a DE SOIJiDATE3]^rOOUI^A]^r,T, van Woensdag -4 October 1916 Het Zeppeün-bezoek. Vrsdesvoc uitzichten. OP ZEE. Binnenland. Onze Koloniën, Lederzaken. voor den In dezen grooten oorlog komen zeegevechten betrekkelijk weinig voor, maar wel traokt men, van don begin van de krijg af, elkander de zee zoo onbevaarbaar mogelijk te maken. Dit geschiedt vooral door het leggen van mijnen in dat gedeelte van den Oceaan, waar vijandelijke schepen zich het meest vertoonen. Maar de tegen stander van zijn kant doet zijn bost die mijnen zooveel mogelyk op te ruimen of onschadelijk te maken. We zien op onze plaat een manier, waarop dit vaak geschiedt met opzettelijk daarvoor ingerichte geweren sclnet men op de mijnen qn brengt ze tot ontploffing. Dat dit gelukt, bemerken wij aan de rookwolk, die verderop op stijgt boven het water. In het begin was het den Russen gelukt öp twee punten (bij Novo Grobla en ten noorden van Molhow) in vooruitspringende gedeelten van de Turksche loopgraven door te dringen. Zij werden echter later in' een tegenaanval teruggeslagen door de Turk- Bcns troepen, die hunne loopgraven geheel van vijanden zuiverden. De Turken maak ten 80 gevangenen. ITALIË. Aan het Italiaansche front. ROME. (Bericht van den opper bevelheb ber.) In het Travenanzes-dal Boven-Boite) verdreven Alpini vijandelijke af deelingen, die zich verschanst hadden op de zuidoos telijke hellingen van den Lagazuvi en den Pizzo Fanis. De vijand liet bij zijn vlucht een groote hoeveelheid materieel in den «teek. Op de Giulio-front hier en daar artille rie-acties. Die van den vijand beschoot Merna en Vestorba en wierp ook eenige •bommen op Görz. WEENEN. Het geschut- en mijnwer- pervuur der Italianen op het Karstplateau was weder zeer hevig en breidde zich ten deele ook uit over de O.-H. stellingen in het Wippach-dal. GRIEKENLAND. De toestand in Griekenland. SALONIKI. Chios koos de zijde van de voorstanders van de bewe ging voor -de nationale verdediging. Alle eilanden zijn thans overgegaan naar do revolutionnaire beweging, ook de stad Ko- zani in West-Macedonië, waar beslag werd gelegd op 25,000 drachmen staatsgelden, welke van Fiorina naar Athene werden overgebracht. SALONIKI. Een telegram van Kreta meldt de uitroeping van een voorloopige regeering voor de redding van het vaderland, bestaande uit Venizekg en admiraal Coudoeriotis, dio zich een" derde lid kan tóevoegen. Het co mité van nationale verdediging te Saloniki betuigde instemming met Kreta's besluit en gaf een proclamatie uit, waarbij de Grieken worden uitgenoodigd om mede te werken aan de verdrijving van den erf vijand. ATHENE. De ministeries van oorlog en marine nemen strenge maatregelen ter voor koming, dat officieren zich aansluiten bij de revolutionnairen. Drie kapiteins bij de marine zijn in hech tenis genomen. ATHENE. De regeeriug weet nog niet welke de plannen der Entente zijn. Het schijnt, dat deze zich zal onthouden van eenige pressie op Griekeniand om dit te dwingen tot deze of geene politiek. Aan Griekenland zal toegest-aan worden te be slissen welke richting het uit wil. ATHENE. De reservisten-bonden, die Zaimis had beloofd te zullen ontbinden, zijn wederom actief opgetreden en hebben ongeregoldheden veroorzaakt te Nauplia en elders Zij hebben besloten zich ingeval een mobilisatie-besluit mocht worden uitge vaardigd, in verbinding te stellen met den koning en dan, zoo zij dan bevinden, dat de meerderheid tot toegeven gedwongen werd, te weigeren onder de wapens te komen Een hooggeplaatst persoon uit de omge- ving des konings zoide in een onderhoud met Reuters correspondent: .Wanneer Griekenland mede zal werken met de En tente moet er tijd worden gelaten om den indruk, dat er dwang is geoefend door de aankomst van de vloot der geallieerden enz. te laten vervliegen, anders zal de oorlogsverklaring gevolgd worden door de- serties en andere daden van insubordinatie. De strijd Ir Macedonië. SALONIKI. (Officieel Engelsch com muniqué.) Aan het Stroema-front beneden Onze Londensche berichtgever schrijft d.d. 25 Sept. Het officieele bericht dat door veldmaar schalk French, als bevelhebber over het leger hier te lande, omtrent dezen Zeppelin-aanval werd openbaar gemaakt, verbloemt volstrekt niet dat de aangerichte schade groot en het verlies aan mensc henlevens niet minder ernstig is. Het ergste is het geweest in de Londensche voorstad en verder in een der steden van her noord-oostelijk deel van Engeland. En verwon dering behoeft dit niet te wekkenwanneer een twaalftal van die lucht-,,dreadnoughts" in 't wilde weg over her land varen en dood- en verderf-brengende bommen strooien, moet de echade, wanneer die aanvallen geschieden boven dicht bevolkte districten, wel groot zijn. Het is diep treurig al die droeve verhalen te lezen en to hooren van do gezinnen, die op zoo wreede wijze werden getroffen, en men vraagt zich weder, zooals reeds vele malen ie voien, af: waartoe de Duitschers toch dergelijke nach telijke aanvallen op de burgerij doenwaarom op déz® wijze hun haat op nun vijanden wordt gekoeld. Op gezag van de personen, die met de lucht vaart vertrouwd zijn. mag men aannemen dat de bemanningen der Zeppelins onmogelijk precies kunnen weten, boven welk pnnt zij zich bevin- dan ou dat zy onmogelijk ld de duisternis mili de Orljak-brug namen wij een Bulgaarsche front-linie. Na een hardnekkig gevecht en hevige ar tillerie-beschieting breidden wij onze aan winsten in den loop van den avond uit. Zes tegenaanvallen zijn afgeslagen. Hon derd gevangenen zijn reeds binnengebracht. Het gevecht duurt voort. BERLIJN. Op verschillende plaatsen tusschen. het Presba-meer én den Vardar levendige vuurgevechten en op zich self staande vruchtelooze vijandelijke aanvallen. Door een krachtigen aanval kwam de top van den Kaimaksjelan in het bezit van den vijand. De verovering van den Kaimaksjalan. SALONIKI. De Serviërs hebben Zater dag een belangrijk succes behaald aan den Kaimaksjalan. Na een hevige beschieting, die groote verwoestingen aanrichtte in de Bulgaarsche gelederen, deed de Servische in fanterie een schitterenden aanval en nam alle nog niet veroverde punten van de Kai- maksjalan-stelling. De grond was als be zaaid met lijken van Bulgaren. De overgebleven Bulgareu vluchtten in paniek. Serviërs maakten een geheele batterij herekanonnen, veel mitrailleurs en gewe ren buit. De Serviërs zetten hunnen opmarsch voort. AFRIKA. In Duitsch Zuidoost-Afrika. HAVRE. (Officieel.) Generaal Tom- beur bericht: De vijand bood wan- hopigen tegenstand aan de Belgischs troepen, die (in den loop dezer week) Ta- bora innamen. Hij leed zware verliezen. Hij liet op het slagveld 50 gesneuvelde Euro peanen en ongeveer 300 zwarte soldaten achter. Honderd Europeesche officieren en onderofficieren en' een groot aantal zwarte manschappen werden gevangen genomen. Vier kanonnen, waaronder twee 105 m.M. werden buitgemaakt. Bij hun intocht te Tabora bevrijdden de Belgen 189 Europeanen, onderdanen van E n t e nfc e-mogendheden, die of krijgsge vangen of geïnterneerd waren. Tot hen be hoorden 103 Engelschen en 10 Belgen. De Negus van Abessynië afgezet. ROME. De Negus van Abessynië is af gezet. (De Negus Neguesti van Abessynië, Lidj Jeassu, geboren in 1896, zoon van de dochter van Negus Menelik en van Ras Mischael van Wollo, volgde zijn grootvader Menelik op 11 December 1913 op. Hij schijnt nu, volgens dit bericht, te zijn afgezet. Door wie en op wiens last wordt in dit telegram niet gemeld.) Uit een nader telegram blijkt, dat de metropoliet Abuno Mathaos in een plech tige vergadering, die in het paleis te Addis Abeba werd gehouden en bijgewoond werd door alle in de hoofdstad aanwezige Abe&- synische grooten, het volk en de grooten heeft ontslagen van den eed van trouw aan Lidj Jeassu. Tot zijn opvolgster is bestemd zijn tante Zoditu, een dochter van Menelik. Jn de Abessynische hoofdstad is het nietig. Welke houding Ras Mikael, de vader van Lidj Jeassu, zal aannemen is niet bekend. Hij vertoeft op het oogenbiik te Haarar. Een onoverkomelijke kloof? WEENJ3N, 28 September. Naar aanleiding van heb bericht, dat de Entente aan de neu trale staten heeft verklaard, dat elke poging tot vredesbemiddeling als een onvriendelijke daad zou worden beschouwd, schrijft hot Neue- Wiener Tageblatt. Wat de midden-Europee sche mogendheden en hun bondgenooten be treft, zoo weet ieder, dat zij bereid zijn een behoorlijken vrede te sluiten. Ook is ongeveer bekend, dat men onder een behoorlijken vrede taire plaatsen kunnen onderscheiden van an dere. Ook thans verklaart Viscount French dat geen militaire schade is aangericht de Duit- sche pers zal dat vermoedelijk wel weder tegenspreken, doch neutrale personen, die ge legenheid hadden de plaatsen te zien, waar thans en ook vroeger de Zeppelins hun schade aanrichtten, hebben verklaard dat 6e Engel- sche legerbevelhebber over de resultaten die de Zeppelin-,.raids" hadden, geen enkel offi cieel bericht de wereld heeft ingestuurd, dat iets verbloemd heeft en hetgeen ik zélf meer dan eens van aangerichte schade heb gezien, heeft mij ook in die overtuiging beslist ver sterkt. Daar de Duitschers blijkbaar nog altijd van meening zijn dat .zij door hun aanvallen uit liet luchtruim hier zóó veel schrik en ontstelte nis zullen verspreiden dat Engeland op grond daarvan om vrede zal vragen, toonen zij den geest van het Engelsche volk niet in 't minst te begrijpen. De eerste Zeppelin-aanvallen hadden ten gevolge dat het was vóór den gedwongen militairen diensthei aantal recru- lea bij duizenden toenam; thans doen zij niets anders dan de Engelschen aansporen den oor log des te krachtiger voort te zetten. Natuur lijk. een Zeppelin-aanval verwekt geweldig* ontsteltenis' in dié buurten, welke geteisterd worden en waar slachtoffers vallen, maar dat neemt niet weg dat bet Engelscho volk er niét door beïnvloed zal .worden, .wel wetende dat heeft te verstaan. Men weet. dat deze mogend heden niets wenschen te vernietigen, noch uit een te rukken, en evenmin anderen het leven onomgelijk wen6chcn te maken. Hoewel de Entente-regeeringen ons den oorlog hebben op gedrongen, noemen z(j ons de aanvallers. Zij weten, dat ook bij hen talrijke 6temmen op gaan. die vrede wenschen. Indien zij dan ook de verklaring, dat zij geen vredesbemiddeling wenschen, in het open baar hadden afgelegd, zouden zij het gevaar hebben geloopen, dat daartegen in hun eigen land stemmen zouden zijn opgegaan. Tcch is bet aanbieden van vredes-beimddeling geheel overeenkomstig de Haagsehe conferentie van 1907, waarin duidelijk staat: ,,Het recht om bemiddeling of goedo diensten aan te bieden staat nan die rijken, die niet aan den oorlog deelnemen, ook gedurende de vijandelijkheden, volkomen vrij cn de uitoefening van dit recht kan nimmer door één der strijdende partijen als eén onvriendelijke daad worden be schouwd". Maar ook indien de neutralen be sloten hadden toch bemiddelings-pogingen aan te wenden, zou dit streven vruchteloos zijn geweest, daar er een onoverkomelijke kloof be staat tusschen hot standpunt der midden- Europeesche mogendheden en dat der Entente. Een rede van Walter Long. LONDEN. Walter Long, r president, of the Local Government Board, zoide Zaterdag in een redevoering, dat aan den oorlog geen eind zou komen door eon bloote verdeeling van grondgebied of verkrijging van schadeloosstellingen. De oorlog zou eerst dan eindigen, wanneer ge zien was, dat werkelijk de grondslagen ge legd zijn voor een wereldvrede, niet voor een dag, een decade of een generatie, maar die zoo lang zal duren dat de wereld zich zal kunnen herstellen van den schok en de verschrikkingen van dezen vreeselijken oor- log. Met niets minder zouden de geallieerden zich tevreden stellen. De „Daily News" over den toekomstigen vrede. Naar aanleiding van de uitlatingen van minister Lloyd George merkt de „Daily News" op, dat er zeker niemand is die het niet met minister Lloyd George eens zal zijn, dat de beschaving niet kan toelaten dat nog eens weer zulk een gruwel als deze oorlog zal worden ontketend, en eveneens is dus de „Daily News" het eens, dat het Duitsch militarisme moot ver nietigd, en er geen vrede mag komen, die nog de dreiging van de „gepantserde vuist" toe laat. Zoolang niet de vrijheid van Europa in dit opzicht is verkregen, kan er geen 6prake van vrede zijn, erkent het blad. Maar er zal een tijd komen dat de vrijheid gewonnen zal zijn en de macht van het Duitsche militarisme oorgoed gebroken is. Als die tijd gekomen is zal het taak zijn van de Britsche staatslieden om te zorgen dat de hel, waarover de heer Lloyd George sprak, geen dag langer zal voortduren dan beslist noodig is. Het staat Duitse,hland, niet aan ons om te bepalen hoe lang die noodzakelijkheid nog zal blijven bestaan. Buitgemaakte Engelsciio treiter voor Terschelling. Donderdagnacht werd de aandacht vaft de kustwacht op Terschelling getrokken door een •licht, vlak onder de kust, zoodat men vreesde, dat er eon boot gestrand was. De motor-reddingboot Brandaris" ontdekte na een paar uur stoomens een vaartuig, welk vlak onder de kust op 4 vaam water voor an ker lag. Het was een Engelsche treiler, welke buit gemaakt was door een Duitschen onderzeeër en welke er drie gewapende matrozen op ge plaatst had om den treiler binnen te brengen. Men was blijkbaar uit den koers geraaktüe Duitschers dachten n.l., dat ze ter hoogte van Schiermonnikoog voor anker lagen. f..N. n. C.".j Duitsche en Oostenrijksche schepen. Van de sedert het begin van den oorlog in de Rotterdamsche havens opgelegde Duit sche en Oostenrijksche stoomschepen zijn er sedert 3 Maart jl. 'o3 Duitsche schepen naar zee vertrekken, waarvan alleen in deze maand 15. Thans liggen er nog 12 Duitsche en 3 Oos tenrijksche stoomschepen in onze havens, be halve de geïnterneerde Duitsche schepen Cal liope, Beilona, Hermes en Delia. („N. R. Cfc.") Duitsche duikboctcn in do IJszee. LONDEN. De „Morning Post" verneemt uit Christiania, dat tenminste drie Duit sche duikbooten van het grootste en nieuw ste type aan de Noorsche grens van de IJszee opereeren, blijkbaar met het doel te trachten het verkeer met Archangel te ver nietigen. Een reddingboel van de Bremen? PORTLAND. (Maine), -tan do kust bij Ivaap Elizabeth is een reddingsboei aangespoeld, met het opschrift ..Bremen" en het fabrikaat Eppinghoven, Wilhelmshaven. De boei is nieuw, was nog niet lang te water en was gedrenkt met olie. Anders is niets ontdekt. [Dinsdag kwam het bericln dat de „Bremen" in de Amerikaansche wateren was aangekomen cn dat een sleepboot naar Montank Point (Rhod. Island) ging om de duikboot op to halen. Sedert kwamen nog geen berichten in over het schip. Red.) Hofbericht. II. M. de Koningin-Moeder ontving den nieuwbenoemden gezant van Brazilië, den heer Guerra Duval in audiëntie. niet door dergelijke aanvallen op burgers de oorlog zal worden beslist. En dit te minder, nu het néérschieten van drie der aanvallers binnen drie woken tijds de overtuiging heeft geschonken dat men op den duur tegenover de Zeppelins de baas zal worden. Men ziet dat de artillerie, die tegen do lucht-monsters gebruikt wórdt, steeds heter en krachtiger wordt; men weet ook dat de Britsche vliegers op liet oorlogsterrein in Frankrijk den vijand reeds de baas zijn ge worden in het luchtruim en dat het aantal vliegtuigen, bemand door koene aviateurs, hier zóó toegenomen is, dat aanvallende Zeppelins groot gevaar loopen te worden vernietigd. Men is beslist overtuigd dat de tijd zal komen dat geen enkele Zeppelin, die zich hier durft wagen, meer veilig kan zijn en dat misschien het oogenbiik zal aanbreken dat de Duitschers inzien dat het gevaar, dat zij met hun bezoe ken in de lucht loopen. niet in verhouding staat tot de schade, die zij in Engeland kun nen aanrichten en het aantal mannen, vrou wen en kinderen, die vallen als slachtoffers van hun bommen gooien. Diep medelijden heeft ieder met de menschen, die op zoo wreede wijze den dood vonden en met hnn treurende verwanten treurt ieder mede. maar het resultaat dat men Zaterdag avond twee vijandelijke luchtschepen kon nécr- brengen, is een groote voldoening en maakt dat men de volgende aanvallen tegemoet ziet Begrafenis Baron Van Tuyll. Onder talryke blijken van deelneming is op Oud Eik en Duinen ter aarde besteld het stoffelijk overschot van E. F. C. H. J. ba ron van Tuyll van Sorooskerken. eerste-adju- dant cn sous-< hef van het Militaire Huis van H. M. dc Koningin. In den rouwstoet reed direct achter den lijk wagen een gala holrijtuig, waarin gezeten was Z. K. H. do Prins met zijn adjudant jhr. Bac ker. Daarna volgde een gala hofkoets, waarin gezeten was graaf Du Monceau, chef van Hr. Ms. Militaire Huis, als vertegenwoordiger van de Koningin. Op do begraafplaats werd de rouwstoet opge wacht door tal van belangstellenden, onder wie jhr. Van Tets, als vertegenwoordiger van H. M. de Koningin-Moeder; bijna alle leden van het Civiele cn Militaire Huis van H M. do Koninginledon van do Hofhouding van H. M. de Koningin-Moedorden opperbevelhebber ge neraal Snijders; den waarn. gouverneur der Re sidentie generaal-majoor Van Delft; vele an dere militaire autoriteiten; den burgemeester der Residentieden intendant van liet Konink lijk Paleis het Loo, dén heer Van Steijn, en den vnntmecslor van het Kroondomein, den heer Tutein Nolthenius. Aan dc groeve, wijdde graaf Dn Monceau zeer waardeerende woorden namens H. M. de. Ko ningin en namens Hr. Ms. Militaire Huis aan de nagedachtenis van den ontslapene. Een der nabestaanden dankte voor de be toonde deelneming, zich daarbij in de eerste plaats richtende tot den Prins en de vertegen- woordigers van de Koninginnen. Onder de kransen waren er van de Konin ginnen en van den Prins. De Duitsche gezant te 's-Gravenhage Wolff seint uit Berlijn Naar wij ver nomen wordt v. Kühlmann, die uit Den Haag vertrekt, vervangen door den gezant dr. Rosen. De heer dr. F. Rosen was laatstelijk Duitsch gezant te Lissabon. Geen pakketpost op Zondag. Met ingang van 1 October is de bestelling van postpakketten, met uitzondering van ex presse-zendingen, des Zondags opgeheven. („St.-Ct.") Mal! voor West-indië. De direoteur van het postkantoor Amster dam brengt ter kennis, dat brievenmalen zul len worden verzouden naar Ned. West-Indié, ^ladeira, Trinidad en Venezuela met het stoomschip „Comraewijne" van den Kon. West-Indischon Maildienst. In de brievenmalen voor Venezuela wordt uitsluitend opgenomen correspondentie op ver zoek der afzenders, blijkende uit eene aanwij zing tot verzending met genoemd stoomschip. De laatste buslichting ten hoofdpostkantore alhier is bepaald op 6 October 8.30 's morgens, terwijl aa ngeteokende stukken kunnen wor den aangeboden tot 8 uur 's morgens. Met deze gelegenheid worden tevens post pakketten vCrzoqden naar Nederl. West-indië en Venezuela, waarvan de aanbieding kan ge schieden tot 5 October 9 uur 's avonds. Het zeeposttanef is uitsluitend van toepas sing op do stukken, bestemd voor Nederl. "West-indië Rolletje op. Celebes. Aan.de „Telegraaf" werd dd. 26 dezer uifc Batavia bericht Een fanatieke inlander bracht td Tjamba 0]>' Celebes veertig man bijeen, en trachtte eed oproerige beweging te beginnen. Een patrouille maakte hieraan echter spoedig een einde. De opstandelingen lieten twee dooden. achter. Hun aanvoerder wist te ontkomen. Do onrust op Djambi. Officieel. Volgens den te Djambi aangekomen controleur van Moearo Tebo was de toestand bovenstrooms van die afdee- lingsplaats bevredigend. Het tneerendeel der hoofden meldde zich bij het bestuur. Sommige Doesoens in de nabijheid van Moearo Tebo waren nog verlaten. Beneden strooms was de bevolking nog onwillig. Drie brigades infanterie deden op 26 September bij Semaboe een aanval op de opstandelingen, wier verliezen onbekend zijn. Volgens berichten zou de bevolking van verschillende doesoens benedenstrooms van Moearo Tebo naar de Tabir-streek zijn ge vlucht. Iu verschillende andere doesoens hielden de bewoners zich met veldarbeid bezig. Het trok de aandacht dat rijstzaai- lingen in prauwen werden overgebracht. In Korintji hcerscht volmaakte rust. Een Indische deputatie naar Nederland Aan de „Telegraaf" werd uit Batavia bericht, dat een deputatie van het comité „Indië Weerbaar" in Januari a.s. de reis naar Nederland zal aanvaarden. Uit da Staatscourant. Bij K. B. is in zijn rang over^epl. b/li reg. grenadiers, majoor E. J. van Bel, v/h 3dö rog. inf. Bij K. B. is ing. 1 Oct. aan maj.-ma.ga- zijnm. G. It. D. v an Doeebur gh, v/d art. tér zake van lichaamggebr., onder toekenning van eon pensioen 2048 's jaars eervol ontslag verl. uit den mil. dienst. Bij K. B. is aan den tijdelijken officier van gezondheid 2o ,kl. C. J. M. van Rompu, van hot personeel van den geneesk. dienst der landin., op aanvrage, eervol ontslag uit den mil. dienst vorloend. Bij K. B. is, met 1 Oct. j.l. aan den bode bij heb bureau van den chef van den genera- met, een: „Laat Z9 maar komen!" op de lip pen. De „Morning Post" beschrijft de medi sch© toebereidselen, die thans reeds voor den volgenden zeeslag worden gemaakt „Het publiek begrijpt niet hoe moeilijk het probleem is, dot de medische autoriteiten der vloot op te lossen hebben. Een groote veldslag en vooral een veldslag onder do huidige om standigheden l (j den loopgravenoorlog, kan reeds maanden vnoriut voorzien worden en dan is het aantal gewonden betrekkelijk nauwkeu rig vooruit te berek. u. j)e medische legerdienst kent natuurlijk den datum .het terrein en den omvang der te ver wachten militaire operaties en kan zich tame lijk nauwkeurige gegevens omtrent dc bedoelin gen van den vijand verschaffen en dienovereen komstig toebereidselen maken. Een zocslag daarentegen komt als een dief in den nacht. Geen mensch kan oen dag om nog niet van een week of een maand te sprc- I ken vnoruit zoggen, wanneer die zal plaats hebben, van welken omvang hij zal zijn. welk frvi «Hi. nen nan zul'an deelnemen, hoe j grooj; de verhouding tusschen het aantal man Ion staf, E. van Gunst, op verzoek, wegens gevorderden leeftijd, eervol ontslag verleend. Koninklijke Militaire Aoademle. Bij het eindexamen van den applicatie-cursus aan de Kon. Mil. Academie werden do rang nummers behaald als volgt: Infanterie hier te lande: 1. J. Tennaten2. C. E. Chivat; 3. J. M. Steenbook4. J. II. van Rieden; 5. S. van der Kloet; 6. jhr. C. Saudberg, 7. G. M. Olifiers8. T. C'. van Dierendenck; 9. J. E. Coers; 10. S. Goudstik ker; 11. N. II. Westerouen van Meeleren; 12 u. de StOppelaar; 13. E. E. do Kanter; 14. C. M. J. Schaub; 15. A. J. do Lange; 16. H. P. Diephuis17. J. II. J. Kalt; 18. P. L. van Driel; 19. K. C. Reeser. Cavalerie hier lc lande 1. Jhr. C. E. J. M. Verhcijcn; 2. J. L. Bruinier; 3. A. D. C. van Zijp; 4. jhr. A. W. F. J. C. van Spongier; 5. jhr. G. A. Bowier; 6. jhr. J. G. A.^van Spongier. Artillerie hier te lande: 1. J. P. G. Grooten- dorst; 2 II. J. J. W. Durst Britt; 3. G. W. A. BrouwersJ 4. M. Sehreuder; 5. L. Kegge; 6. W. E. Stoorvogel; 7, M. Jl. C. Herman; 8. P. J. Stienstra 9. M. G. van Restoren; 10. A. W. van Zijl; 11. M. Tans; 12. H, van der Zanden; 13. A. Specht Grijp; 14. J. S. de Bruiin; 15. jhr. H. G. A. Qu'arles van Ufford 16. H. J. J. T. M. Steenmetser; 17. W. Wil schut; 18. W; C. L. Burgers; 19. A. J. H, C. C. F. Huizer; 20. S. E. Schoevers; 21. S. Cool. Genie hier te lande: 1. J. J. van Os2 J F. Bischoff3. J. Kok; 4. E. C. W. A. Geuze; 5. W. O. Schumacher. Verlover. In Legerorder 1916, B. 131, zijn de volgen de aanvullingen aangebracht: Punt 6, 2de alinea, wordt aangevuld als volgt: Het is evenwel toegestaan, dat tussehenlig- gende en aansluitende Zon- en feestdagen aan deze bijzondere verloven worden toegevoegd, wanneer belanghebbenden ann de beurt zijn om op bedoelde dagen de bewegingsvrijheid te ge nieten, bedoeld in punt 5o van de order van den Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht d.d. 19 Mei 1916. Deze Zon- en feestdagen moeten echter (ook administratief) niet als verlofdagen worden aangemerkt. Heeft overeenkomstig het bovenstaande, ver trek op Zaterdagavond plaats, dan behoort eveneens de dag van vertrek niet als verlofdag te worden aangemerkt. De rations levenmiddclen, welke op die dagen niet kunnen worden genuttigd, behooren ten bate yan het Rijk to worden gebracht. Voor hen die met of zonder voeding zijn ingekwar tierd mag over de hierbedoelde volle dagen van afwezigheid geen vergoeding voor inkwartiering worden betaald, terwijl hun de vergoeding voor levensmiddelen over die dagen niet mag worden uitgekeerd. Vóór de alinea van punt. 13, luidende: „Het door dien directeur aan den militairen commandant uit te brengen advies is bindend", wordt ingevoegd de volgende alinea: Bovendien heeft bovenbedoelde militaire chef de bevoegdheid zijn bezwaren tegen het door den ontvanger uitgebrachte advies kenbaar te maken bij den betrokken'directeur der directe belastingen enz., met dien verstande evenwel, dat deze chef gehouden is voorloopig en onmid dellijk uitvoering te geven aan het advies van den Rijksontvanger. Indoeling van landstormpHohtigen. Nu voor de landstormplichtigen de mogelijk heid bestaat om, behalve bij de infanterie, de vestingartillerie en de genietroepen, ook bij andere wapens, korpsen en dienstvakken, als mede bij de zeemacht te worden ingedeeld, acht de Minister van Oorlog het noodig, dat met betrekking tot hun wenschen en hun geschikt-, beid ten opzichte van de indeeling in gelijken geest worde gehandeld nis ten aanzien van da militieplichtigen is vastgesteld. Mitsdien heeft de Minister den voorzitters van de keuringsraden verzocht in den vervolge iederen landstormplichtige, die voor den keu- rir.gsraad verschijnt en geschikt wordt bevon den, af te vragen aan welk wapen of korps Hij wenscht te worden toogowezen dan wel of hij bij de zeemacht wenscht te worden ingedeeld, daarbij hem ondor het oog brengende, dat er geen zekerheid kan worden gegeven, dat van de betrokken jaarklasse indeeling van land stormplichtigen bij de zeemacht of bij het door hem verlangde wapen of korps zal plaats heb ben en dat het ook, afgescheiden hiervan, niet zeker is, dat aan zijn wensch zal worden vol daan. Voorts zijn de voorzitters van de kenrings- raden uitgenoodigd, om de landstormplichtigen, die hun wensch te kennen geven om bij den motordïenst (b.v. als chauffeur of als motor rijder) of bij den dienst der administratietroe pen te worden ingedeeld, er op te wijzen, dat zij eerst voor plaatsing bij die diensten in aan merking kunnen worden gebracht, nadat zij bij een der mfanteriedepots zijn ingedeeld eu in dienst gesteld. Aan hen, die hun wensch te kennen geven om bij de artillerie-inrichtingen, bij den muni- tieaanmaak, bij de werkliedencompagnieën, bij de luchtvaartafdeeling of bij bijzondere inrich tingen te worden ingedeeld, ware mede te dee- lcn. dat zij eerst na afloop van hun eerste- oefening het desbetreffend verzoek hebben te doen aan hun onmiddellijken commandant. Met geladen geweer op wacht, enz. De heer Van B e 6 t heeft de volgende vra gen gericht tot den Minister van Oorlog be treffende het met geladen geweer op w acht staan door schildwachten en omtrent het des avonds zonder lioht fietsrijden door militairen. (Ingezonden 29 Augustus 1916). I. In den nacht van 16 op 17 Augustus j.l. werd onder de gemeente Stratum door een al daar in de Wilhelminastraat voor het arrestan tenlokaal staanden schildwacht een eerzaam burger dier gemeente zonder waarschuwing neergeschoten. Is aan schildwachten anders dan aan de grens cn in do onmiddellijke grenszone opge dragen met geladen geweer op wacht te staan en zoo ja, is er geen reden, om ter voorkoming van treurige gebeurtenissen als bovenvermelde dien wachten een niet geladen geweer te doen houden II. Voortdurend ziet men militairen met van geen licht voorziene fietsen bij avond rijden en daardoor ernstig gevaar voor het verkeer veroorzaken schappen en dat der dooden, gewonden, ver dronken, enz. zal zijn. In den zeeslag bij Jutland was de verhouding tusschen gewonden en gesneuvelden zeer klein. In den volgenden zeeslag kan die echter zeer groot zijn. Bovendien vlood admiraal Scheer na den zee slag bij Jutland naar de haven en waagde hij zich daarna niet mcor buitengaats. Maar den volgenden keer zou hij na een inleidend ge vecht, nog een treffen kunnen wagen. De slag zou zelfs het karakter kunnen aannemen van een treffen dat dagen lang met onderbreking voortduurt. Een admiraal zou daarom kunnen wensch?n, zooveel mogelijk gewonden naar den wal tq,zen den voor hij opnieuw in den strijd moet gaan en men moet niet vergeten, dat zelfs een licht ge wond man aan boord van een oorlogsschip ;n den w eg staat. Het is flaarom zeer wel mogelijk, dat de me dische afdeeling der marine bij een volgenden slag in do Noord-Zeo plotseling oen stroom ge wonden zou moeten behandelen, die zonder eenige voorafgaande waarschuwing ergens za" do kust, tusschen het noorden van Schotland en den rnond van de Theems, geland zou kui- nen worden. Dan 's er nog een factor, die de moeilijk heden waarmede de admiraliteit tc kampen heeft, zeer vergroot. De groote marinehospita len. tè Plymouth, Portsmouth en Chatham zijn Is zulks volgena de gegeven instructie* en >o ja, wordt er de hand ann gehouden, dat zulks alleen voor zoover noodig geschiedt Is er geen reden voor behalve hij bewa»;ngs- diensten of manoeuvres, ook in dies.it rijdende militairen te gelnsten licht bij avond op hunne fietsen te branden. De Minister van Oorlog, de heer Bosboom, heeft daarop het volgen le geantwoord. (In gezonden 2.9 September 1916). I. Het liior bedoelde gevr<l is onmiddellijk on derzocht. Hot proces-verbaal van dit onderzeek is in handen gesteld van don officier van justi tie te 's-Hertogenbosch. Aan schildwachten anders clan aan de grenr, en in de onmiddellijke grenszone is niet opge dragen mot geladen geweer op post te staen. Het gerechtelijk onderzoek zal moeten uitmn- kne hoe in het hier bedoelde geval liet geweer rm den schildwacht geladeJi kwam. II. Het inderdaad bestaande euvel, dat véle militairen met van geen licht voorziene fietsen bij avond rijden, is oen gevolg van do omstan digheid, dat zij ineenen, dat gedurende de mo bilisatie de Motor- en Rij wiel wet niet op hen in toepassing is. Reeds iu het begin van de mobilisatie werd do aandacht van do militaire autoriteiten op de onjuistheid van die opvatting gevestigd. In Januari 1916 werden daarna door den Opper bevelhebber van land- en zeemacht uitdrukke lijke bevelen gegeven, dat alle militairen buiten dienst nauwgezet de bepalingen van do Motor en Rijwielwet hadden in acht te nemen. Thans een nadere order uitgevaardigd, waarbij wordt bepaald, dat alle militairen, zoowel in nis buiten dienst, zulks hebben te doen en dat in dienst alleen zonder licht mag worden gereden, wanneer de aard van den dienst dat bepaalde lijk met zich brengt en de betrokken comman dant hiertoe machtiguig heeft verleend. Iniiohtingen op adressen. De Minister van Oorlog heeft aan de Tweede Kamer doen t-oekomen eene Nota van Inlich tingen op het adres van J. P. L. Niesten, eer vol ontslagen reserve-iuitenant-kolonel van do infanterie der landweer te Rotterdam, betref fende de redenen voor zijn eervol ontslag, hot instellen van een nieuw onderzoek naar aanlei ding van een door hem ingediend bezwaar schrift en de behandeling van door officieren ingediende bezwaarschriften. Allereerst zet de Minister uiteen de beweeg redenen welke tot het eervol ontslag van adres sant leidde, daarbij o. a. aanteekende dat de niet volledige geschiktheid voor de. waarneming van den militairen dienst, als bedoeld in puni 5 van artikel 36 der ,',Wot voor het reserveper- soneel der landmacht 1905" niet behoeft to blijken uit een daartoe vooraf ingesteld genees kundig onderzoek. AVat het tweede gedeelte van het ver zoek betreft, zegt de Minister dat vermits door adressant onder dagteekening( van November 1915 ingediend request, houdende o. a. het verzoek van een iw onderzoek van zijn bezwaarschrift van 6 December 1914 te willen doen instellen, voor hem. Minister, geen nieuwe gez'chtspun- ten opende, welke zijne eenmaal gevestigde overtuiging ten aanzien van adressants ge schiktheid zouden kunnen wijzen en, dit ver zoek werd afgewezen bij Kabinetsbeschikking m 18' November' 1915. Thans, zegt de Minister voorts, beeft adres sant bezwaar tegen het door de Commissie in gestelde onderzoek en wel dat die commissie slechts weinig personen heeft gehoord b. dat bepaalde in het adres gewezen perso nen niet zijn gehoord. Ten aanzien van het onder a vermelde, zij opgemerkt, zegt de Minister, dat adressant zich een verkeerd denkbeeld heeft gevormd van de wijze, waarop het onderzoek door eene derge lijke commissie behoort te geschieden. Zoodanige commissie is geen rechtbank, wel ke alle personen moet hooren dié reclamant noemt. Zij moet den reclamant en de betrok ken chefs hooren en is, met gebruikmaking van gepaste middelen overigens vrij in do wijze van onderzoek. Voor wat het gestelde onder b aangaa.t, zij medegedeeld, dat de commissie te harer beoor deeling niet meer en geen andere personen heeft te hooren dan tot eene vo'loende belichting van do zaak en tot het vestigen van een ggrond oordeel noodig is, terwijl zich horendien dit onderzoek, uit den aard der zaak, uitsluitend heeft te bepalen tot hetgeen in de beoordeeling is vermeld, niet meer en niet minder. Ten aanz'en van het derde gedeelte van het verzoek zegt de Minister dat de bepalingen van het voorschrift beoordelingslijsten ten aanzien van het onderzoeken van bezwaarschriften, zooals zij thans luiden, alle waarborgen ver schaffen. dat daarbij zuivere resultaten worden verkregen. Centrale Cursus. Voor het overgangsexamen van het le naar het 2e studiejaar van den centralen cursus te Kampen slaagden alsnog: B. F. A. Schil- moller, G. O. Kerling. J. Dieleman. J. H. van Epen, L. F. Franse, N. J. L. Kortekaos, J. FL Rueb en E. Visch. Overgeplaatst. De reserve-sergeant A. P. Adriaan- sons van het 14e regiment infanterie is be noemd tot vaandrig en overgeplaatst bij het -5e regiment infanterie. Kapitei O. C. G. Beelaerts van Emmichoren, .•an het 4e regiment vesting-artillerie, is over geplaatst bij de bereden artillerie. Kapt. J. P. de Man, van het 3e reg. veld artillerie, wordt 2 October a.s. overgeplaatst bij de vesting-artillerie. (>>N. R. Ct.") Teruggekeerd. De kapitein der inf. O.-I. leger J. A. van Se ven ter is bij de koloniale reserve van zijne decacheering in Weet-Indië (Suriname) teruggekeerd. Naar Oost-lndië. De voor het leger in Ned.-Indië bestemde 2c- luitenant der inf. T h. P h. F i k o n s c h e r zal 3 November met het stoomschip Prinses Jiiliana" zijn bestemming volgen. allen gebouwd in den tijd toen de vloot in het Kanaal geconcentreerd was. Nu is echter de Noordzee natuurlijk het beslissend tooncel van den strijd en ofschoon or tenminste twee marine- hospitalen ten noorden van de Humber bestaan, zijn die elechts klein en minder volkomen toe gerust dan die in het zuiden van Engeland. Na eer» zeegevecht zullen de gewonden dus als zij van boord gebracht zijn, naar een of ander tijdelijk of blijvend hospitaal aan de oostkust moeten vervoerd worden, waar zij dan verpleging kunnen vinden vóór zij veilig vervoerd kunnen worden eu het zou dus dagen kunnen duren alvorens e- een ambulancetre.n naar het zuiden voor het gewonden-transport beschikbaar komt. Zoowel om practische als om gevoelsredenen zullen de gewonden waarschijnlijk zoo spoedig mogelijk naar het zuiden vervoerd willen wor den. Te Plymouth, Portsmouth en Chatham r il len zij namelijk de noodige behandeling van marineartsen krijgen en de Engelsche matroos wil, als hij gewond is. alleen onder „zijn eigen volk" zijn. Maar vóór die overbrenging kan plaats hebben, moet de admiraliteit in iedere haven aan de oostkust gelegenheden voor do verpleging van ieder mogelijk aantal gewonde officieren en manschappen gereed houden".

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 2