Legerzaken. Marinezaken. Correspondentie, Pit Leger en Vloot. Gemengd Nieuws. ^DE! soUIJ'ATEiM'OO'D'H. Aïsri" Van Vrijfaa'g 2 9 October 3l O 1 S58 dagen van 1914? Mobilisatie! We kenden het woord slechts uit onze woordenboeken! Met gemengde gevoelens zagen we onze mannen naar de geweren grijpen; we werden opgeschrikt door de ontstellende, snel op elkaar volgende gebeurtenissen; we zagen onze mannen vertrek ken en in één oogenblik waren wij wakker ge schud, was onze hoop gevestigd op ons leger ons leger, dat daar samengetrokken werd tot verdediging van ons nationaal bestaan 1 Toen voelde iedereen zich één met onze weermacht; men besefte de waarde van een flink leger; men leefde meo met „onze jongens"; toen, leek het als of ons doel bereikt zou worden! En het bos to was niet goed genoeg voor onze sol daten I En nu wij moeten het hier ronduit beken nen dat alles is weer grootendeels bezonken tot een zekere onverschilligheid, die dikwijls pijnlijk aandoet! Zeker, er zijn er die mede blijven leven met ons leger, er zijn er, dio hot gevaar blijven zien, dat steeds^ dreigt I Maar dat mooie grooto gevoel, dat één zijn, dat één voelen met hen, die voor ons burgers de^ wapens opnamen, het is bezonken. De „mobilisatie" is geen verschrikking meer; bet is weer een „woord in een woordenboek" geworden! En daarin schuilt een gevaar, niet alleen voor ons, maar in zekeren zin ook voor ons leger! Juist nu, nu moeten we toonen dat_ wij, burgers achter onze soldaten staan! Nu, hij den aan vang van oen tweede „wintercampagne" moeten onze menschen voelen, dat wij bereid zijn hen bij te staan met alles wat hen kan liolpen, hun opofferingen te verlichtenNu moeten wij onze sympathieën toonen en daarom is het toe te juichen', dat do vereeniging „Ons Leger" op hechte grondslagen gevestigd is, ten einde daartoe mede te kunnen werken 1 Wij, burgers, laten wij goed begrijpen, dat onze. mannen hun leven moeten geven als van over de grenzen het gevaar dreigt. Dat gevaar is er nog en dreigt steeds welnu laten wij doen wat wij kunnen om onzen mannen een rugsteun to zijn, door hun bewijzen to geven dat de natie meeleeft met haar legerOnze vereeniging is één van de die middelen om eendrachtig voor dc belangen van ons leger op tc komen! Slechts door flinke, volhardende samenwerking kunnen wij iets doen en zullen we iets bereikenEr kan met goeden wil en samenwerking zoo ont zettend teel gedaan worden Onze menschen hebben to kampen tegen niet te onderschatten onzichtbare vijandende ver- reling, ontevredenheid, physieko demoralisatie, en de gevolgen daarvan! Welnu, laten wij medo strijden deze vijanden uit do gelederen te houden. Mat opgewektheid en vol moed gaat de vereeniging ,,0^s Leger" voorwaarts, moge haar arbeid ten zegen zijn voor de mannen, in wier handen ons wel en wee is toevertrouwd 1 Moge do vereeniging „Ons Leger" aan ons leger het bewijs kunnen leveren, dat de natie tot het einde toe schouder aan schouder staat met "onze mannen, ten zegen van ons Vader land! Dat is alleen te hereiken door het con signe VOLHOUDEN! Mr. L. H. W. Regout. Dinsdag is bij de familie bericht ontvan gen, dat de toestand van mr. Regout, tijde lijk gezant bij den Paus, zeer ernstig is. Aan ,,De Tijd" wordt uit Rome geseind De patiënt is zeer'onrustig. Het voedsel- opnemen wordt moeilijk. De polsslag is slap en abnormaal. De geneeslieeren ontveinzen niet bun ernstige bezorgdheid. De Romeinsche correspondent van het Centrum" seint De algemeen© zwakte van mr. L. Regout is steeds toenemende. De geneesheeren geven geenerlei hoop meer; het einde nadert lang zaam. De familie van den gezant is te Rome aan gekomen en vertoeft rond het sterfbed. J. G. Jongkeos. f Op 53-j'arigen leeftijd is te Vlissingen over leden de heer J. C. Jongkces, leeraar aan de Zeevaartschool en gepensionneerd officier machinist der marine. Uit de Staatscourant. Bij K. B. is het recht op een nader pensioen erkend van den eervol ontslagen res. Ie luit. J. Staf. Bij K. B. is ing. 1 Nov., aan kol. der inf. B. J. L a n d, op aanvrage, ter zake van. langd. dienst, onder toekenning van een pensioen A an f 2500 eervol ontslag uit den mil. dienst verleend. Bij K. B. is benoemd b/d plaats, staf, tot 2e-luitenant, pi. adj. te Zutpken, de serg.- maj.-instr. F. II. Kamerling, v/h .20ste reg. inf. Bij K. B. is de le-luit. W. M. C. J. H a f k e m o ij e r, adj. 6do reg. inf., ter zake van tijd, ongesteldheid op non-activ. gesteld. Bij K. B. is, op vex'zoek, wegens volbr. diensttijd, eervol ontslag uit den mil. dienst verleend aan generaal-majoor der inf. v/h leger in Ned.-lndiii R. G. Doorman, onder dankbetuiging voor do langd. diensten door hem aan den lande bewezen. Acisplrant-vorlofs-officieren. Aangezien het ongewensckt is om de aan- Btanndo vaandrigs (vorlofsofficieren) als ser geant dienst to doen verrichten in hetzelfde korps waarin zij na eenige weken den hoogi ren rang zullen innemen, is naar de Avp. meldt met machtiging van den minister van Oorlog door den inspecteur -der infanterie be paald „lo. Na afloop van een vaandrigsexamen doen de commandanten der depots, waarbij deze adspiranten in onderhoud zijn, den uitslag toe komen aan den inspecteur dor infanterie onder vermelding van het korps, waarbij ieder hun ner tijdens de huidige omstandigheden bij voor keur wenseht te worden ingedeeld (vredesin- deeling), alsmede van het korps, waarbij iedor hunner tijdens de huidige omstandighe den wensoht te worden gedetacheerd. Voor el- ken leerling moet een drietal korpsen worden opgegeven. 2o. Leerlingen, die niet geslaagd zijn, wor den teruggezonden naar do korpsen, waarbij zij dienstdoende waren vóór hun plaatsing bij den vaandrigscursus. 3o. Leerlingen die geslaagd zijn, wordt een verlof van 6 dagen verleend. 4o. Na het eindigen van het verlof worden de adspiranten gedetacheerd bij het depot dier brigade, waarbij zij, na bun benoeming tot vaandrig (verlofsofficieren), gedetacheerd zul len wordendienstplichtige landweer-sergean ten blijven tot hun benoeming tot verlofsoffi cier bij het depot VI. 5o. Don dag, voorafgaande aan do in functie etelling (beëediging) worden zij overgeplaatst bij het korps, waarbij zij dienstdoendo werden gesteld. Verschillends Berichten, Het l vertrek naar Oost-Indië van den 2e- luit.-kwartiérm. J.. Hazenberg, bepaald op 6 November e.k., is wegens ziekte tob nador uitgesteld. Aan den kapt. der inf. Oost-Tnd. leger P. C. L. Tissot van Patot, werkzaam bij do kolo niale resreve, is met ingang van 22 November a.s. op zijn verzoek een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend, met toekenning van pensioen. Do tot kapitein benoemde eerste luit.-adju dant H. Heetjans, is iDgdeeeld bij liet 22e regiment infanterie. Uit do Staatscourant. Bij K. B. is, ing. 16 Nov., aan off.-mach. 1ste kl. bij. don marine-stoomvaartdienst C. W. Kommer, op verzoek, wegens langd. dienst, eervol ontslag uit den zeedienst ver leend, onder toekenning van een pensioen van f 2700 's jaars, en bevorderd tot off.-mach. lste kl., do id. 2de kl. J. O. P o 1 e y. Bij beschikking van den minister van Marine zijn do navolgende plaatsingen enz. gelast: kapt.-luit. ter zee G. F. Noordhoek liegt ge plaatst als eerste officier aan boord Hr. Ms. Noordbrabant"kapt.-luit. ter zee K. F. Sluijs eervol ontheven van het bevel over Hr. Ms. „Medusa" en geplaatst als eerste officier aan boord Hr. Ms. „Heemskerck" kapt.-luit. zeo G. Hoogenraad belist met het bovel over Hr. Ms. „Njord" luit? ter zee le ld. F. K. Weber eervol ontheven van het bevel over Hr. Ms. „Njord"luit. ter zeo le kl. EL M. Manikus eervol ontheven van het bevel over Hr. Ms. „Hadda" en In last met het bevel over Hr. Ms. „Medusa"; luit. ter zee 2e kl. C. E. L. Helfricii eervol ontheven van het bevel over Hr. Ms. „Thor", en geplaatst te Middelburg; luit. ter zee 2e kl. C. Noyon belast met ihet be vel over Hr. Ms. „Hadda". In plaats van den kapitein ter zeo O. K. de Lussanet de. la Sabloniere, onder-commandant van de Stelling van de Monden der Maas en van het Haringvliet, werd benoemd do kapitein ter zee A. Pieren, die wegens ziekte zijn func tie niet kan aanvaarden. In diens plaats is thans benoemd de kapitein ter zee A. J. Breda Kleynenberg. ,,Oo Ruyter." Hr. Ms. pantserschip -„De Ruyter", dat Zondag hij liet lichtschip Schouwenbank ten anker was gebleven, heeft gisterochtend ,te 7.30 do reis naar Indië voortgezet en was te 11 ujji' de „Galloper" gepasseerd. CORRESPONDENTIE VRAGEN. Alle vragen worden, zooals onzo vrienden we! w/eten, regelmatig en zoo spoedig mogelijk door ons afgedaan, zoodat het overbodig is nog wedor eens bij nader schrijven antwoord te verzoeken. Allicht gaat er eene week mee heen, maar na tuurlijk eischt het eene onderzoek meer tijd dan het andere. Het is overbodig antwoord in een bepaald nummer te vragen. Eerlijkheidshalve worden de vragen op da bsurt afgedaan. ter na 15 Augustus 1915 voor militie, .reserve enz. vervallen. In verband gebracht met art. 204 van het R. v. A. zal deze bepaling de bedoeling hebben, dat van den eersten dag van liet verlof af gedurende nog een maand 30 dagen het vol traktement behouden blijft en daarna twee derde traktement wordt ge noten. le Voorbeeld: Een onderofficier gaat op 10 Januari met verlof voor twee maanden, dus tot en met 9 Maait. Het traktement zal als volgt berekend moeten worden: Januari 9 en 21 dagen vol Februari 9 dagen vol en 21 dagen tweo derde. Maart 9 dagen twee derde en 21 dagen vol. 2e Voorbeeld: Dezelfde gaat op 10 Februari met verlof voor twee maanden, dus tot en roet 9 April. Traktementsberekening, Februari 9 en 21 dagen vol Maart 9 dagen vol en 21 dagen twee derde April 9 dagen twee derde en 21 dagen vol. Zooals gij ziet dezelfde berekening als in het eerste voorbeeld. Red. Dringend verzoek. Degene, die in het Paleis voor Volksvlijt of daar buiten in zijn bezit heeft 2 cahiers met geel omslag, bevattende een cursus in Zieken verpleging, op welks etiket do naam van den eigenaar voorkomt, wordt beleefd verzocht deze op to zenden aan G, H. Polman, sergeant, Mil. Hospitaal, Naarden. Gevonden voorwerpen. Een overjas (blauw) nummer 2008 en een paar zeemlederen handschoenen, gevonden in den trein van Arnhem naar Ede, terug te be komen op bureel 22o Reg. Infanterie. Adres gevraagd. Beleefd opgave van adres gevraagd van den mil. ziekendrager Piet Putten, 't laatst gelegen in 't Paleis voor Volksvlijt te Am sterdam. Brieven te richten aan C. M. Arie, korp. 18-III-3, Veldleger 4e divisie. Veldpost No. 4. G. B.j Tilburg. U moet u wenden tot een "an do provinciale commissies, genoemd in .o. 185 van do „Soldatencourant". Welke hangt af van do provincie, waarin uw woon plaats ligt. 1 Red. J. K. to Krabbendijkc. In ordo en in dank voor goede zorgen ontvangen. A d m. M. O. te Eist. Zie het antwoord in deze rubriek. It e d. J. W. T. to Amsterdam. Voor Gelder land: mr. A. I. M. J. baron v a n W ij n- bergen, lid van de Tweede Kamer der Sbaten-Generaal en voorzitter van den Raad van Beroep voor do Ongevallenwet, te Arnhem dr. M. A. Brands, oud-lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, te Dieren, ge meente Rhedenj en A. V o o r b r o o d, lid van den Raad der gemeente Arnhem. In No. 185 van „De Soldatencourant" staat de opgave voor allo provinciën. Red. C. S. te Woerden. Bespreek deze zaak met uw compagniescommandant. Zonder behoorlijk adres kunnen wij u geen courant zenden. Red. A. B., Fort de Hel. De vraag komt hierop neer, wie op 't oogenblik, dat de hond gestor ven is, de eigenaar was, het Rijk of do particu- lier. Was do hond werkelijk ddor liet Rijk ont eigend voor 40 en kadt gij 'niet meer het recht dén hond te verkoopen, dan vermeenen wij, dat gij bij overlijden van heb dier recht hebt op de onteigeningsgolclcn, ten minste als hc-t sterven van de hond niet aan schuld is te wijten. (Dit laatste zakelijk op te vatten, dus zonder do minste argwaan onzerzijds). Gij zillt dit kunnen bewijzen, door een ver klaring van den veearts over te leggen, die den hond behandeld heeft. Richt een verzoekschrift, waarin de motieven vermeld, aan den r. O. om betaling van de ontoigeningsgelden. R e d. J. ,M., Brielle. Ja, gij hebt recht op de toe lage als timmerman. Red. A. A., Riel. De definitieve overgang van do lichting 1907 naar de landweer zal vermoedelijk niet voor de demobilisatie van het leger plaats hebben. Als één of meer landweerliehtingen met verlof naar huis gaan, vermoeden wij, zal de lichting 1907 wel bij do landweer gedetacheerd worden. Red. O. A., -Oud-Aiblas. Uw compagniescomman dant heeft het volste recht daartoe. Gij moet het als een gunst beschouwen, bij een drie- daagsch verlof per week op Maandag, Dinsdag en Woensdag als uw C.-C. u toestaat of op Zondag of op Zaterdag te vertrekken. Feitelijk moogt gij eerst op Maandagmorgen of op Zon dag na afloop van den dienst vertrekken. Men moet niet het onderste uit de kan willen heb ben, anders(vul zelf maar in.) Red. A. v. d. Z.. Ede. Als vrijwilliger bestaat geen recht op vergoeding wegens kostwinnerschap. Om vrijwillig sergeant to worden kunt gij een verzoek richten tot uw korpscommandant langs uw compagniescommandant. Waar gij reeds ge huwd zijt, behoeft toch de toestemming tot huwen niet meer gegeven te worden. Dit zou onzin zijn. Wel raden wij u aan, als reeds ge huwd zijnde, per request aan den M. v. O. langs den hierarehieken weg aan te vragen, in aanmerking te mogen konijn voor de ver hooging van f 200 's jaars, omdat hierop eerst het recht bestaat als men zes jaar-sergeant is. Red. B. v. R. te Bergen op Zoom. „De Schilder", uitgegeven door het hoofdbestuur van' den Ned. Scliildersgezellonbond, le Helmersstraat 78, Amsterdam. Red. B. M„ Hilversum. Welke inlichtingen wensclit gij omtrent do militaire competitie Stolling vau Amsterdam? Red. A. D., Sclieveningen. Volgens bekomen in lichtingen behoeft de sorgeant-kok bij de militaire ziekeninriebtinger. niet gediplomeerd te zijn. alhoewel dit n.o.m. toch wel gevenscht is. Red. G. O. e. a., Veldleger. Gij hebt allen recht op de toelage als werkman. Zie de correspon dentierubriek van ons blad No. 181. Red. L. 0„ Harskamp. De bepaling luidt, dat, hij- die zonder wettige redenen te laat van ver lof terugkeert, moet de kosten van de terug- rein vergoeden. Red. J. W. W. B., Utrecht. Alleen met bijzondere machtiging van den M. v. O. is het aan onder officieren en minderen vergund burgcrklee- ding te dragen. Dus zonder die machtiging, ma gmen' met ziekenverlof zich niet iu bur- gerkleeding in het openbaar vertoonen. Red. C. v. d. B,, Ede. Gij hebt recht op dat menagogeld. Doe het verzoek aan uw compag niescommandant. Red. A. L„ Amsterdam. Op grond van do bepalin gen in art. 9 van liet R. v. A. behouden de onderofficieren gedurende de eerste dertig dagen van bun verlof v o 1 traktement. Duurt hot verlof langer, dan wordt, over het tijdvak van en met den een-en-dertigsten dag tot en met dien vóór de terugkomst, twee derde van dat traktement genoten. Deze bepaling is ech Promoties. Aan de lezers van ,,D© Soldatencourant" doen wij het vriendelijk verzoek ons alle promoties beneden, den rang van officier te willen mededeelen. De promoties van offi cieren .worden door ons aan de „Staats courant" ontleend, maar aangezien velen prijs stellen op het lezen van de promoties beneden den officiersrang, houden wij ons aanbevolen voor toezending van berichten omtrent bevordering van korporaal, ser geant, en andere mutaties. Met de viool onder de soldaten. Onze medewerkster schrijft ons: Den vórigen keer heb ik verteld van een reis, die we met een boot moesten maken, om aan de plaats Van bestemming te komen. Dikwijls maken wo ook de reis met wagentjes, waarvan ik het bestaan nooit vermoed had, van bijzonder laag, hoog, elegant of armoedig model. Ik geloof wel, dat we in alle mogëüjko soorten van wagens hebben plaats genomen; alleen als ik mij goed bezin, zaten we nooit in een kruiwagen. Dat is toch een zekere leemte en ik zio weer voor de zooveelste maal dat er niets volmaakt is in deze wereld. Een poosje geleden zouden we een concert geven, ergens in de binnenlanden van Noord- Brabant. We gingen met een stoomtram naar een klein gehucht en zouden met een rijtuig naar do cantine worden gebracht. 7 In de tram hadden wij het ons gemakkelijk gemaakt als voor een lange reis. Uit onder vinding wisten we, dat een stoomtram een hartgrondigen afkeer heeft van eenige snelheid en hardnekkig vasthoudt aan een aartsvader lijke kalmte. Somtijds als we bij een station netje waren aangekomen, scheen bij het met zichzelf niet eens te zijn, welke richting te to kiezen. Eerst ging hij langzaam vooruit, dan scheen hij zich te hebben vergist en ging met veel -lawaai achteruit, dan met een schok een eindje vooruit en bleef besluiteloos, amech tig een poosje uitblazen. De kinderen die op den weg wandelden en bloemen plukten, zagen we aan den horizon verdwijnen. Tot eer van de tram moet ik zeggen, dat wij ze na verloop wel weer inhaalden, en als ik goed naga, geloof ik zeker dat wij er met loopen niet veel gauwer zouden geweest zijn. Toen we bij het eindpunt aankwamen, stond een officier te wachten om tons naar de can tine te brengen; hij vertelde ons, dat het rij tuig door een misverstand van den koetsier reeds naar een ander dorp was gereden en we nu genoodzaakt waren met een proviandwagen naar de cantine te rijden We verklaarden dit .juis.t .wel eens aardig te vinden, maar wisten niet, wat ons boven het hoofd hing, want de wagen stond nog stil Wat die laatste, schijnbaar zoo onbeduidende woor den beteekenen, zal in den loop van het ver haal duidelijk worden. In den wagen waren rie ten stoeltjes gezet en wij werden uitgenoodigd, daarop plaats te nemen. We stapten eerst op een stoel, liepen daarna over een klep, die veel op een ophaalbrug geleek eu namen plaats on der onverholen belangstelling der dorpsjeugd, die ons tot in de diepste schuilhoeken van den wagen met de oogen volgde Nadat we hadden plaats genomen, werd de brug opgehaald. Ik voelde een schok en plot seling was het of c-en hevig onweder boven ons hoofd was losgebarsten. Zware donderslagen volgden elkander zonder tusschenpoozon op. Verschrikt keken we op en zagen',' hoe de offi cier, die ons begeleidde, een gezicht had of hij schaterlachte en do lippen bewoog of hij ons iets toeschreeuwde. Ik dacht dat zijn ver stand plotseling was gekrenkt en wilde wat zeggen, maar ook mij bestierven do woorden op de lippen. Na eenigen tijd was het weer ineens stil en schenen de laatste minuten een be nauwende droom geweest to zijn. Wat was het geval? We waren van de ruwe keien der straatweg, op een landweg gekomen. Het ver schil tusschen een rijtuig met gummibanden en een wagen met ijzeren wielen zonder vee- ren was grooter, dan ik gedaobt had. Toen we weer geregeld konden denken, vroeg do offi cier of ik niet vond, dat dit een van de mooi ste gedeelten van het land was. Ik zat achter in den wagen en trachtte langs den arm van de één en boven den schouder van de ander naar buiten te kijken. Het geluk was mij guu- stig, want doordat de voorste toevallig het hoofd even opzijdo boog, had ik gelegenheid even een stukje van den weg en een paar hoo rnen te zien en ik antwoordde, dat dit zeer wel mogelijk was. Na eenigen tijd kwamen we weer op een straatweg. Nu wisten we waar het lawaai van daan kwam, dus poogden met gebaren aan te vullen, wat we aan woorden te kort kwamen. Dat kwam ons duur te staan! Toen ik iets met klem wilde beweren en met een krachtig armgebaar aanvullen, stootte ik mijn elleboog tegen een ijzeren bint, wat mij het eerste half uur de spraak benam; dat wil, volgens overlevering, heel wat zeggen voor een vrouw. Later knikte de officier, op een vraag van één onzer, toestemmend met het hoofd aan zijn kepi, dat hij geheel platdrukte, dank te hij de redding ven zijn leven, nu suizebolde hij alleen maar. Toen we in de cantine aankwamen, waren allen reeds aanwezig en werden we met ge- juich bej -eet. De cantine zag er aardig gevoerd. Van harte wordt hun hiervoor dank uit, er was een podium getimmerd van gebracht, evenals aan de andere medespelenden, planken op biervaatjes en op ieder treedie die zoo welwillend het hunne voor het welslagen van het trapje was een gangmatje gelegd, j van het concert bijdroegen, i hetgeen een rijken indruk maakte. Om sat teJ Moge deze uityoerin^r ook gedurende den. bekomen van de reis, zouden we eerst een kopje theo drinken. Bij het podium stond een tafeltje waaraan we met de officieren plaats namen. De 6oldaat uit het buffet kwam met een theeblad met thee6ervie» aandragen, waar van ik het soort reeds lang uitgestorven waan de. De zangeres word verzocht theo te soben- ken. De soldaten keken aandachtig toe, hoe zij eerst suiker, theo en daarna melk in de kopjes deed. Do programma's werden rondgedeeld en na dat w© waren uitgerust, begonnen wo met een trio en speelden daarna wat en verder op het programma vermeld was. Het buffet was vlak bij liet podium, het was oen aardig gezicht, den soldaat-kellnera te midden der kopjes, schoteltjes, flesschen bier en verdere heerlijk heden met een programma in du hand uit vollo borst het refrein van verschillendo liederen te zien meezingen. Na ieder nummer werd het programma op een veilige plaats geborgen en gingen zij als weldoende feeën met glazen biër rond om do dorstige kelen te laven. Do moeite van een lango reis achtten wij ruimschoots beloond als wij do vroolijko gezich ten der soldaten zagen en toen we na een drie werf hoera door do soldaten aangeheven, do cantine verlieten, waren wo allen zeer voldaan. Afscheid lult, P. E. Tegelberg Jr. L.W. Korp. H. P. Schneijder schrijft ons van fort Nigtevecht Te fort Nigtevecht werd dezer dagen door do bezetting don Res.-lc-Luit. P. E. Tegel- be r g J r. bij het verlaten van den mil. dienst met klein verlof een afscheidsfuif aangeboden. De artillerieloods was daartoo in een W3re feest zaal herschapen. Het programma bevatte o. m. muzieknum mers van het eigen strijkje, zang van mevr. Overduin. en den heer H. v. Onsenoord en declamatie van den heer Sternheim. De fortcommandant, do Kapitein K. Kooi man, sprak in hartelijke bewoordingen zijn waardeering uit voor al hetgeen de Luit. Tegel berg gedurende zijn verblijf op het fort Nigte vecht roor de bezetting had gedaan en un- digde zijn toespraak met het verzoek aan co bezetting een driewerf hoera op den Luit. Tegelberg uit te roepen, waaraan door ellen spontaan gevolg werd gegeven. Nadat nog door den groepscommandant Luit.-Kol. Staal ia een kernachtige speech de verdiensten van den heer Tegelberg waren ge roemd en do uitmuntende verstandhoudiag tusschen officieren en manschappen werd ge prezen, kreeg de landweerman J. v. d. Kieft hen woord, die den scheidenden Luitenant in een geestige speech waarbjj de bezetting en de officieren meermalen in schaterlachen uit barstten hulde bracht voor den moreelen en stoffelijken steun, dien de manschappen van hem mochten ondervinden en hem daarna namens do geheelo fortbezetting een complete serie van Shakespeare- en Thackeray's werken aanbood, vergezeld van een album, de handteekeningen van de meer dan 250 deelnemers bevattende. Nadat het programma was afgewerkt, nam de heer Tegelberg hei woord en dankte de be zetting op hartelijke wijze voor het ontvangen huldeblijk, doch bovenal voor de ondubbelzin nige bewijzen van waardeering en vriendschap, op wederzijdsch vertrouwen gebaseerd. Bij het bevorderen on bestendigen van den goeden geest op het fort was hij bovenal op krachtige wijze door den kapitein Kooiman gesteund, wien bij daarvoor, alsook voor de prettige sa menwerking, hartelijk dankzegde. Vermeld dient nog dat deze fuif door de reeds „afgezwaaide" fortbewoners in uniform werd bijgewoond. Forten-Orkest Leeman en Citterd te Fort IJmuiden. Mil. G. Schipper schrijft ons uit IJmuiden: Daar zaten ze weer net als in de eerste win tercampagne, de dames en beeren van bovenge noemd orkest met hunne medewerkers. Hoe op recht hoopten wij 'fc vorige jaar hun hier niet weer te zien, weer te zijn getreden in de maat schappij, in eigen kring. Hen dan te zien stemt dankbaar, die ons haalden uit sombere gedach ten. En nu, waar wij nog hier zijn, o, noodlot, nu zijn wij toch dubbel dankbaar niet vergeten te zijn. Blij, zooals onze commandant zeide oude bekenden te zien, met nieuw program. Ik ias onlangs in een dagblad: Wie voor ge- mobiliseerden wil optreden moet goed getraind zijn, want er zijn vele critici. Dat is waar, doch ook de kwestie elk wat wils is zaak, goed be grepen door 't Fortenork'est. Want 't mag wat vreemd klinken als mej. Leuwenkamp met gevoel en teer van melodie zingt „Wiegelied", „Lief rozengezichtje" enz. en vlak daarop de potpourie met gelegenheid om mee te zingen van Mina die hengelt of een bezoek bij Hagenbeek. Tegenstrijdig. Zoo is ook 't publiek dat luistert. „Neerlandia" een Verzameling Hollandsche verzen, waar de fluit zoo helder mooi klinkt in „Bergen op Zoom". Volgens de heeren van den volkszang beter ge schikt om mee to zingeii. Meer nummers van 't program Zooveel ruimte durf ik niet te vra gen. Dan 't bordje extra nummer, dat steeds wonderen deed. Even nog noemen den voordrager v. Erk, reeds bekend door zijn spek en boonen, waar op door enkelen begaafden werd gecomponeerd. Wij hopen u weer te zien zoo sprak onze Comdt. in zijn hulde voor alles, en wij zeiden zacht: heel spoedig, want wij mochten de vol gende week weg zijn, maar dachten meteen aan Van Erk met zijn: „'t Zal niet gaan." Aan de Militairen in Amsterdam. Mil. H. Boender schrijft ons: De mobilisatie heeft duizenden medeburgers uit hun gewone werk gehaald. Niet alleen uit hun zaken, maar ook uit het werk, dat ze deden ten algemeexien nutte. Ik noem o.a. de drank bestrijding. Velen, die een deel van hun tijd gaven aan dit zoo bij uitstek noodige en nut tige werk, hebben daafaan in de 15 maanden die achter ons liggen, niets meer gedaan. Ver andering van woonplaats, verandering in werk zaamheden, zorgen voor de familie, die men achterliet, hebben het mogelijk gemaakt, dat door velen niets meer in deze richting werd gedaan. Een aantal militairen, drankbestrijders in Amsterdam, overtuigd van het ongewensehte van dezen toestand, hebben het plan opgevat hierin althans in de hoofdstad verandering te brengen. Ze willen te zamen gaan deen, wat door één alleen niet kan worden gedaan. Daarvoor is echter in de eerste plaats noodig, dat men elkander kent, en dit schrijven heeft de bedoeling, de Amsterdasche onthouders- militairen op to wekken hun naam en adres aan don ondergeteekende op tc geven. Dezen zulleji dan worden opgeroepen tot een ver gadering om te beraadslagen over de middelen, die kunnen worden aangewend, om in deze droeve tijden den invloed van één der belagers van 's menschen geluk zooveel mogelijk te be perken. Ik spreek do hoop uit, dat de collega's hun lakschheid van zich af zullen schudden en aan het bovengenoemde, bescheiden verzoek zullen voldoen. Oosterparb 42 hs. Militair Amsterdam. H. BOENDER. Van Fort Pampus. Men schrijft ons van fort Pampus d.d. 2ö October Gisteren werd op dit fort het winterseizoen geopend met een concert, gegeven door de Mobilisatie-club uit Weesp. Onze kameraad en eportgenoot, milicien D. Posthuma, die zich ook verleden winter zoo dikwijls verdienstelijk heeft gemaakt door het inrichten van eenige uitvoering tot ontspanning van het personeel, was ook weer ditmaal degeen geweest, die hot plan voor dezen avond had ontworpen en uit- Een eigenaardig tooneeltje uit den oorlog in het Oosten. We worden hier verplaatst op den Weichsel eu zien een Duitscho motorboot, met een machinegeweer uitgerust. Hoog in de lucht vliegt een Kussi6cho aeroplaan en daarop is het ma chinegeweer gericht. Het feit is waargenomen bij Wlozlawek aan don Weichsel in het noordoostelijk deel vau Polen, Zooals men weet, is het. heel moeilijk een vlieg machine te treffen en wij weten dan ook niet, of deze getroffen is. Maar in den regel verjaagt men toch de vijandelijke vliegtuigen op deze wijze. komenden winter nog door menig andere worden gevolgd en daardoor eenige afwisseling worden gebracht in het leven op dit fort, dat uit den aard der zaak niet vrij is van ec-ntoonigheid. Voetbal to Harderwijk. „Film" schrijft ons: Het voetbal-11-tal van res. bati. B hgvoebt Zondag 24 October te Do Bilt tegen „Velos" zijn derde overwinning en prijkt thans boven aan op het competitie-lijstje van don U. P. V. B. le kl. met 3 gespeeldo en gewonnen wed strijden, dus 6 punten, 31 goals vcor cn 4 te gen. Inderdaad een prachtig resultaat, doch eenstemmig zijn de overige clubs van meening dat het 11-tal to sterk voor den U. P. V. B is en in den N. V. B. thuis behoorde. Het moet werkelijk ontmoedigend voor de overige clubs zijn, een wedstrijd te beginnen met de wetenschap: „We worden ingemaakt". Ook voor res.-bat. B is het niet aangenaam steeds tegen spelers uit t© moeten komen die geen voldoende partij leveren kunnen. Enfin, het N. V. B. bestuur drag© (le verantwoording. Na zich in een allerellendigst kleedlokaal ran 6oldaat tot sportman te hebben ontpopt, be treedt het oranje-elftal het groen© grasveld. Hot terrein is slecht, vol bergen en dalen en geeft soms den bal het moest zonderling effect De aanvoerder van Res. Bat. B. wint den toss en verkiest tegen wind in to spelen, daarbij op het militair uithoudingsvermogen rekenend. Onmiddellijk na het fluitsignaal nemen de oranjemannen het spel in handen en weten „Velos" op hun helft terug te dringen. Lang zamerhand voornamelijk profiteerend van den wind ontkomt Velos aan den greep en wordt een gelijk opgaand spel vertoond. On verwacht weet de linksbinnen den bal vrij te krijgen, eenige dribbels en Velos' keeper vischt voor de eerste maal. Tien minuten hierna, maakt Velos uit een scrimmage vóór het doel van Res. Bat. B. gelijk. Vóór half time weet Res. Bat. 2 maal te doelpunten, zoodat gerust wordt met den stand S—l. Na de rust blijkt Velos vermoeid en onder vindt bovendien het nadeel van den vrij sterken windde Oranje-mannen memen thans geheel het spel in handen en de centervoor weet een paar juweeltjes van goals te maken. Behalve eenige doorbraken is het Velos onmogelijk zich los te werken. Een allerzonderling-e draaibal onderbreekt de doelpuntenrij van Res. Baton. B en einde komt met 72 voor de bewakings troepen. Velos beschikt over een enthousiast 11-tal, doch en hieraan sukkelen véél burger-clubs bleek onvoldoende getraind. Het terrein was 6lecht en het short-passing der Oranje-mannen ondervond dit het meest. „FILM", Feestavond 2/1II en 3/1II to Reg. Inf. Milicien H. G. B. schrijft ons: Vrijdagavond 22 October werd voor beide bovengenoemde compagnieën een feestavond gegeven, onder leiding van den 2e-luit. Van Dijk van 3/III 10 R. I. Tegenwoordig waren de hoofdofficieren, officieren, onderoii'icieren en minderen. De luit. Van Dijk opende den feestavond met een kort inleidend woord, waar in hij in de eerste plaats er op wees, dat de toehoorders niet te hooge eischcn moesten stel len aan verschillende nummers, daar de tijd voor Oefening en voorbereiding zeer kort was geweest. De avond bestond uit muziek, zang, gym nastiek, tooneel en voordrachten, dus voor een afwisselend programma was v.el gezorgd. Het eerste wat wij ten gehoore kregen was de mu ziek, waarbij als dirigent optrad de sergeant Huf en dio heeft laten zien wat de muziek is van het Hl Bat. Hij ontving een geestdriftig applaus. Ten tweede kregen wij den zang gecombi neerd uit do twee bovengenoemde comp., die de nummers in 't Bosch en het Avondlied ten gehoore brachten onder leiding van den 6erg. K. Zeilmaker. De nummers werden dan ook heel aardig uitgevoerd. Ook zij ontvingen een daverend applaus. Ten derde werd het too- neelst-ukje Hans Dussel op het Raadhuis gege ven, waarin de militair Bergt. Poen en do mi liciens D. Vermeer, M. v. Dokkum en Boiler man hun krachten hebben getoond, waarop zij ook een daverend applaus mochten ontvangen als bewijs dat het naar den zin der toeschou wers w#. Ook mogen wij de miliciens Vermeer en Van Dokkum niet vergeten in hun zeer aar dige en grappige voordrachten, die de zaal ge regeld deden daveren van het lachen. Dus dat zij succes hadden, behoeft niet" gezegd te wor den. Ten vierde werd er gymnastiek gegeven on der leiding van dc-n sergeant-majoor Post; ook de gymnasten mochten met succes werken on voornamelijk de sergeant F. van den Eekhof en de miliciens N. Roossloot en Schinkel, die hun standen op de barren zeer mooi deden uit komen. Tot slot sprak de bat.-commandant Buenink een woord van lof aan alle die meegewerkt had den tot het weklagen van dezen avond en voor al aan den 2en luitenant Van Dijk, die de lei ding er van op zich had genomen. Zoo sprak hij ook de meezong uit dat het hem een zeer groot genoegen deed, wanneer er nog meer manschappen zich zouden aanmelden tot het organiseeren van zulke avonden en daarmee werd de avond gesloten omstreeks kwart voor elven. Pandoerpraatje Fort Pampus. No. 1. Harten 6, schoppen 7 en 8, ruiten 7 en 10, klaveren 7, 8, 9. No. 2. Harten k. en 8, soh. vr., 10 en 9, r. b. en vr., ld. 10. No. 3. Hai-ten aas, 9 en 7, r. aas en k., kl. aas, k. eu vr. No 4. Harten vr., b. en 10, sch. aas en k., r. 8 en 9, kl. b. No. 1 speelt h. op als troef. Troefboer mag verzaakt worden. N.B. De oplossing in het volgende nummer. Oplossing van het Pandoer-praatje van de club „Het natte Uitje" to Oisterwijk. No. 1 soh, 7, no. 2 ech .9. no. 3 sch;. 10, np. 4 sch. bi No. 4 h. k., no. 1 b. 8, no. 2 r. 7 troef, no. 3 r. 10. No. 3 kl. 8, no. 4 r. aas, no. 1 kl. b., no. 2 kl. aas. No. 4 h. vr., no. 1 h. 7, no. 2 r. rr.. no. 3 h. 10. No. 2 kl. vr-, no. 3 kl. k., no. 4 sch. oos, no. 1 kl. 9. No. 3 h. 9, no. 4 sch. k., no. 1 h. 6, no. 2 r. k. troef.. No. 2 h. b., no. 3 sch. vr., no. 1 soh. 8, no. 1 b. aas, Verbetering. De naam van den Bataljons-Cdt. cn Kapi tein vermeld in No. 180 moet respectievelijk zijn niet Bijlstra doch Dijkstra, en niet Troo- ling doch Froc-ling. De hodendaagsche toestanden. (Van mil. J. Zogwjjn.) Als men zoo tegenwoordig om zich ucnen ziet, Dan zijn nog vele wantoestanden in 't verschiet. De oorlog hooft roeds vele smarten mee gebracht, Zoo lang gewacht, en nog geen vrêo gebrachtI Men zend thans overal de bede op, Ach mannen, zet dit wreed vermaak toch stop. Doch elders in buitenland, Woedt tot ons aller schaad, Nog steeds een felle oorlogsbrand. Wanneer komt er een einde aan, En is dit lijdon toch gedaan Refrein. Dan kan 't gemobiliseerde leger ras, Naar huis met. f linken pas, en zijn in hun tas. Doch op die hoop maar spoedig niet gebouwd, Opdat 't ons niet berouwt. Want zoolang aan den oorlog geen eindo komtt Het kanon nog bromt, blijven wij prompt, En houden aan grens en fort do wacht, Opdat ons Neerland niet wordt verpacht. De indruk, dien men krijgt voor wie dit liedje leest, Maakt zeker niemand voor den oorlog nog bevreesd. Ons landje, dat zoo lang reeds is gemobiliseerd, Dat heeft ontbeerd, diarmee geleerd, Dat 'fc beter voor ons is om pal te staan, In plaats van den wreeden oorlog in to gaan; 't Bracht ons in narigheid, Als de Neutraliteit, Werd geschonden in deez' veelbewogen tijd. Daarom mannen, staat nog pal 1 Anders wordt het hier ook bal. Refrein Al vorlangt een ieder nog zoo naar huis, Zoolang het niet is pluis, maakt dan nog geen abuis. Ondanks den weemoed, die hier ontstaat, Houden we allen óns kordaat. Doch hopen, dat Nederland voor oorlog blijft gespaard, Totdat hst ons vergaart In d' maatschappij een ieder staart, Dan geven wo met ve-reenden zin, Onze krachten voor land en Koningin! 2 C. 3e B. 17 R.-T. Mil. J. ZAGWÏJN. Onder de linde. Wijze: „Boven do starren enz." (Van mil. E. van Oqsterom.) Onder do linde daar moesten zij' scheiden, 't Paartje zoo schoon en vol dartelen min. 't Maantje zag somber het leed van hen beiden: Tranen, zij rolden langs wang en langs kin. (bis) .Mina"zoo sprak hij, „ik moet naar de grenzen, d'Oorlog bedreigt weer ons goed vaderland." 't Roosje der liefde kan nimmer verflensen 't Woord, d8t ik u gaf, doe ik eeuwig gestand, (bis) Schoon ik dan ver van u straks xnoog' ver keer en, 'k Blijf u gedenken bij dag en bij nacht: Gij blijft mijn troost als ik veel moot ontberen, 'fc Zij ik op marsoh ben of eeuzaam op wacht, (bis) Ook kom ik telkens aan 't harte u klemmen, Als ik verlof heb, hoe kort het ook zij Totdat do volk'rcn zich zelve gaan temmen, En weer de vrede mij vrij maakt als gij. (bis) „Willem!" zoo sprak zijmottrnen in d'oogen. Ach wat is 't. wreed, dat gij van mij moet gaan." 't Meisje het snikte, van droefheid bewogen En uit het oog welde menige traan, (bis) Onder de linde daar zijn zij gescheiden, 't Paartje zoo schoon en vol dartelen min* 'fc Maantje zag schuchter het leed van hen heiden, Tranen, zij rolden langs wang en langs kin. (bis) Maar in den vreemde is Willem vergeten, 'fc Meisje dat eens bij zoo lief had gehad, Mina haar harte was opengereten, Totdat een jong'ling daar balsem voor had, (bis) Onder de linde zijn zij toen vereenigd, 't Paartje zoo schoon en vol dartelen min, 't Hart zo o gewond, was getroost en gelenigd, 't Maantje, het schepte behagen daarin, (bis) Ede. Mil. E. VAN OOSTEROM. Door elsctrlciteit gedood. Maandagavond zijn qabij Overslag tweo sol daten der grenswacht, afkomstig uit Hengelo, genaamd Smit, gehuwd, en vader van twee kinderen, en Seesinck, met den electrischen draad in aanraking gekomen en gedood. Zij zijn vermoedelijk door de duisternis misleid. Waarschijnlijk heeft de een, tegen den bo- schuttenden draad staande en dreigende te val len, den gevaarlijken draad gegrepen en is do ander, zijn kameraad willende redden, eveneens door den sterken stroom gedood. Smokkelen. Dat het smokkelen te Glanerbrug nog in vollen gang is, bewijst wel het- feit- dat Zon- dajr en Maandag daar niet minder dan-40 pér.

Krantenbank Zeeland

De Soldatencourant. Orgaan voor Leger en Vloot | 1915 | | pagina 3