DE STEM
Voor God, Koningin en Vaderland
EDITIE VOOR ZEELAND
HET PERSOONLIJK BEZIT IN DE BRANDING.
Prijs uitsluitend per week f 0.30
No 6. Zaterdag 2 Dec. 1944
RedactieOostkade 16,
Sas van Gent
Administratie t
Dubbelpoort 7, Hulst
Uitgave! „De Stem"
Drukker
G. de Mul, Sas van Gent
Directeur
J. A. H. M. v. Scbijndel
Hoofdredacteur
J. J. H. A. Bruna
Redact, voor het gewest
A. J. v. d. Meer
Met klem hebben wij betoogd: aan een
betere economische en sociale orde zal on
verwijld gewerkt moeten worden. En ook
anderen denken er zoo over. Geen wonder,
merkt de Paus op, want:
„Na bittere jaren van gebrek, beper
kingen en zeer in het bijzonder van
angstige onzekerheid, verwachten de
menschen met het einde van den oorlog
een verstrekkende en definitieve regeling
van deze ongelukkige omstandigheden".
Ja, zij verwachten zelfs te veel ineens.
Hebben ook bij ons niet velen geweldige il
lusies gekoesterd over hét gulden tijdperk van
„na den oorlog?"
„De beloften van Staatslieden, de vele
plannen en voorstellen van experts en
specialisten zijn voor de menschen, die
steeds geleden hebben onder een onge
zonde economische en sociale orde, een
aanleiding geworden tot bedriegelijke
hoop op een totalen ommekeer in de
wereld. Het kwam tot een over-enthou-
siaste verwachting van een duizend
jarig rijk van alzijdig geluk".
Bij die groote verwachtingen was men zich
natuurlijk wel bewust, dat eF nogal een en
ander diende te veranderen voor het zoover
was, en daarom:
„Een dergelijke gesteldheid biedt een
vruchtbaren bodem voor de propaganda
van de meest radicale programma's. Zij
maakt de gemoederen der menschen ont
vankelijk voor een zeer begrijpelijk,
maar onredelijk en onverantwoord on
geduld. Men heeft slechts oog voor her
vormingen in 's werelds bestel en stelt al
zijn hoop op omwentelingen en geweld".
We hebben het kunnen vaststellen: vier en
een half jaar oorlog werkt als een centrifuge:
menschen, die niet „vast" in de schoenen
staan, worden naar de uitersten geslingerd.
Ze kwamen bij uiterst „rechts" of uiterst
„links" terecht. God zij dank, dat uiterst
rechts (ik doel op het nazisme) geen vat op
ons volk krijgen kon. (Al betreuren wij het,
dat toch nog menigeen in feite meehielp
door Arbeidsfront of Kultuurkamer of Land
stand e tutti quanti, zij het schoorvoetend, te
accepteeren. Mogen wij nu eigenlijk wel zoo
over anderen roepen en zich zoo achttien
karaats voordoen?) Blijft nog: uiterst links.
Daarover zegt de H. Vader:
„In het aangezicht van deze extre
mistische strekkingen, blijft de Christen,
die ernstig nadenkt over de nooden en
ongelukken van zijn tijd, wanneer hij
geneesmiddelen kiezen moet, trouw aan
zijn grondslagen. Dat zijn grondslagen
die door ondervinding en konsekwent
toepassen van de Christelijke sociale
leer, worden aangegeven als de peilers
voor alle juiste hervormingen. Onze on
sterfelijke voorganger. Leo XIII, had
reeds, in zijn beroemde encycliek „Rerum
Novarum" als beginsel vastgelegd, dat
aan iedere goed opgezette économische
en sociale orde het recht op persoonlijk
bezit ten grondslag moet worden gelegd.
Vooreerst heeft de Kerk altijd het na
drukkelijk recht op bezit en op de erfe
lijke overdracht van iemands goederen
erkend. En vervolgens is het niet minder
zeker, dat het persoonlijk bezit op een
bijzondere wijze de natuurlijke vrucht
van den arbeid is. Iemand verwerft „be
zit" door zijn eigen inspanning, door zijn
krachtigen wil om zichzelf, zijn eigen
levensstandaard en die van zijn gezin
veilig te stelllen en op te voeren, door
zijn wil om zichzelf en zijn dierbaren op
een dusdanig plan te brengen, dat zij
rechtmatig van een economische, finan-
ciëele vrijheid kunnen genieten en daar
enboven evenzeer van vrijheid op politiek,
cultureel en godsdienstig gebied",
Het is duidelijk: zonder eigendom geen zelf
standigheid. Zonder zelfstandigheid geen
vrijheid. Inmiddels hooren we toch te weten
wat vrijheid voor ieder beteekent! Derhalve:
„Het Christelijk geweten kan geen so
ciale orde als juist aanvaarden, die in
beginsel het natuurlijk eigendomsrecht
ontkent, ofwel het onmogelijk of prac-
tisch onbeteekenend maakt. Of dat nu de
verbruiksgoederen of alleen maar de
productiemiddelen betreft, dat is om het
even".
En daarmee neemt Pius XII weer duidelijk
stelling tegen het Communisme, ook in ge
matigden vorm. Misschien denkt iemand, dat
door deze bescherming van „het bezit" de
Paus partij kiest voor egoïstische groot
kapitaalbezitters. Hij zij gerust gesteld:
„Evenmin kan het Christelijk geweten
die systeemen aanvaarden die het privaat
eigendomsrecht erkennen op grond van
een totaal valsch begrip ervan (die nl.
de gemeenschapsverlichtingen, die erop
rusten, voorbij zien. Red.) en daarom
strijdig zijn met een ware en gezonde
sociale orde. Bijgevolg, waar b.v. het ka
pitalisme gebaseerd is op dergelijke val-
sche begrippen, als daar zijn het zich
aanmatigen van een onbeperkt eigen
domsrecht zonder eenige ondergeschikt
heid aan het algemeen welzijn, heeft de
Kerk het veroordeeld als strijdig met de
natuurwet".
Maar daar komen wij over eenige dagen
op terug.
F. BASTIAENSEN
Het nieuwe Kerkelijke Jaar begint met de
Advent, de voorbereidingstijd tot het Kerst
feest, de verjaardag van Jezus geboorte, de
herinneringsdag van Zijn eerste komst ter
wereld. Zijn tweede komst is ten oordeel, en
de derde komst is de geestelijke geboorte
van Christus in de harten der geloovigen, on
ze wedergeboorte in Christus. De viering van
het jaarlijksche Kerstfeest moet de geestelijke
geboorte van Christus in ons hart bewerken
en ons aldus voorbereiden op Zijn komst ten
oordeel.
De Advent is 'n tijd van droeve herinne
ring en blijde verwachting; hij herinnert ons
aan het grootste ongeluk der menschheid, haar
zondeval en zedestraf, maar tevens aan haar
grootste geluk, de Menschwording van Gods
Zoon en de Verlossing door Jezus Christus.
In deze tijd moeten we boete doen voor
onze, en anderer, zonden; daarom laat de H.
Kerk bij herhaling de prediking van Joannes
de Boetgezant ons hooren. We moeten inge
togen, ernstig trouwe plichtsbetrachting oefe
nen, en met grooter ijver de zonden mijden.
Het beeld van het Kindje Jezus moeten we
ons voor de geest plaatsen en ook trac'^'en
Jezus leven in onze daden uit te beelden. De
profeten van het Oud-Verbond Ieeren ons
met hun bezielde taal te smeeken: „Rorate
coeli desuper, et nubes pluant justum", Dauwt
hemelen van Boven, en gij, wolken, regent
den Gerechte; we moeten verlangen herboren
te worden in Christus.
De weg naar ware uitkomst wordt ons hier
gewezen, juist in deze ongelukkige tijden, nu
elders geen uitweg is te vinden. We zijn ech
ter menschen, en behoeven sterke prikkels, om
de juiste wegen te volgen; de H. Kerk weet
dat; en daarom brengt ze ons de verschrik
kingen van het Oordeel in herinnering. De
Majesteit, wijsheid en Voorzienigheid Gods,
hier zoo vaak door dwaze menschenwaan ge
minacht, zullen dan als hoogste glorie schit
teren; goeden en deugdzamen, nederigen en
verachten zullen dan door God zelf tegenover
boozen worden aangeduid als de eenigen, die
aan de voorwaarden voor eeuwig heil vol
doen; alle kuiperijen en slechte kunstgrepen
zullen worden te schande gemaakt voor de
genen, die zich hebben afgemat op de weg der
ongerechtigheid en moeilijke wegen hebben
bewandeld; maar die de weg des Heeren niet
hebben gekend.
Heel ons leven is 'n groote Adventtijd! We
wachten de komst van O. H. Jezus Christus,
onze Rechter. Moge ons leven zoo zijn inge
richt, dat het 'n ware voorbereiding is, die
komst gerust te kunnen tegemoet zien. Smee
ken we die groote gunst af van het Godde
lijk Kind van Bethlehem.