Uit Leger en Vloot. Uit onze Moppentrommel. on'N: jOEÏ gi0Ilj'PA*x'it2ij[>r00"03Ë:&.£k:i>J'!3t* van aaonaag x V December X O X met onbepaald verlof der mil. lichting 1914 is in het geheel nog niets bepaald; wij vermoeden evenwel, dat de voorpaarsploeg eerder zal ver trekken, dan de najaoTsplocg. Red. J. I'. Kz„ Waalwijk. Daar ge volgens het betrekkelijke voorschrift de herstellingen ver richt onder toezicht van den mr. geweermaker, hebt ge naar onze meening slechte recht op 0.35 toelage. Red. P. N. R., Wualsdorp. Zoo gc gezinshoofd of hoofd van een zaak, enz. zyt, dan welzie order van den Opporbevelh. van 1/. en Zeemacht dd. 12 .Sept. 191Ö Beh. Landm. No. 0. V. I G2756 O 3785 Red. T. B., Bcrgea-up-Zoom. Hoewel de M. v. O. daaromtrent nog niets medegedeeld heeft, vermoeden, wij, dat ook <le door u bodoelde ploeg togen Augustus 1917 zal zijn afgelost; zekerheid bestaat in deze evenwel nog niet. Red. fj. de J„ Bergcn-op-ZoomAlleen aan hen, wier woonplaats to ver van hun garnizoen, kamp of kantonnement is verwijderd, om na af loop van den dienst nog vóór tien uur des avonds van den, aan het verlof vooraf gaanden dag hunne bestemming te bereiken, wordt op elk verlof dón verlofdag meer toegekend. Gij hebt dus geen recht op óón verlofdag meer. Red. L. T., Eindhoven, Verzoekt uw compies.- commnt. of deze u voor steun wil aanbevelen ibij de Nationale Vereeniging tot Steun aan miliciens, Bureau Bours, Amsterdam. Voldoet genoemde commnt. aan uw verzoek; dan wordt hem een© groene kaart toegezonden. Deze kaart wordt aan u uitgereikt, zoodra de datum is vastgesteld, waarop go met klein of groot -v-er lof vertrekken zult. Mot deze kaart kunt ge 'u dan om stenn wenden tot het plaatselijk co mité van genoemde vereeniging in de plaats, waar go met verlof heengaat. Red. W. M., Middelburg. Ook zij, die vrijwillig onder de wapenen gebleven zijn, hebben van af 1 December j.l. recht op j 0.15 verhooging der mobilisatie toelage, zooverre ze ten minste ibehooren tot een bereden korps, het korps pamtserforfc-artie. of liet korps torpedisten. Red. Y. J. N'. Den Haag. Zoover ons bekend is, zijn ze bewapend met de koTte sabel no. 1. Red. H. BI., Brielle. Een destijds door het D. v. Oorlog aanbevolen adres is: J. van jstraalen, iVisschcrsdijk 3030a, Den Haag. Red. B'. V., Middelburg. Daar ook wij het toege kende bedrag iu verband met de grootte van 'hot gezin en de overige inkomsten nog al laag winden, geven we u iu overweging een be zwaarschrift te richten tob den voorzitter der commissie van voorlichting inzake bezwaar schriften wegens vergoeding aan kostwinners der provincie Noord-Holland te Haarlem. Vol gens het aan de burgemeesters, door den M. v. Oorlog gerichte schrijven d.d. 25 Febr. 1916 Afd. g dienstplicht nr. 159 L. wordt de ver goeding over liet algemeen toegekend van af den datum, waarop de aanvraag tot toeken ning is ingediend. Alleen wanneer blijkt, dat door het gemis der gevraagde vergoeding, be langhebbende schulden, heeft moeten maken, dam kan ze van af een vroegoron datum wor den toegekend. Red. D. V., Troepen in Zeeland. Verlofdagen, die samenvallen met eeno opgelegde straf, komen te vervallen. Red. L. H. B., Wassenaar. Ge gaat eventueel met de mil. lichting 1915 met onbepaald verlof. Red. L. Dr., Assen. De M. v. O. kan u in veir-c band met uw engagementsakte op uw verzoek om zeer bijzondere redenen vervroegd ontslag verleenenricht derhalve lange den hiërarchie- ken. weg een verzoekschrift ter zake tob den M. v. O. Red. H. N„ Harderwijk. Omtrent het vertrek met onbepaald verlof der mil. lichting 1914 is in heb geheel niets bekend. Red. E. J. K. Volker. Zoo uwe a.s. echtgenoote een eigen'huishouding opzét en baar voldoende middelen tot levensonderhoud ontbreken, en aangenomen kan worden, dat gij, met de in komsten, die ge vóór uwe opkomst onder de wapenen genoot, iu haar onderhoud hndt kun nen voorzien, hebt ga recht op vergoeding. Een verzoek tot vergoeding ,te richten aan den bur gemeester der plaats, waar ge gaat wonen. Red. A. V., Veldleger. Hoewel over het' algomeen alleen steun wordt verlodhd aan lien, die vóór de mobilisatie neringdoenden of bedrijfshoofden waren, zoo zoudt ge kunnen trachten ook voor steun in aanmerking te mogen komen. Zie daartoe ons antwoord bij L. T. Eiudhoven in dit blad; doch ge moet n met uwe kaart niet. mel den bij het plaatselijk comité der vereeniging, doch bij de rogeeriugs-commissie inzake Mid dens tands-credfot, adresMinisterie van Fi nanciën te 's-Gravenhage. Red. T. H., Utrecht. Ingevolge 12 der Besch. van den M. v. 0. d.'d. 7 "Juni 1916 II Afdg. no. 29 (L. O. '16 A 68) wordt uw zoon niet toegelaten tot een vrijwillige verbintenis bij den land storm, daar hij reeds behoort tot den verplich ten landstorm. Door bovenstaand antwoord komen uwe overige vragen te vervallen. Red. T. Oh., Diemordam. Zoo gij militiepliehtig fcijt waaromtrent gij ons niets mededeelt moer. go onder de wapenen blijven, tot-dat uw ■lichting met onbepaald verlof vertrekt. Zijb ge niet militiepliehtig, dan kunt ge vertrekken. Ge wordt wel landstormplichfcig doch ge be hoeft by den landstorm voorloopig geen werke- lijken dienst te doen. Red. 0. N., Surhuisterveen. T. Omtrent het in halen van verlof, niet genoten door ziekte, be staan geen bepalingen. De regeling daarvan is geliuel overgelaten aan den comp.-oom. II. Gij leunt met periodiek verlof vertrekken, zoodra do ploeg,' waartoe go behoort, na uwe terug komst weder aan de beurt i3 voor periodiek .verlof. III. Wendt u tot uw comp.-comm. Red. Tj. 7., Ede. Alleen zij, die daags te voren 7ia afloop van den dienst niet vóór 10 uur 's avonds hunne bestemming kunnen bereiken, Elk manhaftig volk moet er op voorbereid ■wezi'ti, zijn besatan to verdedigen, zijn opper hoofd te beschermen <-n zijn 'rechten te hand haven. En dit doet Duitsohland thans. Hier» uit is do wonderbaarlijko aaneensluiting van het Loolö Duitsehe volk ontstaan één geest, één wil." Ik sprak over den steun, dien do veldmaar schalk von Bothmanu Holhveg had verleend in de duikbuotqufiestio met Amerika en trachtte hem uit zijn tent te lokken. „Ik ben soldaat en houdt, rnij buiten de poli tiek," was het korte antwoord. Er was een zekere ruwheid in den toon en in de handbe weging, waarmee hij verdere discussie over deze quitostie afsneed. Hindenburg sprak met gloed over het werk der Duitsehe vrouw in don oorlog, die zoo onzelfzuchtig de plaats van den man lièeft ingenomen en misschien vaak veel meer kom mer en zorg heeft dan menig soldaat aan bet front, Hij spralc ook over bet grooto Hei mat. "-leger, dat bet vaderland zulke schitte rende diensten heeft bewezen en nog bewijst en dab de .roemrijke verdediging" en de over- winningen op de slagveldon mogelijk heeft ge maakt. „De diensten, die iu 't vaderland zijn ge- pre.sleerd^ waren buitengewoon, doch in menig opzicht ontbrak daarbij de organisatie. Aan dit bezwaar eon eind te maken, is liet doel van de nieuwe hulpdienstweb", zei do veldmaar schalk. ..Heeft de tactiek van den Duitschen geuo- ralcn staf in dezen oorlog de proef doorstaan?", yroeg ik. ..Zij heeft dat inderdaad," antwoordde hij. U,Afgezien van eon plus aan loopgraven, is onze fozsi^de ,a)a jjen_ vertrekken deu morgen van den eersten verlo f dag en krijgen dan één verlofdag meer. Zij, dio dus des Zondage niet vóór 10 uur 's avonds thuis kunnen zijn, gaan derhalve des Maan dagmorgens met'verlof en krijgen dan één verlofdag meer. Zij, dio op Zondag niet willen reizen, blijvon thuis en gaan des Maandags weg, doch deze krijgen geen- verlofdag meer. daar zij vrijwillig pas des Maandags vertrok ken zijn. Dat anderen door de lange reis wei nig aan hunno z.g. 24 uur-periuissio hebben, is minder aangenaam, doch een niet to verande ren omstandigheid. Bovendien zal eenzelfde persoon het niet steeds treffen, dat hij Zon dags op reis moet, want de verloven moeten zoo worden verleend, dafc iedere ploe" op oen verschillenden dag der week met verlof gaat, zoodanig verschuivende, dat voor iedere ploeg op hare beurt een Zondag in het verlof valt. Red. W. D., Veldleger. Gij behoort tob de lich ting, waarmede go uw eerste oefening hebt aangevangen en gaait met deze lichting even tueel met onbepaald verlof. Gij kunt evenwel den M. v. O. langs den hiërarchieken wc-g ver zoeken met do lichting 1913 mot onbepaald verlof te mogen vertrekaen. Red. H. S., Veghel. Gij kunt een verzoek tot ver vroegd ontslag indienenwe geloovon evenwel niet, dat het onder de tegenwoordige omstan digheden zal worden v.erleend. Red. A. G. v. H., Breda. Zoo ge ingekwartierd zijt met voeding, dan hebt ge, wat uw verlof op 27 November betreft, in 'b geheel geen recht op z.g. menagegeld. Bij niet inkwartiering met voeding hebt ge recht op twee dagen z.g. me nagegeld. indien ge des Maandags niet aan den middagmaaltijd hebt deelgenomen. Hebt ge voorts er tijdig kennis van gegeven, dat gij iOaterdaéf te voren ook niet aan den middag maaltijd zoudt deelnemen, dap hebt ge dien Zaterdag bovendien nog recht óp z.g. menage- geld. .Red. J. B., Bedum. Naar onze meening had nw commandant niet het recht hét eenmaal door den ontvanger verleende vrij vervoer in to trekken. Verzoek eerst uw commandant om het door li betaalde reisgeld tegen afgifte van een eenvoudige guitantie van hem terug té mogen ontvangenmaakt hij bezwaar u dat to betalen, verzoek dan den M. v. O. het door u betaalde reisgeld terug te mogen ontvangen. Red. M. H. W-. Ede. I. Bij verblijf in een zieken zaal gedurende drie dagen geniet ge als kor poraal per 'dag 0.08 soldij en ƒ0.10 tmobili- satietoelage. II. Zoodra uw landbouwverlof ge heel is geëindigd, gaat go weer met periodiek verlof, den eerstvolgenden keer dat de ploeg, waartoe ge behoort, na uw terugkeer, met periodiek verlof vertrekt. III. Omtrent- de af lossing der mil.-lichting 1913 en 1914, is^nog niets bekend. De landstorm-jaarklasse 1917 en .mil.-lioh.tmg 1917 komt waarschijnlijk in de plaats voor de lichting 1910. Overigens is niets ■bekend. Red. J. J. L., Leerdam. In deze zaak zijn niet vele inlichtingen.te geven. Ze is zeer eenvou dig. Gij blijft in voorarrest, totdat ge voor den krijgsraad terecht staat. Dezo zal in de - zaak uitspraak doen. Red. L. C., Amsterdam. Zoo het een gebrek van ■blijvenden. aard is, dan zult ge waarschijnlijk ook voor den miütiedicnst 'worden afgekeurd, hoewel zulks geen axioma is. Herkeuring kunt ge langs den liiërarcbieken weg aanvragen aan den inspecteur van den geaeesk. dienst der landmacht. Ge kunt het attest overleggeu, doch men zal er niet veel nota van nemen. Red. G. C. ten H., Bergen-Op-Zoom. Zoo ge tot do militie-lichting 1909 en een bereden korps behoort, hebt ge van af 1' December j.l. recht op een verhooging der iuobiüsatietoelage ad f 0.15 per dag. Red. Adm. T. A. Zio ons antwoord by O. C. ten H., Bergen-Op-Zoom en W. M., Middelburg in dit blad. Red. W. de H., Middelburg. Ge hebt ons zeker «en foutief jaar opgegeven, want de mil. lich ting 1897 is reeds lang uit den militairen' dienst ontslagen. Red. H. Kr., Doetinohem. Zoo ge niet ingekwar tierd zijt met voeding en destijds tijdig te vo ren er kennis van hebt gegeven op 25 Nov. niet aan den middagmaaltijd te zullen deelne men en uw verlof is ingegaan op 27 Nov. j l-, dan liebt ge minstens recht op zes dagen z.g. menagegeld. Hebt ge 25 Nov. deelgenomen aan den middagmaaltijd of niet tijdig kennis gege ven, dan hebt ge recht op vijf dagen menage geld. Zijt go ingekwartierd dan hebt ge aan spraak op vier dagen menagegeld. De overige •dagen hebt ge geen recht op menagegeld. In dien werkelijk uw verlof is ingegaan op 27 Nov. j.l., hadt ge tot en mot 30 Nov. j.l. bo vendien recht op uwe soldij en mobilisatietoe lage. Op deu dag van terugkeer (4 Dec.) bij uw onderdeel kreegt ge weder recht op soldij, mobilisatietoelage en voeding in natura (of z.g. menagegeld). Daarom begrijpen we niet-, hoe ge komt aan 2 f 1.51 soldij. Red. H. N., St. Michielsgestel. Daar gij u in 1908 vrijwillig verbonden hebt voor tien jaar, kunt ge, zoolang de militie geheel of ten deele buitengewoon ouder de wapenen is, niet eer der dan in 1918 uit den dienst worden ontsla gen. Klein verlof wordt u iu de tegenwoordige omstandigheden niet verleend. Red. ,T. v. d.Gl., Arnhem. Daar de verstrekking van boter, of kaas, of koele plaats vindt vol gens door iederen commandant te stollen rege len, kunnen wij u niet mededeelen, om welke redenen uw commandant geen kaas of koek laat verstrekken. Ingevolge art. 195 „R. v. A. 1916" zijt ge verplicht uw weggenomen mantel te betalen, tenzij ge kunt aantoonen, wie hem weggenomen lioeft. Zoo het wasóhgoed in de wftseh zelve is zoekgeraakt, is de aannemer van 't wasschen verplicht het weggeraakte te vergoeden. Ts heb evenwel verloren gegaan, nadat het weder in uwe handengesteld was, dan zijt gij verplicht het to vergoeden. Het doet niets terzake, of de kaïnenvacht #1 dan niet uitrukt. Red. F. R.,, Wostkapelle. Geeft u op aan uw oorlog en zij' zal het ook later blijven", wierp Ludendorff daartusschen, dio juist bijtijds was gekomen om mijn laatste vraag op te vangen. ,,De .Duitsehe soldaat beeft een grooten afkeer van loopgraven. Hij acht het beneden zijn waardigheid, met dén mol te concurreeren," riep Hindenburg uit! ,,Iu de toekomst zal meer met loopgraven gewerkt worden dan voor de zen oorlog, maar de positie-oorlog, vooral zoo als hij op heb Westelijke gevechtsterrein ge voerd wordt, zal do algemeen© tactiek van toe komstige oorlogen bijna niot bepalen en nooit den bewegingsoorlog geheel verdringen. Voor namelijk de omstandigheden van dezen oorlog, in welken Duitsohland van allo zijden is aange vallen, hebben dat aan elk goed soldaat ongo- wenscht stadium in heb leven geroepen-. Zou. Duitschjand aan slechts één front to strijden hebben, dan zou het geen stellingoorlog zijn, dat kan ik u verzekeren. In Amerika h.v., met grenzen ter lengte van 3000 mijlen, zou een positie-oorlog iu 't geheel niet in aanmerking komen en het ware een militaire dwaling, zoo men de strategie en c]o tactiek naar dft erva ringen van den loopgravenoorlog aan liet W es- teljjlce front wilde herzien." Ik vroeg den veldmaarschalk, welke leer zame gevolgtrekkingenuit dezen oorlog zou den kunnen worden gemaakt, met betrekking tot het gebruik van goed geoefende en van niet geheel geoefende troepen of er gebleken was, dat in de toekomst "voor dc legers meer of minder oen soort militie-grondslag zon kunnen dienen. 1 „Duitsehlands leger zal nooit een militie- leger kunnen zijn, maar een leger van de beste opleiding, wat zijn manschappen betreft," ver klaarde Hindenburg. jiÏ&5§ oo^QS-heeft 3wb groot© jbelapg eomp.ies comm.nt. zoo deze u geschikt acht. wordt go op oen lijs», geplaatst, en to zijner tijd aangesteld. De toelage bedraagt 0.50 per dag cn«d"ze wordt 0.90, zoodra go behoort tot een lichting, die met onbepaald vilof ver trokken is. lied. Boekentasch in trein laten liggen. Do eerlijke vinder, die iu sneltrein 9.10 van Rotterdam naar Amsterdam 's avonds 18 Dec. een boekentasch heeft gevonden inhoudende boeken en cenig ondergoed wordt beleefd ver zocht deze tegen verzendkosten cn goede bo- looning te sturen aan Sergeant KIR. 's-Gravenzande. Pakje verwisseld. Zondagavond is uit den trein van .9.15 van Tilburg naar Harderwijk een verkeerd pakje medegenomen. De inhoud van dit pakje is: een bus shiker, een doos poe te, 2 rood® zulc doe lt en, een pak zeep en een paar dienstsnkken. genummerd 33013. Mijn pakje bovat: roodo zakdoek, 2 boezeroens, oen pijp en tabak en wat geldswaarde. Verzoeke terugzending ter omwisseling of bericht aan G. X'oupel, Kamer 42, oude Kazerne, Harderwijk. Adres adj. o.-o. peters. Hot adres van den Adj.-Onderoff. O. Pe tera is thansReserve Adjudant Onder-Offi cier Kwartiermeester J", Peters, 47 Bataljon Jagers. Pakjes in de trein laten liggen. Donderdag 7 December een pakje in den trein, laten liggen, inhoudende I paar schoenen genummerd 13 N. 9376, borstrok dito en een paar sokken ongenummerd. Verzoeke toezen ding of 'bericht aan J. M. Diroken, 13 Rog. inf. 4e Comp. 3 Bat, 3e Div. Veldleger. Pakje laten liggen. In den trein naar Amsterdam, 12 Dec. laten liggen een pakje inhoudende 2 borstrokken en 1 paar sokken, ongenummerd, dienstgood, 3 witte zakdoeken,met eetbare waar. Mocht het gevonden worden, zou de vinder zoo goed wil len zyn, het naar onderstaand adres to sturen. Bij voorbaat dankend. J. H. TER BORG, 1-1-20 R.I., IV Div. Veldl. N.-B. Voor de militairen to Amsterdam. (Van onzen eigen verslaggever.) Luitenant Fuld is een oude bekende van onze militairen in de hoofdstad. Geen der drie winters van dezen wereldoorlog, of hij heeft hen vergast op een verhaal zijner reizen iu verre en vreemde streken. Wij voor ons her inneren ons nog den tocht door de Sahara waarvan we in 't vorige seiz-oen zulk een boeiende beschrijving kregen. Luitenant Fuld verontschuldigde zich Woens dagavond, dat hij geen „Wetenschappelijke Lezing", de officieel© titel der voordrach ten in de Aula van hét Katholiek Gymnasium aam de Hobbemaltade, had gegevendit moeten we hem toestemmen, maar het is wel de vraag, of wat hij gaf. niet nog beter is voor avonden als deze: een causerie, oen los eu vlot praatje, opgehelderd door lichtbeelden. Ditmaal gingen wc niet naar het warme en woeste zuiden, doch naar het koude, maar even woeste noorden. Geen zandvlakten en zandbergen, doch sneeuwvelden en gletschars. Luitenant Fuld heeft ons verhaald van het land der Lappen, zoowel van eigenlijk lap land, het uitgestrekt© gebied in Rusland, als van Lapmarken, een noordelijk deel van Noor wegen, dat de regeering to Okrïstiania. af stond nan den zwervenden volksstam dér Lap pen, waaronder nog zoo goed als,geen land bouwers voorkomen en die met hun, dikwyls ontzaglijke, kudden rendieren rondtrekken door een haast eiudelooze streek in Noord-Europa. Op zijn vlotte, duidelijke, vaak humoris- tiscli getinte wijz© gaf luitenant Fuld ons een beeld van het land en de mensehen, die er wonen. Wij hebben daarbij het geheugett vau den spreker bewonderd: voor negen jaren on dernam hij de reis, Iiij wilde eens naar een streek, waar ander© menscheu niet kwamen, vond een reismakker en zwierf met dezen we kenlang rond in een vrijwel onherbergzaam gebied. Dat het dit was, werd ons niet alleen duide lijk uit de .beschrijvingen, maar ook uit de fotografieën, die de spreker op zijn tocht had genomen. Wie alleen voor zijn pleizier reist, hoeft waarlijk niet naar het land der Lappen to gaan! Er is wel een zekere woeste schoonheid in het landschap, met zijn bergen, zijn steile hel lingen, zijn gladde meren, zijn sneeuwvelden en diepe kloven, maar het is eerder een koude neerdrukkende schoonheid, dan eene, die be zielt. Aan de gemakken van het gewone leven moet men hij zoo'n reis maar niet denkon. Ho tels treeft men onderweg niet aan, heel zelden een armoedig dorp, slechts bijwijlen een boerde rij en dikwijls moesten de reizigers.onder den blooten hemel slapen. Wel zijn hier en daar houten gebouwtjes geplaatst, evenals hut ten op de Alpen, waar men zich op den groud kan neerleggen en men althans wanden om zioh heen en een dak boven zyn hoofd heeft, waar eèn haard is, waarin men vuur kan aanleggen, altijd wanneer men zelf hout heeft meegenomen en de lucifers niet vergeten. Aan hout toch is dit Lapland arm en de struik jes, die er groeien, een $öort heidekruid, staan dikwijls onder do sneeuw en zijn te nat om lo branden. Een tocht vol ontberingen was die van onze beide reizigers wel. Men moet zich blijkbaar losscheuren van al d© gewoonten der beschaafde wereld. In d© eerste plaats moet men zorgen, zich zoo warm mogelijk le Ideeden, in dikke zware stof. schoenen uit één stuk, die geen water doorlaten, en waarin men loopt met twee of drie paar kousen, welke nog vol gestopt wor den met klonters vet. De Lappen zelf trou- van een bijzonder talrijk eu voortreffelijk opge leid officierskorps bewezen. Hoe zou Duitsch- laud er anders nu aan toe geweest zijn? Een weinig geoefende troep van op zich zelf ge schikte en moedige manschappen kan een leger aanvoerder in hot beste geval tot noodhulp dienen. Maar het onderscheid wordt onmiddel lijk gevoeld. De aanvoegster weet zeer goéd, wat deugdelijk opgeleide troepen kunnen praes- teerenbii vluchtig geoefenden is hij daarvan echter niet zoo zeker." Ik beriep mij op het Zivïtsorschc leger. „De Zwitecrsohe eoldaat is ongetwijfeld voor treffelijk voor liot doel, waarvoor hij is opgeleid et; waarvoor hij wordt gebruikt," zeitle de maarschalk. „Dc Zwitsersche soldaat is goed, ieder is daar een scherpschutter, cn ik gevoel groote achting voor hem. Maar andere volken kunnen zich niettemin Zwitserland niet tot voorbeeld stellen. De toestand van Zwitserland is iets op zich zelf. Zijn neutraliteit is gewaar borgd zijn leger geheel tot verdediging van zijn grenzen en gebergten Opgeleid. De nlgemeenc topographic is voor de verdediging zeer gunstig. Dat kan niet van Duitschland gezegd worden." Wij spraken over Rusland. 11c bracht den maarschalk zijn woorden van 1914 in l?osen in herinnering: „Ik keu mijn Russen, die komen terug en nog eens terug". „Ja, eu misschien komen zij nog eens terug", glimlachte Hindenburg, wat niet dikwijls voor komt. Hij ontkende, dat de strategie van de Russi sche legeraanvoerders in de laatste twee jaren wezenlijk verbeterd .was en voerde ten bewijze daarvoor Roemenië aqn. „Ik ben eenige werkelijk uitmuntende denk beelden en bewegingen aan Rugcischo z ijd,P te wens geven in dit opzicht het voorbeeld; rau vera-hooüing schijnt in dit land geen sprake le zijn; do inlanders dragen een kieediugstuk zoolang tot het in flarden en rafels om hun lichaam hangt en dan trekken zij ©r een nieuwe ja-, bröek of rok over, zonder het oude uit to trekken. Mannen zoowel als vrouwen gely- i:en dan ook <likk« ronde propje.",. Hoe onze reiziger er zeli uitzagen verteldo du heer Fulu in een anecdote van oen ontmoeting nu Aineiikaanochen, dio ze terecht hadden g?h< I I pen, eu die hou voor een paar vieze landloupers I aanzagen. Aan het menu der maaltijden inoet mon even eens zeer lagoeischen stellen. Rendiervlccsch «ak steeds do hoofdschotel en 't Aenige eet bare brood wan ecu soort, harde eu taaio biscuit. Wilde men water koken, voor uo uu«- fio bijv,, dau moest men eerst don ketel vol sneeuw steppen. Over de nachtvcriwijvcu heb- 'x'u «'a reeds iet» gezegd. Ecu «nkc-lo maal had luitenant Fuld geslapen in d© hut van ecu Laphindseho familie, doch dat was lang geen pretje geweest, al was het er warmer dan m deu kouden winternacht onder den blooten hemel. Doch zoo'n but of tent heeft een haard in 't midden, dc rook dwarrelt door het ver- Lek, tot hij «en uitweg vindt door openingen iu het dakmet dien rook vermengen zich de reuken der Laplanders, die Hooit uit (ie kloercu komen eu die naast j© liggen op den grond, dc geuren, dio de honden algeven, ivclke eveneens dc hut deeleu. De Lappen hebben zeer vele honden, die, evenals bij de kudden schapen op onze heide velden, passen op de rendieren, waarvan er Loepen zijn van vier, vijf. zes duizend, ja. er moeten families zijn, di© twintig duizend vau deze dieren bobben. Indien een reis door Lapland vol ongemak ken in, zij is niet tuinder zonder gevaren. Daar van gaf luitenant Fuld typisoho voorbeelden. Lr zijn daar steile hellingen, diepe afgronden, tlie met gevaar van vallen bedreigen, en steeds zijn twee of meer reizigers door eeu sterk touw aan elkaar verbonden. Daar komen nog bij vele heken, waar men over moet, van bruggen is baast geen aprake, rnet steonoa bezaaide vlakten of spiegelgladde ijsgletechers, dio bijna onbegaanbaar zyn, sneeuwstormen, die woeden, on men zal begrijpen, dat verreweg de mees te toeristen zich in dit onherbergzaam gewest niet verder wagen dan aan den rand, dicht bij de kust. 'Je meer moeten de militairen luitenant Fuld dankbaar zyn, dat Lij hun een beeld ga. van dit tamelijk onbekend land, zijn bewoners, zijn rendieren, zijn woeste natuur. Het hartelijk applaus aan 't slot der voor dracht was zeker alleszins verdiend, cn wij kun nen best begrijpen, dat velen verlangend uit zien naar een nieuwe causerie van dezen spreker. Wegens het Kerstverlof over veertien dagen zal a.s. Woensdag opnieuw in 't zelfde gebouw een wetenschappelijke lezing worden gehouden. Van Zuidwijkormeerfort. Res. 2e luit. H. L. Blankstein schrijft ons van fort Zuidwijkermeer Woensdagavond 13 December werd weder om aan do fontbezetting een gezellig© avond aangeboden door de oncspanjungsvereeniging ,.Z. W. M.", waartoe het gezelschap ,,J)e Vrije' Club" uit Amsterdam was geënga geerd. Aan de leidster van dit gezelschap, mej. Jo M. Ploegman, betuigen wij onzen hartelijken dank voor den preltigen eu gezol- ligen- avond, dien zij ons heeft bezorgd. Voor dezen avond was het volgende pro gramma vastgesteld: 1. Muziek, mej. Lio- brego; 2. Coupletten, de heer C. Holman, 3. „.Zijn Dochter", klucht in één bedrijf, op nieuw naar het Fransch bewerkt door Jo M. Ploegman: Trebuchard, rentenier, de heer J. Mulder Jr., Blanche, diens dochter, mej. I Marie Ploegman, Prudeval, grondeigenaar, '•e heer Th. Kwakcrnaak, Cfade, diens doch ter, mevr. C. MulderJurgens, Pignoi.sc.ni. •kapitein, de heer G. Mulder,Ragusinc, dienstbode, mej. Betsv Ploegman. Speelt te Parijs bij Trébuohard. Pauze. 4. „Een Mésal- lianco", klucht in één bedrijf: v. Haspem, advocaat, de heer P. v. Lieshond Jr.. n.cv;-. v. Haspem, mej. Marie Ploegman, Arnold, hun zoon, do lieer 4. Mulder .Jr., Kris Scinn- Icnburg, de heer Th. Kwakernuak, Katrien, zijn vrouw, mej. Jo M. Ploegman, Amah'fi, hun dochter, mevr. C. Mulder—Jurgens, Pre tornel, de heer G. Mulder. Hem Schuil en- burg, Anne Bet, mej. Jeanne Ploegman. Speelt te Amsterdam hij Van Haeper, regie mej. Jo M. Ploegman. Mej. Liebregs, die zich ,meb het muzikaal gedeelte belastte, kweet zich van haai- taak op een manier, die allen lof verdientdc liedjes, die zij speelde, vielen in goedo aarde; van de meeste werd hot refrein met luider keel door liet auditorium ingezet. Dp heer Holman, dio voor het tweede num mer van hot programma zorgde, luid mot zijn coupletten een zeer groot succes; liij had dan ook een repertoire rol variaties uitgezocht; nartuurlijk liet hij niet na, zoo nu en dan de soldaten het refrein mee te laten brullen", (zooals hij zich uitdrukte). Zijn mimiek in ■liedjes als: „Leentje heet zo". „Dan zit je d'r in", ..Jozef, laat je broekie zakken", enz.' was Uitstekend. De klucht ..Zijn Dochter" liep zeer goed van stapel; de artisten gaven, biijk goed in hunno rollen thuis te zijn; vooral noemen wij mej. Marie Ploegman, die een zeer lastige rol had te spelen en dezo heel goed vervulde; er is om deze klucht hartelijk gelachen, voor al teen Prudevals dochter ten slotte zijn moeder werd, doordat hij haar door een list aan zijn toekomst, i gen schoonvader, die weduwnaar is, weet uit te huwelijken. Do itw-eede,klucht „Een Mésalliance" over trof nog de eerste; liet stuk werd verbazend vlot gespeeld. Do spelers en vooral mej. Jo Ploegman, deden ons aanhoudend schate ren de wijze, waarop laatstgenoemde een Jor- daanvrouw imiteerde, was boven verwach ting; de schrille tegenstelling van haar, de echtgenoote van een kruidenier („die koffie per lood en kans bij de plak verkoopt") met mevr. v. Kiepeneen zeer gedistingeerde dame, kwam daardoor zeer op den voorgrond. Eringoloopen. Een Engelsch muziekliefhebber zei eens tegen •■ei beroemden Padorewskidat goeu onkel lo vend componist in staat wus zulk© eenvoudige en toch zoo wondorechoono muziek to schrijven a!( Mozart. Den volgenden dag zagen zo "Iknar weer en nu zei PadorewskiMag ik (-■ ns iets van Mozart spelen, dat ju misschien nog niet keurt? Natuurlijk stemde de vriend toe en do groote pi ist zott© zich voor.de piano, speelde oen menuet, fijn en eenvoudig. Aan 't «lot riep de vriend Ben j© 't nóg niet met mo eend, dat zulke muziek tegen woordig niet meer geschreven wordt? Ik geloof van wd, antwoordde Pudorewski. want dit menuet hob i k gecomponeerd. R c c h t m a t i g o klacht. Moeder. Meneer Jaansma, de griffier, heeft jo hand gov raad. Hij is al wat op jaren, maar rijk, en heeft 'n goede positio ik vind dus, dat je maar ja zeggen moet. Dochter (vvcenend). 'i Is wat moois- Nu moet ik met dien ouden, vervelenden griffier trouwen; als u niet zooveel kinderen hadt, zou :k wel een jong offiaier gekregen hebben! Z e o r «aar. Mevrouw/ Wat? Alweer van avond uit? Ik kan rn© niet begrijpen, waarom je telken# uit wilt? Mina (de meid). Dat zou u beter begrij pen, als u nog wat jonger was. Met weinig tevreden. Eerst© landlouper. /Vla 'k eens ryk was eu altijd geld bij me had! Tweede landloopcr. Ik zou al tevreden wezen, als ik van nacht eens 'n rijken mcnoer tegenkwam, die geld bij zich had En Kende z'u vrouw. Z© vroren juatd. door de gastvrouw aam elkaar voorgesteld on Woven ondor do wal» zitten. ik bun zeer rerimugd u te ontmoeten, bu? hij. U bent dus juffrouw Polly Green Ja. Woont ii M lang in do stad? Ongeveer oen jrutr. Hebt u een werkkring of bent u thuis? Ik vrork op ©en bank. Typist© of (bookhoudster Typiste, maar Hebt u zusters ©n broers? Kén zuster. Moakt u uw eigen kloeron, of... Maar. mijnheer, laat mo tóch alstublieft, mot ruift. II: Jiob pa« konnis met u gemaakt ©n n ondervraagt mo zooals 't mij nog nooit van m'n leven gebeurd is. He zal mo oij do gast vrouw gaan bek lagen. Hei spijt m© werkelijk, als ik n belcedigd bob. Maar, daar tegenover ons zit mijn vrouw cn wanneer wo naar huis gaan. zal zo mij alles vragen, wat ik u om trant uzelf gevraagd heb en mieoebicn nog veel moer ©n i!; wildo gaarne in staat zijn juist© antwoorden to geven, dar is alles! er was iets van bewondering in zijn stem, „maar over het geheel kan ik niet zeggen, dat hun strategie en taktiek beter zijn ge worden." Ofschoon hij ..God zij dank" geen erva ringen op het Westelijk gevechtsterrein haa gehad, vond hij toch woorden van de hoogste waardeeriiig voor dat, wat hij als .heroïsche, dapperheid en offervaardigheid der Franschen" kenschetste, die daardoor wat de krachtsver houding betreft, ten slotte tot een natie van den tweeden rang waren teruggebracht." Waarom de Franschen met hun woedend fanatisme eiken metter van hun eigen gronu met eigen bloed drenken, is een van do dingen, die boven mijn verstand gaan", zeide Hinden burg met langzaam hoofdschudden. Hij sprak met bewondering over alles wat do Franschen en Engelse-hen in betrekkelijk kor ten tijd met'een geïmproviseerde organisatie 'hadden tot stand gebracht. He vond hem steeds bereid alles gercedeiijk te waar deer cn. wat do vijanden voor goeds gedaan of wat zij bereikt hadden. Os intocht in Boecharest. Van de intocht der Duitscliers in Boecharest vertelt de „Nordd. Allg. Ztg." de volgendo bijzonderheden Daar dc Roemeensclio generaals éibij hieven, flat de stad geen vesting was, ca op deze wijze een onvoorwaardelijke overgave ontweken, werd bevel gegeven, den aanval tegen de stad voort te zotten. Den 6flen December V morgens be- Het huwelijk tu -,chen Arnold, ©en zeeoffi cier, en Amolia, do dochter van Kris Schiri- lenburg (do Kruidenier) en Katrien, werd nietegr-nMaando hun verschil in stand, tooh bewerkstelligd, dank zij het openlijk karakter van Amalia. Na afloop van deze-klucht werd aan moj. Jo Ploegman een bloemstuk aangeboden. Wij hebben', dezen avond werkelijk genoten, betuigen daarvoor tan mej. Jo Ploegman en haar gezelschap nogmaals onzen hartelijken danlc en roepen haar een welgemeend „tot weerziens" loe. Namens de Feestcommissie. Nachtelijke overval. Humoreske. Mil. korp. H. Zeeion, 3-II-23 R. I.. schrijft 't Wan eenstik-clonkero nacht. Een grim- migo wind raasde over weiden en velden. Vol nijd stiet hij zijn kop tegen de saam gekoppel de huizen van 't dorp. van waar hij jankend cn huilend vorder vlood. Alle gefluit en ge huil. allo geklepper cn gebons ten spijt, sliep do bevolking den slaap der rechtvaardigen. Wie zou zijn rust ook storen in vrij Neder land Geheimzinnige gedaanten duiken op in den duisteren nacht. Behoedzaam en voorzichtig sluipen zij vooruit. Tastend en spiedend, luis terend op elk gerucht. Nu kruipen ze op han den en voeten, dekking zoekend achter elke oneffenheid dan goat rt in vliegensvlugge vaart over open terreinen of vlakten. Stil-aan nade ren zij hot dorp in ruste. Wat onheil mag daar gebeuren gaan Daar op eens een vuurstraal... pang. Alom schoot het pang... pang. Het tem po van 't geknetter wordt steeds sneller.., dan weer «til. Nu begint 't ratelen aan do andere zijde van 't dorp. Een 6chot voorop... 'n salvo dan wat nakomers. Vlug stormen nu de ge heimzinnige aanvallers, gelijk de achtervolgde eekhoorn springt van tak tot tak, zoo vliegen zij van de eene dekking en schutting achter de andere. Dan vaart een aanhoudend droog geknetter door de lange dorpsstraat. Al wat zich daarin bevindt, worclfc weggevaagd. 'hWas ccn heeto en lange strijd, maar :t dorp is ge nomen. Zegekreten weerklinken, gejuich gaat op. Dan blaast 't verzamelen. Zich in 't gelid stellen, nummeren, 't gaat alles eveö vlug. Onder een vroolijk lied rukt men na dezo welgeslaagde nachtelijke overrom peling smookend cn koutend huiswaarts. De gevolgen: ln de woningen van de onver- vaarden en .vlug begrijpenden schoot men wakker, mopperde '11 beetje, dacht ,,!t mUitaix is aan den slag" draaide zich op 'n andere zij en snurkt© verder. Bij de minder heldhaftigen sprong men bij 't eerste schot overeind, luis terde angstig, dan :t bed uit. de oogen 'ns uit gewreven en door 't raam gekeken. Kwam men dan tot do overtuiging, dat 't- eigen volk was, dan begaf men zich weer ter ruste, maar had veel moeit© om den slaap weer te vatten. Er ger was 't bij de vreesachtigen. Ken staaltje hiervan. Bij een alleen wonend heer dient 'n trouwe huishoudster. De heer heeft maar één gebrek; liij slaapt zoo vast, dat een kanon aan zijn ooren afgeschoten, hem niét kan wekken. Bij dezen nnchtelijken overval nu was onze huishoudster in nood. Eerst kroop ze ang stig onder de dekens, waar haar 't koude zweet uitbrak, en haar verschrikt© phantasio tooverde een invallende vijand voor, met al t vreeselijkc, dat zo daar over gehoord of gelezen had. Maar ook onder de dekens hoorde ze dc hevige salvo's. Dan. op... ten halve aange kleed en aan 'i loopen op en af. Ze vliegt naai de deur van de slaapkamer van den huis heer en bonst en slaat alsof ze moest worden ingebeukt. Echter geen antwoord... Dan be gint zij te schreeuwen en te roepen... en einde lijk to jammeren... mijnheer... mijnbeer... hoor toch eens... hoor toch... De heer echter slaapt en blijft slapen... Zij vliegt daarop naar een venster., rukt 't open... en roept in 't nachte- lijk duister: laat to,oh af, wij zijn arm, we heli- beu nietsDan 't venster dicht... Nog lang na dat do troep is afgetrokken rent onze arme huishoudster op en af en toen de morgen kwam v.;v, zo bck-af van al de vrees en inspanning. Wio schik hadden dal waren de schooljon gens. des morgens. In all© vroegten reeds ren den ze naar do plaatsen waar ze dachten dat. gevuurd was. Zij gingen met den buit strijken. Ze vonden heel wat koperen hulzen en ook nog geladen patronen met 'n houten prop afgc- zich ook maarschalk Von Mackensen. Do batte rijen stenden gereed om zoo noodig te schieten. Gp het gordijn van den stofregen toekenden zich vaag dc omtrekken af van do in de verte liggende vesting. Tot den strijd gereed, lag de infanterie in do voorste >inic te wachten. Twee kilometers was men nog van de forten ver wijderd. Hun zwijgen scheen er werkelijk op te wijzen, dat de Roemenicrs van plan waren, de stad zonder tegenstand op te geven. Een ver kenning zou dit raadsel oplossen. De cavalerie zette zich in beweging. Dc infanterie, die daar achteraan marcheerde, gaf aan dc artillerie door witte lichtkogèls te kennen, dat zij voor loopig nog niet moest- schieten. Spoedig was men aan don vestinggordel gekomen, die ont ruimd bleek. Onmiddellijk ging het nu verder naar do stad. Angstig verdrongen zich de vluchtelingen, die hier kampeerden, om de bin nenrukkende troepen. Om hen or toe te bren gen hun woonplaatsen te verlaten, had men hun verteld, dat de vijand hen zou vermoorden, en hun gezichten klaarden op, toen de troepen hen anders inlichtten. Bij het eerste gebouw meldde zich een Roemeensclio soldaat mc-t ge weer en volle uitrusting, om den weg naar de stad te vijzen. Ook een bereden gendarm bood zich aan als gids. Allo lieden namen de hoofd deksels af, en ieder wildo den weg wijzen. In een van de hoofdstraten zag men een merkwaardig tooneél. Het was op do Calea Victoria. Hier ging het leven zijn gang als in vrede. Op do trottoirs heersehte gedrapg. Dames gingen uit wandelen niet hun kinderen. Do mannen hadden het druk roet hun zaken. Ledig- gangers liieldén er pantofjelpromew sloten. Daarmoo zouden zij ccne soldaatje spelen t Mooiste van dien naditelijkcn aanval was. dat een snuggere bijdehand naar den veldwachter trok cn eisehte een proces-verbaal wegens nachtelijk burengerucht. H. Z., 3.11 2-5.R.I, Aan ons aller vrienden. Men «c-krijft ons uit do 2 O. ID Hau-, C.: Met het heengaan der mil. lichting 1910'ter- liezen wij als oudo jongens van de 3c sectie 2e comp. rcs. batt. C'. enkel® kameraden. Op de kamer geeft dit een groot© leegt©. Ons allen spijt dat heengaan aan ©on zijd© ten zeerste. Dat zij zijt heengegaan om weder met nieuwen moed net burgerleven in te gaan, gunnen wij hun aan de andere zijd© van harte. Maar ook missen wij nu den sergt. v. d. Lindc-n en vooral dat valt ons zwaar. Daarom nu willen wij allen, hun, die heengingen, maar don eorgt. r. d. Linden in hot bijzonder, oen laaiec vaarwel toeroepen. Dat het liuu iu den vervolg© uit stekend ga. Sergt. v. d. Linden, gij aH hu maan mensch, als iemand die met ons steeds dik en dun hebt gedeeld, had bij al den dienst nog steeds tijd en ©en good woord om voor ons te zorgen eu den moed er in t© houden. Wij allen zullen u dan ook *- .ven gedenken als een trouwen strijdmakker. Nogmaals, het zal u in uw leven, misschien weer zooals vroeger in Noord-Amerika, steeds goed gaan. Denk later nog eens aan ons jongen» van de 3e eoctio 2© ©omp. res. batt. C„ Adieu. Namens allen DE ZWARTE. Christelijk Militair Mannenkoor. Mil. A. van Tooien, secretaris, schrijft ons uit s-Gravenhage Het lijkt ons wonschelijk in ,,D© Soldaten- courant" eens do aandacht van hare vele lezers te vestigen op het Christelijk Militair Mannen koor „Soli Deo Gloria". Het is in Nov, '35 op gericht; had aanvankelijk een 50-tal leden, heeft donateurs verworven cn heeft r.u nog eiken Vrijdagavond haar repetitie om 7.30 uur in het tehuis „Malakku", Anna Raulov.ns- atraub 78. Door overplaatsing cn het met onbepaald verlof gaan van velen onzer ieden, i,s nu even wel liet lodental aanmerkelijk verminderd. Vandaar dan, dut bet bestuur vau „Soli T)eo Gloria" een beroep doet op allo in Den Haag liggende militairen, om zich aan to sluiten bij ons Chr. Mannenkoor. Wij toch zijn van meening, dat veie militai ren, mannen van Cbristelijkeu huize, hier in Den Haag in garnizoen, niet weten, dat deze vereeniging bestaat. Daarom mannen, die met ons nog steeds het militaire pak draagt, komt mot ons in het gezellig tehuis „Malakka" en sluit u bij onze vereeniging aan, opdat wij zoo te zamen, als mannen van Chr. huizo ona devies na mogen streven. Wij eindigen met den wensch, dat onze op roep resultaten moge hebben. Namens hot bestuur: Do seen rotans v. T00REN. 100 gulden bfilooning. Men meldt ons: Door den commandant van het fort Pampus wordt f 100 uitgeloofd voor het vinden van het lijk van den milicien-korporaal H. L. Ban der, die op 28 November tusschen Muiden" en het fort Pampus is verdronken. Postzegelverzamslaars. Mil. J. Booti 3-1-4 Reg. Vg. art. schrijft ons Gaarne ontving ik nog eens wat ruilzcgels, ik heb daarvoor nog een prachfcooHeetio of geven, zooalsN. Borneo, Venezuela, Perzië, Kreta, Chili. enz. enz. Wie nog over ruilmateriaal beschikt, zend© het. Ik ruil volgens do jongste Sent cat. (1915). Mile. S. BOOT, 3-1-4 Vg. Artie. Afscheidsgroet. Bij dezen roepon wij onzen geaehten vriend Bartje van Zijl een hartelijk vaarwel too bij zijn detacheering naar Reserve Bataljon' C. Wij hopen, dat het hem in, zijn nieuw garni zoen goed mog© gaan. Het personeel van „Villa Flora", Ldo. zoo plotseling de Duitsehe uniformen versche nen. Spcedig echter ging men weer ongestoord verder. D© lieden bleven stoan, groetten, keken, en gingen dan huns weegs. Eonigo Roemeeascho ofiicicren, soldaten en gendarmen, waarvan er nog een menigte in uniform rondliepen, keken met onschuldige nieuwsgierigheid van op een afstandje naar het militaire schouwspel van den intocht. Waar zij niot uit den weg konden, brachten zij correct het militair saluut. Voor do winkels met hun rijke uitstallingen stonden de eigenaars in de open deur naar klanten uit to zien. Do cafés en restaurants -waren stamp vol, en zelfs de schaakspelers lieten zich een oogenblik in hun gedachtongang storen. Door het gedrang baanden zioh electrisoho en paar dentrams een weg. Voorname dames reden voorbij in wagens mot Russische koetsiers cn met zilver behangen Arabisch© paarden, of zij lieten hun luxe-automobielen een oogenblik stilhouden om door haar lorgnon de binnenruk kende troepen te bekijken. Als een loopend vuurtje had zich het bericht verspreid, dat Mackensén zelf bij de binnen trekkende troepen was. Van alle kanten stroom den do Dnitschers en Oostenrijkers toe, die eerst 's morgeDS om acht uur, toen de Roe- meensche troepen de stad verlaten hadden, uit de gevangenissen, waar zij geïnterneerd waren geweest, ontslagen waren. Met geestdrift be groetten zij hun bevrijders, en vooral maar schalk Mackensen, en een regen van bloemen deden zij op dezen neerdalen. De Roemeniërs hielden zich in gedrukte en onverschillige stemming afzijjs. In den arend .diwêélv'terüggekcérd

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 3