Set vergroate Bulgarije. ZEE. Binnenland. s TJIaJ SOXjr>i\.TKlXrCOUFlAM1' van 3 X ri/EcwnT"t X €5 X €3 Dit is wel een merkwaardig kaartje van een doel van het Balhan-sohier- oiland. Het laat ons zien, hoe het koninkrijk Bulgarije in de laatste jaren is toegenomen. Het grootste stuk, rechts-boven, waarin wij de letters GAKIEN zien staan, is het oorspronkelijk gebied van koning Ferdinapd voor 1912, Het gedeelte daaronder, met Dedeagatsch, is vroeger op de Turken veroverd en links zien wij het stuk, dat de Bulgaren thans van Servië hebben bezet. Oorspron kelijk was dit ook van Turkije n.l. een gedeelte van Maoedonië, waarom eigenlijk do Balkanoorlogen hebben plaats gehad. Doch toen was Bulga rije minder golukkighet verloor den strijd tegen Servië en Griekenland, waarin ten slotfe ook Roemenië zich mengde, en het moest zich tevreden stellen met slechts een deel van Ma cedonië en wel het minst belangrijke deel. zich tegenover de overmacht niet houden. De Franschen deden alles om na Douaumont ook nog niet Va us te verliezen. Binnen een gebied van weinig meer dan drie kilometer hadden zij vijf divisies opgesteld en zonder zich om verliezen te hekommeren ging hun infante rie voorwaarts. Terwijl op de rechterzijde van de Maas zich deze toestand ontwikkeld had, konden de Franschen van. hun stellingen links van de Maas en vooral van uit hun keten van wer ken, die over den heuvelrug tusscben Cliarnj en liet Bourrus-bosch liep en waarvan in het midden het fort Marre ligt, artilleristisch zeei sterk optreden tegen de Duitsche strijdkrach ten in het gebied van Vacherauxville-Louve- mont en Bras. Deze artillerie moest afgeleid worden. Toen geschiedde iets, dat de Fran schen niet verwacht hadden. Op drie. plaatsen, bij Brabant, bij Samogneux on bij Cha-mpneu- ville, gingen Duitsche afdeelingen bij het aan breken van den dag over de Maas en terwijl het dorp Forges, ém de aandacht af te leiden, van voren aangevallen werd. bestormden an dere afdeelingen de hoogten ten zuiden van Forges. De verrassing gelukte, zoo volkomen, dat de Fransch'e artillerie op de hoogte nog op de het dorp aanvallende Duitscliers schoot, toen Duitsche infanterie reeds in haar rug stond en begon, de bediening met geweren te beschieten. Terwijl de Duitschers door de over rompeling voor den eerst geheel onvoorbereiden en vervolgens nog verkeerd georienteerden vijand den belangrijksten aanval bijna zonder verliezen hadden bunnen volvoeren, verloren de Franschen geheel het hoofd. In ongeregelde vlocht snelden zij door het bosch van Oumières en het Kraaienbosch, die zij beidé dan ook ver loren, benevens de Mort Homme-stelling. Het dorp Cumières ligt tussohen beide linies in zoo zwaar vuur, dat niemand het er in kan uit houden. Deze loop der gebeurtenissen verklaart waar om tegenwoordig het voornaamste gewicht van den strijd op den linker Maasoever ligt, waai de Beieren en Wurtembergers nu bij Malan- court en Vaucourt- een belangrijk succes heb ben behaald. Nu ligt de geheele -westelijke oever onder het flankeerend vuur van de zware artillerie, waaronder de forten en de aanslui tende stellingen hevig te lijden hebben. lederen nacht ziet men de grooto steekvlam men van ontploffende voorraden amunitio. RUSLAND. Van het Oostelijk oorlogsterrein. EERLIJN. De generale stad? rappor teert: Opnieuw vielen de Russen met versche troepen aan op het Duitsche front bij Postawy. Dapper bieden daar de afdeelin gen van het Saarbriicker korps den vijand bet hoofd. Tegen de gelederen van de aan hun zijde strijden4© Brandenburgsche en Haimveraansche troepen bloedde de hevige aanval van twee Russische divisies dood onder zware verliezen voor den vijand. Een ge'.ijk lot ondergingen verschillende nachte lijke aanvallen van den vijand om het bij Mokrzycs verloren terrein te herwinnen. Da toestand aan de Duna. BERLIJN. Over de Russische aanvallen aan het oostelijk front schrijft de particu liere berichtgever van het „Berl. Tagebl.": ,,De Russische aanvalstroepen, die hier In het vuur worden gebracht, zijn zeer groot. Minstens zes infanterie-divisies. De Russische verliezen zijn ontzettend. Op een front van 120 K.M. werden deze verlie zen op 80,000 man geschat. ,,Op 19 Maart deden dei Russen een aan val met zeven regimenten tegen een cava- lerie-brigade. De Russen kwamen echter, ondanks, dat zij vier malen aanvielen, slechts tot aan de versperringen. Hier had den zij een verlies van drieduizend man, de Duitschers van twee dooden en zes gewon den. ,,Op 24 Maart verschoten de Russen op de linie van Dunaburg 6000 graten. Door dit trommelvuur verloren de Duitschers geen man. Bij enkele Russische divisies kon uit de overbli jvende, slechts een enkel nieuw regiment worden samengesteld. Deson danks zijn er verschijnselen, die er op wijzen dat binnenkort nieuwe Russische colon nen. zullen worden vooruitgedreven. Dit betee- kent voor ben een zekeren dood. ,,De Duitsche linie is niet geschokt, en niet te schokken." De strijd aan het Oostelijk front. De .Ti nes' '-correspondent te Petrograd seint d.d. 26 dezer aan zijn blad: ..Bijna over het geheele front, van de Golf van Riga tot de Poljesië. wordt hardnekkig gestreden. De Russen zijn .aan do winnende hancl. De grootste activiteit heerscht in de sectoren van Jacobstadt, Dunaburg, Vidzy, Sek'a en die, welke zicb aan den Globokoi- Svientziany-spoorweg aansluiten. Het gelukten den Russen na een s-anval op Jacobstadt, krachtige ver sterkingen jn de buurt van Yepuku te nemen en alle tegenaanvallen af tè slaan* ,.Ds aard van deze gevechten wordt groo- tsndeels bepaald door de weersgesteldheid. De tijd voor dé voorjaarsoverstroomingen" breekt aan en beide legers moeten er op bedacht zijn te zorgen, dat elk zoo weinig mogelijk last daarvan heeft en dat de tegen standers er zooveel mogelijk door bemoei lijkt worden. In dit verband beschouwd is de Russische opmarsch op den linkeroever van de Dwina bij Dunaburg 6n jn de rneer- districten zeer belangrijk, omdat dienten gevolge bet resultaat van den ingespannen arbeid des vijands gedurende den geheelen winter te niet gedaan wordt. „Afgezien van de psychologische beteeke- nis van een aanval ever een zoo uitgestrekt front, waardoor de vijand zioh voortdurend blijft afvragen, gaar de ydgende slag zal vallen, belet hij hem bovendien den strijd plaatselijk te maken. Dientengevolge moet hij ervan afzien een aanval te ondernemen op sectoren, die hij anders zeker zou aan vallen." 1 j Een uitweg naar de zee. Bij gelegenheid van het debat over de begrootiug van buitenlandsche zaken in de Doema besprak Miljoekof, leider der Kadet- ten, allerlei vraagstukken die op den oorlog betrekking hebben. Vooral zijne'uitlatin gen over het al-oud© Russische vraagstuk: den uitweg naar de zee, trokken zeer de aandacht. Hij verklaarde dat de Dardanel- len in Russisch bezit moeten overgaan. Met het oog op het streven van Duitschland naar machtsuitbreiding naar het Oosten, zal volgens Miljoekof de vraag niet meer zijn of de Dardaneflen Russisch of Turksch zijn, -doch of zij Russisch of Duitsch zullen worden. Rusland zou zich niet verzetten tegen eene gedeeltelijke neutralisatie der Darda- nellen, doch zou nooit toestaan dat vreem de oorlogsschepen in de Zwarte Zee komen. Miljoekof verzekerde voorts, dat het den Russischen zaakgelastigden gelukt was de geallieerden te bewegen toe te staan, dat de Dardanellen in Ru'sland's bezit zullen komen, door hen te wijzen op het gevaar van het opdringen der Duitschers in de 'richting van Bagdad. Tenslotte verklaarde hij, dat hij een be zoek gehad had van een Zwitser, die hem had medegedeeld, dat Duitschland onder handelingen zou willen aanknoopen op de basis der ontruiming van België en Servië. Vrouwen aan het Russische front, 't Gebeurde bij Xovastolky, aldus een front- correspondent in de Daily Telegraph'1. De Russische troepen hadden juist een schitteren de overwinning behaald. De verslagen Duit schers- bombardeerden het dorp, dat weldra in vlammen stond. Voor ons was het zaak te houden wat we eenmaal hadden en zooveel mogelijk de bosschen te bezetten, ten einde het den vijand onmogelijk te maken om zich daarin terug ie trekken. Dus wc-rden onze reservetroepen in die bosschen gestationneerd. De mannen zaten om de kampvuren en keken met een onverschillig gezicht naar den voorbij- trekkenden stóet van vluchtelingen en gewon den. Langzaam aan marcheerden de nieuwe regi menten in de richting van den vijand. Zij moesten den aanval voortzetten en de uitge putte troepenmachten vervangen. Met mijn camera in de hand sla ik in gezel schap van een paar officieren, die mij tot gids strekken, do troepenbeweging gade. Ik ben op zoek naar nieuwe indrukken die niet zoo ge makkelijk meer worden opgedaan, wanneer men den oorlog aan 'beide fronten heeft gevolgd en tot de conclusie is gekomen dat het hier als het Ware een eindelooze herhaling geldt. Plotseling ontdek ik een soldaat die, wan neer hij ons ziet, onmiddellijk 'achteruit wijkt en zich bij do anderen weer in de achterhoede voegt. Deze beweging alleen, is voldoende om mijn aandacht te trekkenen ik zie met ver bazing dat dié soldaat lang haar heeft en de oogen van een vrouw. Als ik mijn metgezellen er naar vraag, ant woorden zij,,Ja zeker, dat is een vrouw. Hebt u nooit gehoord van een zekere Vera...., een goed, dapper soldaat die reeds een decoratie heeft verdiend." Ik uit mijn verbazing over dit alles, waarop de anderen zeggen: „Natuurlijk geldt ook bij ons als tegel dat vrouwen niet bij de troepen worden ingelijfd, maar de autoriteiten zien een enkele uitzondering die zij beschouwen als van onschuldigen aard te zijn, wel eens door de vingers. Bij den aanvang van den oorlog heb ben enkele vrouwen getracht onder een man- nelijken naam dienst te nemen. Zij wilden hun echtgenoot, hun verloofde, hun vader volgen, en daa.r er op hun gedrag absoluut niets aan te merken viel, meende men dat er geen enkele reden bestond om een goed soldaat het gezel schap van zijn vrouw of meisje, wanneer onder elat gezelschap do dienst niet het minst leed, ie misgunnen. „Vrouwen die alleen door een krijgszuchtig idealisme en door vaderlandslievende gevoe lens gedre'/en worden tot dienst nemen, be- hooren tot de uitzonderingen. Vera is echter een van dio witte raven." Hoewel Vera zeer handig mijn camera wist te ontwijken heb ik haar toch even kunnen opnemen. Ze is krachtig gebouwd, heeft een gezonde kleur en oogen waaruit noch ver legenheid, noch behaagzucht spreken. Ze draagt precies dezelfde uniform als haar kame raden met wie zij alle wcderwacigheden van den veldtocht trouw deelt. Doordat ze gewond werd, heeft men ontdekt tot welke sekse zij behoorde. Do soldaten die wisten wie hun kameraad was, hadden het feit steeds angstvallig voor hunne superieuren ver borgen gehouden. Ondanks alle glimlachjes en gefronste wenk brauwen waartoe het bovenstaande allicht aan leiding zal geven, aldus de correspondent, ben ik er van overtuigd, dat Vera's optreden als. actief soldaat noch ironische opmerkingen, noch verwondering, noch vrees behoeft to wekken. Gedurende mijn talrijke reizen heb ik meer dan eens gelegenheid gehad op te merken dat het den Russischen soldaten volmaakt onver schillig laat of ze zich.al dan niet in het ge zelschap van vrouwen bevinden. Bij ecu van de regimenten die in Galicië vechten heb ik een tweedo vrouwelijke soldaat -ontmoet. Een officier verteldo me dat ook hier de kameraden het feit voor hunne supe- rieurcr verborgen hadden gehouden. De offi cier zelf kwam er bij toeval aohter. „Hij wou den soldaat wegens zijn goed gedrag tót or- donnance bevorderen en liet hem daarom bij zich komep. Het gezicht van den jongen man, meer speciaal do oogen, trokken zijn aan dacht. Hij begon te vrageneerst volgden ontkennende antwoorden, maar ten slotte, toen he^ meisje min of meer in het nauw gedreven werd, begon ze te huilen en bekende alles. eZ bad in de maand Mei onder den naam Tan ja Kakourine dienst genomen. Ze was 16 jaar on elaagda et door het dragen van een langen mantel in haar meisjesfiguur te ver bergen. Al de moeilijkheden van den dienst, al de gevaren van het slagveld werden haar deel. Ze is dapper, aldus verklaarde de officier; en j ze voelt zich volmaakt gelukkig onder ons. Trouwens, de daperheid schijnt haar in het bloed to zitten. In den oorlog tegen Turkije heeft Tanja's moeder in 1877 op dezelfde wijze als haar dochter dat deed, dienst genomen in het Russische lager. Tanja's gedrag is onberispelijk. Ze ziet er aardig, frisch en gezond uit. D'e uniform kleedt haar uitmuntend. Ze gaat kameraadschappe lijk mot de soldaten om, doch geeft aan nie mand hunner de voorkeur. Do jongens op hun beuift zouden voor Tanja door het vuur gaan; on toen zij onlangs hoorden dat het meisje voorgedragen zou worden voor het kruis en de medaille van de orde van St. George was de vreugde algemeen. Onze kleine Jeanne d'Arc babbelt en laoht als een kind, en toch is zij au fond ernstigen bezit een gepast gevoel van eigenwaarde. Deze beide laatste hoedanigheden werken als een onzichtbaar schild. Ik ben er van overtuigd dat de soldaat die Tanja. zou durven aanra ken geen leven meer zou hebben. Een altaar of een' vlag worden niet ongestraft geschonden. Ten slotte kan ik nog een vrouwelijke soldaat vermelden die eerder dan Tanja met de maagd van Domrèmy vergeleken kan worden. Een Russische liefdezuster, juffrouw Iva- noff, bevond zich op een gegeven oogen- blik tusschen een compagnie waarvan al do officieren gesneuveld waren. Zij zelf heeft toen aan het hoofd der troepen plaats genomen en een. vijandelijke loopgraaf veroverd, die de soldaten eerst niet aandurfden. Doodelijk gewond, werd zij op bevel van den keizer zelf, gedecoreerd met het kruis v^n St. George in email; een onderscheiding die uit sluitend officieren ten deel valt. ITALIË. Van het Italïaansche front. Leonliard Adelt seint aan het „Berl. Tagebl." uit het Oorlogsperskwartier Langs het goheele Italiaansche front van Zuid-Tirol af tot d© Adria zijn hevige ge vechten aan den gang. De Italiaansch© artilleri© hervatte de beschieting van d© Oostenrijksch-Hongaarsche steunpunten echter zonder noemenswaardig© schade aan te richten. DeOostenrijksch-Hongaarsche batterijen beantwoordden het vuur krachtig. De Italianen deden met oen sterke troe penmacht aanvallen op het Karinthische front en bij den Plöckenpas, teneinde de ver loren hoogtestellingen op de Oostenrijkers te heroveren. Het gelukte hun echter niet terrein te winnen. Het gevecht duurde den geheelen nacht en kreeg steeds meer uit breiding. Aan het bruggenhoofd bij Görz dreven de Oostenrijkers den vijand uit zijn voor uitstekende steunpunten in de nabijheid daarvan en maakten daarbij 500 gevan genen. Dit aanvankelijk succes leidde tot de herovering van den bergrug van Osla- wija, welke den Italianen vele honderden dooden en 1200 gevangenen kostte. Nadat De toestand in Turkije. De correspondent van de „Daily Chro nicle" te Saloniki bericht, dat de nood in Konstantinopel zoo hoog is gestegen, dat de bladen de bevolking raden naar Klein- Azië tentnokken, waar, naar het heet, groo- tere voorraden voedsel aanwezig zijn. De „.Tallin", hc^ officieel© orgaan van Enver Pasja en van de oorlogspartij, schrijft dat het volk in de hoofdstad letter lijk van honger omkomt. „De zwartste ellende," zegt het blad, „is de eenig moge lijke uitdrukking om den toestand, te Kon stantinopel, Broessa, Angora en Smyrna aan te duiden. „Aan de eene zijde worden wij in mili tairen zin uitgeput door onze machtige vijanden. Aan de andere zijde dreigt het spook van den hongersnood. „Economische uitputting is erger dan mi litaire. Wij hebben gebrek aan levensmid delen, terwijl duizenden werldoozen langs de straat loopen om werlc te zoeken, dat zij niet zullen vinden. Hieruit blijkt de buitengewone ernst van de economische cri sis die wij thans doormaken. „Er is geen petroleum, koffie, suiker of rijst. Het volk moet vechten om brood te krijgen en het is onmogelijk het volk van Konstantinopel te voeden." De „Daily Chronicle" voegt hieraan toe, dat men wel mag. aannemen, dat de „Tanin" niet overdrijft bij liai-e. beschou wingen over een toestand dio tot ernstige .gebeurtenissen kan leiden. Turksche vredesverlangens? LONDEN. De „Daily News" meldt uit Athene, dat een gedelegeerde van den Vali van Smyrna aan den vertegenwoordiger te Athene de vraag stelde of de geallieerden bereid zouden zijn tot onderhandelingen of een afzonderlijken vrede met Turkije. Den gedelegeerde werd meegedeeld, dat de geal lieerden geen vrede met Turkije wenschten te sluiten, daar ze van oordeel waren dat het land niet in staat is ernstig webrstand to bieden aan de aanvallen, waaraan het thans aan verschillende kanten is onderwor pen. De geallieerden waren evenmin bereid zich te binden bij voorbaat door beloften over het lot van Turkije na den oorlog. VËREENIGDE STATE» De strafexpeditie naar Mexico. Naar uit New-York aan de „Times" wordt geseind, heeft president Wilson eene merkwaardige verklaring.afgelegd, een ver klaring n.l., waarin hij er op aandringt dat de burgerij de gebeurtenissen in Mexico kalm zal opnemeii en' vooral de gevoelens van het Mexicaansche ontzien. Deze ver klaring is uitgevaardigd met hot oog op de alarnieerende geruchten, die in d© Voreenigde Staten de ronde, deden om trent de houding van president Carranza ea van de Mexicanen in het algemeen ten qpzichte van de strafexpeditie van generaal Pershing. Wilson achtte het noodig te herhalen dat deze slechts tegen Villa ge richt is en volstrekt niet als een aanslag op de souvereiniteit van Mexico is bedoeld. Om president Carranza gerust te stellen, heeft Wilson medegedeeld, dat er geen© troepen meer naar Mexico zullen worden gezonden. G-eueraal Pershmg hoeft bericht gezonden, dat zijn© strijdmacht groot ge noeg is, doch dat het lang kan duren alvo rens hij Villa zal kunnen vatten. Onze zeevaart. D© i,Prins der Nederlanden" van de Stoomvaartmaatschappij „Nederland" .en de „Tambora" van de „Rotterdamsche Lloyd" zijn Zaterdag van Falmouth naar Plymouth vertrokken om daar .kolen in te nemen. Vandaar keeren zij om de Noord naar Nederland terug. Gerekend'wordt dat niet deze reis vijf dagen gemoeid zullen zijn. Naai' men weet zullen beide booten door een sleepboot aan de Noorsche kust worden opgewacht. In de laatste da-gen is er zoer veel gecon fereerd tusschen den Minister van Land- aldus hun pogingen om het onneembare bouw aan den ©enen kant, de voorzitters Podgora, tevens sperfort voor Görz, van I der „Scheepvaartvereeniging", der „Ver, uit het noorden te omsingelen mislukt waren, brachten de Italianen hun batterijen •vooruit tot aan het Göraer bruggenhoofd om door een flankbeweging uit het zuiden d© bruggen over den Boven-Isonzo onder vuur te nemen. Deze vooruitgeschoven bat terijen werden door nauwkeurig vuur der Oostenrijksch-Hongaarsche artillerie buiten gevecht gesteld. Op den slag in het open dal volgde een krachtige aanval op do noordelijke helling van de Podgora-hoogte. De Oostenrijksch-Hongaarsche troepen namen stormenderhand den geheelen sector der Italiaansche stelling. GRIEKENLAND. Een luchtaanval op Saloniki. SALONIKI. Na ongeveer twee maanden vrij gebleven te zijn van luchtaanvallen, ter wijl de dreigementen met. Zeppelins zich nooit verwezenlijkfen, is Saloniki Maandag weder eens in opgewondenheid gebraoln, door een bombardement uit de lucht. De eerste ontploffingen werden gehoord te 5 uur in den oahtend. Deze joegen all©' be woners uit hun bedden. E>r was echter in de lucht niets te zien, ofschoon het ronken der motoren duidelijk gehoord werd. Daar na ontdekte inen met' zoeklichten oen Albatros-vliegmachine en de vliegtuig-af- wearkanonnen ^penden een hevig vuur op de later aankomende vliegmachines zoodra ie in het> gezicht kwamen. Langs den ge heelen weg, dien zij aflegden, ontploften de granaten. Ongeveer twintig bommen vielen in de stad en ofschoon in sommige gevallen blijkbaar getracht werd bepaalde punten te treffen, misten zij alle. Er werden ook op goed geluk bommen geworpen op do door burgers bewoonde stadswijken, waar zij onder de Joden en Grieken slachtoffers maakten. Hot staat thans vast, dat een van de vlieg machines, die aan den aanval deelnamen, binnen de Engelsche linies neorgesoboten werd en dat een tweede in het Amatovo- meer vieL TURKIJE. In den Kaukasus. PETROGRAD. In de kuststreek sloe gen Russische troepen Turksche terug, en trokken over den linkeroever van de rivier Baltatschi Derassi, die bij het dorp Bal- tatschi in -de Zwarte Zee uitmondt. Aan de rest van het front zetten de Rus sen hunnen, opmarsch yoortj, van Ned. Gezagvoerders en Stuurlieden ter j Koopvaardij" aan de' andere zijde over de i quaestie, of er gevaren zal worden of niet. I Het resultaat van een'en ander is, dat de Scheepvaartvereeniging Zich Maandag- J avond schriftelijk en Dinsdag telegrafisch bereid heeft verklaard toe te stemmen in alle billijke verlangens ten opzichte van de ver zekering van echtgenooien van gezagvoer ders, stuurlieden en machinisten, zoo deze besluiten onvoorwaardelijk te gaan varen. De Scheepvaartvereeniging was niet be reid deze toezegging under cijfers te bren gen, maai- verzekerde den minister uitdruk kelijk, dat de toezegging ernstig is bedoeld en aldus zal worden uitgevoerd. De minister heeft daarop clen besturen van beid© organisaties telegrafisch medege deeld, dat hij gegronde reden had hen aan te raden op de gedane toezeggingen, die terugwerken tot den dag van uitvaren, te gaan varen Hierop vergaderden genoemde vereeni- gingen Dinsdagavond te Rotterdam onder presidium van den heer Van Limburg Stirum. Besloten werd dat, gezien de door do Scheep vaartvetreeniging" aan de regeering gedane belofte in zake verhoogde uitkeerin- gen aan nagelaten betrekkingen van scheepsofficieren, gehoord het door den mi nister aan de bestuurderen medegedeelde, en overwegende het landsbelang met be trekking tot een spoedige hervatting der vaart, men zich beschikbaar zou stellen te gaan varen.. De vergadering sprak als hare verwach ting uit, dat het vertrouwen van de rege ring ten deze in dé „Schieepvaartvereeni- ging" gesteld, niet beschaamd zou wordein Deze besluiten werden met algemeene stemmen genomen. Er waren ongeveer 200 leden aanwezig. Het stoomschip „Rijndam" van de Holland- Amerika Lijn, dat Dinsdagavond naar New- York zou vertrekken, zou niet uitvaren, om dat de stokers ©n trommers weigeren to varen, indien hun. gage niet wordt verhoogd. Do directie, die reeds de hoogste gage be taalt, kan dit vorzook niet inwilTnen („N. R. C.") De „Palembang". Het Departement van Marine deelt mede Uit het onderzoek, ingesteld naar do oor zaak van den ondergang van het stoomschip „Palcmbang" van den Rotterdamschen Lloyd, is gebleken, dat dit schip zich op den yjn. van den 18don Maart te .ongeveer I 11 u. 25 bevond op 1^ mijl ten noorden j van den Noord-Galloperboei, stoomende in den koers W. t. Z„ toen een schok werd ge voeld, die het geheele schip deed trillen. De machines werden gestopt en daarna op achteruit gezet, tot het schip stil lag. Hot schip maakt© echter slechts weinig water. To 11 u. 30 werd ©en tweede hevig© schok gevoeld van een© ontploffing in het voor schip aan stuurboord ter hoogte van het groot© luik, woardoor het schip zwaar over helde en begon t© zinken. Terwijl de opvarenden zich redden in d© sloepen, volgde kort daarna een© derde ont ploffing aan stuurboord ter hoogte van d© machinekamer, di© het schip 'tot zinken bracht. Bij het onderzoek werden beëedigde ver klaringen afgelegd door den gezagvoerder, den eersten stuurman, den bootsman en een matroos. Daarbij is gebleken lo. dat het schip tijdens de tweede en derde ontploffing plaats hadden geheel stil lag 2o. dat de eerste stuurman, toen hij na de •tweed© ontploffing met de sloep nog langs zijde lag, een streep in het water, gevormd door opborrelend water of luebt, met grooto snelheid het schip aan S.B. zijde zag nade ren en dat hij nog vóór 'dat de streep het schip bereikt had, de 3de ontploffing zag plaats hebben, waarbij zijn sloep overstelpt werd door een waterkolom 3o. dat de bootsman en de matroos ©eni gen tijd na de eerste ontploffing ©en witte streep gevormd door luchtbellen en schuim aan S.B. met groote snelheid over het wa ter recht op het schip aan zagen komen, waarop de tweede explosie volgde. Zij zagen de witte streep voor den .boeg overloopen van een Engelschen torpedoja ger, die aan stuurboord ongeveer dwars vlak bij de „Palembang" lag en bezig was met ©en losgeraakte mijn in den grond te schieten." Dit „overloopen" moet men blijkbaar opvatten in den zin van ,voorbijloopen' 't ia dus mogelijk, diat ©en Duitsche onder zeeër getracht heeft den Engelscheai torpe dojager te treffen^, maar gemist heeft en dat nu, de „Palembang" werd geraakt. 1 De „Duivelend". Bij de directie der Scheepvaart- en Steen kolen maatschappij t© Rotterdam is uit Lon den bericht ontvangen, dat de „Duiveland" 12 mijlen uit de kust op een mijn is geloo- pen en in 7 minuten is gezonken. Alle op varenden werden gered; ©en stoker is licht gowond. Op een mijn geloopen. Uit Hoek van Holland meldt men ons Door het van Londen komende stoom schip „Cromer" is in zee een boot opge pikt met 23 man, onder wie- de kapitein van het op ©en mijn geloopen Engelsche stoomschip „Empress of Midland". (De „Empress of Midland" was een stoomschip van bruto 2224 ton, in 1907 ge bouwd en toebehoorende aan de Richelieu Ontario Nav. Co. t-e Newcastle. ARed.) Hot reddingsschip. Yan den maatregel door de Regeering genomen om het reddingsschip „Atlas" to stationneeren in de Noordzee is kennis ge geven aan de Regeeringen van Duitschland, Engeland en Frankrijk. Een Duitsche marinesloep opgepikt. Zaterdag heeft de Scheveningsche logger „SCH 252" een sloep aangebracht, waarin zich o. m, patronen bevonden. Bij informatie bleek der „Nieuwe Ct.", dat het een groot model, met koper' beslagen, Duitsche mai-inosloep is, welke do.or den log ger in de Noordzee nabij IJmuïden drijvende werd gevonden. Do sioep is in de binnenhaven onder mili taire beuaking gesteld. Do „Medusa lil". Men meldt ons uit IJ muiden: De Engelsche torpedopager „Medusa Hl", welke in aauvariug geweest zou zijn met den tórpodo-jage'r „Leaverock" en waar schijnlijk door den storm' gezonken zou zijn, lag, volgens rapport der bemanning van den te LJniuiden binnengekomen stoom treiler „Judith" op 56 gr. N. B. en 5 gr. O.L. voor anker mot het achterschip gedeeltelijk onder water, eon groot gat bij den fokkemast en een groot gat in den boeg. Men durfde liet sphip, dat verlaten was, niet óp sleeptouw nemen uit vrees, daardoor in strijd met eenige interna tionale bepaling to handelen. Daar geen per soonlijke hulp bleek noodig te zijn, zette de1 „Judith" de reis naar IJmuiden voort en rapporteerde de bevindingen bij de marine- autoriteiten' aldaar. De torpedojager was van zeer groote afme ting en had drie schoorsteenen. Do Britsche oorlogsvlag woei nog in top. Do „Sussex". LONDEN. De Amerikaanschc ambassade deelt mede, dat alle Amerikanen, die zich op de „Sussex" bevonden, gered zijn. Eenigen zijn gewond. De „Minneapolis". LONDEN. Naar bet schijnt is de „.Min neapolis" gezonken in de Middellandsche Zee. PARIJS. Naar men meemt, zijn 163 per sonen van d© „Minneapolis" t© Malta aan land gebracht. Elf out,braken er. De „Englishman". LONDEN. Bij den ondergang van de „Englishman" kwamen' 10 personen om het leven, waaronder vier Amerikanen moeten rijm. De „Fenaybridge". LONDEN. De Admiraliteit bericht, dat het stoomschip „Fenaybridge", dat volgens oen vroeger bericht gezonken is, getorpe deerd werd. Het schip was totaal onbewa pend., Cezonken schepen. LONDEN. Het stoomschip „Manchester Engineer" is gezonken. De bemanning is gered. (De „Manchester Enginier" is eon stoom schip van 2813 ton. Red.) Voorts zijn gezonken do Engelsche stoom schepen „Chartoum" en „Cerne", De be manningen zijn gered, behalve die van de Chartoum" van wier bemanning nog slechts twee aan land zijn gebracht. (D© „Cerne" was een stoomschip van bruto 2579 ton, in 1915 gebouwd en toebe- hoorende aan d© recderij S. Clarke Co. te Londen. Red.) In de Zwarte Zee. PETROGRAD. Een Russische onder zeeër boord©, onder heb v.uur van de bat terijen van Zunguldak, een stoomschip in den grond, dat schepen, geladen met kolen, op sleeptouw had. De schepen bereikten den oever. H. M. dp Koningin in Utrecht. Onder de Laatste Berichten in ons vorig nummer hebben we melding gemaakt van een gedeelte van den tocht van H. M. de Koningin in de provincie Utrecht. Nader wordt ons thans daaromtrent nog gemeld: Toen H. M. to Montfoort aankwam, stond daar voor het stadhuis het gemeentebestuur. De 78-jarige wethouder, de heer Vlooswijk, werd aan het portier ontboden en door H. M. gelukgewenscht met zijn 50-jarig jubileum als gemeente-ontvanger van Willeskop. Ook de Burgemeester werd aan H. M. voorgesteld. Een meisje van de R.-K. Zusterschool bood een ruiker aan. Ongeveer half twee arriveerden de Konink lijke auto's te Uselstein. Ten gemeentehuize gekomen werd H. M. op de stoep welkom geheeten door den burgemees ter, den heer H. J. Kronenberg, die vervolgens de hooge gasten naar do Raadszaal geleidde, waar de beide wethouders, de heeren H. J. Schilte en H. Brugman en de gemeente secretaris de heer J. H. Kamerbeek, aan do Vorstin werden voorgesteld. Hierna werden door H. M. in particulier gehoor ontvangen verschillende industrieelen, allen te IJsselstein, door wie H. M. zich liet inlichten over hunne industrie. Te kwart voor 2 vertrok de Koningin weer van'heb stadhuis, waarvoor de schoolkinderen waren opgesteld, die de Vorstin toejuichten. ^Hierna werd de gerestaureerde Ned. Herr. Kerk bezocht en de zich daarin bevindende praalgravenbezichtigd. In verhand hiermede is het van belang te weten, dat de Koningin ook den titel voert van Landsvrouwe van IJsselstein. De histori sche bijzonderheden hieromtrent leeren o. m. dat in 1540 de „Heerlijkheid IJsselstein" in eigendom was bij de heeren uit het geslacht van Egmond, met name van Maximiliaan van Egmond, Heer van IJsselstein. Een erfdochter van dezen Maximiliaan was AnDa van Egmond, die in looi huwde met Willem, Graaf van Nassau, Prins van Oranje. Sedert is de Heerlijk heid IJsselstein overgegaan aan het Doorluchtig Hui3 van Oranje-Nassau. Aan de Ned. Herv. Kerk werd de Vorstin ontvangen door den President-Kerkvoogd, den heer M. don Bleker, notaris te IJsselstein. Onder leiding van den lieer Den Bleker wer den de praalgraven en da kerk bezichtigd. Onder luide toejuichingen verliet de Vorstin de gemeente. Hierna, begaf H. M. de Koningin zich over Vreeswijk en Jutphaas haar Utrecht, waar Zij een bezoek bracht aan de Vakschool voor de Typografie aan den Jutphaasehen weg. H. M. werd hier ontvangen door den lieer H. A. M. van Hoffen, voorzitter van de Ver- eeniging „Vakschool voor de Typografie", en den heer A. W. Barten, directeur der School. Ook do burgemeester van Utrecht, mr. J. P. Fockema Andrea© was aanwezig. De Koningin bezichtigde de tentoongestelde drukwerken en het geheele gebouw met veel belangstelling en plaatste in de directiekamer Haar handteeik©- ning in het Gulden Boek der School. De heer Van Hoffen bood hier de Koningin een sierlijk in verguld stenipelbandje gevat boekje aan, op de school vervaardigd en bevattende een overzicljt van het procédé van don vier kleurendruk, waarbij hij H. M. dankte voor Hare belangstelling en voor den steun door II. Ms. Regeeiïng steeds aan deze inrichting verleend. H. M. dankte met enkele woorden en verliet daarna de school, luide toegejuicht door de leerlingen, die zich daar opgesteld, had den. Hierna werd naar het Stadhuis gereden. Langs de straten had zich een drukke menigte verzameld, welk H. Ml bij Haar doorkomst geestdriftig toejuichte. Op het Stadhuis werd. do Koningin ontvan gen door den burgemeester on naar de burge meesterskamer geleid, waar de wethouders en do gemeente-secretaris mi, J. Bool aanwezig waren. Na dé welkomstwoorden door den bur gemeester tot H. M. besproken, zoide H. M. naar Utrecht te zijn gekomen om zich op de hoogte te stellen van den invloed der tijdsom standigheden op dsi Utrechtsche bevolking. De wethouder mr. C. de Wilde verstrekte do Vorstin eenige inlichtingen over de schoolvoe- ding; wethouder mr. dr. W. A. van Zijst deel de een en ander mede over de voor- en na doelen, welke de gemeentebedrijven van de tijdsomstandigheden hebben ondervonden. Wethouder O. W. van de Kasteele deed eeni ge mcdedeclinger over den toestand der bouw. bedrijven, waarbij hij verzekeren kon, dat de werkloosheid aan liet afnemen is. Wethouder J. H. Th. O. Kettlitz verstrekte H. M. inlichtingen over do werking der werk loosheidsverzekering. Wethouder J. M. P. Harte, tevens voorzit ter van de Kamer van Koophandel en Fabrie ken te Utrecht, deed eenige mededcclingen over don toestand van handel en, industrie te Utrecht, welke z.i. weer aan het verbeteren is. Hierna had H. M. een onderhoud met den gemeente-secretaris mr. J. Bool over secretarie- aangolegenhedon en vervolgens stelde de bur gemeester verschillende personen aan H. M. de Koningin voor. Mevrouw Muller -Lulofs, presidente vas de Vereenigmg tot verbetering van Armenzorg, nu-. G. H. van Bolhuis, voorziter van het Plaatselijk Stéiin-Comitó, de heer Jos. ten Berg, lid van de Kamer van Koophandel en Fabrieken'en der St. Viuccntius V orecniging, de heer Clarenburg, winkelier in de voor malige Wijk O (de Oranjebuurt van Utrecht), v. d. Meerendonk, ambtenaar bij do S.S., Feith, metselaar, en Credoe, timmerman, de den aan H. M modedeeling&n over den invloed, welken de tegenwoordige toestanden op hunne omgeving hebben uitgeoefend. 11. M. gaf ten slotte Hare groote ingenomen heid te kennen over Haar bezoek. Nadat de burgemeester H. M. dank betuigd had, verliet H. M. met Haar gevolg liet Stad huis, om na een korten rit door de stad te ma ken. na afloop waarvan de Vorstin do thee ging gebruiken ten huize van den Commissaris der Koningin mr. T. A. C. GraüJ van Lynden van Samlenburg. Ook daar worden veer verschillende perso nen aan de Vorstin voorgesteld, waarmee H. M. zich onderhield over den toestand van land bouw en industrie in de provincie. Na nog eenigen tijd op „Paushnize" te heb ben doorgebracht, vertr-ok H. M. met gevolg por auto weer naar het Centraalstation, uitge leide gedaan door den Commissaris der Ko ningin, den Burgemeester, don Directeur-Gene raal der'S.S. en andere autoriteiten. De Koninklijke torin verliet te kwvrt voor zes Utrecht. Hot publiek juichte de Vorstin ook bij Haar vertrek geestdriftig toe. Op den tocht van Jutplmas naar Utrecht geraakte bij de brug over het Mcrwedokanaal oon band van een der Kon. auto's defect. Nadat 1-1. M. naar de Vakschool voor de Typographie gebracht was, keerde deze auto' terug om de -d-i^rwgobleven leden van Hr, Ms. gevolg af te halen. H. IW. de Koningin naar Harskamp. Naar de „Avp." verneemt, zal H. M. de Koningin 4 en 5 April a.s* ©en Bezoek bren gen aan d© te Harskamp gelegerd© troepen. Het voornemen bestaat om deh eersten dag ©en groote oefening te doen houden dooi de" aldaar gelégerde troepen tegen die te Ed© in garnizoen. Bij deze oefening zal ctfn daarvoor be-

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 2