Uit leger en V!ooi
Rechtzaken.
Nieuwe Uitgaven.
Gemengd Nieuws.
Damspel.
iOEISÖIiDÜTEiJVCOUH'ANT van Zondag 28 ivrovombor 1915
Q
Kennisgevingen
-vjo*. voor
Verloving, Ondertrouw,
Geboorte, enz,
- Invitatiën, Dankbetuigingen, Mean's -
Programma's, Balboekjea, Visitekaarten,
- Luxepapier, Artistiek Stempelwerk -
B. van Mantgem, Hofleverancier
Singel 562, hoek V^ielstraat, Am at
van geld: Schut, milicien wielrijder; Li n a,
mil. korpl.O'irsckot, milicien huzaar.
Adressen gevraagd.
Eerste plaatsing.
Da directeur Hoofdexpeditie Veldpost te
's-Gravenhage verwittigt ondeirstaando perso
nen, dat te zijnen, kantore buitenlandsche cor
respondentie voor hen berust, die wegens on
voldoende of foutief adres, onbestelbaar i.s
Bené Ballegeer, 3e comp. 3e Regiment uit
België
Max Beulen, Huzaar 3e esc., 2e R. H., uit
Duitscliland
J. Gubbels, chauffeur te Breda, afz. Scliolde-
etr. 2 Antwerpen;
Sergeant Verschuuren, 2e oomp. 41 L. W.
uit St. Gallen.
Ook andere personen, die met bovenstaande
adressen bekend zijn, kunnen hiervan eveneens
opgave verstrekken.
J. B., Dordrecht. Aan alle militairen worden
volgens regelen door don Opperbevelhebber
van Land- en Zeemacht te stellen algemeene
periodieke verloven verleend. Hieronder is dus
ook het vaste geëmployeerde personeel der
hospitalen begrepen. Bed.
J. E., Utrecht. Bij inkwartiering, heeft men,
wanneer men met 1 dag verlof gaat, geen recht
op menagegeld, omdat voor dien dag de in-
kwartieringsgelden aan don kwartiergever be
taald worden. Red.
P. G., Zuiddorpc. I. In de bepalingen be
treffende hot periodieke verlof kunt gij in den
aanhef vinden dat den compagnïc-s- en daarmede
gelijk .gestelden commandanten de bevoogd'heid
is verleend, beperking op te leggen in verband
met do eischen van den dienst, de te volbren-,
gen opdracht of de veiligheid.
II. Met verlof gaande hebt gij de eerste 4
dagen van uw verlof slechts recht op trakte
ment, menagegeld en mobilisatietoelage.
III. "VVij raden u niet aan een dergelijke actie
te voeren, daar gij o. i. weinig kans van slagen
hebt. Red.
A. J. H. te Oosterhout. Als gij meent dat een
verlof van drie dagen por week voor uw bedrijf
noodzakelijk is, kunt gij een poging wagen door
langs den Inerarohieken weg (in casu uw com
mandant) een verzoekschrift, vergezeld van de
noodige bewijsstukken, waaruit de noodzake
lijkheid van het verlof kan blijken, aan den
M. v. O. in te dienen. Daar, waar uw comman
dant echter in het belang van den dienst daar
tegen bezwaar maakt, geven wij u niet veel
kans van slagen. R e d.
H. de W., Hellevoetsluis. W'anneer uw om
standigheden het noodzakelijk maken hebt gij
recht op vergoeding en kunt gij daartoe oen
verzoekschrift richten aan den Burgemeester
van uw woonplaats. It e cl.
JB., Amsterdam. Do aan onderofficieren van
Rijkswege verstrekte bovenkleeding en verdere
uitrustingstukken (hieronder is niet genoemd
het schoeisel) mag voor Rijksrekening worden
onderhouden. Zio ook It. M. 1913 blz. 953.
It e d.
A. C. P., Dordrecht. Waar gij reeds bij de
militie ingelijfd zijt-, zouclen wij niet denken
dat u nog vrijstelling verleend wordt, vooral
niet in deze omstandigheden. R e d.
J. v. d. IV., Krabbendijke. Van eerherstel
behoeft hier geen sprake te zijn gij bedoelt of
gij weder tot uw vorigen rang zult worden aan
gesteld. Dit is als vanzelf sprekend ter heoór-
deeling van uwen commandant en raden wij u
aan eens met dien commandant tc spreken.
Red.
C. R., 's-Gnavenibage. Met inhouding van
het periodieke verlof mag niet gestraft worden
De verschillende straffen voor militairen kunt
gij vinden in heb Reglement van Krijgstucht.
Red.
W. M., Oud-Ga-stel. Zijt gij bedrijfsleider, in
de door u bedoelde bakkerij, dan hebt gij n.
o.m. recht op St, Nicolaasverlof en ook op
het verlof voor het Kerstfeest en 'heb Nieuw
jaarsfeest. R e d.
L. v. S„ Waalwijk. Wij raden u aan een be
zwaarschrift in to dienen hij de Commissie van
voorlichting inzake bezwaarschriften wegens
vergoeding van kostwinners voor de provincie
Noord-Holland. Het bezwaarschrift moet ge
bonden worden aan den voorzit-lei- van die
commissie te Haarlem. Red.
D. J. B., Goes. In de correspondentierubriek
fan ons ibla.d no. 193 kunt gij alle door u ge
vraagde inlichtingen vinden. Red.
A. Z., Winschoten. De door u bedoelde per-
Boon is na eindiging van zijne verbintenis bij
het Ned. Oost-Indische leger, weder militie-
pliehtig en zal om die reden onder de wapenen
worden gehouden. Red.
P. P., Assen. Een gewoon sergeant moet
voor den sergeant le klasse den militairen
groet brengen. Red.
E. A. F., Meersen. Het door u gevraagde
.moet ontkennend beantwoord worden. R-ed.
Generaal Sarrail,
De Fransche generaal, wiens portret wjj
hierboven geven, is de commandant der
Fransche hulptroepen in Servië. Zijn naam
is in dezen oorlog nog bet-rekkelijk weinig
genoemd, wel heeft hij zich echter reeds
onderscheiden in den strijd aan de Darda-
nellen en onder zijn leiding hebben de
Fransche troepen in zuidelijk Servië zeer
dapper gevochten en den Bulgaren hard-
nekkigen tegenstand geboden bji hun yer-
d&ren o^marsch. .-
J. M., Beverwijk. Uw broeder moet een ver
zoek indienen aan den M. v. O. Red.
W. S., Tilburg. Bij verlies van uw vervoer-
bewys maakt gij u strafschuldig en kan u het
recht ontzegd worden om gedurende 2 maanden
vrij vervoer te bekomen. Als gij dus alleen ge
straft wordt met terugbetaling van do reiskos
ten komt gij er goed af. Red.
N. Oh. N., Oosterhoub. Voor een plaatsing bij
de artillerie-inrichtingen te Delft gedurende de
mobilisatie moet gij een verzoek richten tot de
directie der artillerie-inrichtingen aan den
Hembrug, waarin gij tevens vermeldt, welk vak
gij uitoefent, en uw event, diploma's of getuig
schriften. In dat verzoekschrift kunt gij tege
lijkertijd -vragen welke bezoldiging u bij eone
plaatsing te Delft zal worden toegekend. Red.
X. te Y. Op grond van art. 3d van het boek
werk R. b. d. in. hebben alle dienstplichtige
soldaten, na een onafgebroken verblijf onder
de wapenen voor eerste oefening van 8jj maand,
recht op een soldij-verhooging van 0.03 per
dag. Gij liebt daar dus ook recht op. Re d.
A. v. L. te Amsterdam. Wij vermoeden dat-
gij door afkeu#ing van don militairen dienst
nog niet voor den dienst bij de posterijen onge
schikt zijn. Waarschijnlijk zal een nieuwe keu
ring voor dat dienstvak noodig zijn. Red.
A. v. O., Fort Ruigenhoek. Als men vergun
ning verkrijgt eèn dag voor het officieele ver
lof re vertrekken Ibestaat recht op de vergoe
ding voor levensmiddelen, als men van te voren
kennis heeft gegeven, niet aan den middag
maaltijd te zullen deelnemen. Voor dien dag
heeft men dus aanspraak op f 0.35 menagegeld
en brood en koffie. Red.
A. L., Dongen. Het door u gevraagde kun
nen wij niet met zekerheid zeggen. Informeer
ernaar bij uw commandant. R e d.
v. Th., Noorbeek. Verdere opleidingen voor
eergeant-majoor-administrateur als reeds door
ons gemeld zijn, zijn ons niet bekend. Red.
H. P., 's-Gravenhage. Landstormplichtigen
worden niet bij de marine geplaatst, zoodat gij
daarvoor geen moeite behoeft te doen. Red.
Mil. Schoenmakers, Alkmaar. I. Hiervan is
officieel niets bekend en ligt niet ter onzer be
oordeeling. II. De toelage wordt toegekend aan
-den werkman-schoenmaker, dus voor het uit
oefenen van zijn beroep. R e d„
'Verloren pakje.
Ondergeteekende verzoekt beleefd inlichtin
gen omtrent een pakje, inhoudende een paar
schoenen met sporen genummerd 865, welke hij
17 Nov. j.l. in den trein heeft laten liggen.
Mil. L. KRIJNEN
le reg. veld. art. 3e bat. A II afd. 4e div.
Dinsdagavond 23 November is in den trein
van Arnhem naar Den) Haag blijven liggen een
leeren étui inhoudende een clarinet. Vinder
van dit étui met clarinet wordt bij terugbezor
ging goed beloond.
J. HERMKENS,
Mil. ziekendrager 3 C. H. S.
P. v. V., A'dam,
Artisten-gezelschap
gevraagd, om op Maandagavond 6 December
a.s. een voorstelling te geven, voor de militai
ren van het garnizoen Neuzen.
Aanbiedingen, met opgave van conditiën, te
zenden aan
J. WALPOT,
■Sergt. Maj. Instr. Reg. Artill.
Neuzen..
Verkeerd geweer.
Wie heeft bij vergissing op 12 Nov. een ver
keerd geweer medegenomen, W. N. 516, serie
nummer 3027, van de wacht. Gelieve dit te be
richten aan Van der Aa, sergeant 6e R. I.
2e B. 2o Comp. 3e div. veldleger.
Atlassen gevraagd.
Wie helpt iemand, die les geeft aan een cur
sus voor militairen, aan gebruikte atlasjes der
gelieele aarde. Offertes' worden gaarne in ont
vangst genomen door W. Th. Vaags, Militair
Telegraafkantoor Nekkerwegfort. De bedoeling
is do atlasjes na afloop, van den cursus weder
terug te zenden, indien zulks gewenscht wordt.
Koninklijk Nationaal Steuncomité 1914.
Ingekomen bijdragen van militairen van 31
Oct. t/'m. 6 Nov. 191.5: Brigade Maréchaussee,
Neuzen, 9 Bezetting fort Kwakel, 15.90;
Officieren fort Pampus, -20.274; Onder-of f.
kops', en Manseh., 3-lI-4e R. A., f 16.40;
Onderofficieren l-2e R. I.. f 23.15; Detache
ment-li Torpedisten, Neuzen, 7Personeel In
tendance, Het Loo, f 21.29 Detachement,
Hansweert, 3.60; Officieren H.M. „Koningin
Kmma'\, f 42.25Bezetting fort bij Spijker
boor. f 60.85; Bijdrage 18-1. 28; 38-3 L. W.
1.. f 7.10. Totaal ontvangen bijdragen'en toez.
f 3.368.112.244.
"s-Gravenhage, S Nov. 1915.
De Penningmeester,
Jlli'. Mr. W. Tli. 0. van Doorn.
Soidaat-tooneelspelor.
Onze medewerker Jan F e i t li schrijft
ons:
In het Naarden-Busaumscïie' garnizoen
is het Charles B r a a k e n s i e lc, -die
voor de ontspanning van z'n kameraden
zorgt. En hij doet het goed. Zijn -tooneel-
bloed kruipt, waarheen het gelukkig krui
pen mag. Ondelr z'n bivak-muts, onder z'n
mouwvest en z'n herhalings-broek (van
zevon jaar) leeft de -acteur. Hij is acteur
van huis-uit. Zijn zuster viert haar triom
fen bij de Haghe-spelers, hij viert zijn
triomfen onder zijn soldaten-makkers
Als kleine kleuter van 'n jaar of vijf
debuteerde Charles Braakensiek al; hij
stond op -de planken en welk een glorié
om dit achteraf te kunnen -doen gelden
met Willem van Zuylen, met Catherina
Beersmans, en al die roemruchtige groot
heden van een vorig tooneelgeslacht. Zijn
leven lang wijdde hij zich tot dusver aan
de tooneelkunst, in allerlei emplooien,
van kermiskomiek en coupletten-zanger tot-
directeur van een eigen schouwburg.
Bij de mobilisatie was hij directeur van.
het nieuwe, goed-a-augepakte „Rozen-Thea
ter" op de Amsterdamsche Rozengracht, in
•het hartje van den Jordaanals zoovelen
moest hij onder de wapens komen, en zijn
mooie betrekking raakte hij kwijt,... ook
gelijk zoovelen.
Maar gelijk de Engelsche Tommies, sprak
hij tot, zich zelf de magische woorden: „Are
we down-hearted?..." en tegelijk het wel
sprekende antwoord daarop „No!"
In zijn soldaten-kring pakte hij de „ver
makelijkheden en ontspanning" met vak
kennis als oud-th-eatei'-directeur aan. Zijn
Bussumscke kameraden boffen er wat bij,
zóó'n kameraad bij de compagnie te heb
ben!
Dezer dagen woonde ik een der voorstel
lingen in -de groote zaal van het Bussum-
scbe „Concordia" bij; 't was er tjok-vol,
natuurlijken je kreeg er een program
ma te genieten, waarvoor Frits van Haar
lem -den verwenden neus niet zou hebben
opgetrokken
Charles Braakensiek zelf bleef eerst be
scheiden achter de schermenwant hij is
•bescheiden ook, de eenvoudige kerel. Maar
na de pauze -trad hij met mejuffrouw Marie
Nagel op in het tooneelschetsje van Nestor
ffhieriy plicht'^ een yriesdelijk
draakje, ik zou niet anders kunnen
maar tenminste actueel, omdat het een
aarzelenden vorst vertoont, die bijna op de
knoopen van zijn gouden inajesbeits-uni-
form aan het aftellen gaat, of hij het ulti
matum, verklarende den oorlog aan een
aangrenzen den staat, al dap niet zal onder
teekenen.
Of hij liet papier ten slotte majesteite
lijk verscheurt, komt hier weinig op aan.
Ik wilde maar zeggen, dat Charles Braa
kensiek gelegenheid had, een aannemelijke
vertolking van de vorsten-rol 4e geven,
beschaafd en ingehouden, met voldoende
temperament en houding om den aarzolen-
den koning levend voor ons te zetten.
Charles Braakensiek kreeg een krans,
waarvan de heele compagnie soepgroenten
zou hebben kunnen kokeu. Maar hij ver
diende zijn hulde: een goed kameraad, een
onvermoeide impressario, en daarenboven
een knap acteur!
De mobilisatie stuwt herhaaldelijk uit
de soldaten-gelederen, nuttige profijten naar
boven. J. F.
Pantserfort IJ muiden.
Mil. sergeant H. J. Crainor schrijft ons:
We hebben weder een schitterenden avond
gehad. De commissie voor de forten, de heeren
Prent Sr. en Dyserinck, heeft ons wel goed
bedacht. Vrijdag 1-1. de tooneelvereeniging
Creiner en gisterenavond een bioscojxjvoorstel
ling door de Royal Bioscope. Voorafgegaan
door eenige lachnummers volgde do 1900 M.
lange film van ,,De laatste dagen van Pom*
ipeï." Een schitterend nummer dat aller in
stemming vond.
De heeren Machielse en Prent Jr. hebben eer
van hun werk, dat 'ze zoo geheel belangeloos
voor ons over hadden. Ook Piet Grocnendaal,
wiens talentvol afdraaien van de film hem een
niet te.stillen honger bezorgde.
De heer Dyserinck sprak nog eenige welge
meende woorden en met een hoeraatje werden
eenige kistjes sigaren door de fortbewoners in
ontvangst genomen_ Ons orchestje weerde zich
ook als vanouds weer dapper door eenige oolijke
nummertjes ten beste te geven, die zeer in
den smaak vielen. Na afloop ging het gezel
schap over het woelige water van het Kanaal
weer huistoe, om naar we hopen weer spoe
dig eens terug te komen,
Voetbal Pontonniers—Cadetten.
Sergeant Zetstra schrijft ons:
Bij den dezer dagen in Dordrecht gcspeelden
voetbalwedstrijd tusschen een militair elftal der
3e gedeelte pontonniers en een elftal der cadet
ten was de uitslag 05.
Toen te drie uur de scheidsrechter het begin
blies, zagen we de beide elftallen ongeveer
tegelijkertijd in 't veld treden. De aanvoer
der, sergt. Zetstra, won den opgooi en koos
tegen wind in en de cadetten trapten af. On
middellijk waren de cadetten druk in de weer
en zagen we direct weder hun van ouds bekend
samenspel, wat al dadelijk een goeden uitslag
voor hen deed verwachten.
De cadetten ontwikkeldon iru een goed spel,
dat weldra alle krachten der pontonniers vor
derde. De voorhoede der laatsten behalve de
rechts- en linksbuiten waren slecht in conditie,
er zat totaal geen schot noch samenspel in. De
achterhoede was uitstekend, uitgezonderd de
rechts-half, die zich niet op zijn plaats ge
voelde. Ook de keeper was niet erg in vorm.
De links-buiten der cadetten was enorm en
bracht den hal meermalen voor het doel, dat
voor de rust drie maal werd doorboord.
Na de rust kwam het elftal der pontonniers
eenigszins gewijzigd in 't veld, zoodat het beter
.voldeed als voor de rust. De cadetten konden
den bal nog tweemaal in 't net brengen wat niet
tegengehouden kon worden, ondanks het harde
werken en zwoegen der pontonniers. Wel had
den de laatsten drie tegenpunten verdiend,
doch konden den voorsprong niet verkrijgen
door het slechte schot der rechtsbinnen. Ilopen
v/ij, dat het over 14 dagen beter moge gaan als
het elftal der pontonniers zonder invallers uit
komt.
Geen inkwartiering gewenscht.
Milicien J. v. Oosteiboseh schrijft ons uit
Krahbendijke
't Is Donderdag IS Nov.den heelen dag
regent het van belang, 't is haast een honden
weer. Er was bericht ingekomen bij den burge
meester, dat hier soldaten zouden worden inge
kwartierd met voeding. Men zag den politie
man weldra in de weer om het den burgers aan
te zeggen, dat ze weer logeergasten zouden krij
gen. Nu, dat is hier zoo vreemd niet op Krab
bendijke, want deze plaats mag waarlijk grootsch
zijn op de wijze, waarop, zij zich van deze taak
kwijt. Om zes uur komen ze aan de mannen,
die reeds zoolang onze kust hehben bewaakt op
Walcherens duinen. Daags te voren z\jn ze van
dicht bij Domburg komen marcheeren en heden
morgen om zeven uur op marscli van Middelburg
raar hier en dan door zulk weer.
Het duurde echter niet lang, of men zag
ieder met zijn inkwartieringsbiljet zijn aange
wezen plaats opzoeken. Ook een onzer land
weermannen ging naar zijn aangewezen plaats.
Hij kwam voor een gebouw waar op de ramen
geschilderd staat: „Spek en varkensslagerij".
Onze landweerman dacht bij zich zelf: nou. dat
kan best zoo'n slecht kwartier niet zijn. Nau
welijks de dour geopend bobbende, komt een
der bewoners hem tegemoet, met de woorden
„dat zij geen soldaten kunnen gebruiken", zelfs
ook niet voor één- nacht. Onze landweerman liet
zich dat geen tweemaal zeggen, en slofte dood
moe terug naar het gemeentehuis, waar hij dat-
inkwartieringsbiljet inleverde, om een ander
iri do plaats te ontvangen.
Noemt u dat menschilevendheid, terwijl zijn
eigen zoon ook onder do wapenen is en toen
ook heel goed weet wat soldaat zijn is, doch de
gunst van zijn commandant heeft gekregen,
om. thuis ingekwartierd te mogen zijn? Noemt
u dat naastenliefde, om zóó te handelen jegens
een krijgsmakker van zijn zoon, die ook nog
misschien hetzelfde lot kan te wachten staan?
Het is niet te hopen, dat er zóó vele burgers
gevonden worden, anders ziet het er voor den
soldaat al heel treurig uit, voor wien het mobi-
liseeren toch al niet meevalt.
Uit Monster.
Mil. P. Schijf schrijft ons uit Monster:
Dezer da-gon gaf de Chr. Jonge!. Vereeniging
„Samuel" alhier, een feestavond voor de mili
tairen; 'n avond waarop de vereeniging niet
trots mag terug zien. In de Consistoriekamer,
tevens Militair Tehuis, zag het er dan ook recht
feestelijk en gezellig uit; bouquetten prijkten
op de tafels.
De voorzitter opende met goed gekozen woor
den de vergadering, spoorde, de leden aan, om
op den ingeslagen weg te blijven voortgaan en
het den militairen zoo aangenaam mogelijk te
maken in hun moeilijken strijd. Hij wekte de
militairen op om steeds trouwe bezoekers to
■blijven van het Tehuis.
De beurt was nu aan de loden. Voordrach
ten, samenspraken en opstellen wisselden el
kander af, en hielden de stemming er goed in-
Tusschen deze bedrijven werden door eenige jon
ge dames thee, chocolade en sigaren aangebo
den, waarvan natuurlijk gretig gebruik werd
gemaakt en menig glimlach of knipoogje was
haar belooning. Door korpl. Berrevoets (den
leider van het Tehuis) werd een woord van
dank gesproken namens do militairen, voor het
geen door do Jongel. vereeniging steeds en
vooral dezen avond weid gedaan
Een huldo aan allen, die hebben bijgedragen
om dezen avond goed te doen slagen, is zeker
hier wel op zijn plaats.
Dankbetuiging.
Ondergeteekende betuigt hiei-mede, ook
namens zijne vrouw, zijnen hartelijken dank
aan den compagniescommandant, officieren,
onderofficieren.-, korporaal? ep manschappen yan.
„Front Haerlem" voor de prachtige cadeaux.
waarmc-o men hun ter gelegenheid van hun
huwelijk heeft rerrast.
Korporaal C. v. d. Star.
Hodon kom ik, mede namons mijne eckt-
genoote, mijn dank betuigen aan het hospitaal-
personeel van Arnemuiden en Koedam voor
het geschenk mij present gedaan tor gelegen
heid van ons huwelijk.
P. F. PAÜWKL8.
Hosp.sold. Arnemuiden.
Pamfoerpraatje 4-47 L. W. J.
Van dit pandoerpraatje ontvingen wy nog
goedo oplossingen van d© clubs „Gezellig onder
Vrienden" van 137 L.W.I, en van do club
„Do Zwakkelingen", hospitaal Amersfoort.
De brief.
(Van luit. G. L. Kroee).
Lieve, goeie, brave moeder,
Waar ik toch zooveel van houd,
'lc Lig al zes woelc in do loopgraaf.
En 't is hier ontzettend koud.
Wit papier kan ik niet 'krijgen,
Daarom schrijf 'k u op een zak
Moeder, kan u 't schrift wel lezen?
't Lokt hier vreeselijk door ons dak.
Moeder, na éón jaar van vechten,
Heb ik nog geen schram gehad;
God heeft mij steeds willen sparen
Op het ruw© oorlogspad.
Altijd voor ik zal gaan slapen,
Bid ik tot den Lieven Heer
Jezus, spaar mo voor m'n moeder,
„Geef Gij, dat ik wederkeer.
„Moedor is zoo hulpbehoevend,
„Vader is zoolang al dood;
„Als ik val in dezen oorlog
„Heeft m'n moedertje geen brood!"
Mopkelief, dat heeft geholpen,
'k Bleef tot nu toe omgewond;
En m'n maag, die zegt me dagelijks:
„Jan, je 'bent nog goed gezond".
Moeder, 'k wenech u 't allerbeste
Wat een mensoh u wenschon kan,
Lig nou maar niet erg te tobben
Over uwen lieven Jan.
Ben vlaag van schroot giert door de lucht
En botst een zware balk tot poeder;
Steeds feller dondert het geschut
En -bliksem 3 eohieten nog verwoeder.
„We houen 't niet, we sterven hier",
Zoo zucht een oude ijzervreter,
„Maar 't leven hier is ook een hel
„In Jezus' hemel is het beter.
„O God, wat schieten toch die Franschen,
„Kom sla me nou maar daad'lijk dood,
„We moeten er tooh aan gelooven,
„Richt je kanon en strooi je lood.
„Hei, jonge vriend, wat heb je daar?
„Een brief voor thuis? Kom wees toch
„Dien brief, dien krijgen ze daar nooit,
„We sneuvelen hier toch aan den User".
„Goddank, Goddank, nou gaan ze stormen,
„Sla op. steek tee, trap m' in het slijk !'"-
Naast een gevlekten brief' lag roerloos
Een onherkenbaar jongenslijk.
G. L, KROES,
Mil. 8e Lnit. 2-II-7 R. I.
Afscheidsgroet aan mijn vrienden van
2-111 2 R. I.
(Van. sergeant Theo),
En thans gaat gij heen
Zonder verdriet en geween
Met een opgeruimd en blij gemoed,
Vol herinneringen, o, zoo zoet
In opgewekt humeur
Uit Etten en Leur....
V ant waarlijk, de schoonste herjinneringen
worden door u meegenomen,
Als gij trekt uit Leur vandaan;
Docli bedenkt, er is een tijd van komen
Maar ook een tijd van gaan.
Jongens, wat was je altijd handig en goed.
Daarom spijt het ons zoo, dat je vertrekken
moet.
Me weten thans heelemaal geen raad
Nu je ons voor goed verlaten gaat.
Wij allen en baas Gijs
Wenschen u een goede reis.
Vooral ons moedertje wil 't weten.
Zij bepaald zal u nooit vergeten.
Gij waart „jongens van Jan de Witt"
Kerels vol geest, met kern en pit
Milt daarom dus niet treuren.
Want het moet nu toch gebeuren!
Met welk een vreugde kwaamt gy hier,
En wat maakten we toch pleizier!
't Kwartier viel je bijzonder mee,
't Gaf er volop koffie en thee.
't Zijn dan ook maar heel beste menscheu.
Wat zoudt ge meer willen wenschen
Ook het. dorpje zélf viel lang niet tegen,
Alleen wat slijk, zoo na den regen,
Al noemdet gij het ook „Slikgat"
Toch waart gij het niet zat.
Lieve meisjes waren er genoeg.
Zoowel op straat als in de kreeg
Ze hielden veel van deez' soldaten,
Want ze konden toch zoo lekker praten.
Heusch, gij waart het -hier lang niet moe,
Maar toch moet je thans naar Zundert toe.
Laat ons thans zingen,
En klinken en drinken,
Neemt als ware makkers.
En niet als rakkers,
Van ons afscheid,
Ik heb 't gezeid.
THEO.
Serg. Mitr. Pel. 2. R.I.
0, oorlog, jammerbeeicj,
(Van Sergt.-verpl. J. Groen.)
Waar klinkt een lach uit ware vreugd
ontsproten
Nu geheel Europa staat.in vuur en vlam?
Terwijl onschuldig bloed met stroomen
wordt vergoten,
De holle hand des doods reeds zooveel
levens nam.
Lach nog wie lachen wil, maar trek dan
met mij mede,
Waar moord' en brand u wacht, de hel
haar hoogtij viert!
Waar de aanblik van een streek, eenmaal
een oord van vrede,
Thans door het ruw geweld
verlaten en ontsierd.
Uw lach verstommen zal, ontzetting
u doet beven,
De schrik u overmant, als in een
bangeu droom.
Een angstkreet u ontsnapt, en bang
voor lijf en leven,
Strak starend, sidderend neerzinkt,
mat en loom!
Of gij in Frankrijk of in Rusland zijt geboren,
Uw wieg in België stond, in Engeland,
Oostenrijk,
Tot welken staat of natie gij ook
moogt behooren,
In wezen zijt ge een, als mensch staat ge gelijk.
Wat is de veete dan, die u het, zwaard
doet zwaaien
Welk monster spoort u aan, dat gij,
met haat bezield,
Gelieele streken schier in vlammen
op doet laaien,
En menig brave door uw moordend
lood ontzielt,
Ontrukt aan gade en kroost aan vrienden
en verwanten;
En „ach" en „wee" stort over 't
gansche menschdom uit,
Dood en verderf verspreidt naar alle kanten,
En als het redeloos dier bloeddorstig
haakt naar buit?
Noem mij het monster, dat zich laaft
•met bloed en traneti,
Waarvoor het-_heiligst goed nog geen
genade yindri
Dat moord en roof «mi brand voert- in
zijn vanen,
In 't dierlijk wraakgevoel 'zijn
welbehagen vindt!
De oorlog, wr<«d beet uur van 't
noodlot op docz' aarde
0, oorlog, jatmnerbeoldVerfoeilijk
wangedrocht!
Het wezen van den mensch verliest
in >i zijn waarde;
Uw zegeteekenen zijn niet bréisffrfmdord
gekocht.
J. GROEN.
SergeanLverpleger militair hOMpitaat,
Springweg 17, Utrecht.
Van de Huzaren.
(Van den huzaar P. W. Paludanus,)
Geachte Redacteur, wat er ook gebeurt
Ik hoop dat u dit stuk niet in tweeën echeurt,
Maar daar 't voor hot eerst is, en denk'lijk
niet voor 't laatst.
Hoop ik dat u het eens in ons rakblad plaatst,
Want wanneer ik ook onze Soldatenkrant lc-e,s,
Van de Infanterie en Zeemacht lees ik dan het
meest,
Daarom wil ik ook eens iet»; schrijven
Om niet achterwege te blijven.
't Ls over het 2e Regiment Huzaren
Vooral van het 4e Eskadron, waar ik iets van
wil verklaren.
Het 4e Eskadron moet nu de grens bewaken
Om smokkelaars te vangen, want dat zijn rare
snaken,
Want- ziet een smokkelaar een infanterist
Da'n denkt hij -. 't is maar een mensch,
Een beetje harder loopen dan hij
En ik ben over de grens,
Maar rijdt een huzaar naar hem toe in galop
Dan denkt hij: O, wee, 'k heb een reuzenstrop.
Dan wordt hij beet gepakt en moet hij naar de
wacht,
Waar de smokkelwaar wordt afgenomen en
procesverbaal hem wacht.
Ook wanneer er oorlog komt, wat wij niet
zullen wenschen,
■Want dan moeten zij te paard den vijand te
gemoet en offeren niet zelden voor de infante
rie hun bloed,
Maar wanneer het zoover is, dan staat iedere
huzaar,
Voor zijn Koningin en Vaderland altijd dadelijk
klaar 1
En vooral bij 't 4e Eskadron daar doet iedere
man
Voor den Ritmeester en Luitenant toch zooveel
hij kan,
Vooral voor den luitenant van het 3e Peloton
Want die is voor zijn jongens zoo goed gelijk
de zon,
Daarom hopen wij, zoolang de oorlog duurt
Dat het 3o Peloton van de e-ene plaats aan de
grens naar de andere wordt gestuurd,
Dan zullen wij ons Nederland door onze blauwe
huzaren
Van die smokkelbeweging altijd steeds bewaren.
Verder heb ik op 't oogenblib niets meer in
mijn kanus,
Een saluut aan lipt 2e Regiment van
P. .W. PALUDANUS.
Hulde aan Krabbendijke.
(Van den mil. sold. E. de B.)
Krabbendijke, eenvoudig plaatsje,
Dat ons zulk een vrijheid biedt,
Wij waarde©ren uwe daden,
Zijn u, dankbaar in ons lied!
Gij verstaat wat wij behoeven,
Zoo in onzen poov'ren stand,
Gij begreept er dat wij kwamen
Tot het heil van 't vaderland.
Hoe genegen jegens ieder
Waart ge bij den aanvang reeds.
Gul en hart'lijk, vroolijk dankbaar,
Zien we uwe blijdschap steeds.
Liefde, troost en huis'lijk leven,
Soms gelyk men thuis dat vindt,
Schonkt gij ons uit medelijden,
Schijnt zoo elk soldaat uw kind.
Daarom steken w'ook, zoo noodig,
Met plezier een handje toe,
M ant waar vreugde is voor soldaten
Zijn ze nooit tot hulp te moe.
Slechts een enkeling mag 't wezen,
Die voor ons zijn hart versteent,
Doch het meerendeel vindt zeker.
Vreugde en hoop in ons vereend.
Van dien enk'ling wordt gesprokén,
leder noemt hem 't dorp tot- schand,
En men schrijft zijn slechte daden
ln de Goesch' of Zeeuwsche krant.
Zoo dan, volk van Krabbendijke,
Dat op ons zoo is gesteld,
Weet, dat eens aan onze kind'.•nu
Van uw mildheid werdt verteld.
Nov. 1915. E. d. B.
Soldatenmode.
(Vah mil. H. Yerheijen).
Mode is een eigenaardig woord
Dat men in alle kringen hoort.
Soldaat of burger wat men ook zij,
Mode komt er altijd bij.
De lange broek, die is verbannen,
Daarom dragen onze mannen
Broeken die tot knieën reiken
Waaronder dan de puttees prijken.
Nu is een nieuwe proef genomen
Met broeken die in de mode komen,
Nu ziet men soldaten loopen
Aan iedere broekpijp een rij knoopen.
De schako die stond eerst sjiek,
Trok steeds de aandacht van 't publiek;
Menigeen bleef verwonderd staan
En zag ze voor een tweedekker aan.
De grijze kepi komt in de mode,
Het oud model, dat wordt verboden,
Ja, men ziet thans rare dingen.
Kepi's van twee verdiepingen.
De kraag van de tuniek was blauw,
Doch dat veranderde heel gauw;
M'at zou je dan ook mooier kiezen
Dan grijzen kraag met blauwe biezen
Hierbij zal ik het maar laten
Over de mode der soldaten,
Toch is het zeker en gewis
Dat bovenstaande mode is.
H. VEE HEI JEN,
4 C. HI B. 13 R.-I.
Krijgsraad.
De krijgsraad te 's-Gravenhage veroordeelde:
C. van R., milicien der infanterie, afkomstig
uit Leiden, ter zake van desertie van de wacht,
tot 2 maanden militaire detentie in te gaan 13
October.
G. E. en C. G. van S-, miliciens der veld
artillerie, afkomstig uit Leiden, ter zake van
dienstweigering tijdens een exersitie tot 6 we
ken militaire gevangenisstraf.
T. van R., milicien der infanterie, afkom
stig uit Leiden, ter zako van 3e desertie tot 4
maanden militaire gevangenisstraf in te gaan
13 October.
H. J. S„ milicien der infanterie, afkomstig
uit Leiden, ter zake van diefstal van een rijwiel,
tot 1 jaar gevangenisstraf in te gaan 13 Oc
tober, met ontzegging van het recht om te
dienen voor den tijd van 5 jaar.
H. J. B., milicien der infanterie, afkomstig
uit Alkmaar, ter zake desertie tot 10 weken
militaire detentie in te gaan 13 October.
J. N., milicien der infanterie, gedetacheerd
in de tuchtklasse te Hoorn, ter zake van het
met gebaren dreigen van, het plegen van een
daad van geweld tegen en het slaan van een
meerdere tot 6 maanden gevangenisstraf iu te
gaan 25 October.
Ch, S.a milicien (Ier anJanten©, gedetacheerd
in do tuchtkloaso te lioorn. ter zak< van het
met gebaren dreigen van een meerdere, twee
maal gepleegd, tel 3 maanden militair© deten
tie in gaan 25 October.
De krijgNi.'ind beeft zich ©nbev'>©gd vornlaard
in do zaak togen M. A. C\, milicien der vold-
art., afkomstig uit Den Haag, die terechtstond
beschuldigd van dueenio cu m-oft-hckl. ver
wezen naar don bevoogden rechter.
Namons den adv.-fiscaal bij Hr. Ms. zee. en
landmacht heeft de aud.-militair bij den krijgs
raad te 's-Gravenhage, appel nangete-kend tegen
het vonnis waarbij A. d. V., milicien der in
fanterie, afkomstig uit lJmuiden, tor zake van
desertie van do wacht, werd veroordeeld tot 2
maanden militair© detentie in t© gaan 17 Sep
tember.
Do volgende miliciens dor infanterie hebben
appèl aangeteeKend
J. R., afkomstig uit Utmiiden en A. S., af
komstig uit Leidon. Do eerste door den krijgs
raad veroordoeld tet manudou militaire ge
vangenisstraf in to gaan 15 October, tor zako
van desertie, de tweede veroordeeld tut 3 maan
den ge.vaugoniüfetrnf in to gaan 3 November,
ter zako van zaakbeschadiging. Deze bekl. hoeft
tijdens den niarsch zijn geweer op/. tlelijk met
kracht tegen den grond geworpen, waardoor do
kolf hij de greep afbrak.
Joanno Reynekc van Stuvre, Met
den handschoen. (Veen's Gele
Bibliotheek). Uitgave van I/.
J. Veen, te Amsterdam.
Joanne Reyneko van Stuw©, g--.rouwd met
den bekenden dichter M'illein Klous, is ©©u der
merkwaardigste figuren in onze letterkunde.
Ook al omdat zij ©en veelschryister Is, die ©Ik
jaar een of meer (meestal meer) boekdoelen
laat verschijnen. Er zijn er daaronder, die tot
liet beste in onze belletri-tiv:li© litteratuur be
hooren zij treft bijzonder door de veelheid
van onderwerpen, die zij beschrijft, door do
verscheidenheid barer figuren, door den diepen
blik in mannenkarakters vooral, door het zich
dikwijlB wagen op gebieden, die tot nog toe
voor vrouwen gesloten bleven.
Doch de gemakkelijkheid, waarmee zij
schrijft, verleidt dezo auteur ook dikwijls tot
licht, vlot werk, dat altijd vloeiend leesbaar
geschreven, maar niet altijd even beduidend is.
Het twaalftal verhaaltjes in den bundel, waar
van hot eerste don hierboven aangegeven titel
draagt, behoort tot dit zoort werk. Daarin
geeft zij eon aantal Indische achei_-.cn, die wij
in een paar uren achtereen uitlezen en die
ons dan lichtelijk belang inboezemen mi-,-ehien,
maar die ons niet verrijken met nieuwe ge
voelens of emoties en,... niet veel in ons achter
laten. Lichte prettige lectuur, die geen in-pan
ning vraagt, meer zal er ook niet mee be
doeld zijn.
Honden als waarschuwers.
In een dc-r Noord-Brabantsche bladen wordt
rnedegédeeld, dat in d© laatste dagen in de ©i-
bijheid der grenzen honden worden jangetroi-
feu, die bij de komst van patrouilles ©ou luid
geblaf aanheffen, om daardoor "nun meeetcrs te
waarschuwen, dat er 'gevaar in de buurt is.
Enkelo schildwachten hebben reeds' op deze af
gerichte viervoeter» geschjoton. die het bun
moeilijk maken hun plicht to vervullen.
C ren sconlröle.
Onze correspondent te Oldcnzaal meldt ons:
Dezer dagen kwam een Nederlander, als ko
perslager werkzaam te Ochtrup, uit Duitsch-
land te Oldenzaul aan, om zich naar zijn ge
boorteplaats G. in Gelderland te begeven, ten
einde gekeurd te worden voor den landstorm.
Van dé tramcontroleurs kreeg hij d© waar
schuwing mede, dat hij niet weer naar Duitx h-
land zou mogen vertrekken zonder ecb bijzon
dere vergunning van den Minister van Oorlog.
De man gaf van deze mededeeling kennis aan
den burgemeester te G„ die op zich nam, voor
alles te zullen zorgen. Hij wendde zich daartoe
tot den Minister van Buitenl. Zaken rnct liet.
gevolg, dat zijn verzoek geen succes had. In
middels was de koperslager reeds weer naar
Oldenzaal gereisd in het vaste vertrouwen, dat
alles wel in orde zou zijn. Daar werd hij echter
door de treincontróle aangehouden, omdat hij
geen verlof had zich als koperslager naar het
buitenland te mogen begeven. Nu moest op
nieuw vergunning worden aangevraagd bij den
betrokken Minister. En tet nog toe i- dis man
niet naar zijn standplaats teruggekeerd.
Ook de grenscontrole in Duitschland is aan-
merkelijk verscherpt. Niemand wordt thsns
meer naar 't buitenland doorgelaten, die niet
in 't bezit is van een Abrncldungsscheia, af
gegeven door den magistraat van de plaats van
herkomst. Zoo werd dezer dagen te Bentheim
een dame met twee kinderen aangehouden ©n
naar Berlijn teruggezonden, omdat zij genoemd
stuk niet bezat. Hetzelfde ervoer deze week
aldaar een bekend professor uit M'eenen,
een Nederlander, die op zijn reis naar Amster
dam te Bentheim werd aangehouden en naar
M'eenen werd teruggezonden, omdat hem het
gevraagde bewijs van don magistraat ontbrak.
Alles, deze rubriek 'betreffend, le richten
aan den heer J. Mij er, Graaf Flor is^t mat, 15
Amsterdam.
Valstrikken.
Een sterke Rotterdamsche dammer, die
in de laatste jaren niet veel meer van zich
laat licorenis de heer L. II. Kurpers-
h o e k. Het onderstaande is ontleend aan
een partij, door hem gespeeld met. wit tegen
den heer J ac. de.Bruyn met zwart.
Jac. de Brmjn.
Zwart.
gs
f,
0
WÊ
.„i
a
s?
1.
c-
O
Hf
w*
*4i
f§
jü
'w
4
Wit.
L. II. Kurperthoek.
Zwart 2, 3, 6 tot en met 14, 16, 17, 38,
19, 23 tot en met 26.
Wit 27, 28, 31 tot en met 45, 46, 48.
In dezen stand Bpeelde wit 3430
zwart 25: 34, w. 39: 30. Een fijn bereken
den zet. Gaat zwart op 25 dan volgt oen
damzet. Doet zwart dit niet dan bezét wit
ruit 25 en zwart moet het eerst opbreken.
Zwart ziet echter niet ■waarom ruit 25 niet
bezet mag worden en speelt 2025, waarop
wit antwoord.
Wit: 28—22 42:20 33—29 27—2132:5
Zwart: 25:34 15:24 23:34 26:2$ i
J3en leuke leerzame damzet.