fjclioijgnu iiumisliniV'. ®r$) J. UuiktuS E. VERBTJRG, Uitgevers. ABONNEMENTS-PRIJS. Voor IJ jaor - - - Voor con juar - - - - Voor zeu maanden - Voor lirio maanden. - - - - $2.00. - - - - 1,50. - - - - 1,00. - 0,50. MOTTO: Do tul, die zalige oudera spraken, Zal die een deugdzaam kind verzaken? Neen, Broeders Landgenooten neon Reeds snoeren ona do hochtste banden. Leest slechts de (aal der Nederlanden, Eb niets rukt ooit dien band ran «en Verschijnt eenmaal per week. PRIJS DER ADVERTENTIES. Voor re li janr. niot bovon de 5 re gris - - - 5,00. Boven 8 tot 16', regol*, voor de eerste .pluttbüug - l.tilj. Voor 8 regel» ot' «under, dito ------- Voor elke. volgende plaatsing - - - Alles volstrekt in vooruitbetaling. Brioven cn ingezonden atnkke* trance. 4* JAARG. NO. 10. DINGSDAG, 8 MAART 1853. NO. 166. <£enig orgaan öcr JJcöedanbcrs in ^Coorb Amerika, aan Ijet nientos, ben tocsfatib en be belangen oan Ijct ®nbe cn Sïïcnme Oabcrlanb getpijï» HOLLANDSCH LOGEMENT- WISCONSIN HUIS. 8ste btrnat Sheboygan. Vrenfieljko boiiening en billijke prijzen, verzekeren mij de gunst inircer geeorde bezoekers. H l JOSEPH SCHRAGE. WARREN HOTEL. iOo" ondorgeteokeridè rocominandeort zijn voor Heo- ceu eh Dames wel ingerigt LOGEMENT, stnaude in fcet levendigste gedeelte dezer plaats, in de gunst vau afiè reizigers. WARREN HILL. Dr. L. C. E- SuHtjSSLEE, ifcü.iarncmcnö (Üonsnl bcr SCcdcrltmbcn. voor den Staat Wisconsin, Hurzi.'iud, Waukesha County, wis. lij 143 E. E. TOEWATER, (ffonsnl bcr ütcbcrlanbcu. Vont Iowa, Missouri et Illinois, Belast zich met hel npuiakeu van alle stukken voor NedorJ ud. het iucasscreu aldaar ot' hel overmaken van gdiJun derwaarts. Aantoor: No. 178 second str.sL Louis, Mo. ~sfÏÊ®WSïST Staatscommissaris van Emigratie voor Wisconsin. Kantoor, 110 Grcenwicli-strant, New-Vork. O/ie.n. van enorm-. 9 tot namiddg 5 ure. Korte beschrijvingen vnn den slaat en mondelinge Tiiedeilccliiigen ïiitechto bronnen worden op lnst van hot St-intshestuur door deii Commissaris bereidwillig en kosteloos oan de Landverhuizers tnedcgedceld- 0BE32AAR NOTARIS. .T. D. GIBBS van den Gonverneur van Wisconsin •le benoeming van NOTARIS ontvangen hebbende, beveelt zich lil de gunst der Hollav.dsche bevolking ann tot hel schrijven van Deeds. Mortgages^ Contracten, •enz. 'enz., cn liet f.egaliseren vnn allerhande stukken «Jie zulks voreisohen. Komt in hot Postkantoor. Gibhsville. 27 sept. i8.">2. n 143 W R GORSLTNE. Advokaat en Regts-Ruadgever. KantoorSste straat Sheboygan, wis. DOCTOR ALBERTI, 'Genen»-, Heet-, 1'eelnsktintlige cn Tandmeester. Naast het Wiscousin-Hnis, Shcboygnu, Wrê. ER WORDT VERLANGD. Koren, Haver, Rogge, spek. Aardappels, Dakspo iler enz. enz., in ruiling voor tenen grooton voorraad Nieuwe Goedoren, in mijn vroegere winkel, tegenover A. P. Lvninii: icïtmis 4 sectie LAND. hetwelk eenig- lichiMiwd is. Goederen zeer goedkoop voor con tant «cld. H. W. CHAMBERLAIN, ishebeygv» 6 Nov. 1851. W. w. KING. Handelaar ia het groot en klein in Ijzerwerk en IJzer, Glos, Spijkers, iSmid's-, Timmerman'»-, Kuiper's-, I Metselaar'»-, wagonmnker's- en on- Idere Gereedschappen,Bulk een good Assortment als in hel westelijke Land gevonden wordt. Sheboygan, 10 Mei 1850. nO SHEBOYGAN DROGISTEBIJ BOEKWINKEL, Xuordiyilé Do ondergetekende roept niet achting de attentie in v "i diegenen, welke Drogisterijen, Meilicijnou, Patent Mciiicijneu, lioeken, enz. behoeven. Zijn assortment groot, en al do verschillende artikelen zyn mot bijzon dere zorg uitgezocht, voor de Ithoeuen dezer plaats. Hij Beeft een gmnl assortment Patent. Medicijnen nan de iiund; on vele van de meest in gebruik zyude, zyu te knup.iu het groot en Uloi». Siicboygaii, 19 Nov. 1849. LA1NG DAVIS. TIJD 18 GELD- Tlmns heb ik liet genoegen ann mijne geachte vrienden, zoo Hollanders als Duitschers en Amerikanen, te annon ceren, dot ik mij alhier gevestigd heb als HORLUGIEMAKER. en wel «chuius over het Wiscousin Hni9, waar ik tón allentijde te vinden zal zijn ter reparering vau Pen- Tijd is gold" en dps aan niemand den waren tijd tal kunnen ge vau zotuler geld- Sheboygan, 15 Juiiij 1852. P. SOUFFROUW. B0SCHLAND TE KOOP. Tachtig akkers Goed Laud, nog in zipian wildon lialuurétattt, worden hierbij voof eenen billijken prijs to koop aangeboden; hetzel- o Ibu ongeveer 4 niïjlen van Amsterdani, in de bloei- jende Hollandsche nederzetting dezer Comity. Adres aan den eigeniar J- QUINTUS. Wissel-Kantoor, Voor Buiten- en Binnenlandsche wissels. WisselH op zigt iop New-York. Ook gangbare wissels op de voomaamBte Europesche. «loden. Op Rnitschtand Nederland. ,M J. Langs. Sons, Widon Co. Bremen, Goll Se. Co.. Amsterdnm, JGoll Se. Zonen. Frankfort aan den Main, Mendelssohn Berlholdy. Hamburg, Mendelsohn Se. Co., Berlijn, ten allen tijde te koop bij do ondereetoekemlen. Gr\kdRxrrns.'Mich., BALL BABCOCK. 14 Angns. 1852. hjnl37 Buiten- en Binnenlnndsch Wisselkantoor en Spnarbnnk, Passage .Biljetten von. Liverpool on Bre men le, koop bij BALL BABCOCK. loU te Grand Ropide, Mieh. Dc Arme Edelman. Voor den Sheboygan Nieuwsbode bewerkt, door N. W. A. van Catz Smallbnbitkg. Vervolg van no. 8. Den tweeden dag na de afreize zijns ooms be zocht Gustaaf weder den Grinselhof. Hij werd van vader en dochter met dezelfde genegenheid ontvangen en bragt het grootste gedeelte des middags in bun gezelschap door, en keerde bij bet vallen des avonds, het hart vol aangename herinnering, terug naar deD Eikelhof. In deD eersten tijd waagde hij hel niet zich te dikwijls op den Grinselhof te laten aanmelden, hetzij uil welvoeglijkheid, hetzij uit vrees den edelman lastig te worden; doch reeds in de twee de week had de vriendschap des edelmans deze .gedachte uit zijn binnenste verdreven. De jon geling wederstond niet langer het verlangen dat hem naar Lcnora trok en liet nu geeneu dag voorbijgaan, dat hij den middag niet op den Grin selhof doorbragt. Daar genoot hij de snel voorbijgaande uren in stil geluk. Hij wandelde met Lenora cn haren vadc-r door de beschaduwde paden des tuins, woonde het onderwijs bij dm dp edelman zijne dochter in vele wetenschappen en kunsten gaf; luisterde mei genoegen naar de stem van het ü)c:sje wanneer zij haar gezang door hetgeboom te liet schallenvoerde met beiden geleerde ge sprekken, of zal in gedachten verzonken onder den kastanjeboom aan eene gelukkige toekomst denkende; terwijl hij met li.-fdevolleu blik liet meisje aanzag, die ten gevolge hei hoopvolle ge bed, dal bestendig uit het bimn-nsie zi|ns harten tot God opsteeg, eens zijue bruid worden zoude. Had het edele uitzigt van het meisje den jon- geliug ingenomen toen hij luiar voor de eerste maal zag, zoo leerde hij ook nu de schoonheid harer ziel kennen, en zijne liefde was daardoor zoo innig en grenzeloos geworden, dut alles rond om hem glanzeloos en duister scheen, wanneer Lenora niet daar was, om door hare tegenwoor digheid in zijne oogen het omringende met licht en leven le bestralen. Voor hem konde zelfs met de hoogste ideen der poezij diets schooner zijn dan zijne jonge vriendin. En inderdaad, terwijl zij beschonken was met alle ligcliamelijke schoonheid, klopte in haren boezem een hart, welks reinheid nog nimmer door den minsten ademtogt van het wereidscbe be droefd was, en uit hetwelk bij de minste oorzaak, innig gevoel als uit eene heldere bron ontsprong. Nog nimmer had zich Gustaaf met Lenora alleea bevonden, wijl de jonkvrouw in zijn bijzijn nim mer de kamer verliet, waar zij zich gewoonlijk met baren vader ophieldtenzij dal deze zelve den wensch uitte, in de vrije luent te gaan wan- delendoch nimmer was in het gemoed des jon- gelings de wensch opgestegen, ziju gevoelens voor den heer van Vlierbeeke te verbergen of Lenora te zeggen hoezeer zij zijn hart bi-hecrschte. Uiei zoude liet nutte ons geweest zijn met woorden le verklaren, wal in ieders gemoet om ging; liefde, vriendschap, achting, straalde onbe wimpeld en vrij uit aller ongen; drie zielen leef den hier ineen, omsloten door een en denzelfden band, versmolten in een on liet zelfde gevoel ;der genegenheid en der hope. Hoewel Gustaaf voor Le nora's vader eene die pe achting gevoelde en hem waarlijk nis zoon beminde, was er toch iets hetwelk dikwijls zijne hoogachting scheen te willen tegenstreven. Wat hij builen den Griuselliof viiu de onbegrijpelijke gierigheid des bieren vau Vlierbeekc had hooren verhalen, was nu voor hein eenq ontegenzeggelij ke waarheid geworden. Nog nimmer had de edelman hem een glas wiju of bier aangeboden, eveuniin hem ooit tot liet avondeten uitgenoodigd, en menigmaal had Gustaaf met droefheid bemerkt, welke moeite men aanwendde om deze voorbeeldelooze gierig heid te verbergen. Gierigheid is iets dat niets anders dan afkeer cn spot te weeg brengen kan, dewijl men natuur lijk begrijpt, dat dit kwaad, bjj zijn ontstaan reeds, in het menschelijk Imrt alle edelmoedig- huid uitroeit en hetzelve met eene ijskoude heb zucht vervult. Ook muest Gusiauf lung tegen zijn gevoel kampen, om zijne opmerkzaamheid van dit geberk des heeren vanVliurbaeko afteweu- den en zich te overtuigen, dat het eene grille was, een eeuig verkeerd gevoel des harten, die Item niets van den hem aungeborenen edelmoed deed verliezen. Had de jongeling slechts de wuHrheid gewetenHad hij met den blik slechts dieper in het hart des edelmans kunnen dringen, hij zoude gezien hebben, dat achter ieder lachje opzijn anngezigt eene smart verborgen lag; dat iedere zenuwtrekking, die hem dikwijls als eene verschrikking aangreep, de angst zijner ziel wil de verradeu. Hij wist het niot, de gelukkige, die in de oogen van Lenora den gouden schat der liefdedronk, dat het leven des edelmans een bestendig lijden was; dat hij nacht en dag van- eene ontzettende toekomst droomde, en met angst zweet op het gelaat de uren telde, die verliepen, als of iedere minuut hem een gevreesd, ouuf- wendbaar ongeluk nader hrijgt En inderdaad, had de Notaris hora niét gezegd? Nog vier ïuuandeu! nog vier nutauden en de schuldbrief vervalt. Dan zullen uwe goederen volgens de wet worden verkocht? Van deze vier droevig, maanden waren reeds twee voorbij. Wanneer do liefde des jougeliogs den edelman scheen to bemoedigen, dan was dit niet alleen uit vriendschap tegen hem. Neen 1 zijn lijden moest in eenen bepaalden tijd afloopen. Zoo niet, zoo wachttehem. en zijn kiud eene openbare schande. Het lot ging onophoudelijk voort en zoude in korten tijd doen zien, of hij in den tienjarigen strijd overwinnaar blijven of over wonnen in den algrond van openlijke schande noderstorten zoude. Daarom verborg hij zijne armoede roet groote hardnekkigheid en hoewel hij als een bescherm engel over de beide jonge lieden waakte, deed hij 'toch niets om de haastige ontwikkeling, der liefde in hen tegen, te gaan. Toen de tijd der terugkomst van den heer De- necker allengs naderde, schenen de twee maan den zijner afwezigheid voor Gustaaf als een zoete droom vervlogen te zijn' Hoewel hij 2ich bijna verzekerd hield, dat zijn oom zich niet te gen zijne liefde verzetten zou, zag bij toch voor uit, dat hij hum niet zoude veroorloven zoo veel tijd van dc bezorging der handelszaken te laten verloren gaan. De gedachte, welligt weken lang van Lenora verwijderd te zijn, maakte, dat bij met angst de terugkomst zijns ooms te gemoet zag. Eens sprak hij tegen Lenora met droefheid zijne vrees uit, en schilderde de smart, die bij de verwijdering van baar zijn hart vervullen zoude. Tranen bolden het meisje over de wangen. Hij werd door dit bewijs van innige liefde zoo ge roerd, dat bij stilzwijgend bare hand greep en lang sprakeloos naast haar zilteD bleef. Intus- schen trachtte van VJierbeeke hen te troosten; doch zijne woorden schenen hunne bestemming uiet te hereikon. Naeenigen tijd nam Gustaaf afscheid van Le nora, hoewel het gewone uur van zijn vertrek nog niet verschenen was. Zij verzocht hem te blijven, doch vriendelijk wees hij dit verzoek af, zeide haar echter, dat zij morgen de reden daarvan zoude vernemen, en verliet daarop den Grinselhof met haastige schre den, alsof eene ijlende gedachte hem vervolgde. Van Vfierbceke meende in de oogen des jonge- lings gelezen te hebben wat in'zijn binnenste om ging. Deze n icht verzoetten eenige schoone droomen zijnen slaap. Des anderen daags klop te, toen het uur van Gustaafs komst naderde, het hart des vaders in hoopvolle verwachting. Spoedig daarop zag bij den jongeling den Grin selhof opkomen. De kleeding van Gustaaf was niet de gewone, uit ügle stof bistaande; nu was hij in het zwart gekleed, bijna zoo, als toen hij voor het eerst den Griusclhof bezocht Eeu vrolijk lachje helderde hot gelaat des edel mans op, to< n hij hem te gemoet ging. Deze klveciiug versterkte zijne hoop en zeide hem dat Gustaaf met een ernstig oogmerk gekomen was. De jongeling drukte het verlangen uit, eenige oogoublikken met hem alleen te mogen zijn. Hij word door van Vlierbeeke in eene belen dende kamer gevoerd, waar deze hem eenen stoel aanbood, zich zeiven voor hem nederzette e. niet schijnbare rust op, liefderijken toon tot hem zeide: lk ben gereed, mijn jonge vriend. Eenige oogenblikken zweeg Gustaaf als om zijne gedach- leu op ten punt te verzamelen. Toen sprak hij, hoewel bewogen, met gepaste vastheid: ilijnhver van Vli.-rbeeke! ik veroor loof mij eene gewigiigè schrede bij u te wagen. Uwe goedheid alleen g.-eft mijden moed daartoe, en ik hoop. dat, wat ook uw antwoord op mijn verzoek zijn moge, gij mijne stoutheid veront schuldigen zult. Het zal u niet ontgaan zijn,'dat de eerste maal reeds dat ik hel geluk had Lenora te zien, mijn gemoed geheel ingenomen was van eene onwe- ders taan ban n bare neiging tot baar, die mij als eenen schat voorkwam en dit immer voor mij gebleven ia Ik zoude welligt, voor ik djt ge voel zoo onbegrensd mijn hart liet beheerschen, u om uwe toestemming gevrangd hebben; doch ik meende in uwe voorkomende vriendschap te gen mij te zieu, wat gij in mijn hart gelezen hnd. 'De jongeling zweeg om eenige bemoedigende woorden uit den mond des edelmans te verne men, doch deze zag hem mot en stil lachje aan, waarin echter klaar aangeduid was, hoede woor den des jongeliugs hem bevielen. Een teeken met de hand als wilde hij zeggen^ "ga voort," was zijne eenige beweging. Gustaaf voelde boa rijuq tegenwoordigheid van geest hem begaf, doch spoedig herstelde hij zich en zeide i,n opgewonden uion: Ja, ik heb Lenora bemind van de eerste maal dat baar oog zich 'op mij. rigtic, eu. iviexp d.it toon maats eene vonk der liéfde in mijnen boezem, zoo is dit sedert'dien tijd tot eene vlam geworden, die mij verteren zoude, wapneer beproefd werd dezelve te blusschen. Gij gelooft welligt Mjjnb/ser, dat hare schoon heid alleen de grond mijner liefde is? Gewis zoude dit genoegzaam zijn om zvlfs d«m gevoel- loozen te treffen; docb.ih heb in bet hart mijneT vriendin eep veel kostbaron schal ontdekt. Ha re deugd do onbevlekte reinheid baars gemoeds; haar zacht eo te gdijkzoo. grootmoedig gevoel— deze eigenschappen zijn hut, die mij vau de liefde lot bewondering, van de bewondering tot verve- ring gebragt hebben. Ach, waaróm zoude ik het langer verborgen Neen, zonder Leuorn kan ik niet levende gedachte van haar verwijderd le kunnen worden, vervult mij met droefheid. Ik moet haar zien, dagelijks, immèr, hare slem hoo ren, gelukkig zijn iii haren blik. Ik wuet niel mijnheer, van welken aard uw be sluit zijn zal, doch moesi het tegen mijn gevoel zijn, 2oo ware ik zeer ongelukkig. Moest uwe uitspraak mij van mijne geliefde Lenora scheiden, dit zoude een' slag voor mij zijn, die mij doode lijk treffen en liet leven zoude doen baten. Met innige ontroering en met inspanning had Gustaaf deze woorden gesproken. Van Vlierbeeke greep deelnemend zijne hand en zeide op teederen toonLaat u niet to veel door uw gevoel wegslepen, mijn jonge vriend! ik weet dat gij Lenora bemint, en tevens ook dat zij u niet ongenegen isdoch wat wilt gij mij eigenlijk vragen Met nedergeslagcne oogen antwoordde de jongeling: Wauneerik aan uwe toestemming, na ai de bewijzen van vriendschap nog twijfel, zoo is het uit eenen grond, die mij vrees inboezemt, dat gij mij het geluk, waarom ik kom verzoeken, niet waardig keurt. Ik hub geen stamboom, die met zijne wortelen in de vn— getalbeid reikt; de daden mijner voorvaderen stralen niet Id de geschiedenis des lands; het bloed dat door mijne aderen vloeit is burgerlijk. Gelooft gij dan, Gustaaf, vrnugdo ran Vlierbee ke, dat ik dit niet wist, toon gij dc eerste mual in mijn buis kwaarat Üw hart is ten minste edel en grootmoedig, hoe zoude ik u anders lief kunuen hebben als mij nen zoon Alzoo. riep Gustaaf in vrolijke hoop, alzoozult gij mij Lenora's band niet weigeren, wanneer ook mijn Oom zijue toestemming tol ouzo verbinding geeft? Neen, zeide de edelman, ik zoude ze u uiet weigeren. Het is met groote vreugde dat ik u het geluk mijns kiuds toevt riruuwen zou; doch er bestaat eene hinderpaal die u nog onbekend is. Eene hindernis? zuchtte de jongeling, tus- schcn mij en Lenora? Bedwing bet gevoel der liefde voor een oogen blik, zeide de edelman, en hoor zonder vooroordeel de verklaring die ik u geven zal. Gij gelooft Gustaaf, dat de Griusel liof en de goedereu die daartoe behooren mijn eigendom zijn Gij bedriegt u, wij bezitten niets. Wij zijn armer dan de puchlcr die de plaats bij den ingang bewoont. De jongeling zag hem met verwondering en twijfel aan; en een glimlach van ongeloof ver scheen op zijn gelaat, waarvoor de edelman terug schrikte. Deze sprak met droeven nadruk: Och, ik zie het in nwe oogen, dat gij geen vertrouwen op mijne woorden stelt! Voor u ben ik een gie rigaard, een mensch die havé en goed verbergt, zich en zijn kind het noodige onthoudt, om schat ten op te hoopen en alles der ellendige' geldzucht ten offer brengt? Een eigenbelaiigzöekeud we zen, dat men vriest of bespot! O! vergeef mij mijnheer, riep Gustaaf, mijne hoogichting voor uwe oogmerken is grenzeloos. Verschrik niet, viel de edelman hem bedaarder in de rede, ik beschuldig u uiet Gustaaf! Uw lachje béwijsL mij sléchts, dat het mij ook voar u gelukte onder d«-n schijn enner vernchtclijko gie righeid mijne armoede te verbergen. Het is voor dez< n ougenblifc onnoodig u daarover uadere ver klaringen te geven. Wat ik zeg is de wan held; ik bezit niets. Keer naar uw buis terug, zander Lenora te zieu; o- i-rleg met rijpheid en in volle rast des gemoeds of er geene grimden bestand, die uw voornemen veranderen moeten—laat ile nnohl over uwe be sluiten voorbij gaan,en wanneer de arme Le- i u morgen nog bijgebleven is; wanneer gij dan nog raeeftt haar gelukkig te kunnen maken, vraag dan uwen oom om'zijno toestemming. Hiér is mijne hand. raogl gij dezelve eenmaal als ee ne Vaderhand drukkenmijn innigste wensch ware dan vervuld.De hodèlijke én wel over legde wijss* waarop deze woorden gesproken wa ren, overtuigden den jongeling dat van Vlierbeeke de waarheid sprak, hoezeer ook deze onverwachte mededeeling hom ontroerde. Of ik de arnu: Lenora beminnen zoude? riep hij uit. Ach! haar tot vrouw te bekome»; aan haar door den band der liefde verbonden to blij ven aau hare zijde gelukkig te zijn te weten dat ik haar bcschermeu kan, dat mijnen urbeid haar gelukkig maakt! Aeb, paleis of bul, rijk dom of armoede, alles is mij gelijk, waonear slechts hare tegenwoordigheid de plaats bezielt waar ik. mij bevind. Dé nacht zal mij geenen rnad brengen, mijnheer, kan ik Lenora va» uwe grootmoedigheid ontvangen, zoo zal ik u immer tlanken voor het .ouscbutbarc kleinood mij ge- schi.ykcn. Het zij zoo, antwoordde de edelman; die stand vastigheid in gevoelen berust natuurlijk in uw jongen vurig gemoeddoch uw oom! Miju oom, zeide Gustaaf met, zigtbare bekommernis: Wat ik in de wereld bezit óf eenmaal bezitten, zul, hangt van zijne genegenheid omtrent mij af. Ik bon een ouderlóoze wees, do zoon zijnu broe ders, Hij hééft'thij tot zijkind aangenomen en met weldaden ovcrladeu. Hij heeft het regl om over niiju lot te besohik- ke»;ik moct k-m gehourzamcn. Ea xal hjj, die koopman is en het geld waarschijnlijk hoogschat. dewijl hij geleerd heeft w.it daarmede te dóén is, zal bij ook zeggenarm of rijk, paleis of hul, bet is om hei even Ach, ik weet het niet, zeide Gustaaf verlegen, doch Bij is Zoogoed tegen mij, dat ik wel grond heb, op zijne toestemming te rekenen. Moreèu is de dag zijner terugkomst, gedurende het ver- welkommen wil ik hen» reeds over mijn voorns- mon sprekenhem zeggen, dat mijne rust, mijn geluk, mijn leven, van zijne bewilliging afhangt hij acht en bemint Lenora ten hoogste, «n scheen mij zel& te bemoedigen om hare te hand to ver zoeken. In alien gevalle 2ui hem uwe verklaring verwonderen, doch mijne verzoeken zullen hötu in mijne oogmerken doen toestemmen. Geloof dit vrij! Welaan dan, vraag uwen oom om zijne toestemming, en is uwe hoop gegrond, zoo kan hij komen, om met mijnover dc rank te spreken. Wat ook hiervan den afloop zij, Gustaaf gij hebt u als een braaf zedelijk jongman jegens ons gedragen; mijne achting.e» vrieudschapihebt gij voor immer. Ga nu been, verlaat den Grinselhof. zonder ditmaal Lenora te zie»; aj kan niet meer voor u verschijnen, voor deze zaak bepaald is. Ik zul baar zelve zeggen. ,wat zij te Welen nou dig heeft. Huif vergenoegd en- half treurig, het hart vol vreugde ou angst, nam: Gustaaf afscheid van. Le nora's vader. Wordt vervolgd. Ocrigtcn uan Europa. N El) E RL AN D. Rottekdam, 1 February, De commissie tot daarsleliing van «cue inrigting voor doofstommen onderwijs, uitsluitend naar de Duitscke methode, had gisteren avond de leden en duuuieurs opge roepen tot het houden cener nlgeraeene Verende- ring, in de concertzaal in de Biersira.it alhier, om verslag te geven van hare bemoeijiogen enz. Te zus uur verzamelde zich daar een aaisricnli.k getal belangstellenden en had men het genoegen te vernemen, dat de itirïglibg, als gevestigd kon worden beschouwd, tot welke vestiging tucu thaus wunsehle over te gaan. Het getal leden en donatours bedraagt op dit oogchblik reeds SÖS cn de jaarlijksche bijdra -eu 1252.50 en de giften voor eens f 2166. I den 'ZdeiL !ïtj de veelvuldige communi catie met stoom booten tussehen deze plaats cn Engeland. Frankrijk enz., zal met primo.Mei aan staande eene nieuwe gevoegd worden tussehen hier eu Koppenhage en Petersburg. Bereids is daarvoor een nieuw Stoomschrovfseliip niet 700 tonnen mét krachtige maeliinen in aanbouw en berekent mén dat de reis in p.m. 7 dagen za! worden afgelegd. Men spreekt ook van eene stoomvaart van hier op diverse plaatsen in de Middeilandsche zee; hes kan niet andere óf de handel mei genoemde plaat sen zul daardoor eeu krachtige ontwikkolin-' te ;emoe-t gaan. Gouda, 28 Jan. H«den is door den gemeen teraad alhier toegestaan aan do heereu Wester- man en Itoble, te Amsterdam, de stad met oeko- noiniseli gas te verlichten, en wél voor de som van 6000- Mcu verwacht nu hierep dö auto risatie van hèeren Gedeputeerde Sutéu nog. Hilversum, 29 Jan. Naur men verneemt, heeft alhier een e gruwelijke, dur menschheüï uu- teerende mishandeling van een kind, plaats -»e- huil. Een meisje \:iu 16 jnreu, uit eeu eerste huwelijk, hetwelk tummdieu door toevallen als anderzinö. reeds ongelukkig was, blijkt het voor werp van haat en' verachting, zoo van é%en vader als van hare stiefmoeder te zijn geweest, en' wel zoodanig, dat men vermoede» moet dat het voor nemen bestond bm 'dit ongelukkige schepsel door honger en gebrek te doen omkomen. Reeds I jaar lang hebben deze onmenscheii haar al» een zwijn achter de deur in een soort van hok. zoo bekrimpeivgehouden, dat het zich niet uitstrek ken of opstaan konde, waardoor het in alle vuil en drek ala het ware met de knieen tegen Ju borst vergroeide. Eenmaal in de wcok weid het hok als van con varkuu mót de greop uitge mest, torwijl men met een paar emmers water over en rondom huur hoen te werpen, dit voor mooi genoeg achtte en het meisje zelve muur in haar vuil liet.liggen, zonder te reinigen. Hut is geblekeii.dat zij niot veel meur dan beesteavot- der verkreeg. Wij vernemen, dat van regerings wege ecu onderz«>ok naar afschuwelijke daad is ingesteld. Het.is de Higemeeiie wrnscb, dat deze oiiuieuscheu huunu geregto straf me; ontgaan. jpiKUwAHpEN, 3.1 January. Naar wij vome- e», is kort geleden door deiu heer X), 2'yumes, nabij Dockum woonachtig, de gesteldheid opge nomen van het lioofd te Oostipahorp en tevèns de geschiktheid dier plaats, om van daar op Lon den eene stoomboot ia de. vaart te brengen, ten einde zoodoende bet vee van Dockuni en omge legen plaatsen, met gebruikmaking dér nieuw ann te leggen grindwegen in Oostiloogeradecl. euz., te gemakkelijker nuar Londen té vervoeren ^eh te gélijker tijd mot granen en vee beladen schepen, van Groningen tiaar Londeu best. m l, dc'gelegenheid te geven, te Ouslmuhorrr over te

Krantenbank Zeeland

Sheboygan Nieuwsbode | 1853 | | pagina 1