No. 366 Zondag 17 December 1916 Dg man me! k 10,080 broeken. Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. De - Vredesvoorstellen. Taminiau's JAM DERDE JAARGANG. SOLDATENCOIIRANT EED ACTIE EN ADMINISTRATIE VALEBIQSSm 10», AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIÊMAAt PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN l CENT, VOOR BURGERS HCENT. ABONNEMENT BIJ VOORUIT BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS L50P.K WARTAAL Voor Adverteutii-n wende men zich tot onze Administratie. Y&luriu*»traat 109 Amsterdam - Adv»rt.»>r-nit»i n«i r»o jtii-n wendo men zich tot onze Administratie. Y Prijs der Advertentiën per regel 30 c«ut. Voor lugrzunaen jicoe. d eenogen o? de tweede, derde en viezde pagina dubbel tarief. Bij abonnement redactie. Wij geven hier een kijkje op de Roemeensche stad Jassy, waar thans, na de inneming van Boekarest, de Boemeensohe regeering zetelt. Jassy is een eoht Oostersone stad, wat men ook ziet aan da bouworde van vele huizen met hun platte daken, aan de nauwe bochtige straten. Van de ongeveer 80,000 inwoners zijn er bijna 60,000 Israëlieten. De stad was vroeger de hoofdstad van Moldavië, toen dit een afzonderlijk hertogdom was, thans is het de hoofdstad van de provincie Jassy. Het heeft een universiteit en drijft een levendigen graanhandel. j Het a.s. Kerstfeest. i; No. 370 van „De Soldatoncourant" zal met iffiet oog op den Tweeden Kerstdag niet op tjDmsdaa 20 Dec., doch op Woensdag 27 Dec, (door onze expeditie verzonden worden. Daarna »vqigt de verzending weer op do bekende tijden. lil Ut! Dat met het aanbieden door do central en [van vredesonderhandelingen, do vrede zalf nog niet in de wereld is, was dadelijk te be grijpen. Vele bladen der Entente-mogendhe- den verwijten aan 'de oantralen ,dat zij vre desvoorstellen hebben gedaan, omdat zij zich zwak voelden, omdat zij de overtuiging heb ben, dat ze,.ondanks hun schoone zegepraal dn Roemenië, den strijd, niet kunnen volhou den, wie zoo over" denvijand spa-êekt, anag toch zeker o>p zijn voorstellen niet met gretigheid ingaan, dat zou eveneens ajs zwakheid kunnen worden uitgelegd, 't Is daarom niet verwonderlijk, dat de persstem men, die we hebben weergegeven, uit Engel- sche bron bijv., eenparig van oordeel zijn, dat achter de Duitsche vredesvoorstellen iets andei's steekt, dat zij ten deele uit gevoel van ir,vak te voortkomen, ten deele een politieke manoeuvre beduiden. Als ernstig gemeend verlangen naaf den vrede moet men ze niet opvatten. Op deze wijze redeneetren, dikwijls met groot© heftigheid en bitterheid, de Franache, Russische en Engalsche bla den. Ten minste voorzoover wij uit de Reuter-telegrammen opmaken. Er ai ju er bij," enkele, die een andere taal spreken, die meenen, dat het een groote fout zou zijn om botweg elke vredesbespreking af 'te wijzen. Ook al zien zij, zooals de „Daily New3", in Duitschland's stap onoprecht heid. toch mogen de regecringen der gealli eerden niet dadelijk zeggen, dat zij niet wil len en kunnen onderhandelen. Daaruit zou voor de centralen een groote politieke over winning voortvloeien, zooals zij nog niet be haald hebben. Duitschland zou zich dan met een gebaar van onschuld richten tot de neu tralen en met een gebaar van vastberaden- ho-' en wanhoop tot zijn eigen volk. Het bovengenoemde blad zou willen, dat de ge- al! .'.eerden als antwoord hunne voorwaarden i(Uit het Fransoh, van Champimont). Ik wilde juist mijn bureau verlaten, om te gaan dejeuneeren, teen de bureauknecht Jo zef me kwam aankondigen, dat zekere Louis Demaro verzocht voor een dringend geval te Worden ontvangen. Tk kende, dien snuiter. Wij waren Landslui, oude schoolmakkers. Tezelfder tijd als ik was hij naar Parijs gekomen, maar het ging hem dn den beginne niet vóór den wind, terwijl'ik weldra werd verbondon aan don „Quotidien ïllustra", liep hij nog alle redacties af, zonder ergens plaats te vinden, heel sobertjes levend ivau hetgeen nu en dan van hem opgenomen artikelen opbrachten, en steeds bedreigd, het geringe kostgeld, dat zijn vader voor hem be taalde, to zien opgeheven. Mijn eerste gedachte was, Jozef te laten antwoorden, dat ik was heengegaan, maar Itoch getroostte ik mij hem te ontvangen. ,,Laat hem binnen komen. Jozef", zei ik. „Daar die mijnheer evenwel waarschijnlijk komt om me geld te vragen, heb je hier een 5 frankstulc. Als ik bol en ik vraag je, me wat geld te leenen,. dan moet je me dit stuk aan bieden en zeggen, dat clit alles is wat jo ïbezit.." „Mijnheer heeft gelijk met die voorzorg te nemen... want de vreemde heer zit erg slecht in zijn kleoding. Zijn pantalon vooral is..." Do burcauknecht ging heen, buiten .~«.ue ^verbolgen dat een man, die zoo'n verschoten en versleten broek droeg, het dorst wagen de kameraad van defS redactie-secretaris van den „Quotidien Illustró" to zijn. De man word binnengeleid. ,Jn, mijn waarde", zeide hij, nog voordat Ik mijn mond had geopend. „Ja. mijn waarde, xfe kom bij je aankloppen. Maar het eeldt eeri geheel exceptioneel geval. Ik verzoek je om een louis 1), omdat ik dion precies behoef. Ik 30, goudstuk vgm 20 francs. stelden, voorwaarden, dia zwaar mogen mjn, maar tevens billijk moeten wezen. De „Manchester Guardian" denkt er on geveer evenzoo over. toestand is te ern stig om in, de voorstellen alleen een zet in het diplomatieke spel te tien. Er moet een onmiddellijke gedachtenwisseling plaats heb ben tusecken de geallieerden, zulk een ge dachtanwisseling to weigeren, zou de Enten- temogendheden in het ongelijk stellen in de oogeu van alle neutralen. Onderhandelen do geallieerden wel, dan zal zeker de vredi partij in Duitschland versterkt worden, dat kan men slechts wenscken. De Fransehe minister-president Briamd is de eerste, die op do vredespogingen van Duitschland openlijk in de Kamer heeft ge antwoord. 't Zijn zeer mooie en gloedvolle woorden, die hij gesproken heeft, dat zal niemand ontkennen, maar den weg, die te volgen ia, he ik: 'j nog niet duidelijk gele zen. Hij stemt overeen met vele Fransehe en Engelscke bladen, dat èr in de aanbieding van vredesvoorstellen een valstrik moet wor den gezocht, een diplomatieke zet. Die val strik ia, dat Duitschland met zijn voorstel len de geallieerden wil scheiden, oneemgheid onder hen verwekken. Maar, zegt Briand, dat zal niet gelukken; de geallieerden blij ven even eensgezind als zij totnogtoe waren. Met geen enkel woord is in deze rede te lezen, dat de voorstellen dadelijk af-gewazon moeten worden. Men moet in Frankrijk, in Engeland, in Rusland uiterst voorzichtig zijn, verder trouw aaneengesloten blijven en met elkander bespreken, wat in dit geval is te doen. Zoo luidt feitelijk de meening van Briand. Dit lijkt ook de meaning van den Italiaan- echen minister-president Sonnino, die even als de Fransehe premier, ©enige woorden in 't parlement heeft gezegd over do vredesaan- bieding. Afwachten is ook volgens hem de boodschapde geallieerden moeten gezamen lijk optreden en overeenkomstig h-andclen en een bespreking dient dus in elk geval vooraf te gaan. Dit zou onmogelijk'zijn, indien de machthebbers der afzonderlijke landen dade lijk hun eigen particuliere gevoelens te ken nen gaven. Dit vrij bezadigd antwoord van Sennino zal wel de algemeen# stemming der geallieerde regeeringen weergeven en wij kunnen er ons, ondanks de heftige persstem men, die nu ook uit Rusland en Japan komen, op voorbereiden, dat eerst besprekingen, van diepgaanden aard zullen plaats hebben, voordat Duitsch land antwoord krijgt op zijn voorstel len, Of dit antwoord zóó zal luiden, heb zelfs 2i frank noodig,maar ik heb nog wat om de som vol to maken eu dan rest me nog genoeg voor een dejeuner -— hij liet me werkelijk drie flankstukken zien van avond, voor het diner, zal ik je don louis terugbrengen. Als ik hem vóór zevenen niet heb teruggebracht, dan ben je voor altijd ian mij ontslagen; dan machtig ik je me door je bureau jongens van de deur te laten smijten, als ik me"hier mocht durven vertoonen. Het spijt me, dat ik je niet kan moêdeelen, wat ik denk uit te voeren met je loüis. Maar dit kan ik je toch zeggen, dat het een kolossalen han del geldt, versta je, een kolossalen handel!" De vent had me doen lachen. Daardoor ont wapend overhandigde ik hem het gevraagde goudstuk, en op mijn woord, ik geloof zelfs dat ik hem to dejeuneeren zon- hebben ge vraagd, als hij niet zoo slecht gekleed was geweest. Maar werkelijk, met zulk een broek... Te 7 Ti ren kondigde de bureau-knecht met 'n tikje eerbied aau „.Mijnheer Demare." „Getrouw aan mijn woord", zei de leener, breng ik je den geelvink terug. En daar ik weet, dat je nog te arbeiden hebt. ga ik er van door maar niet zonder je mijn hartelijken dank te hebben betuigd." - „En is je handelszaak gehikt?" „Ten volle!" „En hij liet me een vijftigtal franks zien, welke liem r.a do teruggave van den louis nog restten. „Ik maak je mijn compliment", zei ik. „Heb jo bij do ^paardenrennen gewed!" „Zoo gek ben ik niet." Ik merkte op, dat hij een nieuwe pantalon aan had, die hem wel 20 of 25 franks had moeten kosten, en de reden van den eerbied van don bureau-knecht werd me duidelijk. De snuiter had zijn dag niet verloren laten gaan Den volgenden morgen bracht hij een ac tueel bericht, een mededeel ing over do Bank van Leenimr. geloof ik. Dat was interessant, ik nam zijn kopy aan. Toen hij heenging, megkte ik tot mijn verba als de Japansche pers wil, dab al. daarbij Duitschland niet in zijn positie van voor den oorlog mag worden gelaten, is zeker nog zeer de vraag. Dan komt er stellig ditmaal van den vrede niets terecht. Het beste voor die taUooaen, welke naar vrede smachten, ia af te wachten, wat de tijd brengt. Een bespreking van de voormannen der geallieerde staten zal vrij zeker volgen. Een botte afwijzing van iedere mogendheid op zich zelf is niet te verwachten. Welk besluit door de geallieerden te zamen zal worden genomen, is nog lang niet zeker, en een bselissing kan nog wel eemigen tijd op tich laten wachten. Ook schijnt de Engel- sche premier Lloyd George ernstiger onge steld, dan men eerst dacht en ook dit kan een algemeen besluit vertragen. In Duitsch land verwacht men dan blijkbaar ook niet een zeer spoedig antwoord. Een Berlijnsch blad meent, dat het best nieuwjaar kan wor den, voordat het antwoord der geallieerden komt. Waarschijnlijk is dat ook beter; tijd brengt dikwijls raad, en een overhaasting als waarmede de krijg losbarstte, ia allerminst raadzaam voor vredesbesprekingen. Het is geen wonder, dat de gebeurtenissen op het oorlogsveld op den achtergrond ge raken, nu de groote vraag: zal er vrede ko men of niet '1 aan de orde van den dag is. Daar komt bij, dat er heel- weinig belang rijks schijnt voor te vallen. Dat er minder hevig gevochten wordt, nu de vrede in de lucht hangt, zouden we niet gaarne willen beweren. Het slechtere weer, de intrede van den wintertoeht zullen daartoe wel meewer ken. In elk geval hebben we weinig nieuws, dat belangrijk is, te melden. Maar de strijd gaat toch door. In Roemenië rukken de cen tralen in Walachije verder op naar 'b Oos ten en hebben daarbij een belangrijk suc ces behaald; de Bulgaren in de Dobroedsja naar 't noorden. Ook in de buurt van Monastir en aan de Stroema heb ben gevechten plaats, zonder veel ander resultaat blijkbaar dan 't afslaan van vijan delijke aanvallen. Op het westelijk oorlogstoerrein zijn En- gelsche troepen bij Atrechfc tot in de vijan delijke loopgraven doorgedrongen en hebben den vijand groote verliezen toegobrachb. Daarentegen poogden de Duitsfihers Hulluch aan te vallen, maar slaagden hierin niet. Heb Fransehe bericht maakt melding van levendig geschutvuur aan de So mme zoov.-c! als bij Verdun. In het Britsche Lagerhuis heeft Robert Cecil meegedeeld, dat de geallieerden -aan Griekenland nieuwe eischen zullen stellen, tem eind o tot een oplossing van den onbevre- digenden toestand te komen. Verklaring van Briand. P A~R.LT SMinister-president Briand de vre de vol- o verwin- terwijl de Kamer omtrent des voorstellen van Duitschland gende mededeoling: „Na zijn ning te hebben geproclameerd, het intusschen nieuwe pogingen in het werk stelt om ze te behalen, zendt Duitschland ons door de ruimte eenige woorden toe, over welke ik mij nader moet uitlaten. (Toe juichingen.) Gij hebt de rede van Beth- mann Hollweg gelezen. Over den tekst, dien ik niet heb, kan ik geeu officieele mee ning uitspreken, het valt echter te betwijfe len of degenen, wier bemiddeling is ge vraagd, de taak zullen aanvaarden, die bij velen, die vertrouwen, ongerustheid zou kunnen wekken. Ik zal aan de Kamer later officieel de juiste gemeenschappelijke opvatting van de geallieerden mededeelen, het is echter mijn plicht om mijn land nu reeds te behoeden voor een mogelijke vergiftiging. (Toejui chingen.) Wanneer een land, dat tot de tanden ge wapend is, zijn geheele burgerbevolking mo biliseert, op gevaar af zijn gedesorgani- zing op, dat hij weer een andere nieuwe broei, aan had. Twee dagen later kwam hij het geld voor zijn artikeltje in ontvangst nemen en ver scheen op mijn bureau, om mij. de hand te drukken. Werktuigelijk keek ik naar zijn pan talon hij had alweer een andere aan, even eens nieuw 1 Op do dagen die volgden en waarop ik hem zag. droeg hij telkens een nieuwe pantalon! Eu het curieuste was, dat hij nog^ altijd de zelfde, erg verschoten jaquette Allengs deed de vent me de onwillekeurige gewoonte aannemen, om naar de pantalons der menschen te kijken. En na vagelijk gedurende verscheidene dagen dc pantalons van het lager personeel van het blad te hébben bekeken» van de bureaujongens, bureajfknechts en zelfs van do bedienden aan de loketten van abonnemen ten, advertenties" enz., constateerde ik tot mijn ontzaglijke verwondering, dat die lieden van zeer bescheiden conditie nooit tweemaal de zelfde pantalon droegen. Daar varen er zelfs, die dagelijks twee verschillende droegen! Ik begon te begrijpen, de speelbal van een bijzondere zinsbegoocheling te zijn, en ik be sloot zorgvuldig die ziekte, welke mij belache lijk zou hebben gemaald;, te verbergen. Maar ik voelde heel goed. dat het me geweldig aan greep. Dat was blijkbaar een vorm "an vervol gingswaanzin. Eu het broeken-c .filé duurde voort daar waren er van alle kleuren en ■wor men eenige pasten goed. en anderen waren een weinig de kort of te laug. Men kou zien, dat het „gemaakt goed" was, doch sedert dat begonnen was, wat een enorme hoeveelheid verschillende broeken had mijn zieke verbeel ding gemeend haar te zien voorbijtrekken Ik besloot eindelijk in het grootste geheim een specialiteit te gaan raadplegen,, niet voor pantalons, maar een voor zielsziekten. Hij was geenszins verrast door deze bijzondere soort van verstandsverbijstering, sprak van neu rasthenie, overspanning, en liet me 3 louis be talen. seerden handel en zijn bewoners te ruïnee ren, wanneer zijn ovens staan te gloeien ter vermeerdering van zijn oorlogsmaterieel wanneer hij met terzijdestelling van het vol kenrecht de bevolking van een bezet land wegvoert en noodzaakt voor hem te werken en ik zou mijn land niet toeroepen: „Laten wij voorzichtig zijn", dan zou ik groote schuld op mij laden." Levendige toejui chingen.) Men stelt ons voor over vrede te onder handelen, terwijl België, Servië en Fran- ache departementen bezet zijn. Met on duidelijkheden en vaagheden, met plechti ge woorden tracht men ongeruste gewetens j en harten in landen, die rouw dragen over zooveel dooden, in beroering te brengen. (Toejuichingen.) Wat hooien wij in die rede? Eerst een zelfde kreet om de neutralen en het Duit sche volk om den tuin te leiden: „Niet wij hebben den verBchrikkel ijken oorlog gewild hij is ons opgedrongen". Op die kreet wil ik voor de 100ste maal antwoorden: „Neen, gij waart de aanvallers, gij moogt het toege ven of niet. De feiten zijn daar om het e bewijzen. Het bloed komt op uwe hoofden en niet op de onze". (Levendige toejuichin gen.) Ik heb het recht op die plomp ge spannen valstrik te wijzen. Bethmann zeide: „Wij willen aan onze volken alle middelen tot welvaart döen deelachtig worden, die zij kunnen wen- schen" en aan de andere volken werpt hij als aalmoes toe, dat hij wel zoo goed wil zijn h©n niet te vernietigen. Na den slag aan de Marne, na Verdun durft men zoo iets aan het roemrijke Frankrijk aanbieden, aan Frankrijk, dat nog rechtop staat. (Toe juichingen.) Een dergelijk document moet men over denken en dan nagaan, welke bedoeling het heoft. Ik heb het recht van deze tri bune te zeggen: Het is een manoeuvre, waarmede men tracht de geallieerden te ver- deelen, de gewetens te verontrusten en de volken te demoraliseeren. De Fransehe republiek zal onder soortge lijke omstandigheden niet minder doen dan indertijd de Conventie." (Algemeene toe juichingen.) Minister Sonnino over de ontvangst van de nota. ROME. Aïn het eind van de Ka merzitting verklaarde Sonnino, onmid dellijk antwoordend op een vraag van Basiini, onder grooie aandacht van de Kamer, dat do Zwitsersche gezant hem de nota van de Duitsche regoering en haar drio bondgenooten had overhandigd, an welke nota vredsonderkandelingen wor den voorgesteld. Ik heb den Zwitserschen gezant geant woord, dat ik natuurlijk overleg moest ple gen met mijn collega's en met de andere regeeringen der geallieerde landen over het antwoord op dezo nota,.die eveneens onder de vier vijandelijke mogendheden is over eengekomen. Ik zou den vragenden afge vaardigde en anderen die vragen willen stellen, willen vragen deze discussie niet voort to zetten. (Algemeene instemming.) Immers in een zoo teedere zaak is het van behang dat de geallieerden volkomen eens gezind handelen, niet alleen wat de hoofd zaak betreft, dat spreekt van zelf, maar ooi: wat betreft de nuances vau vorm {alge meene instemmingen dat zou onmogelijk zijn als ieder dadelijk a priori zijn persoon lijke indrukken wilde betuigen. Ik heb hieraan niets toe te voegen. {Zeer levendige bewijzen van algemeene instemming.) Basiini dankte den minister voor de on middellijke beantwoording van rijn vraag en om zijn instemming te betuigen met de verklaring van den minister wilde hij hier verder niet3 aan toe voegen. (Zeer goed!) De zitting werd opgeheven. Be-nar Law over het aanbod. LONDEN". In het Lagerhuis zeide minister Bonar Law, terloops sprekende nen duren. In mijn omgeving begon men mijn wankelende gezondheid op te merken. Einde lijk, toen ik mijn maatregelen nam voor een langdurige afwezigheid, vast besloten om een groote reis te gaan maken, landen tebezoe ken, waar mijn nachtmerrie mij niet zou kun nen volgen, Schotland b.v., of Midden-Afrika bracht de bureauknocht dien dag had Jozef weer een nieuwe broek aanDemare bil mij binnen, zonder zelfs hem te hebben aangediend en niet alle kenteekenen van het diepste ont zag. Bij den eersten oogopslag zag ik, dat De mare een nog „onuitgegeven" pantalon aan had. Dat kon niet missenMaar een ernstiger verergering van mijn ziekte nam ik waar, nu ik Demare ook een nieuwe jftpiejte zag dra gen 1 Als de jaquettes nu ook nog gingen mee doen, dan restte me niets meer dan om opslui ting iu een gekkenhuis te vragen. Met verwil derden blik wees ik hem een stoel aan. „Wel ouwe jongen", zei hij „wetend daï je belang in mo stelf kom ik je een goede tij ding brengen. Ik heb een betrekking gekregen aan de Gazette des Records", als financieel redacteur... We zijn nu confraters." Ik stamelde eenige vage woorden van gel uk- wen selling. „Bovendien", ging hij voort, „ben ik je nog een verklaring schuldig van mijn plotselinge welvaart sedert vier of vijf maanden. Je her innert je den dag, waarop ik een louis van je leende, welken ik jo zeer nauwgezet dien zelfden avond hob terugegeven. Ik heb teem gezegd, dat het toen voor mij gold een'gewel digen slag tc slaan Thans, nu mijn eigen be lang me niet meer bindt, om het beroepsge heim te bewaren, kau ik je alles zeggen... Ik was heel eenvoudig handelaar in pantalons!" Ik sprong van mijn leuningstoel op, „Blijf bedaard", sprak hij^ „en luister" „Daags vóór den dag, waarop ik bij je kwam aankloppen was er in de „reu de Tivoli" ver koop vau een ontzaglijken voorraad nieuwe kleedmgstukken, afkomstig van een dier ge mankte kherenw inkels, je weet welmet liet uithangbord „Eindelijk hébben we failliet ge- Ik wist heel goed, dat dit met lang zou kun- 1 Kiacrgnil" .Het program van de _voIgeude Jagen over do vredesvoorstellen, dat de regeering nog geene vredesvoorstellen heeft ontvan gen, doch het thans reeds wenschelijk achtte de volgende verklaring af te leggen Asquith gebruikte dezo woorden De geallieerden willen, dat er voldoen de herstel van het verleden en voldoende veiligheid voor de toekomst zal zijn. (Luide toejuichingen.) Dat is nog de politiek en dat is nog het besluit van Zijner Majesteit» regeering. (Hernieuwde langdurige toe juichingen Een nota van den Paue, BERLIJN. De „Lokal A,nz." verneemt uit Zurich, dat in aansluiting met het vredes-aanbod der midden-Europeeeche mo gendheden. de paus een nota zal zenden aan de oorlogvoerende staten. Meeningen uit Amerika. LONDEN. De „Morning Post" ver neemt uit Washington.- Bernstorff ver klaarde dat dei vredesvoorwaarden geheim zullen blijven tot do gevolmachtigde ver tegenwoordigers iu conferentie bijoen zijn gekomen. LONDEN. De „Morning Post" verneemt uit Washington, det Bernstorff thans het Amerikaansche publiek nader heeft inge licht over Duitschland'3 beweegredenen om op dit tijdstip vredesvoorstellen te doen. Duitschland verwacht alle oorlogvoerenden bijeen te brengen „in de hoop, dat een vrijo gc-daclatenwisseling over de oorzaken van den oorlog en beginselen, waarvoor de mededingers 'strijden, zal leiden tot eenige fundamenteole overeenstemming, welke don weg tot den vrede kan banen." Verder zette hij uiteen, dat Duitschland niet verwacht, dat de geallieerden van te voren zullen toestemmen de voorwaarden aan te nemen, welke Duitschland mocht stellen, noch dat Duitschland tegenvoor stellen zal verwerpen. Nevens Bernstorff's verschillende uitla tingen, is er nog. oen andere verklaring, welke waarschijnlijk ook wei van hem af komstig is, n.l. dat Berlijn hoopt, dat de Amerikaansche gezanten in de Entente hoofdsteden van Wilson instructies zullen krijgen om de regeeringen, waarbij zij ge accrediteerd zijn, mede doelen, dat het Amerika hoogst aangenaam zal zijn, indien „de Entehteregecriiigcö do. 'mceet 'ernstige aandachti zouden willen scheuken aan de voorstellen van de centrale mogendheden." Volgt nog een andere mcdeclteling, vol gens welke president Wilson van oordeel is, dat de Duitsche vredesvoorstellen gelegen heid kunnen bieden aan de League to en force peace" om op te treden. LONDEN. De „Newyork Times" ver neemt van den correspondent te Washing ton Bernstorff en andere Duitsche agenten zoggen, dat Duitschland hoopt, dat presi dent Wilson een vredesconferentie te 'a-Gravenhage zal bewerken. Uit de Duitseho pore. Do „Frankf. Ztg." zegt. in een bespre king van het vredesvoorstel: „Geen der beid© partijen Ugv op den grond, en een uitweg kan alleen gevonden worden door overeenkomst. Dat is dan ook de zin en do be- teokeais van de nota van den Rijkskanselier: wij eischen niet en bevelen niet als overwin naars, maar wij stellen voor en wachten ant woord en tegenvoorstellen. Daarop zal het aan komen, of de Entente in denzelfden geest denkt, dat de vrede een overeenstemming moet zijn, die mei het oog op den toestand moet werden tot stand gebracht. Is dat het geval, dan zal zij onderhandelenweigert zij offÖerhande- liugen, dan zal men daaruit moeten opmaken, dat zij geen overeenstemming wensebt, dat in tegendeel haar oorlogsduel werkelijk de nog niet bereikte nederwerping van Duitschland et; zijn bondgenooten is, en dat* zij meent den vrede, dien zij wil, door onderhandelingen niet to kunnen bereiken, maar door de wapens te kunnen dwingen. „Vele omstandigheden in de vijandelijke lan- betrof den verkoop van 10.000 gemaakte panta lons. Er was slechts weinig volk op uen ver koop, wijl de verplichting om de broeken bij partijen t<5 koopen, vanwege de groote hoeveel heid. monigen particulieren kooper terughield. „Ik merkte op, dat de broeken in partijen van tien tegen 40 sops (een gulden) per stuk werden toegewezen. En de afroep er had blijk baar haast, want telkens en telkens viel de hamer. „Bij ondervinding wist ik dat „ma tante" (de bank van leening) 5 a 6 frank leent op een broek, die nog in goede conditie ie. Mijn plan lal dus voor ae hand. Met jóuw louis werd ik eigenaar van een partij broeken voor 20 frank, plus 5 pCk.. dus 21 frank. „Onmiddellijk snelde ik naar „oome Jan" en bood er die broeken ter beloening aan. Maar ik leed bijna schipbreuk in de haven. Men leende niet op nieuwe goederen. Ik ver dedigde me, ik hield staande, dat ik ze gedra gen had, moor dat ik uiterst netjes was op mijn goed, zoodat men weinig og niet kon zien dat het gedragen was. Daar ik bewijzen kon dat ik geen kleermakersgezel was, gaf men ooglui kend toe. Bij een paar succursalen zette ik nog eens tweemaal drie broeken van do hand, en de tiende behield ik voor mij zelf. Gemid deld had men mij 7 frank op elke broek ge leemd. De dag was dus goed geweest. „Den volgenden dag hézas ik twee partijen broeken, doch, geleerd door de ondervinding, bracht ik het einde van den dag en een ge deelte van den avond en nacht door me>t de broeken te dragen, de eeue na de andere. Dat was lastig. Ik kwam dan ook al spoedig op het deukbeld van ze eenige uren door anderen te laten dragen, en eerst schuchter, later zon der omwegen, leende ik voor één dag broeken aan gafgons eu kantoorbedienden en verlangde alleen discretie van hen. Ik had hun gezegd. dat ik die proefneming noodig had. om me te vergewissen van de deugdelijkheid van. heit kledingstuk, daf men ..en gros" op mijn ate liers maakte voor „Zuid-Amerika." „Naar gelang mijn „handel!" zich uitbreid de. bracht ik er verbeteringen in aan. Ik had mijn mensahen, die do broeken verpandden: ik héb er tot eea zestigtal per dag ia mijn Eist bij Arnhem. den schijnen er tcgon te spreken, dat men daar thans een spoedig eindo van den oorlog ver wacht. Do oorjogsdictator Lloyd George is rc- ker niet aan hot bewind geroepen, om spoedig vrede te sluiten. Ko ook in andere landen her inneren do stemmen van regeerder* en parle mentaire meerderheden niet aan bet klinken van vrcdesklokken. „En toch is hei. moeilijk te golooven, dat bet voorstel der Centralen met een „neen" zal wor den beantwoord of door uitvluchten cn voor wendsels illusoir zal worden gemaakt. De ver antwoordelijkheid voor de volken en da mengch- heid dunkt ons te zwaar, dan dot een regee ring die mot eea licht hart kan aauvaarden. Wellicht zal men opmerken, dat men goon vre desonderhandelingen kan aunknoojicn, zoolang men de voorwaarden niet kent. Maar iedereen zal inzien, dat dit geen steekhoudende rode- neering kan zijn. Onderhandelingen van dien aard kunnen natuurlijk slechts met succes wor den ingeleid, al» de voorstellon, die ieder der beide partijen to doen heeft, eri die toch slechts voorstellen zijn en geen gerccdzijnde voorwaarden allereerst worden besproken door hen, die daarerver tot eensgezindheid moeten komen. „De brandende zon der openbare bespreking is voor de teere plant, die nog groeien moet, niet goed, en het doel van het voorstel is, de vertegenwoordigers der beide oorlogvoerende partijen eens aan een gemeenschappelijke con fer e«atio-tafel te brengen. De wederzijdsche be spreking moet het middel zijn om misverstan den en dwalingen weg te nemen on den verte gen woordigcra d©r Wide groepen duidelijk to maken dat er ondanks den oorlog nog gemeen schappelijke belangen zijn, waarvoor men niet blind mag wezen De samenkomst voor do be raadslagingen bindt ook geenszins en laat ieder der partijen vrij, de conferentiezaal te verla ten, lie Entente moot bet gemakkelijk vallen, op dit vredes-denkbeeld ia te gaanwant het voorstel van de Oentral<>n geeft hun hot niet geringe voordeel, om zich op de gemeenschap pelijke conferenties door hun groote getal sterkte niet materieel, maar wel door bun dia lectiek te doen gelden. De Duitsche voorstellen zullen ook al, kent men zo nog niet zoo gematigd zijn als de toon der Duitsche nota. Het Duitsche volk wil eerlijk vrede, en niet zij drukken de wenschen der groote meerderheid uit, die uit een buitenmatig krachtsgevoel eischen stellen, welke een tegenstander eerst na eer. volkomen nederlaag toegeeft. Het Duft- soho volk acht don vrede op zich zelf van groote politieke msaikle, ook al zal het geen afstand doen van do voorwaarden, die het voor de ver zekering van zijn bestaan en zijn recht in do wereia noodig acht." V De Engelscho pers. LONDEN. De „Westminster Gazette" zogtzegt, dat het Duitsche vredesvoorstel bovenal aanduiding geeft van den toe stand waarin de vijand zich than» be vindt; maar ook ia het naar alle waarechyn- l;jkheid eene poging om verdeeldheid to zaaien tussehen de geallieerden. Redelijkerwijs velt er uit op te maken, dat de reserve» der cen trale mogendheden niet genoeg zijn voor do nieuwe verplichtingen, die haar opgolegd wor den en dat zij weten dat de buit aan levens middelen uit Roemenië onvoldoende i« om hen de winter en de lento door te heipon. Wij kunnen daarom dezen stap van militair en economisch oogpunt als een bemoedigend toeken beschouwen. Maar het zou overijld zijn te veronderstellen, dat wij veilig kunnen vol staan met hef voorstel als een noodkreet af te wijzen. Duitschland weet, dat de oorlog bij de neu tralen greote ongerustheid teweeg brengt en het beroep ie dan ook in de eerate plaats c-er tot hen dan tot ons gericht. Do geal lieerden mogen daarom niet weigeren een Toorstel dat hun op regelmatige wijze voor gelegd wordt, aan tc hooren, maar zij moeten duidelijk zeggen, dat hunne overeenkomst om slechts gemeenschappelijk te handelen onaan tastbaar is en dat- geene voorstellen ook maar de geringste kans nebben om in overweging te worden genomen, zoo die zouden inhouden, dat een van hen de anderen moet verraden of dat zij hun plan om te zorgen dat recht dienst gehad! Ten ennde te vermijden, dat een te groote toevloed aan de bank van leening wantrouwen wekte, verkocht ik bele^ibrie:jca voor een frank, waardoor weer broeken werden gelokt." ".--oiang de bron, waaruit ik putte, niet bel :d zou wezen, zou alle» goed gaan. Op ze keren dag kreeg ik de lucht van gevaar. Ik aarzelde niet, maar ging den curator van het fai-lii'scmcnt opzoeken. Ik zei hem, dat cr nog 3000 broeken bloven te verkoopen, dat de reeds verkochte 7000 broeken den kooper had den verzadigd, du» dat de koers van 2 frank per broek zou gaan dalen. En ik stelde hem voor, aan de veiling in één slag een einde te maken, hem 600 frank aanbiedend voor bet restant. „De koopwerd gesloten: de concurrentie was in het ei gestikt. Dien dag, ouwe jangen, heb ik de 3traf beloop en van het artikel van do burgerlijke strafwet, dat opkoopir.g verbiedt.' Nu is de zaak uit. De bank van leuning, volgestopt ,-ret pantalons, is in opstand ge komen, men beeft mijn personeel gedreigd,'hen te zullen arresteeren. Acht duizend van die kleedingstukken slapen in de bergplaatsen van „ma tante" ik heb er de succursalen mee •erstelpfc. do hoofdbank mee overstroomd. Eindelijk ben ik verplicht geworden mijn zaak I naar het platteland te verplaatsen. Alle kos- j ten afgerekend, heeft elke pantalon mij netto 1 vijf frank winst bezorgd. Totaal 40.000 frank! Als je some een leenig bij me wilt aangaan... En thans, nu ik niet nopdig heb arm te doen., om mijn kleeren lnvijt te raken, heb ik een mooie jaquette en nog eenige andere toiletar- tikelfm gekocht. Er resten nog een honderdtal broeken. Ik liei; er gezonden aan liefdadige vereenigi mg en:k heb er weggegeven aan hoe! je personeel. Je ziet dan ook, met welke on derscheiding ik in je bureelen word behan deld... Komaan, ouwe jongen, zou ik er je een genoegen mee kunnen doen, als ik er een stuurde, geheel naar je sestaJre berekend, vaat mooi EJboeuf laken?... Dan heb je slechts te spréken." Ik was genezen. Arme bank van lcening!

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1