarissen bericht ontvangen van interneering Van Celebes geen berichten. Van Ambon en Ternate bericht van in terneering op omliggende eilanden Van Zuid- en Noord-Borneo geen berichten. Van West-Borneo vrij veel berichten. Het is zeker dat deze missionarissen (van het Apost. Vicariaat Pontiak) allen zijn ge interneerd in Kuching naby Sera- wak. Met hen vertoeven daar ook de missionarissen van Mill Hill. Met Mgr. van Valenberg zijn daar een 300 missionarissen, Paters, Broeders en Zusters in kampen sa men gebracht, niet onwaarschijn lijk in de ruime Missiegebouwen van Mill Hill aldaar. Van allen werd persoonlijk schrijven ontvan gen. Enkelen zijn er overleden. De laatste berichten uit Kuching dateeren van eind 1943 en werden alhier ontvangen medio 1944. Nooit is vernomen of zij ook de antwoor den uit Nederland hebben ontvan gen. De sterke indruk van alle berich ten was wel, dat de toestand er vrij dragelijk was. Er werd vrij ruime gelegenheid gegeven voor godsdienstige oefeningen en een matige arbeidstaak werd een ieder opgelegd. Toch is te vreezen dat het tekort aan voor Europeanen voldoende voedsel en de voor Euro peanen in de tropen spoedig te zware landarbeid niet zonder ge volgen zullen zijn gebleven. Ook is niet bekend of de in den aanvang blijkbaar nogal humane kampleiding gebleven is. Er werd in het laatste geen bericht meer ontvangen. In Januari 1945 werd in het toen maals nog maar gedeeltelijk be vrijd Nederland een door de ver antwoordelijke Ned. Ind. autoritei ten een beroep gedaan op de Over sten der Missie-instituten om zich gereed te houden voor het hervat ten van den Missie-arbeid. Gevraagd werd de instelling van een bemiddelingspost bij de Regee ring in Brisbane. In den geest van het Centraal Missie Bureau, dat eertijds te Batavia werkte en het intermediair onderhield tusschen Missie en regeering, werd gevraagd een dergelijke post thans te vesti gen in Brisbane. In overleg met de Regeering zou dit bureau dan tot taak krögen de Missie te her openen in die streken van Indië die geleidelyk aan zouden worden bevryd. Dit bureau werd ingesteld onder den naam Gedeleerd Missie- Comité. Het voorzitterschap werd opgedragen aan Mgr. J. Grent en als leden werden benoemd Pater E. C. Langendam Capucijn en Mr. L. Ingen-Housz Jezuit, beiden ge wezen missionarissen. Het heeft tot de eerste dagen van Augustus geduurd voor deze beide Paters konden vertrekken. Thans zijn zij op reis. De verandered toestand in Indonesië maakt het nu moge lijk dat zy aanstonds met de Re geering zich in Batavia zullen kun nen vestigen en van daaruit hun opdracht uitvoeren. Intusschen werd hier in het va derland een comité tot Uitzen ding van Missionarissen opge richt, dat tot taak heeft alle voor bereidingen tot uitzending te treffen, met de Regeering ter za ke overleg te plegen en met Oversten der Missie-Institute#' Het adres van dit comité is; Bre- dasche weg 204 Tilburg en Kor- velscheweg 165 Tilburg. Ongeveer 250 Paters, Broeders en Zusters staan reeds gereed om tiaar Ind'ë te vertrekken. zullen vele plaatsen zijn open gevallen, er zal veel werk op nieuw moeten worden begonnen. Zjj zijn gereed.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1945 | | pagina 2