vcsn Noordbrabant
Dogblad
Richtlijnen van ons beleid.
STRIJD OH GRODNO.
Naat db nieuwe Gemeenschap,
KORT NIEUWS:
W «SftflMDflö ïïi Whl 1844, m, MOM» I BLM>
geheels jpplafie JfiO/iut»-„<ieo!om mm.. 2.W. elke mm moer $0 e adv van plaaisd
«W' AM-»-— lT8 r> j&qrd ült N.-8r. ults»..Br. ed. resp. f 1.70 en li ct.. ld! Zeeuwsche ed. tesp 80 c. en 8 c. Reel
,a~(^(ffi.nij'vfcE/ ilnare*» ri^l^li3 ra tt(£»P ®i« la'^let. insencLrpp adv., welke de uitgevers te hunner beoordeeling niet verlangen
mm r—,^ffffico''nocn^'teruggegeven. noch aan de .fnrendei-s van adv, uitgeleverd
NEERLANDIA-PERS 84» JAARGANG B
Abonnementen btnneniatuT bij vooruitbetaling per UwariaAt-/ iM, ftfoncO per post*/
(ber wéék (uitsluitend bljalef-posibestelltng» 21 cent Losse i'.ummërb 6 cent. Boiyljsmiro^
«mcrs 6 cent Bijkantoren te: Roosendaal,. telefoon 24BO: Beiget\ op Zoom. tqletoon_5?Ê
Waalwijk, telefoon 22fl;Coea. telefoon 2*36:-Huls*, .tetefoon t05t getschtlnt elkeq
Mede op voorstel van ondergeteekende hebben Commissarissen en
Directie van de N.V- Uitgevers-Maatschappij Neerlandia op 16 Augustus
1941 voor haar drie dagbladen: Limburger Koerier, Maastricht, Dagblad
van Noordbrabant, Breda, en Utrechtsche Courant, Utrecht, de volgende
richtlijnen vastgesteld:
„Als uitgaven van de N.V. Uitgevers-Maatschappij Neerlan
dia te Utrecht moeten, ingevolge hare statuten (bijlage Nederl.
Staatscourant d.d- 18 September 1930, nr. 181) de door deze N.V.
uitgegeven dagbladen (hierna ook wel te noemen „Neerlandia-bla-
den" of „Neerlandia-Pers") zijn Nederlandsche Roomsch-Katholieke
dagbladen.
NEDERLANDSCffi
De redacties zullen ijveren voor het welzijn van het Neder
landsche volk in geestelijk en materieel opzicht en naar beste ver
mogen streven naar een goede volksgemeenschap. Ook zullen zij,
zoo mogelijk en in alle geval binnen de perken van de vrijheid,
welke het burgerlijk gezag toelaat, opkomen voor de zelfstan
digheid der Nederlandsche natie met zooveel mogelijk een eigen
staatkundig, cultureel en sociaal-economisch leven. Beperkingen op
dat eigen leven worden slechts gerechtvaardigd geaeht, in zooverre
ze dienstig zijn aan het werkelijk heil van de samenleving der
Europeesche volkeren, waarbij dan gestreefd worde naar behoud
van het blijvend waardevolle, hetwelk voor het Nederlandsche volk
reeds is bereikt. De redacties zullen uit hare kolommen weren alles,
wat de rechten van het Nederlandsche volk op geestelijk en stoffe
lijk gebied of wat de eer van dat volk zou kunnen aantasten. Het ge
zag der burgerlijke overheid zullen zij steunen, mede zoo noodig
door opbouwende critiek-
ROOMSCH-KATHOLIEKï
Niet enkel in leiding-gevende artikelen, maar ook in de be
richtgeving en het cultureel gedeelte van den inhoud, moeten de re
dacties de katholieke gedachte positief trachten te bevorderen, na
tuurlijk zonder opdringende opzettelijkheid. De redacties zullen uit
hare kolommen weren alles wat schadelijk moet worden geacht aan
het katholieke geloofsleven.
Alle redactieleden hebben zich onvoorwaardelijk te richten
naar de uitspraken van de Roomsch-Katholieke Kerk op het gebied
van geloof en zeden. Zij zullen niets mogen opnemen, wat hiermede
in strijd is."
Deze richtlijnen blijven ongewijzigd gehandhaafd en dienen ook
verder voor de drie dagbladen van Neerlandia tot richtsnoer van het-
redactioneel beleid.
HUGO VAN DEN BROECK,
sedert 1936 Hoofdredacteur
van de Neerlandia-Pers-
REMBKANDT-DAG TE
AMSTERDAM.
dr. Jan de Vries ontvangt
de Rembrandt-legpenning.
AMSTERDAM. (A.N.P.) Het departe
ment van volksvoorlichting en kunsten heelt
ter herdenking van den geboortedag van
onzen grootsten schilder een Rembrandt-dag
georganiseerd, die door de omstandigheden
aan beperkingen was gebonden en geen mo
gelijkheid overliet om de werken van den
meester in het licht der belangstelling te
plaatsen maar eens volgens departementale
bedoeling zal moeten uitgroeien tot een
schoone. natuurlijke traditie.
In een plechtigheid in de aula van het
Koloniaal-Instituut te Amsterdam vond de
Rambrandt-dag een ziiner hoogtepunten.
Hier hield de wnd. secretaris-generaal jhr.
mr. S. de Ranitz een rede. waarin hU om.
zeide:
Nadat ons volk in 1940 den greep van de
wereldgeschiedenis aan den lijve had gevoeld,
toen het was opgeschrikt uit een periode van
rust hebben vele Nederlanders hun belang
stelling gericht naar het verleden.
Wanneer wii het leven van Rembrandt
overblikken, treft ons zijn volharding, zön
strijdvaardigheid onder alle omstandigheden,
ziin trouw aan zichzelf en zijn aard.
Na een verdere beschouwing over Rem
brandt's leven en werk en over de verdere
Nederlandsche schilder- en letterkunst, ging
de rede als volgt verder:
Ons volk van dien tijd was toonaangevend
op elk gebied. Nederlanders waren op alle
terreinen leidinggevend. Vooral daar pres
teerden de Nederlanders iets uitzonderlijks
waar zij Individueel hun geestelijke daacf-
kracht tot uiting konen brengen: in natuur
wetenschappen de medische wetenschap, de
schilderkunst, op het gebied van handel en
zeevaart, bouwnijverheid en ambacht.
De geweldige kracht, welke ons volk ont
plooide en welke nog lang stand hield, nadat
de splijtzwam reeds werkte is slechts te ver
klaren, doordat ons volk een groote nationale
strijd had gevoerd, welke het zelfbesef en
het gevoel van eigen waarde deed rijpen.
Deze strijd ging om een gêheel nieuw begin
sel, hetwelk men heden zou noemen het
beginsel van het zelfrespect van de natie.
Ons volk dat in dezen strijd alleen stond en
niet geholpen werd. vond in dezen strijd zijn
kracht. Maar zoodra de spankracht van dezen
strijd verminderde, openbaarden zich de ont
bindende factoren.
Sinds het einde van de vorige eeuw be
speuren wii overal teekenen van opleving,
inaar zoo verklaart jhr. de Ranitz in het
vervolg van zijn betoog het is slechts een be
trekkelijk kleine groep, die deel heeft aan
het scheppend eeme, dat steeds nog ln Ne
derland leeft.
Langzaam rijpt de gedachte, dat ons volk
slechts dan wederom tot een werkelijk volk
kan worden indien het niet langer binnen
de omheining blijft leven doch een actief
medestrijdend en medebouwend deel wordt
van een grootere volkerengemeenschap. Ik
ben er van overtuigd, dat de gezonde zoo
uiterst waardevqlle krachten welke in ons
volk leven, eerst dan tot ontplooiing kunnen
komen wanneer ons volk zlin plaats verover*
zal hebben in de gemeenschap van Germaan-
sche volkeren en van geheel Europa.
De taak van den staat ten aanzien van de
cultuur kan slechts een helpende zlin. De
staat kan nimmer een nieuwe cultuur doen
ontstaan. De staat kan er slechts toe mede
werken, dat schadelijke Invloeden bestreden
worden, invloeden welke vreemd zijn aan
onzen volksaard of louter commercieele
invloeden, welke elk cultureel streven in de
kiem kunnen smoren. De staat kan ook
waardevolle cultuuruitingen stimuleeren. Als
zoodanigen stimulans moet ook gezien wor
den de Rembrandt-legpenning,
In deze cultuurwende neemt voor ons volk
prof. Jan de Vries een geheel eigen plaats
in. De toekenning van den Rembrandit. leg
penning aan prof. Jan de Vries geschiedt
niet uitsluitend vanwege zijn buitengewone
wetenschappelijke en cultureele verdiensten
doch ook, omdat prof. Jan de Vries ln zijn
werken ons volk den weg wijst en het resul
taat van zijn arbeid ook steeds aan ons
volk brengt. Zijn werk is stellig volksverbon
den. hij is niet alleen een man van weten
schap en cultuur doch tevens een volks
voorlichter.
Na nog een kort overzicht te hebben ge
geven van het werk van prof. Jan de Vries,
heeft jhr. de Ranitz dezen geleerde aan het
einde van zijn rede de Rembrandt legpen
ning overhandigd.
Ook prof. dr. G. A. S. Snijder president
van den Ned. Kultuurraad heeft bij deze
gelegenheid een rede gehouden, waarin hii
er op wees. dat de onsterfelijke en onver
gankelijke dienst die iedere groote ziin volk
bewijst is wegwijzer te zijn tot het eigen
volk en geestelijk trefpunt met andere vol
ken Zoo Is Rembrandt ook voor ons nog sym
bool en wegwijzer tot ontvouwing van krach
ten. die in ons leven en die in ons gelegd ziin
van onder op ouder.
De belangstelling van officieele zijde bij
deze plechtigheid was groot. Men zag om.
ir. Mussert en mevr. Mussert, den secretaris
generaal van het departement mn Justitie,
prof, drf Schriecke en den gevolmachtigde
vah den Rijkscommissaris voor de stad Am
sterdam dr. Schroeder.
In het kader van de Rembrandtweek werd
door de Ned, Kultuurkamer ln het Riiksmu-
steum een tentoonstelling geopend van
Strijd ook aan het zuidelijke front
in het Oosten. - Zware gevech
ten in alle sectoren, - D»s-
tancieering bij Arezzo.
Nieuwe strijd bij Caen.
HOOFDKWARTIER VAN DEN FUEHRER
16 Juli (D.N.B.) Het opperbevel van de
weermacht maakt bekend:
„In Normandië zijn hevige Britsche
aanvallen op een Duitsche heuvelstelling
ten zuidwesten van Caen met zware ver
liezen voor den vijand ineengestort. Een
tijdelijke penetratie werd in onverwijlden
tegenaanval opgeheven. Sterke Amerikaan-
sche aanvallen mislukten bij St. Lo, Pont
Hebert en aan den weg CarentanPériers,
waarbij talrijke tanks werden stukgescho
ten. Op een penetratieplek ten westen van
de Vtre duren de verbitterde afweerge-
veehien nog voort,
In het westelijke deel van het schiereiland
Cherbourg werden verscheidene aanvallen op
onze nieuwe stellingen afgeslagen. Strijd
krachten gevechts- en slagvliegers vielen
vijandelijke troepenconcentraties alsmede
bezette plaatsen en vliegvelden ln het lan-
dingshoofd met goede uitwerking aan.
In de gevechten om Caen hebben zich de
negende SS-pantserdivisie „Hohenstaufen",
onder bevel van SS-Standartenfuelirer
Stadler en de tiende SS-pantserdlvisie
„Frundsberg" onder bevel van den SS'Ober-
fuehrer Harmei tezamen met troepen van
het leger door bijzondere dapperheid onder
scheiden. In verdediging en aanval brach
ten belde divisies den vijand zware verliezen
toe aan menschen en materiaal. Daarbij
werden door deze divisies tezamen 140 tanks
stukgeschoten.
Het zware vuur der V 1 op Londen duurt
voort.
De groote afweerslag in midden-Italië
woedde gisteren met bijzondere hevigheid
in het gebied van Peccieli en Arezzo. Na een
verbitterden strijd hebben onze troepen zich
hier naar nieuwe heuvelstellingen gedistan-
cleerd. Aan den Tiber zijn verscheidene
vijandelijke aanvallen mislukte, terwijl in
het gebied van Sassoferrato de vijand door
succesvolle plaatselijke ondernemingen van
onze bergtroepen gevoelige verliezen leed.
Vechtveerbooteri van de Duitsche marine
beschadigden in de wateren der uitmonding
van de Arno verscheidene Britsche torpedo-
motorbooten.
In de strijdgebieden van Tarnopol en
Loet.k sloegen onze divisies de door sterke
panfunrtrüdknwilten ondersteunde aan
vallen der bolsjewieken af. In een tegen
aanval werden enkele penetratieplekken
met vernietiging van talrijke tanks opge
heven of verkleind.
Tusschen Pripjet en Njemen alsmede bij
Grodno hebben onze troepen in hevige ge
vechten doorbraakpogingen van den vijand
verijdeld. Ten westen van Wilna zijn aan
vallen van Sovjet-Russische verkennings-
strijdkraohten mislukt. In het merengebied
ten zuiden van de Duna zijn bolsjewistische
aanvallen met zware vijandelijke verliezen
ineengestort.
Ten noorden van de Duna sloegen onze
troepen in verbitterde gevechten talrijke
aanvallen der bolsjewieken af en brachten
den vfjand zware verliezen aan tanks toe.
Op een penetratieplek duren de zware ge-
veohteu voort Eskaders slagvliegers brachten
den vijand zware verliezen toe aan men
schen en materiaal.
In den centralen sector van het oostelijke
front werden overdag en des nachts 83 Sov
jet-Russische vliegtuigen vernietigd. Lichte
Duitsche zeestrijdkrachten brachten ln het
oostelijke deel van de Finsche Golf een bols-
jewlstischen mijnenveger tot zinken schoten
een tweede vaartuig in brand en beschadig
den twee patrouilleschepen. Voor de kust
van noordelijk Noorwegen brachten beveili
gingsvaartuigen van een Duitsch konvooi
twee Sovjet-Russische torpedomotorbooten
tot zinken en maakten krijgsgevangenen.
Engelsch-Amerikaansche bommenwerpers
vlogen Roemenië binnen en wierpen bom
men op lietr gebied van Ploesti. Strijdkrachten
der Duitsche en Roemeensche luchtverdedi
ging vernietigden 12 vijandelijke toestellen.
In den afgeloopen nacht wierpen afzon
derlijk vliegende Britsche vliegtuigen bom
men op het gebied van Berlijn en op het
Rijnlandsch-Westfaalsche gebied".
schilderijen, teekeningen, etsen en beeld
houwwerk, voortgekomen uit gewestelijke
tentoonstellingen die in ons land ziin ge
houden.
Bijzondere bijeenkomsten in verband met
de Rembrandtweek vonden verder nog plaats
tie Den Haag, Maastricht en Groningen.
Te Amsterdam is m het kader der Rem
brandtweek een tentoonstelling van schil
derijen en beeldhouwwerk geopend.
Vrijdagavond werd te Utrecht in aanwe
zigheid van een aantal vertegenwoordigers
van wetenschap en cultuur nog een kleine
bijeenkomst gehouden, waarop ir. Mussert
een korte toespraak hield en o.m. het ver
schil tusschen bolsjewisme en nationaal-
socialisme op religieus en cultureel gebied
naar voren bracht. Voorts betoogde de Lei
der, dat de staat nooit cultuur kan schep
pen dat de staat echter tot taak heeft de
voorwaarden, waaronder de cultuur kan op
bloeien zoo gunstig mogelijk te maken. Ten
slotte dankte de Leider de aanwezigen voor
hun arbeid op cultureel en wetenschappelijk
gebied in het afgeloopen jaar.
i.
De Maatschappij was een chaos,
(N.P.). Wat dunkt U is dit te sterk
uitgedrukt?
Laat men dan eens terugdenken aan de
elkaar voortdurend opvolgende economische
crisissen, die het maatschappelijk leven on
ophoudelijk teisterden. Aan de laatste dier
crisissen vooraldie in 1929 met een beurs -
paniek in Amerika begon en in 1940 nog
steeds geen eind had genomen. Die ook geen
eind meer nemen kon, omdat zij van het
liberaal-kapitalistisch stelsel, dat reeds lang
ernstig ziek was, de definitieve ineenstorting
en doodsstrijd beteekende.
Laat men eens terugdenken aan de schrik
kelijke gevolgen, die deze laatste fase van het
liberale kapitalisme had voor letterlijk alle
Nederlandsche bevolkingsgroepen! Aan de
permanente werkloosheid van meer dan
300.000 huisvaders bijvoorbeeld. Aan de stof
felijke ellende, waaraan hun vrouwen en kin
deren ten prooi vielen, maar ook en dat
waarlijk niet in de laatste plaats aan den
moreelen nood van tal van krachtige man
nen, nutteloos opzij geworpen, voortlevend in
het beschamend besef, niet eens tot vervul»*-
ling van hun eerste levensplicht in staat te
zijn: het levensonderhoud der hunnen zélf te
verdienen!
Laat men eens terugdenken aan het leed
der meer dan honderdduizend jonge men
schen, die, zonder eenig uitzicht op arbeid,
reeds in den aanvang van hun Zeven geen
toekomst meer voor zich zagen. Aan den
wanhopigen toestand van boeren en midden
standers, kleine ondernemers en ambachts
lieden, intellectueelen en kunstenaars; aan
den voortdurenden achteruitgang onzer in
dustrie alles het gevolg van het steeds stij
gend koopkrachtgebrek der groote massa.
Aan de „aanpassings"- en „versoberings"-
politiek eener kortzichtige regeering, die het
bedrijfsleven steeds meer deed verkommeren
en daardoor ons volk steeds dieper in het
moeras voerde. Aan de voortdurend toene
mende productiebeperkingen, en erger nog
aan den waanzin der voedselvernietiging,
terwijl doch de behoeften grooter waren dan
ooit. Aan de afslachting van waardevol melk
vee in een tijd, waarin de jeugd der groote
steden op bedenkelijke wijze ondervoed raak-
te. Aan de moderne slavernij der werkver
schaffingen. Aan de machteloosheid van po
litieke partijen en openbare lichamen, die on
danks hun breedsprakigheid den algemee-
nen neergang in geen enkel opzicht wisten
tegen te gaan. Aan de verspilde energie van
tal van welmeenenden in den lande, wier be-
langelooze inspanning zonder eenig resultaat
bleef. Aan den haat en nijd en den onder -
lingen strijd tusschen personen en volks
groepen, die van dit alles het noodlottig ge
volg was....
En roep U dan voor den geest, hoe dit alles
geschiedde in een wereld, die niet gebukt
ging onder de beperkingen van den oorlogs
toestand, maar die in vollen vredestijd uit
puilde van overvloed!
Een chaos?! Een heksenketel was ons
maatschappelijk leven geworden! Het was
letterlijk, om een oud-vaderlandsche uitdruk
king te gebruiken, of de duvel ermee speel
de! Alle booze machten der onderwereld sche
nen met de levensbelangen van ons volk een
boosaardig spel te spelen. Opnieuw was een
tijdperk in onze geschiedenis aangebroken,
waarin de regeering radeloos, het volk re
deloos en het land reddeloos scheen.
Ja, wat was van dezen noodlottigen toe
stand wel de oorzaak?
Het gebrek aan bevoegde, daadkrachtige
en doelbewuste leiding van bovenaf.
Het gemis aan een regeering met gezag,
met autoriteit dus.
De gebondenheid onzer volkshuis-
houding aan een liberaal-kapitalistische
w e r e 1 d-e c o n o m i e, die uitsluitend ge
richt is op de winstkansen der internationale
geldmacht en die met de behoeften der af
zonderlijke volken geen rekening houdt.
De dwaze verheerlijking van het b e zit;
de meening, alsof dit alleen bron van wel
vaart zou zijn, en daartegenover de vernede
ring van den arbeid tot doode koop
waar.
De overdreven beteekenis, gehecht aan het-*
goud
Het ontbreken van saamhoorigheidsgevoel
bij de Nederlanders in het algemeen.
Het is, alles bijeengenomen, eigenlijk een
heel complex van oorzaken, welke den
maatschappelyken chaos hebben veroorzaakt,
die land en volk aan den rand van den on
dergang bracht.
Alles bijeengenomen echter spruiten zij
voort uit dien éénen, enkelen grond: het to
taal ontbreken van het inzicht, dat een volk
een gemeenschap vormt, die slechts
door georganiseerde samenwerking
welvaart voor allen scheppen kan en die dus
niet door onderlingen s t r ij d mag wor
den verdeeld.
De dood van Ed Herriot wordt tegengespro
ken. (Int.)
Georges Mandel, de voormalige minister van
Frankrijk, is op weg naar een Fransch inlernee-
ringskamp gedood. (Int.)
Heden moet verduisterd worden van 22
uur tot Dinsdag 5.45 uur. Maan onder
18.30, op, Dinsdag 3.30. Nieuwe Maan;
Donderdag 20 Juli.