Vrijdag 31 Maart 1916 No. 254. Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. Onder redactie van D. MANASSEN. Onze leeheEden. De stem het rif. TWEEDË JAARGANG. DE SOLDATENGOURANT ADRES DES REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRINASTRAAT 10, AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOORBURGERS 3 CENT. ABONNE MENT VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS ƒ1.50 P. DRIEMAANDEN Voor AdverteuiU:n wende min zich tot onze Administratie, PiileutrloastrMt 10. Amsterdam. l'rjjs der Advertecti5n per regel 30 cent. Voor Jngezoud«n -Mede" deelingen op de tweede, derde en vierde pagina dubbel tarief. Uj abonnement reductie. YVe zijn hier in een Russisch dorp, floor de Duitschers bezet. Het is gelegen 6en eindje achter de vuurlinie en de Duitschers hebben er een ambulance gevestigd; van een der eenvoudige boerenhoeven waait de Roode-Kruisvlag. 't Is nog winter aan 't Oosterfront, de sneeuw ligt dik over velden en wegen. Tot op zekere hoogte ia dit een voordeel, voor het vervoer van de gewonden, die nu in sleden worden getransporteerd, welke zacht over de sneeuw voortglijden. Ons plaatje stelt voor, hoe zoo'n slede met gekwetsten aankomt, die door zusters en de hospitaalsoldaten in ontvangst worden genomen. Premie voer onze lezers. Door het vrijkomen van eenige archiefexem plaren zijn wij in staat nog enkele vol ledige oplagen van ,,De Soldatencourant" te verzenden. Wie dus de verzameling van alle tot heden verschenen nummers wenscht te ontvangen, zenda onder motto „Verzame ling" aan onze Administratie 2.50 per post wissel of in postzegels, waarna wij de couran ten in franco pakketten overzenden. Dit geldt uitsluitend voor militairen. De prij3 voor burgers is 7.50. Administratie „Soldatencourant". Wij lezen in „De Hervorming" Ik groet u eerbiedig uit naam can talloos ■vallentrouwen, braven man daar boven op de commandobrug van uw fiere zeekasteel Honderdduizenden zijn het. in den lande, die u de schatting nunuer bewondering waard achten. Gij hebt daar reeds bijna een etmta.1 gestaan in het woeste stom weer, uiterlijk oi bewogen, innerlijk vol gemoejls- beweeg. turend met uw scherpeD blik over de wcehg<- wateren, metend lxun bergen eu hun diepten, opziend naar de onstuimi ge wolkgevaarten, dan weer streelend met liefdevol bezorgden blik het mooie schip dat met heel zijn levende bevolking en waardevolïen inhoud u is toevertrouwd. Het is niet uw eigendom, nochtans gansch heb uwe, saamgegroeid met heel uw wezen. En uw verantwoordelijke wil is het gebod, waarnaar alle levende ziel aan boord luis tert en de wijsheid waarop elk vertrouwt. Altezamen zijfc gij de roem van ons vader land, kloeke mannen, die uw brood zoekt op het water, in wat rang of bedrijf het wezen moge. Gij vermeert eer en kracht, gij tfoedt nijverheid «n welvaart van onze lage landen, door den oceaan omspoeld, en voor hun bestaan ten deele van dezen afhankelijk. Gij moogb van vormen wat ongepolijst zijn,èJtemefc"wat nut menig kwant het dun vernis van maatschappe lijke kleurigheid? Gij moogt in uw lagere rangen bijwijlen zelfs wat ruw wezen staat wellicht het landbouw- of fabrieks bod rijf in den roep, dat 't een bij uitstek beschaafden stempel sou opdrukken? Deze buitenkant van het zwmanstype, voor zoo ver er een greintje waarheid is in de legende, raakt de kern van uw persoonlijkheid niet. Voor een deel heeft zich de navigatie ge wijzigd in de joógste tientallen van jaren, (Xaar het EngeUch.) I. Een noodsein. „Hoor je dat wel?" riep de oude An thony Horncastle, terwijl hij de hand op hief en Uitzag over de zee. ..Dat is de stem van het Blacketone Rif. Vóór morgenoch tend da zon is opgegaan, zal er weer een vrouw dm haar man treuren „Je bedoelt, dat er vanavond weer iemand zal verongelukken," zei Jim Prestou, „dat er een zeeman zal verdrinken bij het rif?" „Ja juist, dat bedoel ik. Je weet het ook wel," antwoordde de oude zeemau. „Na tuurlijk kan het ook een ander mensch wezenmaar er i§ veel kans, dat het wel een zeeman zal zijn." „Nu, ik geloof niet veel van die oude overlevering," hernam Jim Preston, half- lachend. „Het rif is wf 1 gevaarlijk, dat stem ik toemaar ik kan niet gelooven, dat het. iemand kan oproepen tot den dood." „Ja, je lacht, Jim Preston," zei de oude man, op strengen toon, s,omdat je trotsch bent op je boekenwijsheid, zooals de meeste jongelui tegenwoordig. De boekenwijsheid is goed en welmaar je leert de natuur niet kennen uit de boeken. Lach nu maar niet; waut jij kon het wel eens wezen, die opgeroepen werdHoorDaar is het weert"- Daar kwam in de duisternis over het woelige water, een lang gerekt angstge- D'ctolL dat duidelijk .werd gejity rd.bovephet sinds het zeilschip goeddeels van de groote wateren werd weggenomen. De kloeke bark, het sierlijke brikje, die met hun breed tuigage en uitgespreide zeiivlerkeu een lust dei* oogen waren voor wie het harmonisch spel van forsche en bevallige lijnen minnen, ze hebben hun plaats moeten ruimen voor de stoomvaart.. Thans staat een deel van de taak onder het zeggen schap en de verantwoordelijkheid van de machinekamer en den Marconi-telegrafisb. Zij hebben zich ingelijfd in het breed ver band oiïzer'zeevaart en er is reden genoeg om ook Jjeu als onze zeehelden te eeren. Maar hoe omvangrijk werd juist dooi1 dit alles de taak van den opperbevelvoerder of diens plaatsvervangeral reusachtiger werd de omvang van den zeebodem zeiven, al kostbaarder de inhoud, al ingewikkelder het toezicht, al zwaarder de aansprakelijk heid. Wat is het, dat wij èeren in den hoofd man op de Lruig, in het kaartenhuis, in de hut eeren in allen, die hem gehoorza men, uit wiei" rangen hij, na een reeks van toegewijde jaren, zich opwerkte? Hij is het beeld der activiteit, der door tastende voortvarenheidtoch rust-ig en van onverstoorbaren kaknen gang. Zijn wil is gebod, maai- allereerst voor - hemzel- ven. Door zelfbeheersahing en zelfbedwang alleen kan hij behouden het zedelijk recht op de eervolle plaats hem toebedeeld, maar de strenge trekken van den terugge trokken asceet zoekt ge op zijn opgewekte tronie vergeefs. Hij schroomt geen over leg, al teekent vastberadenheid al' zijn be wegingen. Zijn vriendelijke zorgen voor dè belangen van hen, die hij overvoert naar verre gewesten, of terugvoert naar het lieve vaderland, is onuitputtelijk; goed moedig ook klopt hij den passagier, dien hij een goeden raad heeft toe te fluisteren, op dep. schouder, maar onwrikbaar klemt de schepter in zijn welwillende hand. Als tegenspoed zijn omgeving zuchten doet, brengt de opgewekte stem van den gezag voerder verheuging. En... als het gevaar dreigt klimt ten toppunt stijgt, dan is hij de onverschrokken held, die zelfopof ferend, doodsverachtend, zijn plaats op de. brug blijft innemen, totdat hij als de laatste man, met betraanden blik en verscheurd gemoed, zijn zinkenden bodem verlaat. Al deze eigenschappen, haar middelpunt vindend in vrome plichtsbetrachting, druk ken zich als het ware met de jaren en de beoefening, op het gelaat van den zee man af. geweld van wind en golven uit.. Men had zich kunnen verbeelden, dat het ea« gees terstem was, de wanhoopskreet van "den een of anderen verdronken schipbreukeling. En de oude inwoners van Craymouth ge loofden iets van dien aard. Maar bovenal beschouwden zij het als een zeker teek en, dat er dien nacht bij het rif een man zou verdrinken. Niet dikwijls werd het noodlottig geroep vernomen soms niet meer dan éénmaal in het jaar, en menschen, die niet phantai- tisch of bijgeloovig van aard waren, wisten niet. wat zij er van moesten depken. De verklaring, die sommigen er van gaven, was, dat het geluid werd veroorzaakt door den wind en de golven in den holte van het rif, onder bijzondere omstandigheden maar het was nooit mogelijk geweest de juistheid van de theorie te bewijzen. Eeii naamlijst der mannen, die verdron ken waren bij de zeldzame gelegenheden, als de stem van het rif zich liet hooren, werd bewaard in de voornaamste herberg van het dorp. Zij was vrij lang, want zij liep over 50 jaren, en men noemde za de „Oproepings- lijst van het rif." Jim Preston glimlaohte niet meer, toen de oude Anthc-ny Horncastle had gezegd: „Het kon wel zijn, dat jij werd opgeroe pen." Niet dat de jonkman lafhartig was, volstrekt niet; maar er was iets in Hom- castie's manieren, dat indruk maakte op den jonkman, al was hij ook zorgeloos, zelfs roekeloos. Daarenboven had hij meermalen de lijst van het rif gelezen, evenals iedere man of vrouw in het dorp, die maar lezen had' geleerd. God sterke en behoede u, mannen die de 2see bevaart! Thans bovenalWant elk verstaat de zielsstemming, die deze regelen ingaf. De aee is niet meer louter de bandelooze en gevaarlijke van alf.ijd, zij is een trouwe loos en verraderlijk element geworden. Wij schamen ons bijkans onze veilige ver blijven als wo denken aan u, kloeke, nij vere, kundige, trouwe werklieden yan de zeel De toestanii in den reuzenstrijd. Men leze de telegrammen onder de ru briek „Op Zee", en men zal zien, dat in derdaad Duitechland met kracht den duik- bootemooi-lipg voortzet, van verslapping is nog geen sprake, Integendeel, het heen gaan van Tirpite, die een voorstander van deze manier van oorlogvoeren ter zee heet te, schijnt haar nog te hebben uitgebreid. Tal van schepen, natuurlijk vooral Engel sche en Fransche, maar ook neutrale, zijn in de laatste dagen getorpedeerd. Dit is inderdaad van ernstige beteekenie voor Engeland vooral, en het zou voor dit land tot op zekere hoogte fotaal kunnen worden, indien, do Duitschers in staat zijn deze tak- tiek maanden lang vol te houden. Maar dat kunnen zij niet, beweren Engelsche bladen, zij zulLen nu wel reeds hun maximum heb ben bereikt,' en men wijst San op den on derzee-oorlcg van 't vorige jaar om deaen tijd, toen de duikboot<enoorlog eveneens een groote uitbreiding aannam, om daarna te verslappen en eindelijk zoo goed als geheel op te houden. Doch de omstandigheden zijn niet de zelfde. Toen wilde DuitscbLand in de eerste plaats zijn vijanden schrik en ontsteltenis aanjagen, en daarvoor wa6 een lange duur van deze manier van optreden niet noodig. Nü gaat het er vooral om, de landruirale dér Eingelsohen te verminderen, zijn overzeé- soben handel te belemmeren, te verlam men. Het heeft nu een zakelijk doel en kan dit alleen op den langen duur be reiken. Ten tweede heeft Duitschland thans ongetwijfeld veel meer onderzeebo&ten en kan het dus dezen strijd langer volhouden. De werven te Kiel en elders zullen wel niet stil gezeten hebben, en hoofdzakelijk duikbooten hebben gemaakt, -de oorlogs vaartuigen, waarmee men het werkzaamst den vijand bestrijd. Er is dus veel kans op, dab de duikbootemoorlog nog een tijd lang voortduurt. De vraag is voornamelijk, of Duitsohtand zich ook aan de Vereenigde Staten zal storen. Want'da ar is men weer in een slecht humeur ovep het torpedeeren van de „Tu- bantia", de „Sussex" en andere stoom schepen. Do Amerikanen zijn verontwaar digd in da eerste plaats, omdat er weer landgenooten op de „Sesse-x" waren, al bleek achteraf, dat die alleen in leven zijn gebleven. Verder eisohen zij, daar de Ver eenigde Staten zelf geen passagiersschepen hebban, die op Europa varen, het recht om met met stoomschepen der oorlogvoe rends landen te reizen. Er is daarom weer spanning tusschen Amerika en Duitschland, een spanning, die dreigt te leiden zelfa tot een verbreking der diplomatieke betrek kingen. Zoover zou de Duitsche regeering het blijkbaar liever niet laten komen, ten minste haar gezaut te Washington Bern- storff heeft verklaard, dat de „Sussex" waarschijnlijk niet getorpedeerd maar op een mijn geloop-en is. Mocht blijken, dat liet. schip toch in den grond is geboord door een Dudtschen onderzeeer, dan zal de commandant daarvan gestraft worden en Duitechland zal schadeloosstelling betalen. De vree6 voor een breuk met Amerika zou qo Duitschers dus wel eens1 kunnen afhouden van een al te onbarmhartig optreden van duikbooten. Ook in dezen oorlog lijkt de eene dag niet van het rif/', vervolgde de oude man, die vasthield aan zijn geliefkoosd onderwerp; „want wie weet, voor wien de roepstem za1 zijn?" „•Voor mijn part kan de stem mij roe pen, zei Jim Preston, met een onverschil ligen lach. „Ik ben er niet bang voor. en evenmin voor den boozen geest, die sommige lui denken, dat nu rondom-het rif waart. Anthony Horncastle zag den knappen, jongen visscher, die naast hem stond, strak aan en schudde toen langzaam het hoofd. „Dat klinkt alsof je wenscht dood te zijn," sprak hij, „en zulk een wensch mag niet worden uitgesproken door een jongen kerel. Maar ik weet wel hoe het komt," voegde hij er op vriendelijken toon bij: „Rutli Peiidennis wil je vrouw niet wor den, hè?" „Ik denk, dat ik niet goed genoog voor haar ben," antwoordde Jim Preston. „Zij) heeft haar oog laten vollen op Eric Nielsen, den stuurman van de bark „Dagmar", om dat hij eenmaal kapitein zal worden. Zijn schip is al bijna in Plymouth aangekomen, ik denk, dat wij hem wel binnen een paar dagen hier zullen ziGn." „Ze heeft haar hart op hem gezet, jongen, bedenk dat wel. Het geeft je niets, of je nog aan haar blijft denken. En er zijn we zenlijk genoeg knappe meisjes in Devon shire. „Maar geen, dat in vergelijking" kan ko men met Ruth Pendennis!" riep Jim Pres ton, bijna gramstorig. „Het kan zijn, dat je er spoedig anders over gaat denken. Ik wil daarover niet met je twisten. Ga liever naar huis, jongen e^Jtom nPq. jfeioLgodsan"; op deu ander de oorlog op het Westerfront toont in#de laatste paar dagen nu ineens v.eer zeer groote verslapping, het lijkt er zelfs op, of de Duitschers, ook aan de west zijde van Verdun, den aanval hebben ge staakt. Het kanon buldert er nog, maar Bedert eeriige dagen verneemt men niets meer van een inf an terie-actie. Ook op 't overige deel van 't Westelijk oorlogeterrein is het stiller gewordenalleen ten zuiden van Yperen, bij St. Éloy, hebben de En- gelschen den Dtidtechers eenige verliezen toegebracht door een mijnenstrijd. Aan heb Oosterfront daarentegen «etten de Russen hun vrij krachtige aanvallen voort, bij Jacobsbad, aan het Narodsjmeer en elders. De Duitschers hebben blijkbaar versterkingen naar dit front gezonden en zijn hier] en daar overgegaan tot tegenaan vallen. Zij zouden zelfs eenige successen hébben, behaald en 21 officieren en meer dan 2000 minderen krijgsgevangen hébben gemaakt. Maar een 6trijd in grooteu-sfljl is ook daar de oorlog nog niet op het oogen- blik. Eenige verandering van belang is er niet gekomen in den toestand. Van het Oostenrijksch - It al aanscli e front hebben we in langen tijd niets bijzonders gehoord. Ook thans schijnt het vechten daar op de gewone wijze door te gaan, toch komen er in de laatste dagen, eenige blijken van grootere krachtsinspanning van den kant van Italië. Er worden bi ij k baaj- meer troepen gedirigeerd naar het front, vooral naar Görz, waar de gevechten om het brug genhoofd nog steeds voortduren. Ook op de hoogvlakte van Doberdo was het artdï- lerieduel in de laatste dagen zeer hevig en hardnekkig, terwijl de Italianen verder bij San Marti.no en op de noordelijke helling van dien Monbe San Michele felle aanvallen deden, die echter, volgens der Oostenrijksche telegrammen gemakkelijk werden afgesla. gen. Er wordt verder nog gesproken van aanval spogingen den Italianen bij Plöcken, allemaal oude békende nlamèn in den oorlog tusschen Oostenrijk en Italië, maar nergens is blijkbaar eeuig voordeel van belang behaald. Noch aan het Wes ter-. noch-aan. het Ooéterfrontnoch aan de Oostenrijiksclie grens is feitelijk de toestand in het laatste half jaar zóó veranderd, dat er kaus bestaat op een beslissing. De „Tubantia"-zaak heeft nog steeds al- 1er belangstelling, uit gevonden stukken ijzer en brons zou men moeten opmaken, dat hét schip getorpedeerd is; zij zouden afkomstig zijn van de luchtkamer van een torpedo. Doch het onderzoek wordt nog voortgezet. De Duitsche regeering heeft intueschen opnieuw officiel laten verklaren aam de onze. dat de commandanten der Duitsche duikbooten de strengste bevelen hebben zich volkomen te onthouden van eiken 'aanval op onzijdige schepen, tenzij deze zioli door de' de vlucht aan een onder zoek trachten te onttrekken of rich verze t- Pen. D'e „Tubantia" lag stil en heeft zich zeker niet verzet tegen een vijand, dien nie mand heeft gezien. Het raadsel blijft dus bestaan. DUITSCHLAND. De nieuwe Zeppelins. In de „Times" geeft Georges Prade, die als deskundige voor de Fransche regeering de overblijfselen van de LZ 77. die onlangs te Révigny naar beneden geschoten werd, onderzocht heeft, eene beschrijving der nieuwste Zeppelins. Deze is gedeeltelijk ge baseerd op de resultaten van zijn onderzoek en voorts op inlichtingen, die hij op niet nader aangeduide wijze uit Duitschland heeft ontvangen. Prade is er zeker van, dat het bij Révigny neergeschoten luohtschip één van de nieuw st© constructie is. Het had vijf motoren en vele nieuwigheden, die hieronder nader om schreven worden. Het nummer LZ 77 wijst- er op, dat Duitechland sedert het begin van den oorlog tot op het oogenblik dat dit luohtschip afgeleverd werd, 52 nieuwe Zep pelins heeft gebouwd. De laatste voor den oorlog gereed gekomen luchtvaartuigen de drank zou het niet beter voor je maken. Er kan vanavond nog .werk voor je zijn. Nu, wat heb ik je gezegd? Kijk, Jim, kijk daar! Een noodsein!"' Er schoot in de duisternis een vuurpijl omhoog, die een dun, vurig spoor naliet op de donkere lucht. Die moest komen van een schip in volle zee, voorbij Blackstone Rif.' Jim Preston hield een hand boven de oogen om die te beschutten voor den regen en den hagel, die iemand als zweepslagen striemdeu in rt aangezicht, en keek naar buiten, in den storm. Eerst zag hij niets dan de lange rij wit- gekuifde golven en een zonderling. *flauw schijnsel in de duisternis, dat niet van scheepslichten kon komen. Daar schoot een tweede vuurpijl de lucht in, en een oogenblik later kwam de was sende maan uit een donkere wolk te voor schijn, waardoor de streep van de vuurpijl werd verduisterd en het flitsen van den bliksem minder schel werd gemaakt. Bij het maanlicht werd een schip zichtbaar. Het zag er klein en ontredderd uit, met gehavend want en een paar stukken van gescheurde zeilen wapperend in den wind. Het was of de zee dol was geworden. Reusachtige golven sloegen de kust en bra ken bruisend op de donkere, puntige rotsen. Er was geen'hoop meer voor een schip, dat op zulk een avond, tegen die geduchte slag tanden werd geslagen, en het ongelukkige schip dreef snel naar de noodlottige rotsen toe. Er werd nog een vuurpijl en nog een opgelaten van het schip, en toen hoorde men, boygfl hfiti gelpej stor^ tijt, droegen de nummers LZ 24 en 25, terwijl de LZ 30 in November 1914 een proefvlucht deed. Duitschland kan thans iedere 10 dagen een ZeppèTi n bou wen Het bleek Prade onmogelijk om uit de kromgetrokken en zwartgebrande staven en constructicdeelen van de LZ 77 do juiste afmetingen van het luchtschip vast te stel len, doch uit de zwaarte en de kromming van bepaalde ondordcelen inaakt hij op, dat het eene capariteit vau 30.000 kubieke me ters moet gehad hebben. Het metaal, waar uit het geraamte bestond, i3 eonigszins verschillend vau het vroeger gebruikte (bij een Zeppelin, die in Augustus 1914 in Fran krijk naar beneden weid ge» boten) en be staat uit aluminium met een klein aliiago van koper en zink. De afmetingen van de oudere typen ver gelijkend met hunnen inhoud, komt Prade tot de slotsom, dat het nieuwe type onge veer 160 meter lang moet zijn, bij een mid dellijn van 17.5 meter. De vorm der luchtschepen is gewijzigd. Terwijl vroeger beide einden gelijk waren, was de LZ 77 van voren stomp en liep hij geleidelijk eenigszins spits toe, waardoor bij gelijken inhoud een geringere lucht-weer- stand verkregen wordt. Het luchtschip had twee gondels, die door een daartussehen ge legen cabin met elkaar verbonden waren. In de gondels vonden de machines en de machinisten, in de cabin de stuurlieden, be manning en de bommenwerpers plaats. De draadlooze telegraaf bevond zich in de ruim te, die voor'do munitie gereserveerd was. Een ladder liep rechtstandig door de Zep pelin naar liet bovendek, waarop een plat form voor mitrailleurs was geplaatst. Deze ladder liep tusscben twee van de twintig ballonnefcs, die alle door schotten van eb kander gescheiden zijn, waardoor he lucht schip opgeheven wordt. De Zeppelin had vijf Maybach-motoren van 180200 P. K„ elk met waterleiding en elk 448 kg. wegend. Zij verbruikten 230 gram benzine per p.k.-uur en 2Jt kg. smeer olie per motor-uur. De LZ 77 had vijf propellers, twee aan beide zijden en een in het midden achter de achtersten gondel, waardoor zoowel de horizontale als stijgkracht vergroot worden. 2Wodat het luchtschip door het uitwerpen van ballast en gelijktijdig manoeuvreeren met de stuurvlakken zich in een hoek van 15 gr. niet. volle snelheid, opwaarts voort bewegen kon. Uit de overblijfselen der lijken van de bemanning ken opgemaakt worden, dat- deze 23 koppen telde. De LZ77 had 20 bommen van 50, 80 en 100 kilogram, te zamen 1500'kilogram we gend aan boord. Elke bom was opgehangen aan ee.a haak, die door een ui,t de cabin be diende electrische inrichting geopend kon worden, tengevolge waarvan die op het ge- wenschte oogenblik kon losgelaten worden. Het luchtschip had. geen revolver-kanon, maar wel zes mitrailleurs aan boord. Twee stonden op het platform, twee in de voorste en twee in de achterste gondel. Het was Prade niet mogelijk, de afme tingen der benzinetanks te bepalen, omdat die gesmolten waren. Er was ook geen spoor meer van het krachtige koudliéht- zoeklicht te vinden, waarmede Zeppelins van eene groote hoogte uit den grond kun nen verlichten. ENGELAND. Een schietbaan in het Parlementsgebouw. In de gewelven van het Engelsche Par lementsgebouw is een schietbaan voor de leden van beide Huizen ingericht. Mijnwerkers voor het front. De Britsche opperbevelhebber, sar Doifglas Haig heeft aan het departement van corlog een telegram gezonden waarin hij vraagt waarom er niet meer mijnwerkers worden uitgezonden voor den aanleg van mijnen aan het front en of de mijnwerkers die van heb front naar Engeland terug gingen niet naar hun regimenten zouden kunnen terugkeeren. Een vertegenwoor diger .van het departement van oorlog, naar de diepe tonen van de klok, die geluid werd om de mannen van de reddingboot op te roepen. „Dat roept mij nu riep Jim Preston, die tot de bemanning van de reddingboot behoorde. De oude Horncastle riep hem nog iets toe, terwijl de jonkman de helling afliep naar het strandmaar hij werd overstemd door een geweldigen donderslag, die lang bleef monnelen. Mannen en. vrouwen snelden naar het strand. Vele bereidvaardige handen hielpen de reddingboot gereed maken om uit te varen; Terwijl Jim Preston voortsnelde, liep hij bijna in de armen van een knap, donkeroogig meisje met het haar verward over het gezicht gewaaid. „Ruth !"- „Jim Hij bleef staan en zij zagen elkander aan. „Vaar je mee uit met de reddingboot, Jim?" „Ja." „Ik hoop, dat Gtod je zal bewaren." „Ocli kom, je geeft er ook wat om ca ik leef of dood ga," zei Preston, heftig, „Je denkt alleen aan Nielsen. Hem heb je ge kozen, een vreemdeling, een Deen..." „Hij is uit het land van onze Koningin, Jim." Misschien heb je wel verstandig ge daan hem te kiezen", zei Preston op harden toon. „Hij is er beter aan toe dan ik en hij behoeft niet zulke gevaren te loopen. Wie''weet hoeveel plezier hij op dateelfde ono*nbiiïfc te .Igymoutfe de kolondistricten gezonden naar oAntebling van dit telegram, verklaarde dat men man nen noodig had voor het maken van tun nels en gangen en dat hij vertrouwde dat do leiders der mijnwerkers het departement van oorlog zouden ondersteunen. FRANKRIJK. Van hot Westelijk Ooriogstorrsin, J ARIJ S. Do. nacht van Dimxlag was kalm ten oosten van de Maa*. Vrij groote activiteit der artillerie aan beide zijden ten westen van de rivier, in de streek van Ma- lancourt, en in Wofevre, in den sector aan den voet. der Masshoogton. In het Parroy-bosch doden de Franachen een verrassenden aanval op een Duitscb werk, waarvan do bezetting over de kling werd gejaagd of gevangen genomen. De F ransebcn lieten het werk in de lucht vlie gen, en trokken zich daarop terug. BERLIJN. Ten zuiden van St. Eloy ont stond een levendig handgemeen om de door de Engelschen tot ontploffing gebrachte kratera en op de aansluitende deelen var- het front. Over den toestand aan weerszijden van de Maas js niets nieuws te berichten. De strijd om Verdun. JARUS. De beschieting met zware artillerie werd Maandag zeer krach tig voortgezet op liet gehocle front voor Verdun, in het bijzonder ten westen- van de Maas, maar het kwam nog niet tot oen infauterie-aanval. De Duit- schere zouden bij nieuwe aanvallen ernstige moeilijkheden ondervonden hebben Na de verhezen, geleden op het plateau van L»ouaumont., welke nog toegenomen zijn bij fle vruchtelooze pogingen op beide vleugel» is het te begrijpen, dat de Duitschers aarze- jen nieuwe divisies aan te voeren, waarvan l-A& *1UD ^e'en5'®ve kracht op ver schillende fronten zou verminderen. De ontwikkeling voor Verdun. In^ de „Nord-deutsclie Allgemeine Zei- tung J geeft Scheuermann «een overzicht van de gebeurtenissen der laatste maand voor^ Verd/un. f" 21on *<bm«ri word do lijn Consenroj. Azannea na beschieting aangevallen. De Fransch© stellingen waren vrijwel alle bezet, met reserve-formatie», dio tot het garnizoen u verdun behoorden. De aanval op dit ze- dH VT,n -iet, fron.t' was VJ" voorbereid, dat fle Duitsche infanterie den 21en Februari reeds m de algcmeene marschrichtinz Tan Verdun voorwaarts begon te marchc-eren en al les wat in den weg kwam overhoop Jiep. In het open veld ging dit bijna zander tegenstand, alleen ;n de bosschen stelde de vijand zich te weer en hét kwam tot langdurige gevechten, vooral m het met veel draadversperringen doortrokken en door elite troepen (56e en óöe regiment jagers) verdedigde C-uures-bos^h. Uok m het geweldig versterkt© dorp Beau mont, een zelfstandige kleine vesting, bood de bezetting zoo dapperen tegenstand, dat de Duitschers niet uit het- bosch konden komen ofschoon zij reeds rondom het dorp stonden. Hier moest de artillerie er nog eens bij te pas komen. Zij deed dit met zooveel succes, dat er langs her. geheele westfront geen plek is, die erger vernield is dan Beaumont .De verdedi gers .agen jn rijen dood in de Joopgraven, het geweer nog in aanslag. De Franschen hadden bi] deze bosehgcvechten zoo zeer hun samen hang verloren, dat heele compagnieën in de awning naar Verdun te marcheeren, den Duit schers in de armen liepen en zich moesten over geven. Terwijl het Duitsehp, legercorps daar opereerde, reeds door het Fosscs-bosch heen was. lag het naburige legercorps door het op onthoud bij Beaumont en in het Caures-boscb nog wat achteruit. Op do nieuwe lijn Catelet- z&iheuvel vau Louvemont zuidelijk ge deelte van Hermitage-bosch werd nu pauze ge houden. Onmiddellijk voor de buitenste forten- linie hielden de Fransehen weer stand. Tefwi l hier oorspronkelijk de 72e Fransche reserve-di visie stond, wierpen de Fransehen nu snel nog vijf andere divisies in het betrekkelijk nauwe ge- bied. Den 25en Februari ging de nieuwe linie vooruit en werden Donaumont en het sterke Hardémont bestormd. Nu trad er een groote pauzo in. Om Dona'Qmont ging de strijd ver bitterd op en neer. Daarna werd het dorp V aux genomen en een kleine stormtroep heesch de Duitsche vJag op het fort Yaux, maar kon „Och Jim", riep het meisje op smeeken den toon, „spreek zoo niet, en. vooral niet op een oogenblik als dit, nu- je uitgaat om je leven te wagen voor anderen- Ach he melHet schip is op de rotsen geslagen!" Zij sloeg huiverend de handen voor het gelaat, toen het schip, door een groote golf opgenomen© met ontzettend geweld tegen het rif werd gesmakt. Men kon aan land het kraken hooren van het hout. dat aan splinters werd geelageuen psoedig daarna vernam meu de wanhoopskreten van de mannen aan boord, die nu slechts weinig kans op redding meer zagen. De maan. die eenige oogenblikken het treurige schouwspel liad verlicht, verdween nu weder achter de sneldrijvende wolketa t-n de regen, viel bij stroomen neer. De red dingboot werd te water gelp-ten; de man nen zaten er in, ieder op zijn plaats. De menschen op het strand riepen bun een vaarwel toehet zeil werd geheschen en de boot voer heen, om haar werk van barmhartigheid te volbrengen. Weldra was zij verdwenen in mist en duisternis, op de schuimende golven. Ruth Pendennis lag geknield aan hel strand, vervuld met een onbestemde vrees, en trachtte met angstig starende blikken heen to dringen door de duisternis. Een der mannen had gezegd, dat hij, toen do maan een paar minuten hoé schip had be- schUuen, met een kijker een gescheurde vlag aan den bezaanm^t van het schip had gezien en dat het de Deensche vlag waa,

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1