Do. 468
Zondag 12 Augustus 131
Orgaan voor Leger en VSoot,
Onder redactie van D. MANASSEN.
Taminiau's JA?
DERDE JAARGANG.
DE SOLDATENCOURANT
tel
REDACTIE EN ADMINISTRATIE VALERIUSSTE. 109, AMSTERDAM. DIT
BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK, LOSSE NUMMERS VOOR
MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 CENT. ABONNEMENT BIJ VOORUIT
BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS/1.50P.KWARTAAL
Voor AdvertentiBn wende men rich tot onze Administratie. Valerinsstraat rt
Amsterdam. Pry's der A<1 verter. tien per regel 80 cent. Voor Ingezonden Mri-'l
deelingen op de tweede, derde et vierde pagina dubbel tarief. By ubonnen't
reductie. >hij
i r-niii nis
In dezen tijd van oorlogsellende blijven, in welk bad ook, de vrouwen niet
achter, zelfs niet de hoogst geplaatsten. Zij helpen mee, waar zij ku men, om, in
letterlijken zin, de door den oorlog geslagen wonden te heelen. Zoo laat de
plaat hierboven ons Koningin Marie van Roemenië zien als verpleegster aan het bed
van een der gewonden. Zij verzorgt hem met een liefde en een ijver, alsof niet haar
plaats op den troon was.
lis tsesiand ia sen reuzenstrijd.
Heb is eigenlijk maar gelukkig, dab de
ministers der kleinere, of althans minder
beduidende mogendheden, ab Bulgarije,
Servië en ook Italië niet over don vrede te
beschikken hebben, die toch eens moet. ko
men. Want ministers dezer drie rijken heb
ben in de laatste dagen toespraken gehou
den, die nog onverzoenlijker, nog oorlog-
auciibiger zijn dan die van... Lloyd George
b.v. Daar hoeft men vooreerst, den minister
president van Bulgarije Radoslawof. Hij wil
wel vrede, maar geen vrede zonder annexa
tie. Hij moet van 't „herstel" van Lloyd
George niets hebben. Bulgarije wil houden,
wat het veroverd heeft, in Servië zoowel als
in Griekenland. De Stockholmsche confe
rentie is volgens hem van 'geen bcteekenï's
en om de vredesmotïe in den Duitschen
Rijksdag heeft Bulgarije' zi-ch niet to be
kreunen. Radoslawof beweerde zelfs, dat
Bulgarij-e's böndgonooten beloofd hadden,
dat het zijn veroveringen mocht behouden,
en als Duitschland daartoe niet. wil mede
werken, zal het zelf ook den eisch van
[Frankrijk om Eizas-Lotkaringen terug te
erlangen rechtvaardig moeten vinden, want
Bulgarije heeft hetzelfde recht op de ver
overde gebieden als Duitschland op Elzas-
Lotharingen,
Aan een feestmaal der Servische vereeni-
ging te Londen neeft, behalve de Engelsche
onderminister van buitenlandeche zaken Ror
bert Cecil, ook de Servische minister-presi
dent Pasitch het woord gevoerd Nu, als
we den vrede moeten hebben, dien deze ver-
Het levende Beeld.
'rij bewerkt near een navette van Iirc&n
Tacrgcnjew.
Het spreekwoord zegt: ,,een drooge hen
gelaar en een natte jager maken een treurig
.figuur". Ik gevoelde mij nooit bijzonder
tob de visch-sport aangetrokken en kan er
'dus moeilijk over oordeelen welko gevoelens
een hengelaar bij mooi zomer-wecr genoege-
lijk stemmen en in hoeverre de sensatie van
het bezit een er rijke vi sok-vangst het onbe
hagelijk gevoel van doorregond-nat-te-zajn
overkeersckt. Wel weet ik, dat voor een
jager do regen iets afschuwelijks is.
Gp een morgen, heel in de vroegte, toen
ik met Jennolai op de jacht zou gaan, viel
de regen in stroomen neer. We deden onze
regenj ^sen aan, zetten de kraag op tot. over
on^e ooren, zochten een schuilplaats onder
do boomen, doch ook daar droppelde de
regen gestadig omlaag....
,,Neen Peter," rïep ik hem toe, ,,zoo gaat
•het niet langer. We zullen vandaag maar
piet jagen. Maar wat nu?"
„Weet u wat we doen? Laten we naar
rAlexejewka gaan. Dat is een kleine pacht
hoeve. die ongeveer acht werst hiervandaan
ligt. Die boerderij hoort nog van uw moe
der. We kunnen er stellig overnachten en
piorgen..."
„Gaan we hier weer naar toe?"
„Neen. niet hierheen... aan den anderen
jkanifc van, Alexejewfei daar weeij ik plaat-
langt, zal er nog heel lang gestreden moeten
worden. Natuurlijk moeten de Central en al
het veroverde gebied teruggeven en Duitsch
land ook Lizas-Lotkaringen, maar boven
dien moot Italië een stuk van Oostenrijk
hebben, moeten alle volken onder Oosten-
rij ksch bestuur bevrijd worden, en derge
lijke dingen meer
Er iö in de laatete dagen ontzaglijk veel
gesproken. Telkens weer over en tegen den
vrede. Sommigen bewerpn, dat dit een
groote boteekenis heeft en dat werkelijk be
grepen wordt door de regeerders, dat de vol
ken naar vrede verlangen en zij er nu en dan
eens wat van willen hooren. In Engeland
hebben Llyod George weer en, zooals we zei
den, Robert Cecil het woord gevoerd. De
redevoeringen van den eersten minister ken
nen wij zoo ongeveer al. Voortzetting van
den oorlog, tenzij de tegenstander „volle
dig herstel" geeft. Maar wat Lloj'd George
onder dit herstel verstaat, is even weinig
duidelijk als de vredesvoorwaarden, die
Duitschland zou willen. Zou er geen kans
zijn, dat de vijanden toch eens met elkaar
gingen praten, als men van beide kanten
zich wat duidelijker uitdrukte?
De rede van Robert Cecil was gematigd.
Hij gaf toe, dat misschien de l ijd nog niet
was gekomen om vrede, te sluiten, maar
toch moesten de geallieerden aansturen op
een sclükking waarbij de natuurlijke wen-
ecken van alle betrokken landen erkend
worden. Dat ie een taal, die men in Enge
land, in de geallieerde landen, niet vaak
hoort; wij erkennen daarin de stem van
Grey, met wieu Robert Cecil zoolang heeft
samengewerkt. Hij bedoelt met de betrok
ken landen ook ongetwijfeld Duitschland en
Oostenrijk en dan wil hij dus ook eoc vrede
door schikking, een vreide zonder annexa-
se'n... waar je nog mooier wild kunt schie
ten dan hier."
Den volgenden morgen was ik al vroeg
wakker. De zon was juist opgegaan en aan
den hemel vlokte geen wolkje. Allee om mij
heen glansde; de stralen van do ochtend
zon upeeldcn in de duizenden brooze drop
pelen van den regen, die fonkelden over
het land. Terwijl men bezig was mijn jacht-
rijtuig in gereedheid te brengen, slenterde
ik wat in den tuin, waar vroeger fruit te
rijpen hing doch die thans als een verwil
derd boscbje om het huisje lag.
Heerlijk was het in de zuivere lucht, on
der den klaren hemel, waar een leeuwerik
snel-wiekend tegen de lucht opklauterde en
al stijgend z'n liefste liedjes zong, klanken,
die als blanke parelen van een snoer ge
schud, naar omlaag daalden. En meer ïecu-
werikken stegen al zingend omhoog, het was
of zij dauwdroppelen aan de vleugelen mee
naar boven voerden want hun liederen
waren als met dauw doordrenkt. Onwille
keurig ontblootte ik bet hoofd en ademde
met volle teugen de kruiige lucht in.
Ik ging langs een smal pad en zag er een
kweekplaats voor bijen met in de nabijheid
een met dunne planken in elkaar getimmerd
schuurtje dat in den winter als bergplaats
dient voor de bijenkorven. Ik keek door do
halfgeopende deur naar binnenHet was
daarbinnen donker en stil. De geur van
melis en kruizemunt kwam me tegemoet. In
oen hoek was een soort verhoogte aange
bracht en daarop lag, onder eon dun laken.
een... mens<jh... Ik wa9 van plan weg te
gaan maar een zwakke en heesdie stem j
fluistevdejl'
ties. Het is editor de vraag, of Cecil zoo
veel invloed heeft in het kabinet, dat zijn
stem er van boteekenis geacht kan worden.
Maar dat hij die stem in een officieele
bijeenkomst verhief, heeft op zich zelf
reeds iets te beduiden.
De rede van, den Italiaansche minister
Bissolati maakt een eenigszins vreemden
indruk. Do Italianen hebben alleen uit
liefde tot den vrede de wapenen opgevat
en zij zullen blijven strijden tot dien Vrede
is verkregen, een vrede nl., zooals zij graag
willen, met annexatio van een stuk van
Oostenrijk, met Triest als Italiaansche
stad .Eu 't was Italië, zeide spreker verder,
dat eigenlijk strijdt voor de Russische revo
lutie, het Italiaansche volk vecht tegen den
gemeenschappelijken vijand en is er trotsch
op zijn bloed te geven voor Ruslands onaf
hankelijkheid, Rusland'a vrijheid! Wat Je
Russische gedelegeerden daarop geantwoord-
hebben, vernamen we niet. Misschien heb
ben ze uit beleefdheid gezwegen.
Behalve, dat er veel gesproken wordt,
is er weinig belangrijk nieuws, noch op
politiek gebied .noch aan de fronten. De
toestand in Rusland schijnt thans nog ver
der op te klaren, de regcering is althans van
plan vastberaden op te treden en alles to
doen om den oorlog en de revolutie tot een
goed einde te brengen. Er loopen geruch
ten, dat zij haar zetel naar Moskan zal
verplaatsen. Er zou in zooverre iets voor
te zeggen zijn, omdat het-ministerie dan
meer in. 't midden des land3 is geves
tigd, het beter voeling kan houden met
alle deelen des lands.
Yan de -verschillende conferenties ver
neemt men niet veeldie der geallieerden te
Londen is verdaagd, maar wordt spoedig
hervat; er zou ook over de Stockholmsche
conferentie zijn gesproken. Natuurlijk
moeten de regeeringen de quaestio der uit
reiking van passen aan gedelegeerden naar
Stockholm onder de oogen zien. Hoe de
Engelsche arbeiders en socialisten over
Stockholm denken ia nog altijd niet duide
lijk: de bond van zeelieden .*n stokers be
slist tegen er aan mee te doenboe de
talrijke mijnwerkers en spoorwegmannen er
over denken, is nog niet zeker; bet is met
onmogelijk een meerderheid onder hen te
vinden voor deelneming aan de conferentie
te Stockholm, maar veel hangt nog van al
lerlei omstandigheden af.
Op de oorlogsterreinen wordt de strijd
voortgezet, hier en daar met nieuwe kracht.
Nog wijken in de Boekowina hier en dapr
de Russen terug, o.a. bij Kimpoloeng, maar
elders verdedigen zij zich zoo manmoedig,
dat de Cen-tralen niet vooruitkomen; zelfs
gaan zij tot tegenaanvallen over en aan de
grens van Galicië, bij de Zbroecs, hebben zij
zelfs een overwinning behaald, terrein ge
wonnen en een driehonderd gevangenen ge
maakt. Voor de Duit6chers en de Oosten
rijkers is dus aan het Oostelijk front de oor-
log geen spel meer. Slechts aan het Roe-
meensche front schijnen zij nog steeds vor
deringen te maken, hoe dapper de Roeme
nen vechten. In 't geheel verloren de Rus
sen en Roemenen hier 3300 man pan gevan
genen, bovendien lieten zij 17 kanonnen en
vijftig machinegeweren in de handen van
den vijand. Toch neemt ook hier, bij Foc-
6ani bijv., de weerstandskracht der Russen
en Roemenen toe.
Aan het Westerfront tot nog toe vooral
artillerieactie en afzonderlijke aanvallen.
Echter hebben do Engelschen in Vlaanderen
blijkbaar weer groote plannen; hun geschut
vuur neemt toe en dat wijst waarschijnlijk
op een nieuwen stoot van het offensief.
Ook maakten zij in de laatste dagen eenige
vorderingen, vooral bij Bixschoote en
Langenma-rck, terwijl de Duitsche artillerie
bijzonder krachtig optrad bij "Nieuwpoort.
Aan het Frauscbe front veel artillerie
actie en hier en daar gevecht mpt afwis
selend eucces.
engeland.
De houding der Engelsche zeelieden.
LONDEN. Havelock Wilson, president
van den nationalen bond van zeelieden en
„Mijnheer! Beste meneer!"
Ik bleef stil staan.
Poter PetrowitsöhKomt u eens wat
riiobter bij me... toe..."
Het was alsof dit wezen van zijn leger
stede wilde oprijzen
Ik kwam wat dichter bij en stond in-eeno
star te kijken van verbazing en schrik.
Voor me lag een levend menschelijk wezen.
Het was eens meisje.
Haar gericht, uitgeteerd, als uit brons ge
bouwen, geleek op een oud, byzantijnsch
heiligenbeeld. Do neus was scherp en fijn,
de lippen waren bijna nietxte-rien, alleen
de tanden en de oogappelen glinsterden ver
blindend-wit en onder baar hoofddoekje
uit geelden een paar dunne haarstrengelties
op beur voorhoofd. Bij haar kin op het
laken lagen een paar kleine handen waar
van de magers af en toe beweegden. Ik
ktek scherper en zag, dat het gericht niet
onknap was, een huiveringwekkende, ver
kwijnde schoonheid, die zonderling aan
deed. jEn dit gelaat stemde mij dee te meer
met ontzetting toon ik bespeurde, hoe een
glimlach die verstarde trokken trachtte te
verlevendigen en daartoe tooh niet in staat
was.
„Herkent u mij niet, mijnheer?" fluis-
sterde weer dezelfde stem en het was alsof
het geluid tusschen de even-bewegende lip
pen verzwakte en stierf.
,Maar hoe zou u mij ook herkennen
Tic ben Lukeria... herinnert u zich niet
meer... Lukeria, die bij uw moeder nog wel
heeft gezongen en gedanst... Weet u niet
meer? Ik was er altijd de ,,vporzangeres."
stokers, heeft verklaard, dat zijn vereeni-
ging weigert afgevaardigden uit Engeland
naar Stockholm te vervoeren. Dat betetfeent
dus een herhaling van 'b gebeurde met Mac
Donald. De bond is sterk genoeg om zijn
bedreiging ten uitvoer te brengen. Do
rgeeering zal zich waarschijnlijk niet met
de zaak bemoeien. De beide andere groote
bonden in do transportarbeiders-federatie
en de beide ver semi gin gen van dokarbeidera
zijn van plan het denkbeeld te steunen.
Een betooging tegen Stockholm.
LONDEN. In Central-Hall, Westmin
ster, is Woensdagavond een nationale
betooging gehouden tegen het voorstel
dat Britsche gedelegeerden in een vriend
schap pehjko conferentie te Stockholm
met Duitschers zouden samentreffen. Have
lock Wilson,, voorzitter van den Zeelieden
en Stokershond, presideerde de bijeenkomst.
Met hem zaten aan de bestuurstafel, Ca-
thery, de secretaris van den Zeelieden- en
Stokershond, Seddon de voorzitter van den
Algemeenen. Raad van de British Workers
League, David Gilipour, van den Schot-
schon Mijnwerkersbond, Welsh, parlemen
tair secretaris van den Local Government
Board, Fisher, eere-secretaris van de British
Workers League, Appleton, algemeen secre
taris van de Federatie van Vakvereenigin-
gen, Green, voorzitter van het bestuur van
de British Workera League enz.
De minister van pensioenen Barnes schreef:
Ik ben het geheel met u eens over do onge-
wensohtheid van de conferentie te Stockholm.
Ik bon er tegen omdat ze in strijd is met vroe
gere verklaringen van de arbeiderspartij en
omdat het geen goede zaak is om van zulke
vroegere verklaringen af te wijken. Dit is al
zeer ontijdig, wijl liet gepraat over de vredes
voorwaarden met den vijand juist nu Rusland
moeten verzwakken en net moeten ontmoedi
gen den op zoo schitterende wijze het bijeen
trachten te houden. Bovendien zou onze deel
neming aan zulk een conferentie een bel eed i-
ging zijn jegens onze geallieerden in Frank
rijk, Italië, België, Amerika. Wij zouden den
vijand liever hebben dan do vrienden. Ik ben
voor het vasthouden aan de vroegere verkla
ringen en voor de voortzetting van den oorlog-
De jongste gebeurtenissen versterken me in
die houding.
In een telegram van mannen aan het front
wordt van de vergadering verlangd, dat ze zul
len denken aan de mannen van de stoomboot
„Belgian Prince", door de Duitschers verdron
ken.
Will Thome schreef dat z. i. de conferentie
zou beteekenen het spelen in de kaart van den
vijand.
Onder de andere voorgelezen brieven en tele
grammen, "was er ook nog een van lord Beree-
ford, die verklaarde volkomen te vertrouwen
op het gézond verstand en de vaderlandsliefde
der Britsche arbeiders om te beletten dat ge
delegeerden naar Stockholm gaan. Indien do
re geering toestaat, dat gedelegeerden naar
Stockholm gaan, zal zij prestige en invloed ver
liezen.
De minister zeide, dat de pacifisten spra
ken alsof ze de eenigen ter wereld waren die
vrede wilden. Dat was niet zoo. Het land be
hoefde een duurzamen vrede, niet een die bin
nen tien jaren een nieuwen oorlog zou betee
kenen. Niemand kon met recht dit land be
schuldigen voor den oorlog verantwoorde!ijk te
zijn. (Toejuichingen). De conferentie te 'Stock
holm zou land en regeering in moeilijke posi
tie brengen. Het volk van GrooteBritannië
was vastbesloten dat er slechts één einde aan
dezen oorlog zou zijn. Als de Duischers vrede
willen kunnen zij dien morgen krijgen
als ze willen, maar niet op Duitsche voorwaar
den, maar op wat ik billijke voorwaarden acht
in aanmerking genomen de offers door ons land
en andere landen gebracht. De Duitschers ech
ter hebben nog veel te leeren en wij zullen ze
dat lesje geven. (Toejuichingen.)
Groote geestdrift wekte de verklaring van
den voorzitter, dat wat het congres- der arbei
derspartij of eenig ander congres moge beslui
ten, de zeelieden beslist zullen weigeren de
vredesgedelegeerden over te brengen. In de
drie jaren van oorlog was er geen meer patriot
tische groep mannen dan tie zeelieden. Wij had
den de Duitsche verschrikking onder oogen to
zien, die ten doel had de zeevarende lieden van
de zeeën te verjagen.
De dienstplichtwet In Canada.
OTTAWA. De Senaat nam do dei-de
lezing aan van heb wetsontwerp op den mi
litairen dienstplicht.
„Lukeria!" riep ik verrairt uit, ben jij
het? Hoe is het mogelijk!"
„Ja mijnheer, ik ben het. Ik... ben
Lukeria."
Ik wist niet, wat ik zeggen zouvol ver
bazing staarde ik dat onbewegelijke, don
kere gelaat aan waarin de oogen als van
een doode mij glazig aanstaarden. Was
het dan inderdaad waar Was dit verander
de wezen, dit skelet, Lukeria... Lukeria,
het mooiste meisje van onze vroegere om
geving, dat mooie, slanke, frissche wezen,
dat altijd lachte, altijd danste en zong?
Lukeria, de kloeke en schrandere, op wie
alle jongens van het dorp verliefd waren ge
weest en voor wie ook ik, in stilte, een bijna
dweepende genegenheid had -evoeld?
„Lukeria... wat... wat is er met je ge
beurd V-
„Ilet ongeluk heeft me getroffen, mijn
heer. maar schrikt u nou niet van m'n
uiterlijk terug en gaat u daar eens zitten
alsjeblieft... maar een beetje dichterbij,
want anders kunt u me niet verstaan...
m'n stem, die is zoo... ach, wat ben ik
blij. dat ik u weer zie! Hoe komt u hier zoo
in Alexejewka?"
Lukeria sprak heel zacht en zwak, doch
zonder eenige hapering.
„Ik ben met Jermolaï, den jager, hier
heen gekomen. Maar vertel me toch..."
„Zal ik u alles vertellen? Luister dan,
m'n "beste mijnheer. liet is al lang geleden,
zoo ongeveer zes of zeven jaar, dat het on
geluk me trof. Ik was destijds juist verloofd
met Wassili Poljakovr, herinnert u zich niet
meer, dat was zoo'n flinke, knappe jongen,
hij was nog tafeldienaar bij uw moeder. O
FRANKRIJK.
Van het Westelijk Oorlogaterreln.
Hot Engelsch-Fransch offensief.
PARIJS. De artillerie der boide
partijen kwam bij Epine de Chevigny
in actie. Een door ons ondernomen overval
ten O. van de Emnityboerdcrij was oor
zaak, dat wij eenige gevangenen konden
meevoeren.
In de stroek rond Eparges ten n. van
Vaux les Palameix drong een onzer deta
chementen'de Duitsche loopgraven binnen.
Na een levendig gevecht gedurende het
welk wij den vijand zware verliezen toe
brachten en zijn stellingen omverwierpen
keerden onze mannen voltallig naar hunne
linies terug.
Overigens valt van het front niets bijzon
ders te melden.
PARIJS. Officieel. In België maakten
wij nieuwe vorderingen ten zuiden van
Langemark. Wij maakten een twintig
tal gevangenen. Wederzijdsche artillerie
actie in den sector Pantheon, bij Chevreg-
ny, in de streek van de hoogten bij Auberivo
en aan weerskanten van de Maas.
Ondanks het slechte weer deden Donder
dag onze vlieger eskaders tal van tochten. Zij
bombardeerden de vliegterreinen bij Col-
mar en Habsheim. Alle doelen werden ge
troffen.
LONDEN. Officieel. Wij voerden welge-
lagde raids uit in de buurt van Lens,
waarbij we eenige gevangenen maakten en
vele Duitschers doodden. Onze troepen keer
den, na de vijandelijke verdedigingswerken
te hebben'vernield, terug met slechts gerin
ge verliezen.
De vijandelijke, artillerie was meer actief
dan gewoonlijk in den sector van Nieuw
poort.
BERLIJN. Officieel. Legergroep-Prim
RupprechiHet ongunstige en nevel
achtige weer verhinderde Donderdag
namiddag iedere levendige gevechtsac-
tic. Eerst Donderdag tegen den avond her-
levendigde in Vlaanderen de artillerieactie.
Gedurende den nacht was zij krachtig en
bereikte op enkele punten, vooral aan de
kust en tusschen Bixschoote en Hollebeke
een groote heftigheid. Tot infanterie-actie
kwam heb niet.
Bij Hcoge oprukkende Engelsche verken-
ningsafdeelingen werden afgeslagen.
In Artois nam het vuur aan beide zijden
van Lens toe. Ook hier bleven echter ge
welddadige verkenningen van den vijand
zonder sucoss.
Bij de andere legergroepen bleef de ge
vechtsactie, die tegen den avond op ver
schillende plaatsen toenam, binnen de ge
wone grenzen.
Os aflossing én de rust.
Een luitenant der infanterie heeft aan da
„Humanité" artikelen gezonden, die een denk
beeld geven van de menigvuldige materieele
verbeteringen van do levensomstandigheden
van den Franschen soldaat aan hot front. Hier
wordt een gedeelte weergegeven, dat een schets
geeft van een aflossing der regimenten na da
gen van zware beproevingen. Om 5 uur is het
bevel aangekomen: „Heb bataljon zal worden
afgelost door het infanterie-regiment. Heb
uur van de beweging ongeveer 10 uurde com
pagnies met een tusschentijd van een half uur,
te beginnen met de 3de. Richting: de boerderij
A..„ waar de bataljons in vrachtauto's vertrek
ken den om 2 uur. De te volgen weg:
loopgraaf M, verbindingsloopgraaf H, parallel
loopgraaf van C..„ verbindingsloopgraaf K."
In een oogwenk was het nieuws in de ge-
heele loopgraaf bekend; en te midden van alle
actio en "onder alle inspanningen hadden de
soldaten slechts één gedachte, de gedachte aan
het oogenblik van hun aflossing.
Welk een verbetering de aflossing van nn
vergeleken bij die van voorgaande jaren. Zon
der twijfel, men moet nog wel onder zuchten
en vloeken in een moeilijken marsch in de mod
der en in de duisternis de 8 kilometer naar de
boerderij A. afleggen. Meer dan eens moet do
colonne een gedwongen halt maken in de duis
tere verbindingsloopgraven, overdekt met aller
lei materiaal, versperd door telefoondraden,
door aardkoopen, die door de zware projectielen
„les lourds" neergeworpen zijn, of wel door
rijen brancards, die de gewonden wegvoeren.
Vroeger moest men den gehcelen nacht mar-
Eist bij Arnhem.
'-- .--LIha<
cbeoren, zelfs oen ztuk van den morgenen'
zich eindelijk te kunnen uit*trekken it*«i
dorp achter het front, waar enkele 130 *lö<
marine-projectielen of 210 m.M. morfcicr-ttHr
tiolen bijwijlen on» in onze rust kwatnci
schrikken. Nu vervoeren vrachtauto's on n
tot 100 K.M. achter het front, ver van d__
nonnen, die men niet meer hoort, naar
zamo oorden, waar do frissche natuur dot,
Ratio van het loven hergeeft. Geen engo
plaatsen meer, maar we worden ondcrgobi
in zolder3, onder tenten, dio wel hun ongezon
ken, maar toch ook hun heerlijkheden hci»T<
na de dagen in de loopgraven.doorgcbrac)
rusland'
Van het Oostelijk Oorlogsterren^
Aan het Russische front,
k.)
nee, u was toen al niet meer thuis, u stu
deerde in Moskou. Wassili en ik, we hielden
heel veel van elkaar, hij was dan ook geen
oogenblik uit m'n gedachten. Eens, het was
lente, "op een nacht, het begon al een beetje
te dagen... kon ik niet slapen. Er zong een
nachtegaal in den tuin, zoo mooi, zoo won
derlijk-mooi... dat ik het niet langer in bed
uithield, opstond en op de trap, die naar
buiten leidde, ging staan om het nachtegaal-
gezang des te beter te kunnen hooren. Ze
floot, zoo fijn, zoo trillend en rollend en
dan weer vleiend-lief... Oo... toen ik op
eens.de stem van Wassili meende te hooren,
dio heol zacht riepLuschaIk keerde me
om en, nog wat suffig van de slaap, 6tapte
ik mis en viel van de trap af op den
grond. Het scheen alsof ik me niet erg be
zeerd had. want ik kon oprtaan en ging
dadelijk naar m'n kamer. Maar tooh, het
was. alsof hier-van-binnen, iets gescheurd
was... een oogenblik, mijnbeer, ik moet
even op-adem komen,.., 't duurt maar één
oogenblikje."
Lukeria zweeg en ik aanschouwde haar
met verbazing. Wat me het meest verwon
derde, ze had alles met een zekere opge
wektheid verteld, zonder de minste klacht,
zonder ook maar één oogenblik de gedachte
aan medelijden te willen opwekken.
„Van dat oogenblik af, vervolgde Lu
keria, begon ik ziekelijk te worden, uit
te teren, do kleur van mijn vel werd lieele-
maal donker, zooals nn, ik begon heel moei
lijk te loopen en eindelijk kon ik zelfs niet
meer staan of gaan, het eenigste wat me
toen overbleef was maar te blijven liggen.
Ik at en .drpnk 'niet,mijn toestand werd al)
PET ROG RADAan het W.-front
het infanterie-vuur in de richting
BroJy krachtiger.
Aan het Rocmeenscho front deed ma
vijand; ten Z. der Prooth tot aan het c
Sioka een reeks middelmatig sterke aan63'
len, die allen werden afgeslagen. In
streek ten N.W. van Sipot en Kalor^
vermeesterde de vijand na eenige hardt'-
kigo aanvallen een reeka hoogten en dfja
onze troepen eenigermate naar het O. ter
Tusechen de rivieren Loetaja en Dofli.dc
sloegen wij oenigo vijandelijke aanvallen n
Op een der hoogten deed de vijand een in1*'
in onze loopgraven maar wij verdreven Prj
bij een tegenaanval en dwongen hem rT
vluchten, waarbij 8 gevangenen en één
traülcuse in onze handen vielen. Na q
artillerie-voorbereiding deed de vijand wr
aanval op een Roemeensche stelling in
streek tusschen de rivieren Oitoz en Cas
De Roemenen werden in enkele secto:
teruggedreven. Ten Z. van de rivier CWi
sloegen zij aanvallen af. In de richting T
sani zotte de vijand zijn aanvallen voo
Hij dreef onze troepen ten N, van Petrt
kani en Doalga terug.
BERLIJN. Officieel. Legerfr&nt-pn
Leopold: Geen bijzóndere voorvallen.
Legerfront-oartshertog Josef: lil
Bosch-Karpathen en 'in het Moïdavisc
grensgebergte hadden met sucoes bekroon
gevechtsacties plaate. Wij brachten op
kele plaatsen onze linies vooruit en sloeg
sterke vijandelijke tegen aanvallen af.
Legerfront-yMackensen: Do toestai
ontwikkelt zich gunstig. De Eussisch-Rc
raeenscho legers voerden in krachtige aa
vallen sterke troepenmassa's tegen ons
het vuur orb onze troepen benoorden di
Focsani terug te drijven, en het belan^riji
door ons genomen gebied te ontrukkes
alle aanvallen waren vergeefs, de vijai
werd overal teruggeslagen en leed zwa:
verliezen. Het aantal gevangenen steeg t»
50 officieren en 3300 man, do buit tot 1
kanonnen, 50 mitrailléurs en mijnwerp9r
WEENEN. Bij het aan de Hongaarse!
oostgrens strijdende leger Von Rohr hadde
Donderdag in bijna alle sectoren gevochte
plaats, die een voor ons gunstig beloo
namen, en waarbij wij terrein wonnen. AU
vijandelijke aanvallen werden bloedig afg<
slagen. In heb Z. gedeelte der Boekowin
ontrukte onze cavalerie na een meerdaag
schen harden strijd bij Wama aan do Rm
sen twee achter elkaar gelegen hoogtesteüin
gen. Zij dringt vooruit op Goera Haemora
Verder noordwaarts bleef de toestand on
veranderd.
De nieuwe regeering.
LONDEN. Harold Williams seint uit Po
trograd over de nieuwe regeering: Verschil
lende zaken verdienen de aandacht. In d<
eerste plaats dat Tseretelli. de sterkste ver
tegenwoordiger van den Raad van arbci
ders en soldaten, zich terugtrok. Ten tweed*
het aanblijven van Tsjernof ab ministoi
van landbouw. Dat is een stap om strategi
erger en erger. Uw moeder was toen zo(
goed ervoor te zorgen, dat ik ir» een zieker.'
verpleging werd opgenomen. Maar dat hic-lf
allemaal niets. Er was niet één dokter-, di<
eigenlijk wist wat me scheelde. Wat hebber
ze al niet; geprobeerd om mo beter te ma
ken! Met gloeiende tangen hebben ze lang!
mijn -rug gestreken, in ijs hebben zo m<
gelegd en... het hielp allemaal niets. Einde
lijk werd ik zoo mager, zoo mager.... toer
hebben de doktoren ten einde raad ge
zegd, dab er niets aan te doen was en zoo..,
ben ik hierheen gezonden... ik heb hier nop
enkele familieleden... en nu lig ik hierj
zoosla n ziet.
Lukeria zweeg en probeerde opnieuw te
glimlachen.
„Maar het is hier toch verschrikkelijk
voor je!" riep ik uit en omdat ik niet dade
lijk wist wat eraan toe to voegen, vroeg ik
haar:
„En Wassili Polkajow?"
Lukeria wendde haar blik van mij af ea
keek terzij.
„Polkajow? Hij was een tijd lang heel
verdrietig gestemd...
Maar... toen trouwde hij met een ander:
een meisje uit Glinnoie. U kent toch Glin-
r.oie? Het 'Is niet zoo heel ver hiervandaan.
Zo heet Agrafen aHij had mij werkelijk
lief maar hij was jong... en kon toch niet
ongetrouwd blijven. En ik, hiet-waar, wat
zou ik voor een vrouw voor hem geweest
zijn. Hij heeft nu een lieve, goeie vrouw...
Ze hebbêa ook kinderen... en het gaat hem
heel'goede"
:dt 'Vervolgd')