Set vergroate Bulgarije.
ZEE.
Binnenland.
s
TJIaJ SOXjr>i\.TKlXrCOUFlAM1' van 3 X ri/EcwnT"t X €5 X €3
Dit is wel een merkwaardig kaartje
van een doel van het Balhan-sohier-
oiland. Het laat ons zien, hoe het
koninkrijk Bulgarije in de laatste
jaren is toegenomen. Het grootste
stuk, rechts-boven, waarin wij de
letters GAKIEN zien staan,
is het oorspronkelijk gebied van koning
Ferdinapd voor 1912, Het gedeelte
daaronder, met Dedeagatsch, is vroeger
op de Turken veroverd en links zien
wij het stuk, dat de Bulgaren thans
van Servië hebben bezet. Oorspron
kelijk was dit ook van Turkije n.l.
een gedeelte van Maoedonië, waarom
eigenlijk do Balkanoorlogen hebben
plaats gehad. Doch toen was Bulga
rije minder golukkighet verloor den
strijd tegen Servië en Griekenland,
waarin ten slotfe ook Roemenië zich
mengde, en het moest zich tevreden
stellen met slechts een deel van Ma
cedonië en wel het minst belangrijke
deel.
zich tegenover de overmacht niet houden.
De Franschen deden alles om na Douaumont
ook nog niet Va us te verliezen. Binnen een
gebied van weinig meer dan drie kilometer
hadden zij vijf divisies opgesteld en zonder zich
om verliezen te hekommeren ging hun infante
rie voorwaarts.
Terwijl op de rechterzijde van de Maas zich
deze toestand ontwikkeld had, konden de
Franschen van. hun stellingen links van de
Maas en vooral van uit hun keten van wer
ken, die over den heuvelrug tusscben Cliarnj
en liet Bourrus-bosch liep en waarvan in het
midden het fort Marre ligt, artilleristisch zeei
sterk optreden tegen de Duitsche strijdkrach
ten in het gebied van Vacherauxville-Louve-
mont en Bras. Deze artillerie moest afgeleid
worden. Toen geschiedde iets, dat de Fran
schen niet verwacht hadden. Op drie. plaatsen,
bij Brabant, bij Samogneux on bij Cha-mpneu-
ville, gingen Duitsche afdeelingen bij het aan
breken van den dag over de Maas en terwijl
het dorp Forges, ém de aandacht af te leiden,
van voren aangevallen werd. bestormden an
dere afdeelingen de hoogten ten zuiden van
Forges. De verrassing gelukte, zoo volkomen,
dat de Fransch'e artillerie op de hoogte nog op
de het dorp aanvallende Duitscliers schoot,
toen Duitsche infanterie reeds in haar rug
stond en begon, de bediening met geweren te
beschieten. Terwijl de Duitschers door de over
rompeling voor den eerst geheel onvoorbereiden
en vervolgens nog verkeerd georienteerden
vijand den belangrijksten aanval bijna zonder
verliezen hadden bunnen volvoeren, verloren de
Franschen geheel het hoofd. In ongeregelde
vlocht snelden zij door het bosch van Oumières
en het Kraaienbosch, die zij beidé dan ook ver
loren, benevens de Mort Homme-stelling. Het
dorp Cumières ligt tussohen beide linies in zoo
zwaar vuur, dat niemand het er in kan uit
houden.
Deze loop der gebeurtenissen verklaart waar
om tegenwoordig het voornaamste gewicht van
den strijd op den linker Maasoever ligt, waai
de Beieren en Wurtembergers nu bij Malan-
court en Vaucourt- een belangrijk succes heb
ben behaald. Nu ligt de geheele -westelijke
oever onder het flankeerend vuur van de zware
artillerie, waaronder de forten en de aanslui
tende stellingen hevig te lijden hebben.
lederen nacht ziet men de grooto steekvlam
men van ontploffende voorraden amunitio.
RUSLAND.
Van het Oostelijk oorlogsterrein.
EERLIJN. De generale stad? rappor
teert:
Opnieuw vielen de Russen met versche
troepen aan op het Duitsche front bij
Postawy. Dapper bieden daar de afdeelin
gen van het Saarbriicker korps den vijand
bet hoofd. Tegen de gelederen van de aan
hun zijde strijden4© Brandenburgsche en
Haimveraansche troepen bloedde de hevige
aanval van twee Russische divisies dood
onder zware verliezen voor den vijand. Een
ge'.ijk lot ondergingen verschillende nachte
lijke aanvallen van den vijand om het bij
Mokrzycs verloren terrein te herwinnen.
Da toestand aan de Duna.
BERLIJN. Over de Russische aanvallen
aan het oostelijk front schrijft de particu
liere berichtgever van het „Berl. Tagebl.":
,,De Russische aanvalstroepen, die hier
In het vuur worden gebracht, zijn zeer
groot. Minstens zes infanterie-divisies. De
Russische verliezen zijn ontzettend. Op een
front van 120 K.M. werden deze verlie
zen op 80,000 man geschat.
,,Op 19 Maart deden dei Russen een aan
val met zeven regimenten tegen een cava-
lerie-brigade. De Russen kwamen echter,
ondanks, dat zij vier malen aanvielen,
slechts tot aan de versperringen. Hier had
den zij een verlies van drieduizend man, de
Duitschers van twee dooden en zes gewon
den.
,,Op 24 Maart verschoten de Russen op
de linie van Dunaburg 6000 graten. Door
dit trommelvuur verloren de Duitschers
geen man. Bij enkele Russische divisies kon
uit de overbli jvende, slechts een enkel nieuw
regiment worden samengesteld. Deson
danks zijn er verschijnselen, die er op wijzen
dat binnenkort nieuwe Russische colon nen.
zullen worden vooruitgedreven. Dit betee-
kent voor ben een zekeren dood.
,,De Duitsche linie is niet geschokt, en
niet te schokken."
De strijd aan het Oostelijk front.
De .Ti nes' '-correspondent te Petrograd
seint d.d. 26 dezer aan zijn blad:
..Bijna over het geheele front, van de
Golf van Riga tot de Poljesië. wordt
hardnekkig gestreden. De Russen zijn .aan
do winnende hancl. De grootste activiteit
heerscht in de sectoren van Jacobstadt,
Dunaburg, Vidzy, Sek'a en die, welke zicb
aan den Globokoi- Svientziany-spoorweg
aansluiten. Het gelukten den Russen na
een s-anval op Jacobstadt, krachtige ver
sterkingen jn de buurt van Yepuku te
nemen en alle tegenaanvallen af tè slaan*
,.Ds aard van deze gevechten wordt groo-
tsndeels bepaald door de weersgesteldheid.
De tijd voor dé voorjaarsoverstroomingen"
breekt aan en beide legers moeten er op
bedacht zijn te zorgen, dat elk zoo weinig
mogelijk last daarvan heeft en dat de tegen
standers er zooveel mogelijk door bemoei
lijkt worden. In dit verband beschouwd is
de Russische opmarsch op den linkeroever
van de Dwina bij Dunaburg 6n jn de rneer-
districten zeer belangrijk, omdat dienten
gevolge bet resultaat van den ingespannen
arbeid des vijands gedurende den geheelen
winter te niet gedaan wordt.
„Afgezien van de psychologische beteeke-
nis van een aanval ever een zoo uitgestrekt
front, waardoor de vijand zioh voortdurend
blijft afvragen, gaar de ydgende slag zal
vallen, belet hij hem bovendien den strijd
plaatselijk te maken. Dientengevolge moet
hij ervan afzien een aanval te ondernemen
op sectoren, die hij anders zeker zou aan
vallen." 1 j
Een uitweg naar de zee.
Bij gelegenheid van het debat over de
begrootiug van buitenlandsche zaken in de
Doema besprak Miljoekof, leider der Kadet-
ten, allerlei vraagstukken die op den oorlog
betrekking hebben. Vooral zijne'uitlatin
gen over het al-oud© Russische vraagstuk:
den uitweg naar de zee, trokken zeer de
aandacht. Hij verklaarde dat de Dardanel-
len in Russisch bezit moeten overgaan. Met
het oog op het streven van Duitschland
naar machtsuitbreiding naar het Oosten,
zal volgens Miljoekof de vraag niet meer
zijn of de Dardaneflen Russisch of Turksch
zijn, -doch of zij Russisch of Duitsch zullen
worden.
Rusland zou zich niet verzetten tegen
eene gedeeltelijke neutralisatie der Darda-
nellen, doch zou nooit toestaan dat vreem
de oorlogsschepen in de Zwarte Zee komen.
Miljoekof verzekerde voorts, dat het den
Russischen zaakgelastigden gelukt was de
geallieerden te bewegen toe te staan, dat
de Dardanellen in Ru'sland's bezit zullen
komen, door hen te wijzen op het gevaar
van het opdringen der Duitschers in de
'richting van Bagdad.
Tenslotte verklaarde hij, dat hij een be
zoek gehad had van een Zwitser, die hem
had medegedeeld, dat Duitschland onder
handelingen zou willen aanknoopen op de
basis der ontruiming van België en Servië.
Vrouwen aan het Russische front,
't Gebeurde bij Xovastolky, aldus een front-
correspondent in de Daily Telegraph'1. De
Russische troepen hadden juist een schitteren
de overwinning behaald. De verslagen Duit
schers- bombardeerden het dorp, dat weldra
in vlammen stond. Voor ons was het zaak te
houden wat we eenmaal hadden en zooveel
mogelijk de bosschen te bezetten, ten einde
het den vijand onmogelijk te maken om zich
daarin terug ie trekken. Dus wc-rden onze
reservetroepen in die bosschen gestationneerd.
De mannen zaten om de kampvuren en keken
met een onverschillig gezicht naar den voorbij-
trekkenden stóet van vluchtelingen en gewon
den.
Langzaam aan marcheerden de nieuwe regi
menten in de richting van den vijand. Zij
moesten den aanval voortzetten en de uitge
putte troepenmachten vervangen.
Met mijn camera in de hand sla ik in gezel
schap van een paar officieren, die mij tot gids
strekken, do troepenbeweging gade. Ik ben op
zoek naar nieuwe indrukken die niet zoo ge
makkelijk meer worden opgedaan, wanneer
men den oorlog aan 'beide fronten heeft gevolgd
en tot de conclusie is gekomen dat het hier
als het Ware een eindelooze herhaling geldt.
Plotseling ontdek ik een soldaat die, wan
neer hij ons ziet, onmiddellijk 'achteruit wijkt
en zich bij do anderen weer in de achterhoede
voegt. Deze beweging alleen, is voldoende om
mijn aandacht te trekkenen ik zie met ver
bazing dat dié soldaat lang haar heeft en de
oogen van een vrouw.
Als ik mijn metgezellen er naar vraag, ant
woorden zij,,Ja zeker, dat is een vrouw. Hebt
u nooit gehoord van een zekere Vera...., een
goed, dapper soldaat die reeds een decoratie
heeft verdiend."
Ik uit mijn verbazing over dit alles, waarop
de anderen zeggen: „Natuurlijk geldt ook bij
ons als tegel dat vrouwen niet bij de troepen
worden ingelijfd, maar de autoriteiten zien een
enkele uitzondering die zij beschouwen als van
onschuldigen aard te zijn, wel eens door de
vingers. Bij den aanvang van den oorlog heb
ben enkele vrouwen getracht onder een man-
nelijken naam dienst te nemen. Zij wilden hun
echtgenoot, hun verloofde, hun vader volgen,
en daa.r er op hun gedrag absoluut niets aan
te merken viel, meende men dat er geen enkele
reden bestond om een goed soldaat het gezel
schap van zijn vrouw of meisje, wanneer onder
elat gezelschap do dienst niet het minst leed,
ie misgunnen.
„Vrouwen die alleen door een krijgszuchtig
idealisme en door vaderlandslievende gevoe
lens gedre'/en worden tot dienst nemen, be-
hooren tot de uitzonderingen. Vera is echter
een van dio witte raven."
Hoewel Vera zeer handig mijn camera wist
te ontwijken heb ik haar toch even kunnen
opnemen. Ze is krachtig gebouwd, heeft een
gezonde kleur en oogen waaruit noch ver
legenheid, noch behaagzucht spreken. Ze
draagt precies dezelfde uniform als haar kame
raden met wie zij alle wcderwacigheden van den
veldtocht trouw deelt.
Doordat ze gewond werd, heeft men ontdekt
tot welke sekse zij behoorde. Do soldaten die
wisten wie hun kameraad was, hadden het feit
steeds angstvallig voor hunne superieuren ver
borgen gehouden.
Ondanks alle glimlachjes en gefronste wenk
brauwen waartoe het bovenstaande allicht aan
leiding zal geven, aldus de correspondent, ben
ik er van overtuigd, dat Vera's optreden als.
actief soldaat noch ironische opmerkingen, noch
verwondering, noch vrees behoeft to wekken.
Gedurende mijn talrijke reizen heb ik meer
dan eens gelegenheid gehad op te merken dat
het den Russischen soldaten volmaakt onver
schillig laat of ze zich.al dan niet in het ge
zelschap van vrouwen bevinden.
Bij ecu van de regimenten die in Galicië
vechten heb ik een tweedo vrouwelijke soldaat
-ontmoet. Een officier verteldo me dat ook
hier de kameraden het feit voor hunne supe-
rieurcr verborgen hadden gehouden. De offi
cier zelf kwam er bij toeval aohter. „Hij wou
den soldaat wegens zijn goed gedrag tót or-
donnance bevorderen en liet hem daarom bij
zich komep. Het gezicht van den jongen man,
meer speciaal do oogen, trokken zijn aan
dacht. Hij begon te vrageneerst volgden
ontkennende antwoorden, maar ten slotte, toen
he^ meisje min of meer in het nauw gedreven
werd, begon ze te huilen en bekende alles.
eZ bad in de maand Mei onder den naam
Tan ja Kakourine dienst genomen. Ze was 16
jaar on elaagda et door het dragen van een
langen mantel in haar meisjesfiguur te ver
bergen.
Al de moeilijkheden van den dienst, al de
gevaren van het slagveld werden haar deel. Ze
is dapper, aldus verklaarde de officier; en
j ze voelt zich volmaakt gelukkig onder ons.
Trouwens, de daperheid schijnt haar in het
bloed to zitten. In den oorlog tegen Turkije
heeft Tanja's moeder in 1877 op dezelfde wijze
als haar dochter dat deed, dienst genomen in
het Russische lager.
Tanja's gedrag is onberispelijk. Ze ziet er
aardig, frisch en gezond uit. D'e uniform kleedt
haar uitmuntend. Ze gaat kameraadschappe
lijk mot de soldaten om, doch geeft aan nie
mand hunner de voorkeur. Do jongens op hun
beuift zouden voor Tanja door het vuur gaan;
on toen zij onlangs hoorden dat het meisje
voorgedragen zou worden voor het kruis en de
medaille van de orde van St. George was de
vreugde algemeen.
Onze kleine Jeanne d'Arc babbelt en laoht
als een kind, en toch is zij au fond ernstigen
bezit een gepast gevoel van eigenwaarde. Deze
beide laatste hoedanigheden werken als een
onzichtbaar schild. Ik ben er van overtuigd
dat de soldaat die Tanja. zou durven aanra
ken geen leven meer zou hebben. Een altaar
of een' vlag worden niet ongestraft geschonden.
Ten slotte kan ik nog een vrouwelijke soldaat
vermelden die eerder dan Tanja met de maagd
van Domrèmy vergeleken kan worden.
Een Russische liefdezuster, juffrouw Iva-
noff, bevond zich op een gegeven oogen-
blik tusschen een compagnie waarvan al do
officieren gesneuveld waren. Zij zelf heeft
toen aan het hoofd der troepen plaats genomen
en een. vijandelijke loopgraaf veroverd, die de
soldaten eerst niet aandurfden.
Doodelijk gewond, werd zij op bevel van den
keizer zelf, gedecoreerd met het kruis v^n St.
George in email; een onderscheiding die uit
sluitend officieren ten deel valt.
ITALIË.
Van het Italïaansche front.
Leonliard Adelt seint aan het „Berl.
Tagebl." uit het Oorlogsperskwartier
Langs het goheele Italiaansche front van
Zuid-Tirol af tot d© Adria zijn hevige ge
vechten aan den gang. De Italiaansch©
artilleri© hervatte de beschieting van d©
Oostenrijksch-Hongaarsche steunpunten
echter zonder noemenswaardig© schade aan
te richten. DeOostenrijksch-Hongaarsche
batterijen beantwoordden het vuur krachtig.
De Italianen deden met oen sterke troe
penmacht aanvallen op het Karinthische
front en bij den Plöckenpas, teneinde de ver
loren hoogtestellingen op de Oostenrijkers
te heroveren. Het gelukte hun echter niet
terrein te winnen. Het gevecht duurde den
geheelen nacht en kreeg steeds meer uit
breiding.
Aan het bruggenhoofd bij Görz dreven
de Oostenrijkers den vijand uit zijn voor
uitstekende steunpunten in de nabijheid
daarvan en maakten daarbij 500 gevan
genen. Dit aanvankelijk succes leidde tot
de herovering van den bergrug van Osla-
wija, welke den Italianen vele honderden
dooden en 1200 gevangenen kostte. Nadat
De toestand in Turkije.
De correspondent van de „Daily Chro
nicle" te Saloniki bericht, dat de nood in
Konstantinopel zoo hoog is gestegen, dat
de bladen de bevolking raden naar Klein-
Azië tentnokken, waar, naar het heet, groo-
tere voorraden voedsel aanwezig zijn.
De „.Tallin", hc^ officieel© orgaan van
Enver Pasja en van de oorlogspartij,
schrijft dat het volk in de hoofdstad letter
lijk van honger omkomt. „De zwartste
ellende," zegt het blad, „is de eenig moge
lijke uitdrukking om den toestand, te Kon
stantinopel, Broessa, Angora en Smyrna
aan te duiden.
„Aan de eene zijde worden wij in mili
tairen zin uitgeput door onze machtige
vijanden. Aan de andere zijde dreigt het
spook van den hongersnood.
„Economische uitputting is erger dan mi
litaire. Wij hebben gebrek aan levensmid
delen, terwijl duizenden werldoozen langs
de straat loopen om werlc te zoeken, dat zij
niet zullen vinden. Hieruit blijkt de
buitengewone ernst van de economische cri
sis die wij thans doormaken.
„Er is geen petroleum, koffie, suiker of
rijst. Het volk moet vechten om brood te
krijgen en het is onmogelijk het volk van
Konstantinopel te voeden."
De „Daily Chronicle" voegt hieraan toe,
dat men wel mag. aannemen, dat de
„Tanin" niet overdrijft bij liai-e. beschou
wingen over een toestand dio tot ernstige
.gebeurtenissen kan leiden.
Turksche vredesverlangens?
LONDEN. De „Daily News" meldt uit
Athene, dat een gedelegeerde van den Vali
van Smyrna aan den vertegenwoordiger te
Athene de vraag stelde of de geallieerden
bereid zouden zijn tot onderhandelingen of
een afzonderlijken vrede met Turkije. Den
gedelegeerde werd meegedeeld, dat de geal
lieerden geen vrede met Turkije wenschten
te sluiten, daar ze van oordeel waren dat
het land niet in staat is ernstig webrstand
to bieden aan de aanvallen, waaraan het
thans aan verschillende kanten is onderwor
pen. De geallieerden waren evenmin bereid
zich te binden bij voorbaat door beloften
over het lot van Turkije na den oorlog.
VËREENIGDE STATE»
De strafexpeditie naar Mexico.
Naar uit New-York aan de „Times"
wordt geseind, heeft president Wilson eene
merkwaardige verklaring.afgelegd, een ver
klaring n.l., waarin hij er op aandringt dat
de burgerij de gebeurtenissen in Mexico
kalm zal opnemeii en' vooral de gevoelens
van het Mexicaansche ontzien. Deze ver
klaring is uitgevaardigd met hot oog op
de alarnieerende geruchten, die in d©
Voreenigde Staten de ronde, deden om
trent de houding van president Carranza
ea van de Mexicanen in het algemeen ten
qpzichte van de strafexpeditie van generaal
Pershing. Wilson achtte het noodig te
herhalen dat deze slechts tegen Villa ge
richt is en volstrekt niet als een aanslag op
de souvereiniteit van Mexico is bedoeld.
Om president Carranza gerust te stellen,
heeft Wilson medegedeeld, dat er geen©
troepen meer naar Mexico zullen worden
gezonden. G-eueraal Pershmg hoeft bericht
gezonden, dat zijn© strijdmacht groot ge
noeg is, doch dat het lang kan duren alvo
rens hij Villa zal kunnen vatten.
Onze zeevaart.
D© i,Prins der Nederlanden" van de
Stoomvaartmaatschappij „Nederland" .en
de „Tambora" van de „Rotterdamsche
Lloyd" zijn Zaterdag van Falmouth naar
Plymouth vertrokken om daar .kolen in te
nemen. Vandaar keeren zij om de Noord
naar Nederland terug. Gerekend'wordt dat
niet deze reis vijf dagen gemoeid zullen zijn.
Naai' men weet zullen beide booten door
een sleepboot aan de Noorsche kust worden
opgewacht.
In de laatste da-gen is er zoer veel gecon
fereerd tusschen den Minister van Land-
aldus hun pogingen om het onneembare bouw aan den ©enen kant, de voorzitters
Podgora, tevens sperfort voor Görz, van I der „Scheepvaartvereeniging", der „Ver,
uit het noorden te omsingelen mislukt
waren, brachten de Italianen hun batterijen
•vooruit tot aan het Göraer bruggenhoofd
om door een flankbeweging uit het zuiden
d© bruggen over den Boven-Isonzo onder
vuur te nemen. Deze vooruitgeschoven bat
terijen werden door nauwkeurig vuur der
Oostenrijksch-Hongaarsche artillerie buiten
gevecht gesteld.
Op den slag in het open dal volgde een
krachtige aanval op do noordelijke helling
van de Podgora-hoogte.
De Oostenrijksch-Hongaarsche troepen
namen stormenderhand den geheelen sector
der Italiaansche stelling.
GRIEKENLAND.
Een luchtaanval op Saloniki.
SALONIKI. Na ongeveer twee maanden
vrij gebleven te zijn van luchtaanvallen, ter
wijl de dreigementen met. Zeppelins zich
nooit verwezenlijkfen, is Saloniki Maandag
weder eens in opgewondenheid gebraoln,
door een bombardement uit de lucht. De
eerste ontploffingen werden gehoord te 5
uur in den oahtend. Deze joegen all©' be
woners uit hun bedden. E>r was echter in
de lucht niets te zien, ofschoon het ronken
der motoren duidelijk gehoord werd. Daar
na ontdekte inen met' zoeklichten oen
Albatros-vliegmachine en de vliegtuig-af-
wearkanonnen ^penden een hevig vuur op
de later aankomende vliegmachines zoodra
ie in het> gezicht kwamen. Langs den ge
heelen weg, dien zij aflegden, ontploften de
granaten. Ongeveer twintig bommen vielen
in de stad en ofschoon in sommige gevallen
blijkbaar getracht werd bepaalde punten
te treffen, misten zij alle. Er werden ook
op goed geluk bommen geworpen op do door
burgers bewoonde stadswijken, waar zij
onder de Joden en Grieken slachtoffers
maakten.
Hot staat thans vast, dat een van de vlieg
machines, die aan den aanval deelnamen,
binnen de Engelsche linies neorgesoboten
werd en dat een tweede in het Amatovo-
meer vieL
TURKIJE.
In den Kaukasus.
PETROGRAD. In de kuststreek sloe
gen Russische troepen Turksche terug, en
trokken over den linkeroever van de rivier
Baltatschi Derassi, die bij het dorp Bal-
tatschi in -de Zwarte Zee uitmondt.
Aan de rest van het front zetten de Rus
sen hunnen, opmarsch yoortj,
van Ned. Gezagvoerders en Stuurlieden ter j
Koopvaardij" aan de' andere zijde over de i
quaestie, of er gevaren zal worden of niet. I
Het resultaat van een'en ander is, dat
de Scheepvaartvereeniging Zich Maandag- J
avond schriftelijk en Dinsdag telegrafisch
bereid heeft verklaard toe te stemmen in alle
billijke verlangens ten opzichte van de ver
zekering van echtgenooien van gezagvoer
ders, stuurlieden en machinisten, zoo deze
besluiten onvoorwaardelijk te gaan varen.
De Scheepvaartvereeniging was niet be
reid deze toezegging under cijfers te bren
gen, maai- verzekerde den minister uitdruk
kelijk, dat de toezegging ernstig is bedoeld
en aldus zal worden uitgevoerd.
De minister heeft daarop clen besturen
van beid© organisaties telegrafisch medege
deeld, dat hij gegronde reden had hen aan
te raden op de gedane toezeggingen, die
terugwerken tot den dag van uitvaren, te
gaan varen
Hierop vergaderden genoemde vereeni-
gingen Dinsdagavond te Rotterdam onder
presidium van den heer Van Limburg
Stirum.
Besloten werd dat, gezien de door do
Scheep vaartvetreeniging" aan de regeering
gedane belofte in zake verhoogde uitkeerin-
gen aan nagelaten betrekkingen van
scheepsofficieren, gehoord het door den mi
nister aan de bestuurderen medegedeelde,
en overwegende het landsbelang met be
trekking tot een spoedige hervatting der
vaart, men zich beschikbaar zou stellen te
gaan varen..
De vergadering sprak als hare verwach
ting uit, dat het vertrouwen van de rege
ring ten deze in dé „Schieepvaartvereeni-
ging" gesteld, niet beschaamd zou wordein
Deze besluiten werden met algemeene
stemmen genomen.
Er waren ongeveer 200 leden aanwezig.
Het stoomschip „Rijndam" van de Holland-
Amerika Lijn, dat Dinsdagavond naar New-
York zou vertrekken, zou niet uitvaren, om
dat de stokers ©n trommers weigeren to varen,
indien hun. gage niet wordt verhoogd.
Do directie, die reeds de hoogste gage be
taalt, kan dit vorzook niet inwilTnen
(„N. R. C.")
De „Palembang".
Het Departement van Marine deelt
mede
Uit het onderzoek, ingesteld naar do oor
zaak van den ondergang van het stoomschip
„Palcmbang" van den Rotterdamschen
Lloyd, is gebleken, dat dit schip zich op
den yjn. van den 18don Maart te .ongeveer
I 11 u. 25 bevond op 1^ mijl ten noorden
j van den Noord-Galloperboei, stoomende in
den koers W. t. Z„ toen een schok werd ge
voeld, die het geheele schip deed trillen.
De machines werden gestopt en daarna op
achteruit gezet, tot het schip stil lag. Hot
schip maakt© echter slechts weinig water.
To 11 u. 30 werd ©en tweede hevig© schok
gevoeld van een© ontploffing in het voor
schip aan stuurboord ter hoogte van het
groot© luik, woardoor het schip zwaar over
helde en begon t© zinken.
Terwijl de opvarenden zich redden in d©
sloepen, volgde kort daarna een© derde ont
ploffing aan stuurboord ter hoogte van d©
machinekamer, di© het schip 'tot zinken
bracht.
Bij het onderzoek werden beëedigde ver
klaringen afgelegd door den gezagvoerder,
den eersten stuurman, den bootsman en een
matroos. Daarbij is gebleken
lo. dat het schip tijdens de tweede en
derde ontploffing plaats hadden geheel stil
lag
2o. dat de eerste stuurman, toen hij na de
•tweed© ontploffing met de sloep nog langs
zijde lag, een streep in het water, gevormd
door opborrelend water of luebt, met grooto
snelheid het schip aan S.B. zijde zag nade
ren en dat hij nog vóór 'dat de streep het
schip bereikt had, de 3de ontploffing zag
plaats hebben, waarbij zijn sloep overstelpt
werd door een waterkolom
3o. dat de bootsman en de matroos ©eni
gen tijd na de eerste ontploffing ©en witte
streep gevormd door luchtbellen en schuim
aan S.B. met groote snelheid over het wa
ter recht op het schip aan zagen komen,
waarop de tweede explosie volgde.
Zij zagen de witte streep voor den .boeg
overloopen van een Engelschen torpedoja
ger, die aan stuurboord ongeveer dwars
vlak bij de „Palembang" lag en bezig was
met ©en losgeraakte mijn in den grond te
schieten."
Dit „overloopen" moet men blijkbaar
opvatten in den zin van ,voorbijloopen'
't ia dus mogelijk, diat ©en Duitsche onder
zeeër getracht heeft den Engelscheai torpe
dojager te treffen^, maar gemist heeft en
dat nu, de „Palembang" werd geraakt.
1 De „Duivelend".
Bij de directie der Scheepvaart- en Steen
kolen maatschappij t© Rotterdam is uit Lon
den bericht ontvangen, dat de „Duiveland"
12 mijlen uit de kust op een mijn is geloo-
pen en in 7 minuten is gezonken. Alle op
varenden werden gered; ©en stoker is licht
gowond.
Op een mijn geloopen.
Uit Hoek van Holland meldt men ons
Door het van Londen komende stoom
schip „Cromer" is in zee een boot opge
pikt met 23 man, onder wie- de kapitein
van het op ©en mijn geloopen Engelsche
stoomschip „Empress of Midland".
(De „Empress of Midland" was een
stoomschip van bruto 2224 ton, in 1907 ge
bouwd en toebehoorende aan de Richelieu
Ontario Nav. Co. t-e Newcastle. ARed.)
Hot reddingsschip.
Yan den maatregel door de Regeering
genomen om het reddingsschip „Atlas" to
stationneeren in de Noordzee is kennis ge
geven aan de Regeeringen van Duitschland,
Engeland en Frankrijk.
Een Duitsche marinesloep opgepikt.
Zaterdag heeft de Scheveningsche logger
„SCH 252" een sloep aangebracht, waarin
zich o. m, patronen bevonden.
Bij informatie bleek der „Nieuwe Ct.", dat
het een groot model, met koper' beslagen,
Duitsche mai-inosloep is, welke do.or den log
ger in de Noordzee nabij IJmuïden drijvende
werd gevonden.
Do sioep is in de binnenhaven onder mili
taire beuaking gesteld.
Do „Medusa lil".
Men meldt ons uit IJ muiden:
De Engelsche torpedopager „Medusa Hl",
welke in aauvariug geweest zou zijn
met den tórpodo-jage'r „Leaverock" en waar
schijnlijk door den storm' gezonken zou zijn,
lag, volgens rapport der bemanning van den
te LJniuiden binnengekomen stoom treiler
„Judith" op 56 gr. N. B. en 5 gr. O.L. voor
anker mot het achterschip gedeeltelijk onder
water, eon groot gat bij den fokkemast en een
groot gat in den boeg. Men durfde liet sphip,
dat verlaten was, niet óp sleeptouw nemen uit
vrees, daardoor in strijd met eenige interna
tionale bepaling to handelen. Daar geen per
soonlijke hulp bleek noodig te zijn, zette de1
„Judith" de reis naar IJmuiden voort en
rapporteerde de bevindingen bij de marine-
autoriteiten' aldaar.
De torpedojager was van zeer groote afme
ting en had drie schoorsteenen. Do Britsche
oorlogsvlag woei nog in top.
Do „Sussex".
LONDEN. De Amerikaanschc ambassade
deelt mede, dat alle Amerikanen, die zich
op de „Sussex" bevonden, gered zijn.
Eenigen zijn gewond.
De „Minneapolis".
LONDEN. Naar bet schijnt is de „.Min
neapolis" gezonken in de Middellandsche
Zee.
PARIJS. Naar men meemt, zijn 163 per
sonen van d© „Minneapolis" t© Malta aan
land gebracht. Elf out,braken er.
De „Englishman".
LONDEN. Bij den ondergang van de
„Englishman" kwamen' 10 personen om het
leven, waaronder vier Amerikanen moeten
rijm.
De „Fenaybridge".
LONDEN. De Admiraliteit bericht, dat
het stoomschip „Fenaybridge", dat volgens
oen vroeger bericht gezonken is, getorpe
deerd werd. Het schip was totaal onbewa
pend.,
Cezonken schepen.
LONDEN. Het stoomschip „Manchester
Engineer" is gezonken. De bemanning is
gered.
(De „Manchester Enginier" is eon stoom
schip van 2813 ton. Red.)
Voorts zijn gezonken do Engelsche stoom
schepen „Chartoum" en „Cerne", De be
manningen zijn gered, behalve die van de
Chartoum" van wier bemanning nog
slechts twee aan land zijn gebracht.
(D© „Cerne" was een stoomschip van
bruto 2579 ton, in 1915 gebouwd en toebe-
hoorende aan d© recderij S. Clarke Co.
te Londen. Red.)
In de Zwarte Zee.
PETROGRAD. Een Russische onder
zeeër boord©, onder heb v.uur van de bat
terijen van Zunguldak, een stoomschip in
den grond, dat schepen, geladen met kolen,
op sleeptouw had. De schepen bereikten
den oever.
H. M. dp Koningin in Utrecht.
Onder de Laatste Berichten in ons vorig
nummer hebben we melding gemaakt van een
gedeelte van den tocht van H. M. de Koningin
in de provincie Utrecht. Nader wordt ons thans
daaromtrent nog gemeld:
Toen H. M. to Montfoort aankwam, stond
daar voor het stadhuis het gemeentebestuur.
De 78-jarige wethouder, de heer Vlooswijk,
werd aan het portier ontboden en door H. M.
gelukgewenscht met zijn 50-jarig jubileum als
gemeente-ontvanger van Willeskop. Ook de
Burgemeester werd aan H. M. voorgesteld.
Een meisje van de R.-K. Zusterschool bood
een ruiker aan.
Ongeveer half twee arriveerden de Konink
lijke auto's te Uselstein.
Ten gemeentehuize gekomen werd H. M. op
de stoep welkom geheeten door den burgemees
ter, den heer H. J. Kronenberg, die vervolgens
de hooge gasten naar do Raadszaal geleidde,
waar de beide wethouders, de heeren H. J.
Schilte en H. Brugman en de gemeente
secretaris de heer J. H. Kamerbeek, aan do
Vorstin werden voorgesteld. Hierna werden
door H. M. in particulier gehoor ontvangen
verschillende industrieelen, allen te IJsselstein,
door wie H. M. zich liet inlichten over hunne
industrie.
Te kwart voor 2 vertrok de Koningin weer
van'heb stadhuis, waarvoor de schoolkinderen
waren opgesteld, die de Vorstin toejuichten.
^Hierna werd de gerestaureerde Ned. Herr.
Kerk bezocht en de zich daarin bevindende
praalgravenbezichtigd.
In verhand hiermede is het van belang te
weten, dat de Koningin ook den titel voert
van Landsvrouwe van IJsselstein. De histori
sche bijzonderheden hieromtrent leeren o. m.
dat in 1540 de „Heerlijkheid IJsselstein" in
eigendom was bij de heeren uit het geslacht
van Egmond, met name van Maximiliaan van
Egmond, Heer van IJsselstein. Een erfdochter
van dezen Maximiliaan was AnDa van Egmond,
die in looi huwde met Willem, Graaf van
Nassau, Prins van Oranje. Sedert is de Heerlijk
heid IJsselstein overgegaan aan het Doorluchtig
Hui3 van Oranje-Nassau.
Aan de Ned. Herv. Kerk werd de Vorstin
ontvangen door den President-Kerkvoogd, den
heer M. don Bleker, notaris te IJsselstein.
Onder leiding van den lieer Den Bleker wer
den de praalgraven en da kerk bezichtigd.
Onder luide toejuichingen verliet de Vorstin
de gemeente.
Hierna, begaf H. M. de Koningin zich over
Vreeswijk en Jutphaas haar Utrecht, waar Zij
een bezoek bracht aan de Vakschool voor de
Typografie aan den Jutphaasehen weg.
H. M. werd hier ontvangen door den lieer
H. A. M. van Hoffen, voorzitter van de Ver-
eeniging „Vakschool voor de Typografie", en
den heer A. W. Barten, directeur der School.
Ook do burgemeester van Utrecht, mr. J. P.
Fockema Andrea© was aanwezig. De Koningin
bezichtigde de tentoongestelde drukwerken en
het geheele gebouw met veel belangstelling en
plaatste in de directiekamer Haar handteeik©-
ning in het Gulden Boek der School.
De heer Van Hoffen bood hier de Koningin een
sierlijk in verguld stenipelbandje gevat boekje
aan, op de school vervaardigd en bevattende
een overzicljt van het procédé van don vier
kleurendruk, waarbij hij H. M. dankte voor
Hare belangstelling en voor den steun door
II. Ms. Regeeiïng steeds aan deze inrichting
verleend. H. M. dankte met enkele woorden
en verliet daarna de school, luide toegejuicht
door de leerlingen, die zich daar opgesteld, had
den.
Hierna werd naar het Stadhuis gereden.
Langs de straten had zich een drukke menigte
verzameld, welk H. Ml bij Haar doorkomst
geestdriftig toejuichte.
Op het Stadhuis werd. do Koningin ontvan
gen door den burgemeester on naar de burge
meesterskamer geleid, waar de wethouders en
do gemeente-secretaris mi, J. Bool aanwezig
waren. Na dé welkomstwoorden door den bur
gemeester tot H. M. besproken, zoide H. M.
naar Utrecht te zijn gekomen om zich op de
hoogte te stellen van den invloed der tijdsom
standigheden op dsi Utrechtsche bevolking.
De wethouder mr. C. de Wilde verstrekte do
Vorstin eenige inlichtingen over de schoolvoe-
ding; wethouder mr. dr. W. A. van Zijst deel
de een en ander mede over de voor- en na
doelen, welke de gemeentebedrijven van de
tijdsomstandigheden hebben ondervonden.
Wethouder O. W. van de Kasteele deed eeni
ge mcdedeclinger over den toestand der bouw.
bedrijven, waarbij hij verzekeren kon, dat de
werkloosheid aan liet afnemen is.
Wethouder J. H. Th. O. Kettlitz verstrekte
H. M. inlichtingen over do werking der werk
loosheidsverzekering.
Wethouder J. M. P. Harte, tevens voorzit
ter van de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken te Utrecht, deed eenige mededcclingen
over don toestand van handel en, industrie te
Utrecht, welke z.i. weer aan het verbeteren is.
Hierna had H. M. een onderhoud met den
gemeente-secretaris mr. J. Bool over secretarie-
aangolegenhedon en vervolgens stelde de bur
gemeester verschillende personen aan H. M.
de Koningin voor.
Mevrouw Muller -Lulofs, presidente vas de
Vereenigmg tot verbetering van Armenzorg,
nu-. G. H. van Bolhuis, voorziter van het
Plaatselijk Stéiin-Comitó, de heer Jos. ten
Berg, lid van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken'en der St. Viuccntius V orecniging,
de heer Clarenburg, winkelier in de voor
malige Wijk O (de Oranjebuurt van Utrecht),
v. d. Meerendonk, ambtenaar bij do S.S.,
Feith, metselaar, en Credoe, timmerman, de
den aan H. M modedeeling&n over den invloed,
welken de tegenwoordige toestanden op hunne
omgeving hebben uitgeoefend.
11. M. gaf ten slotte Hare groote ingenomen
heid te kennen over Haar bezoek.
Nadat de burgemeester H. M. dank betuigd
had, verliet H. M. met Haar gevolg liet Stad
huis, om na een korten rit door de stad te ma
ken. na afloop waarvan de Vorstin do thee
ging gebruiken ten huize van den Commissaris
der Koningin mr. T. A. C. GraüJ van Lynden
van Samlenburg.
Ook daar worden veer verschillende perso
nen aan de Vorstin voorgesteld, waarmee H. M.
zich onderhield over den toestand van land
bouw en industrie in de provincie.
Na nog eenigen tijd op „Paushnize" te heb
ben doorgebracht, vertr-ok H. M. met gevolg
por auto weer naar het Centraalstation, uitge
leide gedaan door den Commissaris der Ko
ningin, den Burgemeester, don Directeur-Gene
raal der'S.S. en andere autoriteiten.
De Koninklijke torin verliet te kwvrt voor
zes Utrecht.
Hot publiek juichte de Vorstin ook bij Haar
vertrek geestdriftig toe.
Op den tocht van Jutplmas naar Utrecht
geraakte bij de brug over het Mcrwedokanaal
oon band van een der Kon. auto's defect. Nadat
1-1. M. naar de Vakschool voor de Typographie
gebracht was, keerde deze auto' terug om de
-d-i^rwgobleven leden van Hr, Ms. gevolg af te
halen.
H. IW. de Koningin naar Harskamp.
Naar de „Avp." verneemt, zal H. M. de
Koningin 4 en 5 April a.s* ©en Bezoek bren
gen aan d© te Harskamp gelegerd© troepen.
Het voornemen bestaat om deh eersten
dag ©en groote oefening te doen houden dooi
de" aldaar gelégerde troepen tegen die te
Ed© in garnizoen.
Bij deze oefening zal ctfn daarvoor be-