Do. 468 Zondag 12 Augustus 131 Orgaan voor Leger en VSoot, Onder redactie van D. MANASSEN. Taminiau's JA? DERDE JAARGANG. DE SOLDATENCOURANT tel REDACTIE EN ADMINISTRATIE VALERIUSSTE. 109, AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK, LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 CENT. ABONNEMENT BIJ VOORUIT BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS/1.50P.KWARTAAL Voor AdvertentiBn wende men rich tot onze Administratie. Valerinsstraat rt Amsterdam. Pry's der A<1 verter. tien per regel 80 cent. Voor Ingezonden Mri-'l deelingen op de tweede, derde et vierde pagina dubbel tarief. By ubonnen't reductie. >hij i r-niii nis In dezen tijd van oorlogsellende blijven, in welk bad ook, de vrouwen niet achter, zelfs niet de hoogst geplaatsten. Zij helpen mee, waar zij ku men, om, in letterlijken zin, de door den oorlog geslagen wonden te heelen. Zoo laat de plaat hierboven ons Koningin Marie van Roemenië zien als verpleegster aan het bed van een der gewonden. Zij verzorgt hem met een liefde en een ijver, alsof niet haar plaats op den troon was. lis tsesiand ia sen reuzenstrijd. Heb is eigenlijk maar gelukkig, dab de ministers der kleinere, of althans minder beduidende mogendheden, ab Bulgarije, Servië en ook Italië niet over don vrede te beschikken hebben, die toch eens moet. ko men. Want ministers dezer drie rijken heb ben in de laatste dagen toespraken gehou den, die nog onverzoenlijker, nog oorlog- auciibiger zijn dan die van... Lloyd George b.v. Daar hoeft men vooreerst, den minister president van Bulgarije Radoslawof. Hij wil wel vrede, maar geen vrede zonder annexa tie. Hij moet van 't „herstel" van Lloyd George niets hebben. Bulgarije wil houden, wat het veroverd heeft, in Servië zoowel als in Griekenland. De Stockholmsche confe rentie is volgens hem van 'geen bcteekenï's en om de vredesmotïe in den Duitschen Rijksdag heeft Bulgarije' zi-ch niet to be kreunen. Radoslawof beweerde zelfs, dat Bulgarij-e's böndgonooten beloofd hadden, dat het zijn veroveringen mocht behouden, en als Duitschland daartoe niet. wil mede werken, zal het zelf ook den eisch van [Frankrijk om Eizas-Lotkaringen terug te erlangen rechtvaardig moeten vinden, want Bulgarije heeft hetzelfde recht op de ver overde gebieden als Duitschland op Elzas- Lotharingen, Aan een feestmaal der Servische vereeni- ging te Londen neeft, behalve de Engelsche onderminister van buitenlandeche zaken Ror bert Cecil, ook de Servische minister-presi dent Pasitch het woord gevoerd Nu, als we den vrede moeten hebben, dien deze ver- Het levende Beeld. 'rij bewerkt near een navette van Iirc&n Tacrgcnjew. Het spreekwoord zegt: ,,een drooge hen gelaar en een natte jager maken een treurig .figuur". Ik gevoelde mij nooit bijzonder tob de visch-sport aangetrokken en kan er 'dus moeilijk over oordeelen welko gevoelens een hengelaar bij mooi zomer-wecr genoege- lijk stemmen en in hoeverre de sensatie van het bezit een er rijke vi sok-vangst het onbe hagelijk gevoel van doorregond-nat-te-zajn overkeersckt. Wel weet ik, dat voor een jager do regen iets afschuwelijks is. Gp een morgen, heel in de vroegte, toen ik met Jennolai op de jacht zou gaan, viel de regen in stroomen neer. We deden onze regenj ^sen aan, zetten de kraag op tot. over on^e ooren, zochten een schuilplaats onder do boomen, doch ook daar droppelde de regen gestadig omlaag.... ,,Neen Peter," rïep ik hem toe, ,,zoo gaat •het niet langer. We zullen vandaag maar piet jagen. Maar wat nu?" „Weet u wat we doen? Laten we naar rAlexejewka gaan. Dat is een kleine pacht hoeve. die ongeveer acht werst hiervandaan ligt. Die boerderij hoort nog van uw moe der. We kunnen er stellig overnachten en piorgen..." „Gaan we hier weer naar toe?" „Neen. niet hierheen... aan den anderen jkanifc van, Alexejewfei daar weeij ik plaat- langt, zal er nog heel lang gestreden moeten worden. Natuurlijk moeten de Central en al het veroverde gebied teruggeven en Duitsch land ook Lizas-Lotkaringen, maar boven dien moot Italië een stuk van Oostenrijk hebben, moeten alle volken onder Oosten- rij ksch bestuur bevrijd worden, en derge lijke dingen meer Er iö in de laatete dagen ontzaglijk veel gesproken. Telkens weer over en tegen den vrede. Sommigen bewerpn, dat dit een groote boteekenis heeft en dat werkelijk be grepen wordt door de regeerders, dat de vol ken naar vrede verlangen en zij er nu en dan eens wat van willen hooren. In Engeland hebben Llyod George weer en, zooals we zei den, Robert Cecil het woord gevoerd. De redevoeringen van den eersten minister ken nen wij zoo ongeveer al. Voortzetting van den oorlog, tenzij de tegenstander „volle dig herstel" geeft. Maar wat Lloj'd George onder dit herstel verstaat, is even weinig duidelijk als de vredesvoorwaarden, die Duitschland zou willen. Zou er geen kans zijn, dat de vijanden toch eens met elkaar gingen praten, als men van beide kanten zich wat duidelijker uitdrukte? De rede van Robert Cecil was gematigd. Hij gaf toe, dat misschien de l ijd nog niet was gekomen om vrede, te sluiten, maar toch moesten de geallieerden aansturen op een sclükking waarbij de natuurlijke wen- ecken van alle betrokken landen erkend worden. Dat ie een taal, die men in Enge land, in de geallieerde landen, niet vaak hoort; wij erkennen daarin de stem van Grey, met wieu Robert Cecil zoolang heeft samengewerkt. Hij bedoelt met de betrok ken landen ook ongetwijfeld Duitschland en Oostenrijk en dan wil hij dus ook eoc vrede door schikking, een vreide zonder annexa- se'n... waar je nog mooier wild kunt schie ten dan hier." Den volgenden morgen was ik al vroeg wakker. De zon was juist opgegaan en aan den hemel vlokte geen wolkje. Allee om mij heen glansde; de stralen van do ochtend zon upeeldcn in de duizenden brooze drop pelen van den regen, die fonkelden over het land. Terwijl men bezig was mijn jacht- rijtuig in gereedheid te brengen, slenterde ik wat in den tuin, waar vroeger fruit te rijpen hing doch die thans als een verwil derd boscbje om het huisje lag. Heerlijk was het in de zuivere lucht, on der den klaren hemel, waar een leeuwerik snel-wiekend tegen de lucht opklauterde en al stijgend z'n liefste liedjes zong, klanken, die als blanke parelen van een snoer ge schud, naar omlaag daalden. En meer ïecu- werikken stegen al zingend omhoog, het was of zij dauwdroppelen aan de vleugelen mee naar boven voerden want hun liederen waren als met dauw doordrenkt. Onwille keurig ontblootte ik bet hoofd en ademde met volle teugen de kruiige lucht in. Ik ging langs een smal pad en zag er een kweekplaats voor bijen met in de nabijheid een met dunne planken in elkaar getimmerd schuurtje dat in den winter als bergplaats dient voor de bijenkorven. Ik keek door do halfgeopende deur naar binnenHet was daarbinnen donker en stil. De geur van melis en kruizemunt kwam me tegemoet. In oen hoek was een soort verhoogte aange bracht en daarop lag, onder eon dun laken. een... mens<jh... Ik wa9 van plan weg te gaan maar een zwakke en heesdie stem j fluistevdejl' ties. Het is editor de vraag, of Cecil zoo veel invloed heeft in het kabinet, dat zijn stem er van boteekenis geacht kan worden. Maar dat hij die stem in een officieele bijeenkomst verhief, heeft op zich zelf reeds iets te beduiden. De rede van, den Italiaansche minister Bissolati maakt een eenigszins vreemden indruk. Do Italianen hebben alleen uit liefde tot den vrede de wapenen opgevat en zij zullen blijven strijden tot dien Vrede is verkregen, een vrede nl., zooals zij graag willen, met annexatio van een stuk van Oostenrijk, met Triest als Italiaansche stad .Eu 't was Italië, zeide spreker verder, dat eigenlijk strijdt voor de Russische revo lutie, het Italiaansche volk vecht tegen den gemeenschappelijken vijand en is er trotsch op zijn bloed te geven voor Ruslands onaf hankelijkheid, Rusland'a vrijheid! Wat Je Russische gedelegeerden daarop geantwoord- hebben, vernamen we niet. Misschien heb ben ze uit beleefdheid gezwegen. Behalve, dat er veel gesproken wordt, is er weinig belangrijk nieuws, noch op politiek gebied .noch aan de fronten. De toestand in Rusland schijnt thans nog ver der op te klaren, de regcering is althans van plan vastberaden op te treden en alles to doen om den oorlog en de revolutie tot een goed einde te brengen. Er loopen geruch ten, dat zij haar zetel naar Moskan zal verplaatsen. Er zou in zooverre iets voor te zeggen zijn, omdat het-ministerie dan meer in. 't midden des land3 is geves tigd, het beter voeling kan houden met alle deelen des lands. Yan de -verschillende conferenties ver neemt men niet veeldie der geallieerden te Londen is verdaagd, maar wordt spoedig hervat; er zou ook over de Stockholmsche conferentie zijn gesproken. Natuurlijk moeten de regeeringen de quaestio der uit reiking van passen aan gedelegeerden naar Stockholm onder de oogen zien. Hoe de Engelsche arbeiders en socialisten over Stockholm denken ia nog altijd niet duide lijk: de bond van zeelieden .*n stokers be slist tegen er aan mee te doenboe de talrijke mijnwerkers en spoorwegmannen er over denken, is nog niet zeker; bet is met onmogelijk een meerderheid onder hen te vinden voor deelneming aan de conferentie te Stockholm, maar veel hangt nog van al lerlei omstandigheden af. Op de oorlogsterreinen wordt de strijd voortgezet, hier en daar met nieuwe kracht. Nog wijken in de Boekowina hier en dapr de Russen terug, o.a. bij Kimpoloeng, maar elders verdedigen zij zich zoo manmoedig, dat de Cen-tralen niet vooruitkomen; zelfs gaan zij tot tegenaanvallen over en aan de grens van Galicië, bij de Zbroecs, hebben zij zelfs een overwinning behaald, terrein ge wonnen en een driehonderd gevangenen ge maakt. Voor de Duit6chers en de Oosten rijkers is dus aan het Oostelijk front de oor- log geen spel meer. Slechts aan het Roe- meensche front schijnen zij nog steeds vor deringen te maken, hoe dapper de Roeme nen vechten. In 't geheel verloren de Rus sen en Roemenen hier 3300 man pan gevan genen, bovendien lieten zij 17 kanonnen en vijftig machinegeweren in de handen van den vijand. Toch neemt ook hier, bij Foc- 6ani bijv., de weerstandskracht der Russen en Roemenen toe. Aan het Westerfront tot nog toe vooral artillerieactie en afzonderlijke aanvallen. Echter hebben do Engelschen in Vlaanderen blijkbaar weer groote plannen; hun geschut vuur neemt toe en dat wijst waarschijnlijk op een nieuwen stoot van het offensief. Ook maakten zij in de laatste dagen eenige vorderingen, vooral bij Bixschoote en Langenma-rck, terwijl de Duitsche artillerie bijzonder krachtig optrad bij "Nieuwpoort. Aan het Frauscbe front veel artillerie actie en hier en daar gevecht mpt afwis selend eucces. engeland. De houding der Engelsche zeelieden. LONDEN. Havelock Wilson, president van den nationalen bond van zeelieden en „Mijnheer! Beste meneer!" Ik bleef stil staan. Poter PetrowitsöhKomt u eens wat riiobter bij me... toe..." Het was alsof dit wezen van zijn leger stede wilde oprijzen Ik kwam wat dichter bij en stond in-eeno star te kijken van verbazing en schrik. Voor me lag een levend menschelijk wezen. Het was eens meisje. Haar gericht, uitgeteerd, als uit brons ge bouwen, geleek op een oud, byzantijnsch heiligenbeeld. Do neus was scherp en fijn, de lippen waren bijna nietxte-rien, alleen de tanden en de oogappelen glinsterden ver blindend-wit en onder baar hoofddoekje uit geelden een paar dunne haarstrengelties op beur voorhoofd. Bij haar kin op het laken lagen een paar kleine handen waar van de magers af en toe beweegden. Ik ktek scherper en zag, dat het gericht niet onknap was, een huiveringwekkende, ver kwijnde schoonheid, die zonderling aan deed. jEn dit gelaat stemde mij dee te meer met ontzetting toon ik bespeurde, hoe een glimlach die verstarde trokken trachtte te verlevendigen en daartoe tooh niet in staat was. „Herkent u mij niet, mijnheer?" fluis- sterde weer dezelfde stem en het was alsof het geluid tusschen de even-bewegende lip pen verzwakte en stierf. ,Maar hoe zou u mij ook herkennen Tic ben Lukeria... herinnert u zich niet meer... Lukeria, die bij uw moeder nog wel heeft gezongen en gedanst... Weet u niet meer? Ik was er altijd de ,,vporzangeres." stokers, heeft verklaard, dat zijn vereeni- ging weigert afgevaardigden uit Engeland naar Stockholm te vervoeren. Dat betetfeent dus een herhaling van 'b gebeurde met Mac Donald. De bond is sterk genoeg om zijn bedreiging ten uitvoer te brengen. Do rgeeering zal zich waarschijnlijk niet met de zaak bemoeien. De beide andere groote bonden in do transportarbeiders-federatie en de beide ver semi gin gen van dokarbeidera zijn van plan het denkbeeld te steunen. Een betooging tegen Stockholm. LONDEN. In Central-Hall, Westmin ster, is Woensdagavond een nationale betooging gehouden tegen het voorstel dat Britsche gedelegeerden in een vriend schap pehjko conferentie te Stockholm met Duitschers zouden samentreffen. Have lock Wilson,, voorzitter van den Zeelieden en Stokershond, presideerde de bijeenkomst. Met hem zaten aan de bestuurstafel, Ca- thery, de secretaris van den Zeelieden- en Stokershond, Seddon de voorzitter van den Algemeenen. Raad van de British Workers League, David Gilipour, van den Schot- schon Mijnwerkersbond, Welsh, parlemen tair secretaris van den Local Government Board, Fisher, eere-secretaris van de British Workers League, Appleton, algemeen secre taris van de Federatie van Vakvereenigin- gen, Green, voorzitter van het bestuur van de British Workera League enz. De minister van pensioenen Barnes schreef: Ik ben het geheel met u eens over do onge- wensohtheid van de conferentie te Stockholm. Ik bon er tegen omdat ze in strijd is met vroe gere verklaringen van de arbeiderspartij en omdat het geen goede zaak is om van zulke vroegere verklaringen af te wijken. Dit is al zeer ontijdig, wijl liet gepraat over de vredes voorwaarden met den vijand juist nu Rusland moeten verzwakken en net moeten ontmoedi gen den op zoo schitterende wijze het bijeen trachten te houden. Bovendien zou onze deel neming aan zulk een conferentie een bel eed i- ging zijn jegens onze geallieerden in Frank rijk, Italië, België, Amerika. Wij zouden den vijand liever hebben dan do vrienden. Ik ben voor het vasthouden aan de vroegere verkla ringen en voor de voortzetting van den oorlog- De jongste gebeurtenissen versterken me in die houding. In een telegram van mannen aan het front wordt van de vergadering verlangd, dat ze zul len denken aan de mannen van de stoomboot „Belgian Prince", door de Duitschers verdron ken. Will Thome schreef dat z. i. de conferentie zou beteekenen het spelen in de kaart van den vijand. Onder de andere voorgelezen brieven en tele grammen, "was er ook nog een van lord Beree- ford, die verklaarde volkomen te vertrouwen op het gézond verstand en de vaderlandsliefde der Britsche arbeiders om te beletten dat ge delegeerden naar Stockholm gaan. Indien do re geering toestaat, dat gedelegeerden naar Stockholm gaan, zal zij prestige en invloed ver liezen. De minister zeide, dat de pacifisten spra ken alsof ze de eenigen ter wereld waren die vrede wilden. Dat was niet zoo. Het land be hoefde een duurzamen vrede, niet een die bin nen tien jaren een nieuwen oorlog zou betee kenen. Niemand kon met recht dit land be schuldigen voor den oorlog verantwoorde!ijk te zijn. (Toejuichingen). De conferentie te 'Stock holm zou land en regeering in moeilijke posi tie brengen. Het volk van GrooteBritannië was vastbesloten dat er slechts één einde aan dezen oorlog zou zijn. Als de Duischers vrede willen kunnen zij dien morgen krijgen als ze willen, maar niet op Duitsche voorwaar den, maar op wat ik billijke voorwaarden acht in aanmerking genomen de offers door ons land en andere landen gebracht. De Duitschers ech ter hebben nog veel te leeren en wij zullen ze dat lesje geven. (Toejuichingen.) Groote geestdrift wekte de verklaring van den voorzitter, dat wat het congres- der arbei derspartij of eenig ander congres moge beslui ten, de zeelieden beslist zullen weigeren de vredesgedelegeerden over te brengen. In de drie jaren van oorlog was er geen meer patriot tische groep mannen dan tie zeelieden. Wij had den de Duitsche verschrikking onder oogen to zien, die ten doel had de zeevarende lieden van de zeeën te verjagen. De dienstplichtwet In Canada. OTTAWA. De Senaat nam do dei-de lezing aan van heb wetsontwerp op den mi litairen dienstplicht. „Lukeria!" riep ik verrairt uit, ben jij het? Hoe is het mogelijk!" „Ja mijnheer, ik ben het. Ik... ben Lukeria." Ik wist niet, wat ik zeggen zouvol ver bazing staarde ik dat onbewegelijke, don kere gelaat aan waarin de oogen als van een doode mij glazig aanstaarden. Was het dan inderdaad waar Was dit verander de wezen, dit skelet, Lukeria... Lukeria, het mooiste meisje van onze vroegere om geving, dat mooie, slanke, frissche wezen, dat altijd lachte, altijd danste en zong? Lukeria, de kloeke en schrandere, op wie alle jongens van het dorp verliefd waren ge weest en voor wie ook ik, in stilte, een bijna dweepende genegenheid had -evoeld? „Lukeria... wat... wat is er met je ge beurd V- „Ilet ongeluk heeft me getroffen, mijn heer. maar schrikt u nou niet van m'n uiterlijk terug en gaat u daar eens zitten alsjeblieft... maar een beetje dichterbij, want anders kunt u me niet verstaan... m'n stem, die is zoo... ach, wat ben ik blij. dat ik u weer zie! Hoe komt u hier zoo in Alexejewka?" Lukeria sprak heel zacht en zwak, doch zonder eenige hapering. „Ik ben met Jermolaï, den jager, hier heen gekomen. Maar vertel me toch..." „Zal ik u alles vertellen? Luister dan, m'n "beste mijnheer. liet is al lang geleden, zoo ongeveer zes of zeven jaar, dat het on geluk me trof. Ik was destijds juist verloofd met Wassili Poljakovr, herinnert u zich niet meer, dat was zoo'n flinke, knappe jongen, hij was nog tafeldienaar bij uw moeder. O FRANKRIJK. Van het Westelijk Oorlogaterreln. Hot Engelsch-Fransch offensief. PARIJS. De artillerie der boide partijen kwam bij Epine de Chevigny in actie. Een door ons ondernomen overval ten O. van de Emnityboerdcrij was oor zaak, dat wij eenige gevangenen konden meevoeren. In de stroek rond Eparges ten n. van Vaux les Palameix drong een onzer deta chementen'de Duitsche loopgraven binnen. Na een levendig gevecht gedurende het welk wij den vijand zware verliezen toe brachten en zijn stellingen omverwierpen keerden onze mannen voltallig naar hunne linies terug. Overigens valt van het front niets bijzon ders te melden. PARIJS. Officieel. In België maakten wij nieuwe vorderingen ten zuiden van Langemark. Wij maakten een twintig tal gevangenen. Wederzijdsche artillerie actie in den sector Pantheon, bij Chevreg- ny, in de streek van de hoogten bij Auberivo en aan weerskanten van de Maas. Ondanks het slechte weer deden Donder dag onze vlieger eskaders tal van tochten. Zij bombardeerden de vliegterreinen bij Col- mar en Habsheim. Alle doelen werden ge troffen. LONDEN. Officieel. Wij voerden welge- lagde raids uit in de buurt van Lens, waarbij we eenige gevangenen maakten en vele Duitschers doodden. Onze troepen keer den, na de vijandelijke verdedigingswerken te hebben'vernield, terug met slechts gerin ge verliezen. De vijandelijke, artillerie was meer actief dan gewoonlijk in den sector van Nieuw poort. BERLIJN. Officieel. Legergroep-Prim RupprechiHet ongunstige en nevel achtige weer verhinderde Donderdag namiddag iedere levendige gevechtsac- tic. Eerst Donderdag tegen den avond her- levendigde in Vlaanderen de artillerieactie. Gedurende den nacht was zij krachtig en bereikte op enkele punten, vooral aan de kust en tusschen Bixschoote en Hollebeke een groote heftigheid. Tot infanterie-actie kwam heb niet. Bij Hcoge oprukkende Engelsche verken- ningsafdeelingen werden afgeslagen. In Artois nam het vuur aan beide zijden van Lens toe. Ook hier bleven echter ge welddadige verkenningen van den vijand zonder sucoss. Bij de andere legergroepen bleef de ge vechtsactie, die tegen den avond op ver schillende plaatsen toenam, binnen de ge wone grenzen. Os aflossing én de rust. Een luitenant der infanterie heeft aan da „Humanité" artikelen gezonden, die een denk beeld geven van de menigvuldige materieele verbeteringen van do levensomstandigheden van den Franschen soldaat aan hot front. Hier wordt een gedeelte weergegeven, dat een schets geeft van een aflossing der regimenten na da gen van zware beproevingen. Om 5 uur is het bevel aangekomen: „Heb bataljon zal worden afgelost door het infanterie-regiment. Heb uur van de beweging ongeveer 10 uurde com pagnies met een tusschentijd van een half uur, te beginnen met de 3de. Richting: de boerderij A..„ waar de bataljons in vrachtauto's vertrek ken den om 2 uur. De te volgen weg: loopgraaf M, verbindingsloopgraaf H, parallel loopgraaf van C..„ verbindingsloopgraaf K." In een oogwenk was het nieuws in de ge- heele loopgraaf bekend; en te midden van alle actio en "onder alle inspanningen hadden de soldaten slechts één gedachte, de gedachte aan het oogenblik van hun aflossing. Welk een verbetering de aflossing van nn vergeleken bij die van voorgaande jaren. Zon der twijfel, men moet nog wel onder zuchten en vloeken in een moeilijken marsch in de mod der en in de duisternis de 8 kilometer naar de boerderij A. afleggen. Meer dan eens moet do colonne een gedwongen halt maken in de duis tere verbindingsloopgraven, overdekt met aller lei materiaal, versperd door telefoondraden, door aardkoopen, die door de zware projectielen „les lourds" neergeworpen zijn, of wel door rijen brancards, die de gewonden wegvoeren. Vroeger moest men den gehcelen nacht mar- Eist bij Arnhem. '-- .--LIha< cbeoren, zelfs oen ztuk van den morgenen' zich eindelijk te kunnen uit*trekken it*«i dorp achter het front, waar enkele 130 *lö< marine-projectielen of 210 m.M. morfcicr-ttHr tiolen bijwijlen on» in onze rust kwatnci schrikken. Nu vervoeren vrachtauto's on n tot 100 K.M. achter het front, ver van d__ nonnen, die men niet meer hoort, naar zamo oorden, waar do frissche natuur dot, Ratio van het loven hergeeft. Geen engo plaatsen meer, maar we worden ondcrgobi in zolder3, onder tenten, dio wel hun ongezon ken, maar toch ook hun heerlijkheden hci»T< na de dagen in de loopgraven.doorgcbrac) rusland' Van het Oostelijk Oorlogsterren^ Aan het Russische front, k.) nee, u was toen al niet meer thuis, u stu deerde in Moskou. Wassili en ik, we hielden heel veel van elkaar, hij was dan ook geen oogenblik uit m'n gedachten. Eens, het was lente, "op een nacht, het begon al een beetje te dagen... kon ik niet slapen. Er zong een nachtegaal in den tuin, zoo mooi, zoo won derlijk-mooi... dat ik het niet langer in bed uithield, opstond en op de trap, die naar buiten leidde, ging staan om het nachtegaal- gezang des te beter te kunnen hooren. Ze floot, zoo fijn, zoo trillend en rollend en dan weer vleiend-lief... Oo... toen ik op eens.de stem van Wassili meende te hooren, dio heol zacht riepLuschaIk keerde me om en, nog wat suffig van de slaap, 6tapte ik mis en viel van de trap af op den grond. Het scheen alsof ik me niet erg be zeerd had. want ik kon oprtaan en ging dadelijk naar m'n kamer. Maar tooh, het was. alsof hier-van-binnen, iets gescheurd was... een oogenblik, mijnbeer, ik moet even op-adem komen,.., 't duurt maar één oogenblikje." Lukeria zweeg en ik aanschouwde haar met verbazing. Wat me het meest verwon derde, ze had alles met een zekere opge wektheid verteld, zonder de minste klacht, zonder ook maar één oogenblik de gedachte aan medelijden te willen opwekken. „Van dat oogenblik af, vervolgde Lu keria, begon ik ziekelijk te worden, uit te teren, do kleur van mijn vel werd lieele- maal donker, zooals nn, ik begon heel moei lijk te loopen en eindelijk kon ik zelfs niet meer staan of gaan, het eenigste wat me toen overbleef was maar te blijven liggen. Ik at en .drpnk 'niet,mijn toestand werd al) PET ROG RADAan het W.-front het infanterie-vuur in de richting BroJy krachtiger. Aan het Rocmeenscho front deed ma vijand; ten Z. der Prooth tot aan het c Sioka een reeks middelmatig sterke aan63' len, die allen werden afgeslagen. In streek ten N.W. van Sipot en Kalor^ vermeesterde de vijand na eenige hardt'- kigo aanvallen een reeka hoogten en dfja onze troepen eenigermate naar het O. ter Tusechen de rivieren Loetaja en Dofli.dc sloegen wij oenigo vijandelijke aanvallen n Op een der hoogten deed de vijand een in1*' in onze loopgraven maar wij verdreven Prj bij een tegenaanval en dwongen hem rT vluchten, waarbij 8 gevangenen en één traülcuse in onze handen vielen. Na q artillerie-voorbereiding deed de vijand wr aanval op een Roemeensche stelling in streek tusschen de rivieren Oitoz en Cas De Roemenen werden in enkele secto: teruggedreven. Ten Z. van de rivier CWi sloegen zij aanvallen af. In de richting T sani zotte de vijand zijn aanvallen voo Hij dreef onze troepen ten N, van Petrt kani en Doalga terug. BERLIJN. Officieel. Legerfr&nt-pn Leopold: Geen bijzóndere voorvallen. Legerfront-oartshertog Josef: lil Bosch-Karpathen en 'in het Moïdavisc grensgebergte hadden met sucoes bekroon gevechtsacties plaate. Wij brachten op kele plaatsen onze linies vooruit en sloeg sterke vijandelijke tegen aanvallen af. Legerfront-yMackensen: Do toestai ontwikkelt zich gunstig. De Eussisch-Rc raeenscho legers voerden in krachtige aa vallen sterke troepenmassa's tegen ons het vuur orb onze troepen benoorden di Focsani terug te drijven, en het belan^riji door ons genomen gebied te ontrukkes alle aanvallen waren vergeefs, de vijai werd overal teruggeslagen en leed zwa: verliezen. Het aantal gevangenen steeg t» 50 officieren en 3300 man, do buit tot 1 kanonnen, 50 mitrailléurs en mijnwerp9r WEENEN. Bij het aan de Hongaarse! oostgrens strijdende leger Von Rohr hadde Donderdag in bijna alle sectoren gevochte plaats, die een voor ons gunstig beloo namen, en waarbij wij terrein wonnen. AU vijandelijke aanvallen werden bloedig afg< slagen. In heb Z. gedeelte der Boekowin ontrukte onze cavalerie na een meerdaag schen harden strijd bij Wama aan do Rm sen twee achter elkaar gelegen hoogtesteüin gen. Zij dringt vooruit op Goera Haemora Verder noordwaarts bleef de toestand on veranderd. De nieuwe regeering. LONDEN. Harold Williams seint uit Po trograd over de nieuwe regeering: Verschil lende zaken verdienen de aandacht. In d< eerste plaats dat Tseretelli. de sterkste ver tegenwoordiger van den Raad van arbci ders en soldaten, zich terugtrok. Ten tweed* het aanblijven van Tsjernof ab ministoi van landbouw. Dat is een stap om strategi erger en erger. Uw moeder was toen zo( goed ervoor te zorgen, dat ik ir» een zieker.' verpleging werd opgenomen. Maar dat hic-lf allemaal niets. Er was niet één dokter-, di< eigenlijk wist wat me scheelde. Wat hebber ze al niet; geprobeerd om mo beter te ma ken! Met gloeiende tangen hebben ze lang! mijn -rug gestreken, in ijs hebben zo m< gelegd en... het hielp allemaal niets. Einde lijk werd ik zoo mager, zoo mager.... toer hebben de doktoren ten einde raad ge zegd, dab er niets aan te doen was en zoo.., ben ik hierheen gezonden... ik heb hier nop enkele familieleden... en nu lig ik hierj zoosla n ziet. Lukeria zweeg en probeerde opnieuw te glimlachen. „Maar het is hier toch verschrikkelijk voor je!" riep ik uit en omdat ik niet dade lijk wist wat eraan toe to voegen, vroeg ik haar: „En Wassili Polkajow?" Lukeria wendde haar blik van mij af ea keek terzij. „Polkajow? Hij was een tijd lang heel verdrietig gestemd... Maar... toen trouwde hij met een ander: een meisje uit Glinnoie. U kent toch Glin- r.oie? Het 'Is niet zoo heel ver hiervandaan. Zo heet Agrafen aHij had mij werkelijk lief maar hij was jong... en kon toch niet ongetrouwd blijven. En ik, hiet-waar, wat zou ik voor een vrouw voor hem geweest zijn. Hij heeft nu een lieve, goeie vrouw... Ze hebbêa ook kinderen... en het gaat hem heel'goede" :dt 'Vervolgd')

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1917 | | pagina 1