No. 371
Vrijdag 29 December 1915
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws,
Onder redactie van D. MANASSEN.
Gezondheidsleer
Ons Oorlogsdagboek.
Onder verdenking
DERDE JAARGANG.
SOLDATENCOURANT
REDACTIE EN ADMINISTRATIE VALERIUSSTR. 109, AM8TERDAM. DIT
BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR
MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 GENT, ABONNEMENT BIJ VOORUIT-
BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS/l.oOP.KWARTAAL
Voor Ad verton li Sn wende men rich tot onru Administratie, Valerius'i sat 109
Amsterdam. Prj}» der Advertcutjr-n per regel 50 $en». Voor JugéioinJvn Mede.
deel'ngen op de tweede, derde en vierde pagina dobbel tarief. Bjj abonnement
reductie.
Een. kijkje op de hoofdstad van Roemenië Boecharest, de mooie stad, die voor
eenige weken zonder slag of stoot door de Dnitschers w rd bezet. De stad ligt aan
de Dambowitza, een zij-rivier van den Donau. Ze had in 1905 meer dan 285,000
inwoners en zal er nu wel 300,000 tellen. Zij heeft veel invoer- en doorvoerhandel
en men vindt er een bekende universiteit.
doer J. P. BUL, officier V3n gezondheid.
Verspreidingswijze besmettelijks ziekten. II.
Soms gebeurt hot overbrengen van de smet
stof op zeer begrijpelijke wijze b.v. door dat
Let zieite met de smetstof voorziene lichaams
deel van den zieke in rechtefcreeksehe aan
raking komt met liet lichaam van een gezon
de. óp deze wijze verspreiden zich, althans in
West-Europa, bijna zonder uitzondering de
geslachtsziekten. Slechts uiterst zelden ont
staat de besmetting met zoo'n ziekte door
b.v. uit een besmet glas to drinken.
Bij de meeste besmettelijke ziekten is het
evenwel niet zoo eenvoudig. Neemt men b.v.
een ziekte waarvan de smetstof in de koel is.
Uit allerlei proeven kan men opmaken, dat
indien de patient rustig ademt d© smetstof
niet in de lucht komt. Anders wordt dit even
wel wanneer hij hoest of niest. Tallooze uiterst
fijne speekselboHetejs verspreiden zioh dan
oin hem hcén en juist deze speekselbolletjes
Min besmet met duizenden bacteriën. Een deel
van deze spoeksolibolletjes wordt ingeademd
door. personen, die vlak in do omgeving zijn en
die zoodoende besmet worden. Een ander deel
der speekselbolletjes komt op levenloozo voor
werpen tereaht. Ée drogen daarop vast, en dé
bacteriën die, in de speekselbolletjes waren
worden op de voorwerpen vastgekleefd.
Wat nn het lot van deze bacteriën is hangt
af van de omstandigheden en van de soort
bacteriën. Sommige soorten zijn spoedig afge
storven, andere soorten blijven lang leven,
sommige worden door warmte snel gedood, an
dere door de zon, weer andere kunnen niet
tegen uitdrogen. Blijven ze leven dan kunnen
ze aan de haijden komen van iemand die zoo'n
voorwerp aanraakt en raakt hij dan oven later
zijn lippen aan dan kunnen die bacteriën in
don mond komen.
Behalve door hoesben en niezen komen bac
teriën uit kool- en mond in de buitenwereld
b.v. aan drinkglazen, in zakdoeken,aan de
vingers. Blijven de bacteriën dan eenigen tijd
iu de buitenwereld leven dan kunnen zij met
de vingers of de glazen of zakdoeken de
zielctekièmen freer verder verspreiden.
"Wanneer vrij dan eens nagaan boe de smet
stof, dat miscroscopisch kleine levende
wezentje, dat de eigenlijke oorzaak der ziekte
is, zich verspreidt en daardoor ziekte verder
bremgfc, dan staan wij bij enkele van de meest
bekende besmettelijke ziekten, van ziekten, die
men reeds lang als besmettelijk beschouwd
heeft en waarvan iedereen weet dot zo van
den een op den ander overgaan, voor de grooto
moeilijkheid dat, ondanks tallooze onder
zoekingen, de microbe, de bacterie van die
ziekten nog niet bekend is. Iedereen weet dat
mazelen besmettelijk zijn, zelfs zeer besmette
lijk, maar niemand weet hoe de ziektekiem
van mazelen er uitziet. Toch weet men, dank
zij allerlei nauwkeurige waarnemingen, ver
12JJO weak.
Van 18 tot 24 Deo.
18 Dec. Engeland besluit op verzoek der
Vereemigde Staten, den nieuwen
ambassadeur te Washington, Tar-
nowaki een vrijgeleide/ te geven.
,19 Lloyd George en Briand antwoor
den op de Duiteob.0 vredesvoor
stellen.
20 Do Grieksche regeering zendt een
nota aan de Entente over den
toestand.
In Oostenrijk treedt eca, minis
terie Clam-Martinitz cp.
21 President Wilson biedt bemidde
ling aan.
Do Engelschen heroveren El
Aritsj in Egypte.
22 Dnitsohland opent de gelegenheid
tob neutrale postverzending per
handelsdnikboot.
De oentralen bezetten Tuleoa
aan den Donau.
EAREL GOSSWUN.
„Halt!... kerel stal"
Een geschuifel als van vluchtende voetstap
pen deed zich hooren.
,,Sta.,. Sta of ik schiet!"
Er flitste iets glinsterends door de donkere
gang en kwam inet een geluid van vallend
metaal op den steenen vloer neer.
Een geweldige sprong volgde. Toen... eca
hevige knal, die steeds een steeds weer door do
ataensn muren van de tang jyeeelsQfcbsfc sterd.
schillende bijzonderheden aangaande de wijze
waarop de ziekte zich verbreidt.
Mazelen zijn, zooals men weet, een ziekte,
die bij voorkeur kinderen aantast. De kinde
ren vertoonen eerst verschijnselen van ver
koudheid, zij niezen, de oogen zien rood en
tranen. Dan komt de eigenaardige uitslag,
do eindigt met verveiling in kleine schilvers.
De ziekte verloopt gewoonlijk licht, maar in
vele gevallen wordt vooral door bijkomende
longontsteking het ziektebeeld verergerd. De
sterfte aan mazelen is dan ook grooter dan
men gewoonlijk denkt.
Do keelpijn, do verkoudheid, het niezen doen
vermoeden, dat de smetstof van de ziekte in
het keel- en nonsslïjm van den patiënt zetelt
en dit vermoeden wórdt zeer sterk vermeerderd
door dierproeven die men genomen heeft. Het
is n.l. gebleken, dat apen ook een zekere
mate van gevoeligheid voor mazelen hebben
en wanneer men die dieren neus-beelslijm
van zieke kinderen inspuit, krijgen zij even
eens een koortsige ziekte met verkoudheid en
een uitslag als bij mazelen. Hieruit kan men
afleiden, dat de smetstof van de ziekte in het
neus-keelslijm zetelt en het is gemakkelijk te
begrijpen, dat de kinderen met hun boesten
en niezen een grooto hoeveelheid microben om
zich verspreiden, die tl au weer door andere
kinderen worden ingeademd
De smetstof zetelt in do keel, maar wan
neer? In het begin der ziekte, of aan het einde
of gedurende de gbheelo ziekte P "Uit allerlei
waarnemingen betreffehdo besmettingen en
uit verschillende dierproeven kan men met
vrij groote zekerheid zeggen, dat de smetstof
alleen in het allereerste begin der ziekte in
da keel te vinden zal zijn. Wanneer het kind
vol uitslag is, of wanneer het vervelt, is do
smetstof reeds verdwenen.
De smetstof komt dooi* hoesten en niezen
buiten het lichaam, en komt dan aan allerlei
voorwerpen. Het is dus van groot belang om
te weten of de ziektekiemen, lang aan die voor-
worpen kunnen blijven leven of dat zij spoe
dig afsterven. Met het oog op de te nemen
maatregelen, vooral ten opriohto van de
ontsmetting, is dit natuurlijk van veel belang,
üit verschillende waarnemingen nu kan men
opmaken, dat de smetstof zeer spoedig dood is.
Ontsmetting van een woning indien er een
maze ten-patiënt geweest is, is dan ook weinig
belangrijkdoor goed luchten, door goed de zon
t; laten toetreden,.zullen de ziektekiemen niet
lang meer leven.
Wij hebben dus gezien, dat de smetstof ina,ar
korten tijd door den patiënt wordt uitgeschei
den en dat ze spoedig is afgestorven indien ze
in de buitenwereld komt. Onwillekeurig vraagt
men zich dan a-f hoe liet komt, cïat took bijna
iedereen mazelen krijgt. Een van de oonzaken
daarvan is dat de kinderen reeds vódr dat zij
duidelijk ana mazelen Lijden, dus wanneer ze
nog vroolijk spelen, alleen wat verkouden zijn,
besmettelijk zijn en met iedere niesbui millioe-
nen ziektekiemen over hun speelgenootjes uit
spreiden. Een tw7eede oorzaak van de groote
uitbreiding, die mazelen krijgen is gelegen in
het feit, dat de menseh zoo buitengewoon ge
voelig is voor deze ziekte. Niemand ontsnapt
eraan en ook degenen, die denken nooit maze
len gehad te hebben, zullen als kind in zeer
lichten graad de ziekte hebben doorgemaakt.
Zeer belangrijk zijn de waarnemingen, die
over de gevoeligheid voor mazelen gedaan zijn
op de Faröer, eilandjes ten noorden van Enge
land. Op de Faröer waren in 1781 mazelen
voorgekomen en daarna niet meer, totdat iu
1846 een koopman die in Denemarken besmet
geworden was, op dat eiland ziek werd en
den inwoners mazelen bezorgde. Het bleek toen,
dab de ziekte zicli met grooto snelheid onder de
bewoners verspreidde. Groot en klem, rijk en
arm, iedereen kreeg mazelen. Slechts eenige
ïienschen van bij de zeventig jaar werden ge
spaard. Wat blijkt nu uit deze waarnemingen?
Ten eerste blijkt hieruit, dat de menseh
uiterst gevoelig is voor de ziekte, maar ten
tweede blijkt er uit, dat de kinderziel maze
len, eigenlijk geen echte kinderziekte is. Het
is een ziekte die iedereen aantast, maar die
dengeen, die ze heeft aangetast in het vervolg
met rust laat. Zooals wij in de inleiding gezien
hebben, ontstaat na het doormaken van een
besmettelijke ziekte veelal ongevoeligheid voor
dio ziekte. Zoo ook met mazelen. De kinderen
besmetten elkaar, maar daardoor zijn zij, wan
neer zij volwassen zijn ongevoelig voor de
ziekte. Op de Faröer kreeg iedereen mazeleu,
ook de volwassenen, want als kmd hadden zij
de ziekte niet gehad en waren dus niet onge
voelig er voor geworden. Alleen de oude men-
schen hieven gespaard... maar dat waren ook
degenen die de epidemie van 1781 hadden mee
gemaakt en toen onvatbaar waren geworden.
Hoe gevaarlijk juist de ziekte voor volwassenen
is, bleek bij oen epidemie op andere eilanden,
waar de ziekte nooit was voorgekomen, nl. de
Fijieilanden, In 1875 stierveu aldaar van
150.000 bewoners 40-000 aan mazelen.
(Wordt vervolgd.)
Een vlam scheurde een oogenblik de zwarte
duisternis vaneen. Kruitdamp scheen de ge-
heeje gang te vullen.
Toon kwamen er mannen met lantarens, die
den vluchteling, die op den grond lag, in een
plas bloed, wegvoerden.
Een van hen kwam jiaar een ouden man toe,
die met een krijtwit gelaat en wezenlooze trek
ken naar de plek op den vloer tunrde waar
de gevangene zooeven gelegen had. Een nog
rookende revolver hield hij slap in de rechter
hand.
„Kom, kom Jasper, trek het j'e niet zoo
aan,"
De grijsaard antwoordde niet. Uit zijn mouw
lekte een dun straaltje bloed. Op den vloer,
vlhk uaast hem lag een scherp gevaarlijk mes.
„Maar ik zie, je bent gewond. Hoeft de
schurk je aangevallen?"
,,Neen," antwoordde de oude man hakke
lend. „Hij wierp... hij wierp met een mes
een mes naaf me... maar ik ben niet... go-
troffen."
Hij had niet gemerkt, dat het mee, rakelings
langs hem gevlogen, hem in den arm verwond
had.
De ander klopte hem vriendschappelijk op
den schouder en zeide:
„Laat ik jo nu even naar huis brengen.
We zullen je wacht wel overnemen."
Jasper liet zich willoos leiden.
Mercy Jaspers trof den volgenden morgen,
toen zij beneden kwam, haar vader reeds aan.
„Wat bent u vroeg, zeide zij, hem een
kopje thee inschenkend.
„U hebt immers nachtdienst gehad?"
„Ik ben weer vroeg thuis gekomen kindlief
Men heeft mijn wacht overgenomen, omdat ik
niet goed daarvoor in staat was."
„Niet in staat? Maar u bent toch niet ziek?"
riep Merc-y angstig nit.
„Neen Mercy, ziek ben ik niet, doch ik heb
vannacht een geweldige emotie gehad. Er heeft
een gevangene getracht te ontsnappen, en toen
ik hem betrapte heeft hij me een mes nage
worpen en wilde niet stilstaan. Ik was toen
verpRebt op hem tp schieten."
yrceseïijV dep Mercy onvaUeksurig
Kamer dar Staten-Gensrail.
Staatsbegrootïng 1917.
HOOFDSTUK VI (MARINE).
Memorie van Antwoord
Vervolg en slot,)
Toestand van li et personeel.
Ofschoon niet kan worden ontkend, dat er
van tijd tot tijd teekenen van ontevredenheid
onder verschillende categorieën merkbaar zrn,
is de Minister van meening, dat deze in het
algemeen niet hunne oorzaak vinden in eere
gebrekkige salarisregeling en gemis van goede
pensioenpebcpalingen, noch te wijten zijn aan
het dikwijls niet tactvol optreden van officieren.
Het ligt niet in het voornemen reeds thans
wijziging van soldijen welke drie jaar ge
leden opnieuw werden vastgesteld te over
wegen, al rnoet toegegeven worden dat het be
langrijk duurder worden van vele verbruiks-
artïkelen het rondkomen "moeilijker maakt. Deze
moeilijkheid geldt echter thans voor zeer velen
i*i den lande. Een dhürtetoeslag is daarom aan
het meerendeel van het personeel beneden den
rang van officier toegekend.
Dat er ten aanzien van sommige vergoedin
gen en toeslagen hinderlijke ongelijkheid valt
op te merken, kan niet worden toegegeven. De
beslissing omtrent bet toekenpen van een mobi
lisatie-toeslag in Indlë behoort bij den Minister
van Koloniën. Deze toeslag werd minder noo-
dig geachtlo. omdat het personeel, dat in de
tropen dient, hoogere bezoldiging geniet en de
economische gevolgen van den oorlog zich in
de koloniën minder deden gevoelen2o. omdat
voor zoover kon worden nagegaan voor
de militairen der landmacht in Nederlandst-h-
Indië aan den moblisatie-toestand verbondon
financieele voordeelen niet werden verbonden,
zulks in tegenstelling met de militairen van
hes leger hier te lande, die, met het marine
personeel onder een zelfden opperbevelhebber
dienst doende, bij het intreden van den toe
stand van oorlogsgereedheid in het genot van
eene dagelijksche toelage kwamen en 3o. om
dat 'een deel van het personeel, dat bij de af
kondiging der mobilisatie in Indië diende,
sindsdien in Nederland is teruggekeerd en alhier
de beide, althans de 2do der mobilisatie-bijsla
gen heeft ontvangen, terwijl anderszijds aan
velen van het zich thans in Nederlandsch-Indië
bevindende personeel reeds voor hun vertrek^
daarheen één of beide bijslagen zijn uitgekeerd.
De opmerking omtrent het terugbrengen van
do vergoeding voor kost van de marine-kust-
waclit van f 1 op 681 eent is waarschijnlijk het
gevolg van eene vergissing. Den Minister is
althans daaromtrent niets bekend.
Alvorens eene nieuwe pensioenregeling in
overweging te kunnen nemen, dient het aan
den Militairen Pensioenraad gevraagde advies
tc worden afgewacht.
Het ultdeelen van veel straffen in het alge
meen aan ontactvol optreden der officieren te
wjjtcn, komt den Minister ongerechtvaardigd
voor.
Dat aan boord van Hr. Ms. „Noordbrabant"
buitengewoon veel straffen zijn opgelegd aan
adspirant-onderofficieren en een minder goede
geest een gevolg zou zijn van gebrek aan tact
bij de superieuren, kan niet worden erkend.
Het instellen van een Bcheeps- of tuchtraad
kan niet van den Minister worden verwacht.
Do Minister staat niet vijandig tegenover
het vereeuigingsleven van militairen in het Al
gemeen, doe hrnag aan boord niet toelaten, dat
Yereenigingon van militairen zich op het stand
punt stellen, dat zii een klassebclang hebben to
verdedigen, tegenover dat, wat door den Staat
wordt vertegenwoordigd, en evenmin dat zij.
onder voorwendsel van positieverbetering voor
het personeel na to streven in volksbladen dc
krijgstucht trachten te ondermijnen..
Hoe afkeerig ook van hot zijns ondanks ge
ven van een gevoel van verongelijking aan
■schepelingen, die do Minister liefst tot zelf
standige, zich vrijwillig aan de krijgstucht
onderwerpende mannen zou zien ontwikkelen,
kan van eenige wijziging in de houding te
genover een zoodanig optreden van den Bond
bij een Minister geen sprake zijn.
Zoodra de sterkte van het korps ingenieurs
zulks zal toelaten, zullen studiereizen aan de
orde worden gesteld; thsns kan daarvan we
gens den krachtig ter band genomen aanbouw
niet worden gedacht.
Watervliegtuigen.
In Amerika bevindt, zich thans een officier,
ten einde de overnemingsproeven bij te wonen
van bestelde Glenn-Martin-watervliegfcuigen
met Hall-Scott-motoren.
Volgens zeer onlangs ontvangen bericht kan
binnenkort de levering van eenige dier vlieg
tuigen worden verwacht.
In :verband met het gebrek aan ondervin
ding van de particuliere industrie hier te
lande op het gebied van watervliegtuigen, is
men nog voor dit materieel op het buitenland
aangewezen.
Plannen zijn echter in bewerking om te
trachten in dit opzicht wat meer onafhankelijk
te worden.
Positie van het perso
neel der marine.
Ten aanzien van de Ioonen.der werklieden
kan worden medegedeeld, dat nevens eene auto
matisch met den leeftijd 'stijgende klimming
door den directeur verhoogingen ktmnen wor-
deD toegekend voor meerderen ijver en groote-
te bekwaamheid en wel tot een zeker maxi
mum-uurloon is bereikt en bij zeer bijzondere
geschiktheid tot een maximum van 0,38 per
uur, met dien verstande, dat het. gemiddelde
loon dei klasse, waartoe de werkman behoort,
ten zeker vastgesteld werkloon niet over
schrijdt.
Voor een algeheele herziening van de pen
sioenen der werklieden in den geest van de
voorstellen dor Staatscommissie van 1908 zoude
medewerking noodig zijn van andere Departe
menten van algemeen bestuur en daarvan kan
in de gegeven tijdsomstandigheden geen sprake
zijn. Échter zijn in samenwerking met het
Departement van Oorlog voorstellen aanhangig
gemaakt voor een herziening van de wet van
1890 waardoor de pensioenen wegens gebreken
niet ontstaan in en door den dienst van
worden gebracht op het volle pensioenbedrag.
Wijziging van de regeling der ziekengelden
maakt een punt van onderzoek uit: do toesla
gen voor geneeskundige en heelkundige be
handeling worden herzienevenwel valt hier
bij op te merken, dat Marine hierbij reeds
vérder ging dan de genoemde Staatscommissie,
welke immers geen tegemoetkoming voorstelt
voor do gezinnen.
Aan het nieuwe reglement voor beambten en
werklieden werd door een beambte en een
werkman medegewerkt, zonder dat- toen oor-
stellen werden gedaan nm voor beambten en
werklieden afzonderlijke reglementen te
maken
Intusschen wordt erkend, dat de positie der
beambten hoog moet worden gehouden, de re
geling hunner bezoldiging met vaste jaarlijk-
sche opklimming houdt hiermee verband. Po
sitieverbetering der sehrijveTs is nog in over
weging.
Toelagen voor zeer vuile werkzaamheden
worden, wanneer er aanleiding toe is, steeds
toegekend.
Nieuwe gebouwen.
Bij de aanvraag voor nieuwe bouwwerkei
werd reeds beperking betracht.
„Ja kind, vreeselijk is het, om gedwongen te
zijn op een medemensch te schieten, al is het
dan ook een schurk."
„Ts hij zwaar gewond?"
„Ik vrees van wel. Hij viel als een zak zand
op den grond neer en liet geen kik. Hij
bloedde geweldig..."
De oude man veegde met de hand over de
oogen, als wilde hij liet vreeselïjke visioen weg-
vagen.
Zijn dochter kwam naar hem toe en gaf hem
een kus.
„Kom, vadertje, trek het je maar met aan.
Er stond immers niet anders op. Je moest
toch je plicht doen, nietwaar?"
„Dat is wel waar kindje, maar het idee van
iemand gedood te hebben is mij verschrikkelijk.
En toch, ik moest het doen, anders was de
kerel ontvlucht en zou onverhoeds op den be
waker van de buitengalerïj gevallen zijn; en
dien waarschijnlijk hebben vermoord om verder
t© vlochten. Hij 'trachtte bovendien mij ook nog
te vermoorden. Het was een gevaarlijk indi
vidu."
„Ik ben blij, vadertje, dat n niet gewond
bent door dien schnrk. Meet u wie hot is?"
,.Tn het donke-r heb ik hem niet herkend,
en later toen ze hem wegdroegen was ik niet
helder genoeg meer om daar op te letten. Ik
zal het straks echter gewaar worden."
Meroy deed alles wat ze kon om haar vader
het doorgestane leed te doen vergeten. Hij
was hoofdbewaker aan de groote gevangenis en
leefde alleen met ziju dochter, na den dood van
ziin vrouw, in een klein huisje binnen de muren
van de gevangenis. Het was een somber ver
blijft, doch Jasper vervulde zijn akeligen plicht
met mcnschenlïefde, en geenrongelubkige afge
dwaalde kon zich ooit herinneren gedurende
zijn gedwongen verblijf in de gevangenis iets
anders dan vriendelijkheid van den hoolube
waker ondervonden te hebben.
Integendeel, allen spraken van hem, als van
een goeden, zachtaardigen man, die de cipiers
bestrafte wanneer ze de gevangenen noodoloos
onaangenaam waren en die hun altijd de helpen
de hand bood wanneer bun etraftjjd om was, en
ze trachtten op eerljjke manier weci; in de
maatschappij opgenomen te worden-
De mijnenmagazjjnen zullen niet worden
aanbesteed v/Wr de behoefte daaraan begint te
dringen.
Een ontwerp voor de zweminrichting te Wil
lemsoord is ter griffie neergelegd ter inzago
van de leden.
Marine attach é's.
Aan den nmineattachó te Londen is dezelfde
opdracht gegeven als aan de andere attachés.
Voor het plaatsen van marine-attachés aan de
gezantschappen te Washington en te Tokio
wordt ook door den Minister zeer voel gevoeld.
In de naaste toekomst, kan daar noah elders
m ar in e-attueh worden geplaatst, omdat
onder de gegeven omstandigheden geen officie
ren beschikbaar kunnen worden pc-,beid. Dit :fl
ook do reden waardoor eerst, thans tot de be
noeming van den attaché to Londen ia overge
gaan.
Internaat van ad-p. a d o »-
bo r s ten t Dordrecht.
Het ligfc in het voornemen om op do marine-
begrooting voor 1918 gelden aan te vragen
voor den bouw van een adspirantcnsohool voor
do marine te Dordr, welk gebouw bestemd zal
zijn voor de opleiding van ad.-p. adelborsten
en adsp. machinisten.
Gymnastiek- en sport
school te Willems
oord.
Niet dan na rijp beraad is overgegaan tot
den maatregel om voer de opleiding van gym
nastiek- en eportondcrwijzcT3 voor do zeemacht
niet langer gébruik te maken van de Militaire
Gymnaatieksohool te l'trecht, rr.aar een eigen
inrichting daarvoor in het leren to roepen te
Willemsoord.
Do Minister is overtuigd val', do noodzake
lijkheid om b -iC marine de vrijwillige sport
te bevorderen naast do verplich-y. gymnastiek
als factor van lichamelijke opvoeding en voor
bereiding. De meening dat de Minister het
gymnastiekonderwijs bij de marine t©t. een te
Jioogen trap van volkomenheid wenscht op te
voeren is niet juist.
Geestelijke belangea.
De toestanden op kerkelijk gebied zijn te
A'dam, IJmuiden, Leiden. Hellevoeteluis en
Vkzsiugen op welke plaatsen zich marineperso
neel bevindt, anderr. dan te Helder.
Bovendien is het personeel op dio plaatsen
veel minder talrijk dan te Willemsoord waar
door do geestelijke verzorging door dc tor
plaatse aanwezige godsdienst,leeraars zich des-"
gewenscht ook tot het marinepersoneel zou
kunnen uitstrekken.
S toomloodsvaartuigen.
Aan den wensen naar een afzónderlijk v.n--
hlijf voor het machinepersoneel op de nog aan
te bouwen stoomloodsTaartuigcn kan «echts
voldaan worden, indien vaartuigen van groo-
tero'lengte worden gebouwd. Al gescheiden og
van de hoogere kosten van r- r*!>rmvizouden
da vaartuigen ten gevolge v ,..v I'v.iu© nic. rdero
lengte minder manoeuvreer vaardig worden.
Evenals ten aanzien van do bezoldiging van
hot loodspersoneel is met ingang van 1 Jan.
1914 ook in de bezoldiging van het perr.o-
nel der verlichting, het perso
neel der lichtschepen inbegrepen
verbetering gebracht.
Opneming in Indiö.
Bij de mobilisatie in 1914 zijn twee van de
vier opnentingsvaartuigen aan u© opnemingen
onttrokken, om daarover op an de se wijze te
kunnen beschikken, na afloop der mobilisatie
zullen <leze weder met het werk voortgaan.
De Minister is van oordeel dat deze tak van
dienst belangrijk behoort te worden uitgebreid
om den bestaanden achterstand in te halen en
binnen-afzienbaren tijd te' komen tot een vol
ledig stel bruikbare zeekaarten van den gehec-
kui Archipel. Aangezien do regeling van dit
belangrijk onderdeel geheel berust bij de In
dische regoermg zal met den Minister van
Koloniën wórdc'n overleg gepleegd om daar
toe het noodige materieel en personeel te
vinden.'
Bij de wetsontwerpen tot verhcogjng der
Marmebegrooting voor 1916 en tot wijziging
der Indische begroofcing voor 1916 werden gel
den aangevraagd voor den eersten termijn
voor den bouw van een derden kruiser en drie
onderzeebooten.- Aangezien de behandeiing van
deze ontwerpen niet meer in dit kalenderjaar
kon be&indigd w#rden en do aangevraagde
fondsen alzoo niet tijdig genoeg tor beschik
king konden komen om ze voor het beoogde
dool te kunnen aanwenden, heeft de Minister
met medewerking van zijn ambtgenoot van
Koloniën aan de "Koningin in overweging ge
Toeh spaarde het noodlot hem zijn vele be
proevingen niet. Integendeel. De oudo man was
reeds door c-en zwaar leed bezocht geworden.
Vier jaar geledén had de-dood hem zijn ge
liefde vrouw ontrukt, en sinds dien tijd leefde
hij geheel voor zijn bijna volwassen dochter.
Deze was nu ongeveer een half jaar geleden
verloofd met den jongen Sanders, een knap
pen jongen man, dien zij toentertijd veel ont
moette.
Op den avond nadat Jasper het jonge paar
zijn zegen gegeven had, ontving hij plotseling
de tijding dat Sanders van diefstal verdacht,
gevangen genomen was. Dat was een zware
slag, zoowel voor het jonge meisje, als voor den
ouden man.
Mercy vertrouwde met jeugdige liefde den
uitverkoren man en gec-n oogenblik had zij aan
zijn onkreukbare eerlijkheid getwijfeld.
Voor den ouden Jasper was dat een heel
ander geval. De bewijzen die tegen den jongen
danders aangevocrl werden waren bijna onom-
stootelijk en hij wist zich met niets te verdedi-
geïi dan met de verklaring dat hij onschuldig
was.
Het noodlot had gewild dat Sanders juist
in Jaspers gevangenis zat, zoodat hij verplicht
was zijn schoonzoon als een minderwaardig
sujet te bewaken.
Mercy voelde zich zeer ongelukkig. ^aar
vader was weder vertrokken en ze wijdde zich
aan hare huiselijke bezigheden.
De tranen drongen haar in de oogen want ze
Jacht aan hem, die ook in de gevangenis zat...
„O" bad zij. „Mocht de goede God toch ein
delijk het bewijs geven dat mijn geliefde on
schuldig is
„Doch helaas" dacht ze verder. „Door dat
geval met dien vluchteling zal zijn zaak -steer
vertraagd worden."
Op dit oogenblik werd er aan de deur ge
klopt, eu een dei* cipiers kwam Mercy zeggen
onmiddellijk bij haar vader te komen.
„Wat r.u weer?"' vroeg Mercy angstig.
„Ik weet het niet", zeide de boodschapper.
„Ze zijn met hun allen, de directeur en de
dokter en nw vader, bij den gevangene <ue gs-
t.eravand trachtte te optvHichtea, Ik geloof
dat ïbj nu eformtde is"
geven bedoelde wetsontwerpen in te trekken.
Als gevolg daarvan zullen do gelden, ruirige
vraagd bij do begroeting voor het diemstjuar
1917 sla tweedo termijnen voor den bouw van
bovorvgenooinden kruiser es onderzo-booten,
moeten br-jtemd worden voor de <y-r-'.o termij
nen van den bouw van bedoelde oorlogsöo-
dom».
Maatregelen zijn getroffen waardoor het
mogelijk zal zijn onmiddellijk nadat dit Wets
ontwerp tot wet zal zijn verheven het con
tract betreffende den bouw van den kruiser
aan to gaan en dien bouw zooveel tc 1* -pv-
digon al, do ti«lvjm*iandighedt-n zulb-n teeJn-
ten, terwijl ook ten aanzien van do ondcrrrw--
booten de onderhandelingen zoover gevorderd
zijn dat do bouw spoedig kan worden Aange
vangen.
De restitutiepost uitgetrokken ouder arti
kel 30 achter
I. ,,XedorIandscho 6oheop3macht in Oost-
Iru:i: wordt verhoogd mot 81.000 en ze-
bracht op 1.601.244.
II. „Irtuischo Militaire Marino" wordt ver
hoogd mol 75.WX) en gobradït op 1.214.300.
liet totaal van den restiturieport worde
daardoor gebracht op 2.815.Ö44.
Deze wijziging is een gevolg van hot aan
vragen op de bégrooting van Nedcriandach-
ladiii van 156.800 voor terugbetaling van
do uitgaven verband houdende met do bezol
digingen Tan d-i lunchen de keerkringen die
nen do marine-officieren.
Ofi toestand in den reuzenstrijd.
Gelet o]i de handelingen der geallieer
den, op de verklaringen van hun leiders, is
de hoop op vrede in de eerstvolgende maan
den nog niet zoo groot. De vredesnota van
Wilson echijnt over 't geheel ai evenmin in
goede aarde te vallen, sis de voorstellen der
oentralen, al behandelt men den goeden wil
van den Amoriaa naclum president natuur
lijk met meer hoffelijkheid. De Duitsche
regeering heeft do bemiddeling van presi
dent Wilson gaarne aanvaard, zij acht een
onmiddellijke gedachtenwisseling ala don
meeeb gescbi-kten weg om tot het gowensch-
te resultaat to kom én. De Oca benrijk sch-
Hongaarsche regeering gaat in dezen geheel
mee met de Duitsche. de centrahn ne
men dos het aanbod tot bemiddeling aan en
hebben daar blijkbaar niet. lang over be
raadslaagd. Geheel anders denkt men daar
over in de landen der geallieerden. Een of
ficieel antwoord op de nota van de oen
tralen o? op die van Wilson is nog niet he
kend, maar de et ommen in de pers, de ver
klaringen van enkele ministers, de plannen
der regeeringen wijzen er op, dat men blijk
baar nog niet aan een spoedigen vrede
denkt.
In Rrueland en Engeland allerminst. Op
merkelijk is wel de heftige tegenstand der
Russisohe regeering en van de Russische
Docma tegen elko poging om nn vrede te
sluiten. De minister van buiten la ndsche
zaken Polarowski heeft t-hane weor een ver
klaring aan de peiw afgelegd, en die verkla
ring 5s ©nverzoenKj-k en oórlogsgecand. De
nota van Wilson kan in den toestand geen
verandering brengenzij zal beantwoord
worden, men weet, dab in de Doema
was voorgesteld dit niet te doen, maar
do geallieerden zullen heb aanbod a/sjaan.
"Neon. de oorlog zal voortgezet worden tot
de verwoeste gebieden zijn vergoed en nieu
we militaire maatregelen zullen worden go-
nomen.
Als men naar Engeland kijkt, ziet. men
daar in de leidende organen even weinig
vredesverlaoigen ais bij de leidende perso
nen. Al komt dat bij de laatsten niet
zoozeer in woorden uit, z:e hier daden- Da
Engelsche regeering söhrijffc een rijksconfe-
rentie uit, waaraan ook de koloniën zullen
deelnemen, een spoedzitting, een bijzonder»
oorlogsoont'erentiedaarop zullen de zeken
Door ecu augstig gevoel gedreven rende Mer
cy meer dan ze liep naar de ziekenkamer dio
half donker gemaakt was.
Maar wie stond daar bij het bed?
Mercy zou hom uit. duizenden herkennen, ook
al was 'de kamer geheel donker. Dat was im
mers Sanders! Met een lichten kreet, vloog ze
op hem toe.
"Daar hij in voorarrest zat, had zij hem sinds
zijn inhechtenisneming nier gezien.
De hoofdbewaker zat op een stoel bij het bed
van den gewonde.
„Is ze daar?" vroeg deze met zwakke stem.
..Treed wat naar voren, kind" beval de dok
ter c-n plaatste haar zoo, dat do gevangene
haar kon zien.
„Groote God", riep ze verschrikt uit, toen
ze het gelaat zag. „Maar dar is immers
„Ja Merev", sprak de zieke. „Dat is Bill
Avery, je afgewezen aanbidder."
„Bill," slechts dit enkele woord kon ze uit
brengen.
„Ik heb jullie allen laten roepen, omdat het
gauw met me gedaan zal zijn. en ik voor dien
tijd wil goedmaken wat ik bedorven heb."
Avery sprak met zachte en telkens afgebro
ken stem. Ziju wond scheen hem veel pijn te
veroorzaken.
„Je had wel gelijk Morey", ging bij voort,
„toen je me niet wilde. Ik was je niet waard.
Maar in mijn domheid meende ik dat hier, San
ders mij onder de duiven schoot, en ik zwoer
hem eeuwige wraak. Helaas, nu zie ik wel in
dat het mijn eigen slecht gedrag was dat me
in den weg stond. Na dien tijd ben ik hoe lan
ger hoe meer gezonken. Het is onbegrijpelijk
hoe snel dat in zijn werk gegaan is. Ik leefde
dierlijk en zou zoo zijn blijven leven, als ik
niet geveld was, door de hand die dat reeds
jaren geleden had behooren te doen, als hij wist
welke voorstellen ik jouw, rein, onschuldig kind
ged^n had."
„Je bent een engel, want je hebt dat voor
hem verborgen gehouden."
„Ik had medelijden met je Bul", sprak Mer
ev en ze legde haar koelo hand verzachtend op
zijn voorhoofd.
„Indien n thans iets tp bekennen bebt, zooals
u beweerde, zomji u wel doen met het te seg-
géö*i ?rfi3é dokter bezorgd doch koel. Hit
was hem duidelijk, dat de man geen tien minu
ten meer te leven had en hij wilde dat er van die
korte poos nog profijt getrokken zou worden.
„Dadelijk", sprak de stervende. „Ik wil goed
maken wat ikSanderskom hierik
kan je niet meer zienIk heb je bedrogen,
jongen. Ik heb het geld weggenomen, en toen
ik vreesde ontdekt te zullen worden, heb ik
het in je koffer gelogd, om tegelijkertijd mijn
wraakzucht te bevredigen
De gevangenisdirecteur kon een kreet van
verbazing nies onderdrukken. Sanders bleef
ontzet staan. Dat was dus het geheele ge
heim Maar dan was hij thans gezuiverd! Het
bloed joeg hem naar de wangen.
De stervende vervolgde: „We waren als sol
daten op een kamer ifigekwarfierd, toen ik die
laagheid beging. Directeur, is deze bekentenis
genoeg?"
„Ik heb bovendien een bewijsstuk in de zak
van mijn jas... tusscben de voering... een
briefje... ik kan niets meer zien..."
Jat pers trok den jongen Sanders naar voren
en legde sim bad in dio van Meroy. Gelukkig
trok "de jongeling haar tegen zijn borst en
kuste haar.
„Zoo, zoo is het goed," floisterde de ster
vende. „Merc-y, wordt gelukkig met hem... Ik
houd nog steeds van je..."
Toen maakte Mercy zich los uit de armen van
haar geliefde, en knielde voor het bed neer.
TV- stervende deed een poging ouj zijn handen
op baar hoofd te leggen.
"ill drukte .Sanders flauwtjes de hand. Zijn
Vrachten waren uitgeput.
t*dên boog Mercy zich voorzichtig over ham
•oen en drukte hem zachtkens een kus op de
Tppe-o.
Vaarwel, lieve vriend," zeide zij.
Hij antwoordde niet, doch zijn oogen spraken
neer dan woorden dat zonden hebben Bunnen
doen. Zijn mond bleef geopend, doch zijn
oogen vielen weet dicht.
De dokter boog zich eveneens over bet bed
en greep den buiten het bed hangenden arm
om die recht- te leggen.
Toen wendde by rioh tot de anderen en zeide
„Hoeren, Bël Avery 1a dood