No. 308. Vrijdag 4 Augustus 1916 Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Hoe een sciuildjverd afbetaald. TWEEDE JAARGANG. SOLDATENCOURANT REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRINASTR. 10, AMSTERDAM. DIT BEAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PÈR WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGERS 3 CENT. ABONNEEENT BIJ VOORUIT BETALING VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS 1.50 P.KWARTAAL Voor Adverteütien wende men zich tot onze Administratie, Pulestrinaatraat 10, Amsterdam. Pry's dor AdvcrtentiCn per regel SO cent. Voor Ingezonden Afede- deelingen op do tweede, derde en vierde pagina dubbel tarief. Bjj ab-ouuemont reductie. Niet alleen de menschen uit Indië en Afrika, ook de dieren vandaar doen den geallieerden diensten in den oorlog. Zoo heeft men aan het Wes'terfront zelfs oli fanten. Niet als in een der Romeinsche oorlogen voor 20 eeuwen, toen een Afri- kaansch vorst deze dieren liet inrennen op de Romoinscho slagorden, thans dienen zij alleen voor zware lasten te vervoeren. Onze plaat laat Johnny, een zeer bekenden olifant der Engelschen, zien. In de krijgsverrichtingen van heb Russi sche leger schijnt voor het oogenblik weer een pauze te zijn ontstaan. Dat'-is meer ge beurd, en wil volstrekt niet zeggen, zooals sommige Duitsche bladen al beweren, dat met het' einde van heb tweede oorlogsjaar het Russische offensief tot staan is gekomen. Daar lijkt het lang niet op. Maar wel zijn de Russen in de paar laatste dagen en in zonderheid Maandag, toen er ontzettend ge vochten moet zijn aan een gedeelte van heb Oosterfront, vooral aan den Stochod, niet verder naar 't westen opgerukt. De Russi sche telegrammen maken zoo goed als geen melding van de gebeurtenissen, maar de communique's uit Berlijn en Weenen zoo veel te meer. Zij wijzen er op, dat de Duit- sohe en Oosfcenrijksche troepen zich «hebj>en weten te handhaven in de stellingen, die zij bezet hadden, ondanks de hevige aanvallen der Russen. De centralen hebben in die stel lingen, aan de Stochod, ten westen en zuidwesten van Loetsk en aan de Dnjester, nieuwe troepen verzameld en hun uiterste krachten ingespannen om de aanvallers tegen te houden. Verder is er hardnekkig gevochten verder naar heb 'zuiden bij Buozacs, waar de Rus sen blijkbaar van plan waren de Oosten rijkera terug te dringen, welnu, ook dit is hun niet gelukt, ten minste hun stafbe- richten zwijgen over de krijgsverrichtingen daar, terwijl de Duitsche en Oostenrijksohe er wel melding van maken en verbellen, dat de Russen een oogenblik in de loopgraven der centralen doordrongen, maar door een tegenaanval er flukt weer werden uitge worpen. Ook Dinsdag schijnen de RusSen niet ge lukkiger te zijn geweest. Althans alweer .volgens de Duitsche telegrammen. Aan het Stochodfront putten zij zich uit om verder door te dringen, maar bij Smolari bijv. wer den zij tot driemaal toe met kracht terugge worpen. Bij Porsk, ten noordoosten van den spoorweg KowelRow no, ondernamen de Russen zelfs tob zesmaal toe een stormloop, steeds vergeefs. Bij Bu'czacs duurden Dinsdag de levendige gevechten voort. Vol gens een Duitach stafbericht van 1 Augus- Op een konden avond; tegen het einde van het jaar 1 <88, liep 'er een jonge man door een bosch in de omstreken van Nancy. Hoe dicht en donker het bosch ook was, toch, stapte onze reiziger, zonder de minste vrees te koesteren, flink dcor. Hier en claar kon men door een opening tusschen de boomen de vier torens van een oud kasteel onder scheiden het slot van de oud-adellijke fa milie Da Reynaud. Onze jonge vriend was een man van her- kulisbhe gestalte. Hij was hoogst eenvoudig gekleed en zijn voorkomen was over 't geheel niet bijzonder gesdhikt, om de aandacht te trekken, behalve zijn gelaat, dat een van die gezichten was, welke men niet licht ver geet. Hn had een hoog en breed voorhoofd en zijn oogen sohitterden van vuur en leven. Hoewel de bosschen in dat gedeelte van Frankrijk in die dagen onveilig werden ge maakt door rooverbenden en er allerlei ver halen in omloop waren betreffende moord en plundering, welke deu eenzamen burger van Nancy en Valenciennes de haren te berge decton rijzen, had deze jonge man geen ander wapen bij zich d'an een dikken stok. Plotseling werd hij door eeuige mannen, die zich achter boomen hadden schuil ge houden, verradelijk in den rug aangevallen. „Je beurs of je levenklonk het. Het scheen wel dat de reiziger van plan jra* Ktoqh zij» beurs, poeh gijp, Jevep goq ]ij- tus heeft het leger van Von Linsingen in de maand Juli meer dan 18nOOO krijgsge vangenen gemaakt, onder wie 70 officieren, terwijl 53 machinegeweren werden buitge maakt. Deze cijfers halen natuurlijk niet bij de winsten der Russen, die in de laatste halve maand meer dan 40.000 vijanden ge vangen namen. Vooral die ruim 50 machi negeweren maken een poovor figuur naast den machtigen oorlogsbuit der Russen, waaronder een groot aantal kanonnen van zwaar kaliber. Maar wel blijkt, dat de Duitschers aai? kien Stochod-hardnekkig ge streden hebben tegen een overmacht. Aan heb Westerfront is in de laatste dagen weer hard gestreden; Maandag is de nieuwe aanval der geallieerden aan de Somrne begonnen. Dab is, volgens de Engel schen, de derde s^oot, volgens de Duitschers de vierde. De eerste dag was niet zonder succes voor de Franschen; deze zijn ten zui den van Hardecourt, volgens hun eigen be richten, opgerukt en hebben de Duitsche stellingen bezet over een frontbreedte van acht kilometer. Het dorp Maurepas zou nu gevaar loopen. Bovendien hebben de Fran schen verder naar 't zuiden vorderingen ge maakt, zij hebben het bosch van Hem bezet en de boerderij Monacu. Hier is bijzonder hevig gevochten; de Duitschers deden tegen aanvallen en kwamen in de Fransche loop graven te zitten, maar werden ook weer vandaar verdreven. Het Duitsche stafbericht spreekt deze Fransche successen tegen; al de aanvallen dezer laatsten 'zouden zijn afgeslagen. Even als alle van de Engelschen. Dit laatste is meer geloofwaardig, want de Engelschen zelf geven geep overwinningsberichten. Dit is in zooverre merkwaardig, dat de Engel- sche troepen bijzonder' strijdlustig in het vuur gingen, nu de terechtstelling van Fryatt algemeenen wrok en toorn heeft ge wekt. Groot is de terreinwinst der geallieer den bij den nieuwen stoot dus niet, en de berichten na Maandag geven in dit opzicht geen nieuwe bijzonderheden, spreken zelfs van een onveranderden toestand. Indien de geallieerden niet sneller oprukken, kan het nog lang duren eer de Duitschers Frankrijk en België uit zijn. Van een strijd in het open veld, door een doorbraak der Duit sche linies, is al geen sprake meer. Waar de Duitschers teruggetrokken zijn, liggen zij in nieuwe, sterke stellingen, achter de oude. In den Balkan is weer gevochten. Het delijk'af te staan, want, zonder eenige vrees aan den dag te leggen, maakte hij zich tot tegenweer gereed. Werkelijk gelukte het hem, met behulp van zijn knuppel, zijn aanvallers van zich af te slaan en op een afstand te houden. Toch zou hij op den duur niet tegen de overmacht bestand zijn geweest, als niet een joiigraenscb, blijkbaar een edelman, in kost baar gewaad gehuld en van een knecht ver gezeld, plotseling te zijner verdediging was opgetreden. Hij trók zijn zwaard en. schaarde zich, zonder een oogenblik te aarzelen, aan de zijde van den aangevallene. Het gevecht was, hoewel hevig, slechts kort van duur de struikroovers zagen al heel spoedig in, dat zij hun meester gevon den hadden en kozen het hazenpad. ,TT bent gewond", sprak nu de jonge edel man tot den reiziger, „en naar het sohijmt vrij ernstig ook. Vergun mij, dat mijn knecht en ik u naar het kasteel geleiden het is hier vlak hij en u zult daar een zorg vuldige verpleging genieten." ,,Hoe edelmoedig uw aaubod ook is," ant woordde de ander, ,,kan ik er toch geen ge bruik van maken. Ik heb geen oogenblik te verliezen. Mijn wond heeft niet veel te be- teekenen. Maar ik blijf u eeuwig dankbaar voor den dienst, dien u me bewezen hebt. Dat is een schuld, die ik vrees nooit geheel te kunnen afbetalen, Mocht ik ooit in de ge legenheid komen, u van dienst te kunnen wezen, reken dan op mij. Ik hoop van harte, dat ik u eenmaal zal kunnen vergelden, wat u hëd&ft yftor mij ge$&a<nj hebt^Ü herboren Servische leger heeft de Bulgaren aangevallen en klappen gegeven. De geal lieerden juiqhen, dat het Servische leger hersteld is. Hob groot het aantal mannen is, wordt niet gemeld, en tusschen de vroe gere opgaven der Franschen, 200,000,. en die der Duitschers, 30.000, is nogal een speelruimte. In elk geval, de strijd is weer ontbrand in den Balkan en het leger van generaal Sarrail bij Saloniki zal nu ook mis schien aan den slag komen. Van belang is voor de Bulgaren, of Roemenië zal mee doen. In dat geval kunnen zij het moeilijk genoeg krijgen, vooral als dan ook nog Grie kenland, waar de Entente-gezinde partij van Venizelos weer het hoofd opsteekt, zich plaatst aan de zij de der geallieerden. Het ingaan van het derde oorlogsjaar is natuurlijk in geen land onopgemerkt voor- bijgegaan. In Duitschland en Oostenrijk- Hongarije, in Rusland, en Frankrijk hebben de hoogste autoriteiten aan het feit herin nerd. De Duitsche keizer heeft zich gericht tot zijn leger, tot den rijkskanselier, tot het volk, enz.keizer Frans Jozef II van Oos tenrijk heeft ©en brief geschreven aan zijn minister-president, de Fransche president Poincaré wendde zich tot de troepen even als generaal Joffre. We kunnen van al deze brieven en. boodschappen den inhoud niet weergeven, zij komen feitelijk ongeveer op hetzelfde neer; van weerskanten schrijven de autoriteiten hun eigen partij de overwin ning toe, en, dit is voor ons van belang, zij allen verwachten nog een zeer harden, zeer hevïgen strijd, en van vrede in afzien- baren tijd gewagen zij niet. ENGELAND. De luchtaanval ep Engeland. LONDEN. (Officieel.) Aan den lucht aanval van Dinsdagnacht namen zes of zeven Zeppelins deel. Volgens tot dusverre ingekomen berichten werden zestig bommen geworpen, meest in dun bevolkte* districten. Een luchtschip werd beschoten door vliegtuigen en afweer- kanonnen, men zag het dalen en daarna verdween het in den mist. LONDEN. Het Persbureau bericht, dat door den jongsten nachtelijken luchtaanval geen persoonlijke ongelukken zijn aange richt. LONDEN. In het Duitsche bericht om-, trent de Zeppelin-aanvallen van Dinsdag nacht komt de belachelijke verklaring vóór, dat ook Londen zou aangevallen zijn. Er was niets te. Londen te bemerken, dat op zulk een, aanval wees en de Admiraliteit voegt dan ook aan het Duitsche communiqué het volgende naschrift toe: ,,Het is duidelijk, dat de bemanningen der luchtschepen geen begrip hadden van hunnen koers of dat zij bij hunnen terug keer hun rapport opzettelijk vervalscht hebben. Geen van beide zou verbazing behoeven te wekken." De munitie-aanmaak. LONDEN. De minister van munitie deelt mede, dat wederom .124 fabrieken to.t onder staatstoezicht staande inrichtingen zijn ver klaard. Het totale aantal der gecontroleerde inrichtingen, behoorende tot het ressort van den minister van munitie, is thans gestegen tot 4052. Kapitein Fryatt. BERLIJN. Volgens een Reuter- bericht verklaarde viscount Grey, dat de handelwijze van Fryatt, kapitein van het Engelsche stoomschip „Brussels", die ter dood werd veroordeeld, omdat hij getracht had een Duitschen onderzeeër te rammen, volgens de Engelsche regeering volkomen wettig was. Verder zou hij beweerd 'hebben, dat een schip, dat op een vijandelijken onderzeeër afvaart om hem te noodzaken te duiken, feitelijk een verdedigingsmaatregel neemt, en dat deze handelwijze op één lijn te stellen valt met het gebruik, dat een koopvaardij schip maakt van zijn bewapening om zich te verdedigen tegen de inbeslagneming door een oorlogsschip. Zulk een verdediging van een handelsschip acht de Engelsche regee ring, volgens Grey, .rechtmatig. Verder wordt in het bericht gezegd, dat de Engelsche regeering moeilijk kan geloo- ,,Ik kan niet zeggen dat ik die hoop met ugemeen he.b", hernam de ander lachend. „Wie weet het?" zeide de reiziger weer. ,,We beleven tegenwoordig vreemde tijden Maar ik moet nu afscheid van u nemen, om verder te gaan. Zou ik vooraf den naam van mijn redder mogen weten?" „Gustaaf, igraaf van Reynaud", luid.de Let antwoord en de reiziger week eenige passen achteruit. „Graaf de Reynaud!" herhaalde hij met bevende lippen en %en gefronsd voorhoofd, een aristocraatMijn leven gered door een aristocraat! Maar wat doet dat er ook eigenlijk toe? Hoog of laag, in allen gevalle bent- u mijn redder en mijn vriend. Zooals ik reeds gezegd heb; herinner u den naam van Danton. Gustaaf de Reynaud ging zoo kalm naar zijn kasteel, alsof er niets was voorgevallen. Zijn leven was tot nog toe bijna geheel en al geluk en zonneschijn geweest. Drie jaar ge leden had hij van zijn vader het kas'eel ge ërfd, waarop hij zijn onbekenden vriend te logeeien had genoodigd. Hij had plotseling het vroolijk leven to Parijs en aan 't hof laten varen en zich op zijn landgoed terug getrokken, om zich geheel en al aan 't be heer over zijn voorvaderlijke bezittingen te wilden. Het duurde geruimen "tijd, eer zijn jolige vriendin van vroeger begrepen, wat hem zoo onverwachts van hun zijde had af gelokt, maar eindelijk wépi hei) geheimzinnig raadsel ven, dat nadat de Duitsche onderzeevloot als gewoonte had aangenomen om koop vaardijschepen, zonder waarschuwing en zonder zich te bekommeren om het leven der passagiers, in den grond te boren, de kapitein van een handelsschip, die de eenige maatregelen had genomen, die kans schenen te bieden om niet alleen zijn schip, maar ook het leven van allen, die zich aan boord bevonden, te redden, wegens deze daad na kalm overleg en in koelen bloede doodgeschoten zou kunnen zijn. Het is maar al te begrijpelijk, dat de Engelsche regeering een poging doet om de daad van kapitein Fryatt te verontschuldi gen, _jvant zij zelf is in hooge mate mede schuldig. Wat kapitein Fryatt deed, deed hij slechts op aanraden zijner regeering. LONDEN. Minister Asquith zeide Maan dag in het Lagerhui*: „Tot mijn innige spijfc moet ik verklaren, dat het waar blijkt te zijn, dat kapitein Fryatt door de Duitschers vermoord is. De Engelsche regeering heeft met de diepste verontwaardiging kennis genomen van deze afschuwelijke misdaad tegen het volkenrecht en de ooriogsgebruiken. Uit het feit, dat deze gebeurtenis gelijk tijdig met de onwettige wreedheden jegens de bevolking van Rijssel en andere bezette gedeelten van Frankrijk heeft plaats ge had, blijkt, dat het Duitsche opperbevel, gedrongen door zijn militaire nederlaag, op nieuw het stelsel van terrorisme is gaan toe- Het is onmogelijk te zeggen, tot welke nieuwe gruweldaden het zal overgaan, maar de Engelsche regeering wenscht met den grootsten nadruk haar besluit te kennen te geven, om deze misdaden, zoodra de tijd gekomen zal zijn, niet ongestraft te laten. ('Toejuichingen) De Engelsche regeering is vast besloten om als het oogenblik daar zal zijn, de mis dadigers, wie zij ook mogen zijn of welke positie zij ook bekleeden, te laten, boeten. (Toejuichingen. In gevallen als het onderhavige, is de man, die het stelsel waaronder zulk een misdaad begaan werd, goedkeurde, wel het schuldigst van allen. De regeering houdt zich ernstig bezig met de vraag, welke stappen zij thans onmiddel lijk moet doen. Ik hoop daaromtrent bin nenkort eene mededeeling te doen." Sir Edward Carson stelde voor, dat het Huis een wet zou aannemen, waaruit dui delijk blijkt, dat Engeland weigert het Duitsohe volk in de gemeenschap der naties op te nemen, totdat zulke misdaden geboet zullen zijn. Asquith verklaarde, dat hij dit voorstel zou overwegen. DUITSCHLAND. Bij den aanvang van het derde eoriogsjaar BERLIJN. De Keizer heeft de volgende bekendmaking aan leger en vloot uitgevaar digd: „Kameraden, het tweede jaar van den wereldoorlog is ten einde. Het was, evenals het eerste, een jaar van roem voor de Duit sche wapens. Op alle fronten hebt gij den vijand nieuwe zware slagen toegebracht. Of hij ten onder werd gebracht of voor de kracht van uwen aanval week, of wel door vreemde uit alle deelen van de wereld bijeengeraapte, afge dwongen hulp versterkt u den prijs van de tot dusverre behaalde overwinningen weder trachtte te ontrukken, gij hebt steeds ge toond zijn meerdere te zijn. Ook daar, waar Engelands wereldheer schappij onbetwist was, op de vrije golven der zee, hebt gij zegerijk tegen de verplet terende overmacht gestreden. Van de erkentelijkheid' van uwen'Keizer, de trotsche bewondering van het dankbare vaderland voor deze daden van onwankel bare trouw, koene vermetelheid en taaie dapperheid kunt gij verzekerd zijn. Even als het aandenken aan de gevallenen, zal ook uw roem tot in de verste tijden voort duren. De roem, dien de troepen op den vijand behaalden en dat zij ondanks nood en gevaar nooit den moed lieten zinken, omdat hun het trotschte lot van den soldaat beschoren was, hangt ten nauwste samen met den on vermoei den arbeid van het leger in opgelost. Gustaaf de Reynaud, de geestige en gevierde hoveling, was getroffen gewor den d.oor do bekoorlijkheden een-er landelijke schoone en daar hij zijn eigen heer en mees ter was, had hij zijn aangebedene tot gravin de Reynaud vqrheven. - Twee jaar lang hadden ze in ongestoord geluk samen geleefd. Omgeven doof onder- hoorigen en pachters, wie ze zooveel moge lijk weldeden, werd hun naam altijd inetv eer'bied en liefde genoemd. In hef jaar, waarvan wij melding maak ten, was de oogst mislukt-; de wijngaard le verde geen druiven, het veld weinig vruch ten, maar de graaf en gravin de Reynaud verdubbelden hun mildheid en deden alles, wat in hun vermogen was, om den slechten oogst te vergoeden, zoodat hun pachters slechts één gevoel voor hun heer en diens gemalin koesterden, namelijk dat der dank baarheid. SJeokte één was er, die een uit zondering op den regel maakte, Francis Gautier, een der pack tem, haatte den graaf en de gravin met- een onuitsprekelijkên haat. Yin jongsafaan had Gautier de schoc-ne Fe licia Emmnnik, de tegenwoordige gravin de Reynaud, liefgehad, maar van kind af aan had zij een gevoel van afkeer jegens hem gekoesterd. Toen de aangebedene zijns harten de vrouw werd van een man, die in rang zoo oneindig hoog hoven hem stond, was zijn liefde in haat verkeerd. De jaloezie knaagde aan zijn ziel en von. dag tot dag, van maand tot maand,. -ya-n, jaar tót jaar, "sloeg hij met het vaderend. Steefis weer heeft dit aan de strijdende troepen versche krachten toe gevoerd, steeds weder het zwaard gewet, dat Duitschlands vertrouwen en de schrik der vijanden is. (J)ok het leger in het vaderland heeft recht op mijn dank en dien van het vaderland. Nog echter zijn de macht en de wil van deu vijand niet gebroken. In zware wor steling moeten wij* voortstrijden voor de veiligheid van onze dierbaren, de eer van het vaderland, de grootheid van het rijk. Wij zullen in dezen beslissenden strijd, onverschillig of de vijand hem met wapen geweld of met koel berekenende arglist voert, ook in het derde oorlogsjaar de ouden blijven. De geest van trouw en de plicht jegens bet vaderland en de onbuigzame wil om te overwinnen bezielen nog evenzeer de om te overwinnen bezielen nog evenzeer als in de eerste dagen'van den oorlog de troepen te velde en ift het vaderland. Met Gods hulp, daarvan ben ik zeker, zullen uw verdere daden de vroegere en de tegenwoordige waardig zijn." FRANKRIJK. Van het Westelijk Oorlogsterrein. Het Engelsch-Fransche offensief. LONDEN. Veldmaarschalk Haig bericht: „Er i^ Dinsdag geen verandering in den algemeeiwn toestand gekomen. Ten noorden van Bazen.tin-le-Petitwerd een aanval van den vijjipd op de Engelsche linie afgeslagen. Gedurende aen nacht hevig beiderifjdsch artillerievuur. Van de andere punten van het Engel sche front valt niets te vermelden." BERLIJN. Officieel. Ten noorden van de Somme hadden plaatselijk beperkte maar verbitterde gevechten plaats als naweeën van de groote aanvallen van 30 Juli. Ten westen van het Foureaux-bosch binnenge drongen Engelschen werden verdreven. Een in acht golven ingezette vijandelijke aanval in de streek van Maurepas is vol komen afgeslagen. Dicht noordelijk van de Somme des avonds oprukkende Franschen zijn na verbitterden strijd'bij de hoeve Mo nacu volkomen teruggeslagen. Ten zuiden van de Somme levendige ar- tillerieactie aan weerszijdenevenals rechts van dé Maas, vooral in den sector Thiau- mont-Fleury en ten oosten daarvan. Hier werden Maandagmorgen vroeg aanvallen van een vijandelijke handgranatenafdeeling afgeslagen. Door welgeslaagde ontploffingen vernielden wij een Franbche stelling in de buurt van Flirey over een uitgestrektheid van ongeveer 200 meter. Onze daarna agee- rende patrouilles maakten eenige gevange nen. Ondernemingen van vijandelijke verken- ningsafdeelingen ten westen van La Bassée, ten noorden van Hulluch en ten zuiden van Loos en ten zuidoosten van Reims misluk ten. Door het bommenwerpen op Wersicq, Belgisch Commutes en andere plaatsen ach ter heb front is onbeteekenende militaire schade aangericht, maar werden talrijke slachtoffers onder de bevolking gemaakt. Maandag en „eveneens op 30 Juli is een vijandelijk vliegtuig door ons afweervuur binnen onze linio in het Somme-gcbicd neer geschoten. Een ander vliegtuig werd^Maan- dag in een luchtgevecht bij Lihons neerge schoten. PARIJS. Ten zuiden van de Somme maakten de Franschen zich in een op zich zelf staanden aanval meester van een Duit sche loopgraaf tusschen Estrées en Biiioy. Aan de rechterzijde van de Maas déden ds Duitschers, na een hevig bombardement, een aa-val ten westen en ten zuiden van heb Thiaumont-werk. Het gordijnvuur der Franschen verijdelde echter al hunne pogin gen. Kleine vijandelijke afdeelingen bereik ten de Fransche loopgraven, zij werden er echter onmiddellijk in een tegenaanval we der uitgeworpen. Door een bommenaanval in het schemerdonker maakten de Fran schen eenige vorderingen ten zuiden van Thiaumont. De Duitschers deden een aanval op het front Vaux-Chapitre-Le Chenois'en kregen voet in Le Chenois, zij v.-erden echter on middellijk weder verdreven. afgunstige blikken het ongestoord geluk van den graaf en gravin De Reynaud gade. Gautier wachtte slechts op een gelegenheid om zich te wreken; de dorst naar wraak was hem tot een waren hartstocht gewor den. Hij was van nature oon zeer eerzuchtig man,' dio niets liever wilde dan zich ver heffen uit den lagen stand, waarin hij zich door zijn geboorte geplaatst zag. Toen de lang voorziene omwenteling ein- deliik losbarstte, schaarde Gautier zich ter stond aan de zijde der revolutiemannen, wier zaak hij- met hart en ziel was toegedaan. Zijn fortuin was thans gemaakt; macht, eer en aanzien werden nu zijn. deel en hij maakte onmiddellijk van zijn macht gbruik, om zijn edelmoedigen hoer en weldoener in 't verderf te storien. Toen de storm der revolutie opstak, 'hoop te graaf Gustaaf De Reynaud dat de Welwil lendheid eu genegenheid, welke hij zijn on- derhoorigen steeds betoond had, heijj^touden vrijwaren tegen alle rampen, maar hij ver moedde niet. welk een gevaarlijk vijand hij in Francois Gautier had. Met een woeste vreugde in 't hart trok deze, aan 't hoofd éener opgeruide menigte tegen 't kasteel op, en als er niet nog enkele harten warm voor het ongelukkige, jonge naar geklopt hadden, zouden zij ongetwijfeld van 't levea beroofd zijn. Thans gelukte het hun evenwel; zich voor 'fc oogenblik door de vlucht te -eeden. Yerwond trokken de graaf ga gravin al Overal elders werden de aanvallen der Duitschers met zeer zware verliezen afge slagen. Een legerorder van Joffre. PARIJS. Het „Bulletin des Arméee" bevat de volgende dagorder van den opper bevelhebber; Soldaten der republiekUw derde oor- sjaar begint! Reeds twee jaren draagt gij zonder te verzwakken den last van een hardnekkigen strijd en deedt gij alle plan nen onzer vijanden, mislukken. Gij hebt hen bij de Marne verslagen, hebt hunnen opmarsch aan den User gestuit en hun in Artoi3 en Champagne nederlagen toege bracht, terwijl zij tevergeefs de overwin ning trachtten te behalen in de .vlakten van Rusland. Verder heeft uwe zegevierende tegen stand in een strijd, die reeds vijf maanden duurt, de pogingen der Duitschers bij Ver dun verijdeld. Dank zij uwen volhardenden moed kon den de legcra onzer bondgenooten de wape nen smeden, welker kracht onze vijanden thans op alle fronten, gevoelen. Het oogenblik nadert, waarop de Duit sche militaire macht onder onzen gcmcen- schappelijken druk ineen zal storten. Soldaten van Frankrijk! Gij kunt trotech zijn op het wefk dat gij reeds hebt verricht en gij zijt vast besloten het tot het einde toe voort te zetten. De overwinning is zeker!" Joffre. RUSLAND. Van het Oostelijk oorlogsterrein. Het Russische offensief. PETROGRAD. Tn de kromming van de Stochod in debuurt van de dorpen Sclez, Welitzk en Kuhary sloegen de Russische troepen den vijand terug en vorderden daar na in een gevecht tot ten westen van deze linie. In de richting van Kowel en Loozk sloe gen de Russen alle tegenaanvallen van den vijand af. Gedurende een aanval in do streek Teaehof-Boebenka (vijf werst ten 'zuiden van Monasterszyk) doorwaadden Russische regimenten, wijl alle bruggen door den vijand afgebroken waren, do moerassige rivier Koropetsz, kwamen aan deu westelij ken oever en versterkten zich daar. Zij had den meer dan duizend Oostenrijkera en Hongaren gevangen genomen. WEENEN. De gevechten bij Melodylow (ten noordwesten van Kolomea) eindigden ook Maandag zonder eenig resultaat voor den vijand; al zijn aanvallen mislukten. Bij Buczacs verflauwde de gevechtsactie in den middag eenigszins. Een nachtelijke aanval der Russen bij Welesniom werd totaal afgeslagen. Ook ten noordwesten en ten westen van Loezk is blijkbaar wegens de buitengewoon hooge verliezen, die de vijand heeft gele den, een pauze in zijn aanvallen ingetreden. Daarentegen zette hij ten noorden van de Boven-Turya, verder in de kromming van den Stochod, bij Koszowka en ten noorden van de van Sarny naar Kowel leidende spoorlijn zijn stormaanvallen met- onver minderde hevigheid voort. Overal echter werd hij, of reeds door vuur, of in gevech ten van man tegen man teruggeslagen. Aan het noordoostelijk front ten zuiden van de Pripjet zijn in Juli in het geheel 90 Russische officieren en 18000 man gevan gen genomen en 70 mitrailleurs buitge maakt. De bezetting van Brody. BERLIJN. Het „Berl. Tageblatt" ver neemt uit het óorlogskwartier: Brodv is door een groot deel van de bevolking verlaten; na de evacuatie van 20.000 personen zijn sleèbts 6000 ach tergebleven. Alle bankdeposito's, zaken van waarde en staatsgoederen zijn tijdég geborgen. In de stad is alle verkeer gestopt° De meeste wink el 3 zijn gesloten. JJe stel lingen van de Oostenrijksch-Hcngaarsohe troepen zijn slechte enkele kilometers van de stad verwijderd, zoodat het gedonder der kanonnen de huizen doet trillen. Het ver schrikkelijkste zijn de nachten, waarin het door verder, in doodsangst dat ze achter volgd zouden worden. Wat ze aan geld en juwéeien bezaten, hadden zij bij zich gesto ken. Weldra bleek het evenwel, dat de krach ten van het arme, jonge vrouwtje niet toe reikend waren, om ad die angsten en ver moeienissen te doorstaan. Ze werd ziek, zoo dat de graaf zich genoodzaakt zag, een schuilplaats tc zoeken in een hut bij Nancy. Ondanks den moed en de welwillende gezind heid van hun gastheer, werden zij ontdekt. De graaf werd gevangen genomen en van de zijde zijner vrouw weggesleurd, terwijl deze in wanhoop en doodsangst over 't lot van haar echtgenoot, achterbleef."^ „Spaar je tranen maar, schoone dame," riep een der mannen haar toe. „Jouw beurt zal ook wel komen." ..Maar wat heb ik dan toch misdreven? Waarom word ik gevangen genomen?" vroeg de graaf. „Dat zult ge wel hooren van den president van de rechtbank," luidde het antwoord. „En wie is aat dan wel?" vroeg De Rey naud weer op een toon, waarin duidelijk minachting doorstraalde. „Francois Gautier!" antwoordde een uit den troep, en toen wisten de graaf en zijn vrouw bedden, dat hun vonnis geveld was en er voor hen geen genade was te hopen. {Slot volgt.)

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1