Uit leger en V!ooi Rechtzaken. Nieuwe Uitgaven. Gemengd Nieuws. Damspel. iOEISÖIiDÜTEiJVCOUH'ANT van Zondag 28 ivrovombor 1915 Q Kennisgevingen -vjo*. voor Verloving, Ondertrouw, Geboorte, enz, - Invitatiën, Dankbetuigingen, Mean's - Programma's, Balboekjea, Visitekaarten, - Luxepapier, Artistiek Stempelwerk - B. van Mantgem, Hofleverancier Singel 562, hoek V^ielstraat, Am at van geld: Schut, milicien wielrijder; Li n a, mil. korpl.O'irsckot, milicien huzaar. Adressen gevraagd. Eerste plaatsing. Da directeur Hoofdexpeditie Veldpost te 's-Gravenhage verwittigt ondeirstaando perso nen, dat te zijnen, kantore buitenlandsche cor respondentie voor hen berust, die wegens on voldoende of foutief adres, onbestelbaar i.s Bené Ballegeer, 3e comp. 3e Regiment uit België Max Beulen, Huzaar 3e esc., 2e R. H., uit Duitscliland J. Gubbels, chauffeur te Breda, afz. Scliolde- etr. 2 Antwerpen; Sergeant Verschuuren, 2e oomp. 41 L. W. uit St. Gallen. Ook andere personen, die met bovenstaande adressen bekend zijn, kunnen hiervan eveneens opgave verstrekken. J. B., Dordrecht. Aan alle militairen worden volgens regelen door don Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht te stellen algemeene periodieke verloven verleend. Hieronder is dus ook het vaste geëmployeerde personeel der hospitalen begrepen. Bed. J. E., Utrecht. Bij inkwartiering, heeft men, wanneer men met 1 dag verlof gaat, geen recht op menagegeld, omdat voor dien dag de in- kwartieringsgelden aan don kwartiergever be taald worden. Red. P. G., Zuiddorpc. I. In de bepalingen be treffende hot periodieke verlof kunt gij in den aanhef vinden dat den compagnïc-s- en daarmede gelijk .gestelden commandanten de bevoogd'heid is verleend, beperking op te leggen in verband met do eischen van den dienst, de te volbren-, gen opdracht of de veiligheid. II. Met verlof gaande hebt gij de eerste 4 dagen van uw verlof slechts recht op trakte ment, menagegeld en mobilisatietoelage. III. "VVij raden u niet aan een dergelijke actie te voeren, daar gij o. i. weinig kans van slagen hebt. Red. A. J. H. te Oosterhout. Als gij meent dat een verlof van drie dagen por week voor uw bedrijf noodzakelijk is, kunt gij een poging wagen door langs den Inerarohieken weg (in casu uw com mandant) een verzoekschrift, vergezeld van de noodige bewijsstukken, waaruit de noodzake lijkheid van het verlof kan blijken, aan den M. v. O. in te dienen. Daar, waar uw comman dant echter in het belang van den dienst daar tegen bezwaar maakt, geven wij u niet veel kans van slagen. R e d. H. de W., Hellevoetsluis. W'anneer uw om standigheden het noodzakelijk maken hebt gij recht op vergoeding en kunt gij daartoe oen verzoekschrift richten aan den Burgemeester van uw woonplaats. It e cl. JB., Amsterdam. Do aan onderofficieren van Rijkswege verstrekte bovenkleeding en verdere uitrustingstukken (hieronder is niet genoemd het schoeisel) mag voor Rijksrekening worden onderhouden. Zio ook It. M. 1913 blz. 953. It e d. A. C. P., Dordrecht. Waar gij reeds bij de militie ingelijfd zijt-, zouclen wij niet denken dat u nog vrijstelling verleend wordt, vooral niet in deze omstandigheden. R e d. J. v. d. IV., Krabbendijke. Van eerherstel behoeft hier geen sprake te zijn gij bedoelt of gij weder tot uw vorigen rang zult worden aan gesteld. Dit is als vanzelf sprekend ter heoór- deeling van uwen commandant en raden wij u aan eens met dien commandant tc spreken. Red. C. R., 's-Gnavenibage. Met inhouding van het periodieke verlof mag niet gestraft worden De verschillende straffen voor militairen kunt gij vinden in heb Reglement van Krijgstucht. Red. W. M., Oud-Ga-stel. Zijt gij bedrijfsleider, in de door u bedoelde bakkerij, dan hebt gij n. o.m. recht op St, Nicolaasverlof en ook op het verlof voor het Kerstfeest en 'heb Nieuw jaarsfeest. R e d. L. v. S„ Waalwijk. Wij raden u aan een be zwaarschrift in to dienen hij de Commissie van voorlichting inzake bezwaarschriften wegens vergoeding van kostwinners voor de provincie Noord-Holland. Het bezwaarschrift moet ge bonden worden aan den voorzit-lei- van die commissie te Haarlem. Red. D. J. B., Goes. In de correspondentierubriek fan ons ibla.d no. 193 kunt gij alle door u ge vraagde inlichtingen vinden. Red. A. Z., Winschoten. De door u bedoelde per- Boon is na eindiging van zijne verbintenis bij het Ned. Oost-Indische leger, weder militie- pliehtig en zal om die reden onder de wapenen worden gehouden. Red. P. P., Assen. Een gewoon sergeant moet voor den sergeant le klasse den militairen groet brengen. Red. E. A. F., Meersen. Het door u gevraagde .moet ontkennend beantwoord worden. R-ed. Generaal Sarrail, De Fransche generaal, wiens portret wjj hierboven geven, is de commandant der Fransche hulptroepen in Servië. Zijn naam is in dezen oorlog nog bet-rekkelijk weinig genoemd, wel heeft hij zich echter reeds onderscheiden in den strijd aan de Darda- nellen en onder zijn leiding hebben de Fransche troepen in zuidelijk Servië zeer dapper gevochten en den Bulgaren hard- nekkigen tegenstand geboden bji hun yer- d&ren o^marsch. .- J. M., Beverwijk. Uw broeder moet een ver zoek indienen aan den M. v. O. Red. W. S., Tilburg. Bij verlies van uw vervoer- bewys maakt gij u strafschuldig en kan u het recht ontzegd worden om gedurende 2 maanden vrij vervoer te bekomen. Als gij dus alleen ge straft wordt met terugbetaling van do reiskos ten komt gij er goed af. Red. N. Oh. N., Oosterhoub. Voor een plaatsing bij de artillerie-inrichtingen te Delft gedurende de mobilisatie moet gij een verzoek richten tot de directie der artillerie-inrichtingen aan den Hembrug, waarin gij tevens vermeldt, welk vak gij uitoefent, en uw event, diploma's of getuig schriften. In dat verzoekschrift kunt gij tege lijkertijd -vragen welke bezoldiging u bij eone plaatsing te Delft zal worden toegekend. Red. X. te Y. Op grond van art. 3d van het boek werk R. b. d. in. hebben alle dienstplichtige soldaten, na een onafgebroken verblijf onder de wapenen voor eerste oefening van 8jj maand, recht op een soldij-verhooging van 0.03 per dag. Gij liebt daar dus ook recht op. Re d. A. v. L. te Amsterdam. Wij vermoeden dat- gij door afkeu#ing van don militairen dienst nog niet voor den dienst bij de posterijen onge schikt zijn. Waarschijnlijk zal een nieuwe keu ring voor dat dienstvak noodig zijn. Red. A. v. O., Fort Ruigenhoek. Als men vergun ning verkrijgt eèn dag voor het officieele ver lof re vertrekken Ibestaat recht op de vergoe ding voor levensmiddelen, als men van te voren kennis heeft gegeven, niet aan den middag maaltijd te zullen deelnemen. Voor dien dag heeft men dus aanspraak op f 0.35 menagegeld en brood en koffie. Red. A. L., Dongen. Het door u gevraagde kun nen wij niet met zekerheid zeggen. Informeer ernaar bij uw commandant. R e d. v. Th., Noorbeek. Verdere opleidingen voor eergeant-majoor-administrateur als reeds door ons gemeld zijn, zijn ons niet bekend. Red. H. P., 's-Gravenhage. Landstormplichtigen worden niet bij de marine geplaatst, zoodat gij daarvoor geen moeite behoeft te doen. Red. Mil. Schoenmakers, Alkmaar. I. Hiervan is officieel niets bekend en ligt niet ter onzer be oordeeling. II. De toelage wordt toegekend aan -den werkman-schoenmaker, dus voor het uit oefenen van zijn beroep. R e d„ 'Verloren pakje. Ondergeteekende verzoekt beleefd inlichtin gen omtrent een pakje, inhoudende een paar schoenen met sporen genummerd 865, welke hij 17 Nov. j.l. in den trein heeft laten liggen. Mil. L. KRIJNEN le reg. veld. art. 3e bat. A II afd. 4e div. Dinsdagavond 23 November is in den trein van Arnhem naar Den) Haag blijven liggen een leeren étui inhoudende een clarinet. Vinder van dit étui met clarinet wordt bij terugbezor ging goed beloond. J. HERMKENS, Mil. ziekendrager 3 C. H. S. P. v. V., A'dam, Artisten-gezelschap gevraagd, om op Maandagavond 6 December a.s. een voorstelling te geven, voor de militai ren van het garnizoen Neuzen. Aanbiedingen, met opgave van conditiën, te zenden aan J. WALPOT, ■Sergt. Maj. Instr. Reg. Artill. Neuzen.. Verkeerd geweer. Wie heeft bij vergissing op 12 Nov. een ver keerd geweer medegenomen, W. N. 516, serie nummer 3027, van de wacht. Gelieve dit te be richten aan Van der Aa, sergeant 6e R. I. 2e B. 2o Comp. 3e div. veldleger. Atlassen gevraagd. Wie helpt iemand, die les geeft aan een cur sus voor militairen, aan gebruikte atlasjes der gelieele aarde. Offertes' worden gaarne in ont vangst genomen door W. Th. Vaags, Militair Telegraafkantoor Nekkerwegfort. De bedoeling is do atlasjes na afloop, van den cursus weder terug te zenden, indien zulks gewenscht wordt. Koninklijk Nationaal Steuncomité 1914. Ingekomen bijdragen van militairen van 31 Oct. t/'m. 6 Nov. 191.5: Brigade Maréchaussee, Neuzen, 9 Bezetting fort Kwakel, 15.90; Officieren fort Pampus, -20.274; Onder-of f. kops', en Manseh., 3-lI-4e R. A., f 16.40; Onderofficieren l-2e R. I.. f 23.15; Detache ment-li Torpedisten, Neuzen, 7Personeel In tendance, Het Loo, f 21.29 Detachement, Hansweert, 3.60; Officieren H.M. „Koningin Kmma'\, f 42.25Bezetting fort bij Spijker boor. f 60.85; Bijdrage 18-1. 28; 38-3 L. W. 1.. f 7.10. Totaal ontvangen bijdragen'en toez. f 3.368.112.244. "s-Gravenhage, S Nov. 1915. De Penningmeester, Jlli'. Mr. W. Tli. 0. van Doorn. Soidaat-tooneelspelor. Onze medewerker Jan F e i t li schrijft ons: In het Naarden-Busaumscïie' garnizoen is het Charles B r a a k e n s i e lc, -die voor de ontspanning van z'n kameraden zorgt. En hij doet het goed. Zijn -tooneel- bloed kruipt, waarheen het gelukkig krui pen mag. Ondelr z'n bivak-muts, onder z'n mouwvest en z'n herhalings-broek (van zevon jaar) leeft de -acteur. Hij is acteur van huis-uit. Zijn zuster viert haar triom fen bij de Haghe-spelers, hij viert zijn triomfen onder zijn soldaten-makkers Als kleine kleuter van 'n jaar of vijf debuteerde Charles Braakensiek al; hij stond op -de planken en welk een glorié om dit achteraf te kunnen -doen gelden met Willem van Zuylen, met Catherina Beersmans, en al die roemruchtige groot heden van een vorig tooneelgeslacht. Zijn leven lang wijdde hij zich tot dusver aan de tooneelkunst, in allerlei emplooien, van kermiskomiek en coupletten-zanger tot- directeur van een eigen schouwburg. Bij de mobilisatie was hij directeur van. het nieuwe, goed-a-augepakte „Rozen-Thea ter" op de Amsterdamsche Rozengracht, in •het hartje van den Jordaanals zoovelen moest hij onder de wapens komen, en zijn mooie betrekking raakte hij kwijt,... ook gelijk zoovelen. Maar gelijk de Engelsche Tommies, sprak hij tot, zich zelf de magische woorden: „Are we down-hearted?..." en tegelijk het wel sprekende antwoord daarop „No!" In zijn soldaten-kring pakte hij de „ver makelijkheden en ontspanning" met vak kennis als oud-th-eatei'-directeur aan. Zijn Bussumscke kameraden boffen er wat bij, zóó'n kameraad bij de compagnie te heb ben! Dezer dagen woonde ik een der voorstel lingen in -de groote zaal van het Bussum- scbe „Concordia" bij; 't was er tjok-vol, natuurlijken je kreeg er een program ma te genieten, waarvoor Frits van Haar lem -den verwenden neus niet zou hebben opgetrokken Charles Braakensiek zelf bleef eerst be scheiden achter de schermenwant hij is •bescheiden ook, de eenvoudige kerel. Maar na de pauze -trad hij met mejuffrouw Marie Nagel op in het tooneelschetsje van Nestor ffhieriy plicht'^ een yriesdelijk draakje, ik zou niet anders kunnen maar tenminste actueel, omdat het een aarzelenden vorst vertoont, die bijna op de knoopen van zijn gouden inajesbeits-uni- form aan het aftellen gaat, of hij het ulti matum, verklarende den oorlog aan een aangrenzen den staat, al dap niet zal onder teekenen. Of hij liet papier ten slotte majesteite lijk verscheurt, komt hier weinig op aan. Ik wilde maar zeggen, dat Charles Braa kensiek gelegenheid had, een aannemelijke vertolking van de vorsten-rol 4e geven, beschaafd en ingehouden, met voldoende temperament en houding om den aarzolen- den koning levend voor ons te zetten. Charles Braakensiek kreeg een krans, waarvan de heele compagnie soepgroenten zou hebben kunnen kokeu. Maar hij ver diende zijn hulde: een goed kameraad, een onvermoeide impressario, en daarenboven een knap acteur! De mobilisatie stuwt herhaaldelijk uit de soldaten-gelederen, nuttige profijten naar boven. J. F. Pantserfort IJ muiden. Mil. sergeant H. J. Crainor schrijft ons: We hebben weder een schitterenden avond gehad. De commissie voor de forten, de heeren Prent Sr. en Dyserinck, heeft ons wel goed bedacht. Vrijdag 1-1. de tooneelvereeniging Creiner en gisterenavond een bioscojxjvoorstel ling door de Royal Bioscope. Voorafgegaan door eenige lachnummers volgde do 1900 M. lange film van ,,De laatste dagen van Pom* ipeï." Een schitterend nummer dat aller in stemming vond. De heeren Machielse en Prent Jr. hebben eer van hun werk, dat 'ze zoo geheel belangeloos voor ons over hadden. Ook Piet Grocnendaal, wiens talentvol afdraaien van de film hem een niet te.stillen honger bezorgde. De heer Dyserinck sprak nog eenige welge meende woorden en met een hoeraatje werden eenige kistjes sigaren door de fortbewoners in ontvangst genomen_ Ons orchestje weerde zich ook als vanouds weer dapper door eenige oolijke nummertjes ten beste te geven, die zeer in den smaak vielen. Na afloop ging het gezel schap over het woelige water van het Kanaal weer huistoe, om naar we hopen weer spoe dig eens terug te komen, Voetbal Pontonniers—Cadetten. Sergeant Zetstra schrijft ons: Bij den dezer dagen in Dordrecht gcspeelden voetbalwedstrijd tusschen een militair elftal der 3e gedeelte pontonniers en een elftal der cadet ten was de uitslag 05. Toen te drie uur de scheidsrechter het begin blies, zagen we de beide elftallen ongeveer tegelijkertijd in 't veld treden. De aanvoer der, sergt. Zetstra, won den opgooi en koos tegen wind in en de cadetten trapten af. On middellijk waren de cadetten druk in de weer en zagen we direct weder hun van ouds bekend samenspel, wat al dadelijk een goeden uitslag voor hen deed verwachten. De cadetten ontwikkeldon iru een goed spel, dat weldra alle krachten der pontonniers vor derde. De voorhoede der laatsten behalve de rechts- en linksbuiten waren slecht in conditie, er zat totaal geen schot noch samenspel in. De achterhoede was uitstekend, uitgezonderd de rechts-half, die zich niet op zijn plaats ge voelde. Ook de keeper was niet erg in vorm. De links-buiten der cadetten was enorm en bracht den hal meermalen voor het doel, dat voor de rust drie maal werd doorboord. Na de rust kwam het elftal der pontonniers eenigszins gewijzigd in 't veld, zoodat het beter .voldeed als voor de rust. De cadetten konden den bal nog tweemaal in 't net brengen wat niet tegengehouden kon worden, ondanks het harde werken en zwoegen der pontonniers. Wel had den de laatsten drie tegenpunten verdiend, doch konden den voorsprong niet verkrijgen door het slechte schot der rechtsbinnen. Ilopen v/ij, dat het over 14 dagen beter moge gaan als het elftal der pontonniers zonder invallers uit komt. Geen inkwartiering gewenscht. Milicien J. v. Oosteiboseh schrijft ons uit Krahbendijke 't Is Donderdag IS Nov.den heelen dag regent het van belang, 't is haast een honden weer. Er was bericht ingekomen bij den burge meester, dat hier soldaten zouden worden inge kwartierd met voeding. Men zag den politie man weldra in de weer om het den burgers aan te zeggen, dat ze weer logeergasten zouden krij gen. Nu, dat is hier zoo vreemd niet op Krab bendijke, want deze plaats mag waarlijk grootsch zijn op de wijze, waarop, zij zich van deze taak kwijt. Om zes uur komen ze aan de mannen, die reeds zoolang onze kust hehben bewaakt op Walcherens duinen. Daags te voren z\jn ze van dicht bij Domburg komen marcheeren en heden morgen om zeven uur op marscli van Middelburg raar hier en dan door zulk weer. Het duurde echter niet lang, of men zag ieder met zijn inkwartieringsbiljet zijn aange wezen plaats opzoeken. Ook een onzer land weermannen ging naar zijn aangewezen plaats. Hij kwam voor een gebouw waar op de ramen geschilderd staat: „Spek en varkensslagerij". Onze landweerman dacht bij zich zelf: nou. dat kan best zoo'n slecht kwartier niet zijn. Nau welijks de dour geopend bobbende, komt een der bewoners hem tegemoet, met de woorden „dat zij geen soldaten kunnen gebruiken", zelfs ook niet voor één- nacht. Onze landweerman liet zich dat geen tweemaal zeggen, en slofte dood moe terug naar het gemeentehuis, waar hij dat- inkwartieringsbiljet inleverde, om een ander iri do plaats te ontvangen. Noemt u dat menschilevendheid, terwijl zijn eigen zoon ook onder do wapenen is en toen ook heel goed weet wat soldaat zijn is, doch de gunst van zijn commandant heeft gekregen, om. thuis ingekwartierd te mogen zijn? Noemt u dat naastenliefde, om zóó te handelen jegens een krijgsmakker van zijn zoon, die ook nog misschien hetzelfde lot kan te wachten staan? Het is niet te hopen, dat er zóó vele burgers gevonden worden, anders ziet het er voor den soldaat al heel treurig uit, voor wien het mobi- liseeren toch al niet meevalt. Uit Monster. Mil. P. Schijf schrijft ons uit Monster: Dezer da-gon gaf de Chr. Jonge!. Vereeniging „Samuel" alhier, een feestavond voor de mili tairen; 'n avond waarop de vereeniging niet trots mag terug zien. In de Consistoriekamer, tevens Militair Tehuis, zag het er dan ook recht feestelijk en gezellig uit; bouquetten prijkten op de tafels. De voorzitter opende met goed gekozen woor den de vergadering, spoorde, de leden aan, om op den ingeslagen weg te blijven voortgaan en het den militairen zoo aangenaam mogelijk te maken in hun moeilijken strijd. Hij wekte de militairen op om steeds trouwe bezoekers to ■blijven van het Tehuis. De beurt was nu aan de loden. Voordrach ten, samenspraken en opstellen wisselden el kander af, en hielden de stemming er goed in- Tusschen deze bedrijven werden door eenige jon ge dames thee, chocolade en sigaren aangebo den, waarvan natuurlijk gretig gebruik werd gemaakt en menig glimlach of knipoogje was haar belooning. Door korpl. Berrevoets (den leider van het Tehuis) werd een woord van dank gesproken namens do militairen, voor het geen door do Jongel. vereeniging steeds en vooral dezen avond weid gedaan Een huldo aan allen, die hebben bijgedragen om dezen avond goed te doen slagen, is zeker hier wel op zijn plaats. Dankbetuiging. Ondergeteekende betuigt hiei-mede, ook namens zijne vrouw, zijnen hartelijken dank aan den compagniescommandant, officieren, onderofficieren.-, korporaal? ep manschappen yan. „Front Haerlem" voor de prachtige cadeaux. waarmc-o men hun ter gelegenheid van hun huwelijk heeft rerrast. Korporaal C. v. d. Star. Hodon kom ik, mede namons mijne eckt- genoote, mijn dank betuigen aan het hospitaal- personeel van Arnemuiden en Koedam voor het geschenk mij present gedaan tor gelegen heid van ons huwelijk. P. F. PAÜWKL8. Hosp.sold. Arnemuiden. Pamfoerpraatje 4-47 L. W. J. Van dit pandoerpraatje ontvingen wy nog goedo oplossingen van d© clubs „Gezellig onder Vrienden" van 137 L.W.I, en van do club „Do Zwakkelingen", hospitaal Amersfoort. De brief. (Van luit. G. L. Kroee). Lieve, goeie, brave moeder, Waar ik toch zooveel van houd, 'lc Lig al zes woelc in do loopgraaf. En 't is hier ontzettend koud. Wit papier kan ik niet 'krijgen, Daarom schrijf 'k u op een zak Moeder, kan u 't schrift wel lezen? 't Lokt hier vreeselijk door ons dak. Moeder, na éón jaar van vechten, Heb ik nog geen schram gehad; God heeft mij steeds willen sparen Op het ruw© oorlogspad. Altijd voor ik zal gaan slapen, Bid ik tot den Lieven Heer Jezus, spaar mo voor m'n moeder, „Geef Gij, dat ik wederkeer. „Moedor is zoo hulpbehoevend, „Vader is zoolang al dood; „Als ik val in dezen oorlog „Heeft m'n moedertje geen brood!" Mopkelief, dat heeft geholpen, 'k Bleef tot nu toe omgewond; En m'n maag, die zegt me dagelijks: „Jan, je 'bent nog goed gezond". Moeder, 'k wenech u 't allerbeste Wat een mensoh u wenschon kan, Lig nou maar niet erg te tobben Over uwen lieven Jan. Ben vlaag van schroot giert door de lucht En botst een zware balk tot poeder; Steeds feller dondert het geschut En -bliksem 3 eohieten nog verwoeder. „We houen 't niet, we sterven hier", Zoo zucht een oude ijzervreter, „Maar 't leven hier is ook een hel „In Jezus' hemel is het beter. „O God, wat schieten toch die Franschen, „Kom sla me nou maar daad'lijk dood, „We moeten er tooh aan gelooven, „Richt je kanon en strooi je lood. „Hei, jonge vriend, wat heb je daar? „Een brief voor thuis? Kom wees toch „Dien brief, dien krijgen ze daar nooit, „We sneuvelen hier toch aan den User". „Goddank, Goddank, nou gaan ze stormen, „Sla op. steek tee, trap m' in het slijk !'"- Naast een gevlekten brief' lag roerloos Een onherkenbaar jongenslijk. G. L, KROES, Mil. 8e Lnit. 2-II-7 R. I. Afscheidsgroet aan mijn vrienden van 2-111 2 R. I. (Van. sergeant Theo), En thans gaat gij heen Zonder verdriet en geween Met een opgeruimd en blij gemoed, Vol herinneringen, o, zoo zoet In opgewekt humeur Uit Etten en Leur.... V ant waarlijk, de schoonste herjinneringen worden door u meegenomen, Als gij trekt uit Leur vandaan; Docli bedenkt, er is een tijd van komen Maar ook een tijd van gaan. Jongens, wat was je altijd handig en goed. Daarom spijt het ons zoo, dat je vertrekken moet. Me weten thans heelemaal geen raad Nu je ons voor goed verlaten gaat. Wij allen en baas Gijs Wenschen u een goede reis. Vooral ons moedertje wil 't weten. Zij bepaald zal u nooit vergeten. Gij waart „jongens van Jan de Witt" Kerels vol geest, met kern en pit Milt daarom dus niet treuren. Want het moet nu toch gebeuren! Met welk een vreugde kwaamt gy hier, En wat maakten we toch pleizier! 't Kwartier viel je bijzonder mee, 't Gaf er volop koffie en thee. 't Zijn dan ook maar heel beste menscheu. Wat zoudt ge meer willen wenschen Ook het. dorpje zélf viel lang niet tegen, Alleen wat slijk, zoo na den regen, Al noemdet gij het ook „Slikgat" Toch waart gij het niet zat. Lieve meisjes waren er genoeg. Zoowel op straat als in de kreeg Ze hielden veel van deez' soldaten, Want ze konden toch zoo lekker praten. Heusch, gij waart het -hier lang niet moe, Maar toch moet je thans naar Zundert toe. Laat ons thans zingen, En klinken en drinken, Neemt als ware makkers. En niet als rakkers, Van ons afscheid, Ik heb 't gezeid. THEO. Serg. Mitr. Pel. 2. R.I. 0, oorlog, jammerbeeicj, (Van Sergt.-verpl. J. Groen.) Waar klinkt een lach uit ware vreugd ontsproten Nu geheel Europa staat.in vuur en vlam? Terwijl onschuldig bloed met stroomen wordt vergoten, De holle hand des doods reeds zooveel levens nam. Lach nog wie lachen wil, maar trek dan met mij mede, Waar moord' en brand u wacht, de hel haar hoogtij viert! Waar de aanblik van een streek, eenmaal een oord van vrede, Thans door het ruw geweld verlaten en ontsierd. Uw lach verstommen zal, ontzetting u doet beven, De schrik u overmant, als in een bangeu droom. Een angstkreet u ontsnapt, en bang voor lijf en leven, Strak starend, sidderend neerzinkt, mat en loom! Of gij in Frankrijk of in Rusland zijt geboren, Uw wieg in België stond, in Engeland, Oostenrijk, Tot welken staat of natie gij ook moogt behooren, In wezen zijt ge een, als mensch staat ge gelijk. Wat is de veete dan, die u het, zwaard doet zwaaien Welk monster spoort u aan, dat gij, met haat bezield, Gelieele streken schier in vlammen op doet laaien, En menig brave door uw moordend lood ontzielt, Ontrukt aan gade en kroost aan vrienden en verwanten; En „ach" en „wee" stort over 't gansche menschdom uit, Dood en verderf verspreidt naar alle kanten, En als het redeloos dier bloeddorstig haakt naar buit? Noem mij het monster, dat zich laaft •met bloed en traneti, Waarvoor het-_heiligst goed nog geen genade yindri Dat moord en roof «mi brand voert- in zijn vanen, In 't dierlijk wraakgevoel 'zijn welbehagen vindt! De oorlog, wr<«d beet uur van 't noodlot op docz' aarde 0, oorlog, jatmnerbeoldVerfoeilijk wangedrocht! Het wezen van den mensch verliest in >i zijn waarde; Uw zegeteekenen zijn niet bréisffrfmdord gekocht. J. GROEN. SergeanLverpleger militair hOMpitaat, Springweg 17, Utrecht. Van de Huzaren. (Van den huzaar P. W. Paludanus,) Geachte Redacteur, wat er ook gebeurt Ik hoop dat u dit stuk niet in tweeën echeurt, Maar daar 't voor hot eerst is, en denk'lijk niet voor 't laatst. Hoop ik dat u het eens in ons rakblad plaatst, Want wanneer ik ook onze Soldatenkrant lc-e,s, Van de Infanterie en Zeemacht lees ik dan het meest, Daarom wil ik ook eens iet»; schrijven Om niet achterwege te blijven. 't Ls over het 2e Regiment Huzaren Vooral van het 4e Eskadron, waar ik iets van wil verklaren. Het 4e Eskadron moet nu de grens bewaken Om smokkelaars te vangen, want dat zijn rare snaken, Want- ziet een smokkelaar een infanterist Da'n denkt hij -. 't is maar een mensch, Een beetje harder loopen dan hij En ik ben over de grens, Maar rijdt een huzaar naar hem toe in galop Dan denkt hij: O, wee, 'k heb een reuzenstrop. Dan wordt hij beet gepakt en moet hij naar de wacht, Waar de smokkelwaar wordt afgenomen en procesverbaal hem wacht. Ook wanneer er oorlog komt, wat wij niet zullen wenschen, ■Want dan moeten zij te paard den vijand te gemoet en offeren niet zelden voor de infante rie hun bloed, Maar wanneer het zoover is, dan staat iedere huzaar, Voor zijn Koningin en Vaderland altijd dadelijk klaar 1 En vooral bij 't 4e Eskadron daar doet iedere man Voor den Ritmeester en Luitenant toch zooveel hij kan, Vooral voor den luitenant van het 3e Peloton Want die is voor zijn jongens zoo goed gelijk de zon, Daarom hopen wij, zoolang de oorlog duurt Dat het 3o Peloton van de e-ene plaats aan de grens naar de andere wordt gestuurd, Dan zullen wij ons Nederland door onze blauwe huzaren Van die smokkelbeweging altijd steeds bewaren. Verder heb ik op 't oogenblib niets meer in mijn kanus, Een saluut aan lipt 2e Regiment van P. .W. PALUDANUS. Hulde aan Krabbendijke. (Van den mil. sold. E. de B.) Krabbendijke, eenvoudig plaatsje, Dat ons zulk een vrijheid biedt, Wij waarde©ren uwe daden, Zijn u, dankbaar in ons lied! Gij verstaat wat wij behoeven, Zoo in onzen poov'ren stand, Gij begreept er dat wij kwamen Tot het heil van 't vaderland. Hoe genegen jegens ieder Waart ge bij den aanvang reeds. Gul en hart'lijk, vroolijk dankbaar, Zien we uwe blijdschap steeds. Liefde, troost en huis'lijk leven, Soms gelyk men thuis dat vindt, Schonkt gij ons uit medelijden, Schijnt zoo elk soldaat uw kind. Daarom steken w'ook, zoo noodig, Met plezier een handje toe, M ant waar vreugde is voor soldaten Zijn ze nooit tot hulp te moe. Slechts een enkeling mag 't wezen, Die voor ons zijn hart versteent, Doch het meerendeel vindt zeker. Vreugde en hoop in ons vereend. Van dien enk'ling wordt gesprokén, leder noemt hem 't dorp tot- schand, En men schrijft zijn slechte daden ln de Goesch' of Zeeuwsche krant. Zoo dan, volk van Krabbendijke, Dat op ons zoo is gesteld, Weet, dat eens aan onze kind'.•nu Van uw mildheid werdt verteld. Nov. 1915. E. d. B. Soldatenmode. (Vah mil. H. Yerheijen). Mode is een eigenaardig woord Dat men in alle kringen hoort. Soldaat of burger wat men ook zij, Mode komt er altijd bij. De lange broek, die is verbannen, Daarom dragen onze mannen Broeken die tot knieën reiken Waaronder dan de puttees prijken. Nu is een nieuwe proef genomen Met broeken die in de mode komen, Nu ziet men soldaten loopen Aan iedere broekpijp een rij knoopen. De schako die stond eerst sjiek, Trok steeds de aandacht van 't publiek; Menigeen bleef verwonderd staan En zag ze voor een tweedekker aan. De grijze kepi komt in de mode, Het oud model, dat wordt verboden, Ja, men ziet thans rare dingen. Kepi's van twee verdiepingen. De kraag van de tuniek was blauw, Doch dat veranderde heel gauw; M'at zou je dan ook mooier kiezen Dan grijzen kraag met blauwe biezen Hierbij zal ik het maar laten Over de mode der soldaten, Toch is het zeker en gewis Dat bovenstaande mode is. H. VEE HEI JEN, 4 C. HI B. 13 R.-I. Krijgsraad. De krijgsraad te 's-Gravenhage veroordeelde: C. van R., milicien der infanterie, afkomstig uit Leiden, ter zake van desertie van de wacht, tot 2 maanden militaire detentie in te gaan 13 October. G. E. en C. G. van S-, miliciens der veld artillerie, afkomstig uit Leiden, ter zake van dienstweigering tijdens een exersitie tot 6 we ken militaire gevangenisstraf. T. van R., milicien der infanterie, afkom stig uit Leiden, ter zako van 3e desertie tot 4 maanden militaire gevangenisstraf in te gaan 13 October. H. J. S„ milicien der infanterie, afkomstig uit Leiden, ter zake van diefstal van een rijwiel, tot 1 jaar gevangenisstraf in te gaan 13 Oc tober, met ontzegging van het recht om te dienen voor den tijd van 5 jaar. H. J. B., milicien der infanterie, afkomstig uit Alkmaar, ter zake desertie tot 10 weken militaire detentie in te gaan 13 October. J. N., milicien der infanterie, gedetacheerd in de tuchtklasse te Hoorn, ter zake van het met gebaren dreigen van, het plegen van een daad van geweld tegen en het slaan van een meerdere tot 6 maanden gevangenisstraf iu te gaan 25 October. Ch, S.a milicien (Ier anJanten©, gedetacheerd in do tuchtkloaso te lioorn. ter zak< van het met gebaren dreigen van een meerdere, twee maal gepleegd, tel 3 maanden militair© deten tie in gaan 25 October. De krijgNi.'ind beeft zich ©nbev'>©gd vornlaard in do zaak togen M. A. C\, milicien der vold- art., afkomstig uit Den Haag, die terechtstond beschuldigd van dueenio cu m-oft-hckl. ver wezen naar don bevoogden rechter. Namons den adv.-fiscaal bij Hr. Ms. zee. en landmacht heeft de aud.-militair bij den krijgs raad te 's-Gravenhage, appel nangete-kend tegen het vonnis waarbij A. d. V., milicien der in fanterie, afkomstig uit lJmuiden, tor zake van desertie van do wacht, werd veroordeeld tot 2 maanden militair© detentie in t© gaan 17 Sep tember. Do volgende miliciens dor infanterie hebben appèl aangeteeKend J. R., afkomstig uit Utmiiden en A. S., af komstig uit Leidon. Do eerste door den krijgs raad veroordoeld tet manudou militaire ge vangenisstraf in to gaan 15 October, tor zako van desertie, de tweede veroordeeld tut 3 maan den ge.vaugoniüfetrnf in to gaan 3 November, ter zako van zaakbeschadiging. Deze bekl. hoeft tijdens den niarsch zijn geweer op/. tlelijk met kracht tegen den grond geworpen, waardoor do kolf hij de greep afbrak. Joanno Reynekc van Stuvre, Met den handschoen. (Veen's Gele Bibliotheek). Uitgave van I/. J. Veen, te Amsterdam. Joanne Reyneko van Stuw©, g--.rouwd met den bekenden dichter M'illein Klous, is ©©u der merkwaardigste figuren in onze letterkunde. Ook al omdat zij ©en veelschryister Is, die ©Ik jaar een of meer (meestal meer) boekdoelen laat verschijnen. Er zijn er daaronder, die tot liet beste in onze belletri-tiv:li© litteratuur be hooren zij treft bijzonder door de veelheid van onderwerpen, die zij beschrijft, door do verscheidenheid barer figuren, door den diepen blik in mannenkarakters vooral, door het zich dikwijlB wagen op gebieden, die tot nog toe voor vrouwen gesloten bleven. Doch de gemakkelijkheid, waarmee zij schrijft, verleidt dezo auteur ook dikwijls tot licht, vlot werk, dat altijd vloeiend leesbaar geschreven, maar niet altijd even beduidend is. Het twaalftal verhaaltjes in den bundel, waar van hot eerste don hierboven aangegeven titel draagt, behoort tot dit zoort werk. Daarin geeft zij eon aantal Indische achei_-.cn, die wij in een paar uren achtereen uitlezen en die ons dan lichtelijk belang inboezemen mi-,-ehien, maar die ons niet verrijken met nieuwe ge voelens of emoties en,... niet veel in ons achter laten. Lichte prettige lectuur, die geen in-pan ning vraagt, meer zal er ook niet mee be doeld zijn. Honden als waarschuwers. In een dc-r Noord-Brabantsche bladen wordt rnedegédeeld, dat in d© laatste dagen in de ©i- bijheid der grenzen honden worden jangetroi- feu, die bij de komst van patrouilles ©ou luid geblaf aanheffen, om daardoor "nun meeetcrs te waarschuwen, dat er 'gevaar in de buurt is. Enkelo schildwachten hebben reeds' op deze af gerichte viervoeter» geschjoton. die het bun moeilijk maken hun plicht to vervullen. C ren sconlröle. Onze correspondent te Oldcnzaal meldt ons: Dezer dagen kwam een Nederlander, als ko perslager werkzaam te Ochtrup, uit Duitsch- land te Oldenzaul aan, om zich naar zijn ge boorteplaats G. in Gelderland te begeven, ten einde gekeurd te worden voor den landstorm. Van dé tramcontroleurs kreeg hij d© waar schuwing mede, dat hij niet weer naar Duitx h- land zou mogen vertrekken zonder ecb bijzon dere vergunning van den Minister van Oorlog. De man gaf van deze mededeeling kennis aan den burgemeester te G„ die op zich nam, voor alles te zullen zorgen. Hij wendde zich daartoe tot den Minister van Buitenl. Zaken rnct liet. gevolg, dat zijn verzoek geen succes had. In middels was de koperslager reeds weer naar Oldenzaal gereisd in het vaste vertrouwen, dat alles wel in orde zou zijn. Daar werd hij echter door de treincontróle aangehouden, omdat hij geen verlof had zich als koperslager naar het buitenland te mogen begeven. Nu moest op nieuw vergunning worden aangevraagd bij den betrokken Minister. En tet nog toe i- dis man niet naar zijn standplaats teruggekeerd. Ook de grenscontrole in Duitschland is aan- merkelijk verscherpt. Niemand wordt thsns meer naar 't buitenland doorgelaten, die niet in 't bezit is van een Abrncldungsscheia, af gegeven door den magistraat van de plaats van herkomst. Zoo werd dezer dagen te Bentheim een dame met twee kinderen aangehouden ©n naar Berlijn teruggezonden, omdat zij genoemd stuk niet bezat. Hetzelfde ervoer deze week aldaar een bekend professor uit M'eenen, een Nederlander, die op zijn reis naar Amster dam te Bentheim werd aangehouden en naar M'eenen werd teruggezonden, omdat hem het gevraagde bewijs van don magistraat ontbrak. Alles, deze rubriek 'betreffend, le richten aan den heer J. Mij er, Graaf Flor is^t mat, 15 Amsterdam. Valstrikken. Een sterke Rotterdamsche dammer, die in de laatste jaren niet veel meer van zich laat licorenis de heer L. II. Kurpers- h o e k. Het onderstaande is ontleend aan een partij, door hem gespeeld met. wit tegen den heer J ac. de.Bruyn met zwart. Jac. de Brmjn. Zwart. gs f, 0 WÊ .„i a s? 1. c- O Hf w* *4i f§ jü 'w 4 Wit. L. II. Kurperthoek. Zwart 2, 3, 6 tot en met 14, 16, 17, 38, 19, 23 tot en met 26. Wit 27, 28, 31 tot en met 45, 46, 48. In dezen stand Bpeelde wit 3430 zwart 25: 34, w. 39: 30. Een fijn bereken den zet. Gaat zwart op 25 dan volgt oen damzet. Doet zwart dit niet dan bezét wit ruit 25 en zwart moet het eerst opbreken. Zwart ziet echter niet ■waarom ruit 25 niet bezet mag worden en speelt 2025, waarop wit antwoord. Wit: 28—22 42:20 33—29 27—2132:5 Zwart: 25:34 15:24 23:34 26:2$ i J3en leuke leerzame damzet.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 3