de gevechtslinie hadden vele gevechten
van man tegen man plaats gehad, waarbij
de Engelsche infanterio oemgo vorderingen
maakte. Wij mankten twee machinege
weren buit on namen verschillend© gevan
genen, onder Wie twee ba|aillonscomman-
danfcen van Pozières.'
PABIJS. De slag wordt met hevigheid
voortgezet aan het Engelsche front; vooral
aan de beide uiteinden der omtrekkende
Hnie is de toestand geheel ten voordeele
van de geallieerden, die geduldig en koel
bloedig hun offensief ontwikkelen, den
vijand in de onmogelijkheid plaatsend zich
tegen de ontzettende slagen te verzetten,
die hem worden toegebracht.
Aan de Franscne zijdo ging Dinsdag
voorbij zonder groote operaties, doch daarin
kwamen toch zeer belangrijke episodes
voor, als de coup de main ten zuiden
van de Somme, waarbij zes kanonnen wer
den genomen, en waardoor de geestdrift
bij de Fransche troepen nog wordt aange
wakkerd
De operaties ontwikkelen zich op kleiner
schaal in de omstreken van Verdun, maar
zijn de voorloopers van een wellicht nog
I grooter succes. Het nemen van een redoute,
i di* het werk van Thiaumont dekt, aan den
straatweg van Fleury naar Bras, en het
maken van 800 gevangenen in tien dagen
toont, dat het initiatief geleidelijk aan de
Duitschers ontglipt. Sedert den 11 Juli
Leeft het Duitsche leger nergens een ern
stig offensief begonnen.
Eveneens is heb merkwaardig, dat de
Franschen sedert 20 Juli 60 mitrailleurs
.buit maakten in het gebied van de Somme.
BERLIJN. Ten noorden van de
Somme werden, na de mislukte En-
gelsche aanvallen van 22 Juli, Maan-
dag do Engelsch-Fransche strijdkrach-
I ten uit het front PozièresMaurepas voor
j,«den beslisseuden aanval saamgebracht. Deze
aanval is gebroken, meest overal reeds in
het vuur, op enkele plaatsen na een scherp
DB80LDATBNC0URANT Vrijclctg'
I L_~~ X
sclie contingent om het Delville-bosch
tegen overmatige strijdkrachten. Als de
Zuid-Afrikaners hun <loel niet bereiken,
zoo riepen zij, zal dat alleen zijn omdat er
geen Zuid-Afrikaners meer zijn. Zij deden dan
1 ook alles wat mogelijk was en aan hun moed
wordt huldo gebracht, vooral toen ze werden
teruggedreven en door hot vuur der Duitsche
mitrailleurs worden geteisterd. Do Afrikanen
trachtten hun stelling in het- bosch to behou
den, maar het was onmogelijk zich in te
graven in dit met dicht-struikgewas begroeid
1 terrein en een als een spons poreuspji bodem
en voet voor voet moesten do overlnijvonden
terrein afstaan. Toen het bleek dat men niet
op de plaats kon blijven, verzamelde een kolo
nel do overblijfselen van zijn bataljon en tw<
dagen lang wist hij aan do Duitschers te ont
komen. Toen er eindelijk hulp kwam, trokken
de soldaten met de Zuid-Afrikaanscho Schot-
sche pijpers aan het hoofd naar hun kwar
tieren terug.
Do verovering van Ovillers.
Do Engelsche oorlogscorrespondent Philip
Gibbs beschrijft aldus de verovering
Ovillers door do Engelsche troepen
,,De stad Ovillers bestaat niet meer. Die is
reeds lang door de bombardementen vernield
en bestaai nog slechts uit een puinhoop van
steenen en stol. Maar toen de Engelsohe en de
Duitsoke troepen dicht bij elkander gekomen
waren, moest het artillerieduel wel ophouden,
mdat andors do kanonniers gevaar liepen
hunne eigen kameraden te dooden. Onze gra
naten waren voortdurend op do verbindings
loopgraven van den vijand in noordelijke 'rioh-
ling gevallen, zoodat bet belegerde Duitecke
garnizoen geen aanvoer of hulp kon krijgen.
Wij bouwden een muur des doods om h6n
been. Maar ofschoon er nu geene granaten
meer vielen op dit met dooden bedekte terrein,
was er eene artillerie van lichtere soort, maar
niet minder doodelijk, aan bet werk. Dat
waren de machinegeweren en de bommen.
De Pruisische garde maakte goed gebruik
van de met gewelven overdekte kelders en van
de vernielde huizen. Zij hadden een aantal
kleine versterkte' punten gemaakt, die zij bijna
uitsluitend met macliinegoweren verdedigden.
Warmpor li— - -
SO *Txall 1916
RUSLAND.
Van het Oostelijk ooriogsterrein.
Het Russische offensief.
PE TROGRAD.
Sloniawka, een
thandgemeen. -zooals ten O. van Pozières, in
-het Foureaux-boschje, bij Longueval en
Guillemont. Hier traden de dappere Bran-
f denburgsche grenadiers en de dappere Saic-
sers van het 104e reserve-regiment op.
Ten Z. van' de Somme vielen tegelijk
j sterke Fransche troepenmachten aan, in de
frontlijn EstréesSoyecourt. De storm
aanval, die slechts ten Z. van Estrées tijde-
f lijk grond won, werd onder zware bloedige
verliezen voor den tegenstander afgeslagen.
In het Maasgebied hevige artillerie-actie.
Links vjtn de Maas kwam het tot onbe-
teekenende gevechten met handgranaten
i Rechts 'van de rivier herhaalde de vijand
zijn pogingen tot herovering van de hoogte
der Froide Terre. Hij werd door ons sper
vuur afgeslagen.
Ten N. van Balscheweiler in den Elzas
Manneer de aanvallen van onze bandera-
natonwerpers plaats hadden, gingen zij naar
berieden in de Teilige gedekte schuilplaatsen,
waar zij tegen loopgraafmortieren en hand
granaten voldoende dokking vonden en lieten
slechts een paar schildwachten achter om uit
te zien of de Engelsche troepen tot infanterie-
aanvallen overgingen.
Zoodra wij dan° aanvielen, werden de ma
chinegeweren aan het werk gezet en besproei
den de Duitschers het open terrein dat onze
troepen moesten overtrekken, met hunne
kogels.
Een voor een werden deze machinegeweer-
stellingen door omtrekking, door omsluipen
door kelders en achter ruines of door stout
moedige bommen-aanvallen, onder aanvoering
Aan het front van de
zijrivier van de Donau,
wordt de overtocht der Russische troepen
onder het vuur van dou vijand zonder onder
breking voortgezet.
Bij het offensief van heden namen de
Russen 1000 man gevangen en maakten zij
vier kanonnen en vijf mitrailleurs buit, die
dadelijk op den vijand gericht werden.
BERLIJN. Officieel. Legergroep v. Hin
denburg: Aanvallen van zwakke Russische
afdeelingen ten Z.O. van Riga en van
patrouilles op het Dunafront werden afge
slagen.
Legergroep-von Linsingen: Vijandelijke
aanvallen aan de Stonowka, ten Z. van
Berestetsjko, die over een geringe front-
breedte tot in onzo voorste verdedigings
linies drongen, werden afgeslagen.
Ten W. van Boerkanow werd een Rus
sisch vliegtuig in een luchtgevecht neerge
schoten.
WEENEN. Ten zuiden van de Dnjester
ten westen van Obertijn liep Maandag een
vijandelijken aanval dood in het O.-H.
vuur.
Aanvallea van Russische verkennings
troepen ten zuidwesten van Luba-Czowko
(Galiciëj werden afgeslagen. Overigens vex-
iiep de dag rustig.
Sedert Dinsdagochtend ontwikkelen zich
geveohten ten zuiden van Ber^stoszko
ITALIË.
Aan het Italiaansche front.
ROME. In het Lagarina-dal toenemende
activiteit van de vijandelijke artillerie.
Op heb Posina-Asticofront maakten de
Italiaansche troepen zich na een verwoed
gevecht in den vroegen ochtend van 24 Juli
meester van den Monte Cimene.
Op het Asiago-plateau deed de vijand
den nacht van 23 op 24 Juli twee hev,6v,
aanvallen op de verschansingen bij den
J- Ti-i:.
stellingen achter Monfalcono werden afge
slagen.
ROEMENIË
De mobilisatie in Roemenië.
PETROGRAD. Het Roemeensche
blad „Universal" publiceert een door
den afgevaardigde Arnat goteekend
artikel, waarin gezegd wordt: „Bin
nen enkele weken zijn wij met de mobilisa
tie gereed. Dan zullen onze troepen de Kar-
Cathen overtrekken. Het uur der beslissing
cefb'geslagen. Geen vertraging kan of mag
meer plaats hebben. Wij zullen optrekken
om den gelioiligden strijd te voeren tegen
onze ergste vijanden, dé Bulgaren de
Magyaren.
DENEMARKEN.
Deensch West-lndië verkooht.
WASHINGTON. De Vereenigde Staten
hebben Deensch West-lndië gekocht voor
een bedrag van vijf millioen P. St.
VEREENIGDE STATES*
Vlootuilbreiding.
Naar de „New York Herald" mededeelt
zullen behalve de vier linieschepen en slag
kruisers, waarover wij reeds meded-eelingen
hebben gedaan, nog verschillende iichte
kruisers. 2U torpedojagers, 9 groote en 27
kiene duikbooten binnen zeer korten tijd
op stapel gezet worden.
o- ruo vijriua m
nacht van 23 op 24 Juli twee hevite
ar de versclansingen bij den
Monte Zebto, dien de Italianen hadden ver
overd. Bersaglieri sloegen hem met zware
verhezen terug en maakten zich door een
schitterenden aanval meester van nog een
uitgebreide verschansing. Zij namen daar
eenige Oostenrijkers gevangen en verover
den een mitrailleur.
Meer naar het noorden toe deden Alpini
nieuwe aanvallen op de steile rotsharricre,
OP ZEE.
deel van het oorspronkelijk garnizoen
Ovillers over was.
Deze mannen, die tot het derde regiment
j.cll .1, vau jjaidbugntiiu m wou a-itao p 1 v egiuiend
bracht een patrouille 30 gevangenen mede - r61s, Sard® behoorden, hadden reeds lang
uit oen Fransche loopgraïf. SjSff fZij waren
-v- - - uitgehongerd, omdat aanvoer van proviand bij
Luitenant Baldomus schoot, ten Z. van
Binavoille, een Fransehen tweedekker neer.
waardoor hij zijn vierden tegenstander bui
ten gevecht stelde.
Bij Verdun.
PARIJS. Uit de officieele mededeelingen
betreffende den aanval der Duitschers, die
op 11 eu 12 Juli bij Verdun in de buurt van
Fleury werd afgeslagen, kan men opmaken
welke aanzienlijke verliezen zij daarbij heb
ben geleden.
Da aanval begon te 4 uur in den ooste-
lijken sector. Het 126ste en het 143ste regi
ment, teruggedreven, door het vuren cler
Fransche mitrailleurs en oeai tegenaanval
der Franschen, moesten in wanorde vluchten
Laar hunuo loopgraven, uit welke zij met
meer te voorschijn kwamen.
In den sector Fleury en de bosscken van
V&ux en Chapitre begonnen de aanvallen
tussehen 5 en -8 uur op het geheele front.
De Duitschers werden gedeeltelijk wegge
maaid door do Fransche mitrailleurs, de
rest dor eerste colonnes stroomde terug
naar de loopgraven en te 12 uur 's middags
echeen aiie actie van hunne zijde geëindigd
to zijn- Duitsche versterkingen, die van
Douaumonr, naar Fleury trokken, --raakten
in het vuur der Fransche artiller
In <3en ochtend van 12 Juli werd de aan
val met grocte hevigheid hervat in den
Fleury-sector, waar bet de Duitschers ge
lukte Chapelle Ste Fine te nemen, zonder
echter verder dia,n dit punt te kunnen
komen. Zij hebben dus niets anders
bereikt, dan dat zij twee indeukingen
in hst Fransche front hebben kunnen
maken, oe eene te Chapel le Ste Fine, de
andere bij de Damloup-batterij. De rest
van het frons' is intact gebloven. Deze kleine
successen zijn, zooals vastgesteld kon
den, hun op groote verliezen komen te
staan.
De Zuid-Afrikaners in het Delvillebosch,
Uit het perskwartier in het 'Engelsche
hoofdkwartier wordt het verhaal gezon
den van den strijd van het Zuid-Afrikaan
van jonge officieren ondernomen, overmeesterd I zich tot een hoogte van meer dan 2000
en de bedieningsmanschappen gedood of ge- Nt. verheft tusschen den Monte Chiesa en
vangen genomen, tot er nog slechts een klein de Monte Campigoletta. Onder het voort-
- I ^uraluj. jjütraiiUeuivuur van den vijayd
drongen de Alpini door drie rijen ijzer-
draad-versperringen en zetten zich vast even
beneden de kam.
In de zone van de Alpi di Fassa breid
den de Italiaansche troepen, ondanks het
slechte weer, het door hen bezette terrein
uit tot aan het kleine Ceramana-dal.
Op het overige gedeelte van het front
artillerie-activiteit eai krachtig© beechi?
ting aan de Boven-Fella, op de hoogten ten
noordwesten van Görz en in de zone van
San Michel©
In den vroegen ochtend van 24 Juli wier
pen vijandelijke vliegtuigen bommen op
-1-- aan
Engeland en de Nederiandsche
harlngvisscherij.
Keuter seint uit Londen, dd. 24 Juli:
Keuter verneemt, dat d© omvang, waarin
de Nederiandsche visschersvloot voorraden zond
naar Duitschland, ©enigen tijd geleden ernstig
do aandacht trok vau de Britsche regeering.
Bet is bekend, dat ongeveer 90 pOt. van cle
haring en een aanzienlijk gedeelte van de
andere visch, die door de Nederiandsche vis-
scherschepen werd gevangen, rechtstreeks aan
Duitsche koopers is verkocht. De Britscho
regeering heeft het ingevolge hiervan noodza
kelijk geacht, een aantal Nederiandsche vis-
schersvaartuigen voor het Prijzenhof te bren-
gen. Eveneens werd nog een aantal schepen j
aangehouden wegens liet visschen in verboden
gebied, een praktijk die de Nederiandsche vis-
sehers aanhoudend hebben gevolgd, niettegen
staande de waarschuwingen hunner eigen
regeenng.
De Britsche regeering erkent, dat eenige
moeilijkheid kan worden veroorzaakt door deze
handelingen en zij verklaarde zich bereid tot
besprekingen met de vertegenwoordigers der
Nederiandsche visscherijbelangen met het doel
eenige middelen to overwegen tot verlichting
van den toestand.
Zij doet dit met te meer aandrang, nu
blijkt, dat verschillende reedcrijen te Vlaar-
dingen niet alleen het eerst bepaald© bedrag
van f 7 per week uitkeeren, maar dit zelfs
verhoogd nebben tot f 14 por week en deze
tegemoetkoming niet beschouwen als voorschot
op nog to verdienen of te vorderen gage, maar
zuiver als schadevergoeding wegens gemis aan
verdienste.
Mochten sommige of meerdere leden van do
Reederij-Verceniging zich aan dezo h. i. zede-
lijken plicht onttrekken, dan hoopt de af dee
ling dat op nakoming zal aangedrongen
worden..
De stoomloggers VI. 172 en VI. 167, van de
visscherij-maatschappij „Vlaardingen", die
door Engelsche oorlogsschepen naar Kirkwall
waren opgebracht, zijn volgens ontvangen tele
grafisch berioht vandaar naar Peterhead ge
bracht.
Do volgende Nederiandsche visschorsvnartui-
gen zijn blijkens een bij het Departement, van
Buitenlandsche Zaken binnengekomen telegram
aangehouden
Te Peterhead: De Vijf Gebroeders,
Sch. 155; Hielke, IJm. 223; Dma Cornelia,
Sch. 149. Pruis Hendrik, Sch. 4; Abba-stanza,
VI. 21; Cornells, Sell. 423; Jonge Gerritzien,
Sch. 409; Wouter, Sch. 35; Minister Heems
kerk, K.W. 159; Friesland, VI. 121; Willem
Cornelis, K.W. 16Johan Jteindert, K.W. 116;
Sterna, Sch. 374; Doggersbank, Sch. 139;
Sterna 3, Sch. 136; Minister Marëss van Swia-
deren, Sch. 295; Koningin Emma, Sch. 417;
Generaal de la Rey, VI. 30; Nora, Sch. 164;
Arie Cornelis, Sch. 440; Apollonia, Sch. 280;
Eben Haezer, VI. 56 Cornelis Bart, IJm. 173;
Nijverheid, Ma. 23; Condori IJm. 30S; Een
dracht, K.W. 31; Koningin Emma, VI. 156;
Marie Honriëtte, VI. 167 C'lara, VI. 172; leer
dam, Ma. 6; Wilhelmina, IJm. 35; Louis
Groen Junior, IJm. 149; Stella Matutina, VI.
Neerlandia, VI. 200; Gezina, VI. 180;
Henny, VI. no. onbekend, en vele anderen nog
niet bekend.
To Aberdeen; Eendr-cht 2, IJm. 131
veline, IJm. 15; Cornelia, IJm. 18; Bolder,
IJm. 143; Pluto, IJm. 184- Hercules, IJm. 196;
iL t &,n g^ïhBA,d 7af °n door Vnkpl® schoten
tot bijdraaien verplicht werd. We zagen een
scheepsboot van den bark uitzetten fn nnnï
den onderzeeër toeroeien, vermoedelijk ve r
een onderzoek der panieren Dif
S*» b-v,,digonr SS.Z,
dnarnn d« bark haar ro.s vervolge,, 0?„
iraidta do onrlorzeebr r.ieh elanrop 'a"L
stoomlogger e„ a,ge„ de bJLSE vao
bóót böLvT„h
het eindelooze gordijn vuur niet mogelijk was
Zij hadden evenmin water en leden dus onü
zettenden dorst.
Zij ieefden ia een knekelhuis, dat volge-
stapeld was met de lijken hunner kameraden
en waren omgeven door hunne gewonden die
wegens den dorst ijlden. Geen menschel ijk' we
zen had dit alles langer kunnen uithouden cn
toen de officieren ten slotte het signaal gaven
voor de overgave, kwamen ongeveer 140 man
met opgeheven handen naar ons tocloopen.
Hot was een wild gevecht geweest. In dat
handgemeen tusschen de vernielde aardwerken I
en m arepe Keiaers, was er Vgn-gevgefigggoeff f
geen sprake geweest en hadden de Duitsche en
Engelsche soldaipn zich met bommen en alle
mogelijke andere wapens op elkander ge
worpen.
Maar nu, nadat het gevecht was afgoloopen
werd het overschot van hot Duitsche garnizoen
met oorlogseerbowijzen ontvangen en geen
onzer soldaten ontzegt hun de eer die zij om
hun grooten moed verdienen".
Vsriiezen4 man.
Een officier schrijft uit het veld het vol
gende aa:i het „.Berliner Tageblatt"
Een luitenant en drie secties komen in de
nieuwe stelling ep veld wacht. Geen kwade stel
ling. Overdag Jgi de veldwacht in drie schuil
plaatsen onder den grond, gebouwd in een
Kleine helling. Onmiddellijk naast een oude,
voikomen stuk geschoten fabriek.
De Franschman schiet slechts zelden. Twin
tig granaten per dag, dikwijls geen enkele,
soms vijftig. Een paar mijnen, sc-hrapnells,
zelden beschrijft een vlieger zijn kring boven
ons. Da veldwacht zelf wordt ontzien. De
vijand denkt, dat wij in de fabriek zitten. Zijn
granaten ontploffen tegen de oude muren en
de verroeste ketels van de fabriek. In den be
ginne bukten wij ons. S...s s...ss...ss...sss...ssss
Kwamen de granaten aangesuisd. En onze
hoofden bogen zich naar beneden, onze oogen
werden schuw. Daarna onderzochten wij of de
zoldering van onze schuilplaats wel sterk was.
Langzamerhand vermoedden wij, dat de grana
ten niet voor ons bedoeld waren. Geen enkele
kwam bij ons. Wij bukten ons niet meer.
Wij bouwden tusschen de schuilplaatsen
prieelen, speelden daarin skat. schreven en
lazen daar. Vrede in den oorlog, niettegen
staande de granaten, die over ons vlogen. Ook
op post was alles rustig. Af en toe wisselden
wij schoten met den vijand. De kogels van den
vijand deden ons geen kwaad
Ik zit alleen in het woon hol, de anderen zijn
buiten, in de prieeltjes. Een schrapnell komt
aangefloien. S...s...s...s... Ik knip met de
oogen. Wat gaan mij de schrapnells aan, wier
kogels zich verdoelen over de ketels en de
machines in de fabriek. Ss...ss...ss...sss... Don-
den», dat is op ons gemunt. Het oor heeft dit
leeren onderscheiden :n do maanden van oefe
ning... Ik eta snel op, de oogen wijd open.
Een verschrikkelijke ruk en knal. De schrap-
noll is voor de schuilplaats ontploft. Een dikke
-nookwolk driagti in hei Lol >innen. Daar
Een Fransche vlieger boven Berlijn.
Naar de Parijsche correspondent van de
„Times" mededeelt heeft een Fransche vlie
ger op 20 Juli j.l., op weg naar het Rus
sische front den weg over Berlijn genomen
en daar strooibiljetten uitgeworpen. Op
63 mijlen van het Russische front, te Cholm
in Polen, heeft hij wegens een defect aan
een bougie moeten landen en werd hij ge
vangen genomen.
Op de strooibiljetten stond; „Wij hadden
de open stad Berlijn kunnen bombardeeren
en onschuldige vrouwen en kinderen kun
nen dooden, maar stellen ons er mede te
vreden, de volgende proclamatie uit te wer
pen."
Hierop volgde de eigenlijke proclamatie.
De vlieger, luitenant Marchal, die deze
merkwaardige vlucht volbracht, was 's och
tends om half tien uit Nancy vertrokken
en legde bijna 1300 kilometersboven
Duitsch gebied af.
Hij is thans te Salserbach geïnterneerd
en heeft van daar naar Frankrijk bericht
gezonden, dat de Oostonrijksche officieren,
die hem gevangen namen, niet wilden ge-
looven, dat hij een zoo grooten afstand had
afgelegd»
WEENEN. Ten zuiden van den Val
Sugana doet de vijand telkens weder nieuwe
aanvallen.
Uit het gebied aan de Maora deed. een
talrijke troep Italiaansche infanterie in den
voormiddag driemaal een overvalhij werd
echter telkens, ten deelo in een handgo-
meen, met bloedige verliezen afgeslagen.
In do buurt van den Monte Zebio werd
in den namiddag opnieuw een krachtige
aanval gedaan. De vijand slaagde erin een
der O.-H. loopgraven binnen te dringen,
hij werd er echter volslagen weder uitge
worpen.
Wederom herhaalden de Italianen met
versche keurtroepen een aanval op het
corps uit Graz, maar ook ditmaal tever
geefs.
Het Italiaansche artillerie-vuur was bij
de aanvallen sterker dan gewoonlijk.
De vijand lijdt dagelijks buitengewoon
zware verliezen.
Op het Stilfser Joch werd een aanval van
een compagnie Alpini op de Nagler Spitze
afgeslagen.
Op de hoogten ten zuidoosten van Borgo
mislukten twee nachtelijke aanvallen der
Italianen.
In het gebied van den Rollepas
zwakte de gevechtsactie na de tegenslagen,
die de Italianen in de laatste dagen hebben
ondervonden, aanmerkelijk.
Aan het Isonzo-front zeer hevig geschut
vuur op St. Lucia en de bruggeschans ten
zuiden van Podgora.
Aanvallen van den-vijand op de O.-H.
komen de kameraden binnen gerend. Een, een
heele jonge kerel, met een roeden kop, met
glinsterende oogen. Hij dcet den mond open,
hij heeft mij iets nieuws te vertellen.
„Ik ben geraakt." Yroolijk. Hij ziet er in
het geheel niet verschrikkelijk uit.
„Waar?"
„Hier aan het dijbeen".
Langzaam siepelt het bloed te voorschijn uit
de scheur in de broek. Ik scheur hem do broek
stuk. Een rond gat, waaruit zwartrood bloed
druppelt.
Kakt hem ,toch aan, kerels!"
„Ik ben ook gewond!"
Do Ebasser, die dit zegt, ziet er ook heei
vergenoegd uit. Maar nauwelijks beeft hij dé
woorden uitgesproken, of hij wordt wit. In een
oogwenk zijn de lippen blauw, uit mond en
neus druppelt bloed. Hij grijpt met beide han
den naar den buik.
„IVaar P"
„Aatt den rug en den voet". Van zijn voor
hoofd vallen zweetdruppels. Een verbindt den
ersten gewonde, die dit niet wil. Hij wil niet
erbondon worden, hij wil den andere, die
ernstiger gewond is, helpen. Een brave kerel!
Wij trokken den Elzasser, die half bewusteloos
is, do jas van het lichaam, het hemd moesten
wij open snijden. Een rond gat in den rug.
Uit den mond vloeit nog steeds liet bloed. De
lon^ moet geraakt zijn. „Ach, zoo erg is het
niet" zeg ik een grapje makend, „een schot,
in het vaderland te gonozen". Ik wikkel
hem Het verbandpakje op de wond, terwijl een
andere hem de schoen opensnijdt. De kogel is
in de schoen blijven steken. De voét is niet
geraakt.
S...ss...sss...8sss... weer voor onze veldwacht.
...Donders, er uit. wie niet aan het verbinden
i». In het gat onder de brug is het veilig.
Onmiddellijk zijn allen verdwenen. Wij bren
gen den gewonde half naakt in het veilige gat.
De Elzaeser ia nog krijtwit, maar hij glimlacht
alweer vriéndelijk. In het veilige gat liggen nog
twee gewonden. De sensatie is reeds lang voor
bij. Wij krijgen rillingen over den rug. Ook
geraakt door kogels van de eerste schrapnells.
Een heeft een sohot aan den hals. Maar zijn
goedmoedig gezicht grijnslacht vergenoegd uit
het verband. Hij neeft geen pijn.
Een hospitaalsoldaat komt aangerend en ver
bindt don vierden gewonde, die doodsbleek op
den grond ligt en naar adem hijgt. Versehil-
londe schoten in de borst en den schouder. Hij
steunt en jammert. „Water, water". Buiten
ontploffen nog steeds schrapnells en granaten.
Een paar minuten later kunnen drie gewon-
den met begeleiders teruggaan naar een veilige
plaats. Met de vierde ziet het er niet zoo goed
uit. Hij wil niet tot het bewustzijn komen. De
hospitaalsoldaat zit met een ernstig gezicht
naast den jongen, die op mantels cn dekens
ligt. Hij kan niet door de loopgraven getrans
porteerd worden. Wij wachten tot hot donker
wordt.
„Hoe gaat het er mee?" fluister ik den
hospitaalsoldaat in het oor.
Hij maakt een hopeloos gebaar en fluistert
terug: „De long. Een kwaad sehot'L
Ontdaan zitten do kameraden in de woon-
holcn. Waar nog een haif uur geleden do mond
harmonica speelde, de Kaarten op de tafel
vlogen, gelachen werd om flauwe moppen, daar
is het nu ijskoud, niettegenstaande do zon. De
dood heeft ons gegroet. Allen denken na, Den
ecne zijn do kogels tusschen de boenen door
gevlogen, van den ander is do pet gemakt.
Eu juist die vier... hoe gemakkelijk hadden ze
mij kunnen treffen... en do Elzasser was altijd i
zoo vroolijk.. en juist do vierde was zoo'n
brave kerel...
Om negen uur droeg men den vierde op éen
baar weg. Wij geven hem do hand. Hij merkt
het niet.
Een half uur later komen vier nieuwe van
,de reserve. Om'tien uur gaan de posten op
'wacht. Een paar nieuwe gezichten...
Twee dagen lang zit niemand in onze priee
len. Den vierden dag spelen wij weer skat in
de prieelen, de mondharmonica jammert.
„Hier zat de Elzasser" zegt er een, „waar
zou hij nu zijn?" Of hij er vaji boven op
komt?"
Een trekt de schouders pp.
Het hoofdbestuur van den Chr. Zeelieden-
Bond in Nederland heeft in een schrijven,
Zaterdag j.l. aan den Engelschen gezant ge
richt, geprotesteerd tegen liet vasthouden der
haringschepen in Engeland.
„Met' bitter leedgevoel cn groote .verontwaar
diging aldus wordt in dit schrijven gezegd
namen wij kennis van het besluit der Engel
sche regeering oin vreedzame visschersschepen
te beletten de haringvisscherij in de vrije Noord
zee uit te oefenen, onder voorgeven, dat do
vangst als contrabande te beschouwen is.
,.De Ncclerlandsche regeering heeft reeds
markt verkócht wordt en dat de Engelsche
regeering zich in deze zaak aan groote roei
schending schuldig maakt.
„Eveneens sluiten wij ons aan bij de meening
der reederij, dat een schadevergoeding noch
het krenkende karakter van den maatregel,
noch het materieele verlies kan wegnemen.
„Immers worden door het stilliggen der
•loot- niet alleen duizenden zeelieden getroffen
n hun eerlijke broodwinning, maar worden
ook andere duizenden werklieden en arbeidsters
in de nevenbedrijven gedupeerd. Werkloosheid
voor tallooz© arbeiders en bittere armoede in
hun gezinnen zullen liet noodzakelijk gevolg
zijn van dezen ongemotiveerden, willekeurige'!
en ongehoorden maatregel.
Het hoofdbestuur van genoemden Bond,
krachtig' opkomend voor de lieiangen zijner
leden en andere duizenden arbeiders in Neder
land, mocht daarom niet nalaten een ernstig
protest tegen het opbrengen, van vreedzame
schepen eener bevriende nstio uit to brengen,
daarbij tevens de hoop uitsprekend, dat de
gezant niet zal nalaten de Regeering door hem
vertegenwoordigd op de economische gevolgen
te wijzen, die de onbillijke maatregel voor
duizenden arbeiders in ons land hebben zal."
Aan den Ncderlandschen gezant te I/onden
werd door hc-t hoofdbestuur van den Chr. Zee
mansbond om medewerking gevraagd ter be
hartiging van do belangen van personen be
trokken bij het vasthouden van schepen.
Eveneens werd medewerking verzocht van
do Chr. Zeemansvereeniging aldaar.
De nfdeeling Scheveningcn van genoemden
bond richtte nogmaals het- verzoek aan de
Scheveningscho Reederij om te willen bevor
deren, dat aan de gezinnen van de zeelieden,
iio in Engeland vastgehouden worden, een
lillijke uitkeering gedaan wordt om in de
•erste levensbehoeften te voorzien.
Volharding, Ma
Te L e r w i c k en Kirkwall: Joha
aria, K.W. 131; Neeltje, VI. 166; Wilhel
mina, K.W. 101; Holland één K.W. 133; Pe-
tvonella Neeltje, VI. 179; Arie Cornelis num
mer en letters onbekend. De Zes Gebroeders,
VI. 129; Apollo, VI. 155; Burgemeester Rip
ping, Ma. 1; Harry, VI. GO; Toekomst, Sch.
13 en vele anderen nog niet bekend.
Men seint aan „Het Volk":
Uit allé havens zijn alle voor uitvaart klaar
gemaakte schepen vertrokken. Kennelijk oog
merk der reeders is het conflict in den srberp-
sten vorm te stellen en af te wachten of nl deze
honderden schepen worden opgebracht. De zee
lieden wachten geen bezwaren, doch onderhan
delingen zijn geopend over schadeloosstelling bij
inbeslagneming, aangezien dan de gebruikelijke
loonbetaling in, verband met de besomming
onmogelijk wordt.
Het beschieten van Nederiandsche visschers-
vaartuigen.
Uit IJmulden wordt bericht:
Het geval van den Yla-ardinger logger schijnt j
niet alleen te slaan en is vergissing dus wel
uitgesleten. Zoo vernemen we van den schip
per van een te IJmuiden binnengekomen ha-
ringlogger, dat 'hij en andere schippers getui
gen zijn geweest van een aanval van een onder
zeeboot op den stoomlogger, dien men aan de
rken herkende ala toehehoorende aan dc
firma Wed. 1. S. Groen, to IJmuiden.
Schipper van Duivenvoorde van den logger
„Gijshert Karei van Hogendorp" K. W. 110,
berichtte daaromtrent het volgende:
'b IVas de ochtend van Woensdag 19 Juli.
JMSs
waren zeilende en hadden rondom ons een
goede dertig visschersvaartuigen, waaronder
wij er een aantal van Katwijk cn een van
IJmuiden konden herkennen, n.l. de ..IJ. M.
237" .bonovens genoemden stoomlogger en bo
vendien een Noorsche bark, die blijkbaar kort
te voren dc haven van West-Ha rtlepool verla
ten had en koers zette naar de Noorsche kust.
Wij schoten weinig op, want het was bijkans
bladstil.
Op eens dook midden in deze vloot van sche
pen oen groote. witte onderzeeboot op, waarvan
wij de nationaliteit niet. konden vaststellen en
ook geen nummer of merken konden ontdek
ken. Zonder eenige voorbereiding of waarschu
wing en naar onze moening zonder eenige aan
leiding want er was geen enkel oorlogsschip in
den omtrek te bekennen, begon de onderzeeër
met eon kanon, dat op het voordek van, den
onderzeeër was geplaatst in het wilde weg te
schieten, zoodat do projectielen in de onniid-
delijko nabybeid van ons vaartuig neervielen
en r-roote waterzuilen deden opspringen.
•keerden natuurlijk in grooten angst,
da
duikboot begeven
Na oen onderhoud, waarvan wij natuurlijk
niets konden opvangen, doch dat den duikboot-
commandant waarschijnlijk zijn vergissing deed
inzien, zagen wij dan ook 'de bemanning van
den stoomlogger naar hot schip terugkeeren en
in O. N. O. richting zoo spoedig mogelijk ver
trekken,. terwijl wij den onderzeeër in Weste
lijke richting zagen verdwijnen. De schrik zat
ons danig in de leden. („N. v. d. D."'j
Nedorlandsch stoomschip gezonken.
Men meldt ons uit, Vlissingon
Te ongeveer half negen meerde hier
Maandagavond aan de oude ponton aan de
Kolenkade in de Buitenhaven hot marine-
politievaartuig „Zeehond" met- ^geredden
van 1 hot stoomschip „Maas" aan boord.
Najat- do marine- en de politie-autoritei ten
aan boord hunne ondervragingen tot den
kapitein hadden gericht, werd eerst een
rtoker, wiens zenuwen overspannen waren,
per bra-card naar liet ziekenhuis gebracht-
Vervolgens werd de 17-jarige mess-
roomjongen, die bewusteloos was, van
boord "©haaid en, spoedig daarna pverleden,
door de politie naar liet lijkenhuis op dc
algemeen© begraafplaats overgebracht.
Spoedig daarop kwamen ook de tien ander©
overlevenden aan wal.
Hun verhaal over het gebeurde was zoor
sober. De kapitein Knook stond op de brug.
Het was 10 minuten vóór acht uur, toen
middensoheeps e©n hevig© knal ontstond en
het sohip direct, zonk. De kapitein bad nog
juist tijd zijn roddingsgordel aan to de&n,
maar la.g toen ook in bet water. Zoo ver
ging bet ook de'anderen. De ©erste machi
nist en de tweede stuurman waren juist
aan liét ontbijt begonnen. De machinist
rende mar de machinekamer, maar kon
daar niet meer komen: st.com en rook belet
ten dit en zijn ook de oorzaak, dat al d©
andere mannen met het 2000-ton groote
schip in de golven verdronken.
Do ramp gebeurd© op ongeveer één mijl
van de Noord-Hinder, maar was gelukkig
ook waargenomen door de bemanning van
do „Zeehond", die mededeelde dat de boot
in 90 seconden verdwenen was.
Na ongeveer een half uur ojd gordels en
wrakhout, vrij ver van elkaar, te hebben
rondgedreven, werden allen door de.beman
ning van de Zeehond" aan boord gebaald
en daar zeer hartelijk verwelkomd. In de
eerste plaats werden droge kleercn ver
schaft en werd oen' gewonde matroos ver-
bonden.
Nog geruimen tij'd werd daar rondgeva
ren, maar niemand werd verder aangetrof
fen; alleen werd nog wat wrakhout opge-
vischt. De kapitein trof aan boord van de
.Zeehond" direct vier kennissen aan, ter
wijl hij hier in Vlissingen eveneens geen
onbekende was, daar hij hior lang op cle
Zeevaartschool is gowocst. Over het verblijf
aan boord van liet maf ine vaartuig hadden
de mannen niets dan lof.
Vragende naar do oorzaak van dc ramp,
vernamen wij dat men deze zelf niet kan
vaststellen, al is het zoo goed als zeker, dab,
n et ruëV een mijn gBKtJT. Op'èën' Vier ril ijl
afstand werd wel con onderzeeër waarge
nomen, maar con bellenbaan is niet gezien.
Een vertegenwoordiger der reederij was
hier om de mannen te verwelkomen. Allen
hadden gehoopt Maandag voor vijf uur te
Rotterdam te zijn, maar moeten nu hier
overnachten'om morgen vroeg te 7.10 naar
Rotterdam tovertrekken. Do ontvangst
thuis zal na de redding zeer dankbaar zijn,
doch het moeten achterlaten van tien doo
den is een vreeselijko gedachte.
Naar
,Maas'
De vriend van den vierde kijkt, alsof hem
ladehjk de tranen uit do oogen zullen loopen.
Een charge der [nciïsehe
cavalerie.
De „Manchester Guardian" geeft eene
jeschrijving van een charge van de Deccan
Indisch cavaloriecorps
ïorse wveioi
ijdens de gevechten in Frankrijk
„Op weg naar het hooggelegen terrein tus-
ihen Bazentin-le-Grand en den noordelijken
bek van het Mametz-bosch, werd de cavalerie
ntdekt door de Duitschers en spoedig werd
g' met artillerie- en machinegeweorvuur aan
brallen. De gelederen verspreidden zich en
jchten zooveel mogelijk dekking, waarna de
irliezen gering werden.
Toen do rechtervleugel eonigen vooruitgang
id gemaakt,, volvoerde oen onzer aeroplanes
in merkwaardig stout stukje. Er werd een uit
in dicht kreupelboschje hevig vuur op onzo
jvalerfo gericht. Plotseling kwam de vlieger,
ie in de lucht had rondgevlogen, tot op 100
eter hoven onzo cavalerie dalen en opendo
let zijn Lewcis-geveer een hevig vuur. Een
jgenblik dachten onze mannen, dat de aero
bian,, ofschoon die de Engelsche kenmerken
ioeg, door een Duitseher bemand was en
ankten reeds hunne geweren gereed om te
itwoordon. Maar toen zij bemerkten, dab er
jen kogels oy hen neerkwamen en dat de
Jroplaa-n bovendien een goed doelwit wa.s voor
I verborgen vijandelijke machinegeweren, bo-
jepen zij spoedig, dat de dappere waarnemer
i plaats had ontdekt waar de Duitschers ver-
irgen waren en op hen vuurden.
Vier malen vloog de aoroplaan 'ovor die plek
ien, blijkbaar tot hij zijn munitie voor raad
id uitgeput en zelfs toen toonde hij onzen
innen nog waar de vijandelijke schutters
ueri verborgen, voor hij voorgoed lieenvloog.
pit éea Plet gras begroeide helling kwamen
Wij»
doch meenden toeh te k'nnien rnS-ken' 'dêt'ïtrf
sohieten met eoozeev op ons Bericht na» den
op genoemden stoomlogger. IVij zogen de he.
momtuig van dit vaartuig onophouddiiit
m»;' ">at de Hollandseho vlag ei S
voortdurend de stoomfluit gaou, om C
nefefn' do™ "pmortea. dat men
Khbn n-k u ™"™"E doen had. Daar
scheen met voldoende tekening mede gehouden
te worden, althans het schieten ging dnor en
bemanning van den stoomlogger zag zich uit
hun vaartuig te verlaten, omdat ,n ieder
5Öi. p <ien grMd k0"d™ aio-
Toen do bemanning het schip verlaten had
ïorandcnle de onderzeeboot van koers en be
gon de Noorschs bark te achtervolgen,
dc „N. R. G'fc." meedeelt was do
voor vijf ton verzekerd.
RaacJ voor do Soheopvaart.
*^Ld®JSch,6ePvaa.rfc. doed'Maandag
Jord
au der Lin-
letroffeid, de ontploffing aan boord
ian den, logger „Mmistcr-Gort va
don", SCH 141.
deDST'HniJiiS TT °°r<le.pl- dat de schade/aan
h 1 ontstaan, niet kan worden tooge-
schreven aan oen ontploffing van een mfin
onder het schip.
n"ar mooning, geen
ïïs dal'Jl'i r"" "l" onil',loff'"K acetyleen-
gas, dat zich in het. achteronder, waar zich
ïtlt?„kraanttJ0 ,d<?,VeidinS bevindt, in de*o
afgesloten ruimte heeft verzameld. Hoewel de
SeTn verklaarden- d-M bot, kraantje ge
sloten was. meent de Raad aan di© vcrklarum
niet te veel waarde te moeten hechten.
,mUiCt n,aar v* Raads meaning aanbeveling
verdienen, dat tink, nftapkruantjes, welke eon
gei aar voor het ontsnappen van gas onleve-
ren, beschermd worden, „„Het se niet glmak.
kelijk geopend kunnen worden
d.ldes,?!1 dtod, v°°rt;s 'litspraak betreffende
tv o geu 1 s-'-PPor op de bCH 141
De Ka.tl ,s ,n Hete van oordeel, dat het
overlaten van den dokdienst non een liehame.
nog een of twoe geweerschoten en eenige m»n-
nn„ tan de Deceon Horse reden er hoen. Acht
Duitschers kwanten uit granaattrechters te
voorschijn, wierpen zich op de kuieen en riepen
om genado. p
Voort ging het weer, voort!
Een half eskadron Dragoon Guards en een
f esxadron Deccan Ilorse reden vooruit in
verspreide orde. Allen waren met lansen gewa
pend. Zij reden reeds in snellen draf toen het
bevel kwam om te chargeoren.
„Het was als een ren over een poloveld:
ze! een officier, „behalve dat het bij onze man
nen bittere ernst was. Vijftien of twintig man
van don vijand werden neergestoken en noe
een dertigtal staken de handen omhoog."
In Mesopotamië.
Een soldaat, di© in d© Mesopotamische
woestijn gewond was, beschrijft in de
„Daily Mail" zijn© lotgevallen. Hij
zegt o.a.
„Ik tastte met mijn linkerhand in mijn tu
niek en voelde tqt mijn verbazing daar warm
bloed vloeien. Toen begreep ik pas, dat ik
gewond was en tamelijk ernstig ook. Mijn
koppel deed mij pijn, zoodat ik die afdeed.
Ik voelde met mijn hand langs mijn geheele
lichaam om de wond te zoeken, maar kon er
geen vinden. De kogel wns in mijn rug ge
drongen en wns achter mijn borstbeen blijven
steken. Geleidelijk werd de lievig© pjjn minder
on ik gevoelde een niet onaangenamo gevoel
loosheid over mij komeü.
Het voortdurend geroep van iemand, die
hevige pijnen leed, bracht mij weder tot be
wustzijn. De meedoogenloozo zon brandde hoog
uit dè luoht op ons neer en ik gevoelde mij
koortsig en dorstig. Er riep iemand: „.Haal
de brancardiers!"
Vlak bij mijn hoofd Ineen ccn 1
een koppelriem en een geyser en ik herinner
mij flauwtjes, dat een Sikh eenigen tijd naast
mij lag en toen opstond en wegliep. Ik bracht
langzaam mijn arm boven mijn hoofd, pakte
'de riem van mijn veldflesch en trok dio naar
mij toe. Mot moeite haalde ik do kurk eruit
en bracht ik de flesch naar mijn gezicht, zot
te den hals tegen mijn lippen, maar ontdekte
tot mijn schrik, dat ik niet do kracht had om
de flesch op te lichten om te drinken.
Tranen stroomden langs mijno wangen na
twee of drie vergeefsche pogingen, want ik
had ergen dorst. Ilt zei niets meer want
mijn keel was droog en hard. Zoo lag ilc naar
het geel on blauw van de lucht te staren, tot
ik weder het bewustzijn verloor.
Het gedreun onzer eigen kanonnen deed mij
weder ontwaken en dat geluid bemoedigde mij.
„Daar zullen ze van lusten!" dacht ilt mèb
vreugde. Een uur lang duurdo het vuur voort
en daarna werd alles iveer duister voor mij.
Het begon reeds donker to worden, toen ik
weder bijkwam. Een man stond vlak bij mij
en tuurde over het veld in hot rond. Iemand
had mijn zonnehelm boven mijn gezicht ge
plaatst. Hij kwam naar nuj toe.
„Komen de brancardiers?" vroeg ik en hij
zei mjj, dat ik het eerst aan do beurt was.
Kort daarop kwamen de brancardiers dan
ook, die een draagbaar achter nuj zetten. Ilc
leed veel pijn toen zij mij daarop legden, want
ik kon met velen, dat iemand mij ergens aan
raakte. Ten slotto echter gelukt© het toch en
ik lag nu op mijn linkerzijde.
Ik geloof wel, dab zij zoo voorzichtig moge-
lyk liepen, maar iedere stap deed mijn lichaam
zoo geweldig schokken, dat ik half gek was van
de pijn. Ik herinner mij niet hóe ver het was
van do vcrbandplaats, maar ik herinner my,
dat ik door de artilleriestellingen heen gedra
gen werd, waar d© kanonnen weder aan het
vuren waren.
Aan do vcrbandplaats aangekomen werd ik,
met draagbaar en al, op een tafel geplaatst en
ik voelde me gelukkig tqW.Lk oozw bataijj.qn»-
dokter zag aaokftmsg,