No. 244.
Woensdag 8 Maart 1916
Een vergissing.
Orgaan voor Leger en Vloot.
Oorlogsnieuws.
Onder redactie van D. MANASSEN.
TWEEDE JAARGANG).
SOLDATENCOURANT
ALRES DER, REDACTIE EN ADMINISTRATIE PALESTRINASTRAAT 10,
AMSTERDAM. DIT BLAD VERSCHIJNT DRIEMAAL PER WEEK. LOSSE
NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOORBURGERS b GENT. ABONNE
MENT VOOR MILITAIREN 0.75, VOOR BURGERS ƒ1.50 P. DBJE M 4.ANDRN
Vo'/r Advertóntlen ■wende men rich tot onr - Administratie, Pulestriumtmat 10,
Amsterdam. iTys der Adverter.tlën per regel bO cent. Voor Ingezonden Mede'
deéJingeu op de tweede, derde eu vierde pagina dubbel tarief. By abonnement
reductie.
Ziehier een tafereel, zooais men dat dikwijls kan aanschouwen op het oor-
logsterroin, dicht achter de vuurlinie. Zoodra de duisternis is gevallen, ziet men ze
rijden langs de wegen, de troepen, die ter aflossing worden gezonden naar het front
en andere, die daarvan terug komen. Het is dikwijls een fantastisch gezicht in de
dirsterpis de helmen te zien blinken, of eensklaps het helle licht van twee auto
lantarens te zien schitteren, of granaten zien spingen aan den donkeren hemel. Ons
plaatje hierboven trachf iets weer te geven van dit fantastische.
Gesn audiëntie.
Blijkens bericht in de „Staatscourant'-
wordt Donderdag a.s. door den Minister van
Oorlog ge-en audiëntie verleend.
De verspreiding van ons blad.
Wij brongen In herinnering, dat troepen-
deeian, die soms doer een of andere oorzaak
van ons blad verstoken zijn, slechts een aan
vraag tot ons te richten hebben om regelmatig,
driemaal por week, een pakket Soldatencouran-
ten te ontvangen. Nergens mag ons „Orgaan
voor leger en vloot" ontbreken.
Geld en de Oorlog.
IV, Hoe men in den oorlog een geld komt.
Toen de oorlog uitbrak, kwam het er
voor de oorlogvoerende mogendheden dus
allereerst op aan, zich zooveel mogelijk geld
te verschaffen. Al heeft men voorzeker
nergens ingezien, dat deze krijg zulke ont
zaglijke kosten zou vragen, men begreep
toch zeer goed, dat er heel wat geld, hon
derden van millioenen meer noodig was
dan in gewone tijden. Een krijgskas of
oorlogsscbat kwam toen gc-ed van pas. Doch
er was maar één mogendheid, die er zoo
een bezat: Duitsehilarid. Dit, rijk bewaarde
sedert tientallen van jaren in den Julius-
torea bij Spandau 120 millioen mark (72
millioen gulden) in goud van de oorlogs
schatting van Frankrijk. Voor eenige jaren
was beslaten om dien schat te verdrievou
digen, er zou nog evenveel goud eii ©en
even groote som aan zilver aan toegevoegd
worden. Maar men kwam niet geheel zoo
ver, er kwam 85 millioen aan goud en een
kleine som aan zilver bij, zoodab er bij de
mobilisatie ongeveer 205 millioen mark
aanwezig was. Van weinig beteekenis, want
Duitschland geeft t-lians veel meer voor
den oorlog uit in slechts drie dagen.
In Duitschland dus, evengoed als in de
andero krijgvoerende landen, moest men
zoeken naar andere hulpbronnen voor den
oorlog. I:i de eerste plaats had men t,e zor
gen, dat'de'eigenlijke rijkdom, des lands,
het goud, daar bleef, niet naar 't buiten
land'ging. Verder moest men zien, dat dit
goud zooveel' mogelijk in handen der regee
ring kwam, of in die der staatsbank, welke
met vergunning "en onder controle der
regeering bankbiljetten uitgaf. Dit was van
uiterst belang, omdat het goud het papier
geld dekte, hoe meer goud er dus bij de
Ons Oor'ogsdagljoek.
83ste week.
28 Febr.De Duitschers doen een aanval
in Champagne langs den straat
weg SommepySouain en win
nen hier eenig terrein.
Do actie tegen Verdun is tot
staan gebracht.
Do Fransche hulpkruiser
„Provence II" zinkt in dé Mid-
dellaiidscke Zee. Ongeveer dui
zend m&Aschen kemon om het
leven
1 Maart: Te Londen wordt een groote
campagne begonnen ter bevorde
ring der zuinigheid.
De Duitscbe regeering eischt
van Portugal binnen 48 uur het
besluit tot inbeslgneming van
de Duitsche geïnterneerde sche-
,pen in te trekken.
2 De tweede phase van den strijd
om Verdun begint met een
niouw offensief der Duitschers.
3 De Portugeezep. leggen ook be
slag op de Duitsche schepen in
de haven van Marmagao.
De koniug van Denemarken
noodigt de ministers-president
en de ministers van buitenland -
sche zaken van Noorwegen en
Zweden uit tot een samenkomst
te Kopenhagen op 9 Maart.
De Russen veroveren Bitlis
op de Turken.
In d n Senaat behaalt presi
dent Wilson een schitterende
staatsbank was, hoe meer papiergeld, dus
„geld" op zich zelf, er kon worden uitge
geven. In Duitschland vooral, later ook in
Frankrijk, heeft men dit zeer goed begre
pen en de bevolking uitgenoodigd om haar
goud naar de banken te brengen. Voor
elk goudstuk van 10 gulden toch kon de
staatsbank, op het beginsel van „dekking
voor een derde", 30 gulden aan bankbil
jetten uitgeven.
Deze goud-inzameling is in Duitschland
bijzonder goed gelukt, door allerlei midde
len, en de goudvoorraad der Deutsche
Bank. die even voor den oorlog 1300 mil
lioen mark bedroeg, steeg allengs op 2400
millioen, zoodafc de bank alleen hierdoor
voor 3300 millioen mark meer aan bank
biljetten kon uitgeven. Ofsehoon lang niet
in die hoeveelheid, ontving ook de Banque
de France van het Fransche vólk voor mil
lioenen aan goud. Hoe groot de goudvoor
raad der voornaamste Engelsche bank, de
Bank of England- is, werd nooit precies be
kend gemaakt. Aan goud-inzameling heeft
men in Engeland niet of slechts in zeer
g'eringe mate gedaan op de wijze als in
Duitschland of Frankrijk, wel is -ecêiter de
goudvoorraad van de Bank of Engeland
aanzienlijk vermeerderd in den oorlog. De
uitgifte van bankbiljetten is in Engeland
echter betrek k weinig grooter gewor
den, ook al o,_ uat men daar het beginsel
huldigt, dat er iu de bank niet een „derde"
voor dekking aanwezig moet zijn, maar bet
geheel. Men kan er in elk geval zeker van
wezen, dat de finaniceele toestand van En
geland zeer gezond is.
Ook in andere landen, in Rusland en
Oosteurijk-Hongarije, doet men angstig zijn
best om den goudvoorraad in de regee-
xingskaeseu of in de banken te houden.
Aan het eerste lancl schijnt dit. ten deele
door dwangmaatregelen, bijzonder goed
gelukt. Van het volk zelf ontvangt do
regeering .betrekkelijk weinig goud, maar
de verschillende banken en kassen weet zij
te noodzaken het goud vast te houden.
Daarentegen wordt er in Rusland veel
papiergeld uitgegeven, waar tegenover niet
voldoende dekking schijnt, te bestaan. Om
trent den goudvoorraad der Oostenrijksch-
Hongaarsche Bank is sedert het begin vau
den oorlog niets bekend geworden"! Vóór
den krijg dekte deze haar bankbiljetten
door tweederde aan goud in haar kelders.
Maar den goudvoorraad in 't land tc
houden, is slechts een der minste midde
len pm zich geld, veel geld te verschaffen,
en eigenlijk vermeerdert een regeering zijn
kapitaal daardoor maar voor een klein deel.
De eigenlijke middelen voor een regeering
om aan, geld te komen zijn verschillende.
overwinning inzake de quaestie
om do Amerikanen niet te waar
schuwen voor het reizen op sche
pen der oorlogvoerende mogend
heden.
Het Duitsche oorlogsschip
„Möwe" is na een kruistocht
vau eenige maanden behouden in
een Duitsche haveu terugge
keerd.
Men kan ten eerste zijn licil zoeken iu
belastingen, en wel door reeds ingestelde
belastingen eerder te heffen, of nieuwe
belastingen in te voeren. Een regeering kan
leeningen sluiten, hetzij vrijwillige, hetzij
gedwongen. Er is' daarbij natuurlijk alleen
sprake van binnenlandsche leeningen. Al
leen de leening van Engeland en Frankrijk
in Amerika maakt hierop een uitzondering,
doch welbeschouwd was dat geen oorlogs-
leening, wij komen daarop terug. Iets'
anders is weer het geld, dat Engeland
leende aan zijn behoef tiger bondgenooten,
feitelijk is dat een uitgave vopr Engeland's
eigen oorlog. Eindelijk kan een regeering
nog ongedekt papiergeld uitgeven, in den
vorm van schatkistaanwijzingen op korter
of langer termijn, in den vorm van munt
biljetten, die tot wettig betaalmiddel wor
den gestempeld.
Behalve van gedwongen leeningen, waar
van we nog niet hebben gehoord, is in de
verschillende landen gebruik gemaakt van
deze manieren om zich geld te""verschaffen.
Hier bracht men deze, daar gene wijze in
gebruik. In Duitschland en Engeland wer
den vooral oorlogsleeningen 'gesloten in
Engeland voerde men ook nog nieuwe be
lastingen in. In Frankrijk en insgelijks in
Rusland behielp men zich lang met de uit
gifte van papiergeld, met leeningen van
bankinstellingen, enz., tot men in Frank
rijk ook zich al meer vertrouwd maakte
met het denkbeeld van een leeuing en in
December 1915 er toe overging die voor
het eerst uit te schrijven. Ook Rusland
heeft herhaaldelijk zijn toevlucht genomen
tot leeningen, doch met betrekkelijk weinig
sücces, zij schijnen in 't geheel niet
meer dan 3 milliard gulden (ongeveer 2-h
milliard roebel) opgebracht te hebben. Ook
Oostenrijk-Hongarije, van welks geldmid
delen betrekkelijk weinig aan 't licht komt,
zooals we reeds schreven, beeft tot drie
maal een oorlogsleening uitgeschreven,
welke te zamen ongeveer 13 milliard kro
nen hebben opgebracht.
Wij zullen in de volgende artikelen na
gaan, hoe elk der verschillende oorlog
voerende groote mogendheden aan geld
voor den ontzaglijken krijg is gekomen.
(Wordt vervolgd.)
Ce toeslana in den reuzenstrijd.
De berichten omtrent den strijd bij Ver
dun, die zoowel van Franschen en Engel-
Bohen als Duitsdhen kant komen,' stemmen
in hoofdzaak overeener wordt nog steeds
heftig en vervaarlijk gevochten in de streek
de strijd eischt er eiken dag tal van offers,
het kanongebulder is niet van de lucht en
de infanfcerie-aanvallen en -tegenaanvallen
volgen elkaar op, maar het resultaat van
dit alles, van dezen moorddadigen strijd, is
gering. De Fransche telegrammen zijn het
uitvoerigst, zij zijn steeds vol vertrouwen
de oorlog om Verdun moge weer in hevig
heid toenemen, op don duur zal hij took
eindigen met' een neerlaag der Durteebers.
Nu hangt het er van af, wat men als een
neerlaag opvat. Indien men hieronder ver
staat, dat de Duitschers terugwijken, dat- zij
het verloren terrein weor prijs geven, dan
lijkt het daar nog volstrekt niet op, zelfs
in er nog geen sprake van, dat hun aanval
len in kracht vermindereu, integendeel
met grooter heftigheid en naar het schijnt
over eeu breeder front liebben de gevechten
plaats zelfs bij Forges, dat is aau de West
zijde van de Maas, hebben hardnekkige,
zware artillerie-duels plaats gehad, insge
lijks iu 't Zuidoosten van Verdun, in den.
sector van St. Mihiel. Het Duitsche geschut
is dus nog geenszins door de. Fransohen tot
zwijgen gebracht.
Iets anders is het echter, of de Duitschers
het 6ucoes hebben van de eerste week hun
ner hevige aanvallen, van 21 Februari en
de volgende dagen, dan moet men -zeggen
van neen. Zij hebben nog alles in bezit,
wat ze toen wonnen, maar zij hebben er
sedert zoo goed als niets bij gekregen. Dit
bewijst, dat de Franschen thans op hun
hoede zijn en dat ze zijn opgewassen tegen
den vijand. Zoo is de toestand, althans tot
nogtoe, want men moet niet. uit het oog
verliezen, dat de strijd om V erdun nog
steeds voortduurt, dat de zware kanonnen
er dag aan dag donderen en de projectielen
den grond omploegen, de aanvallen en
tegenaanvallen zich steeds met grooter fel
heid en moed herhalen, dat er om eiken
duimbreed grond gestreden wordt met. ware
doodsverachtingen dat sommige punten,
bijv. het dorp Douaumont nu in de handen
der Duitschers, dau weor in dio der Fran
schen zijn. Maar het zijn eu blijven de Duit-
schors, dio telkeps opnieuw aanvallen en
die blijkbaar hun pogingen om verder door
te dringen, om tot een doorbraak der Fran-
.sche linie te komen, nog niet hebben op
gegeven. Eu zoo staat de strijd om en bij
Verdun nog steeds op den voorgrond onzer
belangstelling.
Ook elders op bet westelijk oorlogsterrein
is in de laatste dagen gestreden, zoo in de
buurt van Ypcren, in Lotharingen, in de
Argonnen en bij Soissons. Het lijkt er op,
dab hier de geallieerden de aanvallers zijn.
Over 't- geheel wordt er de toestand evenwel
niet anders, de vijanden blijven ieder in
hun posities, zeer kleine voordeelen uitge
zonderd. In Lotharingen bijv. zouden de
Duitschers uit de loopgraaf teruggeweken
zijn, die ze de vorige week hebben veroverd.
In de Argonnen en bij Soissons hebben de
Franschen een vernielend vuur gericht op
de vijandelijke loopgraven, volgens hun
eigen berichten. Een Fransch vliegtuig
heeft Zaterdagnacht bommen geworpen op
het station vau Conflans, dat in handen
j der Duitschers is, en waar dezen in de laat-
i ste dagen groote bedrijvigheid ontwikkel
den.
De gevechten aan het westerfront zijn dus
weer in vollen gang. Is dit de inleiding van
den ontzetenden strijd, die daar dezen zo
mer de beslissing moet brengen Dan zal die
wel zeer moorddadig worden. Er komen gru
welijke berichten van verliezen, die er gele
den v/orden. Zoo wordt uit Zürich gemeld,
uit een neutraal land dus, Zwitserland.,
maar van een niet geheel onverdachte bron,
dat bij Duuaumoni de lijken der Düit-
che soldaten zich hebben opgehoopt tot
veertig a vijftig duizend, 't Is ongelooflijk,
doch dat de verliezen van weerskanten vree-
selijk zijn, moeten we wel gelooven. En dit
is nog maar een begin
Elders op de strijdterreinen zijn de ge.
vechten van veel minder beteekenis. In het
Oosten wordt wel gestreden, maar het
schijnt daar te blijven bij voorpostengevech
ten en suocesseu worden aan geen van beide
zijden behaald
In Klein-Azië en Perzië hebben de Rus
sen weer voordeelen behaald. Van hun kant
wordt zelfs beweerd, dat- Bagdad, de beken
de stad in Mesopotamië, boven aan den
Tigris, weldra in hun handen zou vallen.
We moeten dit nog afwachten. Het is mo
gelijk, dat de Russen daar in de buurt
oprukken, doch tusschen hen en de Engel-
schen liggen nog altijd de Turken en de
Engelscken schijnen geen stap verder naar
't noorden te komen. Toch zou de iunoming
van Bagdad, in den rug der Turkache troe
pen aan den Tigris, zeker een feit van belang
zijn vóór de geallieerden.
FRANKRIJK.
Van het Westelijk OorlogsterreSn»
Cc strijd om Verdun.
PARIJS. De algemeene beschieting blijft
even heftig ten W. van de Maas als ten O.
van deze rivier. Er is eokter 36 ufen na de
hervatting van het offensief op te merken,
dat dat geen uitbreiding heeft gebracht van
het aanvalsfront. In de verschillende secto
ren in de streek van Verdun werd het bom
bardement in den loop van den nacht vrij
•actief, maar nergens werd het gevolgd door
een Duitschen infanterie-aanval. Een tegen
„Joost," zei de burgemeester van het
dorpje Heideveld tot een boerenarbeider,
„wil je, als je naar de stad gaat, eens bij
den heer Verpaal aanloopenHij woont op
de Groote Markt, in dat witte huis, naast
het logement „De Hertshoorn"
,,0 ja, burgemeester," antwoordde Joost.
„Wat moet ik er doen?"
„Zie den heer Verpaal zelf te spreken;
geef hem dezen brief en wacht op ant-
wuord."
„Ik zal het zeker doen," sprak Joost en
vertrok.
Den volgenden morgen was Joost op weg.
Het was in de stad marktdag en dan ver
zuimd Joost om vele redenen nooit in de
stad te komen. Den burgemeester-wilde hij
gaarne eeu dienst bewijzen en hij vergat zijn
brief dus niet.
Om niet verkeerd tc gaan, liep bij echter
eèrst het logement „De Hertshoorn" even
in e" vroeg of de heer Verpaal daarnaast
woonde,
„Ja, hier vlak naast," zei de knecht nit
hét logement; „moet je 'm spreken?"
„Pas maar op, Joost!" riep een boer uit,
ie juist iu de gelagkamer zat," die sinjeur
twee maanden geleden uit de Oost hier
gekomen. Hij is zoo bruin als koffie en zoo
driftig, dat bij best in staat is je aan te
vliegen maar bij is zoo rijk, dat hij je
hcelo dorp zou kunnen koopen met je. bur
gemeester er bij en jou zelf op den koop
toe. Joost, Joost, wat ga je beginnen, man?
Ik bleef er liever vandaan!"
Joost was niet bijzonder gestemd door al
hetgeen hij hoorde en hij begon reeds te
wenschen, dat burgemeester de boodschap
maar liever aau eeu ander had opgedragen,
maar toen hij het spottend gelaat van den
spreker aanzag,-wilde hij toch niet voor zijn
verlegenheid uitkomen. Hij besloot zich
dapper te houden en zeide: „Mij aanvlie
gen, dat zou ik toch wel eens willen zien:
Joost heeft ook nog handen aan het lijf."
En met een moedige houding, ma,ar met
een kloppend hart ging hij de deur der zaal
uit, waar een schaterend gelach uitbarstte,
om het benauwde gezicht, dat 'Joost had
getrokken
De heer Verpaal, die werkelijk kort ge
leden uit Indië was teruggekeerd, zat op
dit oogenblik op een klein kant-oor, dat op
den tuin uitzag, te schrijven. Ondertussohen
werd hij met alle opmerkzaamheid begluurd
door Jokko, een grooten aap, die in een
hoek van het vertrek zat. Een rood rokje
met kopéren knoopen en een blauw broekje
gaven hem een geheel bijzonder voorkomen.
Jokko scheen met zijn pakje vrijwel te
vreden te wezen. De ketting echter, waar
mee hij vastgemaakt was, scheen hem min
der t-o bevallen, en reeds meermalen had
hij gepoogd los te komen, zonder dat dit
tot dusver gelukt was.
Daar hield de heer Verpaal opeens met
schrijven op. Hij moest even iets nazien in
een 'boek, dat, in een andere kamer lag en,
zoo bij meende, slechts voor een enkel oogen
blik, liep hij de kamer uit.
Heb was net alsof Jokko op dit oogenblik
gewacht had. Grijnzend kwamen de groote,
witte tanden te voorschijn. Een flinke ruk
aan den ketting, nog een en nog een, en
Jokko had zijn doel bereikt. De aap raakte
van den lastigen band ontslagen en danste
verheugd de kamer rond, juist op heb oogen
blik, dab Joost met een beklemd hart er
binnen stapte.
Zoo er iets geschikt was, om de gehoorde
beschrijving in.de oogen van-Joost geloof
waardig te maken, was het wel het tooneel,
dat zich voor den verbaasden boer opdeed,
die nog nooit een aap in werkelijkheid, noch
in afbeelding gezien had. De knecht, die
hem de deur geopend had, had hem gezegd,
dat hij den heer Verpaal op het kantoor
zou vinden. Aankloppen was niet noodig
geweest, want de deur stond open en dat
wezen, dab daar rondsprong, moest dus die
Verpaal zelf zijn. Neen, wat hij zich ook
voorgesteld had, op zulk een verschijning
was hij niet voorbereid geweest.
Na bet uitvoeren van eenige dolle spron
gen, plaatste Jokko zich op den kantoor
stoel, zooals hij zijn meester zoo dikwijls
had zien doen. Evenals deze greep hij een
pen en begon duchtige trekken over het
voor hem liggende boek te maken.
Joost, die zelf geen held in pennekunst
was, begreep, dat dit een Oostersche schrijf
wijze moest zijn. Hij kwam een weinig to'
kalmte, zette eerbiedig zijn pet af en begor
aanval, Zaterdag tegen bet eind van den dag
door de Fransohen ondernomen, zou hen
hebben in staat gesteld in het dorp Douau
mont door te dnngen.
Bij Epargos beletten de Franschen de
Duitschers om een krater te bezetten, die
door de ontploffing van een onzer mijnen
was ontstaan.
PARIJS. In de streek yan Verdun breidde
de strijd, die gelocalieeend was in het dorp
Douaumont, zich Zaterdagavond uit. Te zes
uur deden do Duitschers, na een hevige be
schieting, een levendigen aanval op de Fran
sche linies van Douaumont af. Déze aanval
werd echter afgeslagen door het spervuur en
geweervuur der Franschen.
Gedurende den nacht duurde de vrij he
vige beschieting voort op het geheeld Fran
sche front ten oosten van de Maas, ten wes
ten van Mort. Homme en den Ganzenhcuvel.
PARIJS. De elag duurde voort met ge
lijke hevigheid, zonder wijziging in den toe
stand te brengen. De vijand bleef zijn
grootste kracht richten tegen het dorp
Douaumont, waar sinds Zaterdag de twee
tegenstanders worstelen zonder zich het
bezit te kunnen verzekeren. De woedende
aanvallen der Duitschers vermochten niet
de Fransche troepen te doen wijken.
Overal elders zijn de vijandelijke opera
ties tot staan gebracht. Wij behaalden zelfs
een succes in Lotharingen. De toestand bij
het tweede offensief is goed liet eenige suc
ces, dat de Duitschers behaalden, werd ver
kregen in de eerste twee dagen. Iu de laat
ste 48 uur behaalden zij niet de minste ter
reinwinst. Het verschil met het eerste of
fensief is geheel in ons voordeel. De vijand
moet het door het bombardement verwoeste
terrein versterken zoo goed en zoo kwaad
als dit gaat zijn soldaten zijn vermoeid,
de versche troepen zijn gedemoraliseerd
door het zien van de voor onze linies, die
zij tevergeefs trachten te nemen, opgesta
pelde lijken van 50.000 gevallen Duitsche
soldaten.
Men mag derhalve zonder ongerustheid
het resultaat van den strijd om Verdun af
wachten
PARIJS. De toestand om Verdun
blijft bevredigend. Do buurt van Douau
mont blijft het centrum van de vijan
delijke actie. De vijand betwist ons
met hardnekkigheid het bezit van het
dorp, maar hij kan ons niet uit deze stellin
gen verdrijven. De Duitschers verhoogden
hun inspanning door dé Fr<inschfe linies
voornamelijk tusschen het bosch Hardau-
mont en het fort Douaumont hevig te bom
bardeeren, maar zij konden niet de minste
vordering maken. Dat de vijand onmogelijk
vooruit kan komen op geen enkel punt,
rechtvaardigt de hoop dat de Fransche sol
daten hem ook verder zullen kunnen tegen
houden.
LONDEN. De Times publiceert een over
zicht van den slag van Verdun door lord
Northcliff geschreven. Lord Northcliff, die
e6n bezoek bracht aan het Fransche front,
zegt dat de Fransche verliezen onbeteeke-
nend zijn, terwijl het bekend is dat het derde
en achttiende Duitsche korps volkomen op
geofferd zijn, terwijl het zevende reserve-
korps de helft van zijn bestand verloor en
het vijftiende korps wel driekwart. Ook een
deel van de I13e divisie, van het vijftiende
reservekorps en van de Beiersche Ersatz"-
divisie ging verloren. D© gevangenen, die
gemaakt zijn, komen van alle deelen des
Rijks. Een van hen deelde mede, dat op
21 Februari zijn compagnie 200 geweren
belde en 4 officieren, maar op den volgenden
dag bedroeg het aantal nog slechts 70 ge
weren en één officier. Men kan gerust aan
nemen, dat de verliezen ten minste honderd
duizend bedragen.
De ontsteltenis en de ellende spreken zoo
duidelijk van het gelaat der gevangenen,
dat er geen ander bewijs noodig is voor de
tragedie de ze doormaakten.
Lord Northcliff spreekt met grooten lof
van de schitterende houding der Franschen
en van den ontzaglijken aanvoer van muni
tie te hunnen behoeve. Op een weg alleen
zag hij een convooi van tweeduizend auto's.
Alles is schitterend georganiseerd. De man
nen die aan het hoofd staan zijn allen be
trekkelijk jong. Het is onmogelijk den duur
van den slag u> schatten. De Franschen ge
voelen dat zo don vijand staan, niettegen-
staande d;ens drievoudige overmacht. Do
Duitschers komen tot het besef dat het hun
on mogel ijk is de Franschen uit hun ge
duchte stellingen te verdrijven. De Duit
schors doen hun uiterste best om to voor
komen dat hun verliezen bij de neutralen be
kend worden.
BERLIJN, Officieel bericht uit het
hoofdkwartier:
De strijd ten Z O. van Yperen kwam voor-
loopig tot etaan. De positie, die wij voor
12 Februari bezet hadden, is, weder in ouzo
handen het bastion bleef in handen der
E ngelschen.
Levendige vuurgevechten in Cliampagne,
die ook Vrijdag voortduurden.
In do Argonnen mislukte oen zwakke vij
andelijke aanval.
Aan beide oevers van de Moaa versterk
ten de "Franschen hunne artiUerie-actio en
deden na een krachtige toeneming van hun
vuur, eeu aanval op het dorp Douaumont
eu onze daaraan aansluitende linies. Z.j
werden gedeeltelijk in oen handgemeen met
groote verliezen afgeslagen, en vorloreu bo
vendien wederom meer dan 1000 ongowon-
de gevangenen.
Volgens de resultaten vau den opruimings
arbeid op het slagveld is de buit der gevoch
ten sedert 22 Februari met 37 kanonnen en
75 mitrailleurs verhoogd tot 115 kanonnen
en 161 mitrailleurs.
Bij Boveu Sept, ten N-W. van Pfirt,
poogde de vija-nd tevergeefs de hem op 13
Februari ontnomen poritice te hernemen.
Zijn eerste aanval bracht hem hier en daar
in onze loopgraven, dook bij een tegen
aanval werd hij dadelijk weder daaruit ver
dreven. Ons vuur belette herhaaldelijk de
aanvallers zich te ontwikkolen. Met verlies
van vele doodon en gewonden en meer dan
80 gevangenen, moest de vijand op zijn stel
lingen terugtrekken.
BERLIJN. Tegen den avond opende de
vijand een levindig vuur op' verscheiden
punten van het front.
Tusschen Maas en Moezel was de Fran
sche artillerie voortdurend zeer actief; van
tijd tob tijd beschoot zij de 3trcck van
Douaumont buitengewoon hevig. Infante-
rie-gevechten hadden niet n'aats.
Teneinde on'noodige verliezen te vermij
den, verlieten wij gisteren de loopgraaf bij
de houtvesterij Thiaville (ten noordoosten
van Badonviller), die wij op 28 Februari
aan de Franrchen ontrukt hadden, wegens
het hevige vuur, dat de vijand erop richtte.
Verhalen van het slagveld.
Een officier doet "liet volgende verhaal
omtrent den strijd bij Herbebois, waar
aan hij heeft deelgenomen. „Den 21 Febr.
na zeven uur des ochtends begonnen de
Duitschers de voorbereiding tot den aanval
met. ©én ontzettend artillerie-vuur op de
stellingen, die zij ons wilden ontrukken.
Een hagel van granaten van allerlei kaliber
van 150 tot 305 m.ra. viel als een echt trom
melvuur op de punteu die zij voor den aan
val hadden uitgekozen. Zoo werd bijv. een
oppervlakte van 500 bij 1000 meters eenige
uren lang op deze wijze systematisch ge
bombardeerd. Er werden hierbij granaten,
met tranen-verwekkende en met vergiftige
ga seen gevuld, gebezigd. Ondanks dit ver
schrikkelijke vuur slaagden de Duitechers
er den eersten dag slechts «in, tot in onze
eerste loopgraaf bij Herbebom door te drin
gen zonder dat zij ©en ondersteuningsloop
graaf konden "bereiken.
Op dat oogenblik kreeg mijn regiment be
vel om een tegenaanval te doen en te trach
ten de tot puin geschoten chaotisch ver
vormde, door granaattrechters onderbroken
stukken terrein, die vroeger onze eerste
verdedigingslinie waren, te hernemen.
Tegen middernacht kwamen wii daar aan
en maakten er 63 gevangenen, die blij waren
dat zij niet langer aan den oorlog behoef
den deel te nemen.
met stamelende stem: „Mijnheer, compli
ment van den burgemeester van Heideveld."
Hij bood zijn brief aan.
De aap trok een afschuwelijk gezicht,
greep den brief en had hem in een oogen
blik aan flarden getrokken.
Antwoord was intusschen nog niet ge-
volgd.
Joost wist nu heelemaal niet wat hiervan
te denken. Antwoord moest hij toch teru-
brengen. Hij waagde het nog een stap na
derbij te doen.
Daar spong Jokko op hem toe. greep hem
op gevoelige wijze bij het haar, en t-oen
Joost halfdood van angst zich te weer be
gon te stelleen, beet hij bem zoo geducht in
den arm, dat- het bloed Joost uit den mouw
liep.
Doodsbleek van schrik en verontwaardi
ging stoof deze de straat op en deed daar
jammerend zijn verhaal aau een aantal be
langstellenden
„Ga naar de politie, man, ga naar de
politie," voegde liem een stevige groen
vrouw toe, die op de markt haar uitstalling
had.
.Wat denkt zoo'n gek wel, zoo'n neger?
Kijk, als hij mij dat gebakken had, dan
had ik hem uit- zijn bruine tronie oogen
gekrabd of hem den omgedraaid, ja,
dat had ik."
Joost was intusschen het politiebureau
reeds binnengegaan, waar zijn verhaal de
verwondering van den commissaris in hooge
mate opwekte. Hij kende den heer Verpaal
een weinig; hij wist, dat deze inderdaad
zeer opvliegend was maar de wonderlijke
historie, die .Toost hem vertelde, was t-och
wat al te buitensporig,
Er moet hier een misverstand bestaan,
dacht hij. Toch liet hij den heer Verpaal
uitnoodigen even op het bureau te komen,
ten einde een zeer gwenschte opheldering
te geven.
Joost ging intussbhen de woud, die zonder
ophouden duchtig bloedde, in „De Herts-
hocr" met water en azijn verzorgen, onder
belofte van terstond terug te zullen komen.
De heer Verpaal liet zich niet lang noo-
digen, te meer, daar voor zijn deur zich een
aantal nieuwsgierigen had verzameld, die
elkaar de wonderlijkste histories wijsmaak
ten en hem alles behalve vriendelijke blik
ken toewierpen, toen hij zich naar heb poli
tiebureau begaf.
Van het geheele verhaal begreep hij ech
ter geen woordhij had geen boer gezien
en maakte zich tamelijk boos over het zot-te
praatje, toen Joost binnentrad, die vreemd
opkeek, toen hij hoorde, dat deze nette
heer de heer Verpaal was.
„Maar," riep hij uit, „die vent van aan
stonds had een rooden rok met gele knoo
pen aan
„Jokko, mijn aap!" riep de heer Verpaal
schaterend uit-, terwijl niemand der aan
wezigen, behalve Joost, zijn lachen kon be-
dwingen
Dat deze heel vreemd op den neus keek,
laat zich begrijpen. En ofschoon de heer
Verpaal hem een paar rijksdaalders gaf om
zijn leed wat te verzetten, kon hij het woord
..aap" naderhand nimmer meer hooren, of
hij kreeg een kleur tot achter de ooren.