No.248. Vrijdag 17 Maart 1916 Orgaan voor Leger en Vloot. Oorlogsnieuws. TU RF-IN-JE-RANSEL. twééde Jaargang. Onder redactie van D. MANASSEN. i OeSd en de Oorlog. Zijn beroep. De toesta'.in den reszenstrijd. PRIJSVRAAG. DE SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRIN ASTRA AT 10, AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOORBURGERS 3 CENT, ABONNE MENT VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS ƒ1.60 P. DRIEMAANDEN Voor Advertent ;én wende men zich tot onze Administratie, Palentrinoxtraat 10 Amsterdam. I'rjjs der Ad verter. tien per refcel :i0 cent. Voor Ingezonden Mede' deel'ng'en op do tweede, derde en vierde pagina dubbel tarief. Dy abonnement In de Vroegere groote oorlogeD, in die van '70-'71 bijv., had men nog geen vliegers of bestuurbare ballons, wel kende men er échter de zoogenaamde „ballons captifs", de ballons, die aan touwen werden vastgehouden, hoog opstegen en zoo een grooten uitkijk over den omtrek toestonden. Deze ballons captifs worden ook nog in dezen oorlog gebruikt, maar zij kunnen zich natuurlyk niet bewegen over het uitgestrekte strijdterrein, vormen bovendien een gemakkelijk mikpunt voor het vijan delijk vuur. Zoo zien we hier een Duitschen ballon, diepgetroffen door vijandelijke projectielen, in allerijl wordt neergelaten. J; (Slot.} ■J f Vlü, Geldzorgen. De regeeringen der Eyropeeseho landen, om- zicli maar tob deze te bepalen, - zitten diep in de geldzorgen. De oorlog voerende mogendheden natuurlijk vooral, maar deze niet alleen, ook de neutrale, ,Wanib' ook deze hebben bijzondere uitgaven voor de mobilisatie, Spanje misschien uitgezonderd, mobiliseert men in alle Europeesche staten. Dat brengt zware kosten mee, maar er zijn nog andere din- Sen, die financieel drukken. Alles -is duur- er gfewordefi', omdat, het moeilijker-te ver krijgen is-; vele gezinnen hebben, doordat het leger te velde staat, hun kostwinners .verloren-tal van mannen zijn hun betrek king kwijt.door den oorlog, of hun inkomen is verminderd. De reg-eeringen kunnen niet anders da-n dezen te hulp komen, voorzoo ver de openbare liefdadigheid, de steun- eomité's, dat ni-sfc rosds deen- Zelfs in de kleine landen .zijn voor dit alles honderden millioenen noodig. Wel staat, in de neutrale landen voornamelijk, maar hier niet «Heen, daar tegenover, dab ook velen ■rijk worden door oorlogswinsten. In alle landen, oorlogvoerende en andere, ■begint men- nu reeds na to denken over de toekomst. Want totnogtoe heeft men bijna overal wissels op die toekomst getrokken: de groote leeningen.de niilliandenmoeten later woTden afgelost, en een lange reeks ven jaren vragen zij haar renite, koager dla-n in de vredesjaren., De oorlogvoerenden heb ben bovendien nog een bijzondere beslom mering. Hun geld vermindert in waarde. Niet in 't binnenland, maar buiten hun landpalen. De koersen der marken, der francs, der roebels en zelfs van den pond Kapitein Fi-lips had Ena reeds een half uur verlaten, en het boek, dat hij haar ge geven had, lag-ongeopend op haar echoot. Zoo lang hij las, werd zij geboeid door zijn mooie, muzikale stemmaar als hij weg was, scheen ook 'fc belangwekkende verdwe nen en bleef zij zitten- droomen, met wijd open oogen starend in den mooien, Indi- Bohen tuin voor haar. Zij merkte 'fc niet eens op, dat een offi cier, die de duidelijke sporen droeg van een langen en vermoedenden rit te hebben mee gemaakt, zachtjes de kamer binnentrad, en zijn handen voor haar oogen sloeg. Met een lichten la-eet van schrik en een plotselingen blos sprong zij overeind. O, ben jij 't? zei ze prikkelbaar. Ja, dat kon ik geweten hebben. Je komt altijd eoo onverwacht en ruw.... Zijn vroolijke oogen verloren even hun glans. 't Spijt me, zei hij toen vriendelijk. 'b Was maar scherts. Wat ben je prikkel baar tegenwoordig, Ena. Zij antwoordde niet. Hij boog zich voor over en nam 'tboek van haar knie. Filipg? vroeg hij lakoniek. Ja. Heb je er iets tegen? iNiets, voor zoover 't jou'betreft. Voor hem zou een beetje meer militaire lectuur geen kwaad kunnen. Hij moet nog -heel wat leeren, voor hij een goed soldaat is. -Wat ia een goed soldaat, zooals jij heb gelieft te noemen? zei ze spottend. Er zijn dichters en filosofen, die dapperden zijn, en béter. Mogelijk. Er zijn er ook, die 't aange naam vinden, dab zij 't gevaar vermijden kunnen. Zijn knap gezicht stond nu ernstigde jongensachtige vroolijltheid, die er bij 't bin nenkomen op had gelegen, was geheel ver dwenen. Maar eensklaps maakte hij een energieke beweging, als om iets onaange naams van zich af té schudden Ik heb nieuws, lieveling, zei hij toen sterling, welks waarde men meende, dat onwrikbaar vast stond, zijn gedaald in het buiten land, sommige zelfs zeer aanzienlijk. Dat is wel te begrijpen. Men weet, dat de oorlogvoerenden m geldzorgen zitten, .het vroegere vertrouwen is geschokt, de waarde papieren warden met wantrouwen aange zien, terwijl ieder het goud liefst in zijn land houdt en dus met banknoten betaalt. De waarde daarvan daalt echter, omdat het vertrouwen in de beta-alkracht der banken is verminderd- Doch er is 'geen twijfel aan, of na den oorlog komt dit weer in orde, zal de koers van alle vreemde gekl normaal worden. De gjoote vraag is, hoe zullen de ontzag lijke, nog steeds toenemende sohulden van bijna alle mogendheden, worden betaald. Nog is het einde van don oorlog, en dus van de leaning-en, er niet. Duitschland en En geland, Frankrijk, Oostenrijk en Rusland zinnen reeds weer op nieuwe ooriogsleenin- gsn, en dag aian dag solider neemt de gewel dige schuldenlast toe, een' last bij deze alle, zooals men zich vroeger niet kon voor stellen, dat een volk ooit zou kunnen dra gen. In 1890 had Duitsohland een staatsschuld van 750 millicen gulden, men vond dat toen hoog, nu verbazend gering. Jaar op jaar werd die hooger tot ongeveer 1910, toen zij tot drie milliard gulden was gestegen en daarop i6 zij blijven staan, dank zij do be lastinghervormingen der regeering. Tot Augustus 1914 Sedert is zij toegenomen met 15 milliard, zij" is dus nu zesmaal zoo groot en waair is het einde? Bij de andere oorlogvoerende groote mo gendheden is het niet beter gegaan. Enge land had reods voor honderd jaren, na de langdurige oorlogen met Napoleon, een zeer grooten schuldenlast, die wel allengs ver minderde, maar door den oorlog tegen de Boeren weer steeg tot 9 milliard gulden. Ik ben in X. geplaatst, na September, 't Treft prachtig. Ik kan dan verlof krijgen roor ons trouwen, en daarna vestigen we ons in mijn nieuw garnizoen. lu X. 1 echode zij. Onmogelijk! 'fc Moet daar een ellendig klein plaatsje zijn. Ik denk er niet over. Dab bef-eekent volslagen intellecbueele achteruitgang.... Dat is Filips' lievelingsfraze, hè? viel hij in dé rede met een korten lach. Dat zal althans één goed ding zijn, Ena, dat je onder den invloed van dien man uit komt. Zij wendde zich naar hem toe met een snelle en hooghartige beweging. Kapitein Filips is mijn vriend, zei ze. Hij begrijpt, dat ik niet kan tegen zoo'n omgeving als daar in X. Ik kan en ik wil er niet heen. Ec dank je er wèl voor. Je moet, als je tenminste mijn vrouw worden wilt, zei hij rustig. Er was een waarschuwende groef tusschen zijn wenkbrauwen. Zij zag hem even va-n ter zijde aan. Zij merkte 'bleelijke, groote lititeeken op zijn wang, zag de stoffige uni form. Een gevoel van afkeer maakte zich van haar meester. Ik zie niet in, dat ik moet, zei ze. Jij kon je wel wat meer aan mijn levensvul ling ge legen laten liggenboeken, en kunst, en Liefhebberijen van één dag, vulde hij aan. Ja, Ena, er zijn dingen, die nu maar oens flink gezegd moeten worden, 't Komt me voor, dab jij op een gevaarlijken weg bent, voor ons beiden. Je weet nu eenmaal, dat ik geen droomer en geen dichter ben. Toen je me aannam, wist je dat 't je lot zou zijn de vrouw te worden van een soldaat. Toen was je liefde sterk genoeg. Sedert eenigen tijd... Hij zweeg. Hij had 't-mooie meisje vóór hem méér lief dan hij zich op dat ooganblik durfde bekennen. Er helpt niet aan, Ena, vervolgde hij toen kalm, -- mijn vrouw moet met me meegaan naar X. Ik ga niet mee, zei ze hartstochtelijk. Dan... Dan... Kom, la-ten we éérlijk tegen Twee oorlogslepniDgen hebben die staats schuld' doen rijzen tot bijna 20 milliard gul den en een derde leening, benevens een nieuwe leening in Amerika-, is in zicht. Toch is heb duidelijk, dat Engelands schuldenlast naar evenredigheid lang niet zoozeer is toe genomen als' de Duitsche en gemakkelijker gedelgd zal worden. De Fransche staatsschuld, ten deele oor- logseohuld uit do jaren 1,8541856 en 1870/71, bedroog voor den wereldoorlog 15 milliard gulden, men zal niet te weinig rekenen, als men zegt-, dat zij gestegen is tot 25 milliard. Rutland's schulden be rekende men voor den oorlog op 10 a 11 milliard gulden, na een oorlog van ander half jaar zullen zij zéker verdubbeld zijn. Met Oostenrijk-Hongariie, met Turkije, met Italië en andere oorlogvoerenden, die diep in het krijt staan bij hun rijkere bondge- nooben Duitsohlaiiid en Engeland, zal het wel niet anders zijn, overal geldzorgen! Hoe men uit die zorgen zal komen, dat is voo-rloopig neg toekomstmuziek, na den oorlóg zullen maatregelen getroffen worden. Welke? Er lijken geen andere te zijn dan deze tweo: oorlogsschattingen, te heffen, van de overwonnenen door de over winnaars, of beïastingverhooging. Om'oor logsschatting te heffen moet een der beid£ partijen een beslissende, in dit geval een grootache overwinning hebben behaald. Daar lijkt k6t, 'na 6en verwoeden strijd van meer dan anderhalf jaar, nog geenszins op. Welke veroveringen Duitschland gemaakt heeft, niemand zal durven beweren, dat het zijn vijanden heeft verslagen. Deze staan 'niet zwakker eer sterker dan in de eerste maan den van den oorlog- Maar het is evenmin te verwachten, dat Duitschland zoo uitgeput zal worden, -tenzij na jaren, en da-n is het de vraag, oi de geallieerden niet even eens zeer verzwakt zijn, - dat het elke vredesvoorwaarde moert aannemen. Tot op 'dit oogenhlik- zijn' de kansen voor een on- beslisteu strijd het grootst. Geweldige bolastingverhcogingen zullen dus na den oorlog onvermijdelijk zijn. Het Duitsche Rijk had voor den krijg een staat schuld van 3 milliard gulden en betaalde daarvoor aan rente ongeveer 120 millicen gulden 'sjaars. Thans is die staatsschuld tot over *de 18 milliard gestegen door de oor 1 cgsleening-en en zij zal wel klimmen tot op zijn minst 24 milliard gulden. Dat is achtmaal zooveel als vóór Augustus 191.4 en daar de rente der oorlogsleernngeu hoogar is dan die der vroegere sbaatsleeningenis hiervoor noodig aan rente alleen, van aflossing zal in de eerste tientallen van jaren niet komen, een som van meer dan een milliard gulden. Dit zijn alleen de uit gaven voor de oorlogsleeningen, de gewone uitgaven, die na den krijg nog hooger zul len zijn géworden, beloopen ongeveer even veel en werden gedekt door de gewone in komsten. Dit wil met andere woorden zog gen, dat die inkomsten, dus de belastingen, in Duitschland op zijn minst verdubbeld zullen moeten worden. In de andere oorlogvoerende landen zs-1 de toestand in 'fc algemeen niet veel anders zijn. Daar komt bij, dat de volken dezer lan den over 't geheel armer zijn. geworden. Zeker er ^iju ontzaglijke sommen verdiend, door sommige industrieën, door ©enige handelsmaatschappijen en particulieren. Maar liet nationaal vermogen in Duitsch land en Engelland, Frankrijk en Rusland is verminderd. Het geld der oorlogaleeningen is weer onder de meaisehen gekomen, doch welke ontzaglijke schade heeft in de oorlog voerende landen de nijverheid, de handel geleden 1 Gèheelo industrieën zijn stop ge ast, en met name in Duitschland en Oosten- rijk-Hongarije, ten deelo ook in Rusland en andere landen, ligt do buiten la ndsclie handel stil, is zij elders zeer belemmerd. Béken daarbij het duurder worden der da- gelijksche levensbehoeften, dab de spaarpen ningen van velen doet opteren, en we krij gïr eenig denkbeeld van de verarming der vol kon door dozen oorlog. Als een raadsel ligt de toekomst voor ons, een raadsel voor ons allen. Hoe de reuzen- lasten na dezen bloedigen ooriog, die de bloem der mannen in vele landen heeft vfëggoraapt, en daarmee de beste arbeids krachten, verdeeld zullen worden, nie mand kan het zeggen. Alleen dit lijkt zéker: do neutrale landen, die zic-h buiten den oorlog weten te houden, zullen in het voordeel zijn. En ds.t zal blijken den last eener moeilijke en langdurige mobilisatie waard te wezen 1 over elkaar zijn, zoi ze toen wreedaardig koel. Jij minacht mijn liefhebberijen, en ik haat jouw beroep. Ik vind er niete mooia of edels i-n; ik walg er van. Ik ben geen vrouw van dat soort. .Jij moet een vrouw trouwen met zenuwen van staal... Dus... moet alles maar uit zijn? vroeg hij', wit tot aan de lippen.. Zij knikte, en zijn hand greep krampach tig naar 'fc handvat van zijn sabel. Nog even wachtte hijtoen wendde hij zdoh 6nel om en ging heen. Ena feliciteerde zichzelf met haar besluit, en haar voldoening werd er niet minder op, toen kapitein Filips haar met zijn zachte, vleiende stem zijn gelukwensch influisterde met 't verbreken van haar engagement. Ik heb 't nooit kunnen of willen zeg gen, zed hij, nu mag ik 't. Ik zag zoo in, dat u uw ongeluk tegemoet ging. Zeker, Dick is een flinke kerel, met spieren van staal, maai'... 't beste in u zou hij nooit hebben begrepen. Gedurende een ma-and of wat leefde Ena nu in een atmosfeer van vleierij, en zij be gon Dick te vergeten... Zij was heel eerlijk tegenover zichzelfzij bekende zich dat kapitein Filips haar lief had, en zij ge loofde, dat zij zijn gevoelens beantwoordde. En op eeii avond, dat zij samen alleen wan delden in den tuin van de sociëteit, lcwam de vraag, waarop zij vooruit 't antwoord meende te weten. Maar juist, toen die gewichtige woorden gezegd werden niet zijn zachte, vleiende .stem, trof een geluid haar oor, dat haar belette er dadelijk op te antwoorden. En da-t uitstel besliste. 't Was heb heldere, krachtige geluid van een trompet-, eerst vlakbij, later verderop. Wat is dat? vroeg Ena aan haar met- geacl. 'fc Viel haar op, dat hij bleek zag en dat zijn oogen waren neergeslagen. De troepen trekken uit, antwoordde liij- daarheen? Haar vraag klonk als een bevel. Naar X. Er ia daar een uitval ge pleegd. Zij gaan versterking brengen. In de laatste paar dagen is liet betrekkelijk rustig geweest aan de verschillende fronten. Dit ...betrekkelijk" wil echter volstrekt niet zeggen, dat. aan het Verdunf ront do etrijl nu geheel uit zou zijn, ook iu de jongste tele grammen wordt nog melding gemaakt van. vrij hevige artillerie-actie, doch van infanterie-aan- vallen, die dan toch eigenlijk een beslissing brengen op 't of ander punt, hooren we op een enkel punt uitgezonderd niets. Met an dere woorden de verslapping van den strijd om Verdun leek aan te houden en ook van andore gedeelten van hot westerfront vernamen we heel weinig van belangrijke gevechten. In sommige staf berichten heet de toestand' den ook on veranderd, ondanks eon. bombardement in da buurt van Yaux en Pamloup, bij de. Maas, ondanlts een levendig artillerieduel in JVoëvre, ondanks een onbeteekenend gevecht bij Wiel tje, ten noordwesten van Yperen, waar do Kn- goischen de aanvallers schijnen te zijn geweest, ondanks een mislukten aanval der Duitschers in het Bois.lo Prêtre. De uitzondering, die we boven aanduidden, betreft den Duittellen aan val tusschen Bethincourt cn Mort Hom me, in de streek van Verdun, waar de Duitschers op twee punten in 's vijands loopgraven door drongen. Men ziet dus, dat er óolï nog in de laatste dagen gevochten wordt aan het Westerfront, doch van geen beteekenis in verband met den ontzettende.", slag bij Verdun, die nu reeds we ken hoeft geduurd. Een elag, die eerder een slachting genoemd schijnt to moeten worden, want de strijd is er ontzaglijk moorddadig ge weest. Zoo meldt een bericht uit Fransche bronDe Duitschers werden -letterlijk wegge maaid; geheele gelederen vielen-, lawines van dooden en stervenden rolden langs de hellingen en stapelden zich op in grijsachtige hoopen, zoodra de oneffenheid van het terrein hen -tegenhield. Do aanvallers klauterden ten slotte over do lijken hunner kameraden en de aanval hield van zelf op bij den afgrijselijken aanblik van deze bergen van lijken." Er zijn meer van dergelijke beschrijvingen van den afschuwelijk-bloedigen strijd. Aan den kant der geallieerden zullen natuurlijk even goed de slachtoffers bij duizenden gevallen zijn, maar wij krijgen den indruk, dat de Duitschers, die ook de aanvallers whren en dus de meeste kracht moesten ontwikkelen, de grootste verliezen hebben geleden. En waarvoor al dit bloed, al deze lijken Opdat do linie der Duitsche troepen ©enige duizenden meters naar voren verlegd werd, waar zij opnieuw voor Fransdie loopgraven, even sterk, eren goed be volkt mot soldaten, te staan kwamen. De Duit- En jij? vroeg zij. Zij zag hem strak aan, en hij voelde dat zijn bekoring gebro ken was, dab die vrouw nu recht in zijn lafhartige ziel zag. Ik... Ik heb koorts, zei hij Zij lieten me hier. Ik was ongeschikt,... Ena, barstte hij uit, ik ben geen soldaat. Ik kon niet gaan. Ik kon jou niet verlaten, nu niet. Ik haat mijn beroep, en ik heb jou lief. Je weet 't, we spraken vroeger over dit alles -en, je begreep me... Zij ging achteruit, 't Was waarzij had over dit alles gesproken, als een onwetend, kind. Nu, voor de werkelijkheid, schrok ze terug... Nee, zei ze, nee, ik begrijp 't niet. En ik wil 'fc ook niet begrijpen. 'fc Is tè leelijk. De ramen waren kapofc geschoten en een enkele verdwaalde kogel suisde Ena langs de ooren. Maar zij was te zeer verdiept in haar werk om 't te hooren. Zij trachtte 'fc bloed te Btelpen van een gewonde, die neer gelegd was op een hoop sfcroo in een tijdelijk tot hospitaal ingericht vervallen huis. Zij was meegekomen met do versterkingst-roe- pen, als verpleegster, maar de toesband scheen hopeloos. De versterking bleek on voldoende en de redders waren allen mede omsingeld. De vijand bleek oppermachtig. En terwijl difc alles Ena even.door 't hoofd vloog, dacht zij met wrevel aan den dokter, die beloofd had dadelijk terug te komen, en die nu dezen ongelukkigen gewonde liefc doodbloeden. Zij hoorde haastige voetetappen, drie tre den tegelijk, op de oude, vervallen fcrap. Gelukkig, daar kwam hij. Ena zag niet op, terwijl de nieuw aangekomene haar naderde. Hallo, zuster, hebt u een middel, om een man zijn rechterarm en de helft van zijn mannen terug te geven? Maar wat in hemelsnaam Ena had zich omgewend en zij staarde Dick aan. Ena! zei hij hulpeloos. Zij was de eerste, die haar tegenwoordig heid van geest terug kreeg. Ik had moeten begrijpen, dat jij 'fc was, zei ze met iete van een glimlach, Daar het. wenschelijk is gebleken, passende woorden te verkrijgen np den zoo bekenden marsch van de Brigade Grenadiers en Jagers n Turf-in-je-ransel" on eono prijsvraag uitgeschreven onder het personeel van de Brigade tot geen gunstig resultaat heeft geleid, wordt daartoe eene nieuwe prijsvraag uitgeschreven, waaraan oon todor kan deelnemen. De eischen waaraan moet worden voldaan zijn de volgende: 1°. Het gedicht moet zich geheel aanpassen aan de melodie, terwijl do woorden „Turf-in-je-ransel" bij den aanhef moeten gebruikt worden. 2°. Het gedicht moet geheel op den marsch sluiten, van opwekkonden aard, populair en niet gezwollen zijn, 3°. De inzending moet geschieden vóór 1 Wiel I©10, 12 uur 'a middags, ingesloten couvert aan den secretaris der Commissie. De naam van den vervaardiger mag niet op de inzending voorkomen, doch instede daarvan een schuilnaam, terwijl onder verzegeld couvert daarbij gevoegd moet zijn schuilnaam, ware naam. en adres. 4°. Do vervaardiger, die bekroond zal worden, geeft het recht van verspreiding aan de commissie en verliest dus daardoor het auteursrecht, 5°. Er zullen twee prijzen, worden uitgeloofd, een eerste van 100.— en een tweede van 25.— ter keuze in geld of in een kunstvoorwerp ter waarde dier geldsommen. 6°, De .melodie is gratis te verkrijgen bij den secretaris der commissie. DE COMMISSIE: R. B. A. N. DE QUAY, Majoor der Grenadiers. M, E. GREFEKapitein der Grenadiers. N. A. BOUW MAK, KapiteinDirecteur der Kon. Mil. Kapel. R. O. YAN GENNEP, Eerste-Luilenant-Adjudant der Jagers. L. A. C. DE BOCKEerste-Luilenant-Adjudant der Grenadiers, Secretaris. ADRES SECRETARIS: HCtel van den Abeel en, Gevers Deynooticcg 61 Scheveningen Ter zake Tan de vorige beperkte prijsvraag schryffc Luitenant De Bock, secretarie d-?r Commissie, ons nog rNa een zeer lang onderzoek ïs door de commissie in zake de pry's vraag „Tnrf-in-je- ransel" besloten de pry zen niet toe te kennén. „Hoewel van de ruim dertig inzendingen er wel eenige waren, die blijk gaven van het goede inzicht der vervaardigers, was er toch geen één by, die geheel en al voldeed aan de eischen in de prysvraag neergelegd. Hoofdzaak toch is, 'dat „de woorden inslaan'', tu dat r.u was niet het geval. Met machtiging van den Brigadecommandant wordt na eene nieuwe prijsvraag uitge schreven,T waaraan een ieder kan deelnemen". Alle bijzonderheden daaromtrent vindt men hierboven vermeld. schers zijn bij Verdun vooruitgekomen, maar zij hebben, do beslissing in den geweldigen strijd nog geen stap verder gebracht. Zien zij dat zelf in en geven zij den aan val op Het is niet to geiooven. De druk bij Verdun op het Fransche leger; voor do tweed© maal hervat, is mislukt, maar het is niet te denken ,dat de Duitschers, die blijkbaar het grooto voorjaarsoffensief zijn begonnen, het daarbij zullein laten. Uit België komen nu weer geruchten van groot© troepenverplaatsingen. Of do gevallenen bij Verdun door andoren ver vangen zullen worden en de aanval daar op nieuw hervat, of dat de Duitschers elders een poging tot doorbraak zullen wagen, wie zal het zeggen? Doch dat zij nn reeds van hun offensief aan het westerfront zullen afzien, is niet waarschijnlijk. (Torwijl we dit geschreven hadden, meldt een 'telegram uit Parijs, dat na drie dagc-n rust de strijd bij Verdun met verdubbelde heftigheid is hervat; de dorde faze van den slag begint!) Op de andere fronten schijnt men werkelijk van rust te kunnen spreken; dikwijls lijkt het, alsof de actie er geheel stil ligt. Van de Oos ten rjj ksoh-Ital iaanscho grens komen ec-nige be- riohten van gevechten, waarbij de Italianen wat voordeel zouden hebben behaald, terwijl do Oostenrijkers beweren op hetzelfde punt, bij San Martino, zeven stormaanvallen bloedig te hebben afgeslagen. Omtrent de krijgsver richtingen in Rusland meldt het officieel Oos- tenrijksch stafbericht dat er niets nieuws is, terwijl een Russisch bericht gewag maakt van levendig artillerievuur bij het- Bxrbitmeer, waar je was a-lfcijd. onverwacht in je verschijnen, weet je wel? Wat doe je hier? vroeg hij. Ik kwam mee alg verpleegster; je her innert je misschien dat ik dat leerde, één van mijn "Liefhebberijen van één dag. Zeg, maar waar blijft de dokter? Do'dokter is dcod. Er zijn geen man nen genoog, natuurlijk niet. De heeie ver sterking i3 er even erg aan toe als wij. Als er niet heel spoedig hulp opdaagt, kunnen wij onze uren wel tellen. Gek, hé, dat wij nu zoo elkaar nog eens weer zien, nu alles gauw uit ïs? Zij zag hem aan; hij was grauw van pijn. Ben je gewond M'n arm moet er af. Geef je geen moeite. Zij naderde hem, begon kalm zijn arm te verbinden. Zij voelde hoe hij tegen haar aanleunde, al3 om steun. Je... je haatte dit werk, zei hij toen zwak, en nu... 't Was een vergissing. 't Wekt 't beste en edelste in iemand. Ik was dwaas... 'fc Leven, 't echte, levende leven, ia niet in boeken. Dat is hiér I 'fc Was haar een voldoening, dat alles te Z9ggen, maar bij hoorde haar nauwelijks. Hoor, daar trekken zo langs, zei hij. Nu gaan ze de laatste posten afctakeeren. Ze laten geen man levend, als er geen hulp komt. Hij keek naar beneden. En niets te kunnen doen 1 mompelde hij. Je hebt je linker-arm, zei Ena koel bloedig. - Schiet op ze. Ik zal je revolver laden. Dat spelletje zal ze ophouden. Ze zullen ons éerefc dooden. Misschien komt in dien tusschentijd hulp. Ik kan niet, stamelde hij, al3 ik al léén was Maar ik wil. Wij zijn liier slechts met zijn drieënwij kunnen misschien honder den sparen. Dicky, zie je niet, dat de trap zóó nauw is, dat maar één man tegelijk naar boven kan komen. Wij zullen ons leven duur verkcopen Zij sleepten een ouden kisfc voor de deur, en van achter die verschansing vuurde Dick Russen de loopgraven van den vijand zouden zya. binnengevallen en de bezetting er van met den bajonet zouden hebben afgemaakt. Gok in Galicië, bij' het dorp Podkamien en langs de Midden-Strypa zouden %do Kussen met suoces hebbr-c gestreden cn gevangenen hc-bboa gemaakt. Maar natuurlijk Lebben deze voor postengevechten of schermutselingen, meer zijn het niét, vcor den wereldoorlog niets te beduiden. Van het Kaukasus-front-, uit Meso potamia, uit Albanië, niete van belang. ENGELAND. Vredegeruchten. LONDEN. Volgens de „Daily Tel.'9 bestaat er goed a reden om aan ta nemen, dat er geen grond beetaafc voor het berichten, Dinsdag door de bladen gemeld, volgens hetwelk Duitsch land vredesvoorwaarden zou hebben gesteld welke door kolonel House aan president Wilson zouden zijn overgebracht. (Volgens een particulier bericht van'den Londenscheu correspondent van de ,,N. R. Cfc.", d.d. 14 Maart-, meldde een Exchange* telegram uit Washington hefc volgende: Van gezaghebbende zijde verluidt-, dei kolonel House aan Wilson de volgende Duit sche vredesvoorwaarden heeft overgelegd: Houd je flink, Ena, daar komen ze, lieveling. Geen van bsiden merkten zo op, dat. da oude naam weer van zijn lippen gekomen was. Een zwart hoofd verscheen in de deur opening een scherpe knal klonk. Met een kreet viel de aanvaller terug. Dat is één, zei Dick grimmig. En langzamerhand vulde een stapel doo den de deuropening. Dick's linkerhand was vast. Toch keek hij bezorgd naar zijn ge zellin. Zij moeten dronken zijn door de over winning, zei hij, andera zouden za aan de vensters deuken, en dan is alle3 uit... Ena, zou je... zou je dit terug' willen ne men'fc Linde ig héél nabij. En terwijl zij een smallen, gouden ring aan haar vinger liet glijden, lachten zij elkander toe, ondanks 'fc gevaar. Toen, plotseling, trof een nieuw geluid hun ooren, Ena zag hem augstig aan. Maar een kreet, van vreugde ontsnapte hem. Dat zijn da onzen! juichte hij. Hoor je 't, Ena? Toch nog op tijd! Brave kerels 1 Hij sprong op, onvoorzichtig in zijn ge voel van triomf, 't Was te vroeg." Een zwarte arm werd opgeheven, een knal klonk en Dick viel aan Ëna's voeten neer. Zij legde hem voorzichtig achter de beschut tende kist. Haar tanden waren op elkaar geklemd, en haar oogen schitterden. En de vrouw, die vroeger rilde bij 'fc zien van een stoffige uniform, greep nu de re volver, en vuurde op den vluchtenden vijand. Dick'kreeg een jaar verlof voor herstel van gezondheid en in dien tijd trouwde hij. Zijn promotie was schitterend, zijn naam werd genoemd onder de dappersten. En zijn vrouw was zijn kameraad in den baaten zin des woords. 't Verhaal van hun wan- hopig gevecht zijde aan zijde kent iedereen; maar 't verhaal van 't verbroken engage ment ia vergeten en begraven. Trouwens, 'fc zou iu de tegenwoordige gelukkige om standigheden niet gauw gelooid worden.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1