DE STEM Prijs uitsluitend per week f 0.30 Administratie: Dubbelpoort 7, Hulst Uitgave „De Stem" Wordt op last van het Militair Gezag gedrukt op de persen van Drukkerij G. de Mul, Sas van Gent met wa- Voor God, Koningin en Vaderland. EDITIE VOOR ZEELAND No 30. Woensdag 3 Jan. 1945 Directeur J. A. H. M. van Schijndel Hoofdredacteur J. J. H. A. Bruna Redact, voor het gewe t A. J. v. d. Meer Redactie Oostkade 1 6, Sas van Gent. VOLK IN OORLOG. De Duitsche propaganda heeft het jaren lang uitgebazuind, dat het Engelsche volk een ster vend volk was, niet- meer in staat tot 'n krachtsinspanning van eenige beteekenis. En ondertusschen zweeg Engeland en werkte. Het zweeg tot vorige week. Toen publiceerde het in 'n Witboek de cijfers van zijn totalen oor log en lichtte daarmee de sluier op, die er over z'n oorlogsinspanning lag. Uit de inlichtingen, die de minister van propaganda Mr Brendan Bracken aan het Lagerhuis gaf, bleek, dat deze oorlogsinspanning de grootste was onder alle volkeren. Sinds het begin van den oorlog maik- te Groot-Brittannië 100.000 vliegtuigen, 25000 tanks, 732 oorlogsschepen, meer' dan 5 millioen ton scheepsruimte voor de handelsvloot. Een zwaren prijs heeft Engeland tot heden voor den oorlog betaald aan dooden en ge wonden. 176.081 soldaten, 57,298 burgers en 29,629 zeelieden werden gedood. 38.275 sol daten werden vermist. 193,788 soldaten, 78,818 burgers werden gewond. 154,968 soldaten wer den krijgsgevangen gemaakt én 4.173 zeelieden werden geinterneerd. Van de gedoode burgers waren 7.250 kinderen. Het totaal van deze cijfers bedraagt bijna driekwart millioen. Van de mannen tusschen 14 en 64 jaar zijn er 8 milljoen bij het leger, het thuisfront of de oorlogsindustrie werkzaam, van de vrouwen tusschen de 14 en 59 jaar 2,5 millioen. Deze zijn dus direct in dienst van den oorlog. Doch grooter zijn de cijfers van hen, indirect erbij betrokken zijn, die werken in fabrieken, die niet tot de oorlogsindustrie worden gerekend, of die dienst doen op treinen, bussen of die in den landbouw werden ingeschakeld. Alles tezamen is 't zoo, dat driekwart der volwassen mannelijke bevolking en één vierde van de vrouwelijke in dienst staat van leger, vloot, mu nitiefabrieken of voor den oorlog noodzakelijke industrie. Zeer groote offers heeft het land zoowel als de eenling moeten brengen. De import van goederen werd tot meer dan de helft geredu ceerd en wat nog 'erger is voor een land, ook de export werd voor meer dan de helft prijs gegeven. Een sterke rantsoeneering moest daar om werden doorgevoerd in voeding en klee ding, iedere luxe moest worden geweerd. De verliezen, welke Engeland leed, komen vooral ook tot uiting in de scheepvaart en in de verwoeste huizen. In 1939 bedroeg de ton nage aan scheepsruimte, die Engeland bezat, \7Yz millioen ton; eind December 1943 had het land 12,5 millioen ton verloren. Door nieuw bouw en aankoop van schepen was op dien datum de beschikbare scheepsruimte evenwel teruggebracht op 15.5 millioen ton en in 1944 werden alle verliezen meer dan goedgemaakt. Van de 13 millioen huizen van voor den oorlog werden er 200,000 totaal verwoest en 250,000 onbewoonbaar, terwijl er 4,5 millioen beschadigd werden. Van deze cijfers komen er 81,000 verwoest door vliegende bommeii en meer dan één millioen beschadigd. Dit zijn enkele cijfers uit het pas verschenen W>boek der Engelsche regeering. Ze verhalen van de geweldige inspanning, welke een volk zich oplegt om den oorlog te winnen, te winnen voor zichzelf en voor ons. Maar daardoor ook werd bereikt, dat Duitschland werd gebroken en dat de overwinning in zicht is. Helsche dagen in Noord en Midden- Limburg. In het Maastrichtsche blad „Veritas" vonden we verscheidene verhalen over de ellendige toestanden, welke er geheerscht hebben en ten deele nog heerschen in het zoo zwaar ge teisterd Noord- en Midden-Limburg. Men luis tere bijvoorbeeld naar volgende verhaal van Dr. W. Janssen uit Venray: In den nacht van 12 op 13 October waren uit Venlo 500 mannen weggevoerd, die in het Augustijnen-college aldaar waren samenge bracht uit Sevenum,. Horst en het Venraysche gehucht Veulen. Twee dagen daarvoor waren er 500 Venlonaren vertrokken egt.twee dagen daarvoor 700 uit de omgeving vïÉn Helden- Panningen. De Deïtsehérs- hadden- toegestaan, dat iedere groep vércjèzeld werd door een pa ter Augustin als aalmoezenier. De Venlosche be volking had zich telkens uitgesloofd om de ver trekkende „slaven" zooveel mogelijk eetwaar mee te geven. Volgens de Dutschers was de laatste groep mannen naar Wupperthal ge bracht en zou ze daar moeten werken op boer derijen in de omgeving van het totaal ver woeste industrie-centrum. Wat te zeggen van het feit, dat in Beunen, waar Donderdagmorgen 19 October de be vrijders verschenen, op Woensdagnamiddag 18 Oct. bij een plotselinge razzia nog 70 man nen werden weggesleept, voor een groot deel gehuwden (tot 56-jarigen toe), die met vrouw en kinderen al dagenlang in kelders dekking zochten voor het moordende granaatvuur? Klinkt het voor ons haast niet ongelooflijk, dat een huisvader op 10 M. afstand van zijn woning gedood wordt en dat men pas 2 dagen later het lijk in een sloot vindt omdat niemand langer dan een moment uit de kelder durft ko men? En dat men dezen man pas 5 dagen later od een „rustige" middag durft gaan begraven, doch dat de v/eirifge aanwezigen, eerst bij de korte zegening van het lijk in de kerk en daar na in de open grafkuil op het kerkhof telkens 5 a 10 minuten dekking moeten zoeken voor de rondom inslaande granaten? In de krankzinnigengestichten. De ellende, die geheerscht heeft in de kelders der beide krankzinnigengestichten te Venray is onbeschrijflijk: duizenden menschen bij elkaar, waaronder honderden krankzinnigen op stoelen vastgebonden, dagenlang volstrekt verbod en onmogelijkheid om buiten te komen, gebrek aan voedsel enaan W.C.'s! Een prachtig staaltje der Geallieerden. De gebouwen van het Vrouwenkrankzinnigenge sticht zitten vol .strijdende moffen, in de kelders zijn gestichtsbewoners en burgers aan ellende ten prooi. Een Engelsche verkenningspatrouille komt 's nachts op sluiptocht in een der kelders en ziet de wanhopige toestand aldaar. De vol gende nacht sluipt een "Engelsche patrouille opnieuw door de Duitsche stellingen en ver schijnt in de kelders, rondom behangen met levensmiddelen. Een redacteur vertelt. Meyel is zwaar beschadigd en ook Pan- ningen is er niet zonder kleerscheuren afge komen, hoewel hier nagenoeg alle huizen weer bewoonbaar zijn. Doch uiterst zwaar hebben Pannïngen en Heiden geleden in hun kost baarste bezit, in hun mannen. Meer dan 1000 van hen, in alle leeftijden, zijn naar Duitsch land gedeporteerd. Nadat zij geen gehoor ge geven hadden om naar Duitschland te gaan werken, werden zij met een list uit hun schuil plaatsen gedreven. Er werd bekend gemaakt, dat ze slechts in het dorp zelf zouden worden tewerk gesteld. Toen zij den volgenden Zon dagmorgen naar de kerk gingen, werd deze door de Grüne Polizei afgezet en werden alle mannen en jongens als gevangenen wegge voerd. Het zwaar getroffen Blerick. Slechts een klein deel der inwoners had tij dig Blerick verlaten. De meesten waren in het stadje gebleven, omdat zij met Duitschland in den rug en het slagveld voor zich eenvoudig niet wisten waarheen zij zouden gaan. Zoo was de toestand ongeveer een maand geleden. Dat deze vesting door de geallieerde lucht macht gebombardeerd moest worden, was dui delijk. Er zijn slachtoffers gevallen en er wer den vele huizen getroffen. De beide kerken, 'Je nieuwe in de St. Lambertusparochie en \e prachtige gothische Antoniuskerk, zijn geheel uitgebrand. Wat de inwoners van Blerick, die meer dan een maand lang in onverwarmde kel ders moesten leven, hadden te doorstaan, kun nen wij ons nauwelijks indenken. Wekenlang hebben honderden mannen het daglicht niet ge zien, omdat nog steeds de Grüne Polizei op menschenjacht was. Als muizen in een val za ten zij opgesloten in een klein gebied tusschen Maas en mijnenvelden. Toen begon Zondagmorgen wat een En- gelsch oorlogscorrespondent „the battle of Blerick". de slag om Blerick noemde. Honder den kanonnen van het zwaarste kaliber, open den hun vuur op het kleine stadje, vliegtuigen raasden laag over de huizen en beschoten alles wat een Duitsch uniform droeg. Speciaal hier toe geconstrueerde tanks braken door de diepe gracht heen en Zondagmiddag was Blerck be vrijd. Nog vallen voortdurend Duitsche gra naten in de straten neer, worden huizen in brand geschoten, doch iedereen zegent het uur der bevrijding, dat eindelijk gekomen is. De vernielingen in Roermond en Venlo. Hier" volgen nog enkele bizonderheden van belang voor hen, die er familie of vrienden hebben wonen. Nadat geen énkele Roermondenaar zich nog eigenaar van een transportmiddel, hoe beschei den ook, kon noemen, kwamen de verplichte evacuaties. Evacuaties op stel en sprong. Eerst moest te Roermond de geheele Zuidzijde van de stad ontruimd worden, van de Kraanpoort

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1945 | | pagina 1