No. 246. Zondag 12 Maart 1916 In den Boven-Elzas. Orgaan voor Leger en Vloot. Oe geschiedenis van een hond. Oorlogsnieuws, Onder redactie van D. MANASSEN. Oeld 8.1 ds Oorlog. TVntEDE JAARGANG. DE SOLDATENCOURANT ADRES DER REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRINASTRAAT 10, AMSTERDAM.. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK.'LOSSE NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOORBURGERS 3 CENT. ABONNE MENT VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS ƒ1.50 P. DRIEMAANDEN Voor Adverteutito wende men zich tot onze Admininrntie, Poleatrlnastraafc 10 Amsterdam. Prtfs der Adverter.tien per regel 30 cent. Voor Ingezondei. Mede' deelingen op de tweede, derde en vierde pagina dubbel tarief. By abonn^m-nt Hier geven we een kaartje van een gedeelte van, bet. Westelijk oor- logsterrein, waar niet zoo heel vaak van wordt gesproken. Hetis de Boven-Elzas, de streek, waar de Fransche troepen doorgedrongen zijn op Duitsch gebied. Behalve een hoekje van Galicië is dit het eenige gebied, waar de vijanden op den grond der Centralen staan. In het begin van den' oorlog was er wel veel te vermelden van dit gedeelte van 'i Westerfront; de Franschen drongen toen hier door en bezetten zelfs tot tweemaal toe de bloeiende fabrieksstad Mülhausen, moesten die echter later weer ontruimen. Overigens -vel een belangwekkend hoekje, geeft onze kaart en er is in 't vorige 'jaar, in den zomer, vrij heftig gevochten. Inzonderheid in 't noorden, in de streek van Munster, waar de Franschen Metzeral bezetter, en de stad Münsfcer beschoten het leek toen, dat zij hier verder zouden doordringen, maar 't is bij een poging gebleven. In den loatsten tijd hebben er ge vechten plaats gehad bij Altkircli en bij Largitzen ten zuiden daarvan. Veei resultaten hebben noch do/ Franschen noch de Duitsohers er| gehad. Nog zuidelijker zien wij Sept liggen, welk plaatsje, ook in de laatste weken nog al ee^e in de telegrammen genoemd werd. Er komen trouwers ineer bekende namen op de kaart voor, zóo links de sterke Fransch9 vesting Belfort en beneden-rechts de] Ewitsersche stad Bazel, waar men zoo vaak het gedonder Ier Duitsch©'en Fransche kanonnen'hoort. Frankeer uw brieven, Alle met port betaste stukken worden door ons geweigerd. Den laatstcn tijd worden ons bij herhaling met port belaste stukken aange- bqden, zoadat wij belanghebbenden waarschu wen om toch vooral bij toezending van brieven enz. aan onze redactie en administratie de voorschriften te willen opvolgen. Vi. Engcland's oorlogsmiddelen. Heb is ontegenzeggelijk, dat onder de oorlogvoerende mogcnahecten Engeland hot rijkst is en dat zijn financieels toestand tie beste is. Was dat niet zoo, het zou er mot den oorlog misschien geheel anders uitzien. Want heb wereldrijk Groot-Brittanje heeft niet alleen voor zich zelf te zórgen, maar ook ten deele voor zijn bondgenootenHet geld speelt in dezen oorlog oen groote rol, hebben we reeds gezegd, maar do grootste speelt wol de pond sterling. Dab er in '.Engeland voel geld is,' werd al spoedig bewezen, het was heb eenige land, dab liet duidde wagon de belasting- echxoef steviger aan te draaien, het ver hoogde bestaande belastingen en schreef nieuwe uit. Het Lagerhuis hoeft van het beginne aan .en telkens opnieuw deze manier om aan geld to komen toegejuicht en in de laatste weken heoft de regosring opnieuw verklaard, dat op het volk zware belastingen zouden worden gelegd, niet bs zwaar echter om ze to dragen. Toch, dit middel kon slechts ton deele hei pan en ook Engeland had dadelijk in den aanvang gold noodig- Het begon daar- un als Duitschland met zoogenaamd? lee ningen. op korten termijn liet gaf scliat- kisbbont? uit en verkreeg daardoor bij de 24 milliard gulden. Daarmee kwam het echter niet vesl verder on hot schreef reeds 'n November 1914 zijn eerste oorlogsloering ait, die groot succes had, n.l. 4.2 milliard Dpbracbt. Dit valt temeer to verwonderen omdat de rentezeer laag was gestold, slechts 34 pG't. In werkelijkheid was ze weliswaar iets meer, want dezo eerste leeuing kon Een verhaal uit dezen oorlog. Vertaald vit het Engelsch met toestemming van den Eigenaar .van Weldon's Ladies J menial. "Ann Elizabeth Orton zat bij de kachel in haar kleine „flat" en beurtelings zegen- do zij, maar ook vervloekte zij de Voorzie nigheid, dat deze haar als vrouw geschapen had, op een oogonbldk, dat de wereld slechts pm mannen vrceg. In deze zware dagen, voelde zij zich, evenals zooveel andere vro,uwen, uit haar gewone deen en hedenavond schoot.het haar opeens in de gedachte, dat het toch eigen lijk' veel prettiger was, iemand, die je na aan het harte lag, in het gevecht te hebben, dan zelf in 't geheel niet met den oorlog in aanraking te komen. „Zelfs heb sokkenbreien zou veel leuker zijn, als ik wist, voor wi e n ik ze breide," mompelde zij in zichzelf. „Ik voel mij net als'iemand, die in een kamer is opgesloten, terwijl alle mogelijke prettige dingen juist gebeuren buiten de deur. Goddank", riep zij nit, terwijl zij naar de deur vloog, want de courant viel met een plof door de brie venbus in de gang. „Officieele berichten", las zij haastig. „Hedenavond toestand beter". Lijst van gesneuvelden ach, dat ging haar niet aan. Oorlogswerk voor vrouwen, krijgsraad enz. enz., dat ging haar ook niet aan. Inschrijvingen zijn noodig voordan volgde er een heele lange lijst met een spe geön hoog&ren kóers bedingen dan 95 pOt, ■Er viel toen al niet aan te twijfelen, dat het Engel&ohe volk gewild was om zijn regeering in den oorlog te steunen met alle financieel© kracht, maar dit bleek nog te moer bij de tweede oorlogslo&ning in Juli 1915. Deze ga-f aan de Eng&lscke 'regeering ver over de 7 millioen gul don en kon toon geplaatst worden tegen 44 pCt. Heb is waar, dat aan de inschrijvers, cr> deze leaning een aantal begunstigen worden toegestaaner kon ook worden deelgenomen voor zeer kleine bedragen, men ken zijn aaudeelen op de eerste oorlogsleening a 3-4 pCt. inwis selen voor die .op de tweede a 4 4 pCt. Het welslag?-.> dezer leeningen en niet minder de invoering van nieuwe belastin gen midden in den oorlog, bewijzen in elk geval, dab Engeland's financieel© kracht groot is en dat de politiek der regeering algemeen instemming vindt. Men kan er uit opmaken, dat het Engelsch-s volk van plan is, en ook iia staat, om de groote worsteling vol te houden. Men mag immers aannemen, dat de belastingen in Engeland over 't ge heel vrijwel verdubbeld zijn. Het is waar, dab het Engelse.]ie volk deze hoog© lasten gemakkelijker kan dragen dan een der andere oorlogvoerende mogendheden, omdat het feitelijk minder in den oorlog was be trokken dan die andere. Engeland kende geen dienstplicht, het grootste gedeelte zijner 'weerbare mannen bleef buiten den krijg en koti zich aan industrie, handel, scheepvaart blijven wijden. Het geld-ver- dionen in Engeland ging' dus voort en feite lijk heeft het. land in den oorlog een tijdperk van grooten bloei gehad. Dat zal nu misschien anders worden. Ook Engeland heeft den dienstplicht ingevoerd, ondanks alle tegenkanting en het hoopt* weldra vier millioen mannen aan het front te hebben. Het heeft nu opnieuw geld noo dig, het wil dat vinden d.oor een derde oor- logsleening, door nieuwe belastingen. On getwijfeld zal biet dit gold krijgen, maar" of bet nog zoo gemakkelijk zal worden opge bracht ah in de voorbijgegane achttien maanden In Duitschland is reeds lang oj) spaarzaamheid en zuinigheid aangedrongen niet alleen, maar het Duitsche volk werd er ook feitelijk tos gedwongen. Ook in Engeland gaan thans steeds meer stemmen op om de bevolking aan te sporen zuiniger te leven, spaarzamer te worden. ciale bede voor mannen, die blind waren geworden aan het front. Daar moest zij op inteekenen besloot het meisje met een hui vering, terwijl zij haastig voortlas. Allerlei advertenties en dan op eens ergens „Aan dierenliefhebbers. Zou iemaud zoo vriendelijk willen zijn, om een bijzonder goed opgevoe-den hond tot zich te nemen gedu rende den oorlog?- Verzoeke zich in ver binding te stellen met J. B. 43 Connaught Gardens W." Ann was verbaasd want op dat oogen blik'zia.t zij in 41, Connaught Gardens W„ dus 43 moest natuurlijk de „flat" zijn, welke vlak boven de hare was, J. B. dat moest natuurlijk de lange knappe man zijn, dien zij zoo dikwijls op de trap ontmoette en de „bijzonder goed opgevoede hond" de kolossale bulldog, dien hij altijd bij zich had. Verder nadenkende„Voor zoo lang de oorlog duurt" dan was hij in dienst ge gaan en eensklaps wenschte zij, dat zij dezen morgen den vriendelijken blik irf zijn oogeu had beantwoord, in plaats van koel voor hem gebogen te hebben, toen zij elkaar voorbij liepen. „Wat ben ik toch een verwaand schep sel!" ziedde zij boos'tot zich zelf. Hij was brandend van verlangen, om iemand te ver tellen,'dat hij ten oorlog zou gaan en ik stapte juist trotsch voorbij. Ik zal hem den volgenden keer, dat ik hem op de trap ont moet, wanneer dan ook, goed succes toe- wenschen," besloot zij, terwijl zjj erbij 1 s ik 't doe. De volgende keer was de volgende morgen toen zij elkaar ontmoetten vóór haar. deur. Want hoe rijk Engeland is, cr is ook geen vólk, dat zooveel geld heeft uit te goven voor den oorlog. Het heeft Frankrijk, Rus land en Italië moeten bijspringen, het'/ meet liet Belgische leger, dat op een hoekje van het westerfront meevecht, grootendecis van i alles voorzien; het heeft te zorgen voor een I ontzaglijke hoeveelheid ammunitie zijn machtige vloot eischt zeer groote uitgaven 1 dag aan dag. Het is daarom niet t© ver- wonderen, dat ondanks al haar inkomsten! de Engeische- i-egszring toch weer in hot laatste kwartaal van 't vorige jaar haar toevlucht moest namen tót de uitgift© van Echatkistbons, die in November 19Ï5 reeds een hoogte bereikten van 3 milliard gulden. Loven dien hebben Engeland en Frankrijk tot groot© verbazing van velen, zich tot de Amerika ansch© geldvercid gewend- om een leening te sluiten. Voor Engeland was dit iets zeer buitengewoonshet richtte zich nog nooit tot liet buitenland om geld. Maar hier gold het wel iets bijzonders. Het was feitelijk geen oorlogsleening, dat zou de Amerikaansche -regesriug niet hebben toe gestaan, toch stond zij in verband mot den oorlog. Bij den leveiiidigen handel tus sohen Ame-rika en Engeland en Frankrijk, waarbij de Axnerikaaneehe uitvoer- naar deze landen den invoer vandaar verge over trof, hadden Engeland en Frankrijk groot© sommen t© betalen aan Amerikaan- scke firma's. In gewone tijden wordt deze invoer ongeveer gedekt door den uitvoer en betaalt men dus met gesloten beurzen. Desnoods zendt men van den eenen of anderen kant goud of papieren van waarde. Dooli dat Engeland en zijn bondgenoot hun goudvoorraad in den oorlog niet wil den vermindereu, is te begrijpen, dat vol komen vertrouwbare waarden ten laatste ontbraken, is duidelijk. Het gevolg was, dat de koers van de franc en zelfs van den pond sterling -betrekkelijk sterk daalden en dab gaf vooral in Engeland zekere ongerustheid. Zoo kwam het, dat Engeland' zich wendde tot de Amerikaanscho financiers voor het slui ten van een leening, waarmee de in Enge land en Frankrijk .ingevoerde goederen en producten uit de Yereenigde Staten zouden worden betaald. Deze poging tot het aangaan van een Engelsoh-Fransclie leening heeft niet geheel beantwoord asm het doel. De beide landen verlangden 24 millioen milliard gulden, doch dat kwam lang niet in. Bovendien was de rente vrij hoog, ©n beliep tussohen de 5 en 6 pCt. Een nieuwe poging om in liet buitenland geld te krijgen is dan ook na September 1915 niet gedaan. Nu echter heeft blijkbaar de Engelsch© regeering volgenstelegrammen der laatste dagen uit Londen plannen om opnieuw te trach- ft?n in de Verecnigde Staten een leening te sluiten. (Wordt vervolgd.) Hij keek haar aan met een vriendelijken blik en zonder zelfs een inleiding, hoorde Ann zichzelf zeggen: „En u gaat zoo naar 'b front?" Zijn gelaat drukte éen en al verbazing uit. ,,Ja," antwoordde, hij. ..hoe wïsfc u dat?" ?,Ik zag 't.gisteravond in d© courant." ,,In do courant?" zei hij verbaasd. „G, nu weet ik 't al, die advertentie! Vondt u 'b onzinnig?" voegde hij er jongensachtig bij, „u ziet, ik zit erg in de klem over mijn hond. Ik zou hem graag, als ik weg ben, goed verzorgd weten toen kwam ik op "de gedachte om een advertentie te plaatsen. We.eb u, dat ik al vijf antwoorden heb? Wij gingen juist er op uit, om te zieu wat het. is." „Zou 't niet beter zijn, dat een van uw vrienden hem bij zich nam?" merkte Ann op, terwijl zij tersluiks naar het bewuste dier keek. „Het zon natuurlijk beter zijn," stemde hij toe, maar ik ken maar weinig menschen en die gaan ook weg, evenals ik." „Hoe denkt u over den portier?" zei Ami. J. B. lachte. „Hij zou wel willen, maar zijn vrouw nietJ" „Hoe jammer!" zei'Ann deelnemend. „Natuurlijk zou ik hem wel in een hon- den-asyl kunnen brengen," hernam hij „maar daar heeft hij 'tland aan, nietwaar Twig, oud9 jongen?" „Twig," zei 't meisje „heet hij Twig?" „Ja, ziet u, mijn naam is Birch, daarom noemde ik hem natuurlijk Twig." „OliJ" antwoordde zij verbaasd en op lie toestand in den reuzenstrijd. „De Duitsche pers ontveinst zien niet langer, dat de uitslag der operatie tegen Verdun voor Duitechland een levensbelang is. De neutrale pers verklaart eenstemmig, dat Duitschland met dit offensief zijn laat ste troef uitspeelt." Dit vertelt ons oen telegram uit Parijs, van voor Duitschland vijandigen kant dus. Wij behoeven er niet aan te gelooven, en wij gelooven liet ook niet geheel en al. Want wat de eenstemmigheid der neutrale pers in zake deze laatste troef van Duitsch land betreft, d aai van hebben we in ons land niet veel gemerkt. Iets anders is, of deze „veldslag van dagen en weken" bij Verdun niet van groot belang is en betee- kenis kan hebben voor den. uitslag van den oorlog. Dat is zeer wel mogelijk, om niet te zeggen waarschijnlijk. Dat Duitschland zoo hardnekkig, zoo krachtig zijn doel bij Verdun vervolgt, bewijst., dat het liieir een grootsch doel voor oogc-n heeft-. Dat zion de geallieerden trouwens zelf wol in, en het hééft grooten invloed geoefend op hun strategische plannen, zooals zij zeif erken ncn. Engelsch© en Fransche bladen laten dui delijk doorschemeren, dat de groote offen- siefpiannen der geallieerden aan het wes terfront. dat dit voorjaar zouden worden uitgevoerd, gewijzigd zijn door de hevige aanvallende beweging der Duitschers bij Verdun. Duitschland is zijn vijanden eens weer voor geweest, hét- heeft weer de lei ding van den strijd op liet Westerfront ge nomen en heeft daar een voorsprong ge kregen. Dit is een niet onbelangrijk gevolg van de aanvallen bij Verdun. Do st/rijd daar wordt nog steeds met af wisselend gevolg gestreden. De Duitsohers zijn de aanvallers op den westelijken zoo wel aia op den oost&üjken oever der Maas. Zij mogen in de laatst© paar weken niet hard vooruitkomen, indien er succes en be haald worden, zijn die steeds aan hunne zijde. Wo hebben reeds gemeld, dat zij Forges hebben bezet, maar Betnincourt, daar dichtbij, konden zij niet krijgen. Waar de Franschen een voordeel behaalden, bijv. bij Hardaumont, dat zij heroverden op de Duitsohers, verloren zij dat weer den vol genden dag, toen de vijand zich opnieuw- moester maakt© van de redoute daar. Zoo is de een© dag gunstiger voor de Duitsohers,de andere voor de Franschen, en golft de strijd er op en neer. Dit is zoowel het geval bij Forges en Bet-hincourt als bij Douau- mont en Fresnes. Uit alles blijkt echter, dat de Duitscbers op liet oogenblik het sterkst zijn, dat zij heel langzaam maar ge leidelijk hun linies dichter bij Verdun brengen, doch dat de Franschen van hun kant met groot© kracht en onwankelha- ren moed den vijand tegenhouden, kleine strategische stellingen opofferen maar een doorbraak weten te verhinderen, en zich In in vele opzichten de gelijken toonen van het. beste leger der wereld. Zoo duurt feitelijk de groote slagbom en bij Verdun nog met onverminderde kracht, voort en de uitslag daarvan is nog niet,te voorzien. De strijd is moorddadig en aan weerskanten worden zeker wanhopige po gingen gedaan om hier de zege te behalen. Van groot belang is natuurlijk, of hier de hoofdreserve der Franschen reeda in het eens schoten beiden in den lach. „Wannéér vertrekt u?" vroeg Ann een oogenblik later. „Ik ga morgen weg.*' „Dan zal ik u wel niet meer terug zien?" en impulsief stak zij haar smalle handje uit „Succes hoor!" „Vaarwel." zeida hij langzaam, terwijl hij het kleine handje hard drukte en toen keken twee paar oogen elkaar droevig aan. ,jlk hoop „Adieu", zeide zij zacht, toen trok zij met een wanhopige lieweging haa-r hand weg en vloog de trap af. Maar 't was geen afscheid. Toen Ann dien avond de deur uit kwam-, ontmoette zij de twee, die langzaam de trap opzwoeg- den. Over hem lag een waas van diepe neerslachtigheid en de hond zag er ook ver drietig uit. '„Wel, hoe ie 't gegaan?" vroeg zij adem- loce, meer op een toon van een goeden vriend, dan van een toevallige kennismaking van een paar uur. „Geen succes", .hernam hii,- terwijl hij zijn hoofd schudde. „Ik vrees, dat hij naar het hondenasyl zal moeten gebracht worden." „Maar waarom?" vroeg zij. „Het waa dadelijk mis, zoo gauw zij hem zagen," legde hij uit. „Als het. een terrier of zöo'n klein Chineesch hondje was ge weest, dan waren er in 't geheel geen be zwaren, maar zoodra zagen ze niet, dat- het een bulldog was, of 't was uit. 't Is zoo'n onzin", voegde hij er mismoedig bij, „het is zulle een bovenst© beste hond, altijd door goed gehumeurd, en hij verstaat elk woord, dat je zegt, nietwaar Twig, oude jongen?" vuur is. Het, schijnt van niet: de Fransche troepen bij Verdun doen liet totnogtoe af n.et hun eigen reserves. Dat is natuurlijk tegen de bedoeling van het Duitsche leger bestuur, dat blijkbaar de reser%-ea der vijan den tot zich wilde trekken en zoo het groote offensief der geallieerden, dat hen terug zou moeten werpen uit Frankrijk en Bel gië, verhinderen. Indien ook de doorbraak bij Verdun niet gelukt, kunnen de Duit sohers toch tevreden zijn, indien zij den grooten aanval verzwakken, of verhinde ren zelfs. Het. is wel vrij zeker, dat naast, do Franschen bij Verdun ook Engelschen strijden maar van den anderen kant schijnt het vast te staan, dat de Duitscbers van andere fronten troepen naar 't westen hebben gedirigeerd en dus daar hun groot ste kracht inzetten. Hot verdere nieuws blijft schaa-rsch. Op het Aziatische strijdtooneel gaat het den geallieerden niet, slecht, de Turken zijn daar in de laatste weken niet fortuinlijk. In den Kaukasus en Klein-Azië hebben ze op verechillende punten moeten wijken voor de Russen, thans komen van Engekclien kant berichten van een zegepraal in Meso- potamië. De Engelschen daar onder- gene raal Aylmer zijn verder opgerukt naar het noorden, langs den Tigris, en hebben Koet- el-Am ara bereikt tot op zeven mijl afstands. Daar stuitten zij op Turksche troepen, die ze we! zware verliezen toebrachten, doch niet terug konden werpen. Er komen in de laatste dagen telkens be richten, waaruit op te maken valk, dat de Turken den strijd moede zijn of dien niet meer kunnen volhouden. Natuurlijk moet men die onder voorbehoud aannemen, Er is daarin sprake van vredesvoorstellen van 'J'urkije, nu eens aan Rusland afzonderlijk, dan aan de geallieerdenOok komen er be richten van zekere gisting in Klein-Azie, waar men zich van Europeesch Turkije zou willen afscheuren, van zekere anti-Duiteéhe gezindheid ip Konstantinopel aan den eenen kant, van dringende vragen om huip aan Duitschland daar aan den anderen kant. Is er werkelijk iets bijzonders gaande in Turkije en daalt de invloed van den mi nister van oorlog Enver-bey, den leider der oorlogszuchtige partij Van een zeeslag op de Noordzee, waar mén groote Duitsche eskaders heeft gezien, booren we nog niets, 't Is mogelijk, dat het hier een oefening betrof, vandaar ook de aanwezigheid ran een Zeppelin, die na tuurlijk uit de hoogte kon waarschuwen voor naderende vijandelijke schepen. Aan het Oosterfront wordt gevochten, maar op de gewone manier van den winter- veldtccht. Echter wel op verschillende pun ten. Zoo trachtten in het noorden de Duit scbers de Duna ever te trekken, maar wer den daarin verhinderd. Bij Jacobsted en elders.in de buurt der Duna is de zware Duitsche artillerie krachtig in de weer ge weest. Dok in 't Zuiden van het oostelijk oorlogsterrein, bij Olyk, aan de Ikwa, en zelfs in Galicië, bij Tarnopol, is weer ge vochten. Doch zonder eenigen uitslag, die meetelt. En weer is nóg een land in den oorlog ge mengd Portugal, waaraan Duitschland den oorlog heeft verklaart. Veel verande ring zal dit wel nie tbrengen in den stand van zaken. DUITSCHLAND. Het lijden van ©en „bemiddelde". In de „Vorwarts" schrijft een „be middelde". „Och, was ik maar een onbemiddelde!" Naar mijn eigen meening ben ik dat ook. Maar de broodcommisrie gelooft me niet. Zij houdt mij voor een bemiddelde en dat heeft zekere schaduwzijden. Ik moet toegeven, dat m'en in normale tij den verschil van meening zou kunnen heb ben over de vraag of ik aan deze of aan gene zijde der moeilijk te bepalen' grens sta, die bemiddelde van onbemiddelde menschen scheidt. Maar nu, in dezen tijd van duur te? Lieve Hemel een krantenschrijver „Maar er zijn toch zooveel menschen, die een tuin er op na houden „Ja, natuurlijk, massa's", viel hij in, „maar ik heb geen tijd om ze op te snorren. Ik moet hem van avond ergens onder dak brengen, morgen is er geen tijd voor. Het zal het hondenasyl worden, mijn jongen „Hij ziet er vreeselijk moe uit," zei Ann terwijl zij den hond vriendelijk aankeek. Hierop nam Twig de zaak zelf in handeu en besliste allee op slag. Hij waggelde naar 't meisje toe, ging vlak vóór haar zitten en stak haar somber een kolossalen poot toe. „O! wat 'n snoes!" en met een ontstui- mige beweging boog Ann eensklap voorover en nam den uitgestoken poot tus&chen haar beide handen. De poot was warm en ruig, maar deze ruwe aanraking deed haar een besluit nemen. „Nu weet ik 't," zeide zij haastig, terwijl zij den man met schitterende oogen aan keek, „Ik zal hem bij mij nemen." „UHoe meent u dat?" „Ik zal voor hem zorgen, natuurlijk", legde Ann opgewonden uit, „waarom heb ben we er niet vroeger over gedacht? Nu, hoeft u niet verder te denken over een hondenasyl of iets anders. Ik zal hem bij me nemen. Kijkt u eens", zei zij, in haar opgewondenheid zijn arm aanrakende, „mijn flat is precies hetzelfde als het uwe hij zal zich hier goed thuis gevoelen. Is het geen prachtig idee, Twig?" en Twie, die de situatie, door hem uitgelokt, ernstig had gadegeslagen, stak nog een poot uit. „Kijk!" zeide zij triomfantelijk, terwijl zij den verbaasden iongen man groote oogen aankeek, ,,'t ie in orde. JVilt u niet xan geen oorlogswinst behalen. Wij heb ben wel van oorlogs- en duurtctoeslag in andere bedrijven gehoord, maar in one be- reep bestaat zoo iets niet. Voor den zgn. „vrijen schrijver" »taat het met de moge lijkheid om werk en dus inkomsten to krij gen maar zoo-zool Ik ben dus een onbemiddelde, maar word officieel als bemiddelde beschouwd. Deze schatting heb ik niet aan mijn inkomen, maar aan de aanduiding van mijn beroep te danken. Maar deze overschatting van mijne waarde heeft het nadeel, dat ik gecne le vensmiddelen uit do stedelijke voorraden kan koopon. Enfin, ik heb mi daarbij neergelegd. Ik verdraag zelfs het gemis, aan vet en boter, zi j het ook ongaarne, maar dan toch met eenig gevoel van humor. Als ;k zelfs mijn brood ten slotte geheel droog zou moeten ©ten, dan zou ik mij troosten met do gedachte, dat ik in mijn jeugd blij was als ;k mij aan droog brood kon verza digen en het met ohicorei-koffie kon weg. spoelen. Nu is weliswaar het broodrantsoen wat klein en als „bemiddelde" en ook om- uat i^ geen zwaar hciiamelijk werk verricht, kan ik geen toeslagkaart krijgen. Maar ook daar zet ik mij overheen, zoolang ik maar genoeg aardappelen heb. Die eet ik zelfs hee! graag, a!.~ zo tenminste goed zijn. Nu ontbreekt mo echter al meer dan een week dat gewichtige bestanddeel van mij no voeding. In bet proletarische stadsgedeel te waar ik woon, zijn nergens aardappelen te krijgen. Telkens als ik in de laatate dagen ge legenheid had, ging ik in een andere stads wijk de markthallen bekijken. Daar zijn vier gemeentelijke verkoopplaatsen, die rij kelijk van aardappelen zijn voorzien en waar de koopers in massa's staan te wach ten. Maar voor mij blijft dit voedingsmid del onbereikbaar, jk word immers tot de bemiddelden" gerekend en mag dus voor mijn goede geld geen gemeente-aardappelen koopen, en bij do particuliere kooplieden zijn geen aardappelen te koop." ENGELAND. Do Zeppelin-aanvallen. LONDEN. Nog vijf personen, die bij den laatsten ZeppeLin-aanvaL gewond werden zijn overleden. Het is thans vastgesteld dat er 52 personen letsel kregen. Een leger van vier millioen. LONDEN. In de legerbegTooting, Don derdagavond verschenen, wordt, gelijk reeds werd aangegeven, de iegerrterkte op vier millioen man bepaald. FRANKRIJK. Van het Westelijk Oorlogsterrein. De strijd om Verdun. PARIJS. In de Argonnen zette de Fransche artillerie de beschieting op de Duitsche verbindingswegen voort, vooral in de Oost-Argonnen, en in de streek van Montfaucon en Nautillois. Ten W. van de Maas trachtten de Duit- schers herhaaldelijk hun misslagen van Woensdag te herstellen. Twee pogingen tot aanvallen, voorafgegaan door eeu krachtige artilleristiiséhe voorbereiding, op het dorp Bethincourt werden door het Fransche vuur belet. De Franschen beletten den Duitschers te deboucheeren. In het Kraaienbosch konden de talrijke pogingen der Duitshcers ons niet verdrijven uit het groote gebied dat de Franschen nog bezet houden. Ten oosten van de rivier wordt de strijd nog met hardnekkigheid voortgezet. Gisteren tegen het einde van den avond en in den loop van den nacht deden de Duitschers versobiMende aanvallen met groote macht tussohen Douaumont en het dorp Vans, op de Fransche stellingen. Ondanks de lievigheid deT beschieting en de kracht der aanvallen konden de Duit schers er niet in slagen de Fransche linie te doorbreken; zij werden volkomen terug geslagen. Enkele Duitsche infanterie-afdeelingen, die een oogenblik in het dorp Vaux door even binnen komen en mij allee vertellen omtrent zijn voedsel en 7.00?" „O, wat bent u lief, maar mag ik u daar wel mee lastig vallen?" stamelde hij, ter wijl hij en Twig haar volgden naar de zit kamer achter. Twig stelde onmiddellijk met luid snuffelen een onderzoek in .terwijl zijn meester met waardeerenden blik het nette kamertje in oogenschouw nam. „Het ziet er hier beter uit dan bij mij," zeide hij peinzend. „Ik weet niet, of het hier wel de plaats is voor zoo'n koloesa'en hond." „O!" Ann hield den adem in, „meent u, dat het hem hier niet zal bevallen?" „Hij za! 't zeker heerlijk vinden," zeide hij kort, „maar 't is eigenlijk veel te mooi" „Mr. Birch," sprak het jonge meisje ernstig, terwijl zij haar oogen niet van zijn gericht afwendde. „Gisteravond zat ik aldoor te denken, of ik niet iets zou kunnen doen voor iemand aan het front. Ik ken daar,niemand en ik verlangda maar, om iets te kunnen doen tot hulp riet u, ik heb niet veel geld en heel weinig vrijen tijd, daarom is 't moeilijk om te weten wat ik zou kunnen doen. U weet niet veel van me af. natuurlijkmaar in elk geval rijn we bijna een jaar lang buren geweest, dus zijn we eigenlijK geen vreemden, niet waar?" „Z/eker niet," zeide hij vlug „ik heb liever, dat u hem houdt, dan een ander. Ik dacht alleen aan u." Daarna volgde er een lang gesprek over den hond en hoa hij behandeld moest wor den, terwijl het bewuste dier a! dien tijd het paar met zijne, met bloed beloopen oogen aankeek. (Wordt vervolgd-}

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1916 | | pagina 1