«o. 193.
Woensdag 10 November 1915
Orgaan voor Leger en Vlooi.
Oorlogsnieuws.
Tweede jaargang.
Ons Oorlogsdag boek.
DE SOLDATENCOURANT
ADRES DER EEDACTIE EN ADMINISTEATIE PADESTEINASTEAAT 10.
AMSTERDAM. UIT BLAD VERSCHIJNT DRIE11AAE PEE WEEK. LOSSE
NUMMERS VOOR MILITAIREN 1 CENT, VOOR BURGEES 3 CENT. ABONNE
MENT VOOR MILITAIREN 0.75. VOOR BURGER8 1.50 P, DRIEMAANDEN
Voor Advortentiün wendo men zich tot het Alg. A -1 v rn t i c-Bn r eau JROf'.M A Co
Heerengraêht 22G Amsterdam, totdc Drukkerij „Jacob van Campen" N.Z. V< or- urewai
234-240 (Keizerrijk 0) Amsterdam of tot onze Administratie, Paiestriuaitraat 10
Amsterdam. Prjjs der Advertentie per repel 30 cent. Bjj abonnein<rr redue'ie
In de laatste weken hebben er aan het VVestertront woedende en verbitterdu
gevechten plaats. Eerst de Fransehe poging om door. te breken, daarna het Duitsche
offensief. Ook nu moesT de artillerie nog het voornaamste werk doen, maar toch
kwamen meer dan anders de infanterie-afdeelingen aan de beurt. Op ons plaatje
hierboven zien we,, hoe de Fransehe infanteristen de Duitsche loopgraven bestormen.
Wij krijgen een aardig ïijkje in de versterkingen aan het Westertront, die zich uit
strekken van de Noordzee tot de Zwitsersche grens, van de lange loopgraven, welke
de strijders diep in den grond verbergen. Maar de Franschen wisten de Duitschers
daar te vinden, en zooals we zien, ontstond er een verbitterd bajonet-gevecht.
Geen audiëntie.
Blijkens bericht in de Staatscourant"
Wordt Donderdag a.s. door den Minister van
Oorlog geen audiëntie verleend.
De toestand in den reuieiistnid.
Het belangrijkste feit van het oogenblik in
den oorlog is de Inneming van Nisj door de
Bulgaren. De verovering van deze tweede
hoofdstad van Servië, tevens een sterko ves
ting, is te Sofia, te Weenen en te Berlijn met
gejuich begroet, en dit is geen wonder. Nisj
toch is bovendien een zeer belangrijk kruis-
punt van spoorwegen naar Belgrado, Koustan-
tmopel en Saloniki, en over .Nisj kan de ver
binding tot stand worden gebracht tusschen
Belgrado en Tsaribrod, hot Bulga&rsehe grens- j
station en verder door Bulgarije met Konatan-
tinopel. Thans zouden dus Duitschland en
Oosten rijk-Hongarije in reclitstreeksche ver
binding zijn met Turkije, wat nieuwe verge
zichten opent voor de centrale mogendheden,
niet alleen in militair, ook in economisch op-
*i<ftt.
Kan Servië nu nog gered worden door de
De 66ste week.
(Van 1 Nov. tot 8 Nov.)
1 Nov. Volgens de ,,Voss. Zeitung" is
een Duitsche regeeriugscommissie
te Sofia aangekomen ten einde,
onder medewerking van de Bul-
gaarsche regeering, maatregelen te
treffen ora den toevoer naar
Duitschland en Oostenrijk-Hon-
garije van broodkoren en peul
vruchten te' verzekeren.
Volgens berichten uit Londen
heeft heb bezoek .aldaar van gene
raal Joffre geleid tot volkomen
overeenstemming betreffende de
militaire staatkunde in den Bal
kan.
Kragoejev&tsj is in handen der
Duitschers en Oostenrijkers.
2 n Het verkeer tusschen Duitschland
en Zweden is hervat.
Tob opvolger van Carson is be
noemd F. C. Smith, tot dusverre
ad vocaafc-genera al
Asquith legt an het parlement
een lange verklaring af over den
toestand en zegt nadrukkelijk, dat
Engeland geen vrede zal sluiten
dan na de overwinning behaald te
hebben. Zoo noodig zal tot dienst-
pl.c" b' worden overgegaan.
Tot opvolger van generaal Gal
lic ai als gouverneur v(in Parijs is
benoemd generaal Manoury, be
kend uit den slag van Ourcy.
3 7, Briand legt in het parlement een
regeringsverklaring afFrankrijk
yyil-pver jyinnen en zal overwinnenj
geallieerden? Heb schijnt moeilijk, tenzij deze
het heroveren op de Bulg-aarsche, Duitsche en
(Jostonxijksche legere. Daarvoor zal, zoolang
Griekenland blijft weigeren zich in den strijd
te mengen, en het nieuwe ministerie daar
schijnt geheel in den geest te zijn van Zaïrais,
den man der neutraliteit, een ontzaglijk ex-
peditieleger noodig zijn, dat heel uit Westelijk
Europa, althans voor 't grootste gedeelte,
moet komen. De verovering van Servië
toch, door de Bulgaren en de troepen
der centrale mogendheden, begint meer
en meer te gelijken op een voldongen
feit. Op enkele na zijn alle belangrijke
plaatsen van het oude cn niemvo Scryiö nu in
handen der vijanden gevallen, nl. Belgrado,
Zajecar, Kragoejewatsj, Pirot, Uakub, 'Veles,
Istip cn anderen. Van de aanzienlijke steden
zijn alleen nog Pristina en Monastir, verder
naar 't Zuiden, in Servische handen, maar 'tis
zeer de vraag, of die, ten minste het eerste,
het nog lang zullen volhouden. Zijn de Bulga
ren, die een lang front bezetten van den Do-
nau tot de Griekschs grens, ook in liet. Zui
den verder naar het Westen doorgedrongen,
dan lijkt do Servische veldtocht geëindigd, is
Servië als Belgic in de handen der overwin
naars.
De geallieerden kunnen tegenover deze nieu
we overwinningen van den tegenstander
geen zegepralen Van eenig belang stellenHet
krijgsgeluk is wel in alle opzichten met de
middon-Europeesche bondgenoot-en. Aan 't wes
terfront. komen zij sedert meer dan een jaar
mefc alleeu moeb de vijand verdre
ven worden uit Noord-Frankrijk,
maar ook moeten de vroeger ont
rukte provincies door Frankrijk
hernomen worden België en Ser
vië moeten in den ouden vorm
hersteld worden. Met 51*5 stem
men tegen een wordt een votum
van vertrouwen in de regeering
aangenomen.
Ten gevolge van een incident in
de Grieksche Kamer tusschen
den minister van oorlog en
een liberaal afgevaardigde is
het kaïbineb Zaimis afgetreden.
Bij een stemming o^er een
motie van vertrouwen kreeg de
regeering 114 stemmen; tegeü
stemden 147 afgevaardigden, ter
wijl drie leden zich onthielden.
Het Engelsche persbureau maakt
melding van het in den grond
boren van het Britsche transport
schip „Ramazan" in de Aegeische
Zee. Van de 380 man Indische
troepen aan boord werden 75 man
gered. Van de bemanning werden
25 man gered.
Glemenceau wordt benoemd tot
voorzitter van de legercommissie
m den Senaat.
Officieel wordt, meegedeeld, dat
Lord Kitchener tijdelijk voor amb
telijke bezigheden afwezig is; te
vens wordt het bericht over ont-
siagiicnien door den minister van
oorlog tegengesproken.
Bryan valt president Wilson aan
over diens defensiepolitiek.
Een Bulgaarsche divisie rukt
.Nisj binne».
weliswaar niet vooruit, maar hun vijanden
evenmin. De strijd daar speelt zich nog steeds
het zwaarst af in Champagne, in don omtrek
van Tahure, maar de toestand blijft er aldoor
dezelfde. Volgens een Duitsoh leger bericht,
eouden Duitsche troepen zelfs weer een stuk
loopgraven hernomen hebben, die de Franschen
vroeger veroverden. Maar verder komen zij
daar al niet mee.
Op het oostelijk oorlogsterrein, aan denRus-
rischen kant, verandert de positie der legers
Iiaast al even weinig. Voor de Russen zijn
m elk geval de laatst© dagen wel gunstig ge
weest, als we althans mogen afgaan op een
bericht van Russischen kant. Er wordt daarin
gemeld va,n hevige aanvallen der Russen en die
met gunstig gevolg werden bekroond. Zij trok
ken de Strvpa over bij het dorp Sennkowce en
namen daar meer dan 8500 vijanden krijgsge
vangen. De tegenstanders deden al het moge
lijke om door zeer zware, wanhopige tegenaan
vallen do krijgsgevangenen te bevrijden, maar
het gelukte hun niet.
Nu is het natuurlijk moeilijk om den weg der
waarheid te vinden in de altijd haast tegen
strijdige oorlogstelegrammen: want zie, een
draadbericht uit Weenen van denzelfden dag
maakt gewag van hevige gevechten, aan de
Strypa insgelijks, doch hierin heet het, dat de
zeer hardnekkige aanvallen der Russen wer- j
den afgeslagen en dat deze laatsten zes duizend
krijgsgevangenen in de handen der Oosten
rijkers lieten. 't Is mogelijk, dat men van
weerskanten gelijk heeft, doch dan blijkt daar
uit, dat ook op het Oosterfront de toestand
zoo goed als geen wijziging ondergaat en de
legers daar tegen elkaar opwegen.
Van de vredesgeruchten hoort men thans
niet meer dan tegenspraken. Ook Von Bülow
doet daaraan mee. Men had ook dezen vroe-
geren Duitschen rijkskanselier een vredeszen-
ding toegedicht; niet waar, zegt hij, ik heb
volstrekt noch naar Washington naar president
Wilson, noch naar Koning Alfonso in Spanje
willen gaan, noch heb ik over vredesaanbiedin-
gen met den pauselijben gezant of iemand an
ders willen spreken.
De strijd, wordt dus voort-gezet. hoelang
nog, niemand weet het te zeggen .In Engeland
schijnt men zich voor te bereiden op een nieu
we fase in den oorlog. Er worden allerlei ver
moedens geuit omtrent Lord Kitchener; den
minister van oorlog. Hij zou zijn ontslag nemen
uit deze functie, hij zou reeds uit Engeland
vertrokken zijn om aan het Westerfront het
opperbevel op zich te nemen; volgens anderen
gaat hij naar den Balkan om daar de leiding
in handen te nemen van den aanval- tegen de-
Bulgaren. En een bericht maakt zelfs melding
van een tocht naar "t Oostelijk oorlogaterreinï
Maar zekerheid omtrent zijn optreden geveii,;
deze berichten nog niet.
Er is in deze berichten iets vaags en ge
heimzinnigs, dat een verrassing doet verwaclw
ten. Ten onrechte waarschijnlijk, want Kitche
ner ook, al is hij een groot veldheer, zal in
dezen geweldigen strijd geen verandering kun
nen brengen door zijn komst alleen, noch op het
Oostelijk, noch op hot Westelijk oorlogsterrein
noch in den Balkan. Mogelijk is alleen, dat de
betrekkelijke stilte in de actie van 't Wester
front nu zal blijken de voorbode van den storm
geweest te zijn,, die thans van den kant der
geallieerden losbreekt tegen de Duitschers. Mo
gelijk maar daarom nog niet waarschijnlijk.
Anderen zien in dezo stilte juist een verslap
ping der actie in het Westen als in 't Oosten,
en die zou zijn een voorbode van een...... spoe-
digen vrede! Als het lot van Servië voorgoed is
beslist, zou ook de oorlog zijn einde naderen.
Ook dit is mogelijk en. te wcnsclien!
In de ,,N. Ct." vinden we een beschouwing
in dezen geest, die we met ingenomenheid aan
halen, al ware 't maar alleen omdat onze hoop
dezelfde is als van den schrijver:
„Het kan wel verbeelding zijn en een gevolg
van de neiging om te gelooven, wat men hoopt,
maar tocher is, al zou de rede van den
Franschen premier Briand dat niet doen ge
looven: vrede in de lucht.
„Ik althang gevoel dat zoo en breng dit in
verband met de buitengewoon geringe actie op
de verschillende groote slagvelden. Ik meen
thans het verschijnsel waar te neren, dat cel:
bij vroegere oorlogen werd geconstateerd: dat
de legers met het beeld van den naderenden
vrede voor oogen hun huid even zorgvuldig
gaan sparen, als zij die daarvóór bereidwillig
blootstelden. Onmerkbaar kruipt dan dat ge
voel van zelfbehoud van de onderste lagen van
het leger tot de allerhoogste omhoog. De man
schappen, de troepen, dio nog gespaard zijn ge-
bleven, hopen nog van het geluk, dat de vrede
ook hun zal bieden, te genietende aanvoer- i
ders zien er tegen op onder die omstandighe- I
Te Londen wordt het dagblad
de „Globe" in beslag genomen.
De kabinetecrisis in Griekenland
is beëindigd, met de benoe
ming van den oud-gezant
Skoeloedis tot minister-president
en minister van buitenlandsche
zaken. Generaal Yanakitsa be
houdt de portefeuille van oorlog.
Lord Kitchener is, na een onder
hond met Briand en generaal Jof
fre, uit Parijs vertrokken naar het
Balkanoorlogstooneel.
Champagne-veldslag, verleid door
m:
Aan een brief van een Franschm.mdie
deel heeft genomen ae.-n het offensief in
Champagne, ontleonen we het volgende:
Do streek, waar ik me thans sinds twee maan
den bevind (vroeger was ik in een sector van
hot noordfront, ver weg) is zeker niet het
mooiste gedeelte van het schoone Frankrijk.
Terreingolvingen, welke ik maar zeer onbetee-
keuend vind ik behoor n.l. rot Alpenjagers
magere sparren, dio in den krijtbodem groeien
en groote vlakken, waar hier en daar wat gras
staat dat alles is verre van mooi. Maar soms
beschijnt do zon dit treurige landschap eu geeft
er eenige levendigheid aan, als om het te ver
nederen door enkele oogenblikken bet schitte
rendste purper erover uit te gieten. Dat is dan
ook het eenige sehoóne in deze streek.
In deze beklagenswaardige provincie speelt
zich sinds enkele dagen het meest grootsche,
meest verheven schouwspel af. Natuurlijk weet
ge, zooals iedereen in Frankrijk, wat er gaande
isik geloof, dat aller aandacht gevestigd is op
dit gedeelte van het- front. Ik zal er een korte
schets geven van hetgeen er voorvalt.
jVoór het aanbreken van, den dag, rukken ein
den nieuwe offers van hen te vergen. Hot is
als een compromis, waarover niemand durft
spreken en er groeit eon illusie, waarvan nie
mand rept, maar waar allen aan donken: wat
zal het heerlijk zijn uit do verschrikking dei-
loopgraven naar het rustige, veilige leven thuis
en in het garnizoen terug te lceerenvoorzich
tig nu, anders beleven wij dat niet. En elk
vredesgerucht wakkert die illusie aandaarbij
komt, dat iedereen langzamerhand meer dau
genoeg krijgt van dit 6ven moorddadige als
vruchtelooze vechten en ook daarom harstodh-
telijk naar het einde verlangt. En daarom rus
ton wellicht bijna overal de wapenen, worden
de krijgsverrichtingen overa'l tot een minimum
beperkt; treedt onmiskenbaar verslapping in."
OUFTSCHLAND.
Klaarheid gevraagd omtrent het oorlogsdoel.
Men zou meenen, zegt de „Vorwarts", dat
na 15 maanden oorlog voeren op een wijze
zoo bloedig, als de wereldgeschiedenis het
nimmer heeft gezien, de staatslieden een pre-
cieser antwoord op de vraag zouden weten te
geven: „Hoe wordt heb recht hersteld? Hoe
krijgen wij een duurzamen vrede?" Men zou
eveneens meenen, dat deze staatslieden den
volkeren duidelijker vertelden, waarom zij
eigenlijk linn bloed vergieten, welk doel men
zich gesteld heef tb, in bet kort, om welken
prijs liet gaat. Verdediging van het vaderland,
vrijheid, recht, cultuur dat alles is thans
niet meer voldoende. Dat zijn slechts woorden,
waarbij de een zich dit, en de ander dat
denkt, en het begint waarlijk tijd te worden,
helderder en verstandiger taal te spreken.
Het ziet er echter naar uit, alsof beide par
tijen vreezen, elkander hun plannen bloot te
leggen, want liet zijn immers niet alleen Frank
rijk en Engeland, die hun oorlogsdoeleinden en
hun vredesvoorwaarden in ondoordringbaren
nevel hullen; do Duitsche regeering is niet
minder terughoudend en ook zij heeft zich, waar
het het doel van den oorlog betrof, op een wijze
uitgelaten, die voor soldaten, wien voor een
stormaanval moed ingesproken moet worden,
wèl op de goede plaats zijn, maar die noch in
het eigen land, noch daarbuiten de noodige hel
derheid verspreiden over Duïtschlands einddoel.
Juist nu worden weer alle in liet buitenland
in omloop zijnde berichten over vredesverlan-
gtens en vredesberuoenngen door de Duitsche
regeering officieel voor onwaar verklaard....
Bülow is in Zwitserland voor herstel van ge
zondheid, en Solf is in Nederland, waar hij
dierbare vrienden bezoekt en weer eens heerlijk
wittebrood kan eten. Het is ook niet waar. dat
de Rijkskanselier tegenover Jan, Piet, of Klaas
als vredesvoorwaarden de Belgische Maas-linie,
de annexatie van Koerland en een schadever
goeding van 30 milliard als eisch heeft gesteld.
Goed zoo
Wij hebben thans 12 maanden lang precies
g/.hoord wat niet waar is. Kan men nu ons kwa
lijk nemen, dat wij nu wel eens gaarne zouden
willen liooren, wat wèl waar is, wat de Duit
sche regeering als. doel .van den oorlog beoogt
Het gaat toch op den duur niet aan, dat de
eene slag op den anderen volgt, dat onze man
nen steeds naar nieuwe oorlogsterreinen worden
gebracht, zonder dat de volkeren te weten ko
men, wat er eigenlijk moet zijn, willen de vre-
desklokken wederom luiden De anderen, zoo
geeft men ons ten antwoord, moeten om vrede
vragen, want wij zijn de overwinnaars. Maar
jammer genoeg voor ons, voelen die anderen
zich niet als overwonnenen en'op die manier
komt mc-n niet tot eenig resultaat.
De oorlóg gaat voort in het oneindige, om
dat beide partijen schuwen, hun voorwaarden
scherp te omlijnen en uit te spreken, uit vrees,
dat het bekendmaken van liet einddoel voor
zwakheid zou worden aangezien. Het kan dus
zoover komen, dat deze oorlog zal eindigen met
de volledige uitputting van allen, omdat nie
mand wil zeggen, welke voorwaarden vervuld
móéten zijn, om er een eind aan te maken. Zal
dat verhinderd worden, dan moeten de regee
ringen eindelijk hun algemeene frases in. den
steek laten en met een positief- programma
voor den due komen. Ziin zij zelve door de ver
schillend© wisselvalligheden van al d->ee veld
tochten in di- war geraakt-, dan moeten de slui
zen van de openbare wel sprekendheid geopend
worden. Dun zal er snocdig herderheid zijn en
naar wij hopen, vrede.
■SELGlë
Veroordeelingsn.
BRUSSEL. Bij vonnis van den krijgs-
raad zijn wegens spoorwegspionnage drie
Belgen veroordeeld tot den dood en één 1
Belg tot 12 jaren tuchthuisstraf.
De veroordeelden hadden sedert het begin
delooze kolones op naar de loopgraven, die
hatelijke loopgraven, welke ons reeds zoo lang
gevangen houden en ons verpletteren. Die ko-
lonnes, die naast elkaar optrekken, zijn zoo
talrijk, dat niettegenstaande de duisternis, zij
elkaar zien. Een oogenblik later verdwijut alles
1 in de naderingsloopgraven van de eerste linie,
waarvan de onderkomens overvuld zijn, zoodat-
de mannen tegen de houten wanden gedrukt
zijn. De artilleriebeschieting, welke nu al twee.
dagen duurt, wordt maar steeds voortgezet met
dezelfde hevigheidover onze hoofden vliegen
de projectielen, naar de stellingen der Duit
schers. De dag breekt aan in een'vuile grauwe
tint; een fijne regen, die door alles heendringt,
valt onafgebroken. En steeds dondert het ka
non op vreeselijke wijze. Daar 'antwoorden de
Duitscherszij doen een storm van zware pro
jectielen op de loopgraaf neer dalen. Gelukkig
zonder succes
Negen uur. Allen dringen samen in de voor
ste loopgraaf de bevelen worden fluisterend
doorgegevenmen houdt zijn patronen gereed,
de bajonetten worden opgezet. Daar het nog
altijd regent- en de modder alles bedekt, worden
de geweren met de zakdoeken schoongemaakt.
Men drukt elkaar stevig de hand, met de besto
wenschen voor het succes de oogen van sorn-
sigen schitt. -en van strijdlustanderen weer
zien doodbedaard hun uitrusting namaar er
zijn er ook, die doodsbleek zijn en angstig
rondzien.
Kwart over negen dat is het vastgestelde
tijdstip. De artillerie verlegt een weinig het
vuur. „Voorwaarts!" en de voorsten ijlen naar
de trappen, die van te voren gereed zijn gezet.
Ook ik snel naar boven.
En dan geschiedt er iets heerlijks, schitte
rends -als ge eens wist hoe grootsoh zulk een
moment is! Men overwint het- dierlijk instinct;
hoewel do granaten,.die thans als hagelsteenen
neervallen, reeds eenigesoldaten vaneen ge
scheurd hebben, gaat men toch voorwaarts.
Over het geheel© uitgestrekte front komen de
kranige infanteristen te voorschijn uit dé loop
gravende muziek speelt een schetterende
Marseillaise; tajnboers en hoornblazers, die
van Februari 1915 aau twee spoorweglijnen
alle naar het front vertrekkende en van daar
tc-rugkeerendo transporten genoteerd voor
don inlichtingendienst van den vijand en de
opgaven aan dezen doen toekomen.
De vonnissen werden bekrachtigd en vol
trokken.
ENGELAND.
Lord Kitchener.
LONDEN. Het Perebureau herinner,
eraan, dat het 't bericht omtrent
Kitchener's aftreden reeds heeft tegen
gesproken. Het is even onjuist, d?;t
hij den Koning zijn ontslag zou hebben
aangeboden, als dat zijn bezoek aan den
Koning daarop betrekking had, of dat zijn
bezoek aan het oostelijk oorlogstooneel op
zijne ontslagname wijst.
Lord Kitchener gaat daar integendeel
heen, om zekere taak te vervullen, in zijn
qualiteit van minister van Oorlog en is in
het geheel niet van plan, af te tredpn.
LONDEN. Lord Kitchener is Zaterdag uit
Parijs vertrokken, na aldaar korten tijd
vertoefd te hebben, teneinde overleg te
plegen met het hoofd der regeering en den
opperbevelhebber. Hij besprak met Briand
eu Joffre de verschillende quaestie3 betref
fende de operaties in het Oosten.
Er bleek wederom, dat er volslagen een
stemmigheid heerscht tusschen de beide
regeeringen.
De „Times" zegt, dat lord Kitchener
reeds lang alle nieuws omtrent den Balkan
uit de eerste hand kont, zoodat het niet
vreemd zou zijn, als hij zich geheel aan de
oplossing van dit ingewikkelde probleem,
in overleg met de geallieerden, zou wijden.
Een reeds vroeger opgedoken, maar nu
weer opgerakeld gerucht, dat Kitchener het
bevel over het leger in Frankrijk op zich
nemen zal, is volkomen ongegrond.
De recruteering.
LONDEN. De „Ounard Gompagny"
deelde Zaterdag mede, dat zij. geen
Engelsche passagiers kan aannemen, die
in den dienstplichtigen leeftijd zijn. Dit
gaf aanleiding tob tconeelen van opgewon
denheid te Liverpool, waar de „Saxonia"
van de Cunardlijn naar Newyork zou ver-
trekkeu, toen een aantal Iersche emigranten
aan boord wilden gaan. De recruteerings-
agent6n begonnen hun arbeid; de menigte
jouwde de Ieren uit. De stokers van de
„Saxcoia" kwamen aan land en zeiden tot
de ambtenaren, dat zij weigerden te ver
trekken, zoo de Ieren vergunning kregen om
aan bcord te gaan.
De maatschappij steunde de stokers en
weigerde de Ieren mee te nemen. Zes der
Ieren namen onmiddellijk dienst.
FRANKRIJK.
Op nachtelijke patrouille.
Een pelotonscommandant vertelt in de
Westm. Gaz.:
Ons regiment was in de voorhoede en op
Goyle, den oudsten officier van de drie com
pagnieën, rustte een zware verantwoordelijk
heid. Goyle had den oorlog sedert het begin
meegemaakt en wat- hij niet wist van de
Duitschers en van hun methode, dat wist-
niemand.
Wij -marcheerden over een open w.eg, met
geploegde wegen naast ons. Een halve mijl
achter ons kwamen de Dorchesters en Goyle j
was uiterst bezorgd, om niet een te grooten
afstand te laten ontstaan. Wij hadden order,
halt te houden aan een kruispunt van den
weg, onzeker waar de vijand zich bevond. Wij
liepen eigenlijk niet op den weg. Goyle liad
ons een marschorde bevolen, waarbij wij in j
lange rijen achter elkaar langs de slootkan
ten liepen.
Toen wij na een lieelen tijd het kruispunt
met den anderen weg nog niet bereikten, hiel
den we halt en zond Goyle een boodschap
naar a-chtercn om nadere instructies te vra
gen. Hij ontdekte, dat wij de voeling met- de
andere brigades op de rechterflank hadden
verloren en dat de Dorchesters schenen te
willen blijven in het door hen bere-ikxe dorp.
Alles wees erop, dat iets in de war was ge-
met den troop mede uit de loopgraven zijn ge
komen, slaan en blazen don stormaanval en
altijd maar komen nieuwe gelederen te voor
schijn, steeds storten nieuwe mensehen golven
voorwaarts en werpen zich onder gejuich, met
het wapen in de vuist, op den viiand. In de
loopgraaf staat ernstig en bedaard, met
doodsbleek gelaat, een jonge aalmoezenier, die
voortdurend de langs hem naar buiten snel
lende soldaten zegent.
Reeds zijn we ver weg in het tusschenter-
reïn: met één aanloop gaat het over de eerste
loopgraaflinie heen er zijn bepaalde deta
chementen aangewezen, die opdracht hebben
deze - schoon te vegen, zooals de term luidt.
Steeds ijlt men voort onder het afsluitingsvuur
van de vijandelijke artillerie, terwijl de Duit
sche mitrailleurs als razend ratelen. Het ter
rein is reeds overdekt met dooden en gewon
den. Overal stroomt het Bloed. De reserve-
linie en de soutiens zijn reeds genomen. Nu en
dan moeten we dekking zoeken voor liet artil
lerievuur. We dringen in een bosch. niettegen
staande liet scherpe vuur der verdekt opgestel
de tirailleurs en mitrailleurs. Nu raken ook
'de kalmste den kop kwijt men roept om de
kanonnen. Bij den ingang van een bosch krij
gen we a bout portant artillerievuur wat
een bloedbad! ledematen en hoofden vliegen
rond, we worden overdekt met bloed en zien
zwart van den kruitdamp we moeten ons een
oogenblik voorover werpen in de modder,
maar slechte één oogenblik, want: „en avant.
en avant" luidt het- commando. En een oogen
blik later zitten we de artilleristen met de
bajonet op het lijf. Officieren en bedïenings-
mansclmppen, allen worden gedood. Het heeft
ons heel wat mannetjes gekost, maar de
buit is het waard: wij hebben de 77-ers en de
vreeselijke 105-ers en de Oostenrijksche 147-ers.
Een prachtig succes. Mijn divisie alleen heeft
ruim de helft van alle veroverde kanonnen
buitgemaakt. De overige artilleristen worden
in bun onderkomens afgemaakt. Talrijke uit
geputte. angstige gevangenen worden bij
elkander gedreven om een lijn worden ee
langs een weg opgesteld. In 'de barakken vin-
raakt, waardoor één dor drie compagnieën
van ons regiment bij ©co ploteeJingon Duu-
I sche:i aanval erg in Jiet nauw kan geraken.
I Iemand met minder ervaring dan GovJe zou
licht in dio omstandigheden iets bobben ge
daan, dat tot een ramp had kunnen voeren.
Strikt de orders volgende, had hij maar voort
j kunnen rukken, rodonoerende, dat hij zich geen
rekenschap had te govon van do 'wijsheid of
[onwijsheid van hetgeen hem was'bevolen,
j /oo dacht Govlo er niet over. Hij wilde zjui
I leven en -dat zijner mannen niet opofferen
aan tactische vergaringen.
„Het bevalt mo niet,,' zei hij een paar keer.
..Het is alles good en wel, maar als zo mi
juist met groote macht kwamen opdagen dan
was het mot on« afgeloopen."
Eindelijk kwam een geschreven order van
don bevelvoerondon official-: „Go gaat voort
tot de R. in cm blijft dfsn nacht verdrr
in het dorp". We zagen op de kaart:
was een gehucht van een paar hutten, een
kwart mijl verder. Ik zag wel. dat Goyle
niet veel mee óp had. „Ook al best, zeidc
maar de Duitechore zullen we', in dn:. ,K
zitten en dan loopon we een Lelijke val bin
Jien. Ik zal er een patrouille heenzenden on
als bet dorp bezet is, ga ik niet verder tot hot
dag is en tot wo versterkingen bobben om
vangen,"
Met de verkenning werd ik belast, jn ge
zelschap van een korporaal en één man. AV--
m het dorp kwamen, moest één van ons he:
eerste huis binnengaan. Kwam hij er niot -.vc-i-r'
uit, dan moest er nóg een binnengaan. Kwam
die ook niet weer buiten, dan moest de derde
terugkoeren en het komen vertellen. Als er
schoten, vielen enniemand terugkeerde, dan
zon Goyle ook aannemen, dat het dorp bezet
was.
Ik wenschte mezelf ergens anders op deze
wereld, maar riep mijn mannen samen c-n vroeg
vrijwilligers voor de onderneming. De korpo'-'
raai was direct gevonden, maar ondor do man
nen waren geen liefhebbers. 'I'oen ik eindelijk
maer met den korporaal alléén wild© ga3»i.
meldde zich toch eindelijk nog een man aan.
Mijn oppasser, die herhaaldelijk als tolk op
trad tusschen mij cn mijn manschappen, legde
mij later uit waarom wèl een korporaal "en
geen soldaat zich had aangeboden. Do mannen
hadden den indruk, dat bij kleine patrouilles
veelal de ongegradueorde het eerst werd opge
offerd en dan liet slachtoffer werd.
Toen ik mijn mannen had, legde ik uit, wat
er te doen viel en gaf order om op het ec-rate
schot, dat zou vallen, redding te zoeken in de
vlucht, zonder op de anderen ba letten. Wij
hadden geen vuur te beantwoorden, elechte uit.
te maken of de plaats was bezet.
Eenmaal op weg, geloof ik, dat wij alle drio
elke minuut het zaakje minder aardig .vonden.
Ik besloot, dat wij niet verder op den weg zou
den gaan, maar door het akkerland naart den
weg. Zoo bereikten we de eerete huizen, die
als donker© vlekken lagen in den nacht. Dus
mosten we ons eerste onderzoek instellen en ik
bad vurig, dat ze onbezet moohton zijn.
Voordat wij geheel waren genaderd evenwel,
ontbrandde wer een linie vsn een 50 meter een
heftig vuren, op niet meer dan 10 meter af
stand. Het was duidelijk, dat- we bijna recht in
een Duitsche loopgraaf waren geloopen. Een
oogenblik waren we versuft. Toen, als één man,
keerden we om en holden terug. De sergeant
liet zijn geweer in den steek en ik verloor mijn
pet.
We renden als bezetenen, maar de soldaat
won 't van ons. Een paar honderd meter verder
struikelde ik hals over kop een sloot in. De
korporaal keek even of ik getroffen was, maar
toen ik opkrabbelde, rende hij direct verdor en
de soldaat was al een heel eind vooruit. Mijn
knie had ik wat bezeerd, maar ik liep er even
hard om. Toen bedacht ik, dat de onzen ons
voor den vijand konden houden en op ons schie
ten en ik riep: „Goyle, Goyle, wij zijn de pa
trouille, die terugkeert!"
„Kerel, hou jo mond," klonk het terug
van den weg. „Is het noodig dat de Duitschers
precies hooren waar we zitten."
Een oogenblik later zat ik naast hem op den
grond rapport, uit te brengen. „Hm, zei Goyle,
net wat ik dacht, maar ik ga vannacht dat nest
niet bezetten."
Op hetzelfde moment kwamen de majoor en
zijn adjudant uit de achterhoede eens kijken
hoe het ons ging. „Wel Goyle, zei de majoor,
waarom ruk je niet verder?"
De majoor was een dappere kerel, die vond
dat alle tactiek bestond in stormerderhand op
treden, want zijn ervaringesi waren opgedaan
in koloniale oorlogen en hij was pas een paar
dagen bij ons. Goyle vertelde bet resultaat van
de patrouile. „Och, natuurijk maar een paar
uhlanen; hij had z» maar moeten meebrengen
den we Moezelwijn snel worden de lange
halzen (veel tijd is er niet) op den rand van de
tafels stukgeslagen en de flesschen aan de
mond gazet, want we baden in ons zweet. Wo
j zijn eenvoudig uitgeput. Sigaren, sigaretten,
j lekkernijen, van alles vinden we: de officie
ren waren uitmuntend gehuisvest. Het papier
waarop ik schrijf, is van e<Sn Hauptmann ik
veraeker u, dat- ik niet aiöjd in de loopgraaf
over zulk mooi papier bestdiik!
Dan gaat hét weer voorvsiarts, óver een heu
velrug. onder het vuur der kanonnen voor lan
gen afstand, en nog een hoogte en plotseling
ontvangen we mitrailleurvtuir. We staan voer
een geducht Tersterkte .-Helling, met talrijke
kleine fortges. De dood waart rond onder ons
in een oogenblik worden geweldige gaten in
onze gelederen geslagen We moeten weer te
gen, in de modder we krijgen artillerie enfi-
ieervuur. Snel wordt zoo g<K*I en zoo kwaad ali
het gaat, een dekking gemaakt. Onze opmar vb
is tot staan gebracht. Vijf nachten en vier de
gen hebben we daar gelegdn. Wat- dat een tijd
is geweest! Onder een sloribui van projectielen
moesten we op den buik in. het slijk blijven lig
gen, terwijl bijna voortdtnjend de regen neer
kletterde, vrijwel zonder vordsel. temidden van
lijken en het gekreun der g-pkwetsten.
Eindelijk vannacht, heeft men hetgeen van
onze divisie over was teruggehaald, wegens ons
dapper gedrag. Wij waren cp het verst vooruit
geschoven punt van het -offensief. Met- een
goede artilleristische voorbiïreiding is de stel
ling nu te nemen.
We keerden in het kamp 'ferug. uitgeput, na
een langen marsch door de modder, maar
vooral woedend, dat we nirt geheel en al ge
slaagd waren. Tk was geheel ópreeds dcri eer-
sten^dag bad ik een granaa (scherf in mijn lin
kerarm gekregen, waardoor ik veel bloed ver
loren had, daar ik de woi.tfie niet had laten
verhinden.