No. 329. Vrijdag 22 September 1916 Orgaan voor Leger en Vloot. Een luis van Overvloed. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. DERDE JAARGANQ. DE SOLDATENCOURANT REDACTIE EN ADMINISTRATIE PAJjESTRINASTR. lO, AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEER. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS :s CENT. ABONNEMENT BU VOORUIT BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS/1.50P.KWARTAAL Voor AdvertcutiCn weodö mee ach tot onze Administratie. PdwtrinMtruat 10 Amsterdam. Prijs der Adverteuttfn per regel UO cent. Voor Ingezonden Mede deelingen op de tweede, derde en vierde pagina dubbel tariei. Bij aOocnen en- Het Macedonische front. ff.+0e6.2-A//e7ij*.%eSe-rgt<i We willen niet zeggen/ dat de strijd aan iet Macedonische front iet belangrijkste ia op het oogenblik, maar hij is zeker zeer be langwekkend. Want "we zien*.hier trcepeu in den strijd, die hun best doen hun eigen 'lend te heroveren, die dus werkelijk voor hun vaderland vechten, dat op iet oogen blik in 's vijands banden is, in die der Bul garen. Ook de oorlog aan Stroema en War- dar, waar vooral Fransche en Engelsche troepen meedoen, ia van belang, maar wij zien met de meeste spanning uit naar het resultaat, dat de Serviërs behalen aan de grenzen van bui land. Misschien staan ze op dit oogenblik reeds op Servisch gebied, aan het Moglena-front moeten ze de grens overschreden hebben. Doch in elk geval, zij hebben Fiorina in handen, een. plaats van belang, en 'niet zoo ver meer van de grens, zooals men op ons kaartje kan zien. Van Fiorina naar Monastir is de afstand niet grooter dan» 30 K.M., zoover ongeveer ais Amsterdam van HilversumMonastir is de grootste stad in 't Zuiden van Servië, is dit eenmaal veroverd, dan kan de Servische regeering wee»- op eigen grond zetelen. Vol gens sommige berichten loopt Monastir ge vaar weldra in handen der Senders te vallen De verspreiding van ons blad. Onderdeelen, die mot het toegezonden aan tal Soldatencouranten niet toekomen, worden verzocht een grooter aantal te willen aanvra gen, opdat alle abonné's regelmatig, een eigen exemplaar kunnen bemachtigen. WIJ brengen in herinnering, dat trocpen- deelon, die soms door een of andere oorzaak van ons blad verstoken zijn, slechts een aan vraag tot ons to richten hebben om regelmatig,, driemaal per week, een pakket Soldatencouran- ton te ontvangen. Nergens mag ons „Orgaan voor leger ©n vloot" ontbraken. Vereenigde Vergadering van de beide Kamers der Sfaten-ieneraal. op Dinsdag 19 September tot opening van de gewone zitting der S t at n-G e n er a a 1. De heer V an Voorst to fc*V o o r s t, die den voorzittersstoel bekleedt, opent, na dat de leden zich naar de Ridderzaal op het Binnenhof begeven hebben, te half een uur de vergadering en laat door den griffier van de Eerste Kamer voorlezen een Koninklijk Besluit van 5 September 1916, No. 59, hou dende zijne benoeming tot voorzitter van de Eerste Kamer gedurende de ritting die heden zal aanvangen. De Voorzitter benoemt eene commissie die Hare Majesteit de Koningin in het gebouw zal ontvangen en uitleiden. De commissie bee bond uit de heeren Staal, Kraus, Fok ker, Van der Hoeven, Gilissen, leden van de «Eerste Kamer, en de heeren Tydeman, Jansen (Den Haag), Van Raalte, Mar- chant, Fruytier, Roodhuyzen, Duynstee, Van der Molen, Snoeclc Hênkemans en Boissévain, leden van de Tweede Kamer. De Ministers, hoofden van ministerieele departementen, en de leden van den^Raad van State vereenigen zich te een uur mede in de Ridderzaal. Hare Majesteit de Koningin, vergezeld van Zijne Koninklijke Droogheid den Prins der Nederlanden, Hertog van Mecklenburg, kort daarna in de Ridderzaal aangekomen, wordt dooi de commissie in de vergaderzaal binnengeleid, neemt plaats op den Troon en houdt, terwijl Zijne Koninklijke Hoogheid dé Prins naast haar gezeten is, de volgende Troonrede Mijn,Heeren! Ten derde male sedert de rampzalige oorlog uitbrak, die Europa verscheurt, ben' ik in uw midden, vervuld door de zorg voor de hoogste belangen van ons Vaderland, Dat voor mijn volk tot dusver de vrede behouden kon blijven, stemt mij tot dank baarheid.. Gelukkig bleven onze betrekkingen met alle mogendheden van vriendschappelijken aard. Ik zal ook in het vervoig de plichten na komen, die eene neutrale natie door'het vol kenrecht zijn opgelegd. Maar ik ben vast besloten onze onafhankelijkheid te verdedi gen naar vermogen; tegenover wieu het ook zij, onze rechten te handhavën. Bij de vervulling van die taak steun ik, behalve op ons goed recht en de eensgezind heid der natie, op onze zee- en landmacht, die op alleszins lofwaardige wijze den haar opgelegd en last blijven dragen. De aflossing van onder de wapenen "staan de dienstplichtigen door nieuw opgeleide manschappen en de daaraan gepaarde be langrijke uitbreiding onzer levende strijd krachten worden geregeld voortgezet. -De voorraden wapenen, munitie en ander ma teriaal worden, ondanks te- overwinnen moeilijkheden, voortdurend vermeerderd. De mogelijkheid om, met handhaving onzer weerbaarheid, den druk der mobilisa tie te verlichten, wordt door mij opnieuw overwogen. Het economisch leven van ons land onder vindt meer en meer den invloed van de om standigheden, welke door den oorlog zijn in het leven geroepen. De toestand van land- en tuinbouw is over het geheel nog niet ongunstig. Naar het Engelsch DOOR MAX.PEMBERTON, (Slot.) Hier zou'hij ten minste eindelijk weer durven ademhalen. Nu kon het gepeupel zooveel razen en tieren als het wildef. hij faf er niet om, daar hij door uitstel wat qn winnen. Waren er ooit minuten kostbaarder ge feest? Die wolven zouden de geheele stads wijk in brand steken als zij dachten, dat hun prooi hun ontsnapt was. Vol dorst 1 naar menschenbloed, schreeuwden, zij om vrijwilligers, die de deur in wilden trappen, die de uitgangen wildon bewaken en fak kels om den boel in brand te steken. En ieder woord, dab zij spraken scheen tot hen die daarbinnen waren, te komen als in bazuingeschal. Zelfs de dappere Mademoi selle Dolores beefde voor hun woede. Albert Muntz, de Duitscher, schreide als een kind. Edmund. Grlopp alleen lien met flinkén tred op en neer" en handelde als iemand, die een vast besluit had ge nomen. Help mijn bedienden bij hetgeen zij etraks moeten verrichten, zei hij tot Dolo- jreat 05 reken tfar. moed. Als ik_s$pr Jret venster tot de menigte spreek, moet deze man naast mij staan. Er is eten in mijn kelders. Ik wensch, dat iedereen weet,' dat dit een huis van overvloed is. Help hen, Dolores,„want ik vrees, dat zij lafaards zijn. Veroordeel hen niet, antwoordde zij, nog bevend 'over al haar leden. Je kunt dezen man niet redden, Edmund; je hebt het recht niet er je eigen leven voor te geven, x s Alle recht, Dolores, omdat jij mijn hulp hebt ingeroepen. Als het gevaar grooter wordt, zal ik daaraan denken. Ge hoorzaam mij nu, misschien komt alles dan nog terecht. Men moet toch ook ten slotte toonen den naam van Engelschen dokter waard te zijn. Een glimlach verhelderde zijn gewoonlijk effen gelaat. En den Duitscher verzoekend roet hem mee te gaan, ging hij op heb bal- con, nam een lamp op, zoodat ieder zijn gelaat kon zien en het gelaat van den man die naast hem stond en sprak ten tweeden male dien avond tot de menigte. Het zou onmogelijk geweest, zei hij, zijn vriend mee te nemen naar het wachthuis zij konden zelf zien, dat er in de straten geen doorkomen %aan was. Toch stemde hij toe, dat hun verzoek, om een vonnis juist was. Laat .uw leiders hier bij mij boven komen en gezamenlijk zullen wij dezen man verhooren, zei hij. En daarop vroeg liij: Ben ik minder een vriend van Frankrijk, dan' gij Is Mademoiselle Morizon een ver raadster; van haar land, zij, die gij een Toch worden de moeilijkheden, bij de uit oefening van deze juist in de tegenwoordige omstandigheden voor de volkshuishouding' zoo belangrijke bedrijven ondervonden, steeds grooter en is bij enkele onderdeelen reeds een remmende invloed op de produc tie merkbaar. Op het gebied van handel en nijverheid trachten zoowel de regeering als de belang hebbenden de nadeelige gevolgen te beper ken van de moeilijkheden, die maatregelen, in het buitenland genomen in verband met den oorlogstoestand, voor onze aanvoeren uit den vreemde en voor onzen uitvoerhan del medebrengen. In toenemende mate was de regeering ge noodzaakt maatregelen te nemen in het be lang van de volksvoeding. In verband daar mede was beperking van den uitvoer en ingrijpen in het binnenlandsch economisch leven noodzakelijk. Het scheepvaartverkeer in de Nederland- sche havens bleef gering. 'De groote vracht vaart leverde bij voortduring gunstige uitkomsten 'op, terwijl ook de toestand der kleine vaart eenige verbetering vertoonde. Ook de zeevisscherij gaf gunstige resul taten, doch ondervond in den laatsten tijd ernstige moeilijkheden, naar welker oplos sing wordt gestreefd. De andere takken van visscherij gaven met enkele uitzonde ringen ook betere uitkomsten. De maatregelen tot handhaving van de neutraliteit en tot tempering van de nadee lige gevolgen van de crisis voor de econo misch zwakkeren blijven bij voortduring zeer hooge eischen aan de schatkist stellen. Voorshands zal kunnen worden afgewacht in hoeverre de opbrengst der beide tot stand gekomen buitengewone belastingen in de daardoor ontstane behoeften voorziet. Een wetsontwerp tot nadere regeling sn versterking der inkomsten van het lecmings- fonds 1914 zal u worden aangeboden. De voorstellen tot versterking der midde len, ten einde, afgezien van de uitgaven in verband met den buitengewonen tosstand, het financieele evenwicht te herstellen, zul len uwe aandacht blijven vragen, evenals die tot verruiming van het belastinggebied der gemeenten en tot heffing van opcenten ten behoeve der gemeenten op de belasting dar naamloozo vennootschappen. Ook in Nederlandsch-Indië wordt veelot- gemak ondervonden van de belemmer!ngiu in het overzeesch verkeer als gevolg van den in Europa woedenden oerlog. De uitkomsten van handel en scheepvaart in alle koloniën geven niettemin reden tot/tevredenheid. In Suriname mocht zoowel het klein als het groot landbouwbedrijf op niet onbevre- digonden uitslag wijzen. De weldra ver wachte voltooiing der haven ver be tering op Curasao en de vestiging op het eiland van groote werken tot opslag en bereiding van aardolievoortbrengsélen, die aan honderden arbeid zullen verschaffen, rechtvaardigen de hoop op bétere toekomst. Het stemt mij tot erkentelijkheid dat op tal van plaatsen in Nederlandsch-Indië door ingezetenen van allerlei landaarden betoo gingen zijn gehouden om gehechtheid te be tuigen aan het Nederlandsch gezag en be reidvaardigheid om daarvoor persoonlijke en geldelijke offers te brengen. De regeering zal niet nalaten harerzijds datgene te doen wat gedaan kan worden tot versterking der levende strijdkrachten in Nederlandsch-Indië en, voor zoover de uiterst bezwarende omstandigheden het ge- doogen, voortgaan, met de uitbreiding der vloot en verdere toerusting tot krachtige verdediging ter zee. De te Tandjong Priok, Soerabaja en Ma kassar aangelegde havenwerken zullen wel dra in gebruik kunnen worden gesteld. Veel zal opnieuw van uwe toewijding worden gevraagd. Belangrijke wetsontwer pen zul (en ook in dit zittingjaar uwe aan dacht vorderen. Ik verklaar met de bede, dat God ons ook in dézen zorgvollen tijd moge bijstaan,» de gewone zitting der Staten Generaal geopend. Hare Majesteit de Koningin, vergezeld van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins der Nederlanden, Hertog van Mecklenbuqg, en voorafgegaan door de commissie, verlaat devergaderzaal De Voorzitter sluit, nadat cfe com Dochter van het Volk hebt genoemd? Dat laat ik aan-uw eigen gezond oordeel over. Komt hier en verhoort hem, en vergeet niet, dat ge Franschen zijt. Zij luisterden vol verbazing# naar hem. Het beroep op hun gezond verstand miste zijn uitwerking niet. Dat de spion niet ontsnapt was, zagen zij met hun eigen oogen. En zij zouden hem ter dood kunnen brengen: ia, dat moest het zijn, want zij wisten, dat hij schuldig was. Nu volgde eenig gedisputeer over de namen van hun afgevaardigden, eindelijk zonden zij er twaalf naar binnen mannen in uniform, burgers, den caféhouder, den man, die het papier opraapte, den leider van de menigte, die het eerst om wraak op den spion ge roepen had. Deze mannen vonden wijn, brood en vle&sch op de tafel van Arlopp staan. Nooit hadden 'wolven scherper den geur van hun prooi opgesnoven, en met glisterender oogen gekeken naar datgene, wat hun honger zou kunnen stillen. Was de Engelsche dokter een toovernaar, dat hij zooveel voedsel in Parijs bijeen wist te krijgen, waar alle mensdien uitgehongerd waren Het leek er wel op en niet alleen voedsel voor hen, die hier binnen waren, maar ook brood en vleesch voor de menschen op straat "goed voedsel om liun honger te .^tillen en hun dorst te lesschen. Als hij hun verteld had, waar het brood'vandaan kwam dat ook hij de linies gepasseerdwas en menigen nacht alleen in het Pruisische kamp had doorgedacht da^i^zoiidgn zij hem ,o ol> missie in de zaal is teruggekeerd, de ver eenigde vergadering. De officieren van het Militaire Huis van do Koningin, die Dinsdag bij de opening van de Staten Generaal achter de staatsiekoete reden, waarin. H. M. en Z. K. H. waren gezeten, warende adjudanten in bui ten- gewonen dienst luitenant-generaal Rost van Tonningen en de generaal-majoor Tonnet; do adjudanten in gewonen dienst generaal-majoor Graaf Schimmelpenninck luitenant-kolonel jhr. Van Suchtelen van de Haare, adjudant van den Prins, en rit meester, Jhr. van Reigersberg Versluys; de ordonnance-officieren le Luit. Sixma baron van Heemstra; le Luitenant Jhr. Quarles van Ufford; le Luit. Jhr. Backer, tijdelijk adjudant van Z. K. H. den Prins en de le Luitenant von Heyden. In dj? Ridderzaal waren aanwezig de ad judant der marine in buitengewonen dienst gep. kapitein ter zee Zegers Rijser; en de dienstdoende adjudanten kapitein ter zee Jhr. Hooft graafland en do kapitein-lui tenant ter zee Jhr. von Müliler; voorts de kamerheeren in buitengewonen dienst Jhr. Mr. iW. Röellvan Weideren baron Ren- gersbaron van Zuylen van Nyeveltbaron van Hardenbroek van Bergambachtbaron van Iittersum en baron van Asbeck; en de dienstdoende kamerheeren Baron van Geen em J. baron Taets van Amerongen. In de Ridderzaal, Men meldt ons "uit Den Haag: De Ridderzaal bood wederom denzelfden kleurrijken aanblik als vorige jaren. Was aan vankelijk de toon ecnigszins mat door de be wolkte lucht buiten, later, toen de zon weer haar stralen wierp door de gekleurde ramen, werd bet tooneel weer even bont en wafmgetint als gewoonlijk. Wederom was een aantal Kamerleden in rok, te weten de heeren Kete laar, Qpsterbnan, Otto, Teenstra, Roodenburg, Koster, Eerdmans en Binnerts, in uniform waren de heeren Eland, Staal en Duymaer van Twist; de heer Bosch van Oud-Amelisweert droeg het rechterlijk gala-costuumde heeren Van Beresteyn en De Gijselaar het burge- moesierfijk ambtsgewaad met zilveren ketting; in blauw met zilver gedost was de heer Ver- heijen als opperjagermeester, terwijl de heeren Do Vos van Steenwijk en Van Holtho tot Echten" liet costuum van Kamerheer met de zware gouden epauletten en breede gouden, strepen over do borst droegen. Enkele Kamer' leden droegen voorts de witte pantalon als kenteeken van hun oud-Ministerschap, als de heeren Fock en Ivraus, terwijl anderen, als dé oud-Minister Kolkman, volstonden met het onder den arm dragen van den gepluimden ministerssteek. De heer Nolens droeg echter het gewaad van huisprelaat met den breeden, over den grond sleependen purperen mantel. De ovêrige Kamerleden waren in het gewone gala-costuum: donkergroen met goud galon Verder vormde hot "corps diplomatique, dat ditmaal vrij voltallig aamuv.ig was, met de dames der gezanten een zeer kleurige groep. Alle Ministers waren als steeds aanwezig. Voorts do leden van den Raad van State, van do Rekenkamer, den Hoogen Raad en andere hooge ambtenaren en dignitarissen. Ook de Opperbevelhebber, de commissaris der Ko ningin in Zuid-Holland, baron Sweerts, en B. en W. van 's-Gravenhage verschenen in hun veelkleurige gala-costuums. Onderu de aanwezigen werden voorts opge merkt: fDe heer Idenburg, oud-Gouverneur- GeneraEfl van Nederlandsch-Indië, met het lint van het grootkruis van den Nederlandsclien Leeuw over het vest onder de schitterende uniformrok, welke als tecken zijner waardig heid door hem gedragen Verd. De heer Kielstra droeg het costuum van staatsraad i. b. d. en de heer Staal, nieuwbenoemd gouyerneur van Suriname, liet met zilver belegd costuum. De breede oranje, paarse, roode, witte en groene ordelinten, door vele autoriteitc-n en écharpo gedragen, deden goed in 't warme zonlicht, dat er op speelde, en verhoogden den indruk van het geheel. Toen ten slotte de van goud flonkerende stoet van hof.dignitarissen te bestemder ure de zaal was binnengetreden cn alles gereed was om de Koningin te begroeten, werd het stil in de zaal. Daar heft de opperceremoniemeester zijn rooden staf in' de hoogte, een kort: Hare Majesteit 1 weerklonk en de stoet zet zich in beweging door het gangpad naar den met rood en. goud bekleeden Troon aan het einde dei- zaai, terwijl vin buiten gedempt het „Wilhel mus" klinkt. Voorafgegaan en gevolgd door leden van de commissie van in- en uitgeleide, treedt H. M. binnen, begeleid door generaal Staal, achter Haar de Prins met den lieer Tydeman aan zijn zijde. De Koningin droeg een zwarten hoed en een grijs satijnen robe met zilveren weerschijn, jjc- Iï'gd met fijne, zwarto tulle. De Prins was in admiraalsuniform. Beiden droegen het orde- lint van Grootkruis van den Ncderlandscken Leeuw. Nadat H. M. had plaats genomen op den Troon en Z. K. H. op den troonzetel aan Haar zijde, las de Koningin met duidelijke stem de korte rede voor, eenigen nadruk leggende op do passage, waarin gewaagd wordt van <lo handhaving onzer onafhankelijkheid. In enkele minuten was de plechtigheid beëindigd, waarna door generaal Staal een door allo aanwezigen driewerf herhaald „Levode Koningin! Hoera!'' word aangeheven en het Koninklijk Paar het gebouw verliet. Op straat. Het Oranjczonnctj© had de dof grauwe regen luchten ven den vroegen morgen voor zijn lachend licht doen wijken en scheen in zijn vol heid £vcr de nog nat geregende, menachenvolle stad. Al vroeg heérschte' er een levendige drukte in de stad, niet het minst langs de wegen, welbe de stoet zou volgen en waar men poogde zich tijdig een plaatsje te veroveren, opdat men ■niets van dit officieele schouwspel zou missen. Speciaal voor het Paleis in het Noordeinde was lang te voren een groote menigte saamge- stroomd, geduldig .wachtend op de dingen die komen zouden en op eerbiedigen afstand ge houden door militairen en politie te voet én te paard. Tegen, halftwaalf kwam de eerewacht. de vaandolcompagnie van heb regiment grena diers, onder bevel van den kapitein Phaff en vergezeld van de Koninklijke Kapel, zich voor het Paleisopstellen. Niet lang daarna kon digde gejuirii van de menigte, die zich in liet I oorhout had opgesteld, de aankomst aan van de Koninklijke auto, waarin het Prinsesje naar heb Paleis reed. De geweren werden gepresen teerd, liet „Wilhelmus" werd gespeeld. Klokslag één uur nadat de menigte zich in den tusscheniijd had onledig gehouden met het aanschouwen van het af- en aanrijden van ordonnance-officieren en andero autoriteiten in vol ornaat, stapten de Koningin en 4e Prins in de thans voorgereden gouden koets. Com mando's klonken, trommels roffelden en onder het spelen van het „Wilhelmus" zette de stoet, voor een der vensters nageoogd door het Prin sesje, zich in beweging. De weg die gevolgd werd, door de Heul- straat, het Lange Voorhout en over den Korten Vijverberg, was afgezet door miiirairen. Achter deze haag verdrongen zich do belangstellen den, die het Koninklijk Echtpaar toejuichten. Ook groepen van leden van de Verecniging veor Vrouwenkiesrecht, rnni linten en vlag getjes getooid, bevonden zich onder iien en wuifden den stoet met hun vlaggen toé. Achter do ramen der huizenrijen van den gevolgden weg stonden dicht opeen de men schen, terwijl voor de weeskinderen op het voorplein van het Maurushuis een goed plaatsje was ingeruimd. Natuurlijk dat op het Binnenhof eveneens een groote menigte aanwezig was. alsmede vele 'kijklustigen achter de ruiten der departements gebouwen, wijl ook daar immers reeds van tien of elf uur af al zo» veel te zien viel. Ook hier het. aanrukken der eerewacht, ge formeerd uit het 2e bataljon jagers met het regimen tsvaaiidel en de staf muziek, het geheel onder commando yaij majoor Boellaardhet aanrijden der officieele personen in hun ambts gewaden, schitterende vreemde uniformen, do aankomst van het corps diplomatique, van do Ministers^ van leden van den Raad van State en zoo meer. s Toen de stoet aankwam, zette de Jagerkapel zacht het „Wilhelmus" oude toonzetting in. Onder daverend gejuich betraden Koningin en Prins de Riddertaal. Te ruim hnlftuec vertrok de stoet weer van liet Binnenhof, om langs denzelfden weg naar het Koninklijk Palei3 te trekkenInmiddels hadden reeds vele waardigheidsbekleeders de Grafelijke Zaal verlaten, o.a. het geheele corps diplomatique, welks leden in hun schiiterge- waden zich hadden, opgesteld op het straatge deelte nabij den voor de diplomatie bestemden ingang, een buitenkansje voor het publiek, dat op dat gedeelte van het Binnenhof nu de ge legenheid had een staalkaart van iritbeemsche galagcy.adcn en militaire uniformen te zien. Bij 't t^ugkomen van den. stoet aan het Paleis stond Prinses. Juliana achter een der vensters hare ouders toe te wuiven. Eenige oogenblikken later vereenigde de geheele Koninklijke Familie zich aan een der vensters naast het balcon en woonde, onder blij gejuich van do voor het Paleis verzamelde .menigte, het afmarcheeren van de vaandelcompagnie bij. Dat geschiedde onder de tonen van doa op- wekkenden ..Turf-in-jc-ransel-marscn". Daarna trokken de vorstelijke personen zich terug en verspreidde de menigte zich. als spion hebben uitgekreten. Maar zij ken den den Engelschen dokter als een 'man van weinig woorden. Eet, zei hij tot hen, en daarna Drink, en etend en drinkend vergaten zij een poos lang, waarvoor zij in dit ku;s gekomen waren. Toen zij hst zich herinnerden en sommi gen hunner over gerechtigheid begonnen te spreken, verzocht Orlopp den Duitscher op te staan en zijn beschuldigers aan te kijken. Tot ieders verbazing, bewoog de man zich niet of stond niet cp van de sofa, waarop hij was gaan zitten, toen hij voor 't eerst de kamer binnenkwam. Hij bedriegt ons en doet of hij niet kan, zei er een.' Een an der nam ©en kaars op en bield bem voor de levenlooze oogen, Kom hier, zoi hij, di© man is dood, heeren Een vreemde stilte overviel de-groep men schen. Daar lag de Duitscher, in elkaar ge hurkt op de sofa, zijn gelaat was doodsbleek zijn mand open, zi jn oogen half gesloten. De menigte buiten schreeuwde om zijn dood. De mannen binnen keken elkaar sprakeloos aau. Heeren, zei Orlopp, wij zijn te laat be gonnen. Breng uw vrienden hiervan op de hoogte. Geen menschen kunnen meer over dezen man richten. Verzoek hen bin nen te komen en zelf te zien. Laat ben weten, dat 'ons werk afgelcopen is. Zij slopen verschrikt weg, angstig ach terom kijkend naai- den dooden man. Op st ra^at^&chreemvden,^ij Jiefc ^nieuws „ro^id j-r dat de Engelsche dokter den spion had ge dood, en dat hij hen niet meer zou kunnen hinderen. Zij, die aan de waarheid twijfel den, werd verzocht, boven in' de kamer te komen. Zij gingen naar boven, schreeu wend, dat zij bedrogen werden en keerden fluisterend en mpt. doodsbleek gelaat terug. Nu was het niet moer noodig te schreeuwen: „Dood aan den spion!" De gerechtigheid had hun vijand bereikt. De spion was dood. Het was bijna middernacht geweest, toen de Duitscher in de Racinestraat kwam; het was bijna ochtend, toen de laatste man van het gepeupel de straat verliet en zich weer den hachelijken toestand van zijn stad begon te herinneren. Al deze lange uren door, zat Edmund Orlopp met Dolo res te praten voor het venster en wachtte op bet aanbreken van den dag met een angst, die deze kalmte tot een verschrik king maakte. De spion was dood-, maar bij het aanbre ken van den dag zou hij weer leven. Als de menigte nu eens terugkeerde, om aan het verhaal te twijfelen? fGa nu slapen, zei Edmund eindelijk tot haar. Er zijn altijd Duitschers in Parijs: zij zullen dezen man wel een onder komen verschaffen. Zal hij moeten lijden voor hetgeen hier gebeurd is? vroeg zij peinzend. Ik dacht aan een slaapmiddel, toen wij in de St. Jacquesstraat de apotheek voorbij gingen, zei bij lachend. Terwijl jij bezig was.met het uitdegjenvan y£$fcg?d De toestand in den reuzenstrijd. In dessen lapgen en geweldigen oorlog zijn vele verraaeingen. De laatste dagpu biedt do strijd in den Balkan wel de groot ste. Het gaat daar wonderlijk toe. Van, twee kanten worden de Centralen en'hun bondgenooten, de Bulgaren, cr aangevallen; uit hot noorden door Roémenicra on Rus sen, van hot zuiden door Se geallieerden. Aan beide zijden verweren de Bulgaren, om wier land eu om wier veroverd gebood (Servië) het in de eerste plaats gaat, ach dapper, maar 't eigenaardige ia, dat zij in 't noorden, waar ze trouwens de hulp der Duitschers hebben, besliste zegepralen be halen en don vijand terugdringen, terwijl zij in 't zuiden zelf teruggeulagon worden. Oj> dezo wijze komt er ook in dezen afzon derlijken strijd in den Balkan, evenals in den geheel en krijg, geen beslissing. Wat de oemtralen liier in 't noorden winnen, yer- iieaen zo in 't zuiden. Want in Macedonië gaat het den geal lieerden troepen beslist fortuinlijk, Aau de Stroema en de Wardar en bij het Ostro- womeer behaalden zij overwinningen, dron gen ze de Bulgaren terug. En nu hobboa d© geallieerden, waaronder in de eor3te plaats de Serviërs, Fiorina ingenomen. Dit Fiorina wordt als een belangrijk punt be schouwd. Toch ligt het nog op Grieksch gebied en is pas voor oen maand door de Bulgaren bezet, haast zonder slag of stoot. Van Fiorina, trokken de Bulgaren verder in Grieksch Macedonië, en de geallieerden moesten terugtrekken. Zij hebben nu echter revancho genomen; al het toen verloren gebied is heroverd ten zuiden van Servië, nl. tusschen het Ostrowoméer en Fiorina, en het gaat nu aan op de Servische grens. Op één punt zijn de geallieerden zelfs reeds cv cal over de grens gekomen, maar men kan nog niet zeggen, dat zij Servisch gebied hebben bezet. Doch waarschijnlijk zal, dat wel niet lang meer durenin de laifi^n der geallieerden is incn zeer optimistisch "in dit opzicht. De krachtige tegenstand,- dien de Bul garen. bij Fiorina Ixxlcü',, bewijst wel, welk een groote waarde zij hecLten aan het bezit" van die stadthans trekken zij echter in wanorde terug. De groepen der geallieerden j achtervolgen de Bulgaren en hopen hierbij I spoedig Monastir, de. groote Servische atad, j te bereiken,-^voordat de vijand tijd heeft, gehad zich er te versterken. Dan zou weer een Servische regeering kunnen zetelen op Servischen grond en er zou een begin zijn gemaakt met de herovering van het Servi- sche land. Zoo hopen de goal lieerden, en volgens hun berichten loopt Monastir ern stig gevaar. Is de strijd in het oosten of die in 'fc wes ten het belangrijkst? Is het beter voor de Centralen de Rus=en op den yeg naar Kon- etantinopel of de Engelschen en Franschen op den weg naar do Duitsche grens tegen te houdenIn elk geval, het felst wordt op deze b-iicfe terreinen ge it fed en. Weldra drie maanden duurt nu het-offensief der gealli eerden in het westen, do slag aan de Somme, zooals men zegt, en met onverminderde, met nog vermeerderde hevigheid eerder vallen de geallieerden, vooral de Engelschen, aan. En met succes ook: de Duitsche muur is niet doorbroken, bij is op dit punt van het lang efront toch teruggeduwd. We heb ben in ons vorig nummer bij de kaart aan gegeven, hoe toen ten naaetebij de frontlijn van Thiepval naar Péronne liep. Sedert is daaraan niet voel woranderdondanks de zware gevechten der laatste dagen. Alleen in de buurt, van Péronne, dus dicht bij de Somme. iu den Franschen sector, loopt het nieuwe front wat. verder iraar 't oosten dan we aangaven, verder achter Bouchavesnee en dichterbij Mt. St. Quentin. Maar ook volgens de jongste berichten bieden de Duit- schecs nog altijd krachtigen* tegenstand bij Thiepval en Pércnne, terwijl ook Cmnblea nog steeds in bun macht is- Zoolang deze drie plaateen niét geilomen zijn door de ge- gaf ik hem een slaapdrank. Het eten en drinken waren een inspiratie; het hield hen bezig, terwijl het verdoovingsmiddel werkte. Ja, er is .altijd wel een weg te vinden, als hij ons maar op het rechte oogenblik te binnen schiet, Dolores. Ga nu slapen. Zij greep zijn beide handen en drukte ze aan haar lippen. Ik heb een vriend gevonden, riep zij vol geestdrift uit. Hij moet weten en be grijpen hoe dankbaar ik ben. En denk aau dit uur als de jaren vergeten zijn, Dolores. Zij wendde haar oogen af, maar hij nam haar plotseling iu de armen en kuste haar op de lippen. De d^ zal komen, waarop wij er over mogen spreken, zei hij. Ja, zelfs in Parijs zal ik beginnen te hopen. Hij trok de gordijnen voor het raam open en de zonneschijn van een helderen winterdag viel op zijn vermoeid gelaat. Voor den Duitscher, die uit zijn zware verdooving ontwaakte, had hij slechts een enkel woord over. Ga, zooals ge gekomen zijt, zei hij. Als ik u weer in Parijs vind, zal mijn eigen hand u veroordeelen. De man sloop bevond van angst het hurt uit. Ginds bij Fort Avron, riepen de Duit sche geweren hem naar zijn kamereden terug, die hem onder de dooden hadden opgeschreven.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1