Een optogt vormde rich daar, in welken oeni ge als K. K. priesters verklec-de personc-n, onder het «^schreeuw des volks, in ec-n rijtuig met vier paarden geworpen werden, terwijl poppen, die cm Paus, een Kardinaal en een Kapellaan moesten voorstellen, te midden van een vijftigtal toortsdragers, vooruit gedragen werden. Nadat die optost, door ruim tienduizend menschen ge volgd, die onophoudelijk schreeuwden: "Weg met de papisten Leve de Koningin Geen vreemde Priesters eene wandeling van twee uren gemaakt had en op het punt van waar hij was uitgegaan terug was gekeerd, vond met» daar een grooten houtstapel, die ontstoken en met teertonnen gevoed werd, en op welken óe stroopoppen, diefden paus, den kardinaal en den kapellaau verbeeldden, onder bet oorverdoovend gegil var»Geen paperij aan de vlammen werden geofferd. In de kerk der Puseviten in Pinlico heeft gisteren eene geweldige opschudding en vecht partij plaats gehad, doordien eene massa volks te midden der godsdienstoefening de kerk binnen drong onder het geschreeuw van geene paperij.' en de vergaderde menigte aanviel Niet dan met de uiterste moeite werd de orde hersteld. D 1 T S C H L A N D. Weexex, lö Nov. Uit Konstanlinopc-1 wordt gemeld, dat de Sultan met verontwamdiging de tijding vernemen heelt van de gruwelen,te Alep po (in Klein-Azie) door de Arabische bevolking der omstreken vooral tegen de Christen-bevolking gepleegd. De Sultan heeft, op het ontvangen der tijcing last gegeven, om onverwijld troepen naar Aleppo te zenden ;z:j zullen met drie stoom- boolen naar Alexandrie worden oyergebragt, om van daar de oproerlingen te gaan kastijden. De Sultan wil, dat voor het oog van geheel Europa, het gepleegde onregt door eene gestrenge be straffing worde geboet. Het getal Christenen, die gedurende deze ver schrikkelijke dagen te Aleppo zijn vermoord ge worden, wordt op ongeveer 1500 pers. geschat. Uit Frankfort wordt van den 13 November het volgende geschreven: De krijgstoerustin gen duren wel is waar nog steeds voort, maar men begint al meer en meer de overtuiging te verkrijgen, dat z»j meer uit voorzigtigheid voor mogelijke gebeurtenissen voortspruiten ;.de waar schijnlijkheid van een' oorlog treedt meer en meer op den achtergrond." Een rijk koopman eener stad in liet zuiden van Frankrijk had een bediende bij zich op het kantoor, in wien hij veel belang stelde en dus zag hij met smart dat deze sedert cenigen tijd als ver kwijnde. Hij besloot hem naar de reden te vra gen en kwam nu, niet zonder moeite, te weten, dat zijn bediende verliefd was, maar op een meis je van zoo voorname en rijke familie, dat hij moest wanhopen ooit^ijne weuschen vervuld te zien,of schoon het meisje hem zeer genegen was. Meer kon de patroon niet te weten komen,desniettegen staande besloot hij zijn bediende met raad en daad bij te staanhij raadde hem het meisje te schaken, gaf hem 500 fr. om de te maken onkos ten te voldoen en stelde zelfs een zijner rijtuigen ter zijner beschikking, terwijl bij eindelijk nog beloofde dat hij gedurende de afwezigheid van den bediende zou trachten de zaak te schikken en de ouders te bevredigen. De bediende be dacht zich niet lang,dankte zijnen patroon en ver trok vol moed. Des avonds zette onzen koopman zich aan tafel, zeer te vreden tot het geluk van twee wezens, die hem zulks waardig toeschenen, te hebben medegewerkt, maar eene plaats aan zijne tafel bleef ledig, die zijner dochter ;men riep haar, men zocht haar overal, maar te vergeefs. Nu ging er een licht voorden vader op; zijn raad was gevolgd en zelfs boven zijne verwachting goed gelukt ;hij kon dus niet beter doen dan zijne belofte houden en aan de door hem beraamde in trigue het gunstig einde maken, waarop hij hoop had gegeven. Verwijding van het Erie Kanaal Het Buffalo Journal of Commerce roept de burgers van den staat New-York op, om alles in 't werk te stellen, opdat de transportatie van goederen u:t en naar het groote en groeijende westen behouden worde. Dat blad zegt: indien wij een ander jaar laten voorbijgaan zonder handen aan het werk te slaan tot de uitbaggering en verwijding van het Erie Kanaal,reken er op, zeggen wij, dat indien wij den aanstaanden zomer niet aan !t werk gaan, wij het gewigtigste tijdstip, dat ooit in de geschiedenis onzer binnenlandsche scheepvaart, met betrekking tot dezen Staat,heeft plaats gehad, zulien verloren hebben. Wij zijn nu in den toestand van Wellington te "Waterloo, toen hij tot den stap,welke den slag won,overging. "Wij moeten het volk oproepen. Nu is het de dag c-n nu is het de ure om waakzaam te zijn ;-in- dien wij zeker willen wezen datde"Empire State" de voornaamste staat zal blijven, moet de komen de lente getuige zijn van bet groote werk, om het Erie Kanaal in een kanaal van Oceanische gemeenschap te veranderen, voor de "zoute en zoete zeeen" doende, wat het kanaal van Langue- doc voor den Atlantischen Oceaan en de Middel- landschezee doetwat het Caledoniesche kanaal doet voor de beide kusten van Schotland. New Orleans, 18 Dec.De stoomboot South Amerika, van hier naar Cincinnati besterad, ver brandde omtrent 90 mijlen boven deze stad, en men veronderstelt dat 26 personen verbrand of verdronken zijn;onderdeze waren eenige militai- jren op reis naar Texas' DE NIEUWSBODE- SHEBOVÖAX, WISCONSIN VRIJDAGTDEN"3 IANUARIJ 1951. GEDACHTEN OP OUDEJAAR 3-AVOND, 185 0. Heden ishet de laatste dag van het laatste jaar der eerste halve eeuw;—de dag. op wel-j ken het jaar 1S50 eindigt en vcor altijd in den i stroom des tijds wegzinkt Ofschoon er slechts weinige uren overschieten, moeten deszelfs ge- beurtenissen door alle tijden heen duren en het I blad dat dezelve voor vergetelheid bewaart, zal door komende geslachten met aandacht worden gadegeslagen. "Waar wij ook de gedachten la-j ten zweven, doen tooneelen van grootheid zich aan ons oog voor. Er is «nauwelijks een dag j ia het jaar geweest of het moet' de gedenkdag worden eener gewigtige gebeurtenis voor ge schiedenis of beschaving. Indien wij de volken der oude wereld gadeslaan, vinden wij velen voor vrijheid worstslende en alles opoiferer.de om dit land na te volgen ter verkrijging der ze- j ningen van vrijheid en der voonegien van vrije menschen een geboorterogt, door God aan iedereen geschonken maar hem door tyrannen ontnomen. Indien wij ons zelvc-n tot dit land bepalen, vinden wij alles in eeneu staat van voor spoed en vooruitgang; de geest der vrijheid zijn «•«bied over velen uitstrekkende, die omtrent d-.-z:- gunst hopeloos leefden. Yvïj vinden nieu we paarlen aan den Staten-bond toegevoegd, wier kindschheid veel goeds belooft en met de mec-st schitterende in schoonheid zulien wed ijveren. Indien wij terug zien op den aar,vang van de nu eindigende vijftig jaren, en de voort brengselen van kunsten'en wetenschappen van dien dag met die des tegenwoordigen vergelij ken, hoe groot is het verschil, hoc- verbazend de vooruitgang Wie nogtbans kan, bij «1 ue schijn bare volmaaktheden van dezen tijd zeggen, hoe nabij wij zijn aan de eindpaal, waar kunst hare vlugt voorschrijft cn wetenschap hare navol gers leidt'? Maar het oude jaar spoedt ten einde en de avondschemering zal het doodkleed wezen, welks ondoordringbare duisternis alles wat van 1S50 overblijft voor altijd buiten ons gezigt zal stel-, len. Welk eene gepaste gelegenheid om eeni ge weinige oogenblikken te stelen en met verre vrienden te spreken; om onze gedachten aan dierbare afgestorvenen te wijden, wier glim lach ons nieuw vermaak verwekte toen het jaar begon, en wier liefde de donkerheid van ons levenspad verlichtte Zij zijn henen gegaan; maar zoo kortelings schijnt hun vertrek, dat de naklank hunner stemmen, onder ons gehoord wordt en waar verbeelding hen begroet. Hoe ge schikt het tijdstip om ons zeiven af te vragen of wij het afscheid van het komende en den aan vang van een ander nieuw jaar zullen beleven De dageraad van morgen zal op een' nieuwen tijdkring zijn licht verspreiden. Gewoonte heeft het eenen dag gemaakt van vreugde en vrolijk heid, ec^ien dag van begroeting. Lang afwezige vrienden hebben dezen dag als een welkomst dag gekozen, hernieuwen de toegenegenheid en liefde en begraven alle bestaande oneenighedeti. Gelukkige dag Mogen de genoegens van al on ze leze is op dien dag volkomen wezen en elk en een iegelijk gedurende het nieuwe jaar veel heil en zegen genieten,zoo voor dit leven als voor dat hier namaals. De volgende dichtregelen werden ons over handigd door S. Osinga, welke zeer toepasse lijk, doch niet door hem zelve gemaakt zijn NIEUWE JAAR.. Vrienden op de levensbaan, Weer een stap vooruit gegaan, Weer een jaar gevloden! Langzaam neemt ons leven af; Spoedig sluimeren wij in 't graf, In het rijk der dooden. 't Pad is duister dat wij gaan Komt, een oogwenk stil gestaan, Met de hand op 't harte Onderzoeken wij 't gemoed, Nu weer 'tjaar ten einde spoedt, Met zijn vreugd en smarte. Vragen wij ons zeiven 'taf: Heeft het uitstel van de straf God niet meer verbolgen? Zijn wij allen thans gereed, Als de dood ons nader treedt, Hem gerust te volgen? Neen, wie 'took zich zelf verbloem En zijne ondeugd zwakheid noem, Doof voor 'twijs vermanen, Wij erkennen onze schuld, Met de ziel van rouw vervuld, En het oog vol tranen. Ach, het leven is zoo kort 't Is een bloem die ras verdort, Die de storm ontbladert Lieve Vrienden hoort naar raad! Kiest het goede boven 't kwaad, Eer die stormwind nadert. Rust aanbrenger op deez aard!, Schoon ons hart, door leed bezwaard, U als Engel groete, Bode Gods, gena, geduld F Opgehoopt is onze schuld;' Nog een jaar tot boete 0 de Hemel make 't waar, Als het pasgeboren jaar Is in 't niet verzwolgen, En "e ons vriendlijk nader treedt, Dat^vij allen zijn gereed, U gerust te volgen! jtëT Wij meenden bij deze gelegenheid ook een enkel woordje aan onze Amerikaansche begunstigers te moeten rigten en lieten daarom op° nieuw jaars morgen de volgende regelen ia het Engelsch onderhen rond deden; New Year! New Year! 'T is here, 'tis here! We know it by the glow Of joyous glee and mirth, we see That spreads around us so. The hopes that shone in seasons past. Though perished long ago. Still glitter, all too bright to last. In this vouug New-Year glow. And shall this be as all have been? This bright, voting, beaming year? Shall we pursue, but never win Its hues as they appear? Shall every hope that cheers us on And beckons us to follow. Belike the hopes of seasons gone, As fleeting, ana ns hollow? 'T is ever thus: and ever must Our longings after bliss Bo v in, or soiled by tears and dust; And who can deem that this, Or any year, shall be exempt From nature's common lot? The dreams of hope are only dreamt That woe may be forgot. Behold the distant sky and air, With pestilence were fraugtt And death is eager to declare The triumphs he has wrought! And hope has scarce a face to dream, For any future age, Exemption from the ills that teem On History's even- page. But Hope has ever some device To cheat us of our gloom. She builds her magic paradise Around the very tomb! What though she offers nought on earth. Substantia! and sincere? Still, in hór future, springs to birth Heaven's ever sunny sphere! Still, far beyona the bounds of earth, Her piercing eyes explore A region of immortal birth. Where hope shall cheat no more! Where summer's heat or winter's frost. Shall blight no more, as here, And even- season's change be lost la one delightful year. But why should one so young as 1 Take up this solemn strain? To live to grieve, complain and sigh, Is but to live in vain. There always are some lights of hope. Should cheer us as we go; There always is a sunny slope Even to a bank of snow Then throw away all thought, to-day, Of past or future ill; If we believe the present may All our desires fulfill! Content is wealth, and health and peace; And here we have them all, So let us our misgivings cease, And our complaints recall. Departed Year! Can we forget Its list ol mighty things? How friends of freedom rose, and met And triumphed over kings! IIow tyrants fled in coward dread And left their thrones behind! Till scarce remains in monarch 'e brains A trait of royal kind. "This world is all a fleeting show," So sings a charming poet: And this world's rulers, high and low. Seem just the men to know it! Even here in this, our peaceful land, Some rulere find it hard To play a bold unflinching hand. And take with every catd. Our creed,—the pledge or hchas bight,— No glorious ground has taken: But slavery, with its deeds of might. Be to its basis shaken. For all the world, where 'erwe turn, Is widening freedom's border, This land of freedom sure should learn To follow in its order. And may she learn a lesson now, That will not be forgotten. The mask of dough is sore to show That principle is rotten. No more must demagogues profess That slavery is freedom 1 he Yankee's h ve begun to "gcem" So loud, the South must heed'em. Men leest in de Arnst. Ct. Naar wij ver nemen,is de concept wet op de regterlijke reorga nisatie gereed en zou men daarbij het getal pro vinciale geregt6hoven op vier terugbrengen. DE PRESIDENT'S BOODSCHAP. Wij hebben ze gelezen en dit hebben, zoo wij. vertrouwen, velen onzere lezers gedaan; doch plaatsgebrek belette ons, om er in ons vorig noa'. mer iets over te zeggen. Immers de veel omvattende belangens over welke zij handelt, maken de jaarlijkschc bood- schap des Presidents een belangrijk Staats-papier en geven niet alleen gevolg maar ook waardig^ aan de eenvoudigste uitlegging van publieke aan. gelegenheden. Deze boodschap echter bezit zeer weinig in stijl of voordragt,(volgens veler oordeel) ora dezelve aantrekkelijk te maken en ontvangt alle belangstelling in dezelve alleen om het gi-ootê onderwerp, namelijk dat van het belang des Air«. rikaanschen Volks. Niet gelijk die van velen zijner voorgangers, is de boodschap buitenge- woon kort, hetwelk bet stuk zeer tot aanbeveling dient Het is eene rondborstige en trouwe schil dering van Whig of Federaal Administratie,—een verzoek om meer mngt in het gouvernement,— magt over Koophandel, over Manufacturiers.over Landbouw en een verzoek om de stille onderwer- ping des volks aan alle wetten, goede of slechte. Geen republikein kan dezelve lezen zonder een gevoel van angst te ontwaren, bij de beschouwing van den onophoudelijk en spoedig vergrootenden cirkel van federaal gezag,hetwelk zij openbanrten onder hetwelk de regten der Staten en die hun ner burgers langzamerhand vernie tigd worden. Om een punt van de boodschap aan te roeren, en wel een punt dat niet vau helminste gewigth, bepalen wij ons tot de groote tarief-kwestie. President Fillmore toont dat bij tegen een hoog tarief is want, zegt hij, het volk zal het niet dulden, het zal dezelve veranderen en door dezelve af te werpen, "tegenspoed, bankroet en ondergang" over de fabriekanten brengen. Hij voegt er bij, dat wat de fabriekant uoodig heeft, is "gelijkvormigheid en duurzaamheid." In ronde taal komt het hierop neder: de Presi dent beveelt, dat het Congres geen booger of zwaarder regt van invoer zal vast stellen, als wat het volk dragen kanDe groote vraag is derhal ve, hoe veel kan het volk dragen Het Arabi sche spreekwoord zegt, "het is de laatste veder die den rug des kameels breekt" De ra;:d des presidents aan bet congres is, om bet zwaar bela- aene volk niet te overladen, maar die laatste ve der weg te nemen, voor welke hunne kracht o: geduld bezwijkt Dit is het vraagstuk thans voor het congres, en wij wagen te zeggen,dat de Whig staatkundige de r.aauwkeurigste berekening daar- bezigen en de grenspaal zoo na mogelijk vinden zullen. Hoe veel kan het volk dragen dat is de vraag. Wanneer deze lasten die hoogte verkrij gen, dat zij dezelve niet dragen kunnen dan is het een hoog tarief en daar is de President te gen. Hij is voor al het andere. De Whig staat kundigen zullen beginnen met een hunner oude lasten op den kameel te leggen dezelfde last onder welken het over beladene beest vroeger be zweken is,alles behalve de last dier laatste ve der. MIJNHEER DE REDACTEUR! Een bestendig lezer van UEd'sbhd zijnde, voud ik daarin wel eens uwe landgenooten in de kolonie aan Black River, in Jfichigan gevestigd, uitgenoodigd, om ook iets van zich te doen hooren; om den toestand der A'olpnie, enz. te melden, ten einde dezelve door middel van UEd's blad aan het Hollandsch lezend publiek bekend ta doen worden.—Indien UEd. wat van naderbij kennis met on ze kolonisten gemaakt had, ïou de bevreemding van da niet schrijven zeer verminderen. Immers wij zijn groo- tendeels lieden van den landelijken stand, en hebben dia geeue bekwaamheid om als schrijvers van dagblad artikels op te treden. Ook zijn wij te druk bezig met het uitroeijen van de geduchte zonen des wonds, welke bier in menigte groeijen. Schoon ik bij de lezing van onder scheidene hier van daan geschrevene brieven, van ia de nieuwspapieren geplaatste 6tukken, vooral van bet ver slag van Dr. Wijcboff, herhaalde keeren van schaamte moest blozen, wegens de daarin voorkomende - overdre ven e gunstige berigten, van den hoogen ophef, welken men van de kolonie maakte in het algemeen, van het stipte leven der bewoners, hun bijbellozen, bidden, psalm zingen, enz.Die schijn toch bedriegt niet zelden den oppervlakkigen beschouwer; doch bij ervaring leert men dikwijls, met smart, dat dit slechts bij velen scbijn, doode regtzinnjgheid, spelen (of om den regten naam te geven) spotten met de heilige godsdienst is. Wat zal men dan schrijven, wanneer hetgeen nog goed is, schandelijk over dreven wordt, de dengden der Kolonisten op het breedste uitgemeten en de ondeugden verzwegen worden?NeeD, zal men alleen het ongunstige melden en zoo doendo on ze eigene Bohande, de schande van die natie, welks bloed ook door onze aderen vloeit,aan het daglicht stellen?-"Wij willen liever geheel zwijgen van het hatelijke, dat hier zoo reel plaats heeft. Niets melden van die leelijke klein geestigheid, die bijna allen bezhlt; die nijd en afgunst;die heillooze twisten en krakeelingen met elkander, zoo dat er weinig van broederliefde, van gemeenschap der heili gen, weinig van eendragt en echte Christenzin be- speurd wordt, als alleen de bloote klanken en die boort men niet schaars. Wanneer wij eens terug denken aan den tijd van het vertrek der meesten oit Nederland. Was het niet als nit eenen mond geschreeuwd: Om vrijheid èn van Godsdienst èn van vrij Christelijk Onderwijs der jeugd te verkrijgen, hebben wij alles veil en gaan niet om dollars op te6tapelen; maar om dat te genieten, n»*1 de nienwe wereld?Hierbroederlijk met elkander in vrijheid te leven, behoorde mede tot die hoofdzaken. Dan, voor zeker, weten wij niet meer wat van de zaak te denken, als men nu die zaken gadeslaat. Om van al het ande re te zwijgen, noem ik alleen het Onderwijs van bet op komend geslacht Bijna geheel wordt dit uit gierigheid

Krantenbank Zeeland

Sheboygan Nieuwsbode | 1851 | | pagina 2