HEROPBOUW VAN ONS IND1Ë.
ra 11 I H Directeur J. A. H. M. van Schijndet
RESULTATEN VAN DE
LEEN- EN PACHTWET.
MILITAIR GEZAG
Voor God, Koningin en Vaderland.
IfZj CZ! lF[j| Tik jij No 80, Vrijdag 2 Maart 1945
i' ;j EB 1jb k j| kj "u j I qy r 1 Hoofdredacteur J. J. H. A. Bruna
cJEL* JÉuh—^at al^i %r Redact, voor het gewest A. J. v. d. Meer
Redactie Oostkade 1 6, Sas van Gent
EDITIE VOOR ZEELAND
Prijs uitsluitend per week f 0.30
Administratie Dubbelpoort 7, Hulst
Uitgave „De Stem" Wordt op last van
het Militair Gezag gedrukt op de persen
van Drukkerij G. de Mul, Sas van Gent
Anders dan Noorwegen, België of polen zal
Nederland na de bevrijding van moederland en
koloniën zich voor een dubbele taak gesteld
zien, te weten de wederopbouw niet alleen van
het Rijk in Europa, maar ook van het over-
zeesche gebied.
Een denkbeeld van wat de wederopbouw
van Nederland zal omvatten, kunnen wij ons
langzamerhand wel vormen.
Minder goed staat menigeen voor den geest,
wat de wederopbouw van Indië zal beteeke-
nen.
In het algemeen kunnen wij wel zeggen, dat
deze meer zal omvatten dan de eerste en zal
moeten zijn een opbouw op elk gebied, omdat
volgens de berichten alle Europeanen, ambte
naren en particulieren, aan hun werk zijn ont
trokken en in kampen zijn ondergebracht, met
het gevolg, dat het meerendeel door ellende
en verwaarloozing op zijn minst zoo uitgeput
is geraakt, dat hun arbeidskracht is gebroken
en repatrieering noodzakelijk is.
Derhalve zal voor heel de staatstaak, zoowel
als voor iedere particuliere werkzaamheid aan
voer van nieuwe krachten noodig zijn, een
nieuwe kolonisatie, die het bestuur, de rechts
spraak, de openbare werken, de irrigatie, enz.
enz. maar ook het bankwezen, de cultures, de
industrie enz. zal moeten opbouwen van meet
af aan, terwijl orde en rust en de veiligheid van
den staat gewaarborgd zullen moeten worden
door een flink leger en sterke vloot.
Laten we hopen, dat de benoodigde gebou
wen, havenwerken, wegen, installaties enz. nog
grootendeels bruikbaar zullen zijn en ook de
Europeesche woningen, maar het tegendeel
staat te vreezen.
Menigeen zal denken, dat die Indische taak,
om het zóó te noemen, te zwaar zal zijn voor
ons kleine volk.
Inderdaad zal het een reuzetaak zijn, maar
we zullen die volbrengen, eenvoudig omdat het
moet.
Omdat Indië het waard is en omdat wij het
verplicht zijn tegenover Indië, tegenover Ne
derlands ter wille van onze wereldreputatie en
nationaal belang.
Voor die taak zal hier en ginds niet één
kracht onbenut kunnen blijven, geen heele en
geen halve, geen oude en geen jonge en vóór
alles zal doelbewuste, eensgezindheid noodig
zijn en eendracht, die macht maakt.
Wie zelf heeft gezien, wat ons kleine volk
in Indië Holland's meesterstuk met weinig
praten, maar veel werken heeft tot stand ge
bracht, zal vertrouwen hebben ook in een her
rijzend Indië.
Geen nieuwe, geen betere maatschappij is
mogelijk zonder offers, offers in stoffelijken
zin, want onze rijke tijd is voorloopig voorbij,
offers in geestelijken zin, want onderwerping
van eigen inzicht aan bekwame bestuurders zal
noodig zijn, maar met het nationale doel voor
oogen, opbouw thuis en overzee, zullen deze
offers niet te zwaar vallen.
De vrees is gewettigd, dat gelijk de Duit-
schers hier opzettelijk door hun optreden en
door hun propaganda een groote geestesver-
warring hebben gesticht, ook de Japanners er
in geslaagd zijn, in Indië het denken en het ont
vankelijke Oostersche gemoed van de inland-
sche bevolking, voor wier opheffing onze re
geering in Indië zóóveel heeft gedaan, nog na-
deeliger te beinvloeden en wij daardoor een deel
van onzen invloed op die bevolking hebben
ingeboet.
Daarom is het gewenscht, dat de toekomstige
Indische werkers nu reeds Indische talen en
zeden bestudeeren, ten einde uitgerust met
grondige kennis van land en volk een nieuw
vlot en gemakkelijk contact met de inlandsche
bevolking te kunnen bewerkstelligen.
Dan zal ook, als wat God geve de
Nederlandsche vlag spoedig weer zal wappe
ren van Saban tot Merauke, en die werkelijk
bij hun aankomst in een der vele havens het
bevriende rood-wit-blauw in de stralende zon
zullen zien glanzen boven een groenen heuvel
top aan een- hoogen mast, dat schoone land
hun niet meer geheel vreemd zijn, maar de
reeds verworven kennis hun arbeid vergemak
kelijken en begunstigen. G.
In het achttiende kwartaalrapport over de
leen- er- pachtwet, aangeboden aan
het Arnerikaansche congres, door Leo T.
Crowley, werd de nadruk gelegd, op zeer
nauwe samenwerking tusschen de geallieerde
volkeren. In het rapport zijn niet alleen ver
meld bijdragen door Amerika geleverd, maar
ook worden hoog geprezen, de offers, die de
Sovjetunie, Groot Brittanië, China, Frankrijk,
België, Britsch-Indië, Australië, Nieuw-Zee-
land, Nederland en Brazillië hebben gebracht.
Het rapport verklaart, dat het hoogtepunt
van leenpachi-verschepingen werd bereikt in
Mei 1944, juist voor D-day, toen exporten van
leenpachtgoederen gewaardeerd op 561 mil-
lioen dollars, werden verscheept naar havens in
Groot Brittannië. Het bedrag aan goederen en
diensten, door de Vereenigde Staten aan haar
geallieerden geleverd en bewezen, is tezamen
35.382.000.000 dollar, van het begin der leen-
pacht in Maart 1940 tot en met December 1944
verklaart het rapport. Het voegt er verduide
lijkend aan toe, dat niet in geld kan worden
uitgedrukt, offers als Rusland's verlies van
5.300.000 soldaten en bovendien een millioen
door de nazi's gedoode burgers alsmede onge
telde millioenen Chineesche soldaten en burgers,
gedood door de Japanners: Het Vereenigd Ko
ninkrijk had 625.000 dooden en gewonden on
der gewapende strijdkrachten en duizenden
dooden en gewonden onder burgers, ten ge
volge van bombardementen. Van de goederen
ging 98 pet. naar het Britsche gemeenebest, de
Sovjet-Unie, China en Frankrijk. Het restant
werd met goed resultaat gebruikt voor doel
einden, als het uitrusten van Noorsche, Neder
landsche, Grieksche en Joegoslavische koop
vaardijschepen en vliegers; het verstrekken van
voorraden aan Poolsche en Joegoslavische
krijgsgevangenen en het verstevigen van ver
dedigingen. Ammunitie vormde 58 pet. van al
le goederen, die tot dusverre zijn verscheept.
Het rapport verklaart, dat het dienen van den
eindzegepraal de grootste voldoening is ge
weest, die de Vereenigde Staten heeft verkre
gen in ruil voor hulp, aan bondgenooten toe
gezonden.
De Geallieerden hebben den Arnerikaansche
strijdkrachten, ongeveer voor vier milliard dol
lar waarde verstrekt aan retourvoorraden en
diensten. Groot Brittannië heeft voor de Arne
rikaansche strijdkrachten luchtbases gebouwd
ter waarde van 440 millioen dollar. Andere
bijdragen aan de geallieerde zaak, omvattende
prestaties van Britsche ingenieurs en van we
tenschappelijk onderzoek, voedselvoorraden,
kleeding, hospitalen en petroleumproducten.
Per 1 October 1944 hadden de Arnerikaansche
strijdkrachten van Frankrijk goederen ontvan
gen, ten bedrage van 76.750 dollar, van België
(Belgisch Congo) 167.000 dollar en van Ne-
derlandsch-West-Indië 170.000 dollar.
De Militaire Commissaris van het District
Zeeuwsch-Vlaanderen, mede uitoefenende de
bevoegdheden, toegekend aan het Militair Ge
zag, in het vorengenoemde gedeelte van het
in bijzonderen staat van beleg verkeerende
grondgebied van het Rijk in Europa;
overwegende, dat ingevolge de Verordening
op den oorlogsbuit 1944 de aangifte van oor
logsbuit moet worden gedaan op een
plaatselijk bureau van de politie,
aan een der door de Nederlandsche
of Geallieerde militaire overheid tot het ont
vangen van zoodanige aangiften aangewezen
personen;
BESLUIT
tot het ontvangen van bovenbedoelde aangif
ten aan te wijzen de Groeps- en Postcomman-
danten der Kon. Maréchaussee, en den waar
nemend Inspecteur van politie te Terneuzen,
ieder voor hun ressort.
Sluiskil, den 15 Februari 1945.
De Militaire Commissaris van het
District Zeeuwsch-Vlaanderen.
De Kapitein ter Zee K.M.
J. VAN LEEUWEN.
LANDBOUWMEDEDEELING OOST EN
WEST ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Het is aan paardenhouders niet toegestaan
dat premie-paarden, fokhengsten of stamboek
veulens jonger dan 1 jaar worden afgeleverd
zonder een gedeelte van een geldige aankoop
vergunning ten name van den kooper te ont
vangen.
Laat dus geen enkele premie-merrie, fok-
hengst of veulen van het bedrijf gaan zonder
een gedeelte van een aankoopvergunning te
hebben ontvangen.
Laat dus geen enkele premie-merrie, fok-
hengst of veulen van het bedrijf gaan zonder
een gedeelte van een aankoopvergunning te
hebben ontvangen.